NL1020739C1 - Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig. Download PDF

Info

Publication number
NL1020739C1
NL1020739C1 NL1020739A NL1020739A NL1020739C1 NL 1020739 C1 NL1020739 C1 NL 1020739C1 NL 1020739 A NL1020739 A NL 1020739A NL 1020739 A NL1020739 A NL 1020739A NL 1020739 C1 NL1020739 C1 NL 1020739C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
drive shaft
locking
vehicle
housing
bicycle
Prior art date
Application number
NL1020739A
Other languages
English (en)
Inventor
Albertus Maria Thonen
Original Assignee
Albertus Maria Thonen
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Albertus Maria Thonen filed Critical Albertus Maria Thonen
Priority to NL1020739A priority Critical patent/NL1020739C1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1020739C1 publication Critical patent/NL1020739C1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62HCYCLE STANDS; SUPPORTS OR HOLDERS FOR PARKING OR STORING CYCLES; APPLIANCES PREVENTING OR INDICATING UNAUTHORIZED USE OR THEFT OF CYCLES; LOCKS INTEGRAL WITH CYCLES; DEVICES FOR LEARNING TO RIDE CYCLES
    • B62H5/00Appliances preventing or indicating unauthorised use or theft of cycles; Locks integral with cycles
    • B62H5/08Appliances preventing or indicating unauthorised use or theft of cycles; Locks integral with cycles preventing the drive
    • B62H5/10Appliances preventing or indicating unauthorised use or theft of cycles; Locks integral with cycles preventing the drive acting on a pedal crank

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Lock And Its Accessories (AREA)

