NL1021169C2 - Sluitkomsamenstel. - Google Patents

Sluitkomsamenstel. Download PDF

Info

Publication number
NL1021169C2
NL1021169C2 NL1021169A NL1021169A NL1021169C2 NL 1021169 C2 NL1021169 C2 NL 1021169C2 NL 1021169 A NL1021169 A NL 1021169A NL 1021169 A NL1021169 A NL 1021169A NL 1021169 C2 NL1021169 C2 NL 1021169C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
closing cup
insert
closing
receiving space
cup assembly
Prior art date
Application number
NL1021169A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1021169A1 (nl
Inventor
Johan Willem Siert Wolters
Pieter Van Der Gaag
Original Assignee
Lips Nederland B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Lips Nederland B V filed Critical Lips Nederland B V
Priority to NL1021169A priority Critical patent/NL1021169C2/nl
Publication of NL1021169A1 publication Critical patent/NL1021169A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1021169C2 publication Critical patent/NL1021169C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B15/00Other details of locks; Parts for engagement by bolts of fastening devices
    • E05B15/02Striking-plates; Keepers; Bolt staples; Escutcheons
    • E05B15/0205Striking-plates, keepers, staples
    • E05B15/024Striking-plates, keepers, staples adjustable

Landscapes

  • Hinges (AREA)

