NL1016602C2 - Luchtbehandelingskast. - Google Patents

Description

NL 44.562-MP/co Luchtbehandelingskast

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een luchtbehandelingskast, welke in hoofdzaak bestaat uit een behuizing die kunststof wandpanelen en kunststof profielen omvat welke onderling met elkaar zijn verbonden. Tevens heeft 5 de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een paneel voor toepassing in een luchtbehandelingskast .

In de praktijk worden dergelijke luchtbehandelings-kasten sinds enkele jaren toegepast. Deze kasten hebben ech-10 ter een aantal grote nadelen. Zo bestaan de momenteel in de praktijk toegepaste luchtbehandelingskasten o.a. uit wandpanelen welke een zeer arbeidsintensieve vervaardigingswerkwij-ze behoeven, welke zodanig is dat grote afmetingstoleranties worden verkregen. Dit betekent, dat de afzonderlijke onderde-15 len van de in de praktijk toegepaste luchtbehandelingskasten slecht op elkaar aansluiten waardoor grote kieren worden gevormd. Hierdoor wordt lucht van buitenaf onbedoeld in de kast aangezogen, of wordt lucht door de kieren van binnen naar buiten de kast gevoerd. Een ander nadeel van de bekende 20 luchtbehandelingskasten is dat, afhankelijk van de weersomstandigheden, het isolatiemateriaal in de wandpanelen voor buitentoepassingen veelal onvoldoende is. Nog een ander nadeel is dat momenteel, in het geval de luchtbehandelingskast in een vochtige omgeving staat, vocht makkelijk tussen de 25 kieren die zich bevinden tussen de wandpanelen en de profielen, kan binnendringen.

De uitvinding heeft nu tot doel een verbeterde luchtbehandelingskast zoals hiervoor genoemd, te verschaffen, welke de bovengenoemde nadelen niet heeft. Daartoe voorziet 30 de uitvinding in een luchtbehandelingskast als in de aanhef genoemd, welke wordt gekenmerkt doordat de wandpanelen worden gevormd door een schaaldeel van polyurethaanhars, dat een eerste hoofdvlak van het wandpaneel en zijwanden daarvan omvat, en een afdekelement dat een tweede hoofdvlak van het 10166^2 2 wandpaneel omvat, waarbij het tweede hoofdvlak in hoofdzaak parallel aan het eerste hoofdvlak ligt. Doordat het schaal-deel als één geheel uit een polyurethaanhars is vervaardigd wordt een stijf en vormvast deel verkregen. Bovendien wordt 5 hierdoor verkregen dat de afdichting tussen het eerste hoofdvlak en de zijwanden optimaal is. Volgens een ander aspect wordt het wandpaneel gekenmerkt door een polyurethaanhars schuimmateriaal als vulling in het wandpaneel. Hierdoor wordt een onovertroffen vulling van de wandpanelen verkregen. Bo-10 vendien leidt dit inherent tot een goede hechting tussen het schaaldeel en het schuimmateriaal. Volgens nog een ander aspect bestaat ook het afdekelement van een polyurethaanhars, wat een goede hechting van het element oplevert.

