NL1015092C2

NL1015092C2 - Samenstel en werkwijze voor het stralen van een metaalproduct.

Info

Publication number: NL1015092C2
Application number: NL1015092A
Authority: NL
Inventors: Johann Jakob Gr Nbauer
Original assignee: Constructiewerkplaats G C Gr N
Priority date: 2000-05-02
Filing date: 2000-05-02
Publication date: 2001-11-05

Description

f

SAMENSTEL EN WERKWIJZE VOOR HET STRALEN VAN EEN 5 METAALPRODÜCT

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het stralen en verven van een metaalproduct, omvattende een transportinrichting welke het metaalproduct door het 10 samenstel kan voeren, een straalinrichting welke het metaalproduct middels een straalmiddel kan stralen, en een verfspuitinrichting. Een dergelijke inrichting is bekend, en wordt algemeen gebruikt om een metaalproduct, dat roestvorming of andere verouderingsverschijnselen 15 vertoont, schoon te stralen door er met grote kracht een straalmiddel, zoals metaalgrit, tegenaan te werpen of te spuiten. Vervolgens wordt het metaalproduct voorzien van een nieuwe grondverflaag. Daarbij wordt het metaalproduct middels een transportinrichting, zoals een 20 rollenbaan, in een continue beweging door de straal- en verfspuitinrichtingen gevoerd.

Een nadeel van de bekende inrichting is, dat deze minder geschikt is om bepaalde metaalproducten, in het 25 bijzonder buisvormige producten en producten met moeilijk toegankelijke holten te stralen, omdat het straalmiddel in de holle buis of de holten dringt, en de kans daardoor groot is dat restanten van het straalmiddel in de verfspuitinrichting terecht komt. Het 30 straalmiddel kan vervolgens grote schade aanrichten aan de verfspuitinrichting. Een ander nadeel van de bekende inrichting is, dat indien een product dat wel gestraald doch niet geverfd dient te worden door de inrichting wordt geleid, er in de verfspuitinrichting ongewenste 35 verfresten op het gestraalde product terecht kunnen komen.

Doel van de uitvinding is een samenstel voor het stralen 1015092 2 en verven van een metaalproduct welke op eenvoudige, efficiënte, betrouwbare wijze uiteenlopende metaalproducten kan behandelen.

5 Daartoe is de transportinrichting ingericht om het metaalproduct in twee richtingen door het samenstel te voeren, waarbij de straalinrichting is ingericht om het metaalproduct in beide richtingen te kunnen stralen. Op deze wijze kan een product, waarvan verwacht mag worden 10 dat deze ondanks een blaas- of borstelbehandeling straalmiddel zal vasthouden, in tegenovergestelde richting, dat wil zeggen eerst door de verfspuitinrichting, geleid worden. De verfspuitinrichting is in dat geval niet in werking, en 15 eventuele verfresten die desondanks tijdens de doorvoer door de verfspuitinrichting op het product terecht komen worden tijdens het stralen verwijderd.

Bij voorkeur omvat het samenstel voorts in de 20 transportrichting gezien aan beide zijden een opvanginrichting voor het opvangen van het straalmiddel dat na het stralen van het metaalproduct afvalt, waarbij bij voorkeur ten minste een opvanginrichting een borstel- en/of blaasinrichting omvat.

25

Eveneens bij voorkeur omvat de straalinrichting meerdere schoepenwielen welke het straalmiddel tegen het metaalproduct kunnen werpen, waarbij de schoepenwielen zodanig zijn geconfigureerd, dat deze een metaalproduct 30 in beide transportrichtingen kunnen werpstralen. Bij voorkeur kan daarbij in beide transportrichtingen een middelste schoepenwiel het metaalproduct als eerste stralen. Hierdoor wordt voorkomen dat in een van beide richtingen het centrale deel van het metaalproduct 35 volloopt met grit voordat het gestraald wordt. Eveneens bij voorkeur zijn de schoepenwielen, gezien in een richting loodrecht op de transportrichting, in hoofdzaak 1015092 3 puntsymmetrisch geconfigureerd. Tevens is de hoek tussen het vlak van de werpstraal van een deel van de schoepenwielen en het te stralen metaalproduct bij voorkeur in hoofdzaak tegenovergesteld ten opzichte van 5 een ander deel van de schoepenwielen. Bij veel straalinrichtingen zijn de schoepenwielen ten opzichte van de transportrichting van het te stralen product onder een hoek geplaatst, zodanig dat er "slepend" gestraald wordt, dit in tegenstelling tot het zogenaamd 10 "stekend" stralen. In het algemeen levert slepend stralen een beter resultaat, omdat bij stekend stralen het straalmiddel "vooruit" geworpen wordt, waarbij deze een laag vormt op het te stralen product welke een goede werking belemmert. Indien men in beide 15 transportrichtingen een goed resultaat wil behalen is het derhalve voordelig om een groep schoepenwielen in een tegenovergestelde werphoek te plaatsen, zodat afhankelijk van de transportrichting de juiste groep schoepenwielen in werking kan worden gezet. Overigens 20 kan het voor sommige, vooral kleinere, producten juist voordelig zijn om "stekend" te stralen, ook dit behoort door deze maatregel tot de mogelijkheden.

