NL1016864C2 - Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel. - Google Patents

Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel. Download PDF

Info

Publication number
NL1016864C2
NL1016864C2 NL1016864A NL1016864A NL1016864C2 NL 1016864 C2 NL1016864 C2 NL 1016864C2 NL 1016864 A NL1016864 A NL 1016864A NL 1016864 A NL1016864 A NL 1016864A NL 1016864 C2 NL1016864 C2 NL 1016864C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
reinforcement
fiber bundle
fibers
reinforcement fiber
adhesive substance
Prior art date
Application number
NL1016864A
Other languages
English (en)
Inventor
Yves Maurits Renu Vancraeynest
Original Assignee
Bekaert Sa Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL1016864A priority Critical patent/NL1016864C2/nl
Application filed by Bekaert Sa Nv filed Critical Bekaert Sa Nv
Priority to PCT/EP2001/014482 priority patent/WO2002048476A1/en
Priority to KR1020037007161A priority patent/KR100750450B1/ko
Priority to JP2002550180A priority patent/JP3994055B2/ja
Priority to MXPA03005156A priority patent/MXPA03005156A/es
Priority to US10/433,472 priority patent/US6881479B2/en
Priority to AU2964102A priority patent/AU2964102A/xx
Priority to EA200300675A priority patent/EA004847B1/ru
Priority to CNB018204368A priority patent/CN1262718C/zh
Priority to BRPI0116108-3A priority patent/BR0116108B1/pt
Priority to AT01990537T priority patent/ATE423244T1/de
Priority to EP01990537A priority patent/EP1341976B1/en
Priority to PL362456A priority patent/PL211207B1/pl
Priority to DE60137705T priority patent/DE60137705D1/de
Priority to CA002428684A priority patent/CA2428684C/en
Priority to AU2002229641A priority patent/AU2002229641B2/en
Priority to TW090130337A priority patent/TWI237078B/zh
Priority to ARP010105772A priority patent/AR031663A1/es
Application granted granted Critical
Publication of NL1016864C2 publication Critical patent/NL1016864C2/nl
Priority to NO20032677A priority patent/NO20032677L/no

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C5/00Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
    • E04C5/07Reinforcing elements of material other than metal, e.g. of glass, of plastics, or not exclusively made of metal
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C5/00Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
    • E04C5/07Reinforcing elements of material other than metal, e.g. of glass, of plastics, or not exclusively made of metal
    • E04C5/073Discrete reinforcing elements, e.g. fibres
    • E04C5/076Specially adapted packagings therefor, e.g. for dosing
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C5/00Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
    • E04C5/01Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings
    • E04C5/012Discrete reinforcing elements, e.g. fibres
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T428/00Stock material or miscellaneous articles
    • Y10T428/29Coated or structually defined flake, particle, cell, strand, strand portion, rod, filament, macroscopic fiber or mass thereof
    • Y10T428/2913Rod, strand, filament or fiber
    • Y10T428/2929Bicomponent, conjugate, composite or collateral fibers or filaments [i.e., coextruded sheath-core or side-by-side type]
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T428/00Stock material or miscellaneous articles
    • Y10T428/29Coated or structually defined flake, particle, cell, strand, strand portion, rod, filament, macroscopic fiber or mass thereof
    • Y10T428/2913Rod, strand, filament or fiber
    • Y10T428/2933Coated or with bond, impregnation or core
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T428/00Stock material or miscellaneous articles
    • Y10T428/29Coated or structually defined flake, particle, cell, strand, strand portion, rod, filament, macroscopic fiber or mass thereof
    • Y10T428/2913Rod, strand, filament or fiber
    • Y10T428/2933Coated or with bond, impregnation or core
    • Y10T428/2938Coating on discrete and individual rods, strands or filaments
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T428/00Stock material or miscellaneous articles
    • Y10T428/29Coated or structually defined flake, particle, cell, strand, strand portion, rod, filament, macroscopic fiber or mass thereof
    • Y10T428/2913Rod, strand, filament or fiber
    • Y10T428/2933Coated or with bond, impregnation or core
    • Y10T428/2964Artificial fiber or filament

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Reinforcement Elements For Buildings (AREA)
  • Reinforced Plastic Materials (AREA)
  • Curing Cements, Concrete, And Artificial Stone (AREA)
  • Treatment Of Fiber Materials (AREA)
  • Nonwoven Fabrics (AREA)
  • Treatments For Attaching Organic Compounds To Fibrous Goods (AREA)

