NL1022356C2 - Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier. - Google Patents

Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier. Download PDF

Info

Publication number
NL1022356C2
NL1022356C2 NL1022356A NL1022356A NL1022356C2 NL 1022356 C2 NL1022356 C2 NL 1022356C2 NL 1022356 A NL1022356 A NL 1022356A NL 1022356 A NL1022356 A NL 1022356A NL 1022356 C2 NL1022356 C2 NL 1022356C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hinge
flexible members
flexible
grooves
wheeler
Prior art date
Application number
NL1022356A
Other languages
English (en)
Inventor
Cornelis Jan Versluijs
Original Assignee
Cornelis Jan Versluijs
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from NL1019829A external-priority patent/NL1019829C2/nl
Application filed by Cornelis Jan Versluijs filed Critical Cornelis Jan Versluijs
Priority to NL1022356A priority Critical patent/NL1022356C2/nl
Priority to PCT/NL2003/000051 priority patent/WO2003062039A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1022356C2 publication Critical patent/NL1022356C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M3/00Construction of cranks operated by hand or foot
    • B62M3/003Combination of crank axles and bearings housed in the bottom bracket
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62KCYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
    • B62K25/00Axle suspensions
    • B62K25/04Axle suspensions for mounting axles resiliently on cycle frame or fork
    • B62K25/28Axle suspensions for mounting axles resiliently on cycle frame or fork with pivoted chain-stay
    • B62K25/30Axle suspensions for mounting axles resiliently on cycle frame or fork with pivoted chain-stay pivoted on pedal crank shelf
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D3/00Yielding couplings, i.e. with means permitting movement between the connected parts during the drive
    • F16D3/50Yielding couplings, i.e. with means permitting movement between the connected parts during the drive with the coupling parts connected by one or more intermediate members
    • F16D3/56Yielding couplings, i.e. with means permitting movement between the connected parts during the drive with the coupling parts connected by one or more intermediate members comprising elastic metal lamellae, elastic rods, or the like, e.g. arranged radially or parallel to the axis, the members being shear-loaded collectively by the total load
    • F16D3/58Yielding couplings, i.e. with means permitting movement between the connected parts during the drive with the coupling parts connected by one or more intermediate members comprising elastic metal lamellae, elastic rods, or the like, e.g. arranged radially or parallel to the axis, the members being shear-loaded collectively by the total load the intermediate members being made of rubber or like material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Pivots And Pivotal Connections (AREA)

