NL1015483C2

NL1015483C2 - Loophulp-bagagewagencombinatie.

Info

Publication number: NL1015483C2
Application number: NL1015483A
Authority: NL
Inventors: Riekele Nico Heida; Seyit Kucukerbil; Susanne Jacoba Peterne Engelen; Michiel Philippe Vermeulen; Babette Hamburger; Cornelia Martina Van Gastel; Robbert Geertsema
Original assignee: Spring Produkties B V
Priority date: 2000-06-20
Filing date: 2000-06-20
Publication date: 2001-12-28

Description

Loophulp-bagagewagencombinatie

De uitvinding heeft betrekking op loophulp-bagagewagencombinatie omvattende een bagagecompartiment omvattende een bodem, een dak en daartussen 5 gelegen omwanding met een voorwand, een achterwand en daartussen gelegen, zich in de lengte van het bagagecompartiment uitstrekkende zijwanden; tenminste twee achterste wielen, die zijn voorzien aan de onderzijde van het bagagecompartiment; tenminste een voorste wiel, dat is voorzien aan de onderzijde van het bagagecompartiment; een aan de bovenzijde van het bagagecompartiment voorziene 10 handgreepbeugel.

Loophulpen zijn steunelementen voor ouderen en mensen die slecht ter been zijn. Door middel van een loophulp, een inrichting waar de mensen op kunnen steunen en die hen enige houvast biedt tijdens het staan en het lopen, kunnen ouderen en mensen die slecht ter been zijn met een gerust hart de straat weer op. Bekende loophulpen zijn 15 uitgevoerd als een gestel met wielen, waarop een mandje is aangebracht om eventuele licht bagage te vervoeren. Tevens zijn de meeste loophulpen geremd uitgevoerd, om de loophulp beter onder controle te kunnen houden.

Loophulp-bagagewagencombinaties die enerzijds de functie hebben om mensen te ondersteunen die slecht ter been zijn, en anderzijds bagage kunnen bevatten zijn op 20 zich al bekend uit de stand van de techniek. In DE-196 19 078 Al is een loophulp beschreven die ingeklapt kan worden tot een bagagewagen. De inrichting bestaat uit een buizengestel dat voorzien is van een wiel op elk hoekpunt van het gestel. De twee voorste wielen zijn zwenkbaar uitgevoerd. De loophulp bevat aan de voorzijde een uitklapbare laadvloer, die in de gebruikstoestaand horizontaal gezet kan worden. Indien 25 het achterste deel, dat wil zeggen het deel van het gestel waaraan de niet-zwenkbare 1 01 5483 2 wielen verbonden zijn, ingeklapt wordt, komen alle wielen op een rechte lijn te liggen, en kan de loophulp dienst doen als steekwagen. Het duwgedeelte met de daaraan gemonteerde handgrepen en rembediening blijven op dezelfde plaats, ongeacht de stand waarin de loophulp zich bevindt.

5 De bestaande loophulpen hebben als nadeel dat het uiterlijk van de loophulpen vaak als stigmatiserend ervaren wordt. Ouderen zien een loophulp vaak als een bevestiging dat ze oud zijn en zullen om die reden het gebruik van een loophulp willen uitstellen totdat het echt noodzakelijk is. Een ander nadeel is dat, indien de loophulp gebruikt wordt om goederen te transporteren, de goederen nat worden, indien de 10 gebruiker met de loophulp door de regen loopt. Een verder nadeel is dat een ieder kan zien of men met de loophulp bagage meevoert, hetgeen door de in het algemeen minder weerbare gebruikers van de loophulp als onprettig wordt ervaren. Nog een verder nadeel is het ontbreken van een mogelijkheid tot zitondersteuning op de bestaande loophulpen. Tijdens het lopen worden de meeste ouderen en mensen die slecht ter been 15 zijn moe. Om hun benen enigszins te ontlasten dienen deze mensen een zitplaats of iets dergelijks op te zoeken. Nog een nadeel is dat de bekende loophulpen zich ten gevolge van hun omvang moeilijk tot zeer slecht in een personenwagen laten meenemen en slecht bruikbaar zijn in kleine ruimtes en doorgangen, zoals bijvoorbeeld in vele winkels.

