NL1029090C1

NL1029090C1 - Kunststof kozijn, raam of deur en werkwijze voor het vervaardigen ervan.

Info

Publication number: NL1029090C1
Application number: NL1029090A
Authority: NL
Inventors: Hendrikus Drenth; Willem Hero Olthof
Original assignee: Nijhuis Kunststof Kozijnen B V
Priority date: 2005-05-23
Filing date: 2005-05-23
Publication date: 2006-11-27

Description

KUNSTSTOF KOZIJN, RAAM OF DEUR EN WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN ERVAN

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een kunststof kozijn, raam of 5 deur en op een werkwijze voor het vervaardigen ervan.

In de praktijk bekende kunststof kozijnen, ramen of deuren omvatten een eerste profiel en een tweede profiel, die met elkaar zijn verbonden, waarin tussen het eerste en het tweede profieldeel aan de buitenzijde van het profiel een verbindingsnaad verloopt.

10 Het bekende profiel wordt vervaardigd volgens een eveneens bekende werkwijze, omvattende de volgende stappen: - het selecteren van een aantal kunststof profielen; - het vormen van een vlak in een eerste profiel; - het vormen van een vlak in een tweede profiel; en 15 - het verbinden van het eerste en het tweede profiel ter plaatse van de vlakken middels lassen.

Bij het bekende kunststof kozijn, raam of deur, dat is vervaardigd volgens de bekende werkwijze, verlopen de vlakken schuin ten opzichte van de langszijden van de profielen. Dit heeft tot gevolg dat de verbindingsnaad, die aan de buitenzijde van 20 het kozijn, raam of deur zichtbaar is, eveneens schuin ten opzichte van die langszijden verloopt. Deze schuin verlopende verbindingsnaad is ongemerkt karakteristiek geworden voor kunststof kozijnen, ramen of deuren. Hieraan is in een oogopslag aan het kozijn, raam of deur te zien dat het van kunststof materiaal is vervaardigd.

25 Ondanks de vele voordelen die kunststof kozijnen, ramen of deuren in technisch opzicht bieden ten opzichte van houten kozijnen, ramen of deuren, blijft de verkoop van kunststof kozijnen, ramen of deuren in de praktijk achter bij die van houten kozijnen, ramen of deuren. Aanvraagster is van mening dat het verschil in uiterlijk tussen kunststof kozijnen, ramen of deuren en houten kozijnen, ramen of 30 deuren daarbij van belang is.

De uitvinding heeft daarom tot doel om een kunststof kozijn, raam of deur te verschaffen dat het uiterlijk van een houten kozijn, raam of deur beter benadert.

Het kunststof kozijn, raam of deur volgens de uitvinding heeft daartoe als kenmerk, dat de verbindingsnaad in hoofdzaak in het verlengde van één van de 1029090- 2 langszijden van het eerste of het tweede profiel verloopt.

De werkwijze volgens de uitvinding omvat daartoe verder de stappen van: - het vormen van een vlak in het eerste profiel, dat in hoofdzaak verloopt tot op enige afstand van de buitenzijde van het eerste profiel, zodanig dat er een 5 restdeel aan de buitenzijde van het eerste profiel resteert; en - het vormen van een verder vlak aan de buitenzijde van het tweede profiel, zodanig dat er een uitsparing ontstaat voor passende opname van het restdeel van het eerste profiel.

Deze technische kenmerkende maatregelen leiden ertoe dat het kunststof 10 kozijn, raam of deur, dat is vervaardigd volgens de werkwijze volgens de uitvinding, een rechte verbindingsnaad heeft in plaats van een schuine en op basis daarvan niet langer onmiddellijk van een houten kozijn, raam of deur te onderscheiden is.

Het kunststof kozijn, raam of deur volgens de uitvinding is herkenbaar aan een restdeel aan de buitenzijde van het eerste profiel, en een uitsparing aan de 15 buitenzijde van het tweede profiel, waarin het restdeel passend is opgenomen.

Volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvat de werkwijze de stap van het verder verbinden van het eerste en het tweede profiel ter plaatse van het restdeel van het eerste profiel en de uitsparing van het tweede profiel. Deze verdere verbinding vergroot de sterkte van het kozijn, raam of deur. Bij voorkeur is het 20 restdeel in de uitsparing verlijmd. De werkwijze omvat daartoe de stap van het verlijmen van het restdeel van het eerste profiel en de uitsparing van het tweede profiel, bij voorkeur middels een tweecomponenten lijm.

Het verlijmde restdeel biedt een aantal belangrijke voordelen. Het vergroot de sterkte van de verbinding tussen de profielen. Met name bij ramen en deuren is 25 dat een belangrijk aspect. Daarnaast werkt een lijmverbinding waterwerend. Het verlijmen van het restdeel is bij gekleurde profielen, waar onder invloed van warmte meer temperatuurwerking optreedt dan bij traditioneel witte profielen, een groot voordeel. Verlijmen is bovendien relatief goedkoop.

Volgens een praktische voorkeursuitvoeringsvorm omvat de werkwijze verder 30 de stap van het aanbrengen van een inkeping in het vlak in het eerste profiel, welke inkeping grenst aan het restdeel. Een overeenkomstige inkeping wordt aangebracht in het vlak van het tweede profiel, welke inkeping grenst aan de uitsparing. Deze maatregelen waarborgen een nauwsluitende passing tussen de twee te verbinden profielen na het lassen.

1029090- 3

De uitvinding zal nu in meer detail worden besproken aan de hand van de tekening, waarin

Figuur 1A een schematisch deelaanzicht toont van een eerste 5 voorkeursuitvoeringsvorm van een kunststof kozijn volgens de uitvinding in uiteengenomen delen;

Figuur 1B toont het schematische deelaanzicht van het kunststof kozijn uit figuur 1A met verbonden delen;

Figuur 2A een schematisch deelaanzicht toont van een tweede 10 voorkeursuitvoeringsvorm van een kunststof kozijn volgens de uitvinding in uiteengenomen delen; en

Figuur 2B het schematische deelaanzicht van het kunststof kozijn uit figuur 2A met verbonden delen;

In de figuren zijn gelijke onderdelen aangeduid middels gelijke 15 verwijzingscijfers.

Figuur 1A toont een hoek van een kunststof kozijn volgens de uitvinding.

Kozijn 1 omvat een eerste profiel 2, dat is voorzien van een vlak 2Z. Vlak 2Z verloopt vanaf de binnenzijde tot op enige afstand van de buitenzijde 2V, zodanig 20 dat aan de buitenzijde een restdeel 2R is gevormd. Vlak 2Z verloopt schuin ten opzichte van de langszijde 2L van profiel 2. In vlak 2Z is een inkeping 2I aangebracht, zodanig dat over het resterende deel van het vlak 2Z een uitstekend deel 2M is gevormd.

Kozijn 1 omvat tevens een tweede profiel 3, dat is voorzien van een vlak 3Z.

25 Vlak 3Z verloopt vanaf de binnenzijde tot aan de buitenzijde 3V en schuin ten opzichte van de langszijde 3L van profiel 3. In vlak 3Z is een inkeping 3I aangebracht, zodanig dat over het resterende deel van het vlak 3Z een uitstekend deel 3M is gevormd. In de buitenzijde 3V is middels een verder vlak een uitsparing 3U gevormd.

30 Figuur 1B toont de hoek van kunststof kozijn 1 met verbonden delen. Duidelijk is te zien dat de resulterende verbindingsnaad 23 tussen profiel 2 en profiel 3 recht verloopt, dat wil zeggen in hoofdzaak evenwijdig aan de langszijde 2L van het profiel 2.

