NL1018959C2 - Inrichting, gebruik daarvan en werkwijze voor het opslaan en afspelen van beeld- en/of geluidsopnamen, alsmede samenstel van een dergelijke inrichting met een camera. - Google Patents

Description

Titel: Inrichting, gebruik daarvan en werkwijze voor het opslaan en afspelen van beeld- en/of geluidsopnamen, alsmede samenstel van een dergelijke inrichting met een camera.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het opslaan en afspelen van met een camera en/of microfoon gemaakte beeld- en/of geluidsopnamen.

Het is bekend om bij het filmen van een gebeurtenis de gehele 5 gebeurtenis integraal op te nemen en naderhand een compilatie te maken van de meeste interessante fragmenten. Daartoe wordt de opname opnieuw afgespeeld, worden markeringen aangebracht rond te behouden fragmenten en worden de geselecteerde fragmenten vervolgens in een gewenste volgorde achter elkaar gezet. Een en ander is tijdrovend en vergt bovendien speciaal 10 montagegereedschap en/of software.

Met name in situaties waarbij men de beelden tijdens of direct na afloop van de opname wil evalueren, zoals bijvoorbeeld bij trainingssessies of oefenwedstrijden, is er voor dergelijke montageactiviteiten dikwijls weinig of geen tijd. In dat geval kan een trainer zelf versneld door de 15 opname spoelen, op zoek naar de bewuste leerzame passages. Hiermee gaat veel zoektijd verloren. Bovendien raakt men door het afwisselend voorwaarts en terug spoelen gemakkelijk het chronologisch overzicht kwijt. Zelfs kunnen op zichzelf leerzame fragmenten onopzettelijk worden overgeslagen.

20 Voorgesteld is reeds om naast de apparatuur waarmee de integrale opname wordt gemaakt een tweede opname-inrichting te laten meelopen. Deze wordt slechts dan in werking gesteld wanneer een belangwekkende gebeurtenis zich aankondigt. Een dergelijke oplossing wordt bijvoorbeeld toegepast bij voetbalwedstrijden. Zodra bijvoorbeeld een doelpunt wordt 25 voorzien wordt op de band of een dergelijk registratiemiddel een eerste markering gegeven. Nadat het doelpunt daadwerkelijk is gevallen wordt een ' Ί 2 tweede markering aangebracht. Het aldus van een begin- en eindmarkering voorziene fragment kan vervolgens direct of na afloop van de wedstrijd worden teruggespoeld en afgespeeld. Een dergelijke oplossing heeft het nadeel dat een extra opname-inrichting nodig is en mankracht voor het 5 bedienen daarvan. Bovendien werkt de aanpak slechts in die situaties, waarin men de bijzondere momenten voldoende tijdig kan zien aankomen. Gemiste onverwachte momenten zal men alsnog naderhand uit de integrale opname moeten knippen.

De uitvinding beoogt een inrichting van de in de aanhef beschreven 10 soort, waarbij de genoemde nadelen van de bekende inrichtingen zijn opgeheven met behoud van de voordelen daarvan. Daartoe wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 1.

Met een inrichting volgens de uitvinding kunnen door een camera 15 opgenomen beelden tegelijkertijd worden weergegeven op daartoe geschikte weergavemiddelen en opgeslagen in geheugenmiddelen. Tijdens het opnemen en weergeven kan elk willekeurig fragment worden gemarkeerd met behulp van op een centrale verwerkingseenheid aangesloten bediemngsmiddelen. Deze centrale verwerkingseenheid koppelt de 20 markering aan dat fragment, dat op het moment van de markering op de weergavemiddelen werd weergegeven. Het gemarkeerde fragment kan vervolgens met behulp van de bedieningsmiddelen in een op de weergavemiddelen getoonde afspeellijst worden geplaatst. Meerdere afspeellijsten kunnen worden bijgehouden, waarin de gemarkeerde 25 fragmenten naar onderwerp kunnen worden gesorteerd. Deze lijsten, althans de geselecteerde fragmenten kunnen na afloop van de opname direct worden afgespeeld.

