NL1028521C2

NL1028521C2 - Truck or trailer for e.g. transporting container, has loading device with follower connected to braking device and load pulling device

Info

Publication number: NL1028521C2
Application number: NL1028521A
Authority: NL
Inventors: Wouter Hendrik Hogervorst
Original assignee: N C H Beheer B V
Priority date: 2005-03-11
Filing date: 2005-03-11
Publication date: 2006-09-12

Abstract

The loading device (4) includes a follower with one end connected to a load pulling device and also includes a braking device for the follower. The vehicle (1) comprises a frame (9) with a load support surface for a load such as a container (5) or load compartment. The loading device is used to pull the load onto this surface and comprises a pulling device movable in a pulling direction (A). A load grip means is provided at one end of the pulling device and the other end is connected to a driven winch.

Description

Titel: Transportwagen, alsmede laadinrichting.Title: Transport wagon and loading device.

De uitvinding heeft betrekking op een transportwagen, zoals een oplegger of vrachtwagen, omvattende een frame met een laadvlak voor het opnémen van een last, 5 zoals een container of laadbak, alsmede een laadinrichting voor het optrekken van de last op het laadvlak, welke laadinrichting een trekelement omvat, dat beweegbaar is in een trekrichting, welk trekelement aan een eind is voorzien van een aangrijporgaan voor het aangrijpen van de last en aan het tegenoverliggende eind is verbonden met een opwikkelorgaan, dat aandrijfbaar is door een aandrijfmotor.The invention relates to a transport truck, such as a semi-trailer or truck, comprising a frame with a loading surface for receiving a load, such as a container or loading container, as well as a loading device for raising the load on the loading surface, which loading device comprises a pulling element which is movable in a pulling direction, which pulling element is provided at one end with an engaging member for engaging the load and at the opposite end is connected to a winding member which is drivable by a driving motor.

10 Een dergelijke transportwagen is algemeen bekend. Deze wagen is in het bijzon der geschikt voor het opnemen en afzetten van een langwerpige container of laadbak, zoals een open container. Het trekelement is bijvoorbeeld een trekband die is gemaakt van canvas. De trekband is ongeveer 30 cm breed. De trekband is aan een eind tussen de stangen van een koppelstuk gelust, die dwars op de langsrichting van de trekband 15 verlopen. Het aangrijporgaan omvat twee kettingen die aan weerszijden van het koppelstuk zijn bevestigd. Tussen de van het koppelstuk afgekeerde einden van de kettingen is een haak aangebracht. De haak komt overeen met een uitsparing in de container, zodat de haak de container kan grijpen. Het van het koppelstuk afgekeerde eind van de trekband is verbonden met het opwikkelorgaan, zoals een lier.Such a transport trolley is generally known. This trolley is particularly suitable for receiving and depositing an elongated container or loading container, such as an open container. The tension element is, for example, a tension band made of canvas. The draw belt is approximately 30 cm wide. The draw band is looped at one end between the rods of a coupling piece which run transversely to the longitudinal direction of the draw band 15. The engaging member comprises two chains that are attached to either side of the coupling piece. A hook is arranged between the ends of the chains remote from the coupling piece. The hook corresponds to a recess in the container, so that the hook can grasp the container. The end of the draw belt remote from the coupling piece is connected to the winding member, such as a winch.

20 Voor het laden van een container op het laadvlak van het frame rijdt de bestuur der de wagen achteruit tot het achtereind van de wagen grenst aan het kopeind van de container. Met een camera kan de bestuurder vanuit de cabine waarnemen of de transportwagen en de container correct ten opzichte van elkaar zijn uitgelijnd. De bestuurder kan in dat geval vanuit de cabine de lier bekrachtigen, waarna de haak aangrijpt op de 25 container. De lier haalt de trekband in, zodat de trekband en de via het koppelstuk daarmee verbonden kettingen de container op het laadvlak trekken.For loading a container onto the loading surface of the frame, the carriage of the carriage reverses until the rear end of the carriage borders the head end of the container. With a camera, the driver can observe from the cabin whether the transport vehicle and the container are correctly aligned with respect to each other. In that case the driver can energize the winch from the cabin, after which the hook engages the container. The winch catches the draw belt, so that the draw band and the chains connected to it via the coupling piece pull the container onto the loading surface.

Een container heeft een aanzienlijke massa. De lier oefent daarom relatief grote krachten uit op de trekband. Tijdens het optrekken van de container veroorzaakt de lier een overeenkomstig grote spanning in de trekband. Als onbedoeld de haak losschiet 30 van de container, leidt deze spanning tot een plotselinge versnelling van de kettingen en de haak, die een massa van 50 kg of meer bezitten. De richting van de versnelling is afhankelijk van het tijdstip waarop de haak losschiet.A container has a considerable mass. The winch therefore exerts relatively large forces on the draw belt. During the lifting of the container, the winch causes a correspondingly high tension in the draw belt. If the hook unintentionally comes loose from the container, this tension leads to a sudden acceleration of the chains and the hook, which have a mass of 50 kg or more. The direction of acceleration depends on the time at which the hook releases.

1028521 , * 21028521, * 2

Daardoor bestaat het risico dat de kettingen en de haak omhoog worden gekata-pulteerd en vervolgens door de voorruit van de cabine vliegen. Ook is het gevaar aanwezig, dat de kettingen en de haak recht naar voren versnellen, waarna deze als gevolg van de hoeveelheid energie daarvan de achterruit of achterwand van de cabine kunnen 5 doorboren. Beide situaties kunnen voor de bestuurder in de cabine levensbedreigend zijn.As a result, there is a risk that the chains and the hook will be catalyzed upward and then fly through the cabin windscreen. There is also a danger that the chains and the hook will accelerate straight forward, after which they can pierce the rear window or rear wall of the cabin as a result of the amount of energy thereof. Both situations can be life threatening for the driver in the cabin.

Een doel van de uitvinding is een transportwagen te verschaffen, waarbij de veiligheid tijdens het optrekken van een last is verbeterd.An object of the invention is to provide a transport trolley, wherein safety is improved during the lifting of a load.

