NL1018890C2 - Kleppoortsamenstel voor spuitgieten. - Google Patents

Kleppoortsamenstel voor spuitgieten. Download PDF

Info

Publication number
NL1018890C2
NL1018890C2 NL1018890A NL1018890A NL1018890C2 NL 1018890 C2 NL1018890 C2 NL 1018890C2 NL 1018890 A NL1018890 A NL 1018890A NL 1018890 A NL1018890 A NL 1018890A NL 1018890 C2 NL1018890 C2 NL 1018890C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve pin
cross
section
gate
nozzle
Prior art date
Application number
NL1018890A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1018890A1 (nl
Inventor
Denis Babin
Original Assignee
Mold Masters Ltd
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Mold Masters Ltd filed Critical Mold Masters Ltd
Publication of NL1018890A1 publication Critical patent/NL1018890A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1018890C2 publication Critical patent/NL1018890C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/26Moulds
    • B29C45/27Sprue channels ; Runner channels or runner nozzles
    • B29C45/28Closure devices therefor
    • B29C45/2896Closure devices therefor extending in or through the mould cavity, e.g. valves mounted opposite the sprue channel
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29CSHAPING OR JOINING OF PLASTICS; SHAPING OF MATERIAL IN A PLASTIC STATE, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; AFTER-TREATMENT OF THE SHAPED PRODUCTS, e.g. REPAIRING
    • B29C45/00Injection moulding, i.e. forcing the required volume of moulding material through a nozzle into a closed mould; Apparatus therefor
    • B29C45/17Component parts, details or accessories; Auxiliary operations
    • B29C45/26Moulds
    • B29C45/27Sprue channels ; Runner channels or runner nozzles
    • B29C45/28Closure devices therefor
    • B29C45/2806Closure devices therefor consisting of needle valve systems
    • B29C2045/2882Closure devices therefor consisting of needle valve systems closing by a movement in the counterflow direction
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B29WORKING OF PLASTICS; WORKING OF SUBSTANCES IN A PLASTIC STATE IN GENERAL
    • B29LINDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBCLASS B29C, RELATING TO PARTICULAR ARTICLES
    • B29L2017/00Carriers for sound or information
    • B29L2017/001Carriers of records containing fine grooves or impressions, e.g. disc records for needle playback, cylinder records
    • B29L2017/003Records or discs
    • B29L2017/005CD''s, DVD''s