20 Het is daarom het doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een loophulp die een minder stigmatiserend uiterlijk heeft voor de ouderen en de mensen die slecht ter been zijn. Het is dan doel van deze uitvinding te voorzien in een combinatie van een loophulp en een bagagewagen op dusdanige wijze dat de te transporteren goederen droog en onzichtbaar blijven indien er met de loophulp-25 bagagewagencombinatie door de regen wordt gelopen.

1 01 5483 3

Een verder doel van de onderhavige uitvinding is het ontwikkelen van een zitondersteuning die ingebouwd is in de loophulp-bagagewagencombinatie op dusdanige wijze dat ouderen en mensen die slecht ter been zijn, terwijl zij met het product volgens onderhavige uitvinding onderweg zijn, deze kunnen gebruiken als 5 zitondersteuning. Een nog verder doel is het verschaffen van een loophulp-bagagewagencombinatie die zich relatief eenvoudig in een personenwagen laat meenemen en ook in relatief kleine ruimtes nog als bagagewagen bruikbaar is.

Hiertoe is een loophulp-bagagewagencombinatie volgens de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat het ten minste ene voorste wiel middels een 10 uitzetmechanisme aan het bagagecompartiment bevestigd is om een ingetrokken en een uitgetrokken stand te kunnen aannemen, en dat het bagagecompartiment in- en uitklapbaar is tussen enerzijds een ingeklapte toestand waarin de zijwanden een korte lengte hebben en het uitzetstelsel is ingetrokken en anderzijds een uitgeklapte toestand waarin de zijwanden een grote lengte hebben en het uitzetstelsel is uitgezet 15 Door het inklappen wordt het (a) mogelijk de loophulp-bagagewagencombinatie in de kofferbak van een personenwagen van het sedan-type mee te nemen en wordt het (b) mogelijk de combinatie als minder ruimte innemende, plattere bagagewagen te gebruiken in bijvoorbeeld winkels. Wanneer het bagagecompartiment niet te vol is, kan het inklappen plaatsvinden bij gevuld compartiment. Dit laatste maakt het ook mogelijk 20 de loophulp-bagagewagencombinatie in ingeklapte en gevulde toestand zo, zonder vooraf uitladen, in een personenwagen te plaatsen. Bij een uitgeklapte loophulp-bagagewagencombinatie is een relatief grote, voor de stabiliteit gunstige wielbasis bereikbaar.

Het bagagecompartiment bestaat uit twee gescheiden delen, waarvan het aan de 25 voorzijde van de combinatie gelegen compartiment ingeklapt kan worden. De 1 01 5483 4 zijwanden van de combinatie kunnen enerzijds bestaan uit een flexibel, velvormig materiaal, bij voorkeur doek, en anderzijds uit harde schaaldelen. Tijdens het inklappen verdwijnt het flexibele, velvormige materiaal naar de binnenkant van bagageruimte, zodat de zijwanden in de ingeklapte toestand volledig bestaan uit harde schaaldelen. 5 Ook de bodemplaat bestaat uit een hard schaaldeel. Tijdens het inklappen van de combinatie zal het bodemschaaldeel door middel van ten minste twee scharnierpunten verkleind worden, zodat het vloerschaaldeel op eenvoudige wijze kan worden opgeborgen en minder plaats inneemt dan in de uitgeklapte stand.

De loophulp-bagagewagencombinatie is uitgevoerd met ten minste drie wielen, 10 waarvan tenminste een voorste wiel is uitgevoerd als een zwenkwiel. Het uitvoeren van de combinatie met zwenkwielen vergroot de manoeuvreerbaarheid van de combinatie in de uitgeklapte toestand. In de ingeklapte toestand is het voorste wiel middels een uitzetmechanisme opgetrokken, bijvoorbeeld terug in of tot tegen de onderzijde van het bagagecompartiment. Tijdens de overgang van de uitgeklapte toestand naar de 15 ingeklapte toestand beweegt het voorste wiel bij voorkeur totdat het in een ingetrokken toestand aanligt tegen de onderzijde van het bagagecompartiment. In de ingetrokken toestand vormt de combinatie een boodschappenwagen zoals die al bekend zijn uit de stand van de techniek.