Dit doel is bereikt doordat de laadinrichting is voorzien van een voorgespannen 10 meeloopelement, dat aan een bevestigingseind daarvan is verbonden met het trekele-ment, alsmede remmiddelen voor het remmen van het meeloopelement. Het meeloopelement is bijvoorbeeld gevormd door een riem, band of kabel. Het meeloopelement is meeneembaar door het trekelement tijdens het optrekken van een last. Als de haak onverwachts losschiet, zal de door de lier veroorzaakte spanning van het trekelement plot-15 seling vrijkomen. Het trekelement zal hierdoor een aanzienlijke versnelling ondervinden. Het meeloopelement volgens de uitvinding verhindert dat het trekelement op gevaarlijke afstand vanaf het laadvlak omhoog kan bewegen. Het katapulteren van de kettingen en de haak is volgens de uitvinding niet mogelijk. Verder zal het remmiddel tijdens het bewegen van het trekelement naar de cabine een trekkracht in tegengestelde 20 richting uitoefenen. Het door het trekelement meegenomen meeloopelement zal via de remmiddelen energie dissiperen, hetgeen betekent dat de versnelling van de trekband snel wordt uitgedempt. Dit geldt zowel voor een versnelling omhoog als voor een versnelling, die rechtuit in de richting van de cabine werkt. De haak zal als gevolg van het meeloopelement en de remmiddelen volgens de uitvinding zonder gevaar voor de be-25 stuurder in de cabine op het laadvlak neervallen.This object is achieved in that the loading device is provided with a pre-tensioned walking element, which is connected at a mounting end thereof to the tension element, as well as braking means for braking the walking element. The walking element is for example formed by a belt, band or cable. The pedestrian element can be carried by the pulling element during the raising of a load. If the hook unexpectedly loosens, the tension caused by the winch of the tensioning element will be released. The pulling element will hereby experience a considerable acceleration. The pedestrian element according to the invention prevents the pulling element from moving up at a dangerous distance from the loading surface. Catapulting the chains and the hook is not possible according to the invention. Furthermore, during the movement of the pulling element to the cabin, the braking means will exert a pulling force in the opposite direction. The pedestrian element taken along by the traction element will dissipate energy via the braking means, which means that the acceleration of the traction belt is quickly damped out. This applies to both a gear up and a gear that works straight in the direction of the cab. As a result of the pedestrian element and the braking means according to the invention, the hook will fall onto the loading surface without danger for the driver in the cab.

Volgens de uitvinding is mogelijk, dat het trekelement zich uitstrekt in langsrich-ting van het frame, en waarbij het meeloopelement in hoofdzaak is uitgelijnd ten opzichte van het trekelement. Het onderstel van de wagen heeft een vooreind en een achtereind. De langsrichting van het frame verloopt van het vooreind naar het achtereind. 30 Het meeloopelement kan zich vanaf het bevestigingseind uitstrekken in een richting in hoofdzaak tegengesteld aan de trekrichting, d.w.z. naar het achtereind van de wagen.According to the invention, it is possible for the traction element to extend in the longitudinal direction of the frame, and wherein the trailing element is substantially aligned with respect to the traction element. The chassis of the car has a front end and a rear end. The longitudinal direction of the frame extends from the front end to the rear end. The pedestrian element can extend from the attachment end in a direction substantially opposite to the pulling direction, i.e. towards the rear end of the carriage.

De remmiddelen voor het remmen van het meeloopelement kunnen op verschillende manieren zijn uitgevoerd. Bijvoorbeeld zijn de remmiddelen gevormd door de 1028521 t t 3 wrijving die in de Iaadinrichting aanwezig is. Het meeloopelement is in de praktijk over meerdere geleidingsrollen geleid. De geleidingsrollen dissiperen energie tijdens de beweging van het meeloopelement. Verder is voor het in beweging zetten van de verschillende onderdelen energie nodig, hetgeen versnelling van de trekband tegenwerkt.The braking means for braking the pedestrian element can be designed in various ways. For example, the braking means are formed by the 1028521 to 3 friction present in the loading device. The pedestrian element is in practice guided over several guide rollers. The guide rollers dissipate energy during the movement of the tracking element. Furthermore, energy is required to set the various components in motion, which counteracts acceleration of the draw belt.

5 In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvatten de remmiddelen een rol, waarbij het meeloopelement met het van het bevestigingseind afgekeerde part daarvan is geleid over de rol. De lier of een ander aandrijfbaar opwikkelorgaan is aangebracht nabij het vooreind, terwijl de rol is aangebracht nabij het achtereind.In an embodiment of the invention the braking means comprise a roller, wherein the pedestrian element with its part remote from the fixing end is guided over the roller. The winch or other drivable winding member is arranged near the front end, while the roller is arranged near the rear end.

Volgens de uitvinding kan de rol een opwikkelrol vormen, waarbij het van het 10 bevestigingseind afgekeerde part van het meeloopelement is opgewikkeld op de opwikkelrol. Het meeloopelement is voorgespannen door de opwikkelrol - de opwikkelrol houdt het meeloopelement strak. Tijdens het optrekken van de container beweegt het meeloopelement met de trekband mee, waarbij het meeloopelement wordt afgewikkeld van de opwikkelrol. Bij losschieten van de haak moet de opwikkelrol plotseling 15 met hoge snelheid draaien om het meeloopelement te vieren. Dit gaat samen met een warmteontwikkeling die de versnelling van het meeloopelement en de daarmee verbonden onderdelen tegenwerkt.According to the invention, the roll can form a take-up roll, the part of the running element remote from the attachment end being wound on the take-up roll. The run-on element is prestressed by the take-up roller - the take-up roller holds the run-on element tight. During the lifting of the container the walking element moves with the draw belt, the walking element being unwound from the take-up roll. When the hook is released, the take-up roller suddenly has to rotate at high speed to celebrate the running element. This is accompanied by a heat development that counteracts the acceleration of the pedestrian element and the parts connected thereto.

In een alternatieve uitvoeringsvorm vormt de rol een omkeerrol, waarbij het van het bevestigingseind afgekeerde part van het meeloopelement is geleid over de omkeer-20 rol. De omkeerrol is een passief onderdeel, dat slechts de richting van het meeloopelement verandert.In an alternative embodiment the roller forms a reversing roller, the part of the running element remote from the attachment end being guided over the reversing roller. The deflection roller is a passive component that only changes the direction of the tracking element.

