NL1026673C2 - Kasinrichting en houder voor gewassen. - Google Patents

Kasinrichting en houder voor gewassen. Download PDF

Info

Publication number
NL1026673C2
NL1026673C2 NL1026673A NL1026673A NL1026673C2 NL 1026673 C2 NL1026673 C2 NL 1026673C2 NL 1026673 A NL1026673 A NL 1026673A NL 1026673 A NL1026673 A NL 1026673A NL 1026673 C2 NL1026673 C2 NL 1026673C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
holder
line
supply
discharge
conduit
Prior art date
Application number
NL1026673A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1026673A1 (nl
Inventor
Piet Kloosterhuis
Willem Kemmers
Original Assignee
Logiqs Agro B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Logiqs Agro B V filed Critical Logiqs Agro B V
Priority to NL1026673A priority Critical patent/NL1026673C2/nl
Publication of NL1026673A1 publication Critical patent/NL1026673A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1026673C2 publication Critical patent/NL1026673C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/14Greenhouses
    • A01G9/143Equipment for handling produce in greenhouses
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G31/00Soilless cultivation, e.g. hydroponics
    • A01G31/02Special apparatus therefor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/24Devices or systems for heating, ventilating, regulating temperature, illuminating, or watering, in greenhouses, forcing-frames, or the like
    • A01G9/247Watering arrangements
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02PCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES IN THE PRODUCTION OR PROCESSING OF GOODS
    • Y02P60/00Technologies relating to agriculture, livestock or agroalimentary industries
    • Y02P60/20Reduction of greenhouse gas [GHG] emissions in agriculture, e.g. CO2
    • Y02P60/21Dinitrogen oxide [N2O], e.g. using aquaponics, hydroponics or efficiency measures

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Greenhouses (AREA)