Description

Sluitkomsamenstel
De uitvinding heeft betrekking op een sluitkomsamenstel, in het bijzonder bestemd voor opname in kozijndelen van deuren of ramen.
De uitvinding heeft in het bijzonder betrekking op 5 sluitkomsamenstellen omvattend een in het kozijn te bevestigen sluitkom en een schootaanslagdeel dat op meerdere wijzen bevestigd kan worden aan de sluitkom om de positie van de schootaanslagrand op de gewenste positie ten opzichte van het kozijn in te stellen, en daarmee de ligging 10 ten opzichte van de positie van de schoot in zwaairichting van de deur of het raam.
Het is bekend om een plaatvormig schootaanslagdeel met behulp van schroeven te bevestigen aan een sluitkom of sluitplaat, waarbij door enigszins losmaken van de 15 schroeven het schootaanslagdeel verzet kan worden, traploos of met stapjes, zoals in Amerikaans octrooischrift 1.852.854.
Het is voorts bekend om een plaatvormig schootaanslagdeel op twee onderling omgekeerde wijzen 20 middels schroeven te bevestigen aan een sluitkom, of deze weg te laten, waarmee drie mogelijke posities van de schootaanslagrand gerealiseerd kunnen worden, zoals in de Franse octrooiaanvrage 1.333.904.
Een doel van de uitvinding is een sluitkomsamenstel .
2 van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, dat makkelijk te installeren is.
Een verder doel van de uitvinding is een sluitkomsa-menstel van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, 5 dat gemakkelijk in te stellen of te verstellen is.
Een verder doel van de uitvinding is een sluitkomsa-menstel van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, dat een eenmaal ingestelde stand van de schootaanslag behoudt, ook na langer gebruik.
10 Een verder doel van de uitvinding is een sluitkomsa- menstel van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, dat weinig onderdelen omvat.
Een verder doel van de uitvinding is een sluitkomsa-menstel van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, 15 waarin met een minimum aantal bevestigingsmiddelen zoals schroeven kan worden volstaan.
Ten minste een van deze doelen wordt -vanuit een 1 aspect- volgens de uitvinding bereikt met een sluitkom- samenstel voor vergrendelinrichtingen, in het bijzonder 2 0 voor deuren en ramen, omvattend een in een kozijndeel op te nemen sluitkom die voorzien is van een opneemruimte, en een in de opneemruimte van de sluitkom op te nemen inzet-deel dat voorzien is van aanslagranden voor een schoot van het vergrendelmechanisme, waarbij het inzetdeel voorzien 2 5 is van een doorgaande opening die begrensd is door eerste en tweede, tegenover elkaar gelegen schootaanslagranden en het inzetdeel voorts voorzien is van aan de buitenzijde daarvan gelegen eerste, tweede, derde en vierde aan-ligvlakken die in hoofdzaak gericht zijn in respectieve 3 0 zwaairichtingen van deur of raam, waarbij de eerste en derde aanligvlakken op verschillende afstand liggen van de eerste schootaanslagrand en de tweede en vierde aanligvlakken op verschillende afstand liggen van de tweede schootaanslagrand, waarbij de eerste en tweede 35 schootaanslagranden op onderling verschillende afstanden gelegen zijn van de respectieve eerste, tweede, derde en vierde aanligvlakken, waarbij de sluitkom voorzien is van 3 tegenvlakken voor het bieden van een steunvlak voor geselecteerde aanligvlakken van de eerste, tweede, 'derde en vierde aanligvlakken.
Aldus kan het inzetdeel met de vier verschillend ge-5 plaatste aanligvlakken in in de sluitkom opgenomen toestand tenminste vier verschillende posities verschaffen voor de schootaanslagranden, door contact tussen geselecteerde van de aanligvlakken en de tegenvlakken aan de sluitkom.
10 Bij voorkeur is het inzetdeel in vier verschillende rotatieposities passend plaatsbaar in de opneemruimte. Het inzetdeel en daarmee de schootaanslagrand kan daarmee in zwaairichting van de deur of het raam op betrouwbare wijze op zijn plaats gehouden worden, zonder schroeven of iets 15 dergelijks. Het verstellen of instellen is met het verdraaien van het inzetdeel eenvoudig uit te voeren.