In dit geval is het mogelijk, dat het over de omkeerrol geleide part van het meeloopelement is opgewikkeld op een draaibaar trommelorgaan. Hierbij kan het trommelor-gaan zijn voorzien van een veermiddel voor het voorspannen van het meeloopelement 25 tussen het bevestigingseind en het trommelorgaan.In this case, it is possible that the part of the running element guided over the reversing roller is wound on a rotatable drum member. The drum member can herein be provided with a spring means for biasing the idle element 25 between the attachment end and the drum member.

Ook is volgens de uitvinding mogelijk, dat de rotatie van het trommelorgaan regelbaar is door een trommelmotor. Door het bekrachtigen van de trommelmotor kan het meeloopelement de container van het laadvlak aftrekken. Dit vergemakkelijkt het afzetten van de container. Gewoonlijk moet hiervoor het kantelen van het frame plaatsvin-30 den.It is also possible according to the invention for the rotation of the drum member to be adjustable by a drum motor. The pedestrian element can pull the container off the loading surface by energizing the drum motor. This facilitates the depositing of the container. This usually requires tilting of the frame.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is het over de omkeerrol geleide part van het meeloopelement geleid over een tweede omkeerrol, waarbij het bevestigingseind en het daarvan afgekeerde eind van het meeloopelement onderling zijn 1028521 t 4 verbonden ter vorming van een meeloopelement zonder eind. Een eindloos meeloope-lement is eenvoudig en betrouwbaar. Een opwikkeltrommel is overbodig.In a preferred embodiment of the invention, the part of the running element guided over the reversing roller is guided over a second reversing roller, the attachment end and the end of the running element remote from it being interconnected to form an endless running element. An endless pedestrian element is simple and reliable. A take-up drum is unnecessary.

Volgens de uitvinding kan het meeloopelement zich in hoofdzaak radiaal buiten het trekelement bevinden. Als de lier het trekelement inhaalt, kan het meelooporgaan 5 langs de lier worden geleid. Het meeloopelement heeft geen invloed op het inhalen van het trekelement. Dit betekent dat het trekelement ten minste gedeeltelijk tussen het meeloopelement en het laadvlak van het frame verloopt. Een op het laadvlak geplaatste container ligt derhalve boven het meeloopelement, waaronder de trekband zich bevindt.According to the invention, the tracking element can be located substantially radially outside the tension element. When the winch catches up with the pulling element, the running member 5 can be guided along the winch. The running element has no influence on catching up with the pulling element. This means that the tension element extends at least partially between the pedestrian element and the loading surface of the frame. A container placed on the loading surface therefore lies above the walking element, under which the draw belt is located.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn het bevestigingseind van het mee-10 loopelement en het trekelement elk verbonden met een koppelstuk, en waarbij het aan-grijporgaan een ketting en een haakorgaan omvat, waarbij de ketting aan een eind is verbonden met het haakorgaan en aan het tegenoverliggende eind is verbonden met het koppelstuk.In an embodiment of the invention, the attachment end of the running element and the pulling element are each connected to a coupling piece, and wherein the engaging member comprises a chain and a hook member, the chain being connected at one end to the hook member and to the opposite end is connected to the coupling piece.

Eventueel kunnen de remmiddelen volgens de uitvinding wrijvingsrollen omvat-15 ten, waarbij het meeloopelement is ingeklemd tussen de wrijvingsrollen voor het afremmen van het meeloopelement tijdens beweging daarvan. De wrijvingsrollen vergroten de weerstand van de remmiddelen, zodat de versnelling van het trekelement sneller wordt uitgedempt.The braking means according to the invention may optionally comprise friction rollers, wherein the pedestrian element is clamped between the friction rollers for braking the pedestrian element during movement thereof. The friction rollers increase the resistance of the braking means, so that the acceleration of the tension element is damped out more quickly.

In het bijzonder voor een eindloos meeloopelement verdient het de voorkeur, dat 20 de remmiddelen zijn voorzien van een correctie-eenheid of voorspaneenheid voor het voorspannen van het meeloopelement. Voor het optrekken van een container wordt het frame meestal enigszins gekanteld, zodat het achtereind van het frame op de grond rust. Tijdens het optrekken liggen de trekband en het gekantelde frame in de praktijk vaak niet nauwkeurig evenwijdig aan elkaar. Dan is een lengteverandering van het eindloze 25 meeloopelement nodig. In het meeloopelement is daarom door de correctie-eenheid een speling ingebouwd. Hierdoor is een variabele lengte van het meelooporgaan mogelijk. Bovendien kan het meeloopelement zijn voorgespannen door de correctie-eenheid.In particular for an endless running element, it is preferred that the braking means are provided with a correction unit or prestressing unit for prestressing the walking element. To raise a container, the frame is usually tilted slightly so that the rear end of the frame rests on the ground. In practice, during pulling up, the drawstring and the tilted frame are often not accurately parallel to each other. Then a length change of the endless running element is needed. A clearance is therefore built into the pedestrian element by the correction unit. A variable length of the pedestrian is hereby possible. In addition, the tracking element can be biased by the correction unit.

De correctie-eenheid kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd. Bijvoorbeeld omvat de correctie-eenheid ten minste een geleidingsrol, die verschuifbaar is op-30 genomen in de correctie-eenheid tussen een ingetrokken positie en een uitgestoken positie, waarbij een luchtcilinder de geleidingsrol voorspant naar de uitgestoken positie.The correction unit can be designed in various ways. For example, the correction unit comprises at least one guide roller slidably received in the correction unit between a retracted position and an extended position, an air cylinder biasing the guide roller to the extended position.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een laadinrichting voor het optrekken van een last op het laadvlak een transportwagen zoals hierboven beschreven, welke 1028521 5 ι laadinrichting een trekelement omvat, dat beweegbaar is in een trekrichting, welk treke-lement aan een eind is voorzien van een aangrijporgaan voor het aangrijpen van de last en aan het tegenoverliggende eind is verbonden met een lierorgaan, dat aandrijfbaar is door een aandrijfmotor. Volgens de uitvinding is de laadinrichting voorzien van een 5 voorgespannen meeloopelement, dat aan een bevestigingseind daarvan is verbonden met het trekelement, alsmede remmiddelen voor het remmen van het meeloopelement.The invention also relates to a loading device for raising a load on the loading surface, a transport trolley as described above, which loading device comprises a pulling element, which is movable in a pulling direction, which pulling element is provided at one end with a engaging member for engaging the load and connected at the opposite end to a winch member that is drivable by a drive motor. According to the invention, the loading device is provided with a pre-tensioned walking element, which is connected at a mounting end thereof to the pulling element, as well as braking means for braking the walking element.