Description

INRICHTING EN WERKWIJZE VOOR HET BEVEILIGEN VAN EEN VOERTUIG
5 Eerste Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting en een werkwijze voor het beveiligen van een voertuig, in het bijzonder een fiets, tegen diefstal. Hierbij is het voertuig van het soort dat is opgedouwd uit ondermeer een gestel (frame), een of meer wielen, een roteerbaar in het 10 gestel gelagerde aandrijfas en overbrengingsmiddelen voor het overbrengen van de rotatie van de aandrijfas op ten minste een van de wielen.
Voor het beveiligen van fietsen is een groot aantal inrichtingen bekend. Bekend is bijvoorbeeld een toepassing 15 van een kettingslot. Een van een (hang-)slot voorziene ketting wordt rondom een of meer van de onderdelen van de fiets geleid, bijvoorbeeld langs het wiel en langs het frame, zodanig dat het betreffende wiel en het frame ten opzichte van elkaar gefixeerd worden. Het bezwaar van een dergelijk 20 hangslot is echter dat een dief met relatief eenvoudig gereedschap de ketting en/of het slot kan doorsnijden waarna de fiets zonder problemen kan worden meegenomen.
Tevens zijn stuursloten bekend waarmee rotatie van het stuur ten opzichte van het gestel van de fiets kan worden 25 vergrendeld. Het bezwaar van de bekende stuursloten is echter dat deze onklaar zijn te maken door het stuur op een of andere wijze van de fiets te scheiden, bijvoorbeeld door het stuur van de fiets af te zagen. Alhoewel daarmee de fiets beschadigd wordt, is het echter relatief eenvoudig om een 30 eenmaal op zodanige wijze gestolen fiets te repareren.
Het is doel van onderhavige uitvinding een verbeterde inrichting en werkwijze te verschaffen voor het beveiligen
• I
J
2 van een voertuig waarin bovengenoemde bezwaren en/of andere bezwaren van de stand van de techniek zijn ondervangen.
Volgens een eerste aspect van onderhavige uitvinding wordt het doel bereikt in een inrichting voor het beveiligen 5 van een voertuig, in het bijzonder een fiets, tegen diefstal, waarbij het voertuig een gestel, een of meer wielen, een roteerbaar in een aandrijfashuis van het gestel gelagerde., aandrijfas; en overbrengingsmiddelen voor het overbrengen van de rotatie van de aandrijfas op ten minste een van de wielen 10 omvat, de inrichting een vergrendelmechanisme omvattende waarmee de aandrijfas in het aandrijfashuis van het gestel te vergrendelen en te ontgrendelen is.
Aangezien de aandrijving van het voertuig het belangrijkste deel daarvan vormt is het voor een dief niet 15 zinnig om het voertuig te stelen. De voor het stelen noodzakelijke beschadiging van het voertuig treft immers het meest belangrijke deel daarvan. In het geval van een fiets moet bijvoorbeeld het trapperhuis van het frame beschadigd worden, hetgeen de fiets onbruikbaar maakt. Een dergelijke 20 beschadiging is bovendien niet of althans moeilijk te repareren.
Volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvat het vergrendelmechanisme een met een sleutel bedienbaar slot.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat 25 het vergrendelmechanisme: - een of meer in het aandrijfashuis aangebrachte eerste uitsparingen; - een of meer in de aandrijfas aangebrachte tweede uitsparingen; 30 - een of meer vergrendelingsnokken die in de eerste en tweede uitsparingen verschuifbaar zijn voor het vergrendelen en ontgrendelen van de aandrijfas ten opzichte van het aandrijfashuis.
·?: 3
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het vergrendelmechanisme een in of aan de aandrijfas bevestigd cilinderslot, waarbij aan de cilinder van het cilinderslot een of meer ciliridernokken zijn' aangebracht die 5 kunnen aangrijpen op vergrendelnokken waarmee de aandrijfas ten opzichte van het aandrijfashuis vergrendelbaar respectievelijk ontgrendelbaar is.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is.een deel van de aandrijfas uitgevoerd als een cilinder van een 10, cilinderslot.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is op het voertuig een merkteken aangebracht en is op het vergrendelmechanisme een corresponderend merkteken aangebracht.
15 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het voertuig voorzien van een in een stuurhuis van het gestel draaibaar stuurorgaan en omvat de inrichting tevens middelen voor het in het stuurhuis vergrendelen respectievelijk ontgrendelen van het stuurorgaan.
20 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn verbindingsmiddelen tussen het aandrijfas-vergrendelmechanisme en de stuurorgaan-vergrendelmiddelen voorzien, welke verbindingsmiddelen zijn ingericht voor het in hoofdzaak synchroon met het vergrendelen respectievelijk 25 ontgrendelen van de aandrijfas ontgrendelen respectievelijk ontgrendelen van het stuurorgaan. Dit vergroot de mate van beveiliging.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij het voertuig een fiets is, omvatten de overbrengingsmiddelen 30 een ketting en wordt de aandrijfas gevormd door de trapperas.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij de trapperas is voorzien van een tweetal trappers, ten minste één waarvan aan de aandrijfas is vastgelast.
4
Volgens een verder aspect van onderhavige uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het beveiligen van een voertuig tegen diefstal, waarbij het voertuig een gestel voorzien van een of meer wielen, een roteerbaar in een 5 aandrijfashuis van het gestel gelagerde aandrijfas, en overbrengingsmiddelen voor het overbrengen van de rotatie van de aandrijfas op ten minste een van de wielen omvat, de werkwijze de stappen omvattende van het vergrendelen van de aandrijfas in het aandrijfashuis voor het verhinderen van 10 rotatie van de aandrijfas wanneer het voertuig te beveiligen is en het anders ontgrendelen van de aandrijfas ten opzichte van het aandrijfashuis voor het vrijgeven van de rotatie van de aandrijfas.
' Verdere voordelen, kenmerken en details van 15 onderhavige uitvinding zullen verduidelijkt aan de hand van de beschrijving van een tweetal voorkeursuitvoeringsvormen.
In de beschrijving wordt verwezen naar de figuren, waarin tonen: - figuur 1 een aanzicht van een fiets voorzien van de 20 eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding.
- figuur 2 een schematische langsdoorsnede door de fiets ter plaatse van het trapperhuis; - figuur 3 een verder schematisch aanzicht van de eerste voorkeursuitvoeringsvorm; 25 - figuur 4a tot en met 4c een drietal schematische doorsnedes van de tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding.
