NL1013384C2 - Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length - Google Patents

Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length Download PDF

Info

Publication number
NL1013384C2
NL1013384C2 NL1013384A NL1013384A NL1013384C2 NL 1013384 C2 NL1013384 C2 NL 1013384C2 NL 1013384 A NL1013384 A NL 1013384A NL 1013384 A NL1013384 A NL 1013384A NL 1013384 C2 NL1013384 C2 NL 1013384C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
spray head
spraying
spraying device
stroke length
moving
Prior art date
Application number
NL1013384A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Peter William Vrolijk
Original Assignee
Peter William Vrolijk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Peter William Vrolijk filed Critical Peter William Vrolijk
Priority to NL1013384A priority Critical patent/NL1013384C2/en
Priority to NL1015263A priority patent/NL1015263C1/en
Priority to PCT/NL2000/000772 priority patent/WO2001034309A2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1013384C2 publication Critical patent/NL1013384C2/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B13/00Machines or plants for applying liquids or other fluent materials to surfaces of objects or other work by spraying, not covered by groups B05B1/00 - B05B11/00
    • B05B13/02Means for supporting work; Arrangement or mounting of spray heads; Adaptation or arrangement of means for feeding work
    • B05B13/04Means for supporting work; Arrangement or mounting of spray heads; Adaptation or arrangement of means for feeding work the spray heads being moved during spraying operation
    • B05B13/0405Means for supporting work; Arrangement or mounting of spray heads; Adaptation or arrangement of means for feeding work the spray heads being moved during spraying operation with reciprocating or oscillating spray heads
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B13/00Machines or plants for applying liquids or other fluent materials to surfaces of objects or other work by spraying, not covered by groups B05B1/00 - B05B11/00
    • B05B13/005Machines or plants for applying liquids or other fluent materials to surfaces of objects or other work by spraying, not covered by groups B05B1/00 - B05B11/00 mounted on vehicles or designed to apply a liquid on a very large surface, e.g. on the road, on the surface of large containers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B14/00Arrangements for collecting, re-using or eliminating excess spraying material
    • B05B14/30Arrangements for collecting, re-using or eliminating excess spraying material comprising enclosures close to, or in contact with, the object to be sprayed and surrounding or confining the discharged spray or jet but not the object to be sprayed

Landscapes

  • Spray Control Apparatus (AREA)
  • Application Of Or Painting With Fluid Materials (AREA)

Abstract

The method utilizes spray nozzles mechanically moved through a determined stroke length in one direction along the surface and causing the spray nozzles to move in a further direction along the surface at least at the end of the stroke length, where the two directions enclose an angle, such that a spraying pattern is formed with parallel strips running in the first direction. The spray nozzles may moved reciprocally through the stroke length in the first direction. The spray nozzles may be active only during the forward stroke or the return stroke. Independent claims are included for a spraying device.

Description

WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR HET SPUITEN VAN EEN OPPERVLAKMETHOD AND APPARATUS FOR SPRAYING A SURFACE

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het spuiten van een oppervlak. Daarbij wordt hier onder "spuiten" elke bewerking verstaan waardoor een onder druk aangevoerd fluidum met kracht door een of meer 5 openingen geperst wordt en tegen het oppervlak slaat. Voorbeelden van dergelijke spuitbewerkingen zijn het aanbrengen van een verflaag, het onder hoge druk met een vloeistof reinigen of het met zand of grit stralen van het oppervlak.The invention relates to a method for spraying a surface. Here, "spraying" is understood to mean any operation by which a fluid supplied under pressure is forcefully forced through one or more openings and strikes the surface. Examples of such spraying operations are applying a coat of paint, cleaning with a liquid under high pressure or blasting the surface with sand or grit.

10 De uitvinding heeft tot doel een werkwijze voor te stellen waarmee een gelijkmatige bewerking van het te spuiten oppervlak wordt bereikt, en waardoor het milieu zo min mogelijk belast wordt.The object of the invention is to propose a method with which a uniform treatment of the surface to be sprayed is achieved, and whereby the environment is burdened as little as possible.

Volgens een eerste aspect van de uitvinding 15 wordt daartoe een werkwijze verschaft, die gekenmerkt wordt door het langs mechanische weg in een eerste richting over een bepaalde slaglengte langs het oppervlak doen bewegen van tenminste één spuitkop, en het althans aan het eind van de slaglengte in een tweede richting 20 langs het oppervlak doen bewegen van de ten minste ene spuitkop, waarbij de eerste en tweede richting een hoek insluiten, een en ander zodanig, dat een spuitpatroon met in de eerste richting verlopende, in hoofdzaak evenwijdige banen gevormd wordt. Door de spuitkop(pen) in evenwij-25 dige banen over het oppervlak te bewegen wordt een zo gelijkmatig mogelijke spuitbewerking van het oppervlak bereikt.According to a first aspect of the invention, there is provided a method for this purpose, which is characterized by mechanically moving at least one spray head along the surface in a first direction over a determined stroke length, and at least at the end of the stroke length moving a second direction 20 along the surface of the at least one spray head, the first and second directions enclosing an angle, such that a spray pattern with substantially parallel paths is formed in the first direction. By moving the nozzle (s) in parallel paths over the surface, the spraying of the surface is as uniform as possible.

Bij voorkeur wordt de ten minste ene spuitkop in de eerste richting over de slaglengte heen en weer 30 bewogen. Daarbij kan de ten minste ene spuitkop slechts tijdens de heengaande slag of de retourslag werkzaam zijn, waardoor bijvoorbeeld een enkele laag verf in evenwijdige banen opgebracht kan worden.Preferably, the at least one nozzle is moved back and forth along the stroke length in the first direction. In addition, the at least one spray head can only be active during the forward stroke or the return stroke, so that, for example, a single layer of paint can be applied in parallel strokes.

1013384 21013384 2

Teneinde de bewerkingssnelheid te vergroten wordt bij voorkeur de ten minste ene spuitkop continu in zowel de eerste als de tweede richting langs het oppervlak bewogen.Preferably, in order to increase the processing speed, the at least one nozzle is continuously moved along the surface in both the first and second directions.

5 Met voordeel wordt verder de ten minste ene spuitkop in de tweede richting zodanig bewogen, dat randdelen van aangrenzende banen elkaar althans ten dele overlappen, en met name zodanig, dat de elkaar althans ten dele overlappende randdelen eenzelfde spuitbewerking 10 ondergaan als andere delen van de banen. Hierdoor is de bewerking over de gehele breedte van de baan optimaal gelijkmatig.Advantageously, the at least one nozzle is moved in the second direction in such a way that edge parts of adjacent webs at least partly overlap each other, and in particular such that the at least partly overlapping edge parts undergo the same spraying operation as other parts of the jobs. As a result, the machining is optimally uniform over the entire width of the web.

Teneinde een overmatige bewerking aan het eind van de slaglengte, wanneer de beweging van de spuitkop-15 (pen) afgeremd wordt te voorkomen, wordt bij voorkeur het spuiten onderbroken wanneer de ten minste ene spuitkop het eind van de slaglengte bereikt. Om de bewerking verder te verdelen, kan tevens de ten minste ene spuitkop in een derde richting worden bewogen wanneer deze het 20 eind van de slaglengte bereikt.In order to prevent excessive machining at the end of the stroke length when the movement of the nozzle (s) is slowed down, spraying is preferably interrupted when the at least one nozzle reaches the end of the stroke length. To further distribute the operation, the at least one nozzle can also be moved in a third direction when it reaches the end of the stroke length.

Wanneer het te spuiten oppervlak hoger is dan de slaglengte, wordt de ten minste ene spuitkop na het spuiten van een strook met een bepaald aantal banen in hoofdzaak over de slaglengte verplaatst in de eerste 25 richting, waarna een volgende strook met een aantal in hoofdzaak evenwijdige banen gespoten wordt. Daarbij is die verplaatsing met voordeel zo groot, dat randdelen van banen in aangrenzende stroken elkaar althans ten dele overlappen, bij voorkeur zodanig dat de elkaar althans 30 ten dele overlappende randdelen eenzelfde spuitbewerking ondergaan als andere delen van de banen.When the surface to be sprayed is higher than the stroke length, after spraying a strip with a certain number of strips, the at least one spray head is moved substantially along the stroke length in the first direction, after which a subsequent strip with a number of substantially parallel jobs are sprayed. The displacement is advantageously so great that edge parts of strips in adjacent strips overlap at least partly, preferably such that the at least partly overlapping edge parts undergo the same spraying operation as other parts of the strips.

Volgens een tweede aspect van de uitvinding wordt de werkwijze gekenmerkt doordat afzuigmiddelen voor het afzuigen van een bij het spuiten ontstane nevel 35 meebewogen worden met de ten minste ene spuitkop. Op deze wijze kan de spuitnevel niet ontsnappen, en wordt het milieu zo min mogelijk belast.According to a second aspect of the invention, the method is characterized in that suction means for extracting a mist generated during spraying are moved along with the at least one spray head. In this way, the spray mist cannot escape and the environment is burdened as little as possible.

1013384 31013384 3

Bij voorkeur wordt daarbij de afgezogen spuit-nevel gescheiden in een verontreinigde en een schone fractie. De verontreinigde fractie kan dan eenvoudig worden afgevoerd of verwerkt, terwijl de schone fractie 5 in de omgeving uitgeblazen of opnieuw gebruikt kan worden.Preferably, the aspirated spray mist is separated into a contaminated and a clean fraction. The contaminated fraction can then simply be removed or processed, while the clean fraction can be blown out in the environment or reused.

Teneinde ongewenste verspreiding van de spuit-nevel te voorkomen, wordt bij voorkeur rond de ten minste ene spuitkop een gordijn van een onder druk uitgeblazen 10 gas gevormd.In order to prevent undesired spread of the spray mist, a curtain of a gas blown under pressure is preferably formed around the at least one spray head.

De uitvinding heeft ook betrekking op een inrichting voor het uitvoeren van de hiervoor beschreven werkwijze. Een dergelijke spuitinrichting wordt volgens de uitvinding gekenmerkt door ten minste één spuitkop, 15 middelen voor het in een eerste richting over een bepaalde slaglengte langs het oppervlak doen bewegen van de spuitkop en middelen voor het althans aan het eind van de slaglengte in een met de eerste richting een hoek insluitende tweede richting langs het oppervlak doen bewegen 20 van de ten minste ene spuitkop.The invention also relates to a device for carrying out the above described method. According to the invention, such a spraying device is characterized by at least one spray head, means for moving the spray head along the surface in a first direction over a determined stroke length and means for at least at the end of the stroke length in a movement with the first angling the second direction along the surface of the at least one nozzle.

Een constructief eenvoudige spuitinrichting wordt verkregen wanneer de middelen voor het in de tweede richting bewegen van de spuitkop(pen) een wagen omvatten, waarop de middelen voor het in de eerste richting bewegen 25 van de spuitkop(pen) zijn aangebracht. Daarbij omvatten met voordeel de middelen voor het in de eerste richting bewegen van de spuitkop(pen) ten minste één langs een geleidingsbaan beweegbare drager voor de spuitkop(pen).A structurally simple spraying device is obtained when the means for moving the spray head (s) in the second direction comprise a carriage on which the means for moving the spray head (s) in the first direction are arranged. Advantageously, the means for moving the spray head (s) in the first direction comprise at least one carrier for the spray head (s) movable along a guide path.

Zo wordt een goed geleide beweging van de spuitkop(pen) 3 0 gewaarborgd.This ensures a properly guided movement of the nozzle (s) 3 0.

De spuitinrichting vertoont verder met voordeel met de drager verbonden middelen voor het aandrijven daarvan, bijvoorbeeld in de vorm van ten minste één met de drager verbonden, over een aantal in de eerste rich-35 ting op afstand van elkaar gelegen schijven geslagen, eindloos aandrijforgaan. Met behulp van een dergelijk eindloos aandrijforgaan, bijvoorbeeld een tandriem of een ketting, kunnen de spuitkoppen op eenvoudige wijze heen 1013384 4 en weer bewogen worden. Teneinde de loop van het aandrijf orgaaan over de schijven te kunnen volgen, is bij voorkeur de drager daarmee verbonden onder tussenkomst van een dwars op de eerste richting daarlangs verplaats-5 baar verbindingselement.The spraying device furthermore advantageously has means connected to the carrier for driving it, for example in the form of at least one connected to the carrier, endless drive member which is spread over a number of disks spaced apart in the first direction. With the aid of such an endless drive member, for instance a toothed belt or a chain, the nozzles can be moved back and forth in a simple manner. In order to be able to follow the course of the drive member over the discs, the carrier is preferably connected thereto via a connecting element movable transverse to the first direction along it.

Wanneer de drager langwerpig is en langs een steunelement beweegbaar is, bepaalt de drager zelf de geleidingsbaan.When the carrier is elongated and movable along a support element, the carrier itself determines the guide path.

Teneinde een gelijkmatige bewerking aan het 10 eind van de slaglengte te waarborgen, is de spuitinrich-ting bij voorkeur voorzien van middelen voor het aan het eind van de slaglengte in een derde richting bewegen van de spuitkop(pen). Een constructief eenvoudige oplossing wordt daarbij verkregen wanneer deze middelen voor het in 15 de derde richting bewegen van de spuitkop(pen) ingericht zijn voor het doen zwenken van althans een deel van de drager.In order to ensure an even operation at the end of the stroke length, the spraying device is preferably provided with means for moving the spray head (s) in a third direction at the end of the stroke length. A structurally simple solution is obtained when these means for moving the spray head (s) in the third direction are arranged for pivoting at least a part of the carrier.

Teneinde de belasting van het milieu bij het gebruik van een spuitinrichting, in het bijzonder een 20 spuitinrichting van de hiervoor beschreven soort te verminderen, is deze bij voorkeur voorzien van met de spuitkop(pen) verbonden middelen voor het afzuigen van een bij gebruik van de inrichting ontstane nevel. Deze afzuigmiddelen kunnen eenvoudig een de spuitkop(pen) 25 althans ten dele omsluitende kap omvatten. Bij voorkeur is in dat geval de drager en/of de kap voorzien van middelen voor het langs het te spuiten oppervlak geleiden daarvan, waardoor de spuitkoppen op de gewenste afstand van het te spuiten oppervlak gehouden kunnen worden.In order to reduce the burden on the environment when using a spraying device, in particular a spraying device of the above-described type, it is preferably provided with means connected to the nozzle (s) for extracting a means when using the nebula created. These extraction means can simply comprise a hood enclosing the spray head (s) 25 at least in part. In that case the carrier and / or the cap is preferably provided with means for guiding it along the surface to be sprayed, whereby the nozzles can be kept at the desired distance from the surface to be sprayed.

30 Daarbij kunnen de geleidingsmiddelen ten minste twee buiten het bereik van de spuitkop(pen) geplaatste leirol-len omvatten, waardoor voorkomen wordt dat de geleidingsmiddelen in contact komen met het behandelde deel van het oppervlak. Anderzijds kunnen de geleidingsmiddelen ook 35 ten minste één afstandmeter omvatten, waardoor elk contact tussen de geleidingsmiddelen en het te spuiten oppervlak wordt vermeden.The guide means can herein comprise at least two guide rollers placed outside the range of the spray head (s), thereby preventing the guide means from coming into contact with the treated part of the surface. On the other hand, the guiding means can also comprise at least one distance meter, whereby any contact between the guiding means and the surface to be sprayed is avoided.

1013384 51013384 5

Bij voorkeur is de spuitinrichting verder voorzien van met de afzuigmiddelen verbonden middelen voor het scheiden van de afgezogen spuitnevel in een verontreinigde en een schone fractie, waardoor de afgezo-5 gen nevel direct voor afvoer en verdere verwerking, danwel hergebruik geschikt gemaakt kan worden.Preferably, the spraying device is further provided with means connected to the suction means for separating the extracted spray mist into a contaminated and a clean fraction, so that the extracted mist can be made suitable immediately for disposal and further processing or reuse.

Een zeer goede en doelmatige scheiding wordt daarbij verkregen, wanneer de scheidingsmiddelen ten minste één in een gesloten huis opgenomen roteerbaar 10 orgaan omvatten. Hierdoor kan de spuitnevel als het ware worden gecentrifugeerd, zodat de daarin aanwezige deeltjes naar buiten geslingerd worden, en relatief schone lucht overblijft. Voor het afvoeren van de door het centrifugeren verwijderde deeltjes vertoont met voordeel 15 het huis ten minste één althans ten dele hellende wand en een daarin opgenomen afvoeropening. Bij voorkeur omvat overigens het huis een aantal harmonica-vormig met elkaar verbonden kamers, in elk waarvan een roteerbaar orgaan is opgenomen. Zo worden in feite een aantal afscheidings-20 trappen gevormd.A very good and efficient separation is obtained when the separating means comprise at least one rotatable member accommodated in a closed housing. This allows the spray to be centrifuged, as it were, so that the particles contained therein are thrown out, leaving relatively clean air. For discharging the particles removed by the centrifugation, the housing advantageously has at least one at least partly sloping wall and a discharge opening included therein. Preferably, the housing furthermore comprises a number of harmonically-shaped chambers, in each of which a rotatable member is included. Thus, in fact, a number of separation stages are formed.

Bij een voorkeursuitvoering omvat de spuitin-richting verder middelen voor het rond de spuitkop(pen) vormen van een gordijn van een onder druk uitgeblazen gas, waardoor de spuitnevel als het ware "opgesloten" 25 wordt, en verspreiding daarvan wordt voorkomen. Met voordeel omvatten daarbij de gordijnvormmiddelen ten minste één in de nabijheid van de spuitkop(pen) aangebrachte uitblaasopening voor het gas. Wanneer de spuitin-richting afzuigmiddelen in de vorm van een afzuigkap 30 omvat, is/zijn bij voorkeur de uitblaasopening(en) in de kap opgenomen.In a preferred embodiment, the spraying device further comprises means for forming a curtain of a pressure blown-out gas around the spray head (s), as a result of which the spray mist is, as it were, "confined" and prevention thereof. The curtain-forming means advantageously comprise at least one blow-out opening for the gas arranged in the vicinity of the nozzle (s). When the spraying device comprises suction means in the form of a hood 30, the blow-out opening (s) is / are preferably included in the hood.

De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een tweetal voorbeelden, waarbij verwezen wordt naar de bijgevoegde tekening, waarin overeenkomstige onderde-35 len zijn aangeduid met telkens met "100" verhoogde ver-wijzingscijfers, en waarin: 1013384 6The invention will now be elucidated on the basis of two examples, reference being made to the annexed drawing, in which corresponding parts are indicated with reference numerals increased by "100" in each case, and in which: 1013384 6

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht toont van een spuitinrichting volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding,Fig. 1 shows a perspective view of a spraying device according to a first embodiment of the invention,

Fig. 2 een perspectivisch aanzicht toont vanuit 5 een andere hoek van een deel van de middelen voor het bewegen van de spuitkoppen en de afzuigmiddelen van de spuitinrichting van fig. l,Fig. 2 shows a perspective view from a different angle of a part of the means for moving the nozzles and the suction means of the spraying device of fig. 1,

Fig. 3 een detailaanzicht toont volgens de pijl III in fig. 2, 10 Fig. 4 een deel van het detail van fig. 3 weergeeft met uiteengenomen onderdelen,Fig. 3 shows a detail view according to the arrow III in FIG. 2, 10. 4 shows part of the detail of fig. 3 with exploded parts,

Fig. 5 een gedeeltelijk doorgesneden perspectivisch aanzicht is van de afscheidingsmiddelen van de spuitinrichting, 15 Fig. 6 een schematische doorsnede is door een verflaag welke verkregen wordt met de spuitinrichting volgens de uitvinding,Fig. 5 is a partly sectioned perspective view of the separating means of the spraying device, FIG. 6 is a schematic section through a paint layer obtained with the spraying device according to the invention,

Fig. 7 een schematisch aanzicht is van een eerste spuitpatroon met enkele dekking, dat verkregen is 20 door toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding, Fig. 8 een schematisch aanzicht is van een ander spuitpatroon, met een dubbele dekking,Fig. 7 is a schematic view of a first single-coverage spray cartridge obtained by using the method of the invention, FIG. 8 is a schematic view of another spray pattern, with double coverage,

Fig. 9 schematisch de verschillende stappen van de beweging van een spuitkop aan het eind van de slag-25 lengte weergeeft,Fig. 9 schematically shows the different steps of the movement of a nozzle at the end of the stroke length,

Fig. 10 een schematisch aanzicht toont van een tweede uitvoeringsvorm van de spuitinrichting volgens de uitvinding,Fig. 10 shows a schematic view of a second embodiment of the spraying device according to the invention,

Fig. 11 schematisch een schip toont dat wordt 30 behandeld door een derde uitvoeringsvorm van de spuitinrichting volgens de uitvinding,Fig. 11 schematically shows a ship being treated by a third embodiment of the spraying device according to the invention,

Fig. 12 een perspectivisch aanzicht op vergrote schaal toont van de spuitinrichting van fig. 11,Fig. 12 shows an enlarged perspective view of the spraying device of FIG. 11,

Fig. 13 een perspectivisch detailaanzicht is 35 volgens de pijl XIII in fig. 12,Fig. 13 is a perspective detail view according to the arrow XIII in FIG. 12,

Fig. 14 een schematische doorsnede toont door de kap van de spuitinrichting, 1013384 7Fig. 14 shows a schematic section through the hood of the sprayer, 1013384 7

Fig. 15 een schematisch perspectivisch aanzicht is van de spuitbewerking bij gebruik van een spuitinrichting volgens een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding, en 5 Fig. 16 een met Fig. 14 overeenkomende doorsne de toont door een kap met middelen voor het vormen van een gasgordij n.Fig. 15 is a schematic perspective view of the spraying operation using a spraying device according to a fourth embodiment of the invention, and FIG. 16 a with FIG. 14 shows a corresponding section through a hood with means for forming a gas curtain.

Een inrichting 1 voor het spuiten van een oppervlak 2, bijvoorbeeld een scheepshuid (fig. l), is 10 voorzien van een aantal (in het hier getoonde voorbeeld drie) spuitkoppen 3 (fig. 2), middelen 4 voor het in een eerste richting V langs de scheepshuid 2 bewegen van de spuitkoppen 3, en middelen 5 voor het in een tweede richting H daarlangs bewegen van de spuitkoppen 3. De 15 middelen 5 voor het in de tweede of horizontale richting H bewegen van de spuitkoppen 3 worden hier gevormd door een wagen 6, welke door middel van wielen 7 verrijdbaar is langs rails 8. Hiertoe kan de wagen 6 voorzien zijn van een eigen aandrijfmotor 60, maar het is ook denkbaar' 20 dat deze bijvoorbeeld door kabels of iets dergelijks voortbewogen wordt.An apparatus 1 for spraying a surface 2, for example a ship's skin (fig. 1), is provided with a number of (three in the example shown here) nozzles 3 (fig. 2), means 4 for moving in a first direction V moving the nozzles 3 along the ship's skin 2, and means 5 for moving the nozzles 3 in a second direction H thereon. The means 5 for moving the nozzles 3 in the second or horizontal direction H are formed here by a carriage 6, which is movable by means of wheels 7 along rails 8. For this purpose the carriage 6 may be provided with its own drive motor 60, but it is also conceivable that it is propelled, for example, by cables or the like.

De middelen 4 voor het in de eerste of verticale richting V bewegen van de spuitkoppen 3 omvatten enerzijds een telescooparm 9, en anderzijds een door 25 middel van een in verschillende richtingen werkzaam scharnier 10 zwenkbaar daaraan opgehangen, de spuitkoppen 3 dragend bewegingsmechanisme 11. Dit bewegingsmechanisme 11 is opgenomen binnen een eveneens door de telescooparm gedragen kap 12, welke onderdeel vormt van de hierna te 30 bespreken afzuigmiddelen. Met behulp van de telescooparm 9 kan het bewegingsmechanisme 11 met de spuitkoppen 3 telkens over een slaglengte van dit mechanisme omhoog of omlaag gebracht worden, wanneer een horizontale strook van de scheepshuid 2 behandeld is.The means 4 for moving the nozzles 3 in the first or vertical direction V comprise, on the one hand, a telescopic arm 9 and, on the other hand, a movement mechanism 11 pivotally suspended therefrom by means of a hinge 10 acting in different directions. This movement mechanism 11. 11 is included within a hood 12, also carried by the telescopic arm, which forms part of the suction means to be discussed below. With the aid of the telescopic arm 9 the movement mechanism 11 with the nozzles 3 can be raised or lowered over a stroke length of this mechanism each time when a horizontal strip of the ship's skin 2 has been treated.

35 De telescooparm 9 wordt bediend door een op de wagen 6 aangebrachte, conventionele aandrijving, die geen onderdeel vormt van de uitvinding, en hier niet verder getoond of toegelicht wordt. Op de wagen 6 is verder nog 1013384 8 een compressor 13 aangebracht, waardoor het te spuiten fluïdum onder druk gebracht wordt. Daarnaast zijn enkele vaten 14 met verf getoond, van waaruit de spuitkoppen 3 over een leiding 15 gevoed worden. Ook bevindt zich op de 5 wagen 6 een afzuigpomp 16, die met de kap 12 verbonden is, alsmede afscheidingsmiddelen 17, in het hier getoonde voorbeeld in de vorm van een eenvoudige cycloon, waardoor een afgezogen spuitnevel kan worden gescheiden in een verontreinigde en een schone fractie.The telescopic arm 9 is operated by a conventional drive mounted on the carriage 6, which does not form part of the invention, and is not further shown or explained here. A further compressor 13 is mounted on the carriage 6, whereby the fluid to be sprayed is pressurized. In addition, some vessels 14 with paint are shown, from which the nozzles 3 are fed over a line 15. Also located on the carriage 6 is a suction pump 16, which is connected to the hood 12, as well as separating means 17, in the example shown here, in the form of a simple cyclone, whereby a suction spray can be separated into a contaminated and a clean one. fraction.

10 De kap 12 is overigens in het getoonde voor beeld voorzien van middelen 18 voor het langs het oppervlak 2 geleiden van de spuitkoppen 3. Deze geleidingsmid-delen 18 kunnen twee langs de onderrand van de kap 12 geplaatste leirollen 19 en een ongeveer halverwege de kap 15 12, in de bewegingsrichting beschouwd aan de voorzijde daarvan geplaatste leirol 20 omvatten (fig. 1). Doordat de spuitkoppen 3 normaliter van boven naar beneden langs de scheepshuid 2 bewogen zullen worden, wordt door deze plaatsing van de leirollen 19, 20 gewaarborgd dat deze 20 over nog niet behandelde delen van het oppervlak 2 lopen.In the example shown, the cap 12 is further provided with means 18 for guiding the nozzles 3 along the surface 2. These guiding means 18 can have two guide rollers 19 placed along the bottom edge of the cap 12 and one approximately half way along the cap 12, viewed in the direction of movement, positioned on the front side thereof guide roller 20 (fig. 1). Since the nozzles 3 will normally be moved from top to bottom along the ship's skin 2, this positioning of the guide rollers 19, 20 ensures that they run over parts of the surface 2 that have not yet been treated.

Bij een andere variant worden de geleidingsmid-delen 18 gevormd door op de hoeken van de kap 12 aangebrachte sensoren 21, waardoor de afstand van de kap 12 tot het te behandelen oppervlak 2 wordt bepaald (fig. 2). 25 Deze sensoren 21 sturen dan de beweging van de telescooparm 9, zodanig dat de afstand van de spuitkoppen 3 tot het oppervlak 2 constant gehouden wordt.In another variant, the guiding means 18 are formed by sensors 21 arranged on the corners of the hood 12, whereby the distance from the hood 12 to the surface 2 to be treated is determined (fig. 2). These sensors 21 then control the movement of the telescopic arm 9, such that the distance from the nozzles 3 to the surface 2 is kept constant.

Het mechanisme 11, waardoor de spuitkoppen in de eerste, verticale richting V langs het te spuiten 30 oppervlak 2 worden bewogen, omvat een drager 22, die door middel van een viertal wielen 23 (fig. 4) langs een tweetal rails 24 wordt geleid. Deze rails 24 vormen onderdeel van een hoedprofiel 25, waarin de aandrijfmid-delen 26 voor de drager 22 zijn opgenomen (fig. 3). Deze 35 aandrijfmiddelen 26 omvatten een eindloze getande riem 27, die om een tweetal tandschijven 28 is geslagen, waarvan er een wordt aangedreven. De riem 27 is nog voorzien van een centrale rug 29, en de vertanding van de 1013384 9 schijven 28 is gedeeld uitgevoerd, waardoor voorkomen wordt dat de riem 27 van de schijven 28 loopt. De keer-schijven 28 zijn gelagerd in een subframe 30, dat bevestigd is in het hoedprofiel 25.The mechanism 11, through which the nozzles are moved in the first vertical direction V along the surface 2 to be sprayed, comprises a carrier 22, which is guided by two rails 24 by means of four wheels 23 (fig. 4). These rails 24 form part of a hat profile 25, in which the drive means 26 for the carrier 22 are accommodated (fig. 3). These drive means 26 comprise an endless toothed belt 27, which is wrapped around two toothed discs 28, one of which is driven. The belt 27 is still provided with a central back 29, and the toothing of the 1013384 9 sheaves 28 is split, which prevents the belt 27 from running off the sheaves 28. The turning discs 28 are mounted in a subframe 30, which is mounted in the hat profile 25.

5 Op de riem 27 is een astap 31 bevestigd, waar van een uiteinde roteerbaar gelagerd is in een schuif-plaat 32. Deze schuifplaat 32 is op zijn beurt verschuifbaar gelagerd in de drager 22, zodanig dat astap 31 in dwarsrichting kan bewegen ten opzichte van de drager 22, 10 wanneer deze de keerschijf 28 passeert. Aan het andere einde van de astap 31 is een contragewicht 33 opgehangen, waardoor het gewicht van de drager 22 met de spuitkoppen 3 in evenwicht gehouden wordt, en een goed uitgebalanceerde constructie wordt verkregen. Hierbij is ook het 15 feit dat de aandrijving plaatsheeft door middel van een eindloze riem 27 van voordeel, omdat hierdoor de beweging van de drager 22 aan het eind van zijn slag sinusvormig wordt vertraagd en weer versneld, hetgeen leidt tot een zeer gelijkmatige belasting van de constructie.A shaft journal 31 is mounted on the belt 27, from which an end is rotatably mounted in a sliding plate 32. This sliding plate 32 is in turn slidably mounted in the carrier 22, such that the journal 31 can move transversely with respect to the carrier 22, 10 as it passes the reversing disk 28. A counterweight 33 is suspended at the other end of the journal 31, whereby the weight of the carrier 22 is balanced with the nozzles 3, and a well-balanced construction is obtained. The fact that the drive takes place by means of an endless belt 27 is also advantageous here, because the movement of the carrier 22 is slowed down sinusoidally at the end of its stroke and accelerated again, which leads to a very uniform loading of the construction.

20 De spuitkoppen 3 zijn bevestigd op een arm 34,20 The nozzles 3 are mounted on an arm 34,

die roteerbaar gelagerd is in een tweetal op de drager 22 aangebrachte lagersteunen 35. Elke spuitkop is voorzien van een spuitopening 36 en een aansluitstuk 37, dat verbonden kan worden met een (hier niet getoonde) leiding 25 voor de aanvoer van een mengsel van het te spuiten fluïdum (verf, wasvloeistof, straalgrit) en lucht of een ander draaggas onder druk. Op de arm 34 zijn twee tandwielen 38, 39 met tegengesteld gericht vrijloopmechanisme aangebracht, die onderdeel vormen van middelen 40 voor 30 het aan het eind van hun slag in een derde richting Rwhich is rotatably mounted in two bearing supports 35 mounted on the carrier 22. Each nozzle is provided with a nozzle 36 and a connecting piece 37, which can be connected to a pipe (not shown here) for supplying a mixture of the mixture to be spray fluid (paint, wash liquid, blasting grit) and pressurized air or other carrier gas. Two gears 38, 39 with oppositely directed freewheeling mechanisms are provided on the arm 34, which form part of means 40 for the third direction R at the end of their stroke.

bewegen of zwenken van de spuitkoppen 3. Deze zwenkmidde-len 40 omvatten verder zowel aan de boven- als de onderzijde van het hoedprofiel 25 een tweetal aan weerszijden daarvan aangebrachte tandstangen 41, 42 met verschillende 35 lengte.moving or pivoting the nozzles 3. These pivoting means 40 further comprise on both the top and the bottom of the hat profile 25 two tooth bars 41, 42 of different lengths arranged on either side thereof.

Wanneer nu de astap 31 een keerschijf 28 nadert, komt het ene tandwiel 38 in ingrijping met de langste tandstang 41, en wordt hierdoor de arm 34 met de 1013384 10 spuitkoppen 3 over een bepaalde hoek, van bijvoorbeeld 55 graden geroteerd (fig. 9B). Hierdoor wordt het spuitbeeld van elke spuitkop 3 over een groter oppervlak verdeeld, waardoor in feite een geleidelijke vermindering van de 5 laagdikte wordt bereikt. Tevens wordt aan het eind van de zwenkbeweging de aanvoer van het mengsel naar de spuitkoppen 3 onderbroken. Aan het eind van de zwenkbeweging zal het andere tandwiel 39 ingrijpen in de andere, korte tandstang 42, en als gevolg van zijn vrijloopmechanisme 10 vrij om de arm 34 roteren. Na het passeren van de keer-schijf 28 zal het tweede tandwiel 39 door de korte tandstang 42 in tegengestelde richting geroteerd worden, onder medeneming van de arm 34 met de spuitkoppen 3. Daarbij zal nu het andere tandwiel 38 vrij meedraaien. Zo 15 worden dus de koppen 3 weer teruggezwenkt. Omdat de tandstang 42 korter is dan de tandstang 41, is ook de hoek waarover de spuitkoppen 3 teruggezwenkt worden kleiner, bijvoorbeeld in de orde van 35 graden (fig. 9C). Het gevolg van de hier beschreven zwenkbewegingen is, dat 20 de spuitkoppen 3 als het ware "slepend" of trekkend in de eerste richting heen en weer bewogen worden, hetgeen inhoudt dat de koppen in de bewegingsrichting gezien onder een kleine hoek van bijvoorbeeld 10 graden naar achteren spuiten (fig. 9A en 9C).When the shaft journal 31 approaches a reversing disc 28, the one gear 38 engages the longest rack 41, thereby rotating the arm 34 with the 1013384 10 nozzles 3 by a certain angle, for example of 55 degrees (fig. 9B) . As a result, the spray image of each nozzle 3 is distributed over a larger area, so that in fact a gradual reduction of the layer thickness is achieved. At the end of the pivoting movement, the supply of the mixture to the nozzles 3 is also interrupted. At the end of the pivoting movement, the other sprocket 39 will engage the other short rack 42 and rotate freely about the arm 34 due to its freewheel mechanism 10. After the turning disc 28 has passed, the second gear 39 will be rotated in the opposite direction by the short gear 42, taking the arm 34 with the nozzles 3. The other gear 38 will now rotate freely. Thus, the heads 3 are pivoted back again. Since the rack 42 is shorter than the rack 41, the angle over which the nozzles 3 are pivoted back is also smaller, for example of the order of 35 degrees (Fig. 9C). The result of the pivoting movements described here is that the nozzles 3 are, as it were, "dragged" or pulled back and forth in the first direction, which means that the heads viewed in the direction of movement at a small angle of, for example, 10 degrees to spray backwards (fig. 9A and 9C).

25 De spuitkoppen 3 zijn met zodanige tussenruimte aangebracht op de arm 34, dat zij tezamen een laag met gelijkmatige nominale dikte t op het oppervlak 2 kunnen spuiten. Elke spuitkop 3 vertoont namelijk een naar de randen enigszins dun uitlopend spuitbeeld, maar door de 30 onderlinge overlap van de middelste spuitkop 3 met de beide buitenste spuitkoppen 3 wordt de hierdoor optredende afname van de laagdikte gecompenseerd (fig. 6). Aan de randen 44 van de door de spuitkoppen 3 gevormde baan 43 is de laagdikte echter wel beperkt. Om dit te compenseren 35 wordt de spuitinrichting 1 in de tweede bewegingsrichting H over een zodanige afstand d verplaatst, dat bijvoorbeeld de linker rand 44L van een voorgaande baan 43 overlapt met de rechter rand 44R van een volgende baan 43' 1013384 11 (fig. 7). Zo wordt een nagenoeg perfect gelijkmatige laagdikte verkregen. (Overigens geldt dit natuurlijk ook wanneer niet verf, maar bijvoorbeeld straalgrit op het oppervlak 2 gespoten wordt, zij het dat dan in plaats van 5 de laagdikte de mate van bewerking gelijkmatig wordt.)The nozzles 3 are arranged at such a distance on the arm 34 that they together can spray a layer of uniform nominal thickness t on the surface 2. Namely, each nozzle 3 has a spray image which tapers slightly towards the edges, but the decrease in the layer thickness which is caused by this is compensated by the mutual overlap of the middle nozzle 3 with the two outer nozzles 3 (fig. 6). However, the layer thickness at the edges 44 of the web 43 formed by the nozzles 3 is limited. To compensate for this, the spraying device 1 is moved in the second direction of movement H by such a distance d that, for example, the left edge 44L of a previous track 43 overlaps with the right edge 44R of a next track 43 '1013384 11 (fig. 7 ). In this way a virtually perfectly even layer thickness is obtained. (Incidentally, this of course also applies when not paint, but for example blasting grit is sprayed on the surface 2, albeit that instead of 5 the layer thickness the degree of processing becomes uniform.)

Teneinde niet slechts per strook 45 van aangrenzende banen 43, maar ook tussen twee boven elkaar gelegen stroken 45 een constante laagdikte te bereiken, worden de spuitkoppen 3 na het voltooien van een strook 10 45 over iets meer dan een slaglengte s verplaatst in de eerste richting. Hierdoor zal de bovenrand 44U van een baan 43 in een ondergelegen strook 45' overlappen met een onderrand 44L van een baan in een daarboven gelegen strook 45, waardoor de afname van de laagdikte weer wordt 15 gecompenseerd.In order to achieve a constant layer thickness not only per strip 45 of adjacent strips 43, but also between two strips 45 superposed one above the other, after the completion of a strip 10, the nozzles 3 are displaced by slightly more than a stroke length s in the first direction. . As a result, the top edge 44U of a web 43 in a lower strip 45 'will overlap with a bottom edge 44L of a web in an above strip 45, again compensating for the decrease in layer thickness.

Het getoonde patroon betreft overigens een enkele laag, die gevormd is doordat de spuitmonden slechts bij een van de bewegingen, meestal de neergaande beweging werkzaam zijn geweest. Het verloop van de banen 20 43 schuin omlaag is daarbij het gevolg van het feit dat de spuitinrichting 1 zowel in de eerste richting V als in de tweede richting H continu bewogen wordt. Wanneer een grotere, bijvoorbeeld een dubbele laagdikte gewenst is, kunnen de spuitkoppen 3 in beide richtingen werkzaam 25 zijn, waardoor het in fig. 8 getoonde W-vormige spuitpa-troon gevormd wordt.The pattern shown, incidentally, concerns a single layer, which is formed because the nozzles have only been active during one of the movements, usually the downward movement. The course of the paths 20 43 is inclined downwards as a result of the fact that the spraying device 1 is continuously moved in both the first direction V and in the second direction H. When a larger, for example a double layer thickness is desired, the nozzles 3 can act in both directions, thus forming the W-shaped spray pattern shown in Fig. 8.

Bij een alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding (Fig. 15) zijn de spuitkoppen 303 in twee richtingen versprongen aangebracht. Hierdoor kan een 30 aanzienlijke mate van overlap tussen de door deze spuitkoppen bestreken banen 343 worden bereikt, zonder dat de spuitkegels van de spuitkoppen 303 al te zeer met elkaar interfereren. Zo kan in een enkele bewerkingsgang een relatief dikke laag worden aangebracht op de ondergrond 35 302.In an alternative embodiment of the invention (Fig. 15), the nozzles 303 are arranged in two directions. Hereby a considerable degree of overlap can be achieved between the paths 343 covered by these nozzles, without the nozzles of the nozzles 303 interfering too much with each other. For example, a relatively thick layer can be applied to the substrate in a single working pass.

De kap 12 vormt zoals gezegd onderdeel van de afzuigmiddelen, welke verder een afzuigpomp 16 omvatten. De kap 12 is met deze pomp 16 verbonden door een (hier 1013384 12 niet getoonde) afzuigleiding. De kap 12 is dubbelwandig uitgevoerd, met een buitenwand 70 en een binnenwand 71, waartussen een met de pomp 16 verbonden afzuigruimte 72 bepaald is (fig. 14). Door de afzuigpomp 16 wordt dus een 5 onderdruk gecreëerd in de afzuigruimte 72, waardoor omgevingslucht wordt aangezogen, die als het ware een "luchtgordijn" 73 vormt, dat zich uitstrekt vanaf de rand van de kap 12 tot het te spuiten oppervlak 2, en waardoor de spuitnevel als het ware opgesloten wordt. Door dit 10 opsluiten en continu afzuigen van de spuitnevel, waarin zich bijvoorbeeld resten van verf en oplosmiddelen, of minuscule straalgritdeeltjes kunnen bevinden, wordt voorkomen dat deze vrijkomt in de atmosfeer. Hierdoor worden de arbeidsomstandigheden voor het bedienend perso-15 neel verbeterd, en wordt het milieu minder belast.As mentioned, the hood 12 forms part of the suction means, which further comprise a suction pump 16. The hood 12 is connected to this pump 16 by an extraction pipe (not shown here 1013384 12). The hood 12 is double-walled, with an outer wall 70 and an inner wall 71, between which a suction space 72 connected to the pump 16 is defined (fig. 14). The suction pump 16 thus creates a negative pressure in the suction space 72, through which ambient air is drawn in, which forms, as it were, an "air curtain" 73, which extends from the edge of the hood 12 to the surface 2 to be sprayed, and as a result of which the spray is as it were trapped. By enclosing and continuously extracting the spray mist, which may contain, for example, residues of paint and solvents, or minute blasting grit particles, it is prevented from being released into the atmosphere. As a result, the working conditions for the operating personnel are improved, and the environment is less burdened.

Bij weer een andere uitvoeringsvorm (Fig. 16) wordt een de spuitkop(pen) omgevend gordijn 473 gevormd door lucht onder druk uit te blazen door een aantal openingen 474 in de kap 412. Daarbij stroomt deze lucht 20 langs alle binnenwanden 471, en wordt deze weer afgezogen naar de ruimte 472. Hierdoor wordt de luchtstroom gedwongen zeer scherp te keren, waarbij eventueel daarin aanwezige (verf)deeltjes als het ware "uit de bocht vliegen", en het oppervlak 402 raken. Hierdoor worden nagenoeg geen 25 deeltjes opgezogen, zodat het afscheidingssysteem relatief licht belast wordt en nauwelijks zal worden vervuild. De standtijd van de verschillende onderdelen van het afscheidingssysteem wordt zo aanzienlijk verlengd.In yet another embodiment (Fig. 16), a curtain 473 surrounding the nozzle (s) is formed by blowing pressurized air through a number of openings 474 in the hood 412. Thereby, this air 20 flows along all inner walls 471, and this is sucked back into space 472. This forces the air flow to turn very sharply, whereby any (paint) particles contained therein "fly out of the curve", as it were, and hit the surface 402. As a result, virtually no particles are sucked up, so that the separation system is loaded relatively lightly and will hardly be contaminated. The service life of the various parts of the separation system is thus considerably extended.

Met de afzuigmiddelen zijn verder afscheidings-30 middelen 17 verbonden. In plaats van de in fig. 1 getoonde cycloon kunnen deze afscheidingsmiddelen 17 ook een centrifugaal-afscheider 46 met roterende schijven 47 omvatten (fig. 5). Daarbij zijn de roterende schijven 47, die elk een aantal gebogen geleidingsranden 48 vertonen, 35 elk opgenomen in een kamer 49 van een harmonica-vormig binnenhuis 50. De schijven 47 worden roterend aangedreven door een gemeenschappelijke as 59. De onderwand 51 van elke kamer 49 is hellend opgesteld, en vertoont een 1013384 13 ringvormige afvoeropening 52 langs de laaggelegen binnenrand daarvan. Ook de bovenwand 53 van elke kamer 49 is hellend opgesteld. Het binnenhuis 50 is opgenomen in een buitenhuis 54, dat voorzien is van een in een afvoerope-5 ning 55 uitmondende opvanggoot 56. Het binnenhuis 50 is aan zijn boven- en onderzijde verbonden met centrale toe-en afvoerkanalen 57, 58, waarbij het afvoerkanaal 58 in verbinding staat met de pomp 16 van de afzuigmiddelen.Separation means 17 are further connected to the suction means. Instead of the cyclone shown in Fig. 1, these separating means 17 may also comprise a centrifugal separator 46 with rotating discs 47 (Fig. 5). In addition, the rotating discs 47, each of which has a number of curved guide edges 48, are each received in a chamber 49 of an accordion-shaped inner tube 50. The discs 47 are rotatably driven by a common shaft 59. The bottom wall 51 of each chamber 49 is inclined, and has an annular discharge opening 52 along its low-lying inner edge. The top wall 53 of each chamber 49 is also inclined. The inner tube 50 is accommodated in an outer tube 54, which is provided with a receiving gutter 56 opening into a discharge opening 55. The inner tube 50 is connected at its top and bottom to central supply and discharge channels 57, 58, the discharge channel 58 communicates with the pump 16 of the suction means.

De werking van de afscheidingsmiddelen is nu 10 als volgt. Door de afzuigmiddelen afgezogen spuitnevel komt door de centrale toevoerbuis 57 bovenin de eerste kamer 49 en wordt daar door de roterende schijf 47 in radiale richting versneld. Als gevolg van de daarbij optredende centrifugaalkrachten worden de in de nevel 15 aanwezige, relatief zware deeltjes tegen de buitenwand van de kamer 49 geslingerd, waarna zij langs de onderwand 51 naar de afvoeropening 52 stromen, en vandaar langs de bovenwand 53 van de volgende kamer 49 naar de buitenzij -de, waar zij in de opvanggoot 56 druppelen. Deeltjes die 20 in de eerste kamer nog niet zijn afgescheiden uit de nevel worden meegevoerd naar de tweede kamer, en daar wederom aan een versnelling onderworpen. Zo wordt in elke trap van de afscheider 46 de nevel verder vrijgemaakt van verontreinigingen, totdat uiteindelijk een relatief 25 schone nevel door het afvoerkanaal 58 naar buiten geblazen wordt. Daarbij kan de werkzaamheid van de verschillende trappen nog gevarieerd worden door het aanpassen van de afmetingen van de schijven 47 en de vorm van de geleiders 48.The action of the separating means is now as follows. Spray mist extracted by the suction means passes through the central feed tube 57 at the top of the first chamber 49 and is accelerated there in the radial direction by the rotating disc 47. As a result of the centrifugal forces occurring therein, the relatively heavy particles present in the mist 15 are flung against the outer wall of the chamber 49, after which they flow along the bottom wall 51 to the discharge opening 52, and from there along the top wall 53 of the next chamber 49 to the outside, where they drip into the collecting trough 56. Particles not yet separated from the haze in the first chamber are entrained into the second chamber and accelerated there again. Thus, in each stage of the separator 46, the mist is further cleared of contaminants, until eventually a relatively clean mist is blown out through the discharge channel 58. In addition, the effectiveness of the different steps can be varied by adjusting the dimensions of the discs 47 and the shape of the guides 48.

30 Bij een andere uitvoeringsvorm van de spuit in richting 101 volgens de uitvinding worden de middelen 105 voor het in de tweede richting H langs de te spuiten scheepshuid 102 bewegen van de (hier niet getoonde) spuitkoppen gevormd door een vrij verrijdbare wagen 106 35 (fig. 11). De middelen 104 voor het in de eerste richting V bewegen van de spuitkoppen omvatten wederom een telescooparm 109 en een de spuitkoppen dragend bewegingsme-chanisme lil. De wagen 106 met de telescooparm 109 kan 101 33 84 14 conventionele hoogwerker zijn. Het bewegingsmechanisme 111 is wederom onder tussenkomst van een in verschillende richtingen werkzaam scharnier 110 zwenkbaar met de telescooparm 109 verbonden. Aan het eind van de telescooparm 5 109 is verder een eerste, in het getoonde voorbeeld plaatvormig geleidingsorgaan 161 aangebracht, dat voorzien kan zijn van (hier verder niet getoonde) leirollen, waarmee het geleidingsorgaan 161 door de telescooparm 109 tegen de scheepshuid 102 gedrukt wordt. Op deze wijze 10 wordt een stabiele uitgangspositie voor het bewegingsmechanisme 111 gecreëerd.In another embodiment of the sprayer in direction 101 according to the invention, the means 105 for moving the spray heads (not shown here) in the second direction H along the ship's skin 102 to be sprayed are formed by a freely movable carriage 106 (fig. 11). The means 104 for moving the nozzles in the first direction V again comprise a telescopic arm 109 and a motion mechanism 1l carrying the nozzles. The trolley 106 with the telescopic arm 109 can be 101 33 84 14 conventional aerial work platform. The movement mechanism 111 is again pivotally connected to the telescopic arm 109 via a hinge 110 acting in different directions. A first plate-shaped guide member 161, which in the example shown, can be provided at the end of the telescopic arm 109, can be provided with guide rollers (not further shown here), with which the guide member 161 is pressed against the ship's skin 102 by the telescopic arm 109. In this manner, a stable starting position for the movement mechanism 111 is created.

Het bewegingsmechanisme 111 omvat een langwerpige drager 122, die verschuifbaar opgenomen is in een U-vormig steunelement 125. Het steunelement 125 is daarbij 15 zwenkbaar aangebracht op een uithouder 163, die op zijn beurt bevestigd is op de geleidingsplaat 161. De drager 122 is voorzien van aandrijfmiddelen 126, in het getoonde voorbeeld in de vorm van een motor die verbonden is met een (hier niet getoond) beweegbaar aandrijfelement, dat 20 op zijn beurt samenwerkt met een vast aandrijfelement dat verbonden is met het steunelement 125. Bijvoorbeeld kan het beweegbare aandrijfelement een door de motor geroteerde schroefspindel zijn, waarbij het met het steunelement 125 verbonden aandrijfelement een daaromheen grij-25 pende moer zou kunnen zijn. Ook andere aandrijvingen, bijvoorbeeld door middel van riemen of kettingen en daarmee samenwerkende schijven of rollen zijn denkbaar.The movement mechanism 111 comprises an elongated support 122, which is slidably received in a U-shaped support element 125. The support element 125 is thereby pivotally mounted on an arm 163, which in turn is fixed on the guide plate 161. The support 122 is provided of drive means 126, in the example shown, in the form of a motor connected to a movable drive element (not shown here), which in turn cooperates with a fixed drive element which is connected to the support element 125. For example, the movable drive element a screw spindle rotated by the motor, the drive element connected to the support element 125 being a nut engaging around it. Other drives, for example by means of belts or chains and discs or rollers cooperating therewith, are also conceivable.

Aan het tegenover de motor gelegen uiteinde is de drager 122 voorzien van geleidingsmiddelen 118, in het 30 getoonde voorbeeld in de vorm van een ten opzichte van de drager door middel van een tweetal scharnieren 164, 165 zwenkbare plaat 162 waarop een aantal (hier niet getoonde) leirollen kan zijn aangebracht. Ook is het mogelijk dat andere geleidingsmiddelen 118 toegepast worden, 35 bijvoorbeeld in de vorm van een of meer sensoren voor het bepalen van de afstand tot het oppervlak 102, die dan samenwerken met hetzij de telescooparm 109, hetzij een (hier niet getoonde) aandrijving voor het doen zwenken 1013384 15 van het steunelement 125. Zo beschrijft de drager 122 in feite een gekromde baan langs het steunelement 125, wanneer de geleidingsplaat 162 evenwijdig aan het te behandelen oppervlak 102 bewogen wordt.At the end opposite the motor, the carrier 122 is provided with guide means 118, in the example shown in the form of a plate 162 pivotable relative to the carrier by means of two hinges 164, 165 on which a number (not shown here) guide rollers may be provided. It is also possible for other guide means 118 to be used, for instance in the form of one or more sensors for determining the distance to the surface 102, which then cooperate with either the telescopic arm 109 or a drive (not shown here) for pivoting 1013384 of the support member 125. Thus, the support 122 actually describes a curved path along the support member 125 when the guide plate 162 is moved parallel to the surface 102 to be treated.

5 De geleidingsplaat 162 draagt aan de bovenzijde een om een as 166 zwenkbare, L-vormige arm 167, welke op zijn beurt de spuitkoppen en de kap 112 draagt. Daarbij is de kap 112 met de spuitkoppen eveneens zwenkbaar ten opzichte van de arm 167, zodanig dat het naar de scheeps-10 huid 102 gerichte oppervlak van de kap 112 evenwijdig aan de geleidngsplaat 162 gesteld kan worden, en op een geschikt gekozen afstand langs het oppervlak 102 kan worden bewogen. De stand van de kap 112 ten opzichte van de geleidingsplaat 162 kan daarbij na eenmaal ingesteld 15 te zijn worden gefixeerd.The guide plate 162 carries on the top an L-shaped arm 167 pivotable about an axis 166, which in turn carries the nozzles and the cap 112. In addition, the hood 112 with the nozzles is also pivotable relative to the arm 167, such that the surface of the hood 112 facing the ship's skin 102 can be positioned parallel to the guide plate 162, and at a suitably chosen distance along the surface 102 can be moved. The position of the cap 112 relative to the guide plate 162 can then be fixed after being adjusted once.

Ten opzichte van de eerste uitvoeringsvorm van de spuitinrichting 1 heeft de spuitinrichting 101 volgens deze uitvoeringsvorm met name het voordeel dat door de kleinere afmetingen van de kap 112 het te spuiten opper-20 vlak 102 op kleinere afstand gevolgd kan worden, wanneer dit gekromde of gewelfde vormen vertoont.Compared to the first embodiment of the spraying device 1, the spraying device 101 according to this embodiment has in particular the advantage that the smaller dimensions of the cap 112 allow the surface 102 to be sprayed to be followed at a smaller distance when it is curved or curved. forms.

De hiervoor beschreven spuitinrichtingen 1, 101 maken het mogelijk een oppervlak 2, 102 op zeer gelijkmatige wij ze en met een minimale belasting van de omgeving 25 te behandelen.The above-described spraying devices 1, 101 make it possible to treat a surface 2, 102 in a very uniform manner and with a minimum burden on the environment.

Hoewel de uitvinding hiervoor beschreven is aan de hand van een aantal voorbeelden, zal het echter duidelijk zijn dat deze daartoe niet beperkt is. Zo zou in plaats van een lineair bewegingsmechanisme 11, lil ook 30 gebruik gemaakt kunnen worden van een zwaaiarm 209, waarop een drager met spuitkoppen bevestigd zou kunnen zijn (fig. 10). Door een geschikte keuze van de lengte van de arm 209 zouden de gespoten banen 243 weer ongeveer evenwijdig en nagenoeg rechtlijnig kunnen verlopen. Daar-35 naast zou in plaats van de getoonde aandrijving door middel van een eindloze riem ook een andersoortig op en neer bewegend mechanisme toegepast kunnen worden. Ook zou in plaats van de getoonde "slepende" spuitwijze gekozen 1013384 16 kunnen worden voor een rechte of zelfs "duwende" spuit-wijze. Verder zou de spuitinrichting 1 met behoud van een groot deel van de daarmee verbonden voordelen toegepast kunnen worden zonder de getoonde afzuiging en afschei-5 ding, terwijl anderzijds deze afzuiging en afscheiding in combinatie of elk afzonderlijk ook toegepast zouden kunnen worden bij conventioneel bewegende spuitinrichtin-gen. De omvang van de uitvinding wordt dan ook uitsluitend bepaald door de bijgevoegde conclusies.Although the invention has been described above with reference to a number of examples, it will be clear, however, that it is not limited thereto. For instance, instead of a linear movement mechanism 11,11, use could also be made of a swinging arm 209 on which a carrier with nozzles could be mounted (Fig. 10). By a suitable choice of the length of the arm 209, the sprayed webs 243 could again run approximately parallel and substantially rectilinear. In addition, instead of the shown drive by means of an endless belt, a different up and down moving mechanism could also be used. Also, instead of the "dragging" spraying mode shown, 1013384 16 could be chosen for a straight or even "pushing" spraying mode. Furthermore, while maintaining a large part of the associated advantages, the spraying device 1 could be used without the suction and separation shown, while, on the other hand, this suction and separation could be used in combination or each separately with conventionally moving spraying devices. gene. The scope of the invention is therefore determined solely by the appended claims.

10 101338410 1013384

Claims (36)

1. Werkwijze voor het spuiten van een oppervlak, gekenmerkt door het langs mechanische weg in een eerste richting over een bepaalde slaglengte langs het oppervlak doen bewegen van tenminste één spuitkop, en het 5 althans aan het eind van de slaglengte in een tweede richting langs het oppervlak doen bewegen van de ten minste ene spuitkop, waarbij de eerste en tweede richting een hoek insluiten, een en ander zodanig, dat een spuit-patroon met in de eerste richting verlopende, in hoofd- 10 zaak evenwijdige banen gevormd wordt.1. Method for spraying a surface, characterized by moving at least one spray head mechanically in a first direction along a certain stroke length along the surface, and at least at the end of the stroke length moving it in a second direction along the moving the surface of the at least one nozzle, the first and second directions enclosing an angle, such that a spray pattern with substantially parallel paths is formed in the first direction. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop in de eerste richting over de slaglengte heen en weer bewogen wordt.Method according to claim 1, characterized in that the at least one spray head is moved back and forth in the first direction over the stroke length. 3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het 15 kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop slechts tijdens de heengaande slag of de retourslag werkzaam is.3. A method according to claim 2, characterized in that the at least one nozzle is only active during the forward stroke or the return stroke. 4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop continu in zowel de eerste als de tweede richting langs 20 het oppervlak bewogen wordt.4. A method according to any one of the preceding claims, characterized in that the at least one spray head is continuously moved along the surface in both the first and the second direction. 5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop in de tweede richting zodanig bewogen wordt, dat randdelen van aangrenzende banen elkaar althans ten dele overlap- 25 pen.5. A method according to any one of the preceding claims, characterized in that the at least one spray head is moved in the second direction such that edge parts of adjacent strips overlap at least in part at least. 6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop in de tweede richting zodanig bewogen wordt, dat de elkaar althans ten dele overlappende randdelen eenzelfde spuitbewerking 30 ondergaan als andere delen van de banen.6. Method as claimed in claim 5, characterized in that the at least one spray head is moved in the second direction such that the at least partly overlapping edge parts undergo the same spraying operation as other parts of the webs. 7. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het spuiten wordt onderbroken wanneer de ten minste ene spuitkop het eind van de slaglengte bereikt.Method according to any one of the preceding claims, characterized in that the spraying is interrupted when the at least one spray head reaches the end of the stroke length. 8. Werkwijze volgens één der voorgaande conclu sies, met het kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop in 1013384 een derde richting wordt bewogen wanneer deze het eind van de slaglengte bereikt.A method according to any one of the preceding claims, characterized in that the at least one nozzle is moved in a third direction in 1013384 when it reaches the end of the stroke length. 9. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop na 5 het spuiten van een strook met een bepaald aantal banen in hoofdzaak over de slaglengte verplaatst wordt in de eerste richting, waarna een volgende strook met een aantal in hoofdzaak evenwijdige banen gespoten wordt.9. A method according to any one of the preceding claims, characterized in that after spraying a strip with a determined number of strips, the at least one spray head is moved substantially along the stroke length in the first direction, after which a subsequent strip with a number of substantially parallel jobs are sprayed. 10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het 10 kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop in de eerste richting zodanig verplaatst wordt, dat randdelen van banen in aangrenzende stroken elkaar althans ten dele overlappen.10. A method according to claim 9, characterized in that the at least one spray head is moved in the first direction such that edge parts of strips in adjoining strips at least partly overlap. 11. Werkwijze volgens conclusie 10, met het 15 kenmerk, dat de ten minste ene spuitkop in de eerste richting zodanig bewogen wordt, dat de elkaar althans ten dele overlappende randdelen eenzelfde spuitbewerking ondergaan als andere delen van de banen.11. A method according to claim 10, characterized in that the at least one spray head is moved in the first direction in such a way that the at least partly overlapping edge parts undergo the same spraying operation as other parts of the webs. 12. Werkwijze, in het bijzonder volgens één der 20 voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat afzuigmidde- len voor het afzuigen van een bij het spuiten ontstane nevel meebewogen worden met de ten minste ene spuitkop.A method, in particular according to any one of the preceding claims, characterized in that suction means for extracting a mist generated during spraying are moved along with the at least one spray head. 13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de afgezogen spuitnevel gescheiden wordt in 25 een verontreinigde en een schone fractie.13. A method according to claim 12, characterized in that the aspirated spray mist is separated into a contaminated and a clean fraction. 14. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat rond de ten minste ene spuitkop een gordijn van een onder druk uitgeblazen gas wordt gevormd.A method according to any one of the preceding claims, characterized in that a curtain of a gas blown out under pressure is formed around the at least one nozzle. 15. Inrichting voor het spuiten van een opper vlak, gekenmerkt door ten minste één spuitkop, middelen voor het in een eerste richting over een bepaalde slaglengte langs het oppervlak doen bewegen van de spuitkop en middelen voor het althans aan het eind van de slag-35 lengte in een met de eerste richting een hoek insluitende tweede richting langs het oppervlak doen bewegen van de ten minste ene spuitkop. 101338415. Device for spraying a surface, characterized by at least one nozzle, means for moving the nozzle in a first direction along a certain stroke length along the surface and means for at least at the end of the stroke. length in a second direction enclosing an angle with the first direction moving the at least one spray head along the surface. 1013384 16. Spuitinrichting volgens conclusie 15, gekenmerkt door meerdere, in ten minste twee richtingen versprongen aangebrachte spuitkoppen.Spraying device according to claim 15, characterized by a plurality of spraying nozzles arranged in at least two directions. 17. Spuitinrichting volgens conclusie 14, met 5 het kenmerk, dat de middelen voor het in de tweede richting bewegen van de spuitkop(pen) een wagen omvatten, waarop de middelen voor het in de eerste richting bewegen van de spuitkop(pen) zijn aangebracht.A spraying device according to claim 14, characterized in that the means for moving the spray head (s) in the second direction comprise a carriage on which the means for moving the spray head (s) in the first direction are arranged. . 18. Spuitinrichting volgens één der conclusies 10 15 tot 17, met het kenmerk, dat de middelen voor het in de eerste richting bewegen van de spuitkop(pen) ten minste één langs een geleidingsbaan beweegbare drager voor de spuitkop(pen) omvatten.Spraying device according to any one of claims 10 to 17, characterized in that the means for moving the spray head (s) in the first direction comprise at least one carrier for the spray head (s) movable along a guide path. 19. Spuitinrichting volgens conclusie 18, 15 gekenmerkt door met de drager verbonden middelen voor het aandrijven daarvan.19. Spray device according to claim 18, characterized by means connected to the carrier for driving it. 20. Spuitinrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de aandrijfmiddelen ten minste één met de drager verbonden, over een aantal in de eerste rich- 20 ting op afstand van elkaar gelegen schijven geslagen, eindloos aandrijforgaan omvatten.20. Spraying device according to claim 19, characterized in that the drive means comprise at least one endless drive member connected to the carrier and driven over a number of disks spaced apart in the first direction. 21. Spuitinrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat het aandrijforgaan met de drager verbonden is onder tussenkomst van een dwars op de eerste 25 richting daarlangs verplaatsbaar verbindingselement.21. Spraying device according to claim 20, characterized in that the drive member is connected to the carrier via a connecting element movable transversely of the first direction. 22. Spuitinrichting volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de drager langwerpig is en langs een steunelement beweegbaar is.Spray device according to claim 18, characterized in that the carrier is elongated and movable along a support element. 23. Spuitinrichting volgens één der conclusies 30 15 tot 22, gekenmerkt door middelen voor het aan het eind van de slaglengte in een derde richting bewegen van de spuitkop(pen).Spraying device according to any one of claims 30 to 22, characterized by means for moving the spraying head (s) in a third direction at the end of the stroke length. 24. Spuitinrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de middelen voor het in de derde rich- 35 ting bewegen van de spuitkop(pen) ingericht zijn voor het doen zwenken van althans een deel van de drager.24. Spray device according to claim 23, characterized in that the means for moving the spray head (s) in the third direction are adapted to pivot at least a part of the carrier. 25. Spuitinrichting, in het bijzonder volgens één der conclusies 15 tot 24, gekenmerkt door met de 1013384 spuitkop(pen) verbonden middelen voor het afzuigen van een bij gebruik van de inrichting ontstane nevel.Spraying device, in particular according to any one of claims 15 to 24, characterized by means connected to the 1013384 nozzle (s) for extracting a mist generated during use of the device. 26. Spuitinrichting volgens conclusie 25, met het kenmerk, dat de afzuigmiddelen een de spuitkop(pen) 5 althans ten dele omsluitende kap omvatten.26. Spraying device as claimed in claim 25, characterized in that the suction means comprise a hood enclosing the spray head (s) 5 at least in part. 27. Spuitinrichting volgens conclusie 26, met het kenmerk, dat de drager en/of de kap voorzien is van middelen voor het langs het te spuiten oppervlak geleiden daarvan.A spraying device according to claim 26, characterized in that the carrier and / or the cap is provided with means for guiding it along the surface to be sprayed. 28. Spuitinrichting volgens conclusie 27, met t het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen ten minste twee buiten het bereik van de spuitkop(pen) geplaatste leirol-len omvatten.Spraying device according to claim 27, characterized in that the guide means comprise at least two guide rollers placed outside the range of the spraying head (s). 29. Spuitinrichting volgens conclusie 27, met 15 het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen ten minste af- standmeter omvatten.29. Spraying device according to claim 27, characterized in that the guiding means comprise at least a distance meter. 30. Spuitinrichting volgens één der conclusies 25 tot 29, gekenmerkt door met de afzuigmiddelen verbonden middelen voor het scheiden van de afgezogen spuitne- 20 vel in een verontreinigde en een schone fractie.A spraying device according to any one of claims 25 to 29, characterized by means connected to the suction means for separating the aspirated spray nozzle into a contaminated and a clean fraction. 31. Spuitinrichting volgens conclusie 30, met het kenmerk, dat de scheidingsmiddelen ten minste één in een gesloten huis opgenomen roteerbaar orgaan omvatten.Spraying device according to claim 30, characterized in that the separating means comprise at least one rotatable member accommodated in a closed housing. 32. Spuitinrichting volgens conclusie 31, met 25 het kenmerk, dat het huis ten minste één althans ten dele hellende wand en een daarin opgenomen afvoeropening vertoont.32. Spraying device according to claim 31, characterized in that the housing has at least one at least partially sloping wall and a discharge opening included therein. 33. Spuitinrichting volgens conclusie 31 of 32, met het kenmerk, dat het huis een aantal harmonica-vormig 30 met elkaar verbonden kamers omvat, in elk waarvan een roteerbaar orgaan is opgenomen.33. Spraying device according to claim 31 or 32, characterized in that the housing comprises a number of harmonica-shaped chambers connected to each other, in each of which a rotatable member is included. 34. Spuitinrichting volgens één der conclusies 15 tot 33, gekenmerkt door middelen voor het rond de spuitkop(pen) vormen van een gordijn van een onder druk 35 uitgeblazen gas.34. A spraying device according to any one of claims 15 to 33, characterized by means for forming a curtain of a gas blown out under pressure around the spray head (s). 35. Spuitinrichting volgens conclusies 34, met het kenmerk, dat de gordijnvormmiddelen ten minste één in 1013384 de nabijheid van de spuitkop(pen) aangebrachte uitblaas-opening voor het gas omvatten.Spraying device according to claim 34, characterized in that the curtain-forming means comprise at least one gas blow-out opening arranged in the vicinity of the spray head (s). 36. Spuitinrichting volgens conclusies 26 en 35, met het kenmerk, dat de uitblaasopening(en) de kop 5 is/zijn opgenomen. 1013384A spraying device according to claims 26 and 35, characterized in that the blow-out opening (s) is the head 5. 1013384
NL1013384A 1999-10-25 1999-10-25 Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length NL1013384C2 (en)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1013384A NL1013384C2 (en) 1999-10-25 1999-10-25 Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length
NL1015263A NL1015263C1 (en) 1999-10-25 2000-05-22 Motion-compensated spraying device and spray head to be used therewith.
PCT/NL2000/000772 WO2001034309A2 (en) 1999-10-25 2000-10-25 Method and device for spraying a surface and spray nozzle for use therewith

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1013384 1999-10-25
NL1013384A NL1013384C2 (en) 1999-10-25 1999-10-25 Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1013384C2 true NL1013384C2 (en) 2001-05-07

Family

ID=19770123

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1013384A NL1013384C2 (en) 1999-10-25 1999-10-25 Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1013384C2 (en)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1364107A (en) * 1970-12-26 1974-08-21 Hitachi Shipbuilding Eng Co Coating equipment
US4474135A (en) * 1982-09-24 1984-10-02 Chicago Bridge & Iron Company Autotrack insulating machine and process
JPH0231850A (en) * 1988-07-20 1990-02-01 Mitsubishi Heavy Ind Ltd Coating device
WO1991016995A1 (en) * 1990-04-30 1991-11-14 American Telephone & Telegraph Company Solder flux applicator
DE4328410A1 (en) * 1993-08-24 1995-03-09 Jerkel Spruehsysteme Gmbh Appliance for coating a liquid medium (paints, plastics, liquid metals, metal emulsions or the like) onto relatively large objects, such as ships' hulls, bridges, drilling platforms, house facades, silos or the like, by spraying

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1364107A (en) * 1970-12-26 1974-08-21 Hitachi Shipbuilding Eng Co Coating equipment
US4474135A (en) * 1982-09-24 1984-10-02 Chicago Bridge & Iron Company Autotrack insulating machine and process
JPH0231850A (en) * 1988-07-20 1990-02-01 Mitsubishi Heavy Ind Ltd Coating device
WO1991016995A1 (en) * 1990-04-30 1991-11-14 American Telephone & Telegraph Company Solder flux applicator
DE4328410A1 (en) * 1993-08-24 1995-03-09 Jerkel Spruehsysteme Gmbh Appliance for coating a liquid medium (paints, plastics, liquid metals, metal emulsions or the like) onto relatively large objects, such as ships' hulls, bridges, drilling platforms, house facades, silos or the like, by spraying

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 014, no. 184 (C - 0709) 13 April 1990 (1990-04-13) *

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5368650A (en) Method and apparatus for washing conveyer belt in heat treatment apparatus
EP0169002B1 (en) Improvements in and relating to spray coating apparatus
US5661872A (en) Process and apparatus for cleaning workpieces by means of a jet of compressed air
US4417541A (en) Apparatus for spraying workpieces and intercepting overspray
US5029595A (en) Blasting apparatus
US3786779A (en) Overhead rail cleaner and oiler
EP3808461B1 (en) Machine for automatically sorting or inspecting moving objects, provided with a device for cleaning
KR20000069553A (en) Method and device for cleaning railtrack grooves
US4132010A (en) Mobile sand de-oiling apparatus
JP3340741B2 (en) Spray processing equipment
NL8303892A (en) APPARATUS FOR RECORDING ANIMALS SUCH AS CHICKENS FROM A BOTTOM SURFACE.
US6447609B1 (en) Paint spraying apparatus
JP2000190226A (en) Shot blast method and shot blast device
NL1013384C2 (en) Method for spraying surfaces, by moving spray nozzles mechanically through determined stroke length in one direction along surface and causing spray nozzles to move in further direction along surface at end of stroke length
WO2001034309A2 (en) Method and device for spraying a surface and spray nozzle for use therewith
CA2139558A1 (en) Oscillating blast cleaner
US3508997A (en) Method and apparatus for cleaning and reconditioning of material containing cans
FI107820B (en) A machine for extracting gravel from the gravel bed of the rails
JPH11507599A (en) Blasting equipment for wall cleaning
JPH0222709B2 (en)
KR100949900B1 (en) Mobile Air Blowing Machine for dust removal, retaining parts recognition capacity
JPH04215930A (en) Opening device for plastic bag
JP2002302236A (en) Deposit removing device
KR101253963B1 (en) Apparatus for treating falling material
JP3234875B2 (en) Window glass cleaning equipment

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040501