| Bij voorkeur omvatten de eerste, etc. aanligvlakken j aanligvlakken die gelijkgericht en naast elkaar, op af stand van elkaar gelegen zijn, waardoor stabiliteit tegen 2 0 kantelen in een vlak tangentiaal aan de zwaaiboog van de deur of het raam verkregen wordt.
• De bevestiging van het inzetdeel wordt verder vereen voudigd en verzekerd indien de sluitkom een dagzijdewand heeft en waarbij opneemruimte voor het inzetdeel voor dat 25 inzetdeel toegankelijk is vanaf de van de dagzijde afgekeerde zijde van de sluitkom, waarbij de dagzijdewand van de sluitkom het inzetdeel opsluit en een doorgang bezit voor een schoot. Het inzetdeel wordt dan door de sluitkom in beide zwaairichtingen en in een richting naar de dag 30 vastgehouden, zonder dat enige schroef of iets dergelijks nodig is voor het inzetdeel zelf. Het kozijn kan voor opsluiting in een van de dag afgekeerde richting zorgen.
Bij voorkeur is het inzetdeel voorzien van markeringen gerelateerd aan de positie van de eerste, etc. aanlig-35 vlakken en waarbij de dagzijdewand voorzien is van openin-gen voor aflezing van de markeringen vanaf de dagzijde, zodat de installateur makkelijk een indicatie van de stand 4 van het inzetdeel kan verkrijgen. Het is daarbij voordelig indien de sluitkom in de dagzijdewand bij de afleesopenin-gen voorzien is van maataanduidingen voor de plaats van de betreffende schootaanslagrand.
5 Bij voorkeur zijn de markeringen gevormd op een uitsteeksel aan het inzetdeel, dat opgenomen kan worden in een uitloper van de opneemruimte van de sluitkom.
Op vergelijkbare wijze kunnen telkens althans een der eerste, etc. aanligvlakken gevormd zijn op een uitsteeksel 10 aan het inzetdeel, dat opgenomen kan worden in een uitloper van de opneemruimte van de sluitkom, waardoor de stabiliteit verbeterd kan worden.
Bij voorkeur zijn op het uitsteeksel zowel aanligvlakken als markeringen voorzien, waarmee het uitsteeksel 15 een dubbele functie vervult.
De stabiliteit van het inzetdeel wordt verder vergroot indien het inzetstuk voorzien is van twee uitsteeksels die in tegengestelde richtingen loodrecht op de zwaairichting reiken.
20 Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een sluitkomsamenstel voor vergrendelinrichtingen, in het bijzonder voor deuren en ramen, omvattend een in een kozijndeel op te nemen sluitkom die voorzien is van een hartlijn en van een opneemruimte, en een in de opneem-2 5 ruimte van de sluitkom op te nemen inzetdeel dat voorzien is van aanslagranden voor een schoot van het vergrendel-mechanisme, waarbij het inzetdeel voorzien is van een doorgaande opening die begrensd is door eerste en tweede, tegenover elkaar gelegen schootaanslagranden, waarbij het 30 inzetdeel en de opneemruimte gevormd zijn voor het ineenpassen in vier unieke werkzame posities van de schootaanslagranden ten opzichte van de hartlijn van de sluitkom.
Bij voorkeur bezitten de eerste en tweede schootaanslagrand daarbij elk twee unieke posities.
35 Bij voorkeur is de sluitkom symmetrisch ten opzichte van de hartlijn daarvan.
De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van 5 een in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeel-duitvoering. Getoond wordt in:
Figuur 1 een perspectivisch aanzicht op een voor-beelduitvoering van eèn sluitkomsamenstel volgens de 5 uitvinding, met sluitkom en inzetdeel, in uiteengenomen , toestand, figuur 2 een aanzicht op de sluitkom van figuur 1, vanaf de van de dag afgekeerde zijde, figuur 3 een vooraanzicht op het inzetdeel van het 10 sluitkomsamenstel van figuur 1, figuren 4A en 4B respectievelijk een aanzicht vanaf de dagzijde en de tegengestelde zijde op een sluitkomsamenstel volgens figuur 1, in een eerste samengestelde toestand, 15 figuren 5A en 5B respectievelijk een aanzicht vanaf de dagzijde en de tegengestelde zijde op een sluitkomsamenstel volgens figuur 1, in een tweede samengestelde toestand, figuren 6A en 6B respectievelijk een aanzicht vanaf 20 de dagzijde en de tegengestelde zijde op een sluitkomsamenstel volgens figuur 1, in een derde samengestelde toestand, en de figuren 7A en 7B respectievelijk een aanzicht vanaf de dagzijde en de tegengestelde zijde op een sluitkomsa-25 menstel volgens figuur 1, in een vierde samengestelde toestand.