Description

Korte aanduiding: Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een wapeningsvezelbundel, omvattende een aantal onderling in hoofdzaak evenwijdige wapeningsvezels voor het wapenen van een uithardbaar materiaal, welke wapeningsvezels tenminste aan hun uiteinden onderling zijn verbonden.
5 Een dergelijke wapeningsvezelbundel is bekend uit BE-A-8901350.
Hierbij zijn wapeningsvezels gebundeld en onderling verbonden aan hun uiteinden door middel van een op de uiteinden aangebrachte laag in water oplosbare lijm. Het water in het uit te harden materiaal zorgt voor oplossen van de lijm en aldus voor het uiteenvallen van de 10 wapeningsvezelbundels in afzonderlijke wapeningsvezels.
Een dergelijke wapeningsvezelbundel heeft het nadeel dat de lijmstoffen die oplossen terechtkomen in het uit te harden materiaal. Temeer daar genoemde wapeningsvezelbundel bedoeld is om het aandeel wapeningsvezels in het uithardbare materiaal te verhogen, zal een 15 niet onaanzienlijke hoeveelheid lijmstoffen oplossen in het uit te harden materiaal. Dit brengt het risico met zich mee dat de eigenschappen van het uithardbare materiaal nadelig worden beïnvloed. Derhalve bestaat een behoefte aan een wapeningsvezelbundel bij gebruik waarvan een groot aandeel wapeningsvezels in uithardbaar 20 materiaal kan worden gebracht zonder toevoegen van in het uithardbare materiaal oplossende of anderszins daarmee reagerende stoffen.
De uitvinding heeft ten doel om bovengenoemde problemen op te heffen en bezit daartoe als kenmerk, dat tenminste de uiteinden van de wapeningsvezels zijn verbonden door middel van een hechtsubstantie 25 die in hoofdzaak inert is met betrekking tot het nog niet uitgeharde uithardbare materiaal en die bij mengen van de wapeningsvezelbundels met tenminste het uithardbare materiaal zijn samenhang verliest.
Bij de wapeningsvezelbundel volgens de uitvinding worden de wapeningsvezels in de ; wapeningsvezelbundel bijeen gehouden door 30 daarop aangebrachte hechtsubstantie, die vervolgens kan worden uitgehard. Uitharden is echter niet noodzakelijk. Bijvoorbeeld indien een hoogviskeuze en/of t,aai-kleverige hechtsubstantie wordt gebruikt, kan zonder uitharding toch een goede samenhang van de vezels in de bundel worden verkregen. Wanneer dergelijke wapeningsvezelbundels 35 worden gemengd met uithardbaar materiaal, verliest de hechtsubstantie 1016864 - 2 - zijn samenhang en zullen de afzonderlijke vezels vrijkomen uit de wapeningsvezelbundel. Doordat de hechtsubstantie inert is met betrekking tot het nog niet uitgeharde uithardbare materiaal zal deze zich niet moleculair verspreiden door het uithardbare materiaal en zal de 5 beïnvloeding van de eigenschappen van het uithardbare materiaal zeer gering of zelfs afwezig zijn.
In de onderhavige aanvrage wordt met "inert met betrekking tot het nog niet uitgeharde uithardbare materiaal" bedoeld dat de hechtsubstantie in hoofdzaak niet reageert met gebruikelijke nog uit te 10 harden uithardbare materialen of mengsels daarvan, al dan niet onder toevoeging van gebruikelijke additieven. Met name is de hechtsubstantie in hoofdzaak niet dispergeerbaar en niet oplosbaar in water en/of organische oplosmiddelen.
Bij het mengen van de wapeningsvezelbundels met het uithardbare 15 materiaal kan de hechtsubstantie zijn samenhang op velerlei manier verliezen. Bijvoorbeeld kan een temperatuurbehandeling zorgen voor het in kleinere delen uiteenvallen van de hechtsubstantie. Bij voorkeur is de hechtsubstantie een hechtsubstantie die zijn samenhang verliest onder invloed van mechanische krachten tijdens het mengen 20 van de wapeningsvezelbundels met tenminste het uithardbare materiaal. Genoemde mechanische krachten treden bijvoorbeeld op door wrijving van de wapeningsvezelbundels met het uithardbare materiaal, of door botsingen van de wapeningsvezelbundels met andere wapeningsvezelbundels, de wanden van het vat, de mengmiddelen, eventueel in het 25 uithardbare materiaal aanwezig kiezel en dergelijke enz. Door deze mechanische krachten tijdens het mengen zal de hechtsubstantie in steeds kleinere stukjes worden verdeeld, totdat de wapeningsvezels niet meer onderling verbonden zijn en afzonderlijk verspreid kunnen worden in het uithardbare materiaal.
3 0 Bij voorkeur is de hechtsubstantie een bros uithardende sub stantie. Een dergelijke substantie wordt in viskeuze toestand aangebracht op de wapeningsvezels, en wordt vervolgens uitgehard, door drogen, verwarmen, enzovoort. Bij een bros uithardende substantie is een gunstig breukgedrag bij mengen van de wapeningsvezelbundels met 35 het uithardbare materiaal gewaarborgd. Reeds bij relatief geringe mechanische krachten zal een dergelijke hechtsubstantie in kleinere stukken uiteenvallen. In beginsel is het echter ook mogelijk om een niet-bros uithardende substantie of zelfs een niet-uithardende substantie als hechtsubstantie te kiezen, indien voor geschikte en/of 1016864 - 3 - voldoende grote mechanische krachten is gezorgd. Bijvoorbeeld kan een taaie hechtsubstantie worden gekozen, waarbij bewegende messen of dergelijke ervoor zorgen dat de samenhang van de hechtsubstantie verloren gaat en de wapeningsvezels onderling gescheiden worden.
5 In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de hechtsubstantie in hoofdzaak het uithardbare materiaal. Op deze wijze is zeer doeltreffend gewaarborgd dat de eigenschappen van het uithardbare materiaal zeer weinig tot niet worden beïnvloed door de hechtsubstantie. Bijvoorbeeld is de hechtsubstantie in hoofdzaak 10 mortel of beton, en is het uithardbare materiaal eveneens mortel of beton. Aldus wordt het uiteindelijke uitgeharde materiaal, afgezien van de inmiddels verspreide wapeningsvezels, een homogeen materiaal. Het is mogelijk dat aan het uithardbare materiaal een of meer geschikte toeslagstoffen zijn toegevoegd, of dat de mengverhoudingen 15 van de samenstellende stoffen van de betonmengsels voor hechtsubstantie en uithardbaar materiaal enigszins verschillen. Het is eveneens mogelijk om verschillende materialen te kiezen als hechtsubstantie en als uithardbaar materiaal. Bijvoorbeeld kan een keramische massa als hechtsubstantie worden gekozen en beton als uithardbaar materiaal. 20 Eveneens kunnen verschillende kunstharsen en dergelijke worden gekozen als hechtsubstantie respectievelijk uithardbaar materiaal. Ook combinaties van keramische, beton- en/of kunststof-massa's zijn mogelijk. Ook asfalt of samenstellingen op basis van asfalt kunnen worden gebruikt als uithardbaar materiaal.