Description

KASINRICHTING BI HOUDER VOOR GEWASSEN
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een kasinrichting voor het in roulatie telen van gewassen.
s Dergelijke roulatiesystemen voor de teelt van gewassen zijn algemeen bekend, bijvoorbeeld door de Nederlandse octrooipublicatie NL-1021240, alsmede door de niet vóórgepubliceerde octrooi-aanvrage NL-1025157 ten name van aanvraagster, van welke laatste aanvrage de Inhoud hier wordt geacht te zijn ingevoegd. In dergelijke roulatiesystemen is het gewas opgenomen in houders die over of langs 10 een geleidingssysteem zoals rails beweegbaar zijn.
Het bekende systeem van roulerende teelt is echter voorbehouden aan niet bloem-dragende gewassen aangezien deze verhoudingsgewijs warmte, althans temperatuurgevoeilg zijn. Deze gewassen, bijvoorbeeld Fresia en Atstroemeria, worden dan ook uitsluitend volgronds, althans in vaste kasbedden geteeld. Dergelijke 15 vaste bedden zijn voorzien van zogenaamde temperatuurleidingen voor de temperatuurbeheersing, ofwel voor het verwarmen dan wel koelen van het groei medium, bijvoorbeeld grond en bewortelingssubstraat, waarin dergelijke bloemen zijn opgenomen.
Uit het vóórgepubliceerde octrooi voor roulatieteelt Is eveneens een 20 leidingsysteem bekend. Dit systeem Is ongeschikt voor het beheersen van de temperatuur van het wortelbed in een houder aangezien dit systeem is gericht op het hieraan afgeven van water. Hierbij wordt althans voor een aantal gewassen gunstige systeem van druppelbevloeiing toegepast waarbij de leiding aan de bovenzijde van een wortelbed wordt geleld, althans uitmond. Dit op zichzelf bekende 25 systeem is volgens de vóórgepubliceerde stand van de techniek voor roulatieteelt geschikt gemaakt door een onderling aansluitsysteem van leidingen voor watertoevoer in dergelijke mobiele houders.
De onderhavige vinding heeft dan ook tot doel het bekende systeem voor temperatuursregulatie geschikt te maken voor mobiele teelt, daarbij gebruik makend 30 van aansluitsysbemen voor toediening van water, zoals deze bekend zijn uit de genoemde stand van de techniek voor roulatiesystemen.
Conform de uitvinding wordt dit doel gerealiseerd wanneer de constructieve maatregelen uit het kenmerkende deel van de conclusie worden toegepast Met een 1026673“
I 2 I
I dergelijke constructie is een in een kas opgenomen rij houders voorzien van zowel I
I een aanvoer· als een afvoerkanaal voor koel- en opwarm medium, en kan per I
I houder een door middel van bij voorkeur meerdere zich daartussen uitstrekkende I
I tussenleidingen per houder, een zeer gelijkmatig verdeelde temperatuur in de I
I 5 beworteiingszone van de gewassen worden gecreëerd, terwijl tevens kan worden I
I genoten van de voordelen van het roulerende teeltsysteem. I
I De uitvinding zal thans bij wijze van voorbeeld nader worden toegeiicht aan de I
I hand van een tekening waarin: I
I Figuur 1 een schematisch weergave betreft van een inrichting volgens de I
I 10 uitvinding; I
I Rguur 2 een schematisch bovenaanzicht van de in de inrichting van figuur 1 I
I opgenomen houder weergeeft, alsmede een mogelijke verticale dwarsdoorsnede I
I daarvan; I
I Rguren 3A tot 3C geven verschillende uitvoeringen van volgens de uitvinding I
I is mogelijke houders weer; I
I In de figuren weergegeven identieke verwijzingen hebben betrekking op I
I overeenkomstige functionele dan wel constructieve aspecten van de uitvinding; I
I Figuur 1 toont schematisch een deel van een kasinrichting 1, met houders 3 I
I voor gewassen, welke in de richting van de pijlen en terug, in een rij, automatisch I
I 20 beweegbaar zijn over niet in de figuur weergegeven rails. De inrichting beschikt I
I hiertoe over vasthoud en voortstuwingsmiddelen welke deels in een rij zijn I
I opgenomen, en deels nabij de uiteinden daarvan vast zijn opgesteld. Deze middelen I
I zorgen ervoor dat houders 3 ferm tegen elkaar worden aangedrukL I
I In een houder 3 zijn rechte doorvoerieidingen 5 en 6 aanwezig welke I
I 25 respectievelijk aan- en afvoerfeidingen vormen voor een hydraulisch medium voor I
I het beheersen van de temperatuur in een beworteüngsdeel van een houder 3 I
I aangebracht beworteiingsmedium 14. De aan- en afvoerfeidingen 5,6 zijn onderling I
I gekoppeld door een tussenleking 10. Bk van de doorvoerieidingen 5, 6 is voorzien I
I van een mannelijk en een vrouwelijk uiteinde zoals is weergegeven in de met I
I 30 vóórgepubliceerde aanvrage ten name van Aanvraagster. Deze zijn voorzien van Ο- I
I ringen ten einde lekkage bij het in elkaar geschoven zijn te voorkomen. De I
I automatische voortstuwing en vasthoudmiddelen zijn ingericht op het overwinnen I
I van de hierdoor, bij het onderling aansluiten veroorzaakte wrijvingsweerstand. I
I 1020873- I
3
Aan het eind van een rij houders is de aanvoerleiding 5 afgesloten, conform de uitvinding door een aldaar, overigens niet in de figuur weergegeven vast opgesteld afsluitorgaan met een passende en op juiste positie aanwezige, bijvoorbeeld conisch gevormde dop. Het in deze leiding aangevoerde hydraulische middel, wordt hierdoor 5 via de tussenleidingen 10 naar de afvoerieiding 6 gedwongen. De afvoerieiding, welke overeenkomstig met leiding 5 is gevoerd, voert het inmiddels afgekoelde, dan wel opgewarmde medium naar een vaste afvoerieiding 7, welke leidt naar een temperatuurregelaar 8, welke bij voorkeur een warmtewisselaar omvat Vanuit de regelaar 8 wordt het koel en verwanmingsmedium aangezogen door een pomp 9, ïo welke het medium via een verdere vaste leiding 4 naar de door de houders in een rij gevormde aanvoerleiding 5 stuwt