De uitvinding is bijzonder voordelig indien de 25 schoepenwielen zodanig zijn geconfigureerd dat deze een buisvormig metaalproduct, een hol profiel en/of een profiel met aangelaste delen, dat vanuit de verfspuitinrichting door de straalinrichting wordt getransporteerd, kunnen werpstralen.

30

Bij voorkeur omvat het samenstel voorts een verwarmingsoven. Deze verwarmingsoven verwarmt het te verven metaalproduct voor, zodat de droogtijd wordt bekort.

35

Bij voorkeur is de afsluiting van de doorlaatopening van de verfspuitinrichting en/of de opvanginrichting zodanig 1015092 4 ingericht dat deze in reactie op de nadering van het metaalproduct wordt geopend, onafhankelijk van de richting waaruit het metaalproduct de inrichting nadert. Dit geldt voor de afsluitende deuren van deze 5 inrichtingen, maar ook voor de borstels van de opvanginrichting, welke bijvoorbeeld in een uiterste stand, of op een juiste borstelhoogte gezet moeten worden voordat het metaalproduct kan passeren.

10 De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het stralen van een metaalproduct, waarbij het metaalproduct middels een transportinrichting door een straalinrichting wordt getransporteerd waarin het metaalproduct wordt gestraald, en waarbij het 15 metaalproduct direct voorafgaand aan het transport door de straalinrichting door een verfspuitinrichting wordt getransporteerd. Direct voorafgaand wil in dit geval zeggen dat het metaalproduct in een in hoofdzaak continue beweging door de verfspuitinrichting en de 20 straalinrichting wordt gevoerd. Tussen beide inrichtingen kan bijvoorbeeld nog een opvanginrichting voor het straalmiddel zijn geplaatst.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand 25 van in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeelden, waarbij:

Figuur 1 een samenstel voor het stralen en verven van een metaalproduct weergeeft; 30

Figuur 2 een schematische weergave is van het stralen van een metaalproduct; en

Figuren 3, 4 en 5 schematische weergaven zijn van 35 configuraties van schoepenwielen in een straalinrichting.

.101 5092 5

Volgens figuur 1 omvat een samenstel voor het stralen en verven van een metaalproduct een transportinrichting die kan bestaan uit verschillende rollenbanen 1 en transportbanden 2 die een metaalproduct door het 5 samenstel kunnen transporteren. Deze metaalproducten kunnen allerlei vormen hebben, veel metaalproducten die in een dergelijk samenstel worden behandeld zijn echter plaat-, balk- of profielvormig. Doel van het stralen is het verwijderen walshuid, roest, vuil van het 10 metaalproduct en eventuele oude verflagen, alsmede het opruwen van het metaalproduct teneinde een betere hechting van aan te brengen verflagen te bewerkstelligen. Eventueel worden de producten direct na het stralen van een eerste grondverflaag voorzien.

15

De metaalproducten worden vanaf de rechterzijde eerst door een verwarmingsoven 3 getransporteerd, waar ze voorverwarmd worden. Dit zorgt ervoor dat de later op te brengen verflaag snel droogt, zodat de producten 20 eveneens snel verder kunnen worden verwerkt. Vervolgens worden de metaalproducten door een straalinrichting 4 geleid, waar de producten met staalgrit worden gestraald, wat inhoud dat met hoge snelheid staalgrit tegen het product wordt geworpen waardoor verf, roest en 25 vuil wordt verwijderd. De wijze waarop dit gebeurd zal aan de hand van figuur 2 nader worden uitgelegd.