Het aantal wielen en de plaatsing van de wielen is belangrijk voor de stabiliteit 20 van de combinatie, wanneer deze gebruikt wordt als loophulp. Bij voorkeur staan de achterste wielen zo ver mogelijk naar achteren geplaatst aan de hoekpunten van de bodemplaat. De voorste wielen staan bij voorkeur zo ver mogelijk naar voren geplaatst om een zo groot mogelijke wielbasis te verkrijgen.

Verder is het dak van de loophulp-bagagewagencombinatie uitgevoerd als 25 zitondersteuning, waarbij het naar buiten gekeerd vlak van het dak een zitvlak vormt.

1015483 5

Dit dak kan tevens een met scharnieren aan het bagagecompartiment bevestigde klep zijn, waardoor toegang wordt verkregen tot het bagagecompartiment. Gebruikers kunnen de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand gebruiken om op af te steunen. Het zitvlak bevindt zich dan ook op een vanaf de onderzijde van de 5 wielen gerekende hoogte in het bereik van 60 centimeter tot 90 centimeter. Om het afsteunen te vergemakkelijken is het zitvlak onder een bepaalde hoek gezet. Wanneer alle wielen op de grond staan, staat het zitvlak onder een hoek van 15° a 45° ten opzichte van de grond.

De handgreep beugel van de loophulp-bagagewagencombinatie omvat een door 10 steundelen op afstand boven een rand van het zitvlak gedrapen, zich in wezen dwars op de voortbewegingsrichting van de combinatie uitstrekkende stang. Deze stang heeft de functie van een aanslagsteun. Het middenstuk van de in hoofdzaak U-vormige beugel zorgt voor een op de zitondersteuning zittend persoon dat deze niet van de zitting afschuift in de rugwaartse richting. Ook kan de combinatie op dusdanige wijze 15 uitgevoerd zijn dat de handgreepbeugel een door steundelen op afstand boven de rand van het zitvlak gedragen, zich in wezen evenwijdig aan het zitvlak uitstrekkend U-vormig beugeldeel omvat. Dit heeft als voordeel dat er aan de gebruiker een rugwaartse en zijwaartse ondersteuning geboden wordt tijdens het zitten. Tijdens het lopen levert dit een ruime beugel op die op vele plaatsen naar keuze voor steun is vast te pakken. De 20 steundelen dienen dan wel als handgreep gevormd te zijn.

De loophulp-bagagewagencombinatie kan voorzien zijn van een reminrichting. Deze reminrichting zorgt ervoor dat de gebruiker een betere controle heeft over de combinatie wanneer de combinatie dienst doet als loophulp. De bediening van de reminrichting is aangebracht in of aan de handgreepbeugel. Bij voorkeur is de 25 loophulp-bagagewagencombinatie voorzien van een extra reminrichting die in werking 1 01 5483 6 treedt wanneer de verticale krachten op de wielen een bepaalde waarde overschrijden. Dit is met name voordelig wanneer de gebruiker op het zitvlak steunt, omdat de reminrichting het wegschuiven van de combinatie verhindert.

Enkele uitvoeringsvormen van de loophulp-bagagewagencombinatie volgens de 5 onderhavige uitvinding zullen nader worden toegelicht aan de hand van de bijgevoegde tekening. In de tekening toont:

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand volgens onderhavige uitvinding;

Fig. 2 een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de 10 uitgeklapte toestand terwijl deze in gebruik is als loophulp;

Fig. 3 een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand terwijl deze in gebruik is als zitondersteuning;

Fig. 4 een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand terwijl beide bagagecompartimenten in de geopende toestand 15 verkeren;

Fig. 5 een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de ingeklapte toestand terwijl deze in gebruik is als boodschappenwagen volgens de stand van de techniek;

Fig. 6 een doorsnede-aanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de 20 uitgeklapte toestand;

Fig. 7 een doorsnede-aanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de ingeklapte toestand.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van de loophulp- bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand volgens onderhavige uitvinding. De 25 zijwanden zijn opgebouwd uit twee delen. Aan de achterzijde is een hard schaaldeel 1 1015483 7 aangebracht, dat verbonden is met een flexibel, velvormig wanddeel 2. De vloerplaat 3 is opgebouwd uit een hard schaaldeel. De voorkant 4 en de achterkant 5 zijn ook opgebouwd uit harde schaaldelen. Aan de onderzijde is de combinatie voorzien van drie wielen 6,7,8, waarvan de wielen 7 en 8 vast bevestigd zijn aan de combinatie. Het 5 voorste wiel 6 is uitgevoerd als een zwenkwiel dat de mogelijkheid heeft om weg te klappen.