Figuur 2 geeft een houder 3 uitvergroot en in verticale doorsnede weer. In het bovenste deel van deze figuur is te zien dat bij voorkeur ten minste twee tussenleidingen 10 zijn opgenomen, welke elk conform voorkeur, althans in essentie 15 in een horizontaal vlak gelust kunnen zijn opgenomen. Het onderste deel van de figuur illustreert dat een tussenleiding 10 hierbij bovendien ook nog in een verticaal vlak kan zijn gelust De tussenleiding 10 wordt hierbij op regelmatige onderlinge afstand van de bodem van een houder afgesteund door niet in de figuur weergegeven steunmlddelen zoals steunblokken en zich dwars in de houder 3 20 uitstrekkende steunlijsten.
De inrichting is verder voorden van niet weergegeven automatische aansluiters, welke de vaste leidingen met behulp van een daarop aangesloten flexibel slangdeel op een aan- dan wel afvoerieiding van de laatst in de rij aanwezige houder koppelen. Conform voorkeur is steeds slechts een terugslagklep aangebracht in een 25 tussenleiding en wel nabij de aansluiting daarvan op een aanvoerleiding 5 in een houder 3. Een dergelijke constructie maakt het mogelijk de doorvoerbuizen met behulp van lucht leeg te blazen, en beperkt in sterke mate de kans op en de hoeveelheid van eventuele lekkage in de inrichting. Ook wordt zo voorkomen dat bij storing van een terugslagklep de gehele inrichting onbruikbaar wordt en er kans 30 bestaat op verstoring van de groei, of zelf verlies van het gewas in een rij. Het verlies aan koel- en verwarmingsmedium, conform de uitvinding bij voorkeur water, is in de Inrichting volgens de uitvinding opgevangen door de aanwezigheid van een overigens niet in de figuur weergegeven buffer voor koel- en verwarmingsmedium, 1026973-
I 4 I
I welke conform de uitvinding is voorzien van een warmtewisselaar, althans op een I
I gewenste temperatuur wordt gehouden, voor het bij heraansluiten van een rij I
I opvangen van verloren gegaan, althans weggeblazen medium. I
I De figuren 3A tot en met 3B illustreren enkele vormen die een houder 3 binnen I
I 5 het concept van de uitvinding kan aannemen. Figuur 3A toont hierbij een nieuw type I
I houder waarbij door middel van een geprofileerde plaat 13 een of meer goten zijn I
I gevormd, waarin groeimedium 14 is opgenomen. In de weergegeven uitvoering is dit I
I medium opgenomen in een zogenaamde luier bestaande uit een kunststof of wei I
I plastic omkleding, maar kan ook bestaan uit een kunststof inlegdeel, hetzij in vast I
I ïo vorm hetzij in kleedvorm. Hierdoor zijn de tussen leidingen gescheiden van het groei- I
I of bewortelingsmedium in de houder 3 opgenomen. Dit heeft het voordeel dat de I
I houder naderhand goed schoon is te maken en hygiënisch blijft In deze uitvoering I
I onder een tussenlekJing 10 een niet weergegeven isolerende laag in de houder 3 I
I aangebracht In de weergegeven uitvoering is onder in de bewortelingsruimte van de I
I is houder 3 bovendien specifiek ten minste een zogenaamde drain, ofwel een goot I
I aangebracht Deze dient zowel voor opname van een tussenleiding ais voor afvoer I
I van toegediend water. Deze toediening vindt afhankelijk van het gewas enkele keren I
I per dag plaats, en heeft in de praktijk geen ernstig verstorend effect op de I
I temperatuursregulatie, zodat gunstigerwijs volgens een verder aspect van de I
I 20 uitvinding met de weergegeven, relatief eenvoudige vorm kan worden volstaan. I
I Een houder 3 heeft steeds als basis een In de rij- of voortbewegingsrichting I
I opgenomen drager 12 welke is voorzien van rollers 11 voor het over of langs een I
I geleiding kunnen bewegen van de houder 3. Tevens omvat een houder 3 steeds een I
I verdiepte vorm ofwel bewortelingsruimte voor het daarin kunnen opnemen van I
I 25 groeimedium 14. Althans in essentie dwars op de dragers 12 zijn de tussenleidingen I
I 10 georiënteerd, welke in of onder het medium 14 in de houder 3 zijn opgenomen. I
I In de weergegeven uitvoering rusten de leidingen 10 direct op een uit I
I metaalplaat gevormd houder deel. Gebruikmakend van de goede I
I gelekJingseigenschappen van het plaatmateriaal ontstaat een relatief groot oppervlak I
I 30 dat gebruikt wordt voor hetzij verwarming, hetzij koeling in de directe nabijheid van I
I het niet wortelend gewasdeel of wel het blad of de moes van het gewas. Het I
I voordeel van deze constructie is dat behalve een beïnvloeding van de I
I bewortelingstemperatuur, tevens op eenvoudige wijze een element voor het I
I 1026673- I
5 beheersen, althans banvloeden van het mlcro-ldimaat rond de planten of bloemen uit het gewas is verkregen. In een verdere uitwerking van deze constructie wordt door het aanbrengen van een isolerende coating tussen de onderzijde van de tussenleiding en de bodem van de goot, volgens de uitvinding een bij uitstek op de s bewortelingsruimte gerichte temperatuursbéfnvloeding verkregen.
Figuur 3B illustreert een verhoogde uitvoering van een houder 3t met een bijvoorbeeld uit plaat geprofileerd deel 13B, waarin centraal een verdiepte profilering is opgenomen waarin zowel ten minste een tussenleking 10 als groeisubstraat 14 zijn opgenomen. Dit type houder is zeer geschikt voor afhangende gewassen.
10 Figuur 3C illustreert een uitvoering waarbij de tussenleidngen in het groeimedium 14 zijn opgenomen. Het betreft hier een betrekkelijk brede bak 13B, waardoor deze relatief makkelijker is te reinigen. De leidingen zijn bij voorkeur door middel van onder de leidingen aangebrachte steunen op geringe afstand van de bodem van de houder 3 aangebracht De bak 13B kan conform weergave zijn 15 uitgevoerd In plaatmateriaal, hetzij staalplaat; hetzij kunststof, waardoor deze makkelijk hanteerbaar is. De zijwanden zijn in deze uitvoering bij voorkeur verstevigd met behulp van daarin aangebrachte vulelementsn.
De onderhavige uitvinding heeft behalve op het In het voorgaande beschrevene eveneens betrekking op alle niet beschreven details uit de figuren, althans voorzover 20 deze door de vakpersoon direct en ondubbelzinnig daaruit afleidbaar zijn, alsmede op alle details zoals zijn weergegeven In het hierna volgende stel conclusies.
1028673“ v