Het sluitkomsamenstel in figuur 1 omvat een sluitkom 1 en een inzetdeel 2. De sluitkom 1 bezit gestrekte langs-wanden 3, cirkelvormig gebogen boven- en onderwanden 4 en 30 een aan de dagzijde gelegen wand 40. In de wand 40 zijn een aantal gaten danwel openingen, zoals de opening 7, waardoorheen schroefgaten 9 bereikbaar zijn, opening 10, waardoorheen nog nader te bespreken maataanduidingen op het inzetdeel waarneembaar zijn, gat 50 voor doorgang van 35 een schoot van een verder niet weergegeven deur of raam, en een gat 8, waardoorheen schroefgaten 9 bereikbaar zijn. Ter plaatse van de overgang tussen de rechte wanden 3 en 6 de gebogen wanden 4 zijn nog spleten 11 voorzien, waardoorheen niet weergegeven, in de bevestigingsgaten 9 opgenomen schroeven kunnen reiken in een niet weergegeven kozijn.
5 Het inzetstuk 2 bezit rechte wanden 12 en 13 met buitenvlakken 12a, 13a en binnenvlakken 12b, 13b, die tussen zich een rechthoekige doorgang 14 bepalen, die van beide zijden toegankelijk is. De binnenzijde 12b van de wand 12 en de binnenzijde 13b van de wand 13 gaan naar de 10 voorzijde en achterzijde over in schuine vlakken 26a, 26b, waarbij het schuine vlak 26b aan de langseinden overgaat in schuine vlakken 27.
Aan de buitenzijde 12a is de wand 12 voorzien van een nok 24 die beneden het midden (lijn A) van het inzetdeel 2 15 gelegen is, en de wand 13 is aan de buitenzijde 13a voorzien van een nok 25, die boven het midden gelegen is.
Bovenaan is het inzetdeel voorzien van een versmald eind 15, met bovenvlak 37 en zijvlakken 17a en 17b, waarvan respectievelijk nokken 18 en 19 uitsteken, die voor-20 zien zijn van aanligvlakken 20 en 21. Merk op dat de nok 19 over de gehele breedte doorlopend is, en de nok 18 beperkt is tot een middengebied.
Aan het ondereind is het inzetdeel 2 voorzien van een versmald eind 16, met rechte vlakken 22 en 23, en eindvlak 25 36.
Zoals in figuur 2 te zien is, is de sluitkom 1, die symmetrisch is aan hartlijn C, voorzien van een opneem-ruimte 30, met uitlopers 31 en 32. Uitloper 31 bevindt zich ter plaatse van gat 10, en is in zijwaartse richtin-30 gen voorzien van verdiepingen 33a, 33b, die begrensd worden door in één vlak liggende zijvlakjes 39a, 39c respectievelijk 39b, 39d.
Op vergelijkbare wijze is aan de andere zijde de uitloper 32 begrensd door zijvlakjes 41a, 41c en 41b, 41d, 35 waartussen steeds verdiepingen 34a, 34b zijn gevormd, die echter voorzien zijn van een trede 35a, 35b die op een afstand ligt van de bodem van de uitloper 32 die overeen- 7 komt met de afstand van de begrenzing van de nok 18 tot het dichtstbijzijnde voor- of achtervlak van het inzetstuk 2.
De opneemruimte '30 wordt verder naar opzij begrensd 5 door oppervlakken 38a, 38b waarin op gelijke hoogte, boven het midden van de sluitkom of opneemruimte 30, uitsparingen 37a, 37b zijn voorzien.
Het inzetdeel 2 kan op vier verschillende manieren worden opgenomen in de opneemruimte 30.
10 In de eerste mogelijkheid, weergegeven in de figuren 4A en 4B, is een eerste inzetpositie van het inzetdeel 2 weergegeven, waarbij de korte nok 18 met (nu 'eerste') aanligvlak 20 reikt in uitsparing 33b. Beneden het midden van het inzetdeel 2 steunt de nok 24, met een eerste 15 aanligvlak, tegen oppervlak 38b, waardoor een stabiele ligging, in, op de tekening gezien, horizontale richting D , I (zie figuur 2, de zwaairichting) verkregen is. Aanligging · j in tegengestelde richting wordt verzorgd door aankomst van vlak 13a tegen vlak 38a, alsmede door aanligging van het 20 aan het ondereind 16 voorziene aanligvlak 23 tegen zij- vlakjes 41a, 41c. Aanligvlak 22 is hierbij vrij.
1 Zoals te zien is in figuur 4B is de lengte van het inzetdeel 2 althans nagenoeg gelijk aan de lengte van de opneemruimte 30 met uitlopers 31 en 32. Aldus is het 25 inzetdeel 2 in alle richtingen in het vlak van tekening opgesloten gehouden in de opneemruimte 30. De nokken 18 en 19 kunnen hierbij voor vastleggen in verticale richting zorgen.
In de in een kozijn gemonteerde toestand is de ach-30 terzijde van de sluitkom 1 gericht naar de bodem van een inkassing gemaakt in een kozijndeel. De wand 40 reikt in de dag, en zorgt tevens voor opsluiting van het inzetdeel 2. Aldus is ook het inzetdeel 2 loodrecht op het vlak van tekening opgesloten.