Figuur 2A toont een middenstijl van het kunststof kozijn 1 volgens de *029090- 't f 4 uitvinding. In het eerste profiel 2 zijn vlakken 2ZZ aangebracht in de vorm van een V. Vlakken 2ZZ verlopen vanaf de binnenzijde tot op enige afstand van de buitenzijde 2V, zodanig dat aan de buitenzijde een restdeel 2RR is gevormd.

Vlakken 2ZZ verlopen schuin ten opzichte van de langszijde 2L van profiel 2. In 5 beide vlakken 2ZZ is een inkeping 211 aangebracht, zodanig dat over het resterende deel van beide vlakken 2ZZ uitstekende delen 2MM zijn gevormd.

Kozijn 1 omvat tevens een derde profiel 4, dat is voorzien van twee vlakken 4Z in de vorm van een V. Vlakken 4Z verlopen vanaf de binnenzijde tot aan de buitenzijde 4V en schuin ten opzichte van de langszijden 4L van profiel 4. In de 10 buitenzijde 4V is middels een verder vlak een uitsparing 4U gevormd. In beide vlakken 4Z is een inkeping 41 aangebracht, zodanig dat over het resterende deel van de vlakken 4Z uitstekende delen 4M zijn gevormd.

Figuur 2B toont de middenstijl van kunststof kozijn 1 met verbonden delen. Duidelijk is te zien dat de resulterende verbindingsnaad 24 tussen profiel 2 en profiel 15 4 recht verloopt, dat wil zeggen in hoofdzaak evenwijdig aan de langszijde 2L van het profiel 2.

Het getoonde kunststof kozijn 1 is vervaardigd volgens de werkwijze volgens de uitvinding. De stappen van de werkwijze worden hieronder nader toegelicht.

In een eerste stap worden een aantal kunststof profielen geselecteerd. Het 20 soort kunststof materiaal wordt gekozen afhankelijk van de toepassing. Op het vakgebied wordt in het algemeen gekozen voor pvc. De uitvinding is echter eveneens geschikt voor toepassing bij andere kunststofsoorten.

In een tweede stap wordt er een vlak 2Z aangebracht aan een uiteinde van een eerste profiel 2. Opgemerkt wordt dat het aanbrengen of vormen van vlakken in 25 het kader van de onderhavige uitvinding middels verschillende technieken kan worden uitgevoerd, waaronder zagen of frezen of elke andere op het vakgebied bekende en geschikte techniek.

Het vlak 2Z verloopt volgens de uitvinding vanaf de binnenzijde tot op enige afstand van de buitenzijde van het eerste profiel waar er een restdeel 2R resteert 30 van de oorspronkelijke buitenzijde 2V van het eerste profiel 2.

In een derde stap wordt er een vlak 3Z aangebracht aan een uiteinde van een tweede profiel 3, dat overeenstemt met het vlak 2Z in het eerste profiel 2. De vlakken 2Z en 3Z zijn zodanig gevormd dat de profielen 2 en 3 ter plaatse van de vlakken passend op elkaar aansluiten. Profiel 2 en 3 fungeren als profiel 1«S9090- 5 respectievelijk contraprofiel.

In een vierde stap wordt er volgens de uitvinding een verder vlak aangebracht aan de buitenzijde 3V van het tweede profiel 3 nabij het vlak 3Z, zodanig dat er een uitsparing 3U ontstaat. De uitsparing 3U is bestemd voor 5 passende opname van het restdeel 2R van het eerste profiel 2.

In een vijfde stap worden het eerste en het tweede profiel 2 en 3 verbonden ter plaatse van de vlakken 2Z en 3Z. Dit vindt plaats middels op het vakgebied bekende technieken, zoals het lassen of versmelten van de kunststof. De relevante vereisten voor een dergelijke lasverbinding staan beschreven in NEN 7056 10 “Gevelvullingen met kozijnen, ramen en deuren vervaardigd uit ongeplastificeerd PVC - Eisen en beproevingsmethode voor lasverbindingen en bepaling van de breukspanning”.