Claims (13)

  1. 6 I CONCLUSIES I
  2. 1. Kasinrichting (1) ten behoeve van gewassen (15), voorzien van I gewashouders (3) die met behulp van een geleidingssteisel mobiel, althans I s geleidbaar zijn in de richting van een bepaald in het systeem opgenomen I geleidingsdeel zoals een rail, welke houders (3) elk zijn voorzien van een leiding (5) I voor het transporteren van een stromend medium zoals water en lucht, welke leiding I (5) aansiuitbaar is op een overeenkomstig leidlngdeel van een verdere houder, met I het kenmerk, dat de houder (3) is voorzien van een tweede, separaat van de eerste I 10 leiding (5) onderling op elkaar aan te sluiten leiding (6), welke eerste leiding (5) een I aanvoerieiding vormt, en welke tweede leiding (6) een afvoerleiding, en welke eerste I en tweede leiding (5,6) onderling zijn gekoppeld door een althans deels in, dan wel I direct onder een bewortdingsruimte (14) van de houder (3) gevoerde tussenldding I (10). I
  3. 2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de aan- en I afvoerleidlngen (5; 6) zogenaamde doorvoerleldlngen zijn, waarbij zich tussen beide I aansiuitpunten van een leiding zich een rechte buis uitstrekt. I
  4. 3. Inrichting volgens de voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat een I tussenleiding nabij zijn aansluiting op een aanvoerieiding is voorzien van een I 20 terugslagklep, en de inrichting is voorzien van blaasmiddelen voor het middels lucht I legen van een aan- dan wei afvoerleiding. I
  5. 4. Inrichting volgens condusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat althans de I aanvoerieiding (5) is aangesloten op een temperatuur regelende eenheid (8). I 5. inrichting volgens een of meer der voorgaande condusies, met het I 25 kenmerk, dat het leidingsteisel (4, 5, 6, 7, 8, 9,10) van de inrichting (1) geheel is I gesloten, en een doorvoerpomp (9) alsmede een warmte wisselaar omvat I
  6. 6. Inrichting volgens een der voorgaande condusies, met het kenmerk, dat in I het niet roulerende deel (4, 7, 8) van de inrichting (1) een op een gewenste I temperatuur gehouden buffervoorraad van het koel- of verwarmingsmedium I 30 aanwezig is. I 1028673- I .7
  7. 7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste aan een zijde van één uiteinde van een rij houders (3) in een met het niet roulerende leiding deel (7,4) van de inrichting (1) verbonden automatische aansluitinrichting aanwezig is, voor het in de inrichting (1) opnemen van een of meer 5 houders (3) door koppeling daarvan met een aan- dan wel afvoerieiding (5,6) van een aan het betreffende uiteinde van een rif aanwezige houder.
  8. 8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tussenleiding (10) gelust in een houder (3) is opgenomen.
  9. 9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ïo zich in een houder (3) tenminste twee tussenleidingen (10) tussen een aanvoerieiding (5) en een afvoerieiding (6) uitstrekken.
  10. 10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat althans een tussenleiding (10) op een warmte-isolerende onderlaag in een houder (10) is aangebracht
  11. 11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een tussenleiding (10) in een houder (3) is opgenomen tussen de houder (3) en een daarop of -daarin aangebrachte substraathouder (14).
  12. 12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een tussenleiding (10) in een houder (3) bestemd is om althans grotendeels direct 20 omgeven te worden door groeimedium zoals bewortelingssubstraat en aarde.
  13. 13. Houder voor roulatieteelt van bloemgewassen, voorzien van een leidingstelsel (5,10, 6) met een aanvoerieiding (5) en een afvoerieiding (6), welke aan- en afvoerieiding (5, 6) onderling gekoppeld zijn door middel van een tussenleicfing (10), en welke aan- en afvoerieiding (5, 6) elk zijn voorzien van 25 aansluitpunten voor onderlinge aansluiting op de betreffende leiding van een andere, op overeenkomstige wijze in een rij op te riemen houder (3). 1026673-
NL1026673A 2004-07-16 2004-07-16 Kasinrichting en houder voor gewassen. NL1026673C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026673A NL1026673C2 (nl) 2004-07-16 2004-07-16 Kasinrichting en houder voor gewassen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026673 2004-07-16
NL1026673A NL1026673C2 (nl) 2004-07-16 2004-07-16 Kasinrichting en houder voor gewassen.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1026673A1 NL1026673A1 (nl) 2004-11-09
NL1026673C2 true NL1026673C2 (nl) 2005-01-26