Volgens weer een ander aspect van de uitvinding 15 wordt deze gekenmerkt doordat de profielen ten minste twee in hoofdzaak parallelle, aanliggende kamers omvatten. Een bijzondere voorkeur gaat uit naar een dergelijke uitvoeringsvorm wanneer een eerste kamer is gelegen aan de zijde van het profiel die zich bevindt aanliggend aan de binnenzijde van de 20 luchtbehandelingskast en een tweede kamer is gelegen aan de zijde van het profiel die zich bevindt aanliggend aan de buitenzijde van de luchtbehandelingskast.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm liggen de zijwanden in hoofdzaak aan tegen de profielen en liggen de 25 aan de binnenzijde van de kast gelegen hoofdvlakken met hun omtreksrand nagenoeg tegen elkaar ter plaatse van de randen van de kast.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm bevindt zich tussen de panelen en de profielen voor het vormen van 30 een gasdichte afdichting, een nabij de omtreksranden van de zijwanden rondom aangebracht geschikt materiaal, bijvoorbeeld een elastisch kunststof materiaal, bij voorkeur een schuimmateriaal. Hierbij heeft het met name de voorkeur wanneer de wandpanelen nabij de zijwanden ten minste twee rondom lopende 35 steunvlakken omvatten welke middels de gasdichte afdichting tegen overeenkomstige vlakken op de profielen aanliggen. Een eerste vlak bevindt zich in dit geval bij voorkeur op een positie nabij de binnenzijde, of het aan de binnenzijde gelegen 1 016602 \ 3 hoofdvlak, van de kast en een tweede vlak bevindt zich nabij een meer naar buiten gelegen zijde, of het aan de buitenzijde gelegen hoofdvlak, van de kast. Hierbij heeft het met name de voorkeur wanneer de gasdichte afdichting op de steunvlakken 5 van de wandpanelen is aangebracht. Wanneer de steunvlakken, en derhalve de afdichting, zich nabij de hoofdvlakken bevinden, wordt een zeer korte kier tussen het profiel en het wandpaneel verkregen, waardoor zich vrijwel geen vocht daartussen kan ophopen. Hierdoor zullen bacteriën, schimmels en 10 andere organismen geen of een onvoldoende voedingsbodem vinden.

Verdere voordelen alsmede eigenschappen van de uitvinding zullen duidelijker worden aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van de uitvinding, als-15 mede van de bij gevoegde tekeningen.

Fig. 1 toont een schematisch, perspectivisch aanzicht van het profiel van een luchtbehandelingskast volgens de uitvinding, met twee aan het profiel te bevestigen wandpanelen.

20 Fig. 2 toont een doorsnede door wandpanelen en pro fielen van een luchtbehandelingskast.

Fig. 3 toont een schematische weergave van een deel van een hoekkoppelstuk en een daarop te bevestigen deel van een profiel.

25 Fig. 4 toont een doorsnede van een profiel en een hoekkoppelstuk in de richting van de pijlen IV-IV van fig. 3.

Fig. 1 toont het geheel van profielen 1, welke onderdeel vormen van een luchtbehandelingskast 2 volgens de 30 uitvinding. Tevens staan schematisch weergegeven wandpanelen 3 welke met hun omtreksranden 4 tegen de profielen 1 passend kunnen worden aangelegd. De wandpanelen 3 hebben een daartoe geschikte vorm. Wanneer alle door profielen gevormde vlakken van het in fig. 1 weergegeven samenstel van profielen worden 35 voorzien van wandpanelen 3, wordt een afgesloten kast verkregen. Met behulp van hoekkoppelstukken 16 kunnen de profielen 1 met elkaar worden gekoppeld.

1 016602

V

\ 4

In fig. 2 wordt een doorsnede getoond van profielen 1 welke op hierna te beschrijven wijze zijn gekoppeld aan wandpanelen 3. Hoewel in deze fig. 2 zowel profielen 1 als 1' zijn weergegeven, wordt hierna in de beschrijving in hoofd- 5 zaak slechts verwezen naar profielen 1, maar dit dient niet als een beperking te worden opgevat. De in fig. 2 weergegeven profielen 1 omvatten twee kamers 4, 5. De kamer 4 is gelegen aan de buitenzijde van de te vórmen luchtbehandelingskast 2, terwijl de kamer 5 zich bevindt nabij de binnenzijde van de 10 kast. Het profiel 1 bevat steunvlakken 6, 7, waartegen overeenkomstige steunvlakken 8, 9 van een wandpaneel 3 middels afdichtingsmateriaal kunnen afsteunen wanneer deze met het profiel 1 worden gekoppeld. Zoals tevens blijkt uit fig. 2, is op het paneel 3 ter plaatse van de steunvlakken 8, 9 een 15 afdichtingsmateriaal aangebracht. Dit afdichtingsmateriaal 10, is bij voorkeur een althans enigszins flexibel materiaal, waardoor het afdichtingsmateriaal zich vormt naar de oppervlakken van de steunvlakken 6, 7 en 8, 9, wanneer het paneel tegen het profiel door aanligging van steunvlak 9' tegen 20 steunvlak 6 onder druk wordt gekoppeld. Deze koppeling kan plaatsvinden met behulp van bijvoorbeeld schroeven, welke door daartoe aangebrachte openingen 11 in het paneel worden geleid en door een wand van de binnenste kamer 5 van het profiel 1 worden gevoerd. Het voordeel van een dergelijke beves-25 tiging is dat de schroeven of iets dergelijks door een binnenwand van het profiel 1 worden gevoerd waardoor geen contact met het inwendige van de te vormen luchtbehandelingskast 2 kan worden verkregen. Hierdoor blijft een goede isolatie gewaarborgd.