Een dergelijke inrichting levert, doordat belangwekkende fragmenten reeds tijdens de opname kunnen worden gemarkeerd, een grote 30 tijdwinst op. De opname behoeft niet achteraf opnieuw te worden 3 bestudeerd en tijdrovende markerings- en montagehandelingen kunnen achterwege blijven. De gemarkeerde fragmenten zijn direct na afloop van de opname beschikbaar. De inrichting biedt het bijkomend voordeel dat reeds tijdens de opname een zekere vooranalyse van de beelden kan worden 5 gemaakt, dankzij de mogelijkheid de gemarkeerde fragmenten in diverse afspeellijsten te ordenen.

In een nadere uitwerking wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusies 2.

Door de inrichting te voorzien van een timer waarmee de lengte 10 van de gemarkeerde fragmenten kan worden ingesteld hoeft een gebruiker per te markeren fragment slechts één keer een commando in te geven. Het begin- en eindpunt van het fragment wordt vervolgens vastgesteld op grond van de ingestelde timerwaarde. De timer wordt bij voorkeur voorafgaand aan de opnamen ingesteld. Dit biedt het voordeel dat de fragmenten direct 15 na afloop van de opnamen gereed zijn om te worden afgespeeld. Uiteraard kan de ingestelde timerwaarde per opname of zelfs per te markeren fragment worden aangepast. Tevens is het mogelijk de timer pas achteraf in te stellen, dat wil zeggen nadat de markeringen zijn aangebracht. Hierdoor kunnen de fragmenten niet onmiddellijk na afloop van de opname achter 20 elkaar worden afgespeeld, maar een dergelijke instelling achteraf biedt wel de mogelijkheid om per fragment de meest optimale lengte in te stellen, precies afgestemd op datgene wat men in het fragment wil laten zien.

De timer is bij voorkeur zodanig ingericht, dat hiermee een tijdspanne voorafgaand aan het moment van markeren en een tijdspanne 25 daarna kan worden ingesteld. Hierdoor kan rekening worden gehouden met een zekere vertraging tussen het moment dat men wil markeren en het moment waarop een gebruiker daadwerkelijk het commando daartoe geeft. Met een dergelijke timerinstelling kan het beginpunt van het fragment dus vóór het moment van markeren worden gelegd, zodat ook al wordt een 4 markeercommando pas na afloop van oen bepaalde gebeurtenis gegeven, deze gebeurtenis toch binnen het gemarkeerde fragment zal vallen.

In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 4.

5 Het weergeven van de fragmenten en het markeren daarvan kan in één component worden gecombineerd door de inrichting te voorzien van een beeldscherm waarvan ten minste een deel is ingericht als aanraakscherm. Dit resulteert niet alleen in een zeer compacte inrichting, maar vergroot bovendien het bedieningsgemak, aangezien voor het markeren van de 10 fragmenten deze fragmenten gewoon kunnen worden aangeraakt op het moment dat zij op het beeldscherm verschijnen. Een gebruiker hoeft derhalve geen ingewikkelde toetsen of schakelaars te bedienen en kan tijdens het markeren bovendien zijn ogen op het scherm of op de op te nemen situatie gericht houden.

^5 De indeling van het beeldscherm in een weergavegedeelte en een aanraakgedeelte is bij voorkeur instelbaar. Hierdoor kan tijdens de opname, waarbij de fragmenten worden gemarkeerd een relatief groot deel van het scherm worden ingericht als aanraakscherm, voor optimaal bedieningsgemak, terwijl na afloop van de opname, tijdens het weergeven 20 van de gemarkeerde fragmenten, het aanraakgedeelte kan worden geminimaliseerd zodat een zo groot mogelijk deel van het scherm beschikbaar is voor weergave van de fragmenten. Uiteraard kunnen het weergavegedeelte en het bedieningsgedeelte elkaar ook geheel of gedeeltelijk overlappen.