Na het stralen wordt het metaalproduct door een opvanginrichting 5 geleid, waar het staalgrit dat 30 eventueel op het metaalproduct is blijven liggen wordt verwijderd door middel van geblazen lucht en/of borstels. Vervolgens wordt het product in de verfspuitinrichting 6 indien nodig voorzien van een grondverflaag, en afgevoerd over de transportband 2. De 35 transportband 2 is voorzien van smalle opstaande randen, die zo min mogelijk schade aanbrengen aan het pas geverfde product.

1015092 6

Het is hierbij uitermate belangrijk dat al het staalgrit van het metaalproduct in de opvanginrichting wordt verwijderd voordat deze de verfspuitinrichting 6 ingaat, omdat al een kleine hoeveelheid staalgrit grote schade 5 kan aanbrengen aan de verfspuitinrichting 6. Bij vlakke plaat en eenvoudige balken of profielen is dit geen groot probleem, echter bij ingewikkelder producten of bij buisvormige producten blijft in de praktijk vaak enig staalgrit in moeilijk toegankelijke holten of de 10 buisholte achter. Omdat de kans aanwezig is dat daarvan een kleine hoeveelheid in de verfspuitinrichting 6 terecht komt, zijn dergelijke producten niet geschikt om zonder aanpassingen in dit samenstel te worden behandeld.

15

Volgens de uitvinding wordt daarom de transportinrichting 1, 2 zodanig ingericht, dat deze het product in twee richtingen door het samenstel kan transporteren. Hierdoor wordt het mogelijk om de 20 genoemde "ongeschikte" producten vanaf de andere zijde door de straalinrichting te leiden, dat wil zeggen eerst door de verfspuitinrichting, die in dat geval niet wordt gebruikt. Om het grit dat op het product blijft liggen te verwijderen wordt het samenstel tussen de 25 straalinrichting 4 en de verwarmingsoven 3, of eventueel aan de andere zijde van de verwarmingsoven 3, voorzien van een tweede opvanginrichting zoals opvanginrichting 5. Eventueel kan deze opvanginrichting een eenvoudige verzamelbak zijn, waarbij het grit handmatig van het 30 product wordt verwijderd. Indien zeker is dat alle grit van het product is verwijderd kan het product eventueel alsnog door de verfspuitinrichting 6 worden getransporteerd en van een grondverflaag worden voorzien.

35

De bovenstaande aanpassingen zorgen ervoor dat het samenstel voor vele verschillende producten kan worden 1015092 7 aangewend, waar het niet aangepaste samenstel slechts kan worden gebruikt voor het stralen van eenvoudig gevormde producten.

5 Figuur 2 toont de wijze waarop een metaalproduct 11 in de straalinrichting 4 van figuur 1 gestraald wordt. Het product 11 wordt ondersteund door rollen van de rollenbaan 1. Tussen de rollen zijn in dit geval zowel aan de boven- als onderzijde schoepenwielen 12 10 aangebracht, die met hoge snelheid kunnen roteren. Het straalmiddel 13, dat via een doorvoergat in het centrum van de schoepenwielen 12 wordt aangevoerd, wordt door de rotatie met hoge snelheid tegen het metaalproduct 11 geworpen. De schoepenwielen 12 zijn naast elkaar in een 15 versprongen verband geplaatst, zodanig dat de banen die zij bestrijken op het metaalproduct 11 elkaar overlappen. In sommige straalinrichtingen 4 is het gebruikelijk om de schoepenwielen 12 zodanig te plaatsen dat het metaalproduct 11 onder een hoek wordt gestraald 20 ("slepend" stralen). Om het metaalproduct 11 in beide transportrichtingen optimaal te kunnen stralen dient in dat geval bij voorkeur een deel van de schoepenwielen 12 in tegenovergestelde richting onder een hoek ten opzichte van het metaalproduct 11 te zijn geplaatst, 25 zodat afhankelijk van de transportrichting de juiste groep schoepenwielen 12 in werking kan worden gezet.

Figuur 3 geeft een configuratie van de schoepenwielen 12 weer die minder geschikt is voor toepassing bij de 30 uitvinding. Deze configuratie geeft namelijk wel een goed resultaat indien het metaalproduct 11 van links naar rechts beweegt, echter indien het metaalproduct 11 van rechts naar links wordt getransporteerd zal het metaalproduct 11 eerst door de buitenste schoepen worden 35 bestraald, waarbij de middelste strook zal worden bedekt met een laag straalmiddel 13 voordat deze kan worden bereikt door de straal van het middelste schoepenwiel, I015092 τ 8 zodat een dergelijke behandeling niet erg effectief is.