30 De panelen 3 bestaan in hoofdzaak uit twee delen, een schaaldeel en een afdekelement 12. Het schaaldeel bestaat uit één geheel en wordt gevormd door een eerste hoofdvlak 13 en zijwanden 14. De steunvlakken 8, 9 van de panelen 3 bevinden zich respectievelijk in de nabijheid van de hoofdplaten 35 13, 12. Hierbij wordt opgemerkt, dat de afdichtingsmaterialen 10 over de gehele omtrek van de panelen 3, ter plaatse van de steunvlakken 8, 9, zijn aangebracht. Ter plaatse van de schroefopeningen 11 in de panelen 3, waarmee deze aan de pro- 1016602 5 fielen kunnen worden bevestigd, wordt het afdichtingsmateri-aal 10 rondom deze schroefopeningen 11 aangebracht. Hierdoor wordt te allen tijde een goede afdichting van de panelen 3 tegen de profielen 1 gewaarborgd. Tevens wordt hierdoor ver-5 kregen dat zich geen vocht in de kieren kan ophopen, waardoor bacteriën, schimmels en andere ongewenste organismen zich daar kunnen vermenigvuldigen. Ook wordt het hierdoor onmogelijk dat vocht van buiten de kast naar binnen kan worden gezogen, wat met name ongewenst is wanneer de luchtbehande-10 lingskast voor drogende toepassingen wordt ingezet.

De profielen 1 zijn voorzien van uithollingen 15 in de wanden van de binnenkamer 5. Deze uithollingen 15 dienen om bijvoorbeeld een hevelslot 23, welke bijvoorbeeld in de zijwand 14 van een wandpaneel kan zijn bevestigd, op te ne-15 men. Een dergelijke bevestiging voor een slot heeft het voordeel dat het slot van buitenaf kan worden bediend en in de constructie van het wandpaneel kan worden opgenomen, waardoor geen koudebrug naar de binnenzijde van de kast wordt gevormd. Tevens heeft een dergelijk slot het voordeel dat de binnen-20 zijde van het paneel geheel vlak, zonder naden, is uitgevoerd, waardoor zicht daar geen vuil etcetera kan ophopen. Door de profielen 1 telkens van uitsparingen 15 te voorzien aan de beide wanden waartegen de panelen met de zijwanden 14 aanliggen, is het mogelijk om te allen tijde een wandpaneel 3 25 te plaatsen welke is voorzien van één of meerdere van dergelijke hevelsloten 23. Bijvoorbeeld is het mogelijk om een wandpaneel aan alle zijwanden 14 te voorzien van dergelijke hevelsloten, waardoor een dergelijk paneel eenvoudig kan worden geplaatst en gekoppeld aan de profielen 1, zonder dat 30 daarvoor schroefverbindingen nodig zijn. Met name wanneer regelmatig onderhoud of inspectie nodig is, is dit een zeer voordelige constructie.

Doordat de wandpanelen zoals getoond in fig. 2 steeds ten opzichte van hun middenlijn symmetrisch zijn uit-35 gevoerd, zullen deze qua profilering van de zijwanden 14 te allen tijde goed aansluiten op de profielen 1. Met name wanneer een complete luchtbehandelingskast zodanig is vorm gegeven dat de wandpanelen 3 telkens vierkanten zijn, is het niet 1016602 6 van belang in welke stand deze worden gemonteerd. Wanneer de wandpanelen een rechthoekige vorm vertonen, heeft het de voorkeur dat tegenover liggende randen van de panelen 3 identieke vormen hebben.

