NL1011865C2

NL1011865C2 - Method for ventilating stable or cowshed involves longitudinal opening in roof part with first frame component adjacent to first opening. The width of the opening is smaller than twice the height and frame componeent extends above roof part

Info

Publication number: NL1011865C2
Application number: NL1011865A
Authority: NL
Inventors: Bert Van T Oever
Original assignee: Bert Van T Oever
Priority date: 1999-04-22
Filing date: 1999-04-22
Publication date: 2000-11-07

Abstract

The method is for ventilating a stable or cowshed (S) and involves a longitudinal opening in a roof part with a first frame component adjacent to the first opening. The width of the opening is smaller than twice the height and the frame component extends above the roof part. The ratio between the height and the width is approximately 1.5. The frame components are fixed to one or more support components of the roof part and in relation to the edge of the roof part so that the part of the roof part between them and the edge can catch rainwater. At the roof ridge is formed a light-permeable cap (2).

Description

WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR DE VENTILATIE VAN EEN STALMETHOD AND APPARATUS FOR VENTILATION OF A HOUSE

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en inrichting voor de ventilatie van een stal.The present invention relates to a method and device for the ventilation of a stable.

In het verleden is een groot aantal stallen, in het bijzonder voor de rundveehouderij, gebouwd waarvan 5 het hellende staldak in langsrichting voorzien is van een polyester of PVC lichtkap, die de nok van het hellende dak vormt. Door het aanbrengen van een dergelijke lichtkap stijgt in de stal voldoende licht van buiten naar binnen. De lichtkap is vaak zodanig aangebracht, dat er 10 tussen het hellende dak en de onderrand van de lichtkap openingen zijn voorzien ten behoeve van de ventilatie van de stal. In de praktijk is echter gebleken dat er in deze openingen onvoldoende lucht geventileerd wordt.In the past, a large number of stables, in particular for cattle farming, have been built, of which the sloping stable roof is longitudinally provided with a polyester or PVC light cover, which forms the ridge of the sloping roof. By installing such a light cover, sufficient light rises from the outside to the inside in the stable. The protector is often arranged in such a way that openings are provided between the sloping roof and the lower edge of the protector for ventilation of the stable. In practice, however, it has been found that insufficient air is ventilated in these openings.

Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt doordat 15 vervuilde warme stallucht opstijgt tot tegen de over het algemeen ronde lichtkap en aldaar verzameld wordt. De stallucht treedt derhalve in onvoldoende mate door de lager gelegen openingen naar buiten. De ventilatielucht kan pas naar buiten treden als deze daalt waarna de lucht 20 aan de zijkant ontsnapt. Bij het dalen van de stallucht stijgt echter nieuwe warme stallucht op waardoor een werveling van de lucht plaatsvindt. Hierdoor vindt onvoldoende luchtverversing plaats.This is probably due to the fact