25 In een nadere voordelige uitwerking wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 8.

Een draadloze afstandsbediening als bedieningsmiddel voor het markeren van fragmenten biedt het voordeel dat een gebruiker zich tijdens de opnamen niet perse in de nabijheid van de inrichting hoeft te bevinden, 30 maar zich bijvoorbeeld ook kan begeven op de locatie waar de opnamen 1 r ’ 5 worden gemaakt, dus voor de camera. Dit kan bijvoorbeeld voordelig zijn in trainingssessies, waarbij de trainer zich actief in de training kan mengen, maar tegelijk ook zelf die fragmenten kan markeren die hij na afloop wil evalueren.

5 In een verder voordelige uitvoeringsvorm wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 9.

In plaats van de fragmenten handmatig te laten markeren kunnen de bedieningsmiddelen worden voorzien van een algoritme waarmee het markeren min of meer automatisch geschiedt. Een dergelijk algoritme kan 10 bijvoorbeeld de opgenomen beelden vergelijken met een vooraf ingestelde beeld of drempelwaarde en bij een geconstateerde afwijking (of overeenkomst) het betreffende fragment markeren. Een dergelijk algoritme maakt de inrichting bijvoorbeeld geschikt voor observatie- en bewakingsdoeleinden, waarbij een bepaalde situatie over een langere tijd 15 wordt op genomen en afwijkende beelden worden gedetecteerd en gemarkeerd. Deze gemarkeerde fragmenten kunnen vervolgens naderhand door een surveillant worden bestudeerd.

In een nadere uitwerking wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 14.

20 Door de inrichting te voorzien van een uitwisselbaar opslagmedium kunnen met de inrichting opgeslagen beelden en afspeellijsten van gemarkeerde fragmenten eenvoudig op dit opslagmedium worden opgeslagen en/of gekopieerd, waarna het medium in een andere inrichting kan worden afgespeeld.

25 De uitvinding heeft voorts betrekking op een samenstel van een inrichting volgens de uitvinding en ten minste één camera. Uiteraard kunnen ook meerdere camera's op de inrichting worden aangesloten, bijvoorbeeld teneinde een bepaalde situatie uit verschillende gezichtspunten te kunnen analyseren. Bij voorkeur wordt in dat geval een beeldscherm 30 toegepast, waarvan het scherm in even veel subschermen kan worden 6 opgesplitst als er camera's zijn aangesloten. Hierdoor kan per subschema het opgenomen signaal van een camera worden weergegeven, en kunnen voor herhaling vatbare fragmenten op een zelfde manier worden gemarkeerd en in afspeellijsten worden verwerkt als hiervoor beschreven.

5 De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze alsmede het gebruik van een inrichting volgens de uitvinding voor het evalueren van een trainingssessie of voor surveillancedoeleinden.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding alsmede de 10 werking en het gebruik daarvan nader worden toe gelicht aan de hand van de tekening. Daarin toont de enkele figuur schematisch een overzicht van een inrichting voor het opslaan en afspelen van beeld- en geluidsopnamen, gemaakt met een camera en/of microfoon.

De inrichting 1 omvat een centrale verwerkingseenheid 2, 15 bijvoorbeeld een computer, welke via een besturingskabel 12 in verbinding staat met een audio-video conversiekaart 3. Deze audio-video conversiekaart 3 is voorzien van een aansluiting 14 voor een camera 4 en een microfoon 5 en dient er toe om beeld- en geluidssignalen afkomstig van deze camera 4 en microfoon 5 om te zetten in een formaat dat door de overige op de kaart 3 20 aangesloten componenten van de inrichting 1 wordt geaccepteerd. Deze overige componenten omvatten bijvoorbeeld geheugenmiddelen 6 voor opslag van het beeld- en/of geluidsmateriaal, weergavemiddelen 7 voor het zichtbaar en/of hoorbaar maken daarvan aan een gebruiker en eventuele externe weergavemiddelen, zoals bijvoorbeeld een beamer, een monitor, een 25 grootbeeld projector of een geluidsversterker (niet getoond) welke via een aansluiting 24 op de audio-video conversiekaart 3 kunnen worden aangesloten.