25 In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de hechtsubstantie versterkingsvezels. Door het aanbrengen van dergelijke versterkingsvezels in de hechtsubstantie kan daaraan een grotere sterkte en ductiliteit worden verschaft. Op deze wijze kan een hechtsubstantie met een op zich ontoereikende mechanische sterkte 30 toch doelmatig worden gebruikt als hechtsubstantie. Door de toegenomen mechanische sterkte van de hechtsubstantie met versterkingsvezels kan de mengtijd van de wapeningsvezelbundels worden beïnvloed, alsmede onder andere het transport- en uitstortgedrag van de wapeningsvezelbundels worden verbeterd.
35 De versterkingsvezels kunnen in principe van elk gewenst mate riaal worden vervaardigd, doch bij voorkeur omvatten de versterkingsvezels glasvezels of polypropeenvezels met een diameter van ten hoogste 100 μτη. Dergelijke vezels zijn doelmatig en eenvoudig te vervaardigen in de gewenste diameter.
1016864 - 4 -
Met voordeel bedraagt de lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundels ten minste 0,2 en ten hoogste 5. Bij een dergelijke lengte-diameterverhouding worden een goede handelbaarheid en goede uitstroomeigenschappen uit opslagsilo's van de wapeningsve-5 zeisbundels verkregen. Indien de lengte-diameterverhouding buiten het genoemde gebied ligt, neemt het gevaar van brugvorming in opslagsilo's toe. Desondanks kunnen wapeningsvezelbundels met dergelijke buiten het gebied liggende lengte-diameterverhoudingen onder bijzondere omstandigheden toch worden gebruikt. Met meer voordeel bedraagt 10 de lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundels ten minste 0,5 en ten hoogste 1,5. Bij een dergelijke lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundels lijken deze in hoofdzaak.op een cilinder of blok, hetgeen zeer goede uitstroomeigenschappen en een zeer goede handelbaarheid tot gevolg heeft. Met de meeste voorkeur bedraagt de 15 lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundels in hoofdzaak 1.
De wapeningsvezelbundel kan elke gewenste vorm hebben doch bij voorkeur is de wapeningsvezelbundel in hoofdzaak cilindervormig. Bij een cilindrische vorm hebben de wapeningvezelbundels weinig of geen 20 hoeken en/of punten, waardoor nog betere handel- en uitstroomeigenschappen gewaarborgd worden. Niettemin zijn ook andere vormen mogelijk, zoals kubussen of blokken. In het ideale geval worden vezels van verschillende lengte gebruikt, waarbij de kortste vezels zich aan de buitenomtrek van de wapeningsvezelbundel bevinden, en de langste 25 vezels in het midden, zodat een ongeveer bolronde wapeningsvezelbundel ontstaat.
In beginsel kunnen de gebruikte wapeningsvezels elke gewenste lengte-diameterverhouding hebben. Bij voorkeur bedraagt de lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezels echter ten minste 40.
30 In een voordelige uitvoeringsvorm van de wapeningsvezelbundel volgens de uitvinding zijn de wapeningsvezels vervaardigd van staal met een treksterkte tussen 500 en 3000 N/mm2. Het is ook mogelijk om staal met een andere treksterkte te kiezen, maar dit biedt weinig voordelen bij het wapenen van het uithardbare materiaal. Het kan 35 echter eveneens doelmatig zijn om andere materialen te kiezen voor de wapeningsvezels. Hierbij kan worden gedacht aan koolstofvezel, polypropeen of andere kunststof, glas enzovoort.
Bij voorkeur zijn de uiteinden van de wapeningsvezels haakvormig. Dat wil zeggen dat de wapeningsvezels nabij hun uiteinden ten 7 0 1 6 8 84 - 5 - minste eenmaal zijn uitgebogen. Hierdoor wordt de hechting van de wapeningsvezels in het uithardbare materiaal na uitharden verbeterd. Bij rechte wapeningsvezels bestaat een grotere kans dat deze bij breukvorming in het uitgeharde materiaal hieruit worden getrokken, 5 waardoor alsnog de sterkte van het materiaal verloren gaat. Het is echter ook op andere manieren mogelijk om de hechting van de wapeningsvezels in het uitgeharde uithardbare materiaal te verbeteren, bijvoorbeeld door de vezels te pletten of een gegolfde of haakvormig verlopende vorm te geven.
10 Bij voorkeur zijn bij de wapeningsvezelbundel volgens de uit vinding tenminste de uiteinden van de wapeningsvezels in hoofdzaak glad afgedekt door de hechtsubstantie. Aldus zijn de. eindvlakken van de wapeningsvezelbundels in hoofdzaak glad. Dit biedt het voordeel van verminderde kluwenvorming tussen wapeningsvezelbundels onderling. 15 De uiteinden van de afzonderlijke wapeningsvezels kunnen namelijk verstrikt raken in de uiteinden van wapeningsvezels van andere wapeningsvezelbundels, of ook (midden) tussen de wapeningsvezels zelf van andere wapeningsvezelbundels. Door glad afdekken van de uiteinden van de wapeningsvezels met hechtsubstantie wordt dit doelmatig 20 tegengegaan.
Het is eveneens mogelijk dat andere of aanvullende gedeelten van de wapeningsvezelbundel zijn voorzien van de hechtsubstantie. Bijvoorbeeld is de gehele wapeningsvezelbundel omgeven of zelfs doordrenkt met hechtsubstantie. Ook kan aanvullend een ring van 25 hechtsubstantie tussen de uiteinden van de wapeningsvezelbundel zijn aangebracht. Op deze wijze kan een nog grotere mechanische sterkte en nog minder interactie tussen de wapeningsvezelbundels worden gewaarborgd, hoewel de verwerkingstijd zal toenemen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de wapeningsvezelbundel 30 volgens de uitvinding komt de dikte van de aangebrachte hechtsubstantie in hoofdzaak overeen met de lengte van de haakvormige uiteinden van de wapeningsvezels. Op deze wijze is nog steeds doeltreffend gewaarborgd dat de haakvormige uiteinden niet bijdragen tot eventueel samenkluwen van de wapeningsvezelbundels, terwijl een slechts zeer 35 geringe hoeveelheid hechtsubstantie is gebruikt.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het aaneenvoegen van wapeningsvezels tot wapeningsvezelbundels voor het wapenen van een uithardbaar materiaal, waarbij wapeningsvezels in een in hoofdzaak onderling evenwijdige positie worden gebundeld en »016864 - 6 - tenminste aan hun uiteinden onderling worden verbonden, waarbij de wapeningsvezels worden verbonden door op tenminste de uiteinden van de wapeningsvezelbundel een hechtsubstantie aan te brengen die in hoofdzaak inert is met betrekking tot het nog niet uitgeharde uit-5 hardbare materiaal en die onder invloed van mechanische krachten bij mengen van de wapeningsvezelbundels met tenminste het uithardbare materiaal zijn samenhang verliest.