5 Omdat in de weergegeven uitvoeringsvorm de steun- vlakken 7 en 8 elk onder een hoek van 45° t.o.v. de hoofdvlakken staan en op geringe afstand van het hoofdvlak zijn aangebracht, sluiten in de hoeken van de kast, d.m.v. een onder een hoek van 45° uitstekende lip aan het profiel 1, de 10 hoofdvlakken van de wandpanelen goed op elkaar aan.

In fig. 3 wordt getoond, dat de hoeken van de kast welke door drie aanliggende panelen 3 worden gevormd, bestaan uit hoekkoppelstukken 16. Deze hoekkoppelstukken 16 bevinden zich op alle hoeken van de luchtbehandelingskast zoals ge-15 toond in fig. 1. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm zijn deze hoekkoppelstukken 16 zodanig vorm gegeven dat hun profiel 1 eenvoudig daaroverheen kan worden geschoven, zoals weergegeven in fig. 3. Het hoekkoppelstuk 16 heeft daarbij een zodanige vorm, dat de drie dubbele stompen 17, 17', 18, 20 18', 19, 19' onderling telkens een hoek van 90° hebben. Vol gens een bijzondere voorkeursuitvoeringsvorm, zoals getoond in fig. 4, omvatten de stompen daarbij een nok 20 welke samenwerkt met een opening of uitholling 21 in de tussenwand 22 van het profiel 1. Hierdoor wordt een eenvoudige arrêteerver-25 grendeling tussen het profiel 1 en het hoekkoppelstuk 16 verkregen.

Zoals weergegeven in fig. 2, zijn twee verschillende profielen 1, 1' getoond. Het profiel 1 dient voor de plaatsing aan de randen van de luchtbehandelingskast 2. Hierbij is 30 het profiel zodanig vorm gegeven, dat, wanneer een wandpaneel 3 aan het profiel 1 is gekoppeld, de zich aan de binnenzijde van de kast bevindende hoofdplaat 13, nagenoeg aanligt tegen de hoofdplaat 13 van het andere tegen dat profiel 1 te koppelen wandpaneel. Hierdoor wordt verkregen dat de dikte van de 35 wandpanelen vrijwel identiek is aan de dikte van de profielen. De binnenzijde van de luchtbehandelingskast zal daardoor een zeer vlakke afwerking hebben, m.n. wanneer ook de profielen 1' dezelfde dikte als de wandpanelen hebben. Hierdoor 1 016602 7 wordt verkregen dat zich vrijwel geen naad bevindt in de hoeken van de luchtbehandelingskast. Dit wordt in de weergegeven uitvoeringsvorm mede verkregen doordat het afdichtingsmateri-aal 10 zeer dicht nabij de hoofdplaat 13 van het paneel is 5 aangebracht. Het profiel 1', zoals getoond in fig. 2, omvat eveneens twee gescheiden kamers, welke aanliggend zijn, en zich loodrecht in het vlak van de tekening uitstrekken. Ook dit profiel is voorzien van uitsparingen 15, voor het kunnen opnemen van bijvoorbeeld de grendel van een hevelslot 23. Zo-10 als blijkt uit fig. 2, zal een schroef (niet getoond), om het wandpaneel 3 aan het profiel 1' te bevestigen, door de wand van de binnenste kamer worden gevoerd. Hierdoor wordt verkregen dat de schroef de buitenwand van de kast niet zal vernielen.