Description

Scharnier alsmede tweewieler. zoals een fiets, voorzien van een dereeliik scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dereeliik scharnier.
De uitvinding heeft betrekking op een scharnier voorzien van een eerste lijf en 5 een daarin opgenomen tweede lijf, waarbij het eerste en het tweede lijf in hoofdzaak cilindervormig zijn, waarbij tussen het eerste en het tweede lijf buigzame organen zijn aangebracht, waarbij die buigzame organen zijn aangebracht om onder voorspanning te worden gebracht bij een rotatie van het tweede lijf ten opzichte van het eerste lijf.
Dergelijke scharnieren zijn bekend uit de stand van de techniek. Bekend is een 10 scharnier dat een eerste lijf omvat dat vierkant van vorm is en een daarin opgenomen tweede lijf dat eveneens vierkant van vorm is, gedraaid onder een hoek van ongeveer 45 graden. In de ruimte tussen de vier zijden van het vierkant dat het tweede lijf vormt, en de vier hoeken van het vierkant dat het eerste lijf vormt, zijn verende delen geplaatst. Wanneer het tweede lijf ten opzichte van het tweede lijf roteert, drijven de 15 verende delen het tweede lijf terug in een uitgangspositie. De rotatie van het tweede lijf wordt op deze wijze door de verende delen tegengewerkt.
Een scharnier van het hierboven beschreven type wordt toegepast in een asconstructie van bijvoorbeeld caravans.
In het scharnier volgens de stand van de techniek blijft een ruimte bestaan tussen 20 het tweede lijf en het eerste lijf, zodat het tweede lijf nog enigszins kan bewegen binnen het eerste lijf. Dit verhindert een goede werking van het scharnier en is derhalve nadelig.
Uit EP 0 947 417 A2 is verder ook een schamierinrichting bekend welke bestaat uit twee cilindervormige lijven. De twee cilindervormige lijven hebben een relatief 25 groot diamaterverschil. De grootste van de twee omvat een cilindervormige uitsparing waarvan de inwendige diameter groter is dan de diameter van het kleinere cilindervormige lijf. Op het buitenoppervlak van het kleinere lijf zijn naar buiten gerichte uitsteeksels gevormd en op het binnenoppervlak van de cilindervormige opening in het buitenste lijf zijn naar binnen gerichte uitsteeksels gevormd. De straal 30 van de uitsteeksels van het binnenste lijf is bij benadering even groot als de inwendige straal van het buitenste lijf. De inwendige straal van de uitsteeksels op het buitenste lijf is bij benadering even groot als de straal van het binnenste lijf. De uitsteeksels van de beide lijven zijn zodanig geplaatst en gedimensioneerd dat het binnenste lijf nauw 1022356 2 sluitend in het buitenste lijf kan worden opgenomen. De ruimte tussen de uitsteeksels en het binnenste en buitenste lijf is opgevuld met elastische onderdelen. Op deze wijze kan het binnenste lijf verend roteren in het buitenste lijf.
De inrichting heeft echter als nadeel dat de beide lijven elkaar raken. De 5 onderlinge geleiding van de beide lijven vindt plaats op de toppen van de respectievelijke uitsteeksels. Bij belasting van het scharnier kunnen de uitsteeksels vervormen en daarmee de geleiding negatief beïnvloeden. Door het contact tussen de verschillende onderdelen zal er snel slijtage aan het scharnier ontstaan. Doordat de uitsteeksels elkaar tangentieel beschouwd overlappen zal er een schokkend effect 10 kunnen optreden, daar de elastische onderdelen geheel door starre delen omringd is.
Verder is het plaatsen of verwisselen van de elastische onderdelen niet mogelijk zonder de gehele schamierinrichting te demonteren. Aanpassen van de veerstijfheid van het scharnier is zodoende niet eenvoudig.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding te voorzien in een scharnier van 15 het in de aanhef genoemde soort, waarbij het eerste lijf niet in contact kan komen met het tweede lijf.
Het doel van de onderhavige uitvinding wordt bereikt met een scharnier van de in de aanhef beschreven soort, met het kenmerk, dat de inwendige straal van het eerste lijf in hoofdzaak groter is dan de uitwendige straal van het tweede lijf.