De uitvinding zal thans bij wijze van voorbeeld nader worden toegelicht aan de hand van de bij gaande tekening.The invention will now be explained in more detail by way of example with reference to the accompanying drawing.

Figuur 1 toont een schematisch zijaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van 10 een oplegger volgens de uitvinding, waarop een container wordt getrokken.Figure 1 shows a schematic side view of a first embodiment of a trailer according to the invention, on which a container is pulled.

Figuur 2 toont een schematisch zijaanzicht van de laadinrichting van de in figuur 1 getoonde oplegger.Figure 2 shows a schematic side view of the loading device of the trailer shown in Figure 1.

Figuur 3 toont een bovenaanzicht van de in figuur 2 getoonde laadinrichting.Figure 3 shows a top view of the loading device shown in Figure 2.

Figuur 4 toont een zijaanzicht van de correctie-eenheid van de in figuur 3 ge-15 toonde laadinrichting.Figure 4 shows a side view of the correction unit of the loading device shown in Figure 3.

Figuur 5 toont een schematisch zijaanzicht in doorsnede van een tweede uitvoeringsvorm van een laadinrichting volgens de uitvinding.Figure 5 shows a schematic cross-sectional side view of a second embodiment of a loading device according to the invention.

Figuur 6a-h tonen schematisch het optrekken van een container op het laadvlak | van een vrachtwagen.Figures 6a-h show schematically the raising of a container on the loading surface | from a truck.

20 Figuur 7 toont een transportwagen volgens de uitvinding, die is voorzien van zo wel een trekbandsysteem voor het laden van een container als een hefarmensysteem voor het laden van een laadbak.Figure 7 shows a transport trolley according to the invention, which is provided with both a pull belt system for loading a container and a lifting arm system for loading a container.

ii

De transportwagen volgens de uitvinding is in zijn geheel aangeduid met 1. De transportwagen 1 volgens het in de figuren getoonde uitvoeringsvoorbeeld is gevormd 25 door een oplegger, die schamierbaar is gekoppeld aan een trekker 2. De trekker 2 heeft een bestuurderscabine 7. De oplegger 2 omvat een laadinrichting 4 voor het laden van een container 5.The transport trolley according to the invention is indicated in its entirety by 1. The transport trolley 1 according to the exemplary embodiment shown in the figures is formed by a trailer, which is pivotally coupled to a tractor 2. The tractor 2 has a driver's cab 7. The trailer 2 comprises a loading device 4 for loading a container 5.

In plaats van een oplegger 1 kan de transportwagen volgens de uitvinding tevens een vrachtwagen of truck zijn, waarachter eventueel een aanhanger is aangebracht. Een 30 vrachtwagen of truck heeft een onderstel waarop zowel de cabine als de laadinrichting zijn bevestigd. De laadinrichting volgens de uitvinding is ook toepasbaar bij een dergelijke vrachtwagen of truck en/of de aanhanger daarvan.Instead of a trailer 1, the transport truck according to the invention can also be a truck or truck, behind which a trailer can possibly be arranged. A truck or truck has a chassis on which both the cabin and the loading device are mounted. The loading device according to the invention can also be used with such a truck or truck and / or the trailer thereof.

1028521 < 61028521 <6

Zoals duidelijker weergegeven in figuur 2 en 3 omvat de laadinrichting 4 een frame 9. Het frame 9 omvat twee schamierbalken of draagbalken 10 en twee onderbalken of liggers 11. De liggers 11 zijn ondersteund op het onderstel van de oplegger 1. De schamierbalken 10 zijn schamierbaar ten opzichte van de liggers 11 om een schar-5 nierhartlijn 14. De schamierbare draagbalken 10 bepalen een kantelbaar laadvlak van de oplegger - het laadvlak kan zodanig naar achteren, dat het laadvlak schuin ten opzichte van de ondergrond verloopt.As more clearly shown in figures 2 and 3, the loading device 4 comprises a frame 9. The frame 9 comprises two hinge beams or support beams 10 and two lower beams or beams 11. The beams 11 are supported on the chassis of the trailer 1. The hinge beams 10 are hinged relative to the beams 11 about a pivotal axis 14. The pivotable supporting beams 10 define a tiltable loading surface of the trailer - the loading surface can be rearward such that the loading surface runs obliquely with respect to the ground.

Het optrekken en neerlaten van de container 5 is door de schuine stand van het laadvlak vereenvoudigd. Overigens is het kantelen van het laadvlak volgens de uitvin-10 ding niet noodzakelijk. De laadinrichting volgens de uitvinding is ook toepasbaar bij een oplegger met een laadframe dat vast aan het onderstel is bevestigd. Zelfs kan de laadinrichting zijn geïntegreerd met het onderstel.The raising and lowering of the container 5 is simplified by the inclined position of the loading surface. Incidentally, tilting the loading surface according to the invention is not necessary. The loading device according to the invention is also applicable to a trailer with a loading frame that is fixedly attached to the chassis. The loading device can even be integrated with the chassis.

Zoals het duidelijkst getoond in figuur 3 omvat het frame 9 verder oplooprollen 8, die zijn voorzien van geleidingsnokken 6. De container 5 beweegt tijdens het optrekken 15 en neerlaten tussen de geleidingsnokken 6 over de oplooprollen 8 op de draagbalken 10.As most clearly shown in Fig. 3, the frame 9 further comprises run-on rollers 8, which are provided with guide cams 6. The container 5 moves over the run-on rollers 8 on the support beams 10 during raising and lowering between the guide cams 6.