Figuur 1 toont een fiets F bestaande uit een frame 1 waaraan een tweetal wielen 2, 3 zijn bevestigd. In het 30 voorste deel van het frame is een stuur 4 aangebracht, terwijl in het onderste deel van het frame 1 een aandrijfas 5 is voorzien. Aan deze aandrijfas 5 is een tandwiel 6 voorzien, waarop een ketting K kan aangrijpen.
1020139 5
De aandrijfas 5 is roteerbaar gelagerd in het onderste deel van het frame, ook wel het aandrijfashuis 7 genoemd. In figuur 2 is dit verder verduidelijkt. De aandrijfas 5 is met behulp van lagers (niet weergegeven) 5 roteerbaar in het ashuis 7. In de aandrijfas is een cilinderslot 8 aangebracht. Het cilinderslot 8 is met behulp van een daartoe geschikte sleutel (niet weergegeven) te bedienen.
Wanneer in het cilinderslot 8 een geschikte sleutel 10 gestoken wordt, roteert een aan de cilinder van het cilinderslot voorziene cilindernok 9 als gevolg van rotatie van de sleutel. Deze rotatie van cilindérblok 9 heeft een corresponderende verplaatsing van een vergrendelnok 10 , (schematisch in figuur 2 weergegeven) tot gevolg. Deze 15 vergrendelnok 10 is verschuifbaar aangebracht in een uitsparing in de as 5. Bij voldoende verplaatsing zal het uiteinde van de vergrendelnok 10' terechtkomen in een van de uitsparingen 12 die zijn aangebracht in het trapperashuis 7. Als gevolg hiervan wordt de aandrijfas of trapperas 5 ten 20 opzichte van het aandrijfashuis 7 vergrendeld. Hierdoor wordt de rotatie van de aandrijfas onmogelijk en is de fiets niet meer bruikbaar.
Op soortgelijke wijze kan de vergrendelnok 10, bijvoorbeeld onder invloed van niet weergegeven veren, terug 25 verschoven worden zodat het uiteinde 10'van de vergrendelnok 10 niet meer in de opening 12 in het ashuis 7 steekt.
Hiermee is de aandrijfas 5 ten opzichte van het ashuis 7 ontgrendeld.
In de tekening is weergegeven dat op een Viertal 30 posities een uitsparing in het trappenhuis is aangebracht.
Dit betekent dat de aandrijfas in een viertal standen ten opzichten van de fiets te vergrendelen is. Het moge duidelijk -.3 Λ - -
i U
6 zijn dat dit aantal naar believen vergroot of verkleind kan worden.
Tevens is in figuur slechts één vergrendelnok weergegeven. In een veiligere uitvoering zullen twee of meer 5 vergrendelnokken 10 worden aangebracht en zal het aantal uitsparingen 12 in het trappenhuis dienovereenkomstig toenemen.
De vergrendelnokken 10 komen terecht in de uitsparingen 12 in het trapperashuis 7. Deze uitsparingen 10 zijn bij voorkeur niet geheel doorgeboord, zodat vanaf de buitenzijde niet zichtbaar is waar zich deze uitsparingen bevinden. Als de uitsparingen niet zichtbaar zijn, is het voor een potentiële dief ook niet mogelijk de exacte positie of posities van de vergrendelnokken te bepalen. Dit voorkomt 15 de mogelijkheid dat de dief door het aanbrengen van plaatselijke beschadigingen de fiets alsnog mee zou kunnen krijgen.
In een niet weergegeven uitvoeringsvorm bedient de nok van het cilinderslot tevens een verbindingsnok 20 20 (schematisch weergegeven in figuur 1) tussen een vergrendelingsmechanisme van het stuur en het hierboven beschreven vergrendelingsmechanisme van de aandrijfas. In een dergelijke constructie is het mogelijk om tegelijkertijd met het vergrendelen van de aandrijfas tevens het stuur 4 ten 25 opzichte van het frame 1 te fixeren. Dit levert een extra bescherming tegen diefstal van de fiets op.
In een andere, in figuur 4a tot en met 4c weergegeven uitvoeringsvorm is de cilinder 13 deel van de aandrijfas 5 of is in ieder geval de cilinder 13 zodanig aangebracht dat er 30 direct contact is tussen de buitenzijde van de cilinder 13 en de binnenzijde van het trapperashuis 7. De cilinder 13 is in deze uitvoeringsvorm draaibaar in het huis 7 aangebracht. In gesloten toestand (figuur 4a) drukken de veren 14 de 7 enigszins tapse, loodrecht op de as 5 opgestelde pennen 15, in het huis naar beneden. In de cilinder 13 zelf bevinden zich eveneens los van elkaar beweegbare pennen 16 van verschillende lengte. Omdat.de bovenpennen. 15 door de veren 5 14 naar beneden tot in de cilinder 13 worden gedrukt, kan deze niet omgedraaid worden. Steekt met echter de juiste sleutel Sj in het sleutelgat (figuur 4b), dan drukt deze de onderste rij pennen 16 zover omhoog dat de grenslijn van de twee rijen pennen 15, 16 juist gelijk komt te liggen met de 10 wand van de cilinder 13 in het huis 7. Nu kan de cilinder 13, die middels de eerdergenoemde nokken 9 met de vergrendelnokken 10 in verbinding staan, wel omgedraaid worden en kan het slot gesloten worden. Daarmee wordt bedoeld dat de aandrijfas vrij kan roteren in het huis 7 en de fiets 15 gewoon gebruikt kan worden. Bij verwijderde sleutel of bij aanbrenging van een verkeerde sleutel S2 (zie bijvoorbeeld figuur 4c), wordt slechts een deel van de pennen tot de juiste hoogte opgelicht, zodat de resterende pennen het draaien van de cilinder 13 (en derhalve de rotatie van de as) 20 ten opzichte van huis 7 blijven verhinderen. In deze uitvoeringsvorm kan de fiets derhalve slechts gebruikt worden, wanneer de juiste sleutel in het slot gestoken is.
Bij afwezigheid van de sleutel of bij het aanbrengen van de verkeerde sleutel is de aandrijfas automatisch ten opzichte 25 van het huis 7 vergrendeld.
Bij voorkeur is één zijde van de trapperas 5 voorzien van een demonteerbare trapper 21 en is de andere zijde van de trapperas 5 voorzien van een daaraan vast bevestigde trapper 21', bijvoorbeeld een daaraan vastgelaste trapper. Dit 30 betekent dat de as vrijwel altijd maar aan één zijde uit de fiets F verwijderd kan worden.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is zowel het frame voorzien van een framenummer als het slot voorzien van 1020739 8 een slotnummer, welke nummers identiek zijn. Hiermee wordt het verzekeren van'de fiets vereenvoudigd. Een nieuwe aandrijfas 5 kan bijvoorbeeld alleen bij de verzekering besteld worden, die deze vervolgens weer bestelt bij de 5 fabrikant. De, fabrikant moet deze vervangen en het nieuwe slotnummer aan de verzekering melden. In de bovengenoemde uitvoeringsvormen wordt door de beschreven wijze van vergrendeling niet alleen voorkomen dat de aandrijfas ten opzichte van het huis kan roteren, maar tevens dat de as op 10 een of andere wijze uit het frame 1 kan worden verwijderd. De as is alleen te verwijderen wanneer het slot geopend is.
Onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de boven beschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan; de gevraagde ' rechten worden bepaald door de navolgende conclusies, binnen 15 de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.