20 Op deze wijze wordt voorkomen dat de lijven met elkaar in contact komen. Bij een dergelijk scharnier kan dus geen slijtage ontstaan door contact tussen het eerste en tweede lijf. Bij rotatie van het tweede lijf in het eerste lijf worden de buigzame organen ingedrukt, zodat de roterende beweging wordt tegengewerkt.
Het is een verder doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een 25 scharnier, waarvan de veerstijfheid op eenvoudige wijze door een gebruiker is in te stellen.
Dit doel van de onderhavige uitvinding wordt bereikt met een scharnier voorzien van een eerste lijf en een daarin opgenomen tweede lijf, waarbij tussen het eerste en het tweede lijf buigzame organen zijn aangebracht, waarbij die buigzame organen zijn 30 aangebracht om onder voorspanning te worden gebracht bij een rotatie van het tweede lijf ten opzichte van het eerste lijf, met het kenmerk, dat de buigzame organen een gat hebben voor opname van een spanelement waarbij het gat zodanig is uitgevoerd dat het buigzame orgaan radiaal uitzet bij opname van het spanelement. Het scharnier volgens ? n r 3 de uitvinding is, in het bijzonder bedoeld voor een geveerde achterwielophangin bij een tweewieler, zoals een fiets.
In het gat in het buigzaam orgaan kan een spanelement worden opgenomen. Het spanelement zorgt ervoor dat het buigzame orgaan radiaal uitzet. Op deze wijze kan de 5 veerstijfheid van het schamierelement ingesteld worden. Bij voorkeur is het spanelement zodanig uitgevoerd dat de veerstijfheid op eenvoudige wijze kan worden aangepast, bijvoorbeeld door een bout of een inbusbout in het gat te draaien. Hierdoor neemt de voorspanning in het buigzame orgaan toe. Het indraaien van een bout in het buigzaam orgaan heeft tot gevolg dat het buigzame orgaan uitzet in radiale richting.
10 Het buigzaam orgaan komt aan te liggen tegen de wanden van de groeven, waardoor een voorspanning ontstaat. Door het toenemen van de voorspanning neemt de veerstijfheid van het samenstel van het buigzame orgaan en het spanelement toe. Andere uitvoeringsvormen van spanelementen zullen verder in de tekst worden besproken.
15 Volgens een uitvoeringsvorm van een dergelijk scharnier volgens de uitvinding, omvat het scharnier ten minste een spanelement met een diameter groter dan die van het gat. Een dergelijk spanelement zal namelijk de diameter van het gat oprekken, hetgeen radiale uitzetting van het buigzame materiaal tot gevolg heeft.
Bij verdere voorkeur is de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat het eerste 20 lijf en het tweede lijf voorzien zijn van groeven voor het opnemen van de buigzame organen en de groeven van het tweede lijf aansluiten op de groeven in het eerste lijf, waarbij de groeven tesamen een kanaal opspannen met in hoofdzaak de vorm van een cilinder. Door het plaatsen van groeven voor de opname van buigzame organen verschuiven de buigzame organen niet tussen het eerste lijf en het tweede lijf, terwijl 25 een goede veerwerking gewaarborgd blijft. De buigzame organen worden door opname in de groeven op de plaats gehouden. De lijven zijn bij voorkeur dusdanig stijf dat de mate van vervorming klein is en de geleiding gewaarborgd blijft.
Bij voorkeur omvat ten minste een deel van de omtrek van het tweede lijf dat aansluit op het eerste lijf een glij materiaal, bijvoorbeeld nylon. Met de term 30 glijmateriaal wordt een materiaal bedoeld dat een lage wrijvingsweerstand heeft. Door het toepassen van een glijmateriaal tussen het eerste en het tweede lijf wordt voorkomen dat slijtage optreedt tussen beide lijven.
10223^6 4
In een verdere uitvoeringsvorm is de uitvinding gekenmerkt doordat de buigzame organen een buigzaam materiaal omvatten, bijvoorbeeld een rubber of elastomeer. In de ontstane groeven kunnen verscheidene soorten buigzaam materiaal aangebracht worden. Indien een vering relatief zwaar uitgevoerd moet zijn, wordt een 5 rubbersamenstelling met een grote veerstijfheid gekozen. Indien echter een vering relatief licht uitgevoerd moet zijn, wordt gekozen voor een rubbersamenstelling met een lage veerstijfheid. Buigzame materialen, zoals een rubber, hebben goede verende eigenschappen en zijn dan ook bijzonder geschikt als vervaardigingsmateriaal voor de buigzame delen. In de verschillende groeven kunnen buigzame organen van 10 verschillende materiaalsamenstelling geplaatst worden. Tevens is het mogelijk om slechts een deel van de groeven te voorzien van een buigzaam orgaan. Hierdoor is de veerstijfheid van het scharnier instelbaar.