Een dergelijke werkwijze verschaft op een eenvoudige wijze wapeningsvezelbundels volgens de uitvinding met zeer goede handel- en 10 uitstroomeigenschappen zonder dat de hechtsubstantie de eigenschappen van het uithardbare materiaal negatief beïnvloedt. Het is echter ook mogelijk om de vezels in een hoeveelheid hechtsubstantie aan te brengen, met de hand of door middel van een "vezelpistool" dat de vezels in de hechtsubstantie "schiet" of prikt, enzovoort.
15 Bij een voorkeurswerkwijze wordt een bros uithardende hechtsub stantie aangebracht die men na het aanbrengen laat uitharden. Dit kan worden bereikt door de wapeningsvezelbundels waarop de hechtsubstantie is aangebracht vervolgens bloot te stellen aan een uithardingsbe-werking, bijvoorbeeld drogen aan de lucht, een verhoogde temperatuur 20 of een polymerisatiereactie.
Bij een andere voorkeurswerkwijze vindt het in hoofdzaak evenwijdig bundelen van de wapeningsvezels onder spanning plaats. Het voordeel hierbij is, dat de verdeling van de wapeningsvezels in het uithardbare materiaal bij het loskomen van de hechtsubstantie veel 25 beter is.
Onder verwijzing naar de bijgaande tekening zal de uitvinding nader worden toegelicht. In de tekening toont:
Fig. 1 een bundel nog niet onderling verbonden wapeningsvezels, 3 0 Fig. 2 een wapeningsvezelbundel volgens de uitvinding,
Fig. 3 een detail van de wapeningsvezelbundel volgens Fig.
2, en
Fig. 4a-c een schematische weergave van het mengen van wapeningsvezelbundels volgens de uitvinding met 35 uithardbaar materiaal.
In Fig. 1 is een wapeningsvezelbundel algemeen met 1 aangeduid. De wapeningsvezelbundel 1 wordt gevormd door een groot aantal onderling evenwijdige wapeningsvezels 2 met haakvormige uiteinden 3. De wapeningsvezels 2 worden bijeengehouden met behulp van draad 4.
1016884 - 7 -
Hoewel de wapeningsvezels 2 zijn weergegeven met haakvormige uiteinden 3, kunnen deze in beginsel elke voor de beoogde toepassing geschikte vorm hebben.
De wapeningsvezels 2 kunnen vervaardigd zijn van allerlei ver-5 schillende soorten materiaal. Dit is afhankelijk van de eisen die worden gesteld aan de vezels en aan het te wapenen uithardbare materiaal waarin de vezels worden verwerkt. Bij de te wapenen uithardbare materialen valt bijvoorbeeld te denken aan kunstharsen, beton en dergelijke. Het materiaal waarvan de wapeningsvezels gemaakt 10 zijn kan bijvoorbeeld zijn gekozen uit glas, kwarts, koolstof of andere kunststoffen. Bij beton en betonachtige te wapenen materialen worden echter bij voorkeur metalen wapeningsvezels gebruikt. Veelal worden hiervoor staalsoorten gebruikt met een hoge treksterkte van bijvoorbeeld tussen 500 en 3000 N/mm2.
15 De gebruikte vezels kunnen bijvoorbeeld recht zijn. Dit is een eenvoudige en zeer goedkope uitvoering van voor wapening bruikbare wapeningsvezels. Bij voorkeur hebben de wapeningsvezels echter een vorm die het onder trekbelasting uit het uitgeharde materiaal glijden bemoeilijkt. Hiertoe zijn de vezels bijvoorbeeld gegolfd, of varieert 20 hun doorsnedeoppervlakte over hun lengte. In Fig. 1 zijn de wapeningsvezels voorzien van haakvormige uiteinden. Met een dergelijke vorm moeten de vezels helemaal worden vervormd vooraleer ze uit het beton of dergelijke getrokken kunnen worden.
De lengte-diameterverhouding van de gebruikte wapeningsvezels 25 ligt om praktische en economische redenen veelal tussen 10 en 200, en bij voorkeur minimaal 40. Bij niet-rechte vezels wordt als lengte genomen de rechtlijnige afstand tussen de uiteinden van de vezel, terwijl bij vezels met over de lengte variërende diameter de diameter wordt bepaald als de over de lengte gemiddelde diameter.
30 Een wapeningsvezelbundel kan uit een verschillend aantal wape ningsvezels bestaan, dat kan variëren tussen bijvoorbeeld 10 en bijvoorbeeld 2000, al naar gelang de gewenste vorm van de wapeningsvezelbundel en de eigenschappen van de gebruikte wapeningsvezels. Om de wapeningsvezels bijeen te houden totdat de aan te brengen hecht-35 substantie dit doet, kan de wapeningsvezelbundel zijn voorzien van tijdelijke hechtmiddelen, bijvoorbeeld een elastiek, draad of iets dergelijks eromheen, of wordt de bundel omklemd door een klem, tang, bek of andere mechanische inrichting. Bij voorkeur zijn de gebruikte tijdelijke hechtmiddelen zodanig dat deze in positie om de bundel 1016864 - 8 - kunnen blijven vanaf het moment van bundelen tot en met het aanbrengen en zonodig uitharden van de later aan te brengen hechtsubstantie. Hierna kunnen de tijdelijke hechtmiddelen worden weggenomen. In bepaalde gevallen, bijvoorbeeld bij draad en elastiek, kan men de 5 tijdelijke hechtmiddelen laten zitten. De mengbewerking is vaak zodanig intensief dat volledige mechanische afbraak van de hechtmiddelen optreedt. Bij voorkeur zijn deze aanvullende hechtmiddelen inert met betrekking tot het uithardbare materiaal. Bijvoorbeeld kan een draad worden gebruikt die is vervaardigd van hetzelfde materiaal 10 als de wapeningsvezels, waarbij de diameter van de draad geringer is gekozen of waarin een zwakke plek is aangebracht, zodat de draad bij mengen van de wapeningsvezelbundels met het uithardbare materiaal kan breken en de wapeningsvezels kunnen vrijkomen uit de wapeningsvezel-bundel.
15 Bij voorkeur worden de aanvullende hechtmiddelen zodanig geko zen dat de wapeningsvezels 2 van de wapeningsvezelbundel 1 onder spanning bijeen worden gehouden. Bijvoorbeeld wordt een strakke elastiek of een strak aangedraaide metaaldraad gekozen als aanvullende hechtmiddelen. Na' mengen met het uithardbare materiaal en 20 verbrokkelen van de hechtsubstantie 5 zal de verdeling van de wapeningsvezels 2 in het uithardbare materiaal beter plaatsvinden.
De vorm van de wapeningsvezelbundel in Fig. 1 komt in hoofdzaak overeen met die van een cilinder. De lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundel bedraagt bij benadering 1. Bij een dergelijke 25 vorm lijken de wapeningsvezelbundels op "keien" en vertonen aldus slechts een geringe neiging tot zogenaamde brugvorming in opslaghou-ders. Dit is het zodanig in elkaar grijpen van bundels in een opslag-houder, dat uitstroming daaruit tot stilstand komt: de onderste nog niet uitgestroomde vezelbundels vormen dan als het ware een brug van 30 de ene (kant van de) wand van de opslaghouder naar de andere. Hoewel een waarde van ongeveer 1 voor de lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundel wordt geprefereerd, zijn waarden tussen 0,2 en 5 ook nog bruikbaar.
