NL1024325C2 - Inrichting voor het kantelend ledigen van geopende houders met bulkgoed in toevoereenheden. - Google Patents

Description

> I

-1 -

INRICHTING VOOR HET KANTELEND LEDIGEN VAN GEOPENDE HOUDERS MET BULKGOED IN TOEVOEREENHEDEN

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 inrichting voor het ledigen van houders gevuld met granulaten, poeders, klein- en..bulkproducten van beperkte afmetingen e.d., waarbij genoemde houder veelal cilindrisch is met een grondvlak dat cirkelvormig of een veelhoek kan hebben, waarbij in het laatste geval gesproken wordt over 10 een octabin ledigingsstation, .waarbij..de houder ontdaan is van zijn deksel en voorzien wordt van een conische trechter met afsluitschuif, waarbij genoemde houder in de inrichting, vaak kantelinrichting genoemd, wordt gedraaid en zodoende kan ledigen.in. een trechtervormig opvangorgaan. 15 Een soortgelijke inrichting is bekend uit het

Amerikaanse octrooischrift US 6186 726B1, getiteld: "METHOD AND APPARATÜS TO CONVERT AN OPEN TOPPED CONTAINER INTO A TOP DISCHARGING CONTAINER" van de uitvinder KARPISEK, Ladislaw, Stephen, 86 Woodfield Boulevarde, Caringbah, New 20 South Wales 2229, Australië.

Het betreft een inrichting of apparaat en een daaraan gerelateerde methode voor.het .omzetten, omdraaien of kantelen van een van boven geopende houder of container in een voedings- of aanvoercontainer. Genoemde inrichting 25 omvat bij voorkeur een conische afdekking met een afsluitbare, opening, waarbij de. op.ening .verzien is van een koppelingsinrichting voor het aansluiten op een opvangcontainer. De inrichting voor het kantelen van de van boven geopende houders omvat een van voren open 30 kooiconstructie voor.het.erin zetten van de te ledigen houder, waarbij genoemde houder tijdens het kantelen door de kooiconstructie wordt ondersteund. Het kantelen van de kooiconstructie geschiedt middels een horizontale 1 02432 5” ophanging*. welke zich nagenoeg, aan 4e. bovenzijde van de te ledigen houder en nagenoeg aan de onderzijde van de genoemde conische afdekking .bevindt *.Dit laatste komt

doordat de conische afdekking met de afsluitbare opening op I

5 de kooiconstructie met.de te. ledigen..van boven geopende I

houder of container gemonteerd wordt. De genoemde I

kooiconstructie, .met. de te . ledigen houdet en container met I

daarop gemonteerd de conische afdekking is roteerbaar om I

een horizontale as weer. gemonteerd, in een op de bodem I

10 geplaatst frame. Het aandrijven kan met de hand met een I

zwengel of met andere..middelen geschieden. I

Aan de bekende inrichting kleven evenwel bezwaren in I

die zin, dat de inrichting in hoogte niet,aanpasbaar is aan I

de hoogte van de verschillende houders met bulkmaterialen, I

15. . zodat .verschillende of meerdere .kooiconstructies en I

conische afdekkingen noodzakelijk zijn om.te passen bij de I

verschillende te.ledigen houders of containers. Voorts is I

een behoorlijk vermogen nodig om de grotere houder met I

bulkmaterialen te doen kantelen, omdat de horizontale I

20 draaiingsas op relatief grote afstand van het zwaartepunt I

van het geheel is gelegen. Ook is de inrichting in I

breedterichting niet aanpasbaar aan de verschillende te

ledigen houders. Verder is de conische afdekking niet I

aangepast aan de bovenzijde van de te ledigen houder en I

25 container.

De doelstelling van de onderhavige uitvinding betreft I

een zodanig gemodificeerd en verbeterde inrichting voor het I

kantelend ledigen van van boven geopende houders met I

bulkgoed te verschaffen, waaraan vorenbeschreven bezwaren I

30 niet kleven en welke inrichting op economisch verantwoorde I

wijze op de markt te brengen is. I

Hiertoe is een inrichting voor.het ledigen van houders I

gevuld met granulaten, poeders, klein- of bulkproducten van I

1024325 I

• , -3- beperkte afmetingen e.d. overeenkomstig de uitvinding op zeer inventieve wijze zodanig verder ontwikkeld c.q. gemoderniseerd, gekenmerkt doordat genoemde houder, veelal een octabin, plaatsbaar is in een specifieke 5 kantelinrichting welke voorzien is van een verrijdbaar frame, waarbij de kantelinrichting een onderling op afstand instelbare bodemplaat en een. als. conische trechter uitgevoerde afdekplaat heeft, waarbij de kantelinrichting draaibaar is om een horizontale.as.door de draaipunten, 10 welke horizontale as nagenoeg door het zwaartepunt van de houder gaat, waarbij .onderin genoemd, verrijdbaar frame een opvang- c.q. voorraadbak middels een slang een verdere verwerkingsmachine voedt, waarbij, het materiaal van de inrichting een voldoende hoge buigtreksterkte heeft.