Description

KLEPPOORTSAMENSTEL VOOR SPUITGIETEN Gebied van de uitvinding
Deze uitvinding heeft in het algemeen betrekking op het spuitgieten van artikelen met een opening daarin 5 en, meer in het bijzonder, op een verbeterde poortinrich-ting voor het spuitgieten van producten met een. grote opening.
Achtergrond 10
Spuitgieten kan op voordelige wijze gebruikt worden voor het vormen van kunststof producten van alle soorten gedaante en uitvoering. Tot dergelijke producten behoren die welke voorzien zijn van een daardoorheen 15 gaande opening, op kenmerkende wijze centraal gelegen, zoals in een geluidscompact-disc of een lampenkap, of iets dergelijks. In de techniek zijn verscheidene inrichtingen bekend voor het vormen van dergelijke producten zoals getoond in Amerikaanse octrooien 4.368.028, ten name van 20 Grish et al., 4.530.650, op naam van Rose en 5.423.672 op . naam van Gordon, en Japans octrooi JP10-16005, alle hierin opgenomen door verwijzing daarnaar. Deze documenten beschrijven een spuitgietinrichting met een mondstuk met daarin een centrale afsluiterpen, die een ringvormige 25 doorgang vormen waaromheen smelt kan vloeien naar een van i Λ 1 o n ft r 1 o c & a 2 een poort voorziene punt. De afsluiterpen maakt het mogelijk die de smelt op zekere en selectieve wijze gecontroleerd kan worden en zorgt ook voor een ringvormige "poort"-vorm tussen de pen en de punt van het mondstuk, 5 indien verlengd vanaf het mondstuk, het aldus mogelijk makend dat een ringvormig product gevormd wordt met een daardoorheen reikende centrale opening.
De inrichting volgens Grish et al., Rose, Gordon en/of JP10-16005, maakt het echter niet mogelijk om kunst-10 stof producten met een grote opening (zoals een lampekap) te vormen, voornamelijk om verschillende redenen. In de eerste plaats zal, indien de binnenboring van het mondstuk vergroot wordt om het gieten van een grotere opening mogelijk te maken, een groter volume aan smelt in het 15 mondstuk achterblijven na elke cyclus, waardoor de kans op verslechtering van de smelt in het mondstuk vergroot wordt en het regelen van de algemene temperatuur in de smelt moeilijker wordt. Ook kan het geleiden van de afsluiterpen een probleem worden. In het Amerikaans octrooi 4.340.353 20 ten name van Mayer, hierin opgenomen door verwijzing daarnaar, wordt voorgesteld een aantal zich radiaal naar buiten uitstrekkende, en in hoekrichting op afstand van elkaar gelegen armen 76, 78, die gebruikt worden voor geleiding van een afsluitersteel 74. Samen met doorstroom-25 opening 89 vormen deze armen hindernissen voor de binnenkomende stroom van gesmolten kunststof, naar de vormholte, waardoor verscheidene smelt- of stroomlijnen in het uiteindelijke product veroorzaakt worden, waardoor de algemene aantrekkelijkheid van het product verminderd wordt.
3 0 Een mogelijke oplossing voor het probleem van het verminderen van het smeltvolume in het mondstuk is om de diameter van de pen op overeenkomstige wijze te vergroten om het totale volume smelt in het mondstuk te verminderen. Indien de pendiameter echter op dergelijke wijze 35 vergroot wordt, wordt de smelt blootgesteld aan een vergroot totaal oppervlak in het mondstuk, resulterend in verhoogde drukverliezen in het gietloopsysteem.
3
Een andere oplossing wordt voorgesteld door US-octrooi 5.785.915 ten name Osuna-Diaz, hierin opgenomen door verwijzing daarnaar, waarin een mondstuk getoond wordt met een naar buiten wijd uitlopende boring en een 5 naar buiten wijd uitlopend inzetstuk, die tussen zich een wijd uitlopende cilindervormige smeltdoorgang bepalen. Een afsluiterhuls die het mondstuk omgeeft regelt de smelt-stroming door een ringvormige poort ter plaatse van het mondstuk. Deze opstelling lijkt ook te lijden en het 10 nadeel van het blootstellen van de smelt over een vergroot oppervlak en daaruit volgende drukverliezen in het giet-loopsysteem.
In de stand van de techniek wordt ook voorgesteld om de smelt voorafgaande aan afgifte aan de poort en 15 inspuiten in de vormholte te splitsen of op andere wijze te verdelen. Zo wordt in Amerikaans octrooi 5.324.190, ten name Frei, hierin opgenomen door verwijzing daarnaar, het gebruik van een aantal boringen 19 door het mondstuk getoond, welke de stroom in de kunststof uiteen doen gaan, 20 zoals de afstandsstukken 17 doen. Op vergelijkende wijze toont het Amerikaans octrooi 5.4 60.763, ten name van Asai, ook hierin opgenomen door verwijzing daarnaar, een aantal doorgangen 21 voor het verdelen van de stroom in het mondstuk. In Amerikaans octrooi 4.394.117, ten name Tay-25 lor, hierin opgenomen door verwijzing daarnaar, wordt, hoewel daarin geen centrale afsluiterpen gebruikt wordt, een kunststofdoorgang 55 getoond, die eindigt in een konische spreidkop 66 aangebracht op het onderste gedeelte daarvan en een schuifklep 55, die aangebracht is en op 30 verschuifbare wijze samenwerkt om op selectieve wijze te voorkomen dat het gesmolten materiaal in de vormholte stroomt.
De inrichtingen volgens Frei, Asai en Taylor kunnen echter ook het verschijnen van stroomlijnen in het 35 uiteindelijke product tot gevolg hebben. Om dit probleem op te lossen tonen de Amerikaanse octrooien 5.783.234 en 5.840.231 beide ten name van Teng, en hierin opgenomen 4 door verwijzing daarnaar, een mogelijk nog ingewikkelder inrichting om de afzonderlijke stromen gesmolten kunststof opnieuw samen te voegen nadat zij gesplitst zijn en voordat zij binnenkomen in de holtepoort, teneinde het voorko-5 men van stroomlijnen te minimaliseren. De inrichtingen volgens Frei, Asai, Taylor en Teng benodigen echter alle nauwkeurige bewerking en maken een wijziging in de kleuren van de kunststof een inspannende en tijdrovende aangelegenheid, aangezien de complexe oppervlakken nauwkeurig 10 gereinigd moeten worden voordat een kunststof met een nieuwe kleur ingebracht kan worden.
Het is daarom gewenst om een inrichting te verschaffen, die een verbeterde regeling van de stroom kunststof smelt van een heet gietloopsysteem naar een 15 aantal holten mogelijk maakt om een grotere uniformiteit in de gevormde producten te bereiken. Het is ook wenselijk om beperkingen aan of hindering van smeltstroming door het mondstuk te vermijden om de holte te kunnen vullen met een uniforme smelt en een hoge productkwaliteit te verkrijgen, 20 in het bijzonder voor producten met een daardoorheen reikende grote opening.