De geheugenmiddelen 6 omvatten een eerste, (semi-)permanent opslagmedium 15, bijvoorbeeld een harde schijf of een chip, en een tweede, 30 uitwisselbaar opslagmedium 16, bijvoorbeeld een CD, minidisk of DVD met 7 bijbehorende recorder. Beide opslagmedia 15, 16 zijn bij voorkeur geschikt voor opslag van zowel beeld en geluid als overige data. In de audio-video conversiekaart 3 zijn compressiemiddelen 17 opgenomen, waarmee de aan de geheugenmiddelen 6 doorgegeven signalen/door de audio-video 5 conversiekaart 3 afgegeven signalen kunnen worden gecomprimeerd tot een minder opslagcapaciteit vergend signaal. Als compressiemiddel 17 kunnen op zichzelf bekende compressieprogramma's zoals Motion JPEG, MPEG1 of 2 en dergelijke worden toegepast. Bij voorkeur wordt een programma als Motion JPEG gebruikt. Een dergelijk programma biedt het voordeel dat 10 individuele beelden kunnen worden geselecteerd en nauwkeurige markering en editing mogelijk is.

De weergavemiddelen 7 omvatten een beeldscherm 18, waarvan een deel is ingericht als weergavescherm 20 en een deel is ingericht als aanraakscherm 21. Het beeldscherm 18 is voorts voorzien van een 15 ingebouwde luidspreker 19. De verbinding tussen de audio-video conversiekaart 3 en het beeldscherm 18, in het bijzonder het weergavescherm 20, verloopt via een bewerkingskaart 23, welke een signaal komend van de audio-video conversiekaart 3 kan omzetten in een voor weergave op het weergavescherm 20 geschikt formaat.

20 De computer 2 is voorzien van een intern geheugen 26, een besturingsprogramma 27 en een timer 28. Voorts zijn bedieningsmiddelen 8 voorzien, waarmee een gebruiker commando's kan ingeven aan de computer 2. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld omvatten de bedieningsmiddelen 8 een toetsenbord 30, een muis 31, een draadloze afstandsbediening 32 en het 25 al eerder genoemde aanraakscherm 21 van het beeldscherm 18. Opgemerkt zij dat voor een goede werking van de inrichting ook uitvoeringsvormen mogelijk zijn welke slechts een deel van genoemde bedieningsmiddelen 8 omvatten, bijvoorbeeld alleen een aanraakscherm 21. Voorts zij opgemerkt dat de selectie van getoonde bedieningsmiddelen 8 niet uitputtend is. Zo kan 30 bijvoorbeeld als bedieningsmiddel 8 ook gebruik worden gemaakt van een 8 joystick, een spraakgestuurd bedieningsorgaan of een ander uit de praktijk bekend bedieningsmiddel. De computer 2 kan voorts via een directe verbinding communiceren met de bewerkingskaart 23 en het tweede opslagmedium 16.

5 Een inrichting 1 als beschreven kan als volgt werken. Door de camera 4 en microfoon 5 opgenomen beeld- en geluidssignalen worden via de audio-video conversiekaart 3 en de bewerkingskaart 23 afgespeeld op het weergavescherm 20 en in hoofdzaak tegelijkertijd opgeslagen op het eerste opslagmedium 15. Desgewenst kan het beeld- en geluidsmateriaal tevens 10 simultaan op een op de uitgang 24 aangesloten beamer, grootbeeldprojector of geluidsversterker worden afgespeeld voor een groter publiek. Zodra een gebruiker een memorabel moment waarneemt kan hij met één van de bedieningsmiddelen 8 een commando ingeven aan de computer 2 om het betreffende moment, althans een met dit moment corresponderend 15 fragment, te markeren. Hierdoor worden het besturingsprogramma 27 en de timer 28 geactiveerd. Het besturingsprogramma identificeert het juiste beeld- en geluidsfragment, namelijk dat fragment dat op het moment dat het markeercommando werd ingegeven op het weergavescherm 20 werd getoond en op het eerste opslagmedium 15 werd opgeslagen. De timer 28 20 bepaalt de lengte van het betreffende fragment. Bij voorkeur kan met de timer 28 zowel een tijdsinterval vóór als na het markeringsmoment worden gespecificeerd waarover het betreffende fragment dient te worden beschouwd. Hierdoor kan worden bereikt dat het moment waar het de gebruiker om gaat steeds binnen het geselecteerde fragment valt, zelfs 25 wanneer de gebruiker zijn commando 'te laat, dat wil zeggen na het betreffende moment, aan de computer 2 doorgeeft. Genoemde timerintervallen kunnen door de gebruiker voorafgaand aan de opname worden ingesteld, bijvoorbeeld met behulp van de bedieningsmiddelen 8. Daarbij kunnen per toepassingsgebied geschikte tijdsintervallen worden 30 ingesteld. Het is evenwel ook mogelijk de timerintervallen pas tijdens het 9 markeren of zelfs naderhand bij het opvragen van de fragmenten in te geven, zodat met de alsdan aanwezige kennis per fragment een optimale lengte kan worden ingesteld.