De laadinrichting 4 omvat een trekelement 16, dat in dit uitvoeringsvoorbeeld in hoofdzaak is gevormd door een trekband. Het trekelement 16 kan echter bijvoorbeeld i ook zijn gevormd door een of meer trekkabels, trekkettingen, trekriemen of elk ander 20 bewegingsorgaan (niet getoond). De trekband 16 is aan het naar de cabine 7 toegekeerde eind daarvan omgeslagen om een omkeerrol 31, waarna dat eind is opgewikkeld op een aandrijfbaar opwikkelorgaan 18, zoals een lier. De lier 18 bevindt zich onder het laadvlak, dat is bepaald door de draagbalken 10. Door het opwikkelen van de trekband 16 op de lier 18 is de trekband 16 beweegbaar in een trekrichting A (zie figuur 1-3).The loading device 4 comprises a pulling element 16, which in this exemplary embodiment is essentially formed by a pulling belt. However, the tension element 16 may also be formed, for example, by one or more tension cables, tension chains, tension belts or any other moving member (not shown). At its end facing the cabin 7, the drawstring 16 is wrapped around a deflection roller 31, after which that end is wound on a drivable winding element 18, such as a winch. The winch 18 is located below the loading surface, which is defined by the supporting beams 10. By winding the draw belt 16 on the winch 18, the draw belt 16 is movable in a direction of draw A (see Fig. 1-3).

25 Aan het naar de container 5 toegekeerde eind daarvan is de trekband 16 verbon den met een koppelstuk 20. Voor het verbinden van de trekband 16 omvat het koppelstuk 20 drie bevestigingsstangen, die evenwijdig aan elkaar zijn aangebracht. De trekband 16 is klemmend tussen de bevestigingsstangen gevoerd.At the end thereof facing the container 5, the draw-band 16 is connected to a coupling piece 20. For connecting the draw-band 16, the coupling piece 20 comprises three fixing rods which are arranged parallel to each other. The drawstring 16 is clamped between the mounting rods.

Het koppelstuk 20 heeft verder twee zijdelingse oren 22. Aan elk oor 22 is een 30 trekketting 24 aangebracht. De trekkettingen 24 strekken zich vanaf het koppelstuk 20 onderling evenwijdig uit. Tussen de van het koppelstuk 20 afgekeerde einden van de trekkettingen 24 is een aangrijporgaan 26 bevestigd. Het aangrijporgaan 26 omvat een haak 27 die kan aangrijpen op de container 5. De trekkettingen 24 verlopen tussen het 1028521 » 7 koppelstuk 20 en het aangrijporgaan 26 elk door een kettinggeleiding 25, waarover de trekkettingen 24 kunnen afbuigen ten opzichte van de container 5. De kettinggeleidin-gen 25 bezitten een gemeenschappelijke hartlijn 28 die enigszins boven de hartlijn 14 van de draagarmen 10 ligt, zoals getoond in figuur 2. Als de lier 18 de container 5 zo-5 danig heeft opgetrokken, dat de container 5 op de draagarmen 10 rust, liggen de trekkettingen 24 en de trekband 16 in eikaars verlengde.The coupling piece 20 further has two lateral ears 22. On each ear 22 a tension chain 24 is arranged. The tension chains 24 extend parallel to each other from the coupling piece 20. An engaging member 26 is secured between the ends of the tension chains 24 remote from the coupling piece 20. The engaging member 26 comprises a hook 27 which can engage on the container 5. The tension chains 24 extend between the 1028521 7 coupling piece 20 and the engaging member 26 each through a chain guide 25, over which the tension chains 24 can deflect relative to the container 5. The chain guides 25 have a common center line 28 which is slightly above the center line 14 of the bearing arms 10, as shown in figure 2. If the winch 18 has pulled up the container 5 so that the container 5 rests on the bearing arms 10 , the pull chains 24 and the pull strap 16 are in line with each other.

Als de haak losschiet uit de container, kunnen de trekkettingen en het aangrijporgaan door de door de lier uitgeoefende krachten een enorme versnelling ondervinden. De richting van de versnelling is afhankelijk van het tijdstip waarop de haak losschiet. 10 De trekkettingen en het aangrijporgaan kunnen dan tegen of zelfs door de cabine van de bestuurder vliegen, hetgeen een levensgevaarlijk risico vormt. Dit risico is volgens de uitvinding uitgesloten of ten minste aanzienlijk beperkt doordat de laadinrichting 4 volgens de uitvinding remmiddelen voor het remmen van de trekband omvat. Bij losschieten van de haak dempen de remmiddelen de versnelling, waardoor de kettingen en de 15 haak worden neergelegd voordat deze de cabine bereiken.If the hook comes loose from the container, the tension chains and the gripping member can experience enormous acceleration due to the forces exerted by the winch. The direction of acceleration depends on the time at which the hook releases. The tension chains and the gripping member can then fly against or even through the driver's cabin, which constitutes a life-threatening risk. This risk is excluded according to the invention or at least considerably limited in that the loading device 4 according to the invention comprises braking means for braking the draw belt. When the hook is released, the braking means damp the acceleration, whereby the chains and the hook are laid down before they reach the cabin.

In het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld omvatten de remmiddelen een meeloopelement 30. Het meeloopelement 30 kan op verschillende manieren zijn uitgevoerd, maar is in dit geval gevormd door een meeloopband. Beide einden van de meeloopband 30 zijn verbonden met het koppelstuk 20, d.w.z. de meeloopband 30 is 20 eindloos.In the exemplary embodiment shown in the drawing, the braking means comprise a walking element 30. The walking element 30 can be designed in different ways, but in this case is formed by a walking belt. Both ends of the treadmill 30 are connected to the coupling piece 20, i.e. the treadmill 30 is endless.

Vanaf het koppelstuk 20 verloopt de meeloopband 30 in de richting tegengesteld aan de trekrichting A naar een achterste omkeerrol 32. De hartlijn 34 van de omkeeirol 32 valt in hoofdzaak samen met de hartlijn 28 van de kettinggeleidingen 25. M.a.w. de meeloopband 30 is aan de naar het aangrijporgaan 26 toegekeerde zijde van het koppel-25 stuk 20 langs de achterste omkeerrol 32 van het frame 9 geleid. Nadat de meeloopband 30 over de omkeerrol 32 is gevoerd, loopt de meeloopband 30 via meerdere geleidings-rollen 35 naar een correctie-eenheid 40.From the coupling piece 20, the running belt 30 extends in the direction opposite to the pulling direction A to a rear deflection roller 32. The center line 34 of the circumferential roller 32 substantially coincides with the center line 28 of the chain guides 25. In other words, the idler conveyor 30 is guided on the side of the coupling piece 20 facing the engagement member 26 along the rear deflection roller 32 of the frame 9. After the idler belt 30 has been passed over the reversing roller 32, the idler belt 30 runs via a plurality of guide rollers 35 to a correction unit 40.