De afmetingen van de wapeningsvezelbundel worden in hoge mate 35 bepaald door de gebruikte wapeningsvezels. De lengte daarvan bedraagt veelal tussen 0,25 en 10 cm hoewel ook andere afmetingen denkbaar zijn. De doorsnede van een wapeningsvezelbundel bedraagt bij voorkeur 0,25 tot 10 cm terwijl ook hier andere waarden mogelijk zijn.
1 0 1 6 8 64 - 9 -
Fig. 2 toont een wapeningsvezelbundel 1 waarin de uiteinden 3 van de wapeningsvezels 2 onderling zijn verbonden door aanbrengen van telkens een laag hechtsubstantie 5.
In Fig. 3 wordt een detail van Fig. 2 getoond, waarin is te 5 zien dat de uiteinden 3 van de wapeningsvezels 2 zijn bedekt met hechtsubstantie 5. In de hechtsubstantie 5 zijn zeer fijne verster-kingsvezels 6 van polypropeen opgenomen. De laagdikte van de hechtsubstantie 5 is bij benadering even groot als de lengte van het haakvormige uiteinde 3.
10 Het is denkbaar om in plaats van de uiteinden 3 de zijkanten te bedekken, maar bedekken van de uiteinden verdient de voorkeur omdat aldus doelmatig kan worden voorkomen dat de veelal haakvormige uiteinden 3 van de wapeningsvezels 2 van verschillende wapeningsvezelbundel s 1 in elkaar verstrikt raken en aldus brugvorming in een 15 opslaghouder voor wapeningsvezelbundels en dergelijke ontstaat.
De hechtsubstantie 5 is inert met betrekking tot het uithard-bare materiaal om te voorkomen dat de eigenschappen daarvan nadelig worden beïnvloed. Bij voorkeur is het materiaal van de hechtsubstantie in hoofdzaak gelijk aan het uithardbare materiaal, bijvoorbeeld 20 beton. Hierdoor is gewaarborgd dat de eigenschappen van het uiteindelijke gewapende uitgeharde materiaal niet of nauwelijks worden beïnvloed. Ook andere hechtsubstanties, zoals verschillende keramische massa's zijn mogelijk.
De brosheid van de hechtsubstantie 5 ofwel de weerstand daarvan 25 tegen breken onder (mechanische) belasting kan onder andere worden ingesteld door de onderlinge verhouding van bindmiddel, zand en dergelijke bestanddelen ervan geschikt te kiezen. Soms is de te bereiken sterkte onvoldoende om goede transporteigenschappen, een goede handelbaarheid enzovoort te waarborgen. In dat geval kan de 30 hechtsubstantie op zijn beurt worden voorzien van versterkingsvezel-tjes 6. Bijvoorbeeld kunnen polypropeen- of glasvezeltjes van tussen 1 en 100 μτη diameter ingebed worden in de hechtsubstantie. Door toevoegen van dergelijke vezeltjes nemen de treksterkte en de algemene weerstand tegen breken door mechanische belasting van de hecht-35 substantie toe. Aldus blijven de wapeningsvezelbundels 1 intact tijdens transport, opslag en dergelijke, zonder dat daarvoor speciale maatregelen nodig zijn. De versterkingsvezels 6 kunnen bijdragen tot het verbeteren van de eigenschappen van het uithardbare materiaal 1016864 - 10 -
De hecht substantie 5 is bij de wapeningsvezelbundel 1 van de figuren 2 en 3 aan beide uiteinden van de samenstellende vezels 2 aangebracht. Ook is het denkbaar dat de hele wapeningsvezelbundel 1 wordt omhuld of zelfs doordrenkt met hechtsubstantie 5, of dat 5 slechts één einde van de vezelbundel 1 wordt bedekt met hechtsubstantie 5. Dit verdient echter meestal niet de voorkeur. Ofwel moet een overmatig grote hoeveelheid hechtsubstantie worden gebruikt, waarbij de sterkte van de wapeningsvezelbundel 1 zodanig toeneemt dat de tijd waarin deze tijdens mengen met het uithardbare materiaal uiteen moet 10 vallen buitensporig toeneemt, ofwel blijven de ene uiteinden 3 van de wapeningsvezels 2 vrij, zodat de einden van wapeningsvezels van verschillende wapeningsvezelbundels 1 in elkaar kunnen haken en aldus brugvorming van de wapeningsvezelbundels 1 veroorzaken.
De hechtsubstantie 5 kan worden aangebracht door middel van 15 opsmeren, sproeien, strijken, spuiten van de gewenste hoeveelheid, enzovoort. Daarnaast kan de wapeningsvezelbundel 1 in een houder met hechtsubstantie 5 worden gedompeld of gedrukt tot de gewenste in-dringdiepte. Na aanbrengen van de hechtsubstantie kan deze indien nodig worden uitgehard door drogen aan de lucht, behandeling met 20 warmte, een combinatie hiervan of enige andere geschikte wijze.
In Fig. 4a-c is een werkwijze weergegeven voor het mengen van wapeningsvezelbundels volgens de uitvinding met uit te harden materiaal in een houder.
In Fig. 4a bevinden wapeningsvezelbundels 1 zich in een opslag-25 houder 7 met aan de onderzijde een afsluitbare afvulopening 8 die kan worden geopend door middel van een beweegbare schuif 9. Onder de afvulopening 8 is een houder 10 geplaatst waarin zich uithardbaar materiaal 11 bevindt. De schuif 9 is geopend en de wapeningsvezelbundels 1 stromen uit de opslaghouder 7 in het uithardbare materiaal 11. 30 Het toevoegen van de wapeningsvezelbundels 1 gebeurt niet altijd onmiddellijk aan het uithardbare materiaal 11, zoals in Fig. 4a getoond. Zo is het ook mogelijk om de verschillende bestanddelen van het uithardbare materiaal eerst in afzonderlijke opslag-silo's aan te brengen en vanuit deze silo's de juiste hoeveelheden 35 van de verschillende bestanddelen in de houder 10 toe te voeren. Het is ook mogelijk om de wapeningsvezelbundels 1 vanuit de betreffende opslagsilo via een transportband naar de houder 10 te verplaatsen. Het is dan gewenst om brugvorming van de wapeningsvezelbundels 1 in de betreffende opslagsilo tegen te gaan.
10 1 6 8 64 - 11 -
In Fig. 4b zijn de wapeningsvezelbundels 1 reeds enigermate verdeeld over het uithardbare materiaal 11 met behulp van mengmidde-len (niet weergegeven). Tevens zijn verkleinde vezelbundeltjes 12 en losse wapeningsvezels 2 getoond. Aan sommige losse wapeningsvezels 2 5 hechten nog hechtsubstantieresten 13, terwijl ook verspreid door het uithardbare materiaal 11 losse hechtsubstantieresten 13 voorkomen.
In Fig. 4c zijn alle wapeningsvezels 2 onderling gescheiden, terwijl verspreid door het hele uithardbare materiaal hechtsubstantieresten 13 voorkomen. Na uitharden van het uithardbare materiaal 11 10 vormen deze slechts daarin opgenomen korreltjes, terwijl er, indien de hechtsubstantie 5 en het uithardbare materiaal 11 in hoofdzaak met elkaar overeenkomen, na uitharden van het uithardbare materiaal slechts een homogeen materiaal met daarin wapeningsvezels resteert, waarin geen afzonderlijke resten van de hechtsubstantie zijn aan te 15 wijzen.
1016864