De aldus door het besturingsprogramma 27 en de timer 28 5 bepaalde fragmentgegevens, aan de hand waarvan het fragment in een later stadium op het eerste opslagmedium 15 kan worden teruggevonden en opgevraagd, worden opgeslagen in het interne geheugen 26 van de computer 2. Tevens wordt op het beeldscherm 18 een nummer, een tijdstip, een naam, één beeldmoment uit het fragment of een dergelijk identificatielabel 10 afgebeeld waarmee het gemarkeerde fragment kan worden gemanipuleerd en geactiveerd. Zo kan de gebruiker het fragment in een bepaalde op het beeldscherm 18 afgebeelde afspeellijst 34 rubriceren. Door deze afspeellijst 34 na afloop van de opname te selecteren kunnen alle fragmenten daarin achter elkaar worden afgespeeld. Bij voorkeur worden meerdere 15 afspeellijsten 34 bijgehouden, zodat reeds tijdens de opname een zekere ordening in de geselecteerde fragmenten kan worden aangebracht, hetgeen bij het analyseren daarvan na afloop voordelig kan zijn.

Desgewenst kan de gebruiker na het markeren van een fragment aanvullende informatie invoeren, wederom met behulp van de 20 bedieningsmiddelen 8, bijvoorbeeld een korte inhoudelijke omschrijving of gegevens omtrent de achtergrond en herkomst van het fragment. Dergelijke informatie kan bij het afspelen van het betreffende fragment op een gewenste positie op het beeldscherm 18 worden meegeprojecteerd, of voorafgaand aan het fragment, bij wijze van aankondiging, kort worden 25 weergegeven.

Na afloop van de opname, wanneer alle belangwekkende fragmenten zijn gemarkeerd en eventueel in afspeellijsten zijn gerubriceerd, kan een gebruiker met behulp van de bedieningsmiddelen de gemarkeerde fragmenten of afspeellijsten die hij opnieuw wenst te zien selecteren. Het 30 besturingsprogramma 27 zal vervolgens aan de hand van de in het interne 10 geheugen 26 opgeslagen fragmentgegevens het of elk betreffend fragment opvragen van het eerste opslagmedium 15 en via de audio-video conversiekaart 3 en de bewerkingskaart 23 afspelen op het weergavescherm 20 en/of de luidspreker 19 en/of op andere op de uitgang 24 van de audio-5 video conversiekaart 3 aangesloten weergavemiddelen. Tevens kunnen de geselecteerde fragmenten of de gehele opname vanaf het eerste opslagmedium 15 naar het tweede, uitwisselbare opslagmedium 16 worden gekopieerd, waarna dit tweede opslagmedium 16, bijvoorbeeld een CD, DVD of flop, op een andere inrichting, bijvoorbeeld een laptop, kan worden 10 afgespeeld.