De uitvinding kan verder gekenmerkt zijn doordat het scharnier aan een axiale zijde afgedekt is met een afsluitwand. Door het toepassen van een afsluitwand wordt 15 voorkomen dat vuil binnentreedt in de ruimte tussen het eerste en het tweede lijf.
Tevens is de constructie van de scharnier beschermd tegen invloeden van buitenaf.
De uitvinding heeft verder betrekking op een tweewieler, bijvoorbeeld een fiets, voorzien van een scharnier volgens de uitvinding. Het scharnier volgens de uitvinding kan geplaatst worden rondom de trap-as. Hierdoor blijft de afstand tussen de hartlijnen 20 van de kettingwielen constant. Een ketting die beide kettingwielen met elkaar verbindt, kan dan nauwkeuriger opgespannen worden tussen beide kettingwielen. Uiteraard is het mogelijk het scharnier op andere plaatsen, zoals bijvoorbeeld in de voorvork van een tweewieler, te monteren.
Bij voorkeur wordt de tweewieler gekenmerkt doordat de trap-as is aangebracht 25 in het tweede lijf. Hierdoor blijft de afstand tussen de hartlijn van de trap-as en de hartlijn van de aandrijf-as van een wiel constant. Bij het aandrijven van het wiel zal de spanning van de aandrijfketting niet variëren door het ten opzichte van elkaar bewegen van de hartlijn van de trap-as en de hartlijn van de aandrijf-as. Hierdoor kan de ketting nauwkeuriger gespannen worden hetgeen een betere krachtsoverdracht tot gevolg heeft. 30 Bij voorkeur wordt de tweewieler gekenmerkt doordat het tweede lijf op vaste wijze is verbonden met een starre arm voor het houden van een wiel en het in axiale richting fixeren van het eerste lijf in het tweede lijf. De voorwielophanging of de achterwielophanging kan uitgevoerd zijn met een scharnier volgens de onderhavige 1022356 5 uitvinding. Een wielophanging zou dan geconstrueerd kunnen worden volgens het 'swing-arm'-principe. Door het in axiale richting fixeren van het eerste lijf in het tweede lijf wordt voorkomen dat het tweede lijf verschuift binnen het eerste lijf. Bij het uitoefenen van een kracht in axiale richting op het scharnier ontstaat dan geen vrijloop, 5 maar wordt het tweede lijf tegengehouden
In een verder uitvoeringsvorm is de starre arm voor het houden van een wiel voorzien van openingen om de buigzame organen en/of de spanelementen te kunnen inbrengen en uitnemen. Hierdoor kan een gebruiker op eenvoudige wijze de buigzame organen verwisselen voor nieuwe of bijvoorbeeld voor buigzame organen met een 10 andere veerkarakteristiek.
De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een eerste en/of tweede lijf van een scharnier volgens de uitvinding. Deze werkwijze wordt gekenmerkt doordat het eerste en/of tweede lijf vervaardigd wordt uit een extrusieprofiel. Het eerste en het tweede lijf van het scharnier kunnen op 15 voordelige wijze vervaardigd worden door het extruderen van bijvoorbeeld een metalen materiaal. Door het extrudeerproces kunnen zowel het eerste lijf als het tweede lijf worden voorzien van groeven, zodat geen additionele handelingen nodig zijn om deze groeven in het eerste of tweede lijf aan te brengen.
Na het extruderen wordt het extrusieproduct op de gewenste lengte afgesneden, 20 welke gewenste lengte overeenkomt met de breedte van het gewenste scharnier. Indien als materiaal bij het extruderen aluminium wordt gebruikt, kan een gewichtsbesparing worden bereikt ten opzichte van conventionele materialen als staal, hetgeen met name bij toepassing van een scharnier in tweewielers van voordeel is.
Een uitvoeringsvorm van het scharnier volgens de onderhavige uitvinding wordt 25 nader beschreven aan de hand van de in de tekening getoonde figuren. Hierin toont:
Fig. 1 een perspectivisch aanzicht van het scharnier volgens de onderhavige uitvinding, waarbij de trap-as is ondergebracht in het scharnier;
Fig. 2 een zijaanzicht van het scharnier; en 30 Fig. 3 een opengewerkt perspectivisch aanzicht van het scharnier.
Fig. 1 toont een perspectivisch aanzicht van het scharnier 1 volgens de onderhavige uitvinding, waarbij de trap-as 2 is ondergebracht in het scharnier. Een 1022356 6 trap-as 2, waaraan de crank 8 verbonden is, is axiaal geplaatst door een opening 3 in het scharnier 1. Het behuizingsdeel 4 van het scharnier 1 is bevestigd aan het frame 5 van een rijwiel. Aan de zijkanten is het scharnier 1 opgesloten met behulp van de framedelen 20, waarmee het scharnier 1 verbonden kan worden met bijvoorbeeld het 5 achterwiel van het rijwiel. Fig. 1 toont verder een afsluitwand 6, die op de framedelen 20 bevestigd kan worden. De afsluitwand 6 dicht de schamieronderdelen die door het framedeel 20 steken af. De afsluitwand kan met bouten 7 aan het scharnier 1 bevestigd worden. De framedelen 20 vormen zo vanaf het scharnier 1 vrij dragende/uitstekende armen, welke armen eventueel ondersteund kunnen zijn, maar niet star ondersteund 10 zijn.
Fig. 2 toont een zijaanzicht van het scharnier 1. Het scharnier 1 omvat een eerste lijf 9 en een daarin opgenomen tweede lijf 10. Het eerste lijf 9 heeft een cirkelvormige dwarsdoorsnede en een in hoofdzaak cirkelvormige opening 15 in de axiale richting. Het tweede lijf 10 heeft een hoofdzakelijk cirkelvormige doorsnede. De inwendige 15 straal van de cirkelvormige opening 15 van het eerste lijf 9 is in hoofdzaak groter dan de uitwendige straal van het tweede lijf 10, zodat het eerste lijf 9 het tweede lijf 10 kan opnemen. Het gehele samenstel van het eerste lijf 9 en het tweede lijf 10 is verbonden met een behuizingdeel 4 van het frame 5. Aan de naar het tweede lijf 10 toegekeerde zijde van het eerste lijf 9 zijn groeven 12 voorzien voor het opnemen van buigzame 20 delen 13. In het tweede lijf 10 zijn aan de buitenomtrekszijde eveneens groeven 14 voorzien voor het opnemen van buigzame delen 13. De groeven 12 en 14 zijn tegenover elkaar geplaatst om de buigzame delen 13 op te nemen. In de groeven 12 en 14 kunnen buigzame delen 13 met een verschillende materiaalsamenstelling worden opgenomen. Hierdoor is de veerstijfheid van het scharnier instelbaar. Ook is het 25 mogelijk niet alle groeven te voorzien van een buigzaam deel 13, zodat de instelbaarheid ook bereikt kan worden door het wel of niet plaatsen van een buigzaam deel 13 in de groeven 12,14.
In de opening 15 tussen het eerste lijf 9 en het tweede lijf 10 zijn glijmaterialen 16 geplaatst om mogelijk te maken dat beide lijven soepel langs elkaar glijden. De 30 glijmaterialen 16 zijn verdiept geplaatst in het tweede lijf 10 en liggen in de opening 15 aan tegen de wand van het eerste lijf 10. De glijmaterialen 16, die bijvoorbeeld bestaan uit nylon staafjes, zijn aan de naar het eerste lijf 9 gekeerde zijde enigszins afgerond om goed aan te liggen tegen de wand van het eerste lijf 9.
10223 56 7
De buigzame delen 13 zijn langwerpig van vorm en omvatten een gat 17 voor het opnemen van een spanelement 21 getoond in Fig. 3. Door het spannen van het spanelement 21 komt het buigzame deel 13 onder voorspanning te staan, doordat de gehele ruimte van de groeven 12,14 opgevuld wordt. Een grotere voorspanning van de 5 buigzame delen 13 heeft een grotere veerstijfheid van het scharnier 1 tot gevolg. Het gat 17 en het spanelement 21 hebben bij voorkeur een ronde doorsnede, maar kunnen uiteraard ook anders gevormd zijn.