Claims (15)

1. Inrichting voor het beveiligen van een voertuig, 5 in het bijzonder een fiets, tegen diefstal, waarbij het voertuig een gestel, een of meer wielen, een roteerbaar in een aandrijfashuis van het gestel gelagerde aandrijfas; en. overbrengingsmiddelen voor het overbrengen van de rotatie van de aandrijfas op ten minste een van de wielen omvat, de 10 .inrichting een vergrendelmechanisme omvattende waarmee de aandrijfas in het aandrijfashuis van het gestel te vergrendelen en te ontgrendelen is.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het vergrendelmechanisme een met een sleutel bedienbaar slot 15 omvat.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het vergrendelmechanisme omvat: - een of meer in het aandrijfashuis aangebrachte eerste uitsparingen; 20. een of meer in de aandrijfas aangebrachte tweede uitsparingen; - een of meer vergrendelingsnokken die in de eerste en tweede uitsparingen verschuifbaar zijn voor het vergrendelen en ontgrendelen van de aandrijfas ten opzichte 25 van het aandrijfashuis.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het vergrendelmechanisme een in of aan de aandrijfas bevestigd cilinderslot omvat, waarbij aan de cilinder van het cilinderslot een of meer cilindernokken zijn aangebracht die 30 kunnen aangrijpen op vergrendelnokken waarmee de aandrijfas ten opzichte van het aandrijfashuis vergrendelbaar respectievelijk ontgrendelbaar is. *r r- ·' . . t
5. Inrichting volgens een der conclusies 1-3, waarbij een deel van de aandrijfas is uitgevoerd als een cilinder van een cilinderslot.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, 5 waarbij de uitsparingen zich slechts gedeeltelijk vanaf de binnenzijde tot in het aandrijfashuis uitstrekken.
7. Inrichting volgens een der conclusies 1-8, waarbij op het voertuig een merkteken is aangebracht en op het vergrendelmechanisme een corresponderend merkteken is 10 aangebracht.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het voertuig voorzien is van een in een stuurhuis van het gestel draaibaar stuurorgaan en de inrichting tevens middelen omvat voor het in het stuurhuis vergrendelen 15 respectievelijk ontgrendelen van het stuurorgaan.
9. Inrichting volgens conclusie 8, omvattende verbindingsmiddelen tussen het aandrijfas-vergrendelmechanisme en de stuurorgaan-vergrendelmiddelen, welke verbindingsmiddelen zijn ingericht voor het in 20 hoofdzaak synchroon met het vergrendelen respectievelijk ontgrendelen van de aandrijfas ontgrendelen respectievelijk ontgrendelen van het stuurorgaan.
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het voertuig een fiets is, de overbrengingsmiddelen 25 een ketting omvatten en de aandrijfas wordt gevormd door de trapperas.
11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de trapperas is voorzien van een tweetal trappers, ten minste één waarvan aan de aandrijfas is vastgelast.
12. Werkwijze voor het voor het beveiligen van een voertuig tegen diefstal, waarbij het voertuig een gestel voorzien van een of meer wielen; een roteerbaar in een aandrijfashuis van het gestel gelagerde aandrijfas; en overbrengingsmiddelen voor het overbrengen van de rotatie van de aandrijfas op ten minste een van de wielen omvat, de werkwijze de stappen omvattende van het vergrendelen van de aandrijfas in het aandrijfashuis voor het verhinderen van 5 rotatie van de aandrijfas wanneer het voertuig te beveiligen is en het anders ontgrendelen van de aandrijfas ten opzichte van het aandrijfashuis voor het vrijgeven van de rotatie van de aandrijfas.
13. Werkwijze volgens conclusie 12, waarbij de 10 inrichting volgens ten minste een der conclusies 1-11 wordt toegepast.
14. Voertuig, in het bijzonder een fiets, voorzien van een inrichting volgens een der conclusies 1-11.
15 20 25 n ^ . Vi ,
NL1020739A 2002-05-31 2002-05-31 Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig. NL1020739C1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020739A NL1020739C1 (nl) 2002-05-31 2002-05-31 Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020739 2002-05-31
NL1020739A NL1020739C1 (nl) 2002-05-31 2002-05-31 Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1020739C1 true NL1020739C1 (nl) 2003-12-02