De correctie-eenheid 40 is nader weergegeven in figuur 4. De correctie-eenheid 40 verschaft een lengtespeling van de meeloopband, alsmede een voorspanning van de 30 meeloopband 30. De correctie-eenheid 40 omvat drie vaste geleidingsrollen 42, die draaibaar zijn bevestigd tussen draagplaten 44. De draagplaten 44 zijn bevestigd aan de draagarmen 10. De correctie-eenheid 40 heeft verder een beweegbare geleidingsrol 46.The correction unit 40 is further shown in Figure 4. The correction unit 40 provides a longitudinal play of the treadmill, as well as a bias of the treadmill 30. The correction unit 40 comprises three fixed guide rollers 42, which are rotatably mounted between supporting plates. 44. The support plates 44 are attached to the support arms 10. The correction unit 40 further has a movable guide roller 46.

De geleidingsrol 46 is opgehangen aan een as 48, die verschuifbaar is opgenomen 1028521 t 8 in geleidingsrails 49. De as 48 is verbonden met een luchtcilinder 50, die naar de uitgestoken positie is voorgespannen. Hierdoor wordt de beweegbare geleidingsrol 46 in figuur 4 naar boven geduwd. In plaats van een luchtcilinder 50 is elk ander voorspanorgaan mogelijk, zoals een veermiddel.The guide roller 46 is suspended from a shaft 48 which is slidably received 1028521 to 8 in guide rails 49. The shaft 48 is connected to an air cylinder 50 which is biased to the extended position. As a result, the movable guide roller 46 in Figure 4 is pushed upwards. Instead of an air cylinder 50, any other biasing means is possible, such as a spring means.

5 De geleidingsrol 46 is beweegbaar in een richting B, die in hoofdzaak dwars op de langsrichting van de meeloopband 30 verloopt. Door het naar boven drukken van de beweegbare geleidingsrol 46 blijft de meeloopband 30 op spanning. Daarnaast kan de correctie-eenheid 40 lengteveranderingen opvangen. Dit is nodig als het laadvlak niet kantelbaar is en als de kantelbare draagarmen 10 niet nauwkeurig zijn uitgelijnd met de 10 schuine stand van een gedeeltelijk opgetrokken container 5. In dat geval steekt immers de voorrand van de container 5 omhoog van het laadvlak (zie figuur 1). De container 5 rust tijdens het optrekken daarvan op de oplooprollen 8 van het frame 9 en met de achterrand daarvan op de ondergrond. De benodigde lengteverandering van de meeloopband 30, die is bepaald door de afstand tussen de voorrand van de container en het 15 laadvlak, kan door de correctie-eenheid 40 worden gecompenseerd.The guide roller 46 is movable in a direction B, which extends substantially transversely to the longitudinal direction of the treadmill 30. By pushing the movable guide roller 46 upwards, the running belt 30 remains under tension. In addition, the correction unit 40 can accommodate changes in length. This is necessary if the loading surface is not tiltable and if the tilting bearing arms 10 are not accurately aligned with the oblique position of a partially raised container 5. In that case, after all, the front edge of the container 5 projects upwards from the loading surface (see Figure 1). ). The container 5 rests on the take-up rollers 8 of the frame 9 and with the rear edge thereof on the substrate during the raising thereof. The required change in length of the treadmill 30, which is determined by the distance between the front edge of the container and the loading surface, can be compensated by the correction unit 40.

Vanaf de correctie-eenheid 40 voert de meeloopband 30 over een of meer gelei-dingsrollen 35 naar de voorste omkeerrol 31. De omkeerrol 31 aan het vooreind van de oplegger 1, d.w.z. nabij de cabine 7, vormt derhalve een gemeenschappelijk omkeerrol voor zowel de trekband 16 als de meeloopband 30. Vanaf de omkeerrol 31 voert de 20 meeloopband 30 over de trekband 16 terug naar het koppelstuk 20.From the correction unit 40, the idler belt 30 passes over one or more guide rollers 35 to the front reversing roller 31. The reversing roller 31 at the front end of the trailer 1, ie near the cab 7, therefore forms a common reversing roller for both the tension belt 16 as the idler belt 30. From the deflection roller 31, the idler belt 30 passes over the draw belt 16 back to the coupling piece 20.

De meeloopband 30 is via het koppelstuk 20 verbonden met de trekband 16. Tijdens het inhalen van de trekband 16 door de lier 18, beweegt de meeloopband 30 mee. In figuur 3 is het duidelijkst getoond dat de meeloopband 30 zich aan de van het aan-grijporgaan 26 afgekeerde zijde van het koppelstuk 20 boven de trekband 16 uitstrekt. 25 De meeloopband 30 verloopt radiaal buiten de trekband 16, zodat de meeloopband 30 langs de lier 18 kan worden geleid (zie figuur 1). Het opwikkelen van de trekband 16 op de lier 18 wordt dan niet verstoord door de aanwezigheid van de meeloopband 30.The pedestrian belt 30 is connected via the coupling piece 20 to the pulling belt 16. During the overtaking of the pulling belt 16 by the winch 18, the pedestrian walking belt 30 moves with it. In figure 3 it is most clearly shown that the pedestrian belt 30 extends on the side of the coupling piece 20 remote from the engagement member 26 above the pulling belt 16. The pedestrian conveyor 30 extends radially outside the pull belt 16, so that the pedestrian conveyor 30 can be guided along the winch 18 (see figure 1). The winding of the draw belt 16 on the winch 18 is then not disturbed by the presence of the treadmill 30.

Als tijdens het optrekken van de container 5 op het laadvlak de haak losschiet, zal zoals hierboven aangegeven de trekband 16 door de daarin opgebouwde spanning een 30 versnelling ondervinden. De door de lier 18 uitgeoefende krachten zijn zo groot, dat de trekkettingen 25 en het aangrijporgaan 26 tegen de cabine kunnen vliegen.If, during the raising of the container 5 on the loading surface, the hook comes loose, as stated above, the tension belt 16 will experience an acceleration due to the tension built up therein. The forces exerted by the winch 18 are so great that the tension chains 25 and the engaging member 26 can fly against the cabin.