Samenvatting van de uitvinding 25 Vanuit één aspect verschaft de onderhavige uitvinding een spuitgietinrichting voor het vormen van artikelen met een gat, omvattend: tenminste één vormholte gevormd tussen een vormplaat en een aangrenzende kern; 30 tenminste één spuitgietmondstuk met een ringvor mige poort, waarbij het mondstuk verbindbaar is met een bron van gesmolten materiaal en in staat is om gesmolten materiaal van de bron door tenminste één smeltkanaal door het mondstuk naar de poort te voeren, waarbij de poort in 35 verbinding staat met de vormholte en een doorsnede bezit die groter is dan de doorsnede van het smeltkanaal; waarbij een afsluiterpen binnen het smeltkanaal ? 0 1 » m o 5 en de poort geplaatst is, welke afsluiterpen een onbeperkte smeltstroomdoorgang door het smeltkanaal om en langs de afsluiterpen bepaalt, waarbij de afsluiterpen beweegbaar is tussen een gesloten stand, waarin de afsluiterpen in 5 hoofdzaak voldoende contact maakt met de poort om de stroom van gesmolten materiaal door de poort te stoppen, en een open stand, waarin het gesmolten materiaal ongehinderd door de poort kan stromen.
Vanuit een tweede aspect verschaft de onderhavi-10 ge uitvinding een spuitgietinrichting voor het vormen van producten met een gat, omvattend: tenminste één vormholte gevormd tussen een vormplaat en een aangrenzende kern; tenminste één spuitgietmondstuk met een ringvor-15 mige poort, waarbij het mondstuk verbindbaar is met een bron van gesmolten materiaal en in staat is om gesmolten materiaal van de bron door tenminste één smeltkanaal door het mondstuk naar de poort te voeren, waarbij de poort in verbinding staat met de vormholte en een doorsnede bezit 20 die groter is dan de doorsnede van het smeltkanaal; waarbij een afsluiterpen binnen het smeltkanaal en de poort geplaatst is, welke afsluiterpen een ongehinderde smeltstroomdoorgang door het smeltkanaal om en langs de afsluiterpen bepaalt waarbij de afsluiterpen beweegbaar 25 is tussen een gesloten stand, waarin de afsluiterpen in hoofdzaak voldoende contact maakt met de poort om de stroom van gesmolten materiaal door de poort te stoppen, en een open stand, waarin het gesmolten materiaal ongehinderd door de poort kan stromen.
30 Vanuit een derde aspect verschaft de onderhavige uitvinding een spuitgietinrichting voor het vormen van producten met een gat, omvattend: een vorm met een holteplaat en een aangrenzende kern, die daartussen een vormholte omsluiten; 35 een spuitgietmondstuk met een daardoorheen reikend smeltkanaal, waarbij het smeltkanaal middels een ringvormige poort ter plaatse van de punt van het mondstuk 6 in verbinding staat met de vormholte; een binnen het smeltkanaal geplaatste afsluiter-pen, waarbij de afsluiterpen en het smeltkanaal een smelt-stroomdoorgang om en langs de afsluiterpen bepalen, waar-5 bij de afsluiterpen een kopgedeelte bezit aangrenzend aan de mondstukpunt en een steelgedeelte op afstand van de mondstukpunt, waarbij het kopgedeelte een grotere doorsnede bezit dan het stanggedeelte; en een bedieningsorgaan dat op werkzame wijze 10 beweegbaar verbonden is met het steelgedeelte van de afsluiterpen om de afsluiterpen te bewegen tussen een open stand, met het kopgedeelte daarvan aangrenzend aan de poort, waarin gesmolten materiaal door de poort in de vormholte kan stromen, en een gesloten stand, met het 15 kopgedeelte daarvan de poort blokkerend, om de verbinding tussen het mondstuk en de vormholte af te dichten.
Vanuit een vierde aspect verschaft de onderhavige uitvinding een spuitgietsysteem voor het vormen van producten met een gat, omvattend een vormholteplaat en een 20 aantal vormkernen die met de vormholteplaat een aantal vormholten bepalen; een smeltverdeelstuk voor het afgeven van gesmolten materiaal aan de vormholten; een aantal spuitgietmondstukken, respectievelijk 25 behorend bij de vormholten, waarbij elk mondstuk voorzien is van een daardoorheen reikend smeltkanaal, dat in verbinding staat met de bijbehorende vormholte via een ringvormige poort ter plaatse van de punt van het mondstuk; waarbij elk van de mondstukken een binnen het 30 smeltkanaal geplaatste afsluiterpen bezit, waarbij de afsluiterpen en het smeltkanaal een smeltstroomdoorgang om en langs de afsluiterpen bepalen, waarbij de afsluiterpen een kopgedeelte bezit dat aangrenzend aan de mondstukpunt gelegen is, en een steelgedeelte op afstand van de mond-35 stukpunt, waarbij het kopgedeelte een grotere doorsnede heeft dan het steelgedeelte; en bedieningsmiddelen die op werkzame wijze beweeg- 7 baar verbonden zijn met het steelgedeelte van elk van de afsluiterpennen om elke afsluiterpen te bewegen tussen een open positie met het kopgedeelte daarvan aangrenzend aan de poort, waarin gesmolten materiaal door de poort in de 5 vormholte kan stromen, en een gesloten stand met het kopgedeelte daarvan de poort blokkerend, om de verbinding tussen het mondstuk en de vormholte af te dichten.
De afsluiterpen heeft bij voorkeur een glad overgangsgedeelte tussen het steelgedeelte en het kopge-10 deelte. Het distale eind van het kopgedeelte kan een geleidingsgedeelte bezitten dat de kern aangrijpt voor het geleiden van de afsluiterpen tussen zijn open en gesloten standen. Een kernhuis kan voorzien zijn voor het aangrijpen van de omtrek van het kopgedeelte van de afsluiterpen. 15 Verder kan de omtrek van het kopgedeelte van de afsluiterpen deel uitmaken van het oppervlak van de kern, wanneer de afsluiterpen zich in zijn gesloten stand bevindt, om tenminste gedeeltelijk het gat te bepalen en te vormen.
De vorm van de ringvormige poort (en de onderde-20 len die de poort vormen) kan gekozen worden om een vorm van elke gewenste gedaante in de te vormen producten te vormen. De doorsnede van de poort kan derhalve bijvoorbeeld cirkelvormig, ovaal, vierkant, rechthoekig of onregelmatig zijn.
25
Korte beschrijving van de tekeningen