35 De enige bevestigingsmiddelen van het samenstel van sluitkom 1 en inzetdeel 2 zijn bevestigingsschroeven, die ingevoerd moeten worden door de gaten 9.
8
In de tweede stand van het inzetdeel 2, weergegeven in de figuren 5A en 5B, is het inzetdeel 2 over 180° gedraaid om lijn A, en reikt (nu tweede) aanligvlak 22 tegen zij vlakjes 3 9b en 3 9b, reikt nok 24 in uitsparing 5 3 7b en steunt aanligvlak 20 van nok 18 tegen de bodem van uitsparing 34b, terwijl vlak 17a steunt tegen zijvlakjes 41b, 4ld. Het vlak 12a steunt tegen vlak 38b. Aldus is ook hier een stabiele ligging van het inzetdeel 2 gewaarborgd. Beweging naar de andere kant wordt tegengegaan door aan-10 komst van nok 25 tegen oppervlak 38a.
De derde mogelijke stand weergegeven in de figuren 6A, 6B wordt verkregen door verdraaiing van het inzetdeel 2 vanuit de stand weergegeven in figuur 5B om een hartlijn B, over 180°. In dit geval steunt beneden aan het (nu 15 derde aanligvlak) 21 van nok 19 tegen de trede 35b. Meer naar boven steunt de nok 25 tegen oppervlak 38b, zodat weer een tweepuntsoplegging is verkregen. Aan de tegengestelde zijde ligt vlak 22 tegen zijvlakjes 39a, 39c, reikt nok 24 in uitsparing 37a, ligt zijvlak 12a tegen oppervlak 20 38a, en reikt zijvlak 17a tegen zijvlakjes 41a, 41c en aanligvlak 20 van nok 18 tegen de bodem van uitsparing 34a.
In de vierde inzetstand van het inzetdeel 2, weergegeven in de figuren 7A en 7B is het inzetdeel ten opzichte 25 van figuren 4A en 4B over 180° gedraaid om hartlijn B. Nu reikt de nok 19 met aanligvlak 21 bij de bodem van uitsparing 33b. Vlak 17b ligt tegen zijvlakjes 39b, 39d. De nok 25 reikt in uitsparing 37b, zodat het vlak 13a steunt tegen oppervlak 38b. Aan het ondereind reikt vlak 23 tegen 30 zijvlakjes 41b, 41d, terwijl vlak 22 vrij ligt. Aan de tegengestelde zijde steunt nok 24 tegen oppervlak 38a, en reikt aanligvlak 20 van nok 18 tegen de bodem van uitsparing 3 3a.
De in de figuren 4-7 weergegeven vier inzetstanden 35 resulteren in twee verschillende afstanden van vlak 12b ten opzichte van vlak 3 8b - en daarmee ten opzichte van sluitkom 1 en daarmee ten opzichte van het kozijn - en 9 twee verschillende afstanden van vlak 13b ten opzichte van vlak 38b. Hetzelfde geldt voor de posities ten opzichte van vlak 38a, zodat in beide draai- of sluitrichtingen steeds vier verschillende posities verkregen worden van 5 het vlak in het sluitkomsamenstel dat dient voor aanslag van de schoot. Door de symmetrische uitvoering van de sluitkom 1 maakt de draairichting van de deur niets uit.
Zoals weergegeven in figuur 3 zijn er via maten a, b, c, d, te onderscheiden, respectievelijk tussen vlak 13a en 10 vlak 13b, tussen eindvlak van nok 25 en vlak 13b, tussen vlak 12a en vlak 12b, en tussen eindvlak van nok 24 en vlak 12b. De verschillen zijn bepaald door de nokhoogte. De afstanden a-d zijn gerelateerd aan maatstrepen 0, 1, 2 en 3, afgebeeld aan weerszijden van de smalle einden 15 en 15 16. Merk op dat aldus op versmald eind 15 aan de ene zijde maatstrepen 3 en 0 weergegeven, met respectievelijk pijlen I gericht naar nok 19 en naar nok 18, en op de andere zijde { maatstrepen 3 en 0 met pijlen respectievelijk naar nok 18 en 19, en op versmald eind 16 aan de ene zijde maatstrepen 20 1 en 2 met de pijlen respectievelijk gericht naar vlakken 22 en 23, en aan de andere zijde maatstrepen 1 en 2 met 1 pijlen respectievelijk gericht naar vlakken 23 en 22.
De maatstreepjes 0-3 zijn afleesbaar door gat 10 in wand 40 van sluitkom 1, zoals in de diverse figuren zicht- 25 baar. Zoals in figuur 4A te zien is de maatstreep 3 met pijl naar (op de tekening gezien) links juist onder de meest linkse maatstreep in de bovenrand van de begrenzing van gat 10 gelegen. Maatstreep 0 ligt tegenover maatstreep 0 op de onderrand van de begrenzing van gat 10. In figuur 30 5A worden maatstrepen 2 respectievelijk 1 gebruikt, en in figuren 6A maatstrepen 1 en 2, en tenslotte in figuur 7A maatstrepen 0 en 3. Door combinatie van de pijlrichting en het schuiven van het maatstreepje kan de monteur de gewenste inzetstand van het inzetdeel 2 kiezen.