In de combinatie in Fig. 1 zijn twee bagagecompartimenten aanwezig. Het eerste compartiment wordt gevormd door de voorkant 4, de zijkanten 2 en een scheidingswand die dwars op de looprichting aanwezig is, ter plekke van de overgang 10 van een hard schaaldeel 1 naar een flexibel, velvormig deel 2. Het tweede achterste compartiment wordt gevormd door de achterzijde 5, beide harde zijkanten 1 en de hierboven reeds genoemde scheidingswand die dwars op de looprichting aanwezig is ter plekke van de overgang van een hard schaaldeel 1 naar een flexibel, velvormig deel 2. Beide bagagecompartimenten worden aan de onderzijde afgesloten door een 15 vloerplaat 3. Het achterste bagagecompartiment wordt aan de bovenzijde afgesloten door een deksel 9, dat tevens dienst doet als zitondersteuning 9 in de uitgeklapte toestand.

Het achterste bagagecompartiment is aan de bovenzijde voorzien van een handgreep beugel 10, welke bevestigd is aan de zijkanten 1. Vanuit deze zijkanten 1 20 loopt de handgreep beugel 10 in eerste instantie omhoog, terwijl een U-vormig deel ervan op een hoogte boven en langs de rand van de zitondersteuning 9 verloopt.

Fig. 2 toont een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand terwijl deze in gebruik is als loophulp. De oudere of slecht ter been zijnde persoon 11 loopt achter de loophulp-bagagewagencombinatie terwijl hij de t 01 54 8 3 8 handgreep-beugel 10 vasthoudt. Door zich aan de beugel vast te houden kan de persoon af steunen op de loophulp.

Fig. 3 toont een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand terwijl deze in gebruik is als zitondersteuning. De gebruiker van de 5 loophulp-bagagewagencombinatie kan, tijdens het gebruik van de combinatie in de uitgeklapte toestand, deze combinatie gebruiken als zitondersteuning. Het deksel 9 doet dienst als zitondersteuning 9. De zitondersteuning 9 staat onder een hoek α die ligt tussen de 30 en 45 graden ten opzichte van de grond. Indien de gebruiker 11 afsteunt op de zitondersteuning 9 kan hij, indien hij ver genoeg naar achteren zit ruggesteun krijgen 10 van de handgreep beugel 10. Door het afsteunen op de zitondersteuning 9 is het mogelijk dat een reminrichting (niet afgebeeld) in werking treedt die op de achterwielen 7, 8 werkt, nadat een hoofdzakelijk verticale kracht een vooraf bepaalde waarde heeft overschreden. Op deze manier wordt tegengegaan dat de combinatie wegrolt ten gevolge van de horizontale krachten die de gebruiker op de combinatie 15 uitoefent.

Fig. 4 toont een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand terwijl beide bagagecompartimenten in de geopende toestand verkeren. Het achterste bagagecompartiment, aan de zijkanten begrensd door de harde schaaldelen 1, is aan de bovenkant te openen door het deksel 9, dat ook gebruikt wordt 20 als zitondersteuning 9, op te lichten. In deze uitvoeringsvorm is de deksel schamierbaar bevestigd door middel van een scharnier aan de combinatie. Door het deksel 9 open te klappen wordt een toegang verkregen tot het achterste bagagecompartiment. Bij het openen van de deksel zal de hoek waaronder de deksel om zijn scharnier kan draaien begrensd worden doordat de handgreep beugel 10 fungeert als 25 hoekbegrenzingsmechanisme.