Volgens de uitvinding is in de eerste plaats door de meeloopband 30 verhinderd, dat de trekband 16 over de cabine heen kan bewegen. De opwaartse beweging van de 1028521 t » 9 trekband 16 en de daarmee verbonden meeloopband vanaf het laadvlak is immers beperkt tot de door de correctie-eenheid 40 ingebouwde speling.According to the invention, the pedestrian belt 30 prevents the traction belt 16 from moving over the cabin in the first place. The upward movement of the 1028521 t pull belt 16 and the pedestrian running belt connected thereto from the loading surface is after all limited to the play built in by the correction unit 40.

Verder zal de trekband 16 naar de cabine 7 bewegen als gevolg van de component van de door het losschieten veroorzaakte versnelling, die recht naar de achterzijde 5 van de cabine 7 is gericht. Hierbij trekt de trekband 16 volgens de uitvinding de meeloopband 30 mee. De meeloopband 30 wordt dan meegedraaid over de omkeerrollen 31, 32. Hierbij moeten de omkeerrollen 31, 32 en de geleidingsrollen 35 in beweging worden gebracht en treedt wrijving op tussen de meeloopband 30 en de rollen 31, 32, 35 en de correctie-eenheid 40. Door het meetrekken van de meeloopband wordt een 10 aanzienlijke hoeveelheid energie gedissipeerd, die de versnelling van de trekband 16 effectief uitdempt. De trekkettingen 24 en het aangrijporgaan 26 kunnen daardoor de cabine 7 niet bereiken, zodat letsel van de bestuurder in de cabine is uitgesloten. De omkeerrollen 31, 32 en de geleidingsrollen 35, de correctie-eenheid 40 alsmede de rek in de meeloopband 30 dragen bij aan het afremmen de meeloopband 30, d.w.z. maken 15 deel uit van de remmiddelen voor het remmen van de meeloopband 30.Furthermore, the draw belt 16 will move towards the cab 7 as a result of the component of the acceleration caused by the release, which is directed straight to the rear 5 of the cab 7. The pull belt 16 according to the invention herein pulls the running belt 30 along. The walking belt 30 is then rotated along the reversing rollers 31, 32. Here, the turning rollers 31, 32 and the guide rollers 35 must be set in motion and friction occurs between the walking belt 30 and the rollers 31, 32, 35 and the correction unit 40. A considerable amount of energy is dissipated by pulling along the running belt, which effectively dampens the acceleration of the pull belt 16. The tension chains 24 and the engaging member 26 cannot therefore reach the cabin 7, so that injury to the driver in the cabin is excluded. The reversing rollers 31, 32 and the guide rollers 35, the correction unit 40 as well as the elongation in the treadmill 30 contribute to braking the treadmill 30, i.e. form part of the braking means for braking the treadmill 30.

Een tweede uitvoeringsvorm van de laadinrichting volgens de uitvinding is schematisch weergegeven in figuur 5. Dezelfde onderdelen zijn aangegeven met dezelfde verwijzingscijfers. Het verschil met de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 en 3 is dat de meeloopband 30 niet zonder eind is. Een eind van de meeloopband 30 is zoals volgens 20 de in figuur 2 en 3 getoonde uitvoeringsvorm verbonden met het koppelstuk 20, terwijl het tegenoverliggende eind van de meeloopband 30 is opgewikkeld op een trommelor-gaan 60.A second embodiment of the loading device according to the invention is schematically shown in Figure 5. The same parts are indicated with the same reference numerals. The difference with the embodiment according to figures 2 and 3 is that the walking belt 30 is not endless. As in the embodiment shown in Figs. 2 and 3, an end of the walking belt 30 is connected to the coupling piece 20, while the opposite end of the walking belt 30 is wound on a drum member 60.

De meeloopband 30 verloopt vanaf het koppelstuk 20 tegengesteld aan de optrek-richting A naar de achterste omkeerrol 32, waarvan de hartlijn in hoofdzaak samenvalt 25 met de hartlijn 28 van de kettinggeleidingen 25. Nadat de meeloopband 30 over de om-keerrol 32 is gevoerd, loopt de meeloopband 30 via meerdere geleidingsrollen 35 naar het trommelorgaan 60. M.a.w. het van het koppelstuk 20 afgekeerde part van het mee-loopelement 30 dat is geleid over de achterste omkeerrol 32 is opgewikkeld op het trommelorgaan 60. Hoewel in figuur 5 geen correctie-eenheid 40 is getoond, kan een 30 dergelijke correctie-eenheid 40 eventueel tussen de omkeerrol 32 en het trommelorgaan 60 zijn geschakeld.The treadmill 30 runs from the coupling piece 20 opposite to the direction of travel A to the rear deflection roller 32, the axis of which substantially coincides with the axis 28 of the chain guides 25. After the treadmill 30 has passed over the reversing roller 32, the treadmill 30 runs via a plurality of guide rollers 35 to the drum member 60. In other words the part of the traveling element 30 remote from the coupling piece 20 and which is guided over the rear reversing roller 32 is wound on the drum member 60. Although no correction unit 40 is shown in Figure 5, such a correction unit 40 may the deflection roller 32 and the drum member 60 are connected.

Het trommelorgaan 60 omvat een veermiddel voor het voorspannen van de meeloopband 30. Tijdens het afwikkelen van de meeloopband 30 van het trommelorgaan 1028521 10 moet een voorspankracht worden overwonnen. Het trommelorgaan 60 zal daardoor de meeloopband 30 en daarmee de trekband 16 afremmen als plotseling een versnelling met een component in trekrichting A optreedt. De voorgespannen meeloopband 30 voorkomt tevens dat de trekband 30 vanaf het laadvlak over de cabine kan vliegen.The drum member 60 comprises a spring means for biasing the treadmill 30. During the unwinding of the treadmill 30 from the drum member 1028521, a biasing force must be overcome. As a result, the drum member 60 will brake the pedestrian running belt 30 and thus the pulling belt 16 if an acceleration with a component in the pulling direction A suddenly occurs. The pre-tensioned running belt 30 also prevents the draw belt 30 from flying over the cabin from the loading surface.

5 Het trommelorgaan 60 kan daarnaast aandrijfbaar zijn door een trommelmotor (niet weergegeven). Door het besturen van het vermogen van de trommelmotor kan de remkracht van het trommelorgaan 60 worden ingesteld. Bovendien kan een dergelijke trommelmotor de container 5 van het laadvlak af trekken, zodat het neerlaten van de container 5 is vereenvoudigd.The drum member 60 may in addition be drivable by a drum motor (not shown). The braking force of the drum member 60 can be adjusted by controlling the power of the drum motor. Moreover, such a drum motor can pull the container 5 off the loading surface, so that the lowering of the container 5 is simplified.