Voor een beter begrip van de onderhavige uitvinding, en om duidelijker te tonen hoe deze uitgevoerd kan 30 worden, zal nu bij wijze van voorbeeld verwezen worden naar de begeleidende tekeningen. De tekeningen tonen voorwerpen gemaakt overeenkomstig een voorkeursuitvoering van de onderhavige uitvinding, waarin figuur 1 een zij-aanzicht in doorsnede op een 35 spuitgietinrichting volgens de onderhavige toont, figuur 2 is een vergroot gedeeltelijk aanzicht op de inrichting van figuur 1, ter plaatse van cirkel A, 8 waarbij de inrichting weergegeven is in "gesloten" stand, figuur 3 is een vergroot aanzicht overeenkomstig figuur 2, waarbij de inrichting in een tussenstand getoond wordt, 5 figuur 4 is een vergroot aanzicht overeenkomstig figuur 2, waarin de inrichting in de "open" stand getoond wordt, figuur 5 is een zij-aanzicht in doorsnede van een kern en gevormd product, namelijk een lampekap, over-10 eenkomstig de onderhavige uitvinding, figuur 6 is een gedeeltelijke doorsnede door een van meerdere holtes voorziene spuitgietinrichting volgens de uitvinding, figuur 7 is een gedeeltelijke doorsnede van een 15 andere, van meerdere holtes voorziene spuitgietinrichting volgens de uitvinding, figuur 8 is een bovenaanzicht op een cirkelvormig gat, dat in een product gevormd kan worden onder gebruikmaking van een inrichting volgens de uitvinding, 2 0 figuur 9 is een bovenaanzicht op een ovaal gat, dat in een product gevormd kan worden onder gebruikmaking van een inrichting volgens de uitvinding, figuur 10 is een bovenaanzicht op een vierkant gat, dat in een product gevormd kan worden onder gebruik-25 making van een inrichting volgens de uitvinding, figuur 11 is een bovenaanzicht op een rechthoekig gat, dat in een product gevormd kan worden onder gebruikmaking van een inrichting volgens de uitvinding, en figuur 12 is een bovenaanzicht op een onregelma- 3 0 tig gat, dat in een product gevormd kan worden onder gebruikmaking van een inrichting volgens de uitvinding.
Gedetailleerde beschrijving 35 De spuitgietinrichting volgens de onderhavige uitvinding is in het algemeen met M weergegeven in de figuren. Inrichting M omvat een mondstukvormplaat 20 en 10-83 0 9 een holteplaat 13 die langs een scheidingslijn PL samenwerken met een vormkern 10 om daartussen een vormholte 11 te vormen. Een (niet weergegeven) spuitgietmachine bezit een spuitmondstuk (niet weergegeven) , die via een aan-5 spuitbus 32 in verbinding staat met een verwarmd gietloop-systeem 30 om daardoorheen gesmolten kunststof te verschaffen, onder druk. Een zoekring 21 is voorzien voor het positioneren van de vormmachine. Gietloopsysteem 30 staat via een inlaathuls of lichaam 17 in verbinding met ring-10 vormig smeltkanaal 12, dat centraal gelegen is in een spuitgietmondstuk 7. Spuitgietmondstuk 7 bezit een mond-stukkop 15 en is gelegen in een mondstukplaat 6, die in hoofdzaak in vormplaat 13 geplaatst is. Gietloopsysteem 30 wordt door middel van verwarmingselementen 16 voor het 15 inlaatlichaam, mondstukverwarmingselementen 14 en een thermokoppel 19 die in verbinding staat met een geschikt regelsysteem (niet weergegeven) op een gewenste werktempe-ratuur gehouden, zoals in de techniek bekend is. Een afsluiterpen 1 is centraal geplaatst in smeltkanaal 12 van 20 mondstuk 7, welke afsluiterpen 1 axiaal beweegbaar is in mondstuk 7, om redenen die nog nader omschreven zullen worden, middels de samenwerking van een bedieningscilinder 19 (die pneumatisch of hydraulisch kan zijn, zoals bekend is in de techniek), en een tand- en heugeloverbrenging 18. 25 Onder verwijzing naar figuur 2, bezit afsluiter pen 1 een steel 1', een hals 4, een plaat of kop 2 en een geleidend uitsteeksel of pin 3. Een verwijderbare mond-stukpunt 8 en een mondstukplaat 6 werken samen met de hals 4 en de kop 2 om het smeltkanaal 12 op selectieve wijze te 30 verbinden met de vormholte 11, afhankelijk van de positie van de afsluiterpen 1, zoals hieronder nog nader beschreven zal worden. Een pinholte of boring 5 is in de kern 10 voorzien voor ontvangst en geleiding van de afsluiterpin 3. Pinboring 5 bezit een schouder 34 voor ontvangst van 35 afsluiterkop 2, en een kernhuisruimte 23 is aanwezig tussen schouder 34 en kop 2 wanneer afsluiterpen 1 zich in een andere positie bevindt dan in de "open" stand, zoals ? f · · ' c 10 hieronder beschreven zal worden. Een kernhuis 22 omgeeft kernhuisruimte 23 om binnenkomst van smelt daarin te voorkomen.
Mondstukpunt 8 bezit een vergrote opening 36 in 5 het vormeind daarvan, die samenwerkt met de afsluiterpen 1 om daartussen een mondstukpuntpoort 24 te realiseren. Smeltkanaal 12 staat via een in hoofdzaak gladde overgangszone 38 in verbinding met de opening 36.
Afsluiterpen 1, afsluitersteel 1' , afsluiterkop 10 2, smeltkanaal 12, overgang 38 en opening 36 zijn in hoofdzaak cirkelvormig in doorsnede om het smeltkanaal 12 een ringvormige gedaante (tussen afsluiterpen 1 en mondstuk 7) te geven, en de poort 24 een ringvormige ingang naar de vormholte 11 te geven. Af sluitersteel 1' bezit een 15 buitendiameter Dx en kop 2 bezit een buitendiameter D2, terwijl smeltkanaal 12 een diameter Μχ bezit en opening 36 een binnendiameter M2 bezit. Zoals gezien kan worden in figuur 2 is de diameter D2 van kop 2 een weinig kleiner dan de diameter M2 van opening 36 om kop 2 in de opening 36 te 20 kunnen brengen om poort 24 af te sluiten, zoals hieronder nader beschreven zal worden.
Indien in de "gesloten" stand, zoals in figuur 2, is de kop 2 gepositioneerd om in hoofdzaak contact te maken met punt 8 ter plaatse van opening 36 om de poort 24 25 te sluiten. Aldus wordt voorkomen dat onder druk staande smelt in het gietloopsysteem 30 de vormholte 11 binnenkomt. In deze stand heeft de kernhuisruimte 23 een hoogte van Δ2, zoals getoond, en een deel van het uitwendige ringvormige oppervlak van de kop 2 vormt een deel van het 3 0 kernoppervlak dat het gat in het gevormde onderdeel zal voormen.
Opnieuw verwijzend naar figuur 1 kan, zoals door deskundigen begrepen zal worden, de cilinder 19 op selectieve wijze bediend en geregeld kunnen worden door een 35 geschikt systeem (niet weergegeven) voor het bedienen van de tand- en heugeloverbrenging 18 om axiale beweging van de afsluiterpen 1 in het mondstuk 7 te bewerkstelligen.
11
Vanuit de "gesloten" stand (figuur 2) beweegt de cilinder 19, indien aangedreven, de afsluiterpen 1 in axiale richting in mondstuk 7, voorbij een middenstand (figuur 3) naar een volledig "open" stand (figuur 4).
5 Verwijzend naar figuur 4, wanneer de afsluiter pen zich in de "open" stand bevindt is de afsluiterpen 1 axiaal weg bewogen van de mondstukpunt 8, zodat poort 24 tussen kop 2 en opening 36 geopend is. Poort 24 verschaft aldus een doorgang voor verwarmde smelt voor passage 10 vanuit smeltkanaal 12 in het mondstuk 7 en in holte 11, in respons van de druk van de spuitgietmachine (niet weergegeven) . In de tussenstand (figuur 3) heeft de kernhuisruimte 23 een hoogte van Alf maar in de volledig "open" stand is er in feite geen kernhuisruimte bij 23' (zie 15 figuur 4).