Figuren 4 en 5 geven schoepenwielconfiguraties weer, die meer geschikt zijn voor toepassing in de uitvinding.

5 Figuur 4 geeft een configuratie weer waarbij in beide transportrichtingen een middelste schoepenwiel het metaalproduct als eerste stralen. Hierdoor wordt voorkomen dat in een van beide richtingen het centrale deel van het metaalproduct volloopt met grit voordat het 10 gestraald wordt. Kenmerk van beide de configuraties van figuren 4 en 5 is dat zij in hoofdzaak puntsymmetrisch zijn, gezien van boven op de transportrichting. Noodzakelijk is dit echter niet, ook andere configuraties kunnen geschikt zijn. In de configuratie 15 volgens figuur 4 kan het linker of rechter schoepenwiel worden uitgeschakeld, afhankelijk van de transportrichting van het metaalproduct 11.

1015092

Claims

1. Samenstel voor het stralen en verven van een metaalproduct (11), omvattende een 5 transportinrichting (1, 2) welke het metaalproduct (11) door het samenstel kan voeren, een straalinrichting (4) welke het metaalproduct (11) middels een straalmiddel (13) kan stralen, en een verfspuitinrichting (6), met het kenmerk/ dat de 10 transportinrichting (1, 2) is ingericht om het metaalproduct (11) in twee richtingen door het samenstel te voeren, waarbij de straalinrichting (4) is ingericht om het metaalproduct (11) in beide richtingen te kunnen stralen. 15

2. Samenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het samenstel voorts in de transportrichting gezien aan beide zijden een opvanginrichting (5) omvat voor het opvangen van het straalmiddel dat na het 20 stralen van het metaalproduct (11) afvalt.

3. Samenstel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat ten minste een opvanginrichting (5) een borstel-en/of blaasinrichting omvat. 25

4. Samenstel volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de straalinrichting (4) meerdere schoepenwielen (12) omvat welke het straalmiddel (13) tegen het metaalproduct (11) kunnen werpen, 30 waarbij de schoepenwielen (12) zodanig zijn geconfigureerd, dat deze een metaalproduct (ll) in beide transportrichtingen kunnen werpstralen. 1 2 3 4 1015092 Samenstel volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat 2 35 in beide transportrichtingen een middelste 3 schoepenwiel het metaalproduct (11) als eerste kan 4 stralen.

6. Samenstel volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de schoepenwielen (12), gezien in een richting loodrecht op de transportrichting, in hoofdzaak puntsymmetrisch zijn geconfigureerd. 5

7. Samenstel volgens conclusie 4, 5 of 6, met het kenmerk, dat de hoek tussen het vlak van de werpstraal van een deel van de schoepenwielen (12) en het te stralen metaalproduct (11) in hoofdzaak 10 tegenovergesteld is ten opzichte van een ander deel van de schoepenwielen (12).

8. Samenstel volgens een van de voorgaande conclusies 4-7, met het kenmerk, dat de schoepenwielen (12) 15 zodanig zijn geconfigureerd dat deze een buisvormig metaalproduct, een hol profiel en/of een profiel met aangelaste delen, dat vanuit de verfspuitinrichting (6) door de straalinrichting (4) wordt getransporteerd, kunnen werpstralen. 20

9. Samenstel volgens een van de voorgaande conclusies 1 - 8, met het kenmerk, dat de afsluiting van de doorlaatopening van de verfspuitinrichting (6) en/of de opvanginrichting (5) zodanig is ingericht 25 dat deze in reactie op de nadering van het metaalproduct (11) wordt geopend, onafhankelijk van de richting waaruit het metaalproduct (11) de inrichting (6, 5) nadert.

10. Samenstel volgens een van de voorgaande conclusies 1-9, met het kenmerk, dat het samenstel voorts een verwarmingsoven (3) omvat. 1 1 Π1 Bf)9? Werkwijze voor het stralen van een metaalproduct 35 (11), waarbij het metaalproduct (11) middels een transportinrichting (1, 2) door een straalinrichting (4) wordt getransporteerd waarin het metaalproduct (11) wordt gestraald, met het kenmerk, dat het metaalproduct (11) direct voorafgaand aan het transport door de straalinrichting (4) door een verfspuitinrichting 5 (6) wordt getransporteerd. 1015092