Het spanelement 21 kan ook gevormd worden door twee afzonderlijke delen die aan weerskanten in het gat 17 geschoven worden. De beide delen van het spanelement 10 21 ontmoeten elkaar in het gat 17 en kunnen middels een schroefconstructie met elkaar verbonden worden. Hiervoor zal een van de delen uitgerust zijn met een schroefdraad en het andere deel met middelen voor het opnemen van een schroefdraad. De beide delen van de spanelementen 21 zijn aan de naar buiten gerichte uiteinden uitgevoerd met een verbreding, die niet door het gat 17 kan worden opgenomen en zodoende tegen 15 de kopse kant van het buigzame deel 13 aanligt. Op deze wijze wordt het spanelement 21 na plaatsing op zijn positie gehouden. Als de beide delen van het spanelement 21 met behulp van de schroefdraad verder in elkaar gedraaid worden, zullen de verbredingen het buigzame deel 13 aan de kopse kant indrukken en deze in radiale richting uitzetten. Op deze wijze kan de voorspanning in de buigzame delen 13 20 beïnvloedt worden en kan de veerstijfheid van het scharnier 1 ingesteld worden.
De uitvoeringsvorm van de spanelementen 21 zijn echter niet voor alle toepassingen even doeltreffend. Als het scharnier 1 bijvoorbeeld op compacte wijze rond de trap-as van een fiets gebruikt wordt, zullen de buigzame delen 13 van een zodanig stijf materiaal gemaakt moeten worden, dat deze niet door middel van het 25 uitoefenen van een kracht op de kopse kant in voldoende mate in radiale richting zullen uitzetten.
In een andere uitvoeringsvorm heeft het spanelement 21 een diameter die groter is dan de inwendige diameter van het gat 17. In dat geval zal het buigzame materiaal 13 onder voorspanning komen te staan door het inbrengen van het spanelement 21. Het gat 30 17 zal namelijk in diameter opgerekt worden, hetgeen radiale uitzetting van het buigzame materiaal 13 tot gevolg heeft. Met de keuze van de diameter van het spanelement 21 is de veerstijfheid van het scharnier 1 te bepalen. Een gebruiker kan deze veerstijfheid op eenvoudige wijze aanpassen door het verwisselen van de 1022356 8 spanelementen 21 door spanelementen 21 met een grotere of kleinere diameter, afhankelijk van de gewenste veerstijfheid. De veerstijfheid kan ook worden veranderd door andere spanelementen 21 te gebruiken, die de eigenschap hebben dat deze bij opname in het gat 17 het buigzame deel 13 in radiale richting doen uitzetten.
5 Het tweede lijf 10 is voorzien van gaten 18 voor het aan het tweede lijf 10 bevestigen van framedelen 20. Zoals te zien is in Fig. 3 zijn de framedelen 20 voorzien van gaten 22 voor het monteren van de afsluitwand 6, bijvoorbeeld met behulp van bouten 7. Deze afsluitwand 6 voorkomt het binnendringen van vuil en dergelijke in de ruimte tussen het eerste lijf 9 en het tweede lijf 10 en de overige onderdelen van het 10 scharnier 1.
Bij voorkeur zijn de framedelen 20 voorzien van openingen waardoor de buigzame elementen 13 en/of de spanelementen 21 in en uit het scharnier gehaald kunnen worden. Het is dan niet nodig om voor het verwisselen van deze elementen het scharnier 1 te demonteren.
15 Het tweede lijf 10 is verder voorzien van een centrale opening 19 voor het doorlaten van een aandrijf-as, bijvoorbeeld een trap-as (niet getoond).
Fig. 3 toont een opengewerkt perspectivisch aanzicht van het scharnier 1 volgens de onderhavige uitvinding. Het scharnier 1 omvat een eerste lijf 9 en een daarin geplaatst tweede lijf 10. Beide lijven 9, 10 zijn opgenomen in een behuizing 4, welke 20 aan een frame bevestigd kan zijn. Het tweede lijf 10 is bevestigd aan de achterwielophanging 20, zodat de gehele achterwielophanging geveerd is bevestigd aan het scharnier 1.
In de opening 19 in het tweede lijf 10 is de trap-as 3 geplaatst. Het tweede lijf 10 is roteerbaar om de axiale hartlijn van de trap-as 3. Het tweede lijf 10 roteert binnen het 25 eerste lijf 9 om axiale hartlijn van dezelfde trap-as 3. In de ruimte tussen het eerste lijf 9 en het tweede lijf 10 zijn in de zich daartussen bevindende ruimte 15 geleideorganen, bijvoorbeeld in de vorm van een glijmateriaal 16, zoals bijvoorbeeld nylon, aangebracht die aanliggen tegen zowel het eerste lijf 9 als het tweede lijf 10. Tevens zijn in de groeven buigzame delen 13 aangebracht. Om deze buigzame delen 13 op 30 voorspanning te brengen kunnen de spanelementen 21 bijvoorbeeld in de vorm van inbusbouten in de gaten 17 gedraaid worden, zoals hierboven al besproken is. Hierdoor zet het buigzame deel uit en zal onder voorspanning in de holte, die gevormd wordt door de groeven 12 en 14, aanwezig zijn.
1022356