De indeling van het beeldscherm 18 is bij voorkeur met een enkel commando van één van de bedieningsmiddelen 8 om te schakelen tussen een indeling geschikt voor tijdens het opnemen, waarbij het beeldscherm 18 is opgesplitst in een bedieningsgedeelte 21 en een relatief klem 15 weergavegedeelte 20 als getoond in figuur 1, en een indeling geschikt voor tijdens het weergeven van gemarkeerde fragmenten, waarbij het weergavescherm 20 een groter oppervlak van het beeldscherm 18 beslaat zodat de geselecteerde fragmenten op optimale grootte kunnen worden weergegeven.

20 Als beeldscherm 18 wordt bij voorkeur een 'flat screen' aanraakscherm toegepast. Een dergelijk beeldscherm 18 is compact van afmeting en combineert bovendien een weergavefunctie met een bedieningsfunctie, zodat in principe geen andere bedieningsmiddelen 8 nodig zijn. Hierdoor kan een zeer compacte, draagbare inrichting worden 25 geconstrueerd. Een dergelijk beeldscherm is bovendien eenvoudig te bedienen.

Genoemde compacte constructie en eenvoudige bediening alsmede de mogelijkheid belangwekkende fragmenten reeds tijdens de opname te markeren en onmiddellijk na de opname terug te spelen maken een 30 inrichting volgens de uitvinding zeer geschikt voor toepassing bij 11 trainingsdoeleinden, zoals bijvoorbeeld presentatiecursussen, rollenspelen en sportwedstrijden. Daarbij kan de trainer tijdens de sessie die fragmenten markeren die hij na afloop van de sessie met de deelnemers wil analyseren. Deze fragmenten staan direct na de sessie ter beschikking en kunnen 5 bovendien in elke gewenste volgorde worden afgespeeld. De trainer hoeft tijdens de sessie geen aantekeningen te maken; de geselecteerde fragmenten fungeren als het ware als aantekeningen. Hierdoor kan de trainer al zijn aandacht bij de sessie houden. Bovendien kan hij, door de fragmenten in verschillende afspeellijsten 34 te ordenen, reeds een deel van de analyse 10 tijdens de opname voorbereiden. De draadloze afstandsbediening 32 biedt de trainer bovendien de vrijheid belangwekkende fragmenten op afstand te markeren. Hierdoor hoeft hij zich tijdens de opname niet nabij de inrichting 1 te bevinden, maar kan hij zich actief tussen de deelnemers begeven en vanuit dat gezichtpunt momenten, althans fragmenten markeren die hem 15 op dat moment van belang lijken.

De inrichting kan voorts bijvoorbeeld worden toegepast voor observatie- en bewakingsdoeleinden. Bij een dergelijke toepassing kan het voordelig zijn de bedieningsmiddelen 8 uit te breiden met een in de computer 2 geïmplementeerd algoritme. Dit algoritme kan de opgenomen 20 beelden vergelijken met een voorgeprogrammeerd beeld of een vooraf ingestelde drempelwaarde en op grond van deze vergelijking een fragment markeren, bijvoorbeeld wanneer dit fragment grote afwijkingen vertoont ten opzichte van het voorgeprogrammeerde beeld of wanneer de drempelwaarde wordt onder- dan wel overschreden. Een bewaker hoeft dan achteraf alleen 25 de gemarkeerde fragmenten te bestuderen.

Voorts kan de computer 2 van een gebruikersprofiel worden voorzien, waarin toepassingsspecifieke instellingen en informatie kunnen worden opgeslagen, zoals bijvoorbeeld de instelwaarden van de timer 28, een specifieke indeling van het beeldscherm 18 en achtergrondinformatie bij 30 fragmenten. Door dergelijke gebruikerprofielen te voorzien, kan de 12 inrichting optimaal worden afgestemd op de wensen van de gebruiker, zonder dat deze daartoe iedere keer zelf al deze waarden hoeft in te stellen.