10 In een variant van de in figuur 5 weergegeven uitvoeringsvorm (niet getoond) zijn de trekband 16 en de meeloopband 30 geïntegreerd in een band. Het ene eind van deze band is dan opgewikkeld op de lier 18, terwijl het andere eind daarvan is opgewonden op het trommelorgaan 60. De trekkettingen 24 en het aangrijporgaan 26 zijn dan door bevestigingsmiddelen aan die integrale band bevestigd. Een koppelstuk 20 15 waarin de trekband 16 en de meeloopband 30 tussen bevestigingsstangen zijn geklemd is dan overbodig.In a variant of the embodiment shown in Figure 5 (not shown), the pull belt 16 and the running belt 30 are integrated in a belt. One end of this belt is then wound onto the winch 18, while the other end thereof is wound onto the drum member 60. The tension chains 24 and the engagement member 26 are then attached to said integral belt by fasteners. A coupling piece 15 in which the tension belt 16 and the pedestrian belt 30 are clamped between fixing rods is then superfluous.

Als toelichting op de technische achtergrond van de uitvinding is de werkwijze voor het optrekken van een container op het laadvlak van een vrachtwagen schematisch weergegeven in figuur 6a-h. In elke in fig. 6a-h getoonde positie van de container ten 20 opzichte van de vrachtwagen verschaft de meeloopband een beveiliging tegen het weg-katapulteren van de haak en de kettingen. De bestuurder in de cabine kan niet worden geraakt.As an explanation of the technical background of the invention, the method for pulling up a container on the loading surface of a truck is schematically shown in Figs. 6a-h. In each position of the container relative to the truck shown in Figs. 6a-h, the pedestrian conveyor provides protection against catapulting the hook and the chains. The driver in the cabin cannot be hit.

Figuur 7 toont dat het hierboven beschreven beveiligingssysteem voor een losgeschoten haak tevens toepasbaar is bij een combi-oplegger, die is uitgerust met zowel 25 een trekband voor het laden van containers als een hefarmensysteem voor het laden van laadbakken of puinbakken op de oplegger. Dezelfde onderdelen zijn aangegeven met dezelfde verwijzingscijfers. De hefarmen zijn aangegeven met 70.Figure 7 shows that the above-described safety system for a detached hook can also be applied to a combi-trailer, which is equipped with both a draw belt for loading containers and a lifting arm system for loading loading containers or rubble containers on the trailer. The same parts are indicated with the same reference numerals. The lifting arms are indicated by 70.

10285211028521

Claims

Transport trolley (1), such as a trailer or lorry, comprising a frame (9) with a loading surface for receiving a load (5), such as a container or loading container, and a loading device (4) for pulling up the load (5) on the loading surface, which loading device (4) comprises a pulling element (16), which is movable in a pulling direction (A), which pulling element (16) is provided at one end with an engaging member (26) for engaging the load and at the opposite end is connected to a drivable winding element (18), characterized in that the loading device (4) is provided with a follow-on element (30), which is connected at a mounting end thereof to the pulling element ( 16), as well as braking means for braking the pedestrian element (30).

2. Transport trolley according to claim 1, wherein the pulling element (16) extends in the longitudinal direction of the frame (9), and wherein the pedestrian element (30) is substantially aligned with respect to the pulling element (16).

3. Transport trolley as claimed in claim 1 or 2, wherein the pedestrian element (30) extends from the attachment end in a direction substantially opposite to the pulling direction (A).

Transport trolley as claimed in claim 3, wherein the brake means comprise a roller (32), wherein the pedestrian element (30) with its part remote from the attachment end is guided over the roller (32). 25

Transport trolley according to claim 4, wherein the roll (32) forms a take-up roll, wherein the part of the running element (30) remote from the attachment end is wound on the take-up roll.

Transport trolley according to claim 4, wherein the roller forms a reversing roller (32), wherein the part of the running element (32) remote from the attachment end is guided over the reversing roller (32). 1028521 é *

Transport trolley according to claim 6, wherein the part of the running element (30) guided over the reversing roller (32) is wound on a rotatable drum member (60).

A transport trolley according to claim 7, wherein the drum member (60) is provided with a spring means for biasing the pedestrian element (30) between the attachment end and the drum member (60).

Transport trolley according to claim 7 or 8, wherein the rotation of the drum member (60) is controllable by a drum motor.

10. Transport trolley as claimed in claim 6, wherein the part of the walking element (30) guided over the reversing roller (32) is guided over a second reversing roller (31), wherein the attachment end and the end of the walking element (30) remote from it are lowered. are connected to form an endless running element (30).

Transport trolley according to claim 10, wherein the pedestrian element (30) is located substantially radially outside the traction element (16).

Transport trolley according to claim 11, wherein the traction element (16) extends at least partially between the pedestrian element (30) and the loading surface of the frame (9).

A transport trolley according to any one of the preceding claims, wherein the attachment end of the pedestrian element (30) and the pulling element (16) are each connected to; 25 a coupling piece (20), and wherein the engaging member comprises a tension chain (24) and a hook member (26), the tension chain (24) being connected at one end to the hook member (26) and at the opposite end is connected to the coupling piece (20).

Transport trolley according to one of the preceding claims, wherein the braking means comprise friction rollers, and wherein the pedestrian element (30) is clamped between the friction rollers for braking the pedestrian element (30) during movement thereof. 1028521 l *

Transport trolley as claimed in any of the foregoing claims, wherein the braking means are provided with a correction unit (40) for biasing the run-on member (30).

Transport trolley according to claim 15, wherein the correction unit (40) comprises at least a movable guide roller (46) slidably received in the correction unit (40) between a retracted position and an extended position, an air cylinder (50) biases the movable guide roller (46) to the extended position. 10

17. Loading device (4) for raising a load (5) on the loading surface of a transport trolley (1) according to one of the preceding claims, which loading device (4) comprises a pulling element (16) which is movable in a pulling direction (A ), which pulling element (16) is provided at one end with an engaging member (26) for engaging the load (5) and is connected at the opposite end to a winch member (18), characterized in that the loading device ( 4) is provided with a pedestrian element (30) which is connected at a mounting end thereof to the traction element (16), as well as braking means for braking the pedestrian element (30). 1028521