Family

ID=30439503

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1020739A NL1020739C1 (nl) 2002-05-31 2002-05-31 Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1020739C1 (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20090178446A1 (en) Lock device
EP2456657B1 (en) Pedal-crank assembly for bicycles
JPH111189A (ja) 盗難防止装置付き自転車
NL1020739C1 (nl) Inrichting en werkwijze voor het beveiligen van een voertuig.
NL1034000C2 (nl) Afsluitinrichting en werkwijze voor het afsluiten van een gat in de bodem.
CN113195346B (zh) 包括用于头盔的防盗装置的鞍乘型车辆
EP3409569B1 (en) Bike lock
JPS60229879A (ja) 自転車用施錠装置
US6349580B1 (en) Lock for a steering wheel of a vehicle
JP3120855B2 (ja) 自動2輪車のスタンドロック装置
JP2005001530A (ja) 折り畳み式の二輪車両用の、施錠機構を備える、折り畳み車体開き防止連結装置
JP3706797B2 (ja) ステアリングロック装置
JP2925448B2 (ja) 自動2・3輪車のスタンド装置
GB2315474A (en) Locking device
US20040172993A1 (en) Self-contained lock assembly
JP4267792B2 (ja) 自動2輪車用盗難防止装置
JP3496988B2 (ja) 自転車
WO2010043848A1 (en) Bicycle lock
JP5902728B2 (ja) 二輪車用収納庫
JPH08318883A (ja) 小型車両用盗難防止装置
JP6153848B2 (ja) ステアリングロック装置
NL1009749C2 (nl) Rijwiel.
FR2657642A1 (fr) Clef de serrure notamment pour automobile.
JP3188545U (ja) 自動二輪車の盗難防止装置
ITFI20090025U1 (it) Dispositivo di chiusura per mezzi di locomozione a due ruote

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20061201