Claims (17)

1. Wapeningsvezelbundel (1), omvattende een aantal onderling in 5 hoofdzaak evenwijdige wapeningsvezels (2) voor het wapenen van een uithardbaar materiaal (11), welke wapeningsvezels (2) tenminste aan hun uiteinden (3) onderling zijn verbonden, met het kenmerk, dat tenminste de uiteinden (3) van de wapeningsvezels (2) zijn verbonden door middel van een hechtsubstantie (5) die in hoofdzaak inert is met 10 betrekking tot het nog niet uitgeharde uithardbare materiaal (11) en die bij mengen van de wapeningsvezelbundels (1) met tenminste het uithardbare materiaal (11) zijn samenhang verliest.
2. Wapeningsvezelbundel (1) volgens conclusie 1, met het ken-15 merk, dat de hechtsubstantie (5) een hechtsubstantie is die zijn samenhang verliest onder invloed van mechanische krachten tijdens het mengen van de wapeningsvezelbundels (1) met tenminste het uithardbare materiaal (11).
3. Wapeningsvezelbundel (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de hechtsubstantie (5) een bros uithardende substantie is.
4. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voor-25 gaande conclusies, met het kenmerk, dat de hechtsubstantie (5) in hoofdzaak het uithardbare materiaal (11) omvat.
5. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de hechtsubstantie (5) 30 versterkingsvezels (6) omvat.
6. Wapeningsvezelbundel (1) volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de versterkingsvezels (6) glasvezels of polypropeenvezels omvatten met een diameter van ten hoogste 100 micrometer. 35
7. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundel (1) ten minste 0,2 en ten hoogste 5 bedraagt. 1016884 - 13 -
8. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de 1engte-diameterverhouding van de wapeningsvezelbundel (1) ten minste 0,5 en ten hoogste 1,5 5 bedraagt.
9. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de wapeningsvezelbundel (1) in hoofdzaak cilindervormig is. 10
10. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lengte-diameterverhouding van de wapeningsvezels (2) ten minste 40 bedraagt.
11. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voor gaande conclusies, met het kenmerk, dat de wapeningsvezels (2) zijn vervaardigd van staal met een treksterkte tussen 500 en 3000 N/mm2.
12. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voor- 20 gaande conclusies, met het kenmerk, dat de uiteinden (3) van de wapeningsvezels (2) haakvormig zijn.
13. Wapeningsvezelbundel (1) volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste de uiteinden (3) 25 van de wapeningsvezels (2) in hoofdzaak glad zijn af gedekt door de hechtsubstantie (5).
14. Wapeningsvezelbundel (1) volgens conclusies 12 of 13, met het kenmerk, dat de dikte van de aangebrachte hechtsubstantie (5) in 30 hoofdzaak overeenkomt met de lengte van de haakvormige uiteinden (3) van de wapeningsvezels (2) .
15. Werkwijze voor het aaneenvoegen van wapeningsvezels (2) tot wapeningsvezelbundels (1) voor het wapenen van een uithardbaar 35 materiaal (11) , waarbij wapeningsvezels (2) in een in hoofdzaak onderling evenwijdige positie worden gebundeld en tenminste aan hun uiteinden (3) onderling worden verbonden, met het kenmerk, dat de wapeningsvezels (2) worden verbonden door op tenminste de uiteinden van de wapeningsvezelbundel (1) een hechtsubstantie (5) aan te 1016864 - 14 - brengen die in hoofdzaak inert is met betrekking tot het nog niet uitgeharde uithardbare materiaal (11) en die onder invloed van mechanische krachten bij mengen van de wapeningsvezelbundels (1) met tenminste het uithardbare materiaal (11) zijn samenhang verliest. 5
16. Werkwijze volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat een bros uithardende hechtsubstantie (5) wordt aangebracht die men na het aanbrengen laat uitharden.
17. Werkwijze volgens conclusie 15 of 16, met het kenmerk, dat het in hoofdzaak evenwijdig bundelen van de wapeningsvezels (2) onder spanning plaatsvindt. 1016864
NL1016864A 2000-12-13 2000-12-13 Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel. NL1016864C2 (nl)