15 Het heeft de voorkeur om de wandpanelen te vervaar digen van een materiaal dat een zeer lage uitzettingscoëffi-ciënt heeft. Met name voor toepassingen waar de luchtbehandelingskast wordt onderworpen aan sterk wisselende temperaturen, heeft het de voorkeur dat het materiaal bij toenemende 20 temperatuur niet uitzet. Het heeft met name de voorkeur wanneer het materiaal van het wandpaneel bestaat uit een poly-urethaanhars, polyesterhars, ABS, polystyreen of dergelijke. Volgens de uitvinding is het schaaldeel uit één geheel gevormd, bij voorkeur van polyurethaanhars of een ander genoemd 25 materiaal. Dit kan bijvoorbeeld eenvoudig geschieden door een vorm of perswerkwijze, waardoor een schaaldeel wordt verkregen. Bij het vervaardigen van het gehele wandpaneel, kan vervolgens in het schaaldeel een schuimbaar polyurethaan-voorschuim worden gebracht, waarna een afdekelement, welke 30 het tweede hoofdvlak vormt, bijvoorbeeld het hoofdvlak welke zich aan de buitenzijde van de luchtbehandelingskast zal bevinden, op het schaaldeel worden geplaatst. Hierbij dienen aflaatopeningen tussen het schaaldeel en het afdekelement te worden vrijgelaten. Wanneer het afdekelement met voldoende 35 kracht op het schaaldeel wordt gehouden, zal door het opschuimen van het schuimbare polyurethaan-voorschuim, het gehele wandpaneel, bestaande uit het schaaldeel en het afdekelement, worden gevuld met polyurethaanschuim. Wanneer het op- 1 016602 * 8 schuimen is voltooid, waarbij eventueel na afloop het schuim de gelegenheid wordt gegeven om zich te zetten en eventueel af te koelen, wordt reeds een goede verbinding van het afdek-element met het schuim verkregen. Het verkregen wandpaneel is 5 vormvast. Een materiaal dat de voorkeur heeft voor het afdek-element is een materiaal dat geschikt is om de omstandigheden welke aan de buitenzijde van de luchtbehandelingskast optreden, te weerstaan. Indien de luchtbehandelingskast in een afgesloten ruimte staat, is de keuze van het materiaal vrijwel 10 onbeperkt. Het dient een voldoende stevigheid te bezitten en het dient een voldoende hechting te geven met het polyuret-haanschuim. Wanneer de kast echter in buitenomstandigheden, zoals zon, regen, kou, wordt geplaatst, heeft het de voorkeur om bijvoorbeeld een vezelversterkt, bijvoorbeeld met glasve-15 zei versterkt, materiaal te gebruiken, zoals polyurethaanhars of polyesterhars. Het schaaldeel wordt bij voorkeur vervaardigd van een polyurethaanharsmateriaal. Met name gaat de voorkeur uit naar een vezelversterkt, bijvoorbeeld met glasvezel versterkt, polyurethaanhars materiaal.

20 De profielen worden bij voorkeur vervaardigd van een kunststof materiaal, bij voorkeur een vezelversterkt, bijvoorbeeld met glasvezel versterkt, kunststof materiaal. Dit zorgt voor een zeer duurzame constructie. Zo is een vezelversterkt kunststof materiaal, bijvoorbeeld een met glasvezel 25 versterkt polyester materiaal, zeer weersbestendig, en is het vrijwel ongevoelig voor koude- en warmte-invloeden.

De hoeveelheid glasvezel in het polyurethaanhars materiaal waarvan de wandpanelen kunnen zijn vervaardigd, bedraagt bij voorkeur 10 tot 15%. De profielen kunnen worden 30 vervaardigd van een polyesterhars materiaal met een hoeveelheid glasvezel van bijvoorbeeld 70%. Hierbij heeft het de voorkeur dat deze profielen door middel van een pultrusie-werkwijze worden vervaardigd, waarbij oneindige glasvezels worden toegepast.

35 De schaaldelen welke worden gebruikt voor vervaardi ging van de wandpanelen, worden bij voorkeur geproduceerd met behulp van een sproeikop, die het polyurethaan mengt met korte glasvezels. Een op een dergelijke wijze vervaardigde voor- 1016602 t 9 vorm maakt het mogelijk om dunwandige schaaldelen te produceren die zeer goede mechanische eigenschappen hebben. Bovendien wordt met een dergelijk materiaal een zeer lage uitzet-tingscoëfficiënt verkregen.

5 De hoekkoppelstukken kunnen ten slotte zijn gemaakt van bijvoorbeeld nylon met een toevoeging van 30% glasvezel. Een dergelijk materiaal is weersbestendig alsmede UV-bestendig, en is zeer goed bestand tegen vocht.

Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet is be-10 perkt tot hetgeen hiervoor is beschreven en in de tekeningen is weergegeven.

1016602

Claims (14)

1. Luchtbehandelingskast, welke in hoofdzaak bestaat uit een behuizing die kunststof wandpanelen en kunststof profielen omvat welke onderling met elkaar zijn verbonden, met het kenmerk, dat de wandpanelen worden gevormd door een 5 schaaldeel van polyurethaanhars, dat een eerste hoofdvlak van het wandpaneel en zijwanden daarvan omvat, en een afdekele-ment dat een tweede hoofdvlak van het wandpaneel omvat, waarbij het tweede hoofdvlak in hoofdzaak parallel aan het eerste hoofdvlak ligt.

2. Luchtbehandelingskast volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het afdekelement een polyesterhars materiaal of een polyurethaanhars materiaal omvat.

3. Luchtbehandelingskast volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het wandpaneel een polyurethaanschuim 15 vulling omvat.

4. Luchtbehandelingskast, welke in hoofdzaak bestaat uit een behuizing die kunststof wandpanelen en kunststof profielen omvat welke onderling met elkaar zijn verbonden, met het kenmerk, dat de profielen ten minste twee in hoofdzaak 20 parallelle, aanliggende kamers omvatten.

5. Luchtbehandelingskast volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat een eerste kamer is gelegen aan de zijde van het profiel die zich bevindt aanliggend aan de binnenzijde van de luchtbehandelingskast en een tweede kamer is gelegen 25 aan de zijde van het profiel die zich bevindt aanliggend aan de buitenzijde van de luchtbehandelingskast.

6. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de wandpanelen worden gevormd door twee op afstand van elkaar gelegen, in hoofdzaak 30 evenwijdige en parallelle hoofdvlakken, die door middel van zijwanden langs hun omtreksrand op gasdichte wijze met elkaar zijn verbonden, waardoor de kamer wordt gevormd.

7. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de zijwanden in hoofdzaak 35 tegen de profielen aanliggen en de aan de binnenzijde van de 1016 6 p2 » kast gelegen hoofdvlakken langs de randen van de kast met hun omtreksranden nagenoeg tegen elkaar aanliggen.

8. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de panelen ten minste twee 5 rondom lopende steunvlakken omvatten welke tegen overeenkomstige zich op de profielen bevindende steunvlakken aanliggen, waarbij een eerste steunvlak zich bevindt op een positie nabij een eerste hoofdvlak van het paneel en een tweede steunvlak zich bevindt op een positie nabij een tweede hoofdvlak 10 van het paneel.

9. Luchtbehandelingskast volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de steunvlakken zijn voorzien van nabij de omtreksranden op de zijwanden rondom aangebracht afdichtings-materiaal, zoals een elastisch kunststof materiaal, bij voor- 15 keur een schuimmateriaal.

10. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het schaaldeel en het afdek-element een vezelversterkt polyurethaanhars materiaal omvatten.

11. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste één van de hoofdvlakken van de panelen wordt gevormd door een materiaal van vezelversterkt polyesterhars, ABS, polystyreen of dergelijke.

12. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande 25 conclusies, met het kenmerk, dat de profielen een kunststof materiaal omvatten, bij voorkeur een vezelversterkt kunststof materiaal.

13. Luchtbehandelingskast volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de profielen een vezelver- 30 sterkt polyesterhars materiaal omvatten.

14. Werkwijze voor het vervaardigen van een wandpa-neel voor toepassing in een luchtbehandelingskast, met het kenmerk, dat deze de stappen omvat van: het vullen van een schaaldeel welke een hoofdvlak en 35 daarmee verbonden zijwanden van het paneel vormt, met een niet volledig geschuimd polyurethaanschuim materiaal; het plaatsvast op de voorvorm houden van een afdek-element onder vorming van een kamer, en onder vrijlating van 1. ffifi n? 1> aflaatopeningen om tijdens het schuimvormen gas en overmaat schuim uit de kamer af te laten; en het uitschuimen en uitharden van het niet-volledig uitgeschuimde polyurethaanschuim materiaal. 1 0 166 02