Overigens kan een inrichting 1 volgens de uitvinding desgewenst ook op traditionele wijze worden toegepast, waarbij de met een camera 4 5 gemaakte opnamen eerst worden opgeslagen op het eerste of een tweede opslagmedium 15, 16 en vervolgens worden weergegeven op de weergavemiddelen 7 en van markeringen worden voorzien met behulp van de bedieningsmiddelen 8. De gemarkeerde fragmenten kunnen als hiervoor beschreven in een afspeellijst 34 worden ondergebracht en vervolgens 10 opnieuw worden afgespeeld.

De uitvinding is geenszins beperkt tot het in de beschrijving en de tekening getoonde uitvoeringsvoorbeelden. Vele variaties daarop zijn mogelijk binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding.

Zo kunnen op één inrichting meerder camera's worden aangesloten, 15 bijvoorbeeld om een zelfde gebeurtenis vanuit verschillende cameraposities te kunnen opnemen of om bij meerdere deelnemers aan een trainingssessie van iedere deelnemer een aparte opname te kunnen maken. Het beeldscherm wordt in dat geval, ten minste tijdens het opslaan en markeren van de fragmenten, bij voorkeur onderverdeeld in een met het aantal 20 aangesloten camera's overeenkomend aantal weergaveschermen. Een gebruiker of trainer kan dan van de verschillende weergaveschermen momenten markeren op een zelfde wijze als hiervoor beschreven. Na de opname kan de indeling van het beeldscherm worden teruggebracht naar één weergavescherm waarop de gemarkeerde fragmenten van de 25 verschillende camera's achter elkaar kunnen worden afgespeeld.

In plaats van of naast camera(s) kan of kunnen ook één of meer microfoons worden toegepast, waardoor geluidsfragmenten kunnen worden vastgelegd en gemarkeerd, naast of in plaats van beelden.

De inrichting kan bedieningsmiddelen omvatten waarmee 30 grafische informatie op het weergavescherm kan worden geprojecteerd, 13 bijvoorbeeld pijlen, begrenzinglijnen of cirkels, welke informatie het analyseren en interpreteren van de fragmenten kan helpen vereenvoudigen. Voorts kunnen voorzieningen zijn ingebouwd waarmee gemarkeerde fragmenten uit een afspeellijst kunnen worden verwijderd en markeringen 5 ongedaan kunnen worden gemaakt. Het weergave gedeelte van de inrichting kan zijn uitgerust met op zichzelf bekende afspeeltechnieken, waarmee de gemarkeerde fragmenten bijvoorbeeld in slowmotion, beeld voor beeld of achterste voren kunnen worden afgespeeld. Andere opslagmedia kunnen worden toegepast, zoals chips of andere, mogelijk nog te 10 ontwikkelen geheugenmiddelen.

Deze en vergelijkbare variaties worden geacht binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding te vallen.

Claims (21)

1. Inrichting voor het opslaan en afspelen van beeld- en/of geluidsmateriaal, omvattende aansluitmiddelen (14) voor een camera (4) en/of een microfoon (5), geheugenmiddelen (6) en weergavemiddelen (7) voor het opslaan en weergeven, bij voorkeur in hoofdzaak gelijktijdig, van door 5 een aangesloten camera (4) en/of microfoon (5) op genomen signalen, een centrale verwerkingseenheid (2) en daarop aangesloten bedieningsmiddelen (8) voor het tijdens het opnemen en/of weergeven van de signalen markeren van fragmenten en het vervolgens indelen daarvan in een bij voorkeur op de weergavemiddelen (7) weer te geven afspeellijst, een en ander zodanig dat 10 tijdens of na afloop van het opslaan en/of weergeven van de signalen één of elk fragment uit de afspeellijst op de weergavemiddelen (7) kan worden afgespeeld.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij een timer (28) is voorzien, waarmee de lengte van elk te markeren fragment instelbaar is, bij voorkeur 15 voorafgaand aan het markeren daarvan.

3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij met de timer (28) een tijdsinterval voor het moment van markeren en/of een tijdsinterval daarna instelbaar is, welke tijdsintervallen tezamen de lengte van het fragment bepalen.

4. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de weergavemiddelen (7) ten minste een beeldscherm (18) omvatten, waarvan, ten minste tijdens het markeren van fragmenten, een deel is ingericht als weergavescherm (20) en een deel is ingericht als aanraakscherm (21), waarbij overlap tussen de delen mogelijk is.

25. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij het aanraakscherm (21) deel uit maakt van de bedieningsmiddelen (8).

6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen (8) een toetsenbord (30) omvatten.

7. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen (8) een muis (31) omvatten.

8. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen (8) een draadloze afstandsbediening (32) omvatten.

9. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen (8) een algoritme omvatten, voor het vergelijken van door de camera (4) en/of de microfoon (5) doorgegeven signalen met een 10 vooraf ingesteld signaal of drempelwaarde en het op basis van deze vergelijking markeren van fragmenten.

10. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bedieningsmiddelen (8) zijn ingericht voor het invoeren van aanvullende informatie bij gemarkeerde fragmenten, een en ander zodanig dat deze 15 informatie tezamen met de betreffende fragmenten kan worden afgespeeld op de weergavemiddelen (7) en/of opgeslagen op de geheugenmiddelen (6).

11. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de centrale verwerkingseenheid (2) ten minste één gebruikersprofiel omvat, waarin alle aan een specifieke gebruiker en/of toepassing gerelateerde 20 instellingen zijn opgenomen.

12. Inrichting volgens een van de voorgaande de conclusies, waarbij de beeld- en geluidssignalen digitaal zijn.

13. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de geheugenmiddelen een harde schijf omvatten.

14. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de geheugenmiddelen een uitwisselbaar opslagmedium omvatten, zoals bijvoorbeeld CD, DVD of een verwisselbare harde schijf, geschikt voor gebruik in een andere inrichting.

15. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij aansluitingen zijn voorzien voor koppeling van de inrichting aan externe randapparatuur, zoals een computer of audiovisuele apparatuur.

16. Samenstel van een inrichting volgens een van de voorgaande 5 conclusies en ten minste één camera of microfoon.

17. Werkwijze, waarbij met een camera opnamen worden gemaakt, welke opnamen worden opgeslagen in daartoe geschikte geheugenmiddelen en bij voorkeur in hoofdzaak simultaan worden weergegeven via daartoe geschikte weergavemiddelen, waarbij tijdens het opnemen en/of het 10 weergeven fragmenten kunnen worden gemarkeerd, welke gemarkeerde fragmenten vervolgens tijdens of na afloop van het maken van de opnamen opnieuw kunnen worden weergegeven.

18. Werkwijze volgens conclusie 17, waarbij de gemarkeerde fragmenten worden gesorteerd in een of meerdere afspeellijsten, welke 15 afspeellijsten kunnen worden afgespeeld.

19. Werkwijze volgens conclusies 17 of 18, waarbij de lengte van een gemarkeerd fragment wordt bepaald door een timer, met welke timer een eerste tijdsduur voorafgaand aan en/of een tweede tijdsduur na het moment van markeren wordt ingesteld, waarbij de eerste tijdsduur een beginpunt en 20 de tweede tijdsduur een eindpunt van het gemarkeerde fragment bepaalt.

20. Gebruik van een inrichting volgens een van de conclusies 1-15, een samenstel volgens conclusie 16 of een werkwijze volgens een van de conclusies 17-19 voor evaluatie van een trainingssessie, waarbij de trainingssessie wordt opgenomen en een trainer tijdens deze opname 25 fragmenten markeert en onderbrengt in ten minste één afspeellijst, en waarbij de afspeellijst na afloop van de trainingssessie wordt afgespeeld ter evaluatie van de training.

21. Gebruik van een inrichting volgens een van de conclusies 1-15, een samenstel volgens conclusie 16 of een werkwijze volgens een van de 30 conclusies 17-19 voor surveillance- of bewakingsdoeleinden, waarbij gedurende een zekere tijdsperiode opnamen worden gemaakt op een te surveilleren locatie en waarbij opvallende fragmenten tijdens de opnamen worden gemarkeerd, zodat deze op een later tijdstip kunnen worden herhaald. 5