1015483 9

Aan de voorzijde is de loophulp-bagagewagencombinatie voorzien van een grote klep 12, welke scharnierend is bevestigd om een as, welke as dwars op de rijrichting van de combinatie staat. In de uitvoeringsvorm van figuur 4 is de as in de nabijheid van de aan de voorzijde geplaatste zwenkwielen geplaatst. Hierdoor scharniert de klep 12 5 om haar onderzijde open, zodat aan de bovenzijde een grote laadruimte vrijgegeven wordt. Ook de ruimte die ontstaat tussen de opengeklapte klep 12 en de zijwanden 2 maakt het mogelijk om op eenvoudige wijze spullen op te bergen is het voorste bagagecompartiment. Door de grote hoek β waarover de klep 12 scharniert en de grote opening die daarmee gecreëerd wordt, hoeven de gebruikers de te verplaatsen goederen 10 niet hoog op te tillen. Met name zwaardere producten kunnen dan op eenvoudige wijze in en uit het bagagecompartiment geplaatst en vervoerd worden.

Fig. 5 toont een zijaanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de ingeklapte toestand terwijl deze in gebruik is als boodschappenwagen volgens de stand van de techniek. In de ingeklapte toestand van de loophulp-bagagewagen is alleen het 15 achterste bagagecompartiment te gebruiken om bagage te vervoeren. Ook is de combinatie in deze toestand niet meer bedoeld om als loophulp te fungeren; slechts als boodschappenwagentje volgens de stand van de techniek.

Bij het inklappen komen de zijranden van de klep 12 tegen de harde schaaldelen van de zijkanten 1 te liggen, op dusdanige wijze dat de schaaldelen op elkaar 20 aansluiten. Het driehoekige gedeelte 2, dat gemaakt is van een flexibel materiaal, zoals stof of textiel, is door het inklappen volledig naar de binnenzijde van de schaaldelen gebracht. De buitenzijde van de loophulp-bagagewagencombinatie in ingeklapte toestand, bestaat hoofdzakelijk uit harde schaaldelen. Aan beide zijkanten is een schaaldeel 1 aangebracht, aan de voorzijde een klep 12, bestaande uit een hard 25 schaaldeel, aan de bovenzijde een deksel 9, en aan de onderzijde de bodemplaat 3.

1 01 5483 10

Door de hoek waaronder de combinatie zal worden getrokken door de gebruiker, zal de zijkant 5 droog blijven indien het regent. De achterzijde 5 hoeft dan ook niet te bestaan uit een schaaldeel. Deze zijde kan ook bestaan uit een flexibel materiaal, bijvoorbeeld stof of textiel, dat bij voorkeur waterafstotend uitgevoerd is. Dit heeft als 5 extra voordeel dat, indien de combinatie zich in de uitgeklapte toestand bevindt, de gebruikers die achter de combinatie aan lopen hun knieën niet bezeren aan de harde schaaldelen.

Figuur 6 toont een doorsnede-aanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de uitgeklapte toestand. De vloerplaat 3 van de combinatie is opgebouwd uit een 10 voorste hard schaaldeel 13 en een achterste hard schaaldeel 14. Het voorste hard schaaldeel 13 is op scharnierende wijze verbonden aan de voorkant 4 door middel van een scharnier 17. Aan de onderzijde van het voorste hard schaaldeel 13 is het zwenkende neuswiel 6 aangebracht. Het voorste hard schaaldeel 13 is door middel van een scharnier 18 op scharnierende wijze bevestigd aan het achterste hard schaaldeel 14. 15 Dit achterste harde schaaldeel 14 is op scharnierende wijze verbonden aan de bodemplaat 19 van het achterste bagagecompartiment. Het gedeelte van het harde schaaldeel 14 dat zich tussen het scharnier 16 en het uiteinde 15 bevindt, ligt in de uitgeklapte toestand grotendeels aan tegen de bodemplaat 19. Een klein gedeelte van het schaaldeel 19 steekt uit aan de achterzijde van de combinatie. Door op het uiteinde 20 15 een kracht in verticale richting uit te oefenen kan de inklapbeweging van de combinatie geïnitieerd worden. Het schaaldeel 14 roteert dan met de wijzers van de klok mee om het scharnierpunt 16.