Voorafgaand aan het lassen of versmelten dient er een verdere bewerking te worden uitgevoerd aan de vlakken 2Z en 3Z, respectievelijk aan het restdeel 2R en 15 de uitsparing 3U. Om ervoor te zorgen dat de profielen in verbonden toestand nauw op elkaar aansluiten, dient er voldoende smeltmateriaal aanwezig te zijn ter plaatse van de lasverbinding. Daartoe wordt er een inkeping 21 aangebracht in het vlak 2Z, zodanig dat er een deel 2M ontstaat dat versmelt tijdens het lassen. Op overeenkomstige wijze wordt er een inkeping 31 aangebracht in het vlak 3Z, zodanig 20 dat er een deel 3M ontstaat dat eveneens dienst doet als smeltmateriaal tijdens het lassen.

Volgens de uitvinding wordt de verbinding tussen het eerste en het tweede profiel 2 en 3 voltooid door het restdeel 2R van het eerste profiel 2 te laten opnemen in de uitsparing 3U van het tweede profiel 3. [Desgewenst kan er actief een 25 verbinding tot stand gebracht worden middels het veriijmen van het restdeel 2R en de uitsparing 3U. Hiertoe kunnen op geschikte plaatsen gaten worden gemaakt in het restdeel en/of de uitsparing, die dienen voor inspuiting van lijm. Bij voorkeur wordt er gebruik gemaakt van een tweecomponentenlijm. Geschikte lijmsoorten zijn bijvoorbeeld acrylaatlijmsoorten, zoals SikaFast ® lijm.

i 30 Opgemerkt wordt dat de werkwijze is beschreven aan de hand van de ' verbinding tussen profielen 2 en 3 uit figuur 1A, waarbij een hoek van een kozijn 1 wordt gevormd, die is getoond in figuur 1B. De stappen van de werkwijze kunnen eveneens worden toegepast bij het verbinden van overige profielen. Een voorbeeld daarvan is de verbinding van een profiel 4 met het profiel 2 ter vorming van een 1020090- 6 middensegment van kozijn 1 (zie figuur 2A, 2B). De werkwijzestappen voor deze verbinding 2, 4 komen overeen met de bovenbeschreven werkwijzestappen voor de verbinding 2, 3 met dien verstande dat op profiel 4 twee vlakken 4Z zijn aangebracht, waarvan er een is getoond. Profiel 2 is voor de verbinding met profiel 4 5 voorzien van twee overeenkomstige vlakken 2ZZ, die zich niet in de nabijheid van een uiteinde van profiel 2 bevinden. Voor de verbinding van profiel 4 met profiel 2 dienen een aantal van de stappen van de werkwijze volgens de uitvinding derhalve tweemaal te worden uitgevoerd, te weten eenmaal voor elk paar te verbinden vlakken (2ZZ, 4Z). Een deskundige op het vakgebied zal de stappen van de 10 werkwijze nu eveneens kunnen toepassen bij het verbinden van overige profielen, bijvoorbeeld ter vervaardiging van een raam of een deur.

De onderhavige uitvinding betreft in het algemeen een kunststof kozijn, raam en/of deur. Voor de bovenstaande beschrijving van de uitvinding en in de figuren zijn de termen ‘‘buitenzijde” en “binnenzijde” geïntroduceerd ter vergemakkelijking van 15 de leesbaarheid. Hoewel de uitvinding naar verwachting inderdaad veelal toegepast zal worden aan de van buitenaf zichtbare zijde van een kunststof kozijn, raam en/of deur, is deze daar niet toe beperkt. De uitvinding kan immers aan beide zijden van een dergelijk kunststof kozijn, raam en/of deur toegepast worden.