Claims (15)

1. Sluitkomsamenstel voor vergrendelinrichtingen, in het bijzonder voor deuren en ramen, omvattend een in een kozijndeel op te nemen sluitkom die voorzien is van een opneemruimte, en een in de opneemruimte van de sluitkom op 5 te nemen inzetdeel dat voorzien is van aanslagranden voor een schoot van het vergrendelmechanisme, waarbij het inzetdeel voorzien is van een doorgaande opening die begrensd is door eerste en tweede, tegenover elkaar gelegen schootaanslagranden en het inzetdeel voorts voor-10 zien is van aan de buitenzijde daarvan gelegen eerste, tweede, derde en vierde aanligvlakken die in hoofdzaak gericht zijn in respectieve zwaairichtingen van deur of raam, waarbij de eerste en derde aanligvlakken op verschillende afstand liggen van de eerste 15 schootaanslagrand en de tweede en vierde aanligvlakken op verschillende afstand liggen van de tweede schootaanslagrand, waarbij de eerste en tweede schootaanslagranden op onderling verschillende afstanden gelegen zijn van de respectieve eerste, tweede, derde en 20 vierde aanligvlakken, waarbij de sluitkom voorzien is van tegenvlakken voor het bieden van een steunvlak voor geselecteerde aanligvlakken van de eerste, tweede, derde en vierde aanligvlakken.
2. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 1, waarbij het 25 inzetdeel in vier verschillende rotatieposities passend plaatsbaar is in de opneemruimte.
3. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 1 of 2, waarbij de eerste, etc. aanligvlakken aanligvlakken omvatten die gelijkgericht en naast elkaar, op afstand van elkaar 30 gelegen zijn.
4. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de sluitkom een dagzijdewand heeft en waarbij opneemruimte voor het inzetdeel voor dat inzetdeel toegankelijk is vanaf de van de dagzijde afgekeerde zijde van de sluitkom, waarbij de dagzijdewand van de sluitkom het inzetdeel opsluit en een doorgang bezit voor een 5 schoot.
5. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 4, waarbij het inzetdeel voorzien is van markeringen gerelateerd aan de positie van de eerste, etc. aanligvlakken en waarbij de dagzijdewand voorzien is van openingen voor aflezing van 10 de markeringen vanaf de dagzijde.
6. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 5, waarbij de sluitkom in de dagzijdewand bij de afleesopeningen voorzien is van maataanduidingen voor de plaats van de betreffende schootaanslagrand.
7. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 5 of 6, waar bij de markeringen gevormd zijn op een uitsteeksel aan het inzetdeel, dat opgenomen kan worden in een uitloper van de opneemruimte van de sluitkom.
8. Sluitkomsamenstel volgens een der voorgaande 20 conclusies, waarbij telkens althans een der eerste, etc. aanligvlakken gevormd is op een uitsteeksel aan het inzetdeel, dat opgenomen kan worden in een uitloper van de opneemruimte van de sluitkom.
9. Sluitkomsamenstel volgens conclusies 7 en 8, 25 waarbij op het uitsteeksel zowel aanligvlakken als markeringen voorzien zijn.
10. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 7, 8 of 9, waarbij het inzetstuk voorzien is van twee uitsteeksels die in tegengestelde richtingen loodrecht op de zwaairich- 30 ting reiken.
11. Sluitkomsamenstel voor vergrendelinrichtingen, in het bijzonder voor deuren en ramen, omvattend een in een kozijndeel op te nemen sluitkom die voorzien is van een hartlijn en van een opneemruimte, en een in de opneem- 35 ruimte van de sluitkom op te nemen inzetdeel dat voorzien is van aanslagranden voor een schoot van het vergrendel-mechanisme, waarbij het inzetdeel voorzien is van een doorgaande opening die begrensd is door eerste en tweede, tegenover elkaar gelegen schootaanslagranden, waarbij het inzetdeel en de opneemruimte gevormd zijn voor het ineenpassen in vier unieke werkzame posities van de 5 schootaanslagranden ten opzichte van de hartlijn van de sluitkom.
12. Sluitkomsamenstel volgens conclusie 11, waarbij de eerste en tweede schootaanslagrand elk twee unieke posities bezitten.
13. Sluitkomsamenstel volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de sluitkom symmetrisch is ten opzichte van de hartlijn daarvan.
14. Sluitkomsamenstel voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bij- 15 gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.
15. Inzetdeel voor een sluitkomsamenstel voorzien van een of meer van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen. 20 -o-o-o-o-o-o-o-o- AF/KP
NL1021169A 2002-07-26 2002-07-26 Sluitkomsamenstel. NL1021169C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1021169A NL1021169C2 (nl) 2002-07-26 2002-07-26 Sluitkomsamenstel.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1021169A NL1021169C2 (nl) 2002-07-26 2002-07-26 Sluitkomsamenstel.
NL1021169 2002-07-26