Verwijzend naar de figuren 1 en 4 zal het duidelijk zijn dat gietloopsysteem 30 ringvormig, ongehinderd en doorlopend is door smeltkanaal 12, poort 24 en uiteindelijk vormholte 11. De smeltstroombaan om en langs af-20 sluiterpen 1 is in hoofdzaak tot aan de poort 24 onbeperkt, dat wil zeggen het doorsnede-oppervlak van dit gedeelte van de smeltstroombaan vermindert niet merkbaar, in hoofdzaak tot aan de poort. Aldus is er een eenvoudige stroombaan aanwezig waardoorheen smelt vrijelijk kan 25 stromen wanneer de poort open is. Deze vrije stroming is voordelig omdat deze helpt bij het verminderen van druk-verliezen in het systeem en het mogelijk maakt wijzigen in kunststof-kleur sneller in de inrichting te bewerkstelligen.
30 De vergrote opening 36 en de samenwerking van overgangszone 38 en afsluiterhals 4 maken het op voordelige wijze mogelijk een ringpoort 24 met een grotere opening te bereiken dan met de stand van de techniek mogelijk was, zonder dat de spreid- of verdeelmiddelen van de stand van 35 de techniek nodig zijn, zoals die welke op verscheidene wijzen getoond zijn in Amerikaanse octrooien 4.340.353 ten name Mayer, 5.324.190 ten name Frei, 5.460.763 ten name 12
Asai, 4.394.117 ten name van Taylor, 5.783.234 ten name Teng en 5.840.231 ten name van Teng, elk waarvan hier opgenomen is door verwijzing daarnaar. Geen van deze bronnen leert het gebruik van een overgang 38 en vergrote 5 opening 3 6 om een smeltkanaal 12 met een relatief, kleine diameter mogelijk te maken om smelt te verschaffen aan een onderdeel B met een grotere opening, zoals getoond in figuur 5, onder het vrij laten stromen van de smelt, op een onbeperkte wijze, in de holte, waardoor een verhoogde 10 kwaliteit van het onderdeel mogelijk wordt.
De diameter M2 van de opening 36 is gekozen in overeenstemming met de bijzondere toepassing, zoals door de deskundigen begrepen zal worden, en zal groter zijn dan diameter van smeltboring 12, om overeenkomstig de onder-15 havige uitvinding het voordeel van de mogelijkheid tot het vormen van onderdelen met een grotere opening te bereiken. Zoals getoond in de figuren heeft een diameter M2 die veel groter is dan Μχ de voorkeur, en een diameter M2 van ruwweg de diameter van punt 8 of groter, nog meer de voorkeur.
20 Een deskundige zal begrijpen dan andere wijzi gingen mogelijk zijn. Zo is bijvoorbeeld het gebruik van een geleidingspin 3 wenselijk, maar niet noodzakelijk. Verder kan de bediening van afsluiter 1 en de beweging daarvan van de "open" naar de gesloten standen met andere 25 bekende middelen bereikt worden. Zie bijvoorbeeld US-octrooi nr. 4.053.271 ten name Gellert, US-octrooi nr. 5.916.605 ten name van Swenson, US-octrooi nr. 5.948.450 ten name Swenson, US-octrooi 5.984.661 ten name van Vorko-per, US-octrooi nr. ,6.159.000 ten name van Puri en US-30 octrooi 6.086.357 ten name van Steil, alle hierin opgenomen door verwijzing daarnaar.
Een deskundige zal begrijpen dat de onderhavige uitvinding toegepast kan worden op spuitgietvormen met een enkele holte of met meerdere holtes. Voor toepassingen met 35 meervoudige holtes stroomt smelt op kenmerkende wijze door één of meer smeltverdeelstukken en wordt deze via een bijbehorend mondstuk in elke holte ingespoten, waarbij de < r, η ' Λ G ! 'J t O w y W' 13 · afsluiterpennen van de mondstukken gelijktijdig bediend worden, zoals in de techniek bekend is. Zie bijvoorbeeld de van nokken voorziene mechanismen getoond in Amerikaans octrooi 4.212.627 ten name van Gellert en US-octrooi 5 6.1134.381 ten name van Gellert, beide hierin opgenomen door verwijzing daarnaar.
Figuur 6 toont bijvoorbeeld de meervoudige holte-opstelling met gemeenschappelijk afsluiterpenbedie-niningsmechanisme volgens laatstgenoemd octrooi, waarin 10 mondstukken volgens de uitvinding gebruikt kunnen worden. In deze opstelling zijn meerder mondstukken 40 geplaatst in een opsluitplaat 42 en bezitten zij gemeenschappelijk bediende afsluiterpennen 44. Een smeltverdeelstuk 46 voert smelt via smeltdoorgangen 48 naar de mondstukken.
15 Op fluïdum werkende bedieners die direct op de afsluiterpennen inwerken kunnen in een meervoudige holte-opstelling gebruikt worden en deze kunnen gelijktijdig of afzonderlijk aangedreven worden. US-octrooi 5.443.318 ten name van Gellert (hierin opgenomen door verwijzing daar-20 naar) toont een dergelijke opstelling. Figuur 7 toont de fluidumaandrijving die in dit octrooi getoond wordt, en welke gebruikt kan worden voor de mondstukken volgens de uitvinding. Hier is elk mondstuk 50 geplaatst in een plaat 52 en bezit een afsluiterpen 54 die bediend wordt door een 25 met fluïdum aangedreven zuiger 56, die heen en weer beweegt binnen een cilinder 58. De zuiger/cilinderaandrij-ving 56, 58 zijn coaxiaal met de afsluiterpen 54. Smelt wordt van opzij via smeltdoorgangen 62 vanaf een smeltverdeelstuk 60 naar elk mondstuk gevoed.
30 Zoals hierboven opgemerkt in verband met de uitvoering van de figuren 1-4, bezitten afsluiterkop 2, omgevende opening 36 en kernhuis 22 cirkelvormige doorsneden en vormen zij een ringvormige poort 24, resulterend in een gevormd onderdeel met een cirkelvormig gat, zoals 35 getoond in figuur 8. Begrepen zal worden dat de inrichtingen volgens de uitvinding gebruikt kunnen worden om onderdelen met grote gaten te maken die niet cirkelvormig, ! . > t ,.
14 bijvoorbeeld ovaal (figuur 9), vierkant (figuur 10), rechthoekig (figuur 11) , onregelmatig (figuur 12) , enzovoort gevormd zijn, door gebruikmaking van passende onderdelen van geschikte vorm, waarbij de dwarsdoorsnede van de 5 poort groter is dan de doorsnede van het smeltkanaal. Aldus zijn de in de conclusies gebruikte uitdrukkingen "ringvormig" en "ringvormige gedaante" zoals gebruikt voor de poort en de samenpassende onderdelen die de poort bepalen niet begrensd tot cirkelvormige gedaanten, en 10 kunnen deze uitdrukkingen zo wat elke gesloten gedaante omvatten.
Hoewel de bovenstaande beschrijving de voorkeursuitvoering bevat, zal begrepen worden dat de onderhavige uitvinding vatbaar is voor verdere wijzigingen en verande-15 ringen, zonder buiten de eigenlijke betekenis van de werkelijke strekking van de begeleidende conclusies te treden.
De Canadese voorrangsaanvrage 2.317.779, ingediend op 6 september 2000, is in zijn geheel hierin opge-20 nomen door verwijzing daarnaar.