Verder wordt opgemerkt dat de uitvinding weliswaar is beschreven aan de 20 hand van een kunststof kozijn, dat is vervaardigd uit gelijksoortige profielen, maar dat de uitvinding zich tevens uitstrekt tot kunststof kozijnen, ramen of deuren, die vervaardigd zijn uit ongelijksoortige profielen, bijvoorbeeld profielen met verschillende hoeken tussen de als “L” en “V” aangemerkte zijden. Naast de stappen van de werkwijze volgens de uitvinding zijn dan aanvullende bewerkingen vereist, 25 die een deskundige op het vakgebied zonder moeite zal kunnen uitvoeren.

De uitvinding is ten slotte vanzelfsprekend niet beperkt tot de getoonde en beschreven voorkeursuitvoeringsvormen, maar strekt zich in het algemeen uit tot elke uitvoeringsvorm die valt binnen de reikwijdte van de bijgevoegde conclusies bezien in het licht van de voorgaande beschrijving en tekeningen.

30 1029090·

Claims

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een kunststof kozijn, raam of deur, omvattende de volgende stappen: 5 a) het selecteren van een aantal kunststof profielen; b) het vormen van een vlak in een eerste profiel; c) het vormen van een vlak in een tweede profiel; en d) het verbinden van het eerste en het tweede profiel ter plaatse van de vlakken middels lassen; 10 met het kenmerk, dat de werkwijze verder de stappen omvat van: e) het vormen van een vlak (2Z; 2ZZ) in het eerste profiel (2), dat in hoofdzaak verloopt tot op enige afstand van de buitenzijde (2V) van het eerste profiel, zodanig dat er een restdeel (2R; 2RR) aan de buitenzijde van het eerste profiel resteert; en 15 f) het vormen van een verder vlak aan de buitenzijde (3V; 4V) van het tweede profiel (3,4), zodanig dat er een uitsparing (3U; 4U) ontstaat voor passende opname van het restdeel (2R; 2RR) van het eerste profiel.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, verder omvattende de volgende stap: 20 g) het verder verbinden van het eerste en het tweede profiel (2, 3; 2,4) ter plaatse van het restdeel (2R; 2RR) van het eerste profiel en de uitsparing (3U; 4U) van het tweede profiel.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij stap g) de stap omvat van het 25 verlijmen van het restdeel (2R; 2RR) van het eerste profiel (2) en de uitsparing (3U; 4U) van het tweede profiel (3; 4).

4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij voor het verlijmen een tweecomponentenlijm wordt gebruikt. 30

5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij stap e) verder omvat het aanbrengen van een inkeping (2I; 2II) in het vlak (2Z; 2ZZ) in het eerste profiel (2), welke inkeping grenst aan het restdeel (2R; 2RR). J 029090-

6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij stap f) verder omvat het aanbrengen van een inkeping (31; 41) in het vlak (3Z; 4Z) in het tweede profiel (3; 4), welke inkeping grenst aan de uitsparing (3U; 4U).

7. Kunststof kozijn, raam of deur, omvattende een eerste profiel en een tweede profiel, die met elkaar zijn verbonden, waarin tussen het eerste en het tweede profiel aan de buitenzijde van het kozijn, raam of deur een verbindingsnaad verloopt, met het kenmerk, dat de verbindingsnaad (23; 24) in hoofdzaak in het verlengde van één van de langszijden (2L; 3L; 4L) van 10 het eerste profiel (2) of het tweede profiel (3; 4) verloopt.

8. Kunststof kozijn, raam of deur volgens conclusie 7, waarin het eerste profiel (2) aan de buitenzijde (2V) een restdeel (2R; 2RR) omvat, en waarin het tweede profiel (3; 4) aan de buitenzijde (3V; 4V) een uitsparing (3U; 4U) 15 omvat, waarin het restdeel passend is opgenomen.

9. Kunststof kozijn, raam of deur volgens conclusie 8, waarin het restdeel (2R; 2RR) in de uitsparing (3U; 4U) is verlijmd. 20 f029090°