Priority Applications (19)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016864A NL1016864C2 (nl) 2000-12-13 2000-12-13 Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel.
AT01990537T ATE423244T1 (de) 2000-12-13 2001-12-06 Verstärkungsfaserbündel und herstellungsverfahren eines solchen verstärkungsfaserbündels
JP2002550180A JP3994055B2 (ja) 2000-12-13 2001-12-06 強化繊維束および強化繊維束の製造方法
MXPA03005156A MXPA03005156A (es) 2000-12-13 2001-12-06 Fardo de fibras de refuerzo y metodo de produccion del fardo de fibras de refuerzo.
US10/433,472 US6881479B2 (en) 2000-12-13 2001-12-06 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
AU2964102A AU2964102A (en) 2000-12-13 2001-12-06 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
EA200300675A EA004847B1 (ru) 2000-12-13 2001-12-06 Пучок армирующих волокон и способ изготовления такого пучка армирующих волокон
CNB018204368A CN1262718C (zh) 2000-12-13 2001-12-06 增强纤维束和制造这种增强纤维束的方法
PCT/EP2001/014482 WO2002048476A1 (en) 2000-12-13 2001-12-06 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
KR1020037007161A KR100750450B1 (ko) 2000-12-13 2001-12-06 보강섬유속과 이러한 보강섬유속의 제조방법
EP01990537A EP1341976B1 (en) 2000-12-13 2001-12-06 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
PL362456A PL211207B1 (pl) 2000-12-13 2001-12-06 Wiązka włókien wzmacniających i sposób łączenia włókien wzmacniających w wiązki
DE60137705T DE60137705D1 (de) 2000-12-13 2001-12-06 Verstärkungsfaserbündel und herstellungsverfahren eines solchen verstärkungsfaserbündels
CA002428684A CA2428684C (en) 2000-12-13 2001-12-06 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
AU2002229641A AU2002229641B2 (en) 2000-12-13 2001-12-06 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
BRPI0116108-3A BR0116108B1 (pt) 2000-12-13 2001-12-06 feixe de fibras de reforço e método para unir fibras de reforço.
TW090130337A TWI237078B (en) 2000-12-13 2001-12-07 Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
ARP010105772A AR031663A1 (es) 2000-12-13 2001-12-12 Haz de fibras de refuerzo y metodo de produccion de dicho haz de fibras de refuerzo
NO20032677A NO20032677L (no) 2000-12-13 2003-06-12 Forsterkningsfiberbunt og produksjonsfremgangsmåte for slik forsterkningsfiberbunt

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016864A NL1016864C2 (nl) 2000-12-13 2000-12-13 Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel.
NL1016864 2000-12-13

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1016864C2 true NL1016864C2 (nl) 2002-06-14

Family

ID=19772577

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1016864A NL1016864C2 (nl) 2000-12-13 2000-12-13 Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel.

Country Status (18)

Country Link
US (1) US6881479B2 (nl)
EP (1) EP1341976B1 (nl)
JP (1) JP3994055B2 (nl)
KR (1) KR100750450B1 (nl)
CN (1) CN1262718C (nl)
AR (1) AR031663A1 (nl)
AT (1) ATE423244T1 (nl)
AU (2) AU2002229641B2 (nl)
BR (1) BR0116108B1 (nl)
CA (1) CA2428684C (nl)
DE (1) DE60137705D1 (nl)
EA (1) EA004847B1 (nl)
MX (1) MXPA03005156A (nl)
NL (1) NL1016864C2 (nl)
NO (1) NO20032677L (nl)
PL (1) PL211207B1 (nl)
TW (1) TWI237078B (nl)
WO (1) WO2002048476A1 (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1024320C2 (nl) 2003-09-18 2005-03-21 Kema Nv Scheidingswand, wandelementen en wandcassettes voor een dergelijke scheidingswand.
US20060070341A1 (en) * 2004-08-20 2006-04-06 Paul Schmidt Unitized fibrous constructs having functional circumferential retaining elements
ITBO20050074U1 (it) * 2005-11-28 2007-05-29 Fili & Forme Srl Manufatto per l'edilizia
US8877346B2 (en) 2009-01-09 2014-11-04 Nv Bekaert Sa Longitudinal belt with reinforcing fibres
EP2239391A1 (en) * 2009-04-06 2010-10-13 Ecole Polytechnique Fédérale de Lausanne Reinforcing element for concrete construction
JP5700496B2 (ja) * 2010-03-08 2015-04-15 東邦テナックス株式会社 炭素繊維チョップドストランド及びその製造法
EP2374860A1 (en) * 2010-04-12 2011-10-12 Services Pétroliers Schlumberger Methods for treating fibers
CN115594449B (zh) * 2022-10-18 2023-07-14 南通大学 改善纤维丝与水泥基体界面力学性能的织物增强水泥基复合材料的制备方法