Claims (57)

1. Een spuitgietinrichting voor het vormen van artikelen met een gat, omvattend: tenminste één vormholte gevormd tussen een vormplaat en een aangrenzende kern; 5 tenminste één spuitgietmondstuk met een ringvor mige poort, waarbij het mondstuk verbindbaar is met een bron van gesmolten materiaal en in staat is om gesmolten materiaal van de bron door tenminste één smeltkanaal door het mondstuk naar de poort te voeren, waarbij de poort in 10 verbinding staat met de vormholte en een doorsnede bezit die groter is dan de doorsnede van het smeltkanaal; waarbij een afsluiterpen binnen het smeltkanaal en de poort geplaatst is, welke afsluiterpen een onbeperkte smeltstroomdoorgang door het smeltkanaal om en langs de 15 afsluiterpen bepaalt waarbij de afsluiterpen beweegbaar is tussen een gesloten stand, waarin de afsluiterpen in hoofdzaak voldoende contact maakt met de poort om de stroom van gesmolten materiaal door de poort te stoppen, en een open stand, waarin het gesmolten materiaal onge-20 hinderd door de poort kan stromen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de kern een kernhuis omvat voor het aangrijpen van de afslui terpen .
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de 25 kernhuis de omtrek van de afsluiterpen aangrijpt.
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de geleidingspen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte bezit, dat de kern aangrijpt voor het geleiden van de afsluiterpen tussen de gesloten stand en de open stand.
5. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de geleidingspen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte t ij 1 p~ 9 ΰ bezit, dat de kern aangrijpt voor het geleiden van de afsluiterpen tussen de gesloten stand en de open stand.
6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak cirkelvormig is.
7. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak ovaal is.
8. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak vierkant is.
9. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de 10 doorsnede van de poort in hoofdzaak rechthoekig is.
10. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de doorsnede van de poort onregelmatig is.
11. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak cirkelvormig is.
12. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak ovaal is.
13. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak vierkant is.
14. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de 20 doorsnede van de poort in hoofdzaak rechthoekig is.
15. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de doorsnede van de poort onregelmatig is.
16. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het tenminste ene mondstuk een mondstukpunt bevat, die af te 25 scheiden is van het tenminste ene mondstuk, waarbij de poort in de mondstukpunt gelegen is.
17. Een spuitgietinrichting voor het vormen van producten met een gat, omvattend: tenminste één vormholte gevormd tussen een 30 vormplaat en een aangrenzende kern; tenminste één spuitgietmondstuk met een ringvormige poort, waarbij het mondstuk verbindbaar is met een bron van gesmolten materiaal en in staat is om gesmolten materiaal van de bron door tenminste één smeltkanaal door 35 het mondstuk naar de poort te voeren, waarbij de poort in verbinding staat met de vormholte en een doorsnede bezit die groter is dan de doorsnede van het smeltkanaal; waarbij een afsluiterpen binnen het smeltkanaal en de poort geplaatst is, welke afsluiterpen een ongehinderde smeltstroomdoorgang door het smeltkanaal om en langs de afsluiterpen bepaalt waarbij de afsluiterpen beweegbaar 5 is tussen een gesloten stand, waarin de afsluiterpen in hoofdzaak voldoende contact maakt met de poort om de stroom van gesmolten materiaal door de poort te stoppen, en een open stand, waarin het gesmolten materiaal ongehinderd door de poort kan stromen.
18. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij een kern een kernhuis omvat voor het aangrijpen van de afsluiterpen.
19. Inrichting volgens conclusie 18, waarbij de kernhuis de omtrek van de afsluiterpen aangrijpt.
20. Inrichting volgens conclusie 19, waarbij de geleidingspen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte bezit, dat de kern aangrijpt voor het geleiden van de afsluiterpen tussen de gesloten stand en de open stand.
21. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de 20 geleidingspen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte bezit, dat de kern aangrijpt voor het geleiden van de afsluiterpen tussen de gesloten stand en de open stand.
22. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak cirkelvormig is.
23. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak ovaal is.
24. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak vierkant is.
25. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij de 30 doorsnede van de poort in hoofdzaak rechthoekig is.
26. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij de doorsnede van de poort onregelmatig is.
27. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak cirkelvormig is.
28. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak ovaal is.
29. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak vierkant is.
30. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak rechthoekig is.
31. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de 5 doorsnede van de poort onregelmatig is.
32. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij het tenminste ene mondstuk een mondstukpunt bevat, die af te scheiden is van het tenminste ene mondstuk, waarbij de poort in de mondstukpunt gelegen is.
33. Een spuitgietinrichting voor het vormen van producten met een gat, omvattend: een vorm met een holteplaat en een aangrenzende kern, die daartussen een vormholte ontsluiten; een spuitgietmondstuk met een daardoorheen 15 reikend smeltkanaal, waarbij het smeltkanaal middels een ringvormige poort ter plaatse van de punt van het mondstuk in verbinding staat met de vormholte; een binnen het smeltkanaal geplaatste afsluiter-pen, waarbij de afsluiterpen en het smeltkanaal een smelt-20 stroomdoorgang om en langs de afsluiterpen bepalen, waarbij de afsluiterpen een kopgedeelte bezit aangrenzend aan de mondstukpunt en een steelgedeelte op afstand van de mondstukpunt, waarbij het kopgedeelte een bredere doorsnede bezit dan het steelgedeelte; en 25 een bedieningsorgaan dat op werkzame wijze beweegbaar verbonden is met het steelgedeelte van de afsluiterpen om de afsluiterpen te bewegen tussen een open stand, met het kopgedeelte daarvan aangrenzend aan de poort, waarin gesmolten materiaal door de poort in de 3 0 vormholte kan stromen, en een gesloten stand, met het kopgedeelte daarvan de poort blokkerend, om de verbinding tussen het mondstuk en de vormholte af te dichten.
34. Inrichting volgens conclusie 33, waarbij de poort een doorsnede heeft die groter is dan het smeltka- 35 naai.
35. Inrichting volgens conclusie 34, waarbij het kopgedeelte van de afsluiterpen een doorsnede heeft die groter is dan het smeltkanaal.
36. Inrichting volgens conclusie 35, waarbij de afsluiterpen een glad overgangsgedeelte bezit tussen zijn kopgedeelte en zijn steelgedeelte.
37. Inrichting volgens conclusie 36, waarbij de afsluiterpen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte bezit dat de kern aangrijpt voor geleiding van de afsluiterpen tussen de open stand en de gesloten stand.
38. Inrichting volgens conclusie 37, waarbij de 10 doorsnede van de poort in hoofdzaak cirkelvormig is.
39. Inrichting volgens conclusie 37, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak ovaal is.
40. Inrichting volgens conclusie 37, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak vierkant is.
41. Inrichting volgens conclusie 37, waarbij de doorsnede van de poort in hoofdzaak rechthoekig is.
42. Inrichting volgens conclusie 37, waarbij de doorsnede van de poort onregelmatig is.
43. Inrichting volgens conclusie 33, waarbij de 20 afsluiterpen een glad overgangsgedeelte bezit tussen zijn kopgedeelte en zijn steelgedeelte.
44. Inrichting volgens conclusie 43, waarbij de afsluiterpen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte bezit dat de kern aangrijpt voor geleiding van de afslui- 25 terpen tussen de open stand en de gesloten stand.
45. Inrichting volgens conclusie 35, waarbij het omtreksoppervlak van het kopgedeelte van de afsluiterpen deel uitmaakt van het oppervlak van de kern, wanneer de afsluiterpen zich in zijn gesloten stand bevindt om het 30 gat tenminste gedeeltelijk te bepalen en te vormen.
46. Inrichting volgens conclusie 45, waarbij de afsluiterpen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte bezit dat de kern aangrijpt voor geleiding van de afsluiterpen tussen de open stand en de gesloten stand.
47. Inrichting volgens conclusie 33, waarbij het omtreksoppervlak van het kopgedeelte van de afsluiterpen deel uitmaakt van het oppervlak van de kern, wanneer de 10. o ; o π afsluiterpen zich in zijn gesloten stand bevindt om het gat tenminste gedeeltelijk te bepalen en te vormen.
48. Inrichting volgens conclusie 47, waarbij de afsluiterpen aan zijn distale eind een geleidingsgedeelte 5 bezit dat de kern aangrijpt voor geleiding van de afsluiterpen tussen de open stand en de gesloten stand.
49. Inrichting volgens conclusie 48, waarbij de afsluiterpen een glad overgangsgedeelte bezit tussen zijn kopgedeelte en zijn steelgedeelte.
50. Inrichting volgens conclusie 33, omvattend een verwijderbare mondstukafdichting die het kopgedeelte van de afsluiterpen omgeeft, waarbij de mondstukafdichting het kopgedeelte afdicht en geleid tijdens tenminste een gedeelte van de beweging van de afsluiterpen tussen de 15 open en gesloten standen.
51. Een spuitgietsysteem voor het vormen van producten met een gat, omvattend een vormholteplaat en een aantal vormkernen die met de vormholteplaat een aantal vormholten bepalen; 2. een smeltverdeelstuk voor het af geven van ge smolten materiaal aan de vormholten; een aantal spuitgietmondstukken, respectievelijk behorend bij de vormholten, waarbij elk mondstuk voorzien is van een daardoorheen reikend smeltkanaal, dat in ver-25 binding staat met de bijbehorende vormholte via een ringvormige poort ter plaatse van de punt van het mondstuk; waarbij elk van de mondstukken een binnen het smeltkanaal geplaatste afsluiterpen bezit, waarbij de afsluiterpen en het smeltkanaal een smeltstroomdoorgang om 30 en langs de afsluiterpen bepalen, waarbij de afsluiterpen een kopgedeelte bezit dat aangrenzend aan de mondstukpunt gelegen is, en een steelgedeelte op afstand van de mondstukpunt, waarbij het kopgedeelte een grotere doorsnede heeft dan het steelgedeelte; en 35 bedieningsmiddelen die op werkzame wijze beweeg baar verbonden zijn met het steelgedeelte van elk van de afsluiterpennen om elke afsluiterpen te bewegen tussen een ff ^ . * w 1 V·· O v,- open positie met het kopgedeelte daarvan aangrenzend aan de poort, waarin gesmolten materiaal door de poort in de vormholte kan stromen, en een gesloten stand met het kopgedeelte daarvan de poort blokkeren, om de verbinding 5 tussen het mondstuk en de vormholte af te dichten.
52. Een systeem volgens conclusie 51, waarbij de bedieningsmiddelen alle afsluiterpennen gelijktijdig bedienen.
53. Inrichting volgens conclusie 51, waarbij het 10 omtreksoppervlak van het kopgedeelte van elke afsluiterpen deel uitmaakt van oppervlak van de vormkern wanneer de afsluiterpen zich in zijn gesloten stand bevindt om het gat tenminste gedeeltelijk te bepalen en te vormen.
54. Inrichting volgens conclusie 53, waarbij 15 elke afsluiterpen aan zijn distale eind een geleidingsge- deelte bezit dat de vormkern aangrijpt voor geleiding van de afsluiterpen tussen de open stand en de gesloten stand.
55. Inrichting volgens conclusie 54, waarbij elke afsluiterpen een glad overgangsgedeelte bezit tussen 20 zijn kopgedeelte en zijn steelgedeelte.
56. Inrichting volgens conclusie 54, omvattend een verwijderbare mondstukafdichting op elk mondstuk, dat het kopgedeelte van de afsluiterpen omgeeft, waarbij de mondstukafdichting het kopgedeelte afdicht en geleidt 25 tijdens tenminste een gedeelte van de beweging van de afsluiterpen tussen de open en gesloten standen.
57. Inrichting volgens conclusie 51, omvattend een verwijderbare mondstukafdichting op elk mondstuk, dat het kopgedeelte van de afsluiterpen omgeeft, waarbij de 30 mondstukafdichting het kopgedeelte afdicht en geleidt tijdens tenminste een gedeelte van de beweging van de afsluiterpen tussen de open en gesloten standen. -o-o-o-o-o-o-o-o-o- AF/KP
NL1018890A 2000-09-06 2001-09-05 Kleppoortsamenstel voor spuitgieten. NL1018890C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
CA2317779 2000-09-06
CA002317779A CA2317779A1 (en) 2000-09-06 2000-09-06 Valve gate assembly for injection molding

