NL1012524C2 - Wagentje, in het bijzonder boodschappenwagentje voor aan een fiets. - Google Patents

Description

Wagentje, in het bijzonder boodschappenwagentje voor aan een fiets.

BESCHRIJVING: 5

Gebied van de uitvinding.

De uitvinding heeft betrekking op een wagentje, in het bijzonder boodschappenwagentje voor aan een fiets, omvattende een frame, ten minste twee wielen 10 bevestigd aan het frame, en een bagagedrager gekoppeld aan het frame.

Stand van de techniek.

Een dergelijke wagentje is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 15 US 4.174.120. Het bekende wagentje betreft een boodschappenwagentje en wordt achter een fiets gekoppeld. Hierbij wordt het wagentje gedragen door de wielen van het wagentje. Door de extra wielen van het wagentje, die bovendien kleiner zijn dan die van een fiets, wordt de rijweerstand vergroot en is de fiets minder wendbaar.

20 Samenvatting van de uitvinding.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een wagentje van de in de aanhef omschreven soort waarbij de genoemde nadelen zich niet voordoen. Hiertoe is het wagentje volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat het frame en de bagagedrager ten 25 opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn en het wagentje fixeermiddelen omvat om de bagagedrager en het frame ten opzichte van elkaar vast te zetten. Hiermee wordt de mogelijkheid geschapen om de wielen op te trekken na koppeling van de bagagedrager aan een fiets, waardoor de genoemde nadelen zich niet voordoen. Een belangrijk verder voordeel hiervan is dat bij gebruik van het wagentje los van een fiets de hoogte van de 30 bagagedrager veranderd kan worden. Hierdoor kan bijvoorbeeld in de onderste stand van de bagagedrager een kinderzitje op de bagagedrager aangebracht worden, waardoor het wagentje als kinderwagen kan fungeren. In de bovenste stand kunnen bijvoorbeeld grote 101 25 24 2 .

boodschappentassen aan de bagagedrager gehangen worden zonder dat deze de grond raken.

Een uitvoeringsvorm van het wagentje is gekenmerkt, doordat het frame een onderstel omvat, waaraan naast de genoemde twee wielen, twee verdere wielen bevestigd zijn, en welk frame voorts een staander omvat die gekoppeld is aan het onderstel, waarbij 5 deze staander en de bagagedrager ten opzichte van elkaar verschuifbaar zij n. Hiermee is een constructie verkregen waardoor het wagentje zelfstandig rechtop kan staan en waarmee op eenvoudige wijze verplaatsing van het frame en de bagagedrager ten opzichte van elkaar mogelijk gemaakt wordt.

Om het losneembaar zijn van het frame en de bagagedrager van elkaar te 10 vergemakkelijken is een verdere uitvoeringsvorm gekenmerkt, doordat de staander losneembaar is van het onderstel.

Nog een verdere uitvoeringsvorm van het wagentje is gekenmerkt, doordat het onderstel U-vormig is, waarbij aan elke poot van de U-vorm twee wielen bevestigd zijn, en de staander eveneens U-vormig is en met de uiteinden van de poten van de U-vorm 15 losneembaar gekoppeld is aan het onderstel. De U-vormen maken het mogelijk dat het wagentj e deels over en om een wiel van een fiets aanwezig kan zijn, waardoor het wagentje met de bagagedrager meer op dan aan een fiets gekoppeld kan worden en daardoor minder ruimte in beslag neemt.

Om de stevigheid van het wagentje te vergroten is een verdere 20 uitvoeringsvorm gekenmerkt, doordat het wagentje voorts een steun omvat die het onderstel en de staander verder met elkaar koppelt.

Om het frame met de steun op te kunnen bergen, indien de bagagedrager als zelfstandig onderdeel gebruikt wordt, zonder dat deze veel ruimte in beslag nemen, is nog een verdere uitvoeringsvorm gekenmerkt, doordat de steun draaibaar met het onderstel is 25 verbonden en losneembaar is gekoppeld met de staander.

Om de mogelijkheid te laten bestaan om het wagentje op een fiets te koppelen in plaats van aan een fiets, is weer een verdere uitvoeringsvorm gekenmerkt, doordat de steun eveneens U-vormig is waarbij de uiteinden van de poten van de U-vorm draaibaar verbonden zijn met het onderstel.

30 Nog een verdere uitvoeringsvorm van het wagentje volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat het wagentje koppelmiddelen omvat voor koppeling aan een fiets, welke koppelmiddelen aan de bagagedrager zijn bevestigd. Dit heeft, in combinatie met het 1 0 1 25 24 3 verplaatsbaar zijn van het frame en de bagagedrager ten opzichte van elkaar, als groot voordeel dat eerst de bagagedrager aan een fiets gekoppeld kan worden en daarna het frame met de wielen opgetrokken kunnen worden, waarbij de bagagedrager met de eventueel daarop of daaraan aanwezige bagage niet opgetild hoeft te worden.