Claims (12)

1. Scharnier voorzien van een eerste lijf (9) en een daarin opgenomen tweede lijf 5 (10), waarbij het eerste (9) en het tweede lijf (10) in hoofdzaak cilindervormig zijn, waarbij tussen het eerste (9) en het tweede lijf (10) buigzame organen (13) zijn aangebracht, waarbij die buigzame organen (13) zijn aangebracht om onder voorspanning te worden gebracht bij een rotatie van het tweede lijf (10) ten opzichte van het eerste lijf (9), met het kenmerk, dat de inwendige straal van het eerste lijf (9) 10 in hoofdzaak groter is dan de uitwendige straal van het tweede lijf (10).
2. Scharnier voorzien van een eerste lijf (9) en een daarin opgenomen tweede lijf (10), waarbij tussen het eerste (9) en het tweede lijf (10) buigzame organen (13) zijn aangebracht, waarbij die buigzame organen (13) zijn aangebracht om onder 15 voorspanning te worden gebracht bij een rotatie van het tweede lijf (10) ten opzichte van het eerste lijf (9), met het kenmerk, dat de buigzame organen (13) een gat (17) hebben voor opname van een spanelement (21) waarbij het gat (17) zodanig is uitgevoerd dat de buigzame organen (13) radiaal uitzetten bij opname van het spanelement (21). 20
3. Scharnier volgens conclusie 2, omvattende ten minste een spanelement (21) met een diameter groter dan die van het gat (17).
4. Schamierelement volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, 25 dat het eerste lijf (9) en het tweede lijf (10) voorzien zijn van groeven (12,14) voor het opnemen van de buigzame organen (13) en de groeven (14) van het tweede lijf (10) aansluiten op de groeven (12) in het eerste lijf (9), waarbij de groeven (12, 14) tesamen een kanaal opspannen met in hoofdzaak de vorm van een cilinder.
5. Schamierelement volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een deel van het tweede lijf (10) dat aansluit op het eerste lijf (9) een glijmateriaal (16), bijvoorbeeld nylon, omvat. 1022356
6. Scharnier volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de buigzame organen (13) een buigzaam materiaal, bijvoorbeeld een rubber of elastomeer omvatten.
7. Scharnier volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze aan de axiale zijde afgedekt is met een afsluitwand (6).
8. Tweewieler, bijvoorbeeld een fiets, voorzien van een scharnier volgens een van de voorgaande conclusies.
9. Tweewieler volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de trap-as is aangebracht in het tweede lijf (10).
10. Tweewieler volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat het tweede lijf (10) 15 op vaste wijze is verbonden met een starre arm (20) voor het houden van een wiel en het in axiale richting fixeren van het eerste lijf (9) in het tweede lijf (10).
11. Tweewieler volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de starre arm (20) voor het houden van een wiel is voorzien van openingen om de buigzame organen (13) en/of 20 de spanelementen (21) te kunnen inbrengen en uitnemen.
12. Werkwijze voor het vervaardigen van een scharnier volgens een van de conclusies 1-11, met het kenmerk, dat het eerste (9) en/of tweede lijf (10) vervaardigd wordt uit een extrusieprofiel. 25 ***** 10223^6
NL1022356A 2002-01-24 2003-01-10 Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier. NL1022356C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022356A NL1022356C2 (nl) 2002-01-24 2003-01-10 Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier.
PCT/NL2003/000051 WO2003062039A1 (en) 2002-01-24 2003-01-24 Bicycle joint