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4224377A (en) * 1973-04-16 1980-09-23 N. V. Bekaert S.A. Reinforcing member for castable material and process of mixing reinforcing elements with said material
US5091255A (en) * 1990-01-23 1992-02-25 American Cyanamid Company Molding granules, their manufacture and their use in the production of molded articles
BE1003656A3 (nl) * 1989-12-18 1992-05-12 K U Leuven Res En Dev Werkwijze en inrichting voor het verpakken van wapeningsvezels en verpakking van wapeningsvezels.
EP0557617A1 (en) * 1992-02-25 1993-09-01 N.V. Bekaert S.A. Strip of reinforcing fibres
WO1996002715A1 (de) * 1994-07-20 1996-02-01 Fortatech Ag Kunststoffasern zur beimischung in eine aushärtende masse, insbesondere beton oder mörtel
US5897928A (en) * 1993-05-03 1999-04-27 Minnesota Mining And Manufacturing Company Reinforcing elements for castable composition
WO2000049211A1 (en) * 1999-02-19 2000-08-24 W.R. Grace & Co.-Conn. Packeting fibers for castable compositions

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4224377A (en) * 1973-04-16 1980-09-23 N. V. Bekaert S.A. Reinforcing member for castable material and process of mixing reinforcing elements with said material
BE1003656A3 (nl) * 1989-12-18 1992-05-12 K U Leuven Res En Dev Werkwijze en inrichting voor het verpakken van wapeningsvezels en verpakking van wapeningsvezels.
US5091255A (en) * 1990-01-23 1992-02-25 American Cyanamid Company Molding granules, their manufacture and their use in the production of molded articles
EP0557617A1 (en) * 1992-02-25 1993-09-01 N.V. Bekaert S.A. Strip of reinforcing fibres
US5897928A (en) * 1993-05-03 1999-04-27 Minnesota Mining And Manufacturing Company Reinforcing elements for castable composition
WO1996002715A1 (de) * 1994-07-20 1996-02-01 Fortatech Ag Kunststoffasern zur beimischung in eine aushärtende masse, insbesondere beton oder mörtel
WO2000049211A1 (en) * 1999-02-19 2000-08-24 W.R. Grace & Co.-Conn. Packeting fibers for castable compositions

Also Published As

Publication number Publication date
CA2428684A1 (en) 2002-06-20
US20040028898A1 (en) 2004-02-12
ATE423244T1 (de) 2009-03-15
AU2964102A (en) 2002-06-24
KR100750450B1 (ko) 2007-08-22
NO20032677D0 (no) 2003-06-12
TWI237078B (en) 2005-08-01
JP2004520501A (ja) 2004-07-08
KR20030065528A (ko) 2003-08-06
NO20032677L (no) 2003-06-12
BR0116108A (pt) 2004-02-25
CN1262718C (zh) 2006-07-05
JP3994055B2 (ja) 2007-10-17
PL362456A1 (en) 2004-11-02
CN1479831A (zh) 2004-03-03
EP1341976B1 (en) 2009-02-18
PL211207B1 (pl) 2012-04-30
US6881479B2 (en) 2005-04-19
AU2002229641B2 (en) 2006-06-22
BR0116108B1 (pt) 2011-09-06
AR031663A1 (es) 2003-09-24
CA2428684C (en) 2009-07-14
EA200300675A1 (ru) 2004-06-24
EA004847B1 (ru) 2004-08-26
MXPA03005156A (es) 2003-09-22
DE60137705D1 (de) 2009-04-02
EP1341976A1 (en) 2003-09-10
WO2002048476A1 (en) 2002-06-20

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN1099945C (zh) 一种组合包及使可浇注组合物增强的方法
NL1016864C2 (nl) Wapeningsvezelbundel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke wapeningsvezelbundel.
US6340522B1 (en) Three-dimensional twisted fibers and processes for making same
DK141454B (da) Fremgangsmåde til indføring af små aflange metalarmeringselementer i et støbeligt materiale på cementbasis og grupper af armeringselementer til anvendelse ved fremgangsmåden.
US5741589A (en) Construction material made of woody material and mortar
AU2002229641A1 (en) Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle
EP0557617A1 (en) Strip of reinforcing fibres
KR100668619B1 (ko) 섬유 보강재 및 그 제조 방법
JPH0143704B2 (nl)
EP0152490A1 (en) Improved fibre-reinforced cement and process
ZA200303678B (en) Reinforcement fiber bundle and production method of such reinforcement fiber bundle.
NL1016105C2 (nl) Vezelmengsel voor beton.
NL193325C (nl) Vervaardiging van bitumineus beton versterkt met staaldraadsnippers.
US4174366A (en) Method of making reinforced concrete
US20050011417A1 (en) Unitized filamentary concrete reinforcement having circumferential binding element
WO2014145374A1 (en) Reinforcement fibers in portland and asphalt cement concrete
HU189284B (en) Body made of fibre reinforced afterhardening material particularly concrete body as well as method for producing such concrete body
EP1641725A1 (en) Unitized structural reinforcement construct
BE1004263A3 (nl) Vervaardiging van bitumineus beton versterkt met staaldraadsnippers.
JP2003128447A (ja) 水硬性物質補強用高靭性不織布マット
NO884994L (no) Fremgangsmaate for fremstilling av legemer, saerlig byggeelementer av hydraulisk bundne, tilherdede materialblandinger og til disse tilfoerte armeringsfibre, samt fremgangsmaatefor produksjon av plastfibre med rugjort overflate.
JPS62185946A (ja) 構造用材料
KR20120005687A (ko) 인장 강도 및 전단 강도 강화 접착제 및 상기 접착제를 이용한 접착 방법
TH34056A (th) วิธีการผลิตผลิตภัณฑ์คอนกรีตอัดแรงเหลี่ยมมนเสริมกำลังเพื่อจุดประสงค์ในการรับน้ำหนักตามแนวยาว
MXPA00008812A (en) Fiber reinforced building materials

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20130701