Figuur 7 toont een doorsnede-aanzicht van de loophulp-bagagewagencombinatie in de ingeklapte toestand. In deze toestand is het achterste harde schaaldeel 14 25 geroteerd om het scharnierpunt 16. Het uiteinde 15 vormt een ondersteuning voor de 1015483 11 voor de combinatie. Ten gevolge van het tegen de wijzers van de klok in roteren van het voorste harde schaaldeel 13 om het scharnierpunt 17, roteert het zwenkwiel 6 mee over dezelfde hoek. Het zwenkwiel 6 komt daarmee los van de grond en bevindt zich in de ingeklapte toestand tussen de achterwielen 7,8.

5 1 01 5483

Claims

1. Loophulp-bagagewagen-combinatie omvattende: • een bagagecompartiment omvattende een bodem, een dak en daartussen gelegen 5 omwanding met een voorwand, een achterwand en daartussen gelegen, zich in de lengte van het bagagecompartiment uitstrekkende zijwanden; • tenminste twee achterste wielen, die zijn voorzien aan de onderzijde van het bagagecompartiment; • tenminste een voorste wiel, dat is voorzien aan de onderzijde van het 10 bagagecompartiment; • een aan de bovenzijde van het bagagecompartiment voorziene handgreepbeugel; met het kenmerk. • dat het tenminste een voorste wiel middels een uitzetmechanisme aan het bagagecompartiment bevestigd is om een ingetrokken en een uitgezette stand te 15 kunnen aannemen; en • dat het bagagecompartiment in- en uitklapbaar is tussen enerzijds een ingeklapte toestand waarin de zijwanden een korte lengte hebben en het uitzetstelsel is ingetrokken en anderzijds een uitgeklapte toestand waarin de zijwanden een grote lengte hebben en het uitzetstelsel is uitgezet.

2. Combinatie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elke zijwand een vast en flexibel deel omvat, dat in de uitgeklapte toestand het flexibele deel is opgespannen tussen het vaste deel en een verder deel van de omwanding, en dat in ingeklapte toestand het vaste deel aansluit op dat verdere deel van de omwanding en het flexibele deel binnen het bagagecompartiment ligt.

3. Combinatie volgens conclusie 2. met het kenmerk, dat het vaste deel een harde 1015483 schaal deel is.

4. Combinatie volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat het flexibele deel in uitgeklapte toestand een driehoekige vorm heeft met een in wezen horizontale onderste zijde en een in wezen verticale achterste zijde.

5. Combinatie volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het tenminste ene voorste wiel een zwenkwiel is dat bij ingetrokken stand van het uitzetmechanisme met zijn diametrale vlak evenwijdig aan de bodem van het bagagecompartiment ligt.

6. Combinatie volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het dak 10 een scharnierend aan het bagagecompartiment bevestigde klep is.

7. Loophulp-bagagewagen-combinatie, volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het dak is uitgevoerd als zitondersteuning, waarbij het naar buiten gekeerde vlak van het dak een zitvlak vormt.

8. Combinatie volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de handgreep beugel een 15 door steundelen op afstand boven een rand van het zitvlak gedragen, zich in wezen dwars op de voortbewegingsrichting van de combinatie uitstrekkende stang omvat.

, 9. Combinatie volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de handgreepbeugel een door steundelen op afstand boven een rand van het zitvlak gedragen, zich in wezen evenwijdig aan het zitvlak uitstrekkend U-vormige beugeldeel omvat.

10. Combinatie volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de steundelen aan de vrije einden van het U-vormige beugeldeel voorziene poten zijn en dat de overgangen van het beugeldeel naar de poten als handgreep gevormd zijn.

11. Combinatie volgens een der conclusies 7-10, met het kenmerk, dat het zitvlak zich bevindt op een vanaf de onderzijde van de wielen gerekende hoogte in het bereik 25 van 60 è 90 cm. 101 54 as

12. Combinatie volgens een der conclusies 7-11, met het kenmerk, dat het zitvlak wanneer alle wielen op de grond steunen, schuin staat onder een hoek van 15° k 45° ten opzichte van de grond.

13. Combinatie volgens een van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de 5 combinatie is uitgevoerd met een reminrichting, welke reminrichting, indien de verticale belasting een vooraf bepaalde waarde overschrijdt, automatisch aangrijpt. 1015483