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019829 2002-01-24
NL1019829A NL1019829C2 (nl) 2002-01-24 2002-01-24 Fietsonderdeel.
NL1022356A NL1022356C2 (nl) 2002-01-24 2003-01-10 Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier.
NL1022356 2003-01-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1022356C2 true NL1022356C2 (nl) 2003-07-30

Family

ID=27615802

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1022356A NL1022356C2 (nl) 2002-01-24 2003-01-10 Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL1022356C2 (nl)
WO (1) WO2003062039A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
KR100972987B1 (ko) * 2010-02-22 2010-07-29 에스에스오토엔지니어링(주) 자전거용 개방형 바텀 브라켓
DE102014017558A1 (de) * 2014-11-28 2016-06-02 Jörn GmbH Fahrradrahmen mit einer Hinterbaufederung

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1003711A (fr) * 1947-02-17 1952-03-21 Perfectionnement aux suspensions de véhicules
US3436069A (en) * 1967-03-13 1969-04-01 Curtis W Henschen Bearing assembly for elastic joints
JPH11278349A (ja) 1998-03-31 1999-10-12 Shimano Inc 自転車用緩衝装置
US6149175A (en) * 1998-12-18 2000-11-21 Shimano Inc. Bicycle suspension

Also Published As

Publication number Publication date
WO2003062039A1 (en) 2003-07-31

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DE602004008604T2 (de) Fahrrad
US8721187B2 (en) Bicycle axle assembly
US6435622B1 (en) Bicycle hub with threaded spacer and detachable freewheel
CA2312882C (fr) Pedalier sans point mort, et ensemble comprenant un tel pedalier et un appareil de mesure
TWI472454B (zh) 自行車底部托架總成
US20110316250A1 (en) Bicycle Sliding Dropout
EP3717341A1 (en) Rear derailleur dampening assembly
US6003889A (en) Simple drive assembly for bicycles with a plain axle containing larger and more durable bearings
US6394477B1 (en) Chainless bicycle drive system
NL1022356C2 (nl) Scharnier, alsmede tweewieler, zoals een fiets, voorzien van een dergelijk scharnier en een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk scharnier.
US6276760B1 (en) Quick release hub for cycle wheel
DE602004008559T2 (de) Steuerkabelbefestigungsvorrichtung für ein Fahrrad
US6481700B1 (en) Bicycle shock absorber with elastic members closely fitted between first and second rotating members
EP1780110A1 (de) Hinterradaufhängung für Motorräder
NL1019829C2 (nl) Fietsonderdeel.
US5971416A (en) Bicycle shock absorbing arrangement
NL1010870C2 (nl) Kettingspannersamenstel voor rijwiel.
WO1995025034A1 (en) Adjustable handlebar shaft
US5277277A (en) Cantilever brake for a bicycle
US6032934A (en) Shock-absorbing device
FR2751586A1 (fr) Arbre porte-lame de pliage d'un cylindre de pliage
NL1007080C2 (nl) Verend rijwielframe.
NL1017532C2 (nl) Fixatie-inrichting voor het losneembaar fixeren van een zadelpen ten opzichte van een zadlepenbuis van een rijwielframe.
FR2838093A1 (fr) Arbre intermediaire a fourchette
NL193691C (nl) Samenstel van een rijwiel, een kettingkast of kettingbeschermer, en een ondersteuning voor deze kettingkast of kettingbeschermer, alsmede een voor een dergelijk samenstel bestemde ondersteuning.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2A A request for search or an international type search has been filed
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20070801