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1021169A1 NL1021169A1 (nl) 2004-01-27
NL1021169C2 true NL1021169C2 (nl) 2004-03-02

Family

ID=32026228

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1021169A NL1021169C2 (nl) 2002-07-26 2002-07-26 Sluitkomsamenstel.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1021169C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1030433C2 (nl) * 2005-11-15 2007-05-16 Buva Rat Bouwprod Bv Sluitkom.
NO333060B1 (no) * 2009-08-24 2013-02-25 Spilka Int As Sluttstykke til en dørlås

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1030433C2 (nl) * 2005-11-15 2007-05-16 Buva Rat Bouwprod Bv Sluitkom.
NO333060B1 (no) * 2009-08-24 2013-02-25 Spilka Int As Sluttstykke til en dørlås

Also Published As

Publication number Publication date
NL1021169A1 (nl) 2004-01-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7617567B2 (en) Adjustable hinge
US6572304B1 (en) Device for fixing a first part to a fixed second part
US5927667A (en) Electrical box mounting bracket
CA2425191C (en) Tilt-latch for a sash window
US6782628B2 (en) Level having rotatable vial support device
US5009541A (en) Plastic barricade with limiting bolt
JPH02101273A (ja) 家具等に固定するための固定板を備えたヒンジアーム
NL1021169C2 (nl) Sluitkomsamenstel.
US3952366A (en) Hinge device
US3619947A (en) Corner fastener and roller assembly for sliding door frames
EP2231973B1 (en) Device for fastening an object, preferably a hinge, to an extruded profile
IE920972A1 (en) Partition frame structure
US6935804B2 (en) Clamping element and device for fixing cam rails
GB2383077A (en) Keepers for doors and windows
EP1918495A2 (en) Wall construction with panels that can be shifted and rotated
CA2602651C (en) A striker plate, a door jamb assembly and a method of securing a striker plate to a door surround structure
KR20010031445A (ko) 벽 장착용 설비 하우징
EP3914134A2 (en) An adjustable retention device and a frame assembly comprising the adjustable retention device
FI120208B (fi) Vastalevy
NL1017803C2 (nl) Sluitkomsamenstel.
PL197087B1 (pl) Zębatka, zwłaszcza do elektromechanicznie napędzanych systemów drzwiowych
RU2263754C2 (ru) Петля
EP3981943B1 (en) A swing gate and a kit of parts
US1091584A (en) Hinge.
NL9002526A (nl) Rolluik voor een venster, een deur of dergelijke.

Legal Events

Date Code Title Description
AD1B A search report has been drawn up
PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20170801