Family

ID=33550511

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1026673A NL1026673C2 (nl) 2004-07-16 2004-07-16 Kasinrichting en houder voor gewassen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1026673C2 (nl)

Also Published As

Publication number Publication date
NL1026673A1 (nl) 2004-11-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8132739B2 (en) Hydro-thermo irrigation mat
US8234812B1 (en) Fodder-growing enclosure
US8234814B2 (en) Plant growing assembly
KR102049884B1 (ko) 트레이를 이동시키는 운송 시스템을 갖추고 트레이에서 작물을 재배하기 위한 건물
US20110067301A1 (en) Vertical Hydroponics System
US6138403A (en) Wire channel bench tray
US20120005958A1 (en) Hydroponic Plant Growing System
DK164758B (da) Fremgangsmaade og anlaeg til intensiv vaeksthusdrift
SE531721C2 (sv) Anordning för bevattningsändamål, förfarande för tillverkning av en behållaranordning samt medel härför
EP0301619A1 (en) Culture system and a holder intended for use in said system
NL1026673C2 (nl) Kasinrichting en houder voor gewassen.
NL8120343A (nl) Werkwijze voor het kweken van planten en kweekzak voor gebruik bij deze werkwijze.
CA1180898A (en) Installation for cultivating plants in a programmed milieu
KR101845060B1 (ko) 딸기 육묘 설비
NL194529C (nl) Inrichting voor het kweken van een gewas in een in hoofdzaak gesloten ruimte.
WO2010095932A1 (en) Cultivating bed for mushrooms and device and method for cultivating mushrooms
EP1350429B1 (en) Device for cultivating crop in cultivation troughs
NL1014378C2 (nl) Rolgoot.
NL8601543A (nl) Tafel voor planten.
JPH01174301A (ja) 茶園の自動管理装置
NL2027988B1 (nl) Broeikas
NL194027C (nl) Groeisysteem voor planten.
JP6305226B2 (ja) 移動栽培装置
NL1030318C2 (nl) Kasinrichting en gewashouder voor mobiele teelt van gewassen.
NL1037137C2 (nl) Kweekbed voor paddestoelen, en inrichting en werkwijze voor het kweken van paddestoelen.

Legal Events

Date Code Title Description
AD1B A search report has been drawn up
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Effective date: 20041125

PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110201