5 Om te voorkomen dat de bagagedrager op een ongewenst tijdstip van de fiets los kan schieten is weer een verdere uitvoeringsvorm gekenmerkt, doordat de koppelmiddelen ten minste twee met elkaar samenwerkende delen omvat, die gevormd zijn door een pen en een haak, waarbij één van de delen aan de bagagedrager en het andere deel aan de fiets is bevestigd, en dat de koppelmiddelen vergrendelmiddelen omvatten voor het 10 vergrendelen van de bagagedrager aan een fiets.

Een verdere uitvoeringsvorm waarbij een gunstige constructie van de vergrendelmiddelen aanwezig is, is gekenmerkt, doordat de vergrendelmiddelen ten ten minste twee met elkaar samenwerkende verdere delen omvat, die gevormd zijn door een verdere pen en een verdere haak, waarbij één van de delen aan de bagagedrager en het 15 andere deel aan de fiets is bevestigd, en waarbij het deel en het verdere deel die aan de bagagedrager zijn bevestigd ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn voor het tot stand brengen van de vergrendeling.

Beknopte omschrijving van de tekeningen.

20

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van het wagentje volgens de uitvinding. Hierbij toont:

Figuur 1 een los wagentje met de bagagedrager in de hoogste stand; 25 Figuur 2 het wagentje gekoppeld aan een fiets met opgetrokken wielen en tassen opgehangen aan de bagagedrager;

Figuur 3 een zijaanzicht van het wagentje zoals getoond in figuur 1;

Figuur 4 een zijaanzicht van het wagentje zoals getoond in figuur 2;

Figuur 5 het wagentje los van de fiets maar met de bagagedrager in de 30 onderste stand en een kinderzitje op de bagagedrager;

Figuur 6 een vooraanzicht van de koppeling van het wagentje aan een fiets; en 1 0 1 25 24 4

Figuur 7 een doorsnede langs lijn A-A van de in figuur 6 getoonde koppeling.

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen.

5

In figuur 1 is een uitvoeringsvorm van het wagentje volgens de uitvinding weergegeven. Het wagentje 1 heeft een frame 3 bestaande uit een U-vormig onderstel 5 met daaraan bevestigd vier wielen 7 en een U-vormige staander 9. De staander 9 is in, op het onderstel 5 aanwezige, buiseinden 11 geschoven en met snelkoppelingen 13 aan het 10 onderstel 5 gekoppeld. Op het onderstel 5 is voorts een draaibare en eveneens U-vormige steun 15 aanwezig die aan het boveneinde met beugels 17 aan de staander 9 is gekoppeld. Aan het boveneinde is de staander 9 voorzien van twee handgrepen 19 waarmee het wagentje 1 kan worden voortgeduwd of getrokken. Langs de poten van de staander 9 is een bagagedrager 21 verschuifbaar die op de staander 9 vastgezet kan worden met 15 fixeermiddelen 23 die uitgevoerd zijn als een knelkoppeling.

Het wagentje 1 kan eenvoudig opgeklapt worden door eerst de beugels 17 en de snelkoppelingen 13 los te maken, waardoor de staander 9 met de bagagedrager 21 verwijderd kunnen worden. Hierna kan de steun 15 tegen het onderstel 5 gedraaid worden, zodat deze delen weinig ruimte in beslag nemen en eenvoudig opgeborgen kunnen worden. 20 Aan de bagagedrager 21 bevinden zich onderdelen 24 van koppelmiddelen voor koppeling van het wagentje 1 aan een voorvork van een fiets.

In figuur 2 is de situatie weergegeven waarbij het wagentje 1 aan een fiets is gekoppeld. De bagagedrager 21 is aan een voorvork 25 van een fiets gekoppeld. Voor de overzichtelijkheid is het andere deel van het koppelmechanisme, dat aan de fiets is 25 bevestigd, niet in deze figuur weergegeven. De voorvork 25 van de fiets is draaibaar ten opzicht van het frame van de fiets waarvan enkel een deel van framebuis 27 en het balhoofd 29 is weergegeven. Aan de voorvork 25 zijn een voorwiel 31 en een stuur van de fiets bevestigd. Van het stuur zijn enkel delen van de stuurhuizen 33 weergegeven. Het frame 3 met de wielen 7 en de steun 15 zijn ten opzichte van de bagagedrager 21 naar boven toe 3 0 opgetrokken en in deze opgetrokken stand ten opzichte van de bagagedrager vastgezet door de fixeermiddelen 23. Aan de bagagedrager 21 zijn twee tassen 3 5 en37 gehangen die voor het koppelen van het wagentje 1 aan de fiets niet opgetild hoeven te worden. Hierdoor kan 10 1 2524 5 eenvoudig en zonder noemenswaardige inspanning de koppeling tot stand worden gebracht.