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1018890A1 NL1018890A1 (nl) 2002-03-07
NL1018890C2 true NL1018890C2 (nl) 2003-08-05

Family

ID=4167047

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1018890A NL1018890C2 (nl) 2000-09-06 2001-09-05 Kleppoortsamenstel voor spuitgieten.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US6830447B2 (nl)
JP (1) JP2002127202A (nl)
CA (1) CA2317779A1 (nl)
DE (1) DE10143737A1 (nl)
LU (1) LU90822B1 (nl)
NL (1) NL1018890C2 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SE524000C2 (sv) * 2001-10-10 2004-06-15 Nolato Ab Back, och backmekanism vid ett formsprutningsverktyg
US7168943B2 (en) * 2003-08-29 2007-01-30 Mold-Masters Limited Guided valve pin for an injection molding apparatus
US20080224353A1 (en) * 2007-03-14 2008-09-18 Husky Injection Molding Systems Ltd. Hydraulic Valve of Molding System
EP2047961B1 (en) * 2007-10-12 2011-06-08 Mold-Masters (2007) Limited Actuator position sensing for a needle-valve for injection molding
CN103252618A (zh) * 2012-02-15 2013-08-21 上海占瑞模具设备有限公司 热流道紧固套环安装治具及其使用方法
CH706993A1 (en) * 2012-09-19 2014-03-31 Alpla Werke Injection molding apparatus and method for producing a tube head, and tube head.
JP6180027B2 (ja) * 2013-12-09 2017-08-16 株式会社ジェイテクト リングバルブゲート式金型装置

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS585238A (ja) * 1981-07-01 1983-01-12 Asahi Chem Ind Co Ltd フアンゲ−ト型ホツトランナ金型
EP0467393A2 (en) * 1990-07-20 1992-01-22 Kabushiki Kaisha Meiki Seisakusho Sprue-less metal mold for molding disks
EP0628394A1 (en) * 1993-06-10 1994-12-14 Idemitsu Petrochemical Co. Ltd. Injection molding die
JPH10156897A (ja) * 1996-11-27 1998-06-16 Japan Steel Works Ltd:The 光ディスク成形装置
NL1010868C2 (nl) * 1998-12-22 2000-06-27 Axxicon Moulds Eindhoven Bv Spuitgietmatrijs voor schijfvormige kunststof voorwerpen en spuitgieteenheid.