15 Het voordeel- is.een.zeer -flexibel instelbare inrichting, waarmee nagenoeg elke houder, welke in de praktijk veelal de octabus.(achtkantig grondvlak) is met een diameter van circa 1 meter en een hoogte van circa 1 è.

2 .meter, gevuld met..bijvoorbeeld..5Q0-15Q0 kg granulaat op 20 zeer eenvoudige en procesgeschikte wijze te ledigen is in een voorraad- of.. toevoerbak. .of.. reservoir. De verdere productiemachine, zoals spuitgietmachines of drogers (van polyamides}., kunnen .geschikt, ononderbroken doorwerken als gevolg van onderhavige octabin ledigingsstation. Het 25 kantelen kost. dan. ook weinig, energie..door de gunstige ligging van de horizontale draaiingsas door het zwaartepunt van de houder of octabin.

Voorts is de inrichting overeenkomstig de uitvinding zodanig verder ontwikkeld,..dat de omtreksvorm van genoemde 30 afdekplaat aangepast is om over de randen van de specifieke houder. te. .vallen,, welke, .een .cilindervorm dan wel een veelhoeksvorm (octabin) kunnen zijn,, en dat genoemde 1024325"

onderlinge op.afstand instelbaarheid van onder- en I

bovenplaat middels een schaarconstructie uitvoerbaar is. I

De voordelen zijn, dat de inrichting of het octabin I

ledigingsstation nauwgezet geklemd wordt in de I

5 kooiconstructie en dat houders van verschillende hoogte I

zeer eenvoudig door het instellen van de schaarconstructie I

te klemmen zijn tussen bodem- of onderplaat en boven- of I

afdekplaat, waardoor de houders stevig worden vastgehouden I

en er tijdens het kantelen niet ui.t kunnen glijden. I

10 Verder is de inrichting overeenkomstig de uitvinding I

zodanig verder ontwikkeld, dat genoemd verrijdbaar frame de I

kantelinrichting genoemde horizontale as door de I

draaipunten ondersteunt. I

Het voordeel is, dat de totale inrichting op I

15 gemakkelijke wijze te verplaatsen is in een productiehal I

voor bijvoorbeeld kunststofproducten. I

De inrichting is. hieronder nader. toege.licht aan de hand I

van een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm, weergegeven I

in de tekening. I

20 Hierbij toont: I

Fig. 1 Een aanzicht in scheve projectie van de inrichting I

voor het kantelend ledigen van houders I

overeenkomstig een voorkeursuitvoeringsvorm van de I

inrichting; I

25 Fig. 2 Idem als figuur 1, maar nu 180 graden om een I

verticale as gedraaid, waarbij het vullen en ledigen I

met octabussen beter tot z'n recht komt, waarbij de I

inrichting zich in de uitgangspositie bevindt; I

Fig. 3 De stand van inrichting voor het kantelen van I

30 houders, maar nu over een hoek ct gedraaid; en I

Fig. 4 Idem als figuur 3 maar nu is hoek α ongeveer 180 I

graden gedraaid. I

1024325^ I

I I

-5-

In figuur 1 is in een aanzicht in scheve projectie de inrichting 1 voor het kantelen, ook wel ledigingsstand genoemd, van houders of containers weergegeven, welke meestal octabins (niet weergegeven) zijn, die veelal gevuld 5 zijn met granulaten, poeders of andere klein- of bulkproducten.

De inrichting 1 is opgebouwd uit een kantelinrichting 2, welke een op onderlinge afstand afstelbare bodemplaat 3 en een als conische trechter uitgevoerde afdekplaat 4 10 omvat. Het kantelen geschiedt om draaipunten 5 volgens een horizontale as.

Het onderling op elkaar op afstand instellen van de bodemplaat 3 en de conisch uitgevoerde afdekplaat 4 kan met behulp van een weergegeven schaarconstructie 6, 61 15 plaatshebben in de richting van de pijlen A. Opgemerkt dient te worden dat de horizontale draaiingsas door de draaipunten 5 nagenoeg door het zwaartepunt van de te kantelen houder of container (octabin) gaat, waardoor minimale bewegingsenergie nodig is. De kantelinrichting 2 20 is dus middels de horizontale draaiingsas middels de draaipunten 5 opgehangen in een verrijdbaar frame 7, dat is opgebouwd uit een horizontaal framedeel 8 met zwenkwielen 9 en een opstaand framedeel 10 voor het ondersteunen van de bussen van de horizontale draaiingsas middels de 25 draaipunten 5. Het draaien van de kantelinrichting 2 kan bijvoorbeeld geschieden met een aandrijfbare schijf 11. De achterzijde van de kantelinrichting 2 is met behulp van staven 12 afgeschemerd om het erdoorheen schuiven van de houders tijdens het laden en draaien te voorkomen.

30 De conisch uitgevoerde afdekplaat 4 is voorzien van een afsluitbare afvoerbuis 13. Voor het eigenlijke kantelen is de inrichting 1 over 180 graden gedraaid om een duidelijker beeld te geven, waarbij dezelfde onderdalen met dezelfde 1024325

•6- I

positienummers zijn aangeduid. In de stand van figuur 2 is I

het vullen met bij voorkeur de octabin het gemakkelijkst in I

te zien. De niet weergegeven van boven geopende octabin I

wordt op de bodemplaat 3 gezet en kan niet aan de I

5 achterzijde eraf vallen door de staven 12. Vervolgens wordt I

de afstand tussen bodemplaat 3 en de als conisch trechter I

uitgevoerde afdekplaat 4 middels de schaarconstructies 6, 61 I

aan weerszijden naar elkaar toe bewogen volgens de pijlen I

A. De rand van de afdekplaat 4 wordt voor de rand van de I

10 octabin gebracht en de octabin wordt dan tussen bodemplaat I

3 en afdekplaat 4 geklemd. I

Daarna begint het roteren om de horizontale as door I

middel van de draaipunten 5, zoals dat in figuur 3 over een I

hoek α reeds plaatsgevonden heeft. De afvoerbuis 13 draait I

15 zolang door totdat deze zich boven de vulopening 14 van de I

opvang- c.q. voorraadbak 15 bevindt (in streeplijn is de I

voorraadbak weergegeven). Uit de voorraadbak 15 komt een I

slang 16 voor het voeden c.q. bevoorraden van de niet I

weergegeven productiemachines. Aan de voorraadbak 15 zijn I

20 handvaten 17 gemonteerd voor het gemakkelijk verplaatsen of I

vervangen door werknemers. I

In figuur 4 is de genoemde voorraadbak 15 vanwege de I

duidelijkheid niet weergegeven. De afvoerbuis 13 bevindt I

zich nu boven de vulopening 14 van de opvang- c.q. I

25 voorraadbak 15. I

Tenslotte dient nadrukkelijk vermeld te worden, dat I

hiervoor een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is I

beschreven en dat verdere modificaties e.d. mogelijk zijn I

zonder dat de beschermingsomvang van dit octrooischrift I

30 wordt verlaten. I

1024325 I

Claims (10)

1. Inrichting voor het ledigen van houders gevuld met granulaten, poeders, klein- en bulkproducten van beperkte 5 afmetingen e.d., waarbij genoemde houder veelal cilindrisch is met een grondvlak dat cirkelvormig of een veelhoek kan hebben, waarbij in het laatste geval gesproken wordt over een octabin ledigingsstation, waarbij de houder ontdaan is van zijn deksel en voorzien wordt van een conische trechter 10 met afsluitschuif, waarbij genoemde houder in de inrichting, vaak kantelinrichting genoemd, wordt gedraaid en zodoende kan ledigen in een trechtervormig opvangorgaan, met het kenmerk, dat genoemde houder, veelal een octabin, plaatsbaar is in een specifieke kantelinrichting (2) welke 15 voorzien is van een verrijdbaar frame (7), waarbij de kantelinrichting (2) een onderling op afstand instelbare bodemplaat (3) en een als conische trechter uitgevoerde afdekplaat (4) heeft, waarbij de kantelinrichting (2) draaibaar is om een horizontale as door de draaipunten (5), 20 welke horizontale as nagenoeg door het zwaartepunt van de houder gaat, waarbij onderin genoemd verrijdbaar frame (7) een opvang- c.q. voorraadbak (15) middels een slang (18) een verdere verwerkingsmachine voedt, waarbij het materiaal van de inrichting een voldoende hoge buigtreksterkte heeft. 25

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de omtreksvorm van genoemde afdekplaat (4) aangepast is om over de randen van de specifieke houder te vallen, welke een cilindervorm dan wel een veelhoeksvorm (octabin) kunnen zijn.

3. Inrichting volgens conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat genoemde onderlinge op afstand instelbaarheid van onder- en bovenplaat (3, 4) middels een schaarconstructie (6, 61) uitvoerbaar is.. ... 1024325 Η

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het instellen van genoemde schaarconstructie (6, 61) middels I een kabel over katrollen of een draadeind met draaimoer en I zwengel plaatsheeft. I

5. Inrichting volgens conclusie 3, .met het kenmerk, dat I het instellen van genoemde schaarconstructie (6, 61) middels I een elektromotor met toebehoren plaatsheeft. I

6. Inrichting volgens conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat genoemde onderlinge op afstapd instelbaarheid I 10 van onder- en bovenplaat (3, 4) middels hydraulische- c.q. I pneumatische cilinders met toebehoren plaatsheeft. I

7. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat I het draaibaar zijn om de horizontale as door de draaipunten (5) middel een elektromotor met toebehoren plaatsheeft. I

8. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat I genoemd verrijdbaar frame (7) de kantelinrichting (2) I genoemde horizontale as door de draaipunten (5) ondersteunt. I

9. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat I 20 genoemde opvang- c.q. voorraadbak (15) een conisch gevormde I onderplaat kan hebben met afvoer/afsluit mogelijkheden en afvoer in de vorm van bijvoorbeeld een slang (18). I

10. Inrichting volgens voorgaande conclusies, met het I kenmerk, dat genoemd materiaal gebruikelijk goed bewerkbaar 25 constructiestaal is. I 30 = / = I 1 024325_I