In de figuren 3 en 4 worden de beide hiervoor getoonde situaties nogmaals maar dan in zijaanzicht weergegeven. In deze figuren is met onderbroken lijn ter illustratie de tas 37 aangegeven die aan de bagagedrager 21 gehangen kan worden. Aan de voorvork 5 25 van de fiets 39 is het wagentje 1 met behulp van koppelmiddelen 41 bevestigd. Deze koppelmiddelen 41 worden hierna in de figuren 6 en 7 nader verduidelijkt. In de figuren 3 en 4 zijn duidelijk de verschillende posities van de bagagedrager 21 ten opzichte van het frame 3 zichtbaar. Dit geldt ook voor figuur 5 waarin het wagentje 1 weer los van een fiets is weergegeven maar nu met een kinderzitje 43 op de bagagedrager 21 in de onderste stand. 10 Op deze wijze kan het wagentje 1 als kinderwagentje fungeren.

In de figuren 6 en 7 is de koppeling van het wagentje aan de fiets in detail weergegeven. De koppelmiddelen 41 omvatten twee pennen 43 en 45, die aan de bagagedrager 21 zijn bevestigd en samenwerken met een haak 47, die aan de voorvork 25 van de fiets is bevestigd. De koppelmiddelen 41 omvatten voorts vergrendelmiddelen 49 15 voor het vergrendelen van de bagagedrager 21 aan de voorvork 25 van de fiets. De vergrendelmiddelen 49 omvatten verdere pennen 51 en 53, die bevestigd zijn aan de voorvork 25 en samenwerken met verdere haken 55 en 57, die aan de bagagedrager 21 bevestigd zijn. Deze verdere haken 55 en 57 zijn verplaatsbaar ten opzichte van de pennen 43 en 45.

20 Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader. Zo is het ook mogelijk om het wagentje aan de 25 achtervork en/of zitbuis te koppelen waarbij dan het frame en de bagagedrager deels om het achterwiel aanwezig zijn. Ook is het mogelijk om het onderstel en de staander als één geheel uit te voeren en eventueel de steun weg te laten. De koppelmiddelen kunnen ook anders uitgevoerd zijn, bijvoorbeeld als een losse eenheid die voor gebruik aan zowel de fiets als het wagentje gekoppeld dient te worden. Voorts is het ook mogelijk de 30 bagagedrager losneembaar van het frame te maken, waardoor de bagagedrager afzonderlijk gebruikt kan worden als bagagedrager voor op een fiets, zonder dat de daarvoor overbodige delen zoals het frame met de wielen op de fiets aanwezig hoeven te zijn.

1 0 1 2524

Claims (10)

1. Wagentje, in het bijzonder boodschappenwagentje voor op een fiets, omvattende een frame, ten minste twee wielen bevestigd aan het frame, en een bagagedrager gekoppeld aan het frame, met het kenmerk, dat het frame en de bagagedrager 5 ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn en het wagentje fixeermiddelen omvat om de bagagedrager en het frame ten opzichte van elkaar vast te zetten.

2. Wagentje volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het frame een onderstel omvat, waaraan naast de genoemde twee wielen, twee verdere wielen bevestigd zijn, en welk frame voorts een staander omvat die gekoppeld is aan het onderstel, waarbij deze 10 staander en de bagagedrager ten opzichte van elkaar verschuifbaar zijn.

3. Wagentje volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de staander losneembaar is van het onderstel.

4. Wagentje volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat het onderstel U-vormig is, waarbij aan elke poot van de U-vorm twee wielen bevestigd zijn, en de staander 15 eveneens U-vormig is en met de uiteinden van de poten van de U-vorm losneembaar gekoppeld is aan het onderstel.

5. Wagende volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het wagentje voorts een steun omvat die het onderstel en de staander verder met elkaar koppelt.

6. Wagentje volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de steun draaibaar met 20 het onderstel is verbonden en losneembaar is gekoppeld met de staander.

7. Wagentje volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de steun eveneens U-vormig is waarbij de uiteinden van de poten van de U-vorm draaibaar verbonden zijn met het onderstel.

8. Wagentje volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het 25 wagentj e koppelmiddelen omvat voor koppeling aan een fiets, welke koppelmiddelen aan de bagagedrager zijn bevestigd.

9. Wagentje volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen ten minste twee met elkaar samenwerkende delen omvat, die gevormd zijn door een pen en een haak, waarbij één van de delen aan de bagagedrager en het andere deel aan de fiets is 3. bevestigd, en dat de koppelmiddelen vergrendelmiddelen omvatten voor het vergrendelen van de bagagedrager aan een fiets.

10. Wagentje volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de vergrendelmiddelen 1 0 1 25 24 ten ten minste twee met elkaar samenwerkende verdere delen omvat, die gevormd zijn door een verdere pen en een verdere haak, waarbij één van de delen aan de bagagedrager en het andere deel aan de fiets is bevestigd, en waarbij het deel en het verdere deel die aan de bagagedrager zijn bevestigd ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn voor het tot stand 5 brengen van de vergrendeling. 1 0 1 25 24