Family Cites Families (23)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4053271A (en) 1976-02-04 1977-10-11 Gellert Jobst U Valve-gated injection molding mechanism
CA1097872A (en) 1978-12-08 1981-03-24 Jobst U. Gellert Injection molding valve pin actuator mechanism
CA1153524A (en) * 1980-10-15 1983-09-13 Jobst U. Gellert Injection molding mechanical double acting valve pin actuator
US4340353A (en) * 1980-10-31 1982-07-20 Discovision Associates Hot sprue valve assembly for an injection molding machine
US4368028A (en) 1981-02-02 1983-01-11 Grish Anthony J Annular flow plastic extrusion nozzle or gate
US4394117A (en) 1981-06-10 1983-07-19 Discovision Associates Hot sprue sleeve valve assembly for an injection molding machine
US4530654A (en) 1984-05-29 1985-07-23 Mold-Masters Limited Injection molding peripheral opening core ring gate
JPH0710546B2 (ja) 1990-11-09 1995-02-08 プラストロン株式会社 加熱装置を有するゲート装置
EP0614744B1 (en) 1993-02-25 1998-11-04 Sony Electronics Inc. Molding devices
US5460763A (en) * 1993-12-24 1995-10-24 Kabushiki Kaisha Meiki Seisakusho Sprueless disc mold and disc molding method thereof
US5443381A (en) 1994-07-18 1995-08-22 Gellert; Jobst U. Injection molding one-piece insert having cooling chamber with radial rib portions
CA2175634C (en) * 1996-05-02 2007-08-21 Klaus Bauer Injection molding valve member with head and neck portions
JP3383971B2 (ja) * 1996-06-27 2003-03-10 日本ビクター株式会社 射出成形機のバルブゲート装置
US5783234A (en) 1996-07-25 1998-07-21 Husky Injection Molding Systems Ltd. Hot runner valve gate for eliminating unidirectional molecular orientation and weld lines from solidified resin used for forming molded articles
US5785915A (en) 1996-09-13 1998-07-28 Osuna-Diaz; Jesus M. Injection molding with annular gate and sleeve shutoff valve
US5916605A (en) 1996-09-27 1999-06-29 Dynisco Hotrunners, Inc. Valve actuated injection molding apparatus
EP0832729B1 (en) 1996-09-30 2000-03-08 EUROTOOL Beheer B.V. Valve-gated injection moulding device
US5840231A (en) 1997-08-14 1998-11-24 Husky Injection Molding Systems Ltd. Valve gate assembly
PT1062083E (pt) * 1998-03-13 2005-11-30 Axxicon Moulds Eindhoven Bv Molde de injeccao para objectos de plastico tipo disco e unidade de moldagem de injeccao multipla
US6086357A (en) 1998-12-21 2000-07-11 D-M-E Company Actuator for an injection molding valve gate
CA2261367C (en) 1999-02-08 2008-04-22 Mold-Masters Limited Injection molding valve member actuating mechanism
US6159000A (en) 1999-03-12 2000-12-12 Husky Injection Molding Systems Ltd. Valve gated injection molding device
JP2002011763A (ja) * 2000-06-28 2002-01-15 Mitsubishi Materials Corp 射出成形用金型装置

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS585238A (ja) * 1981-07-01 1983-01-12 Asahi Chem Ind Co Ltd フアンゲ−ト型ホツトランナ金型
EP0467393A2 (en) * 1990-07-20 1992-01-22 Kabushiki Kaisha Meiki Seisakusho Sprue-less metal mold for molding disks
EP0628394A1 (en) * 1993-06-10 1994-12-14 Idemitsu Petrochemical Co. Ltd. Injection molding die
JPH10156897A (ja) * 1996-11-27 1998-06-16 Japan Steel Works Ltd:The 光ディスク成形装置
NL1010868C2 (nl) * 1998-12-22 2000-06-27 Axxicon Moulds Eindhoven Bv Spuitgietmatrijs voor schijfvormige kunststof voorwerpen en spuitgieteenheid.

Non-Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 1998, no. 11 30 September 1998 (1998-09-30) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 7, no. 79 (M - 204) 31 March 1983 (1983-03-31) *

Also Published As

Publication number Publication date
LU90822B1 (en) 2009-11-23
US20020028266A1 (en) 2002-03-07
CA2317779A1 (en) 2002-03-06
JP2002127202A (ja) 2002-05-08
US6830447B2 (en) 2004-12-14
DE10143737A1 (de) 2002-05-23
NL1018890A1 (nl) 2002-03-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN101161444B (zh) 共注射成型装置及其热流道喷嘴
CN1694792B (zh) 注塑装置和用于迫使熔体流入到注塑装置的模腔中的方法
EP0825008B2 (en) Improved hot runner valve gate for eliminating unidirectional molecular orientation and weld lines from solidified resin used for forming molded articles
CA2460729C (en) Molding nozzle gate valve
CN101124077B (zh) 用于叠箱造型设备的熔体传送装置
EP0590021B1 (en) Nozzle for gas assisted injection molding
CA2244762C (en) Valve gate assembly
CA2457643A1 (en) Valve gated injection molding system with independent flow control
JPH02253911A (ja) 弁ゲート式高温湯道射出成形装置
NL1018890C2 (nl) Kleppoortsamenstel voor spuitgieten.
JP2004130787A (ja) 改良されたバルブ間溶融物移送装置
CN108883560B (zh) 注塑模具
US10717218B2 (en) Hot runner system for injection molding
US7226283B2 (en) Injection molding apparatus with a melt channel in valve pin
EP1062083B1 (en) Injection mould for disc-like plastic objects and multiple injection moulding unit
AU2002250477B2 (en) Molding nozzle gate valve
CN101267926A (zh) 用于喷射模塑多种物料的喷射模塑系统
JP2016087818A (ja) バルブゲート装置及び射出成形用金型
NL1010868C2 (nl) Spuitgietmatrijs voor schijfvormige kunststof voorwerpen en spuitgieteenheid.
JP2016087817A (ja) バルブゲート装置及び射出成形用金型
JP2003340878A (ja) ホットランナー式金型装置
KR20120130834A (ko) 핫 런너 시스템의 마이크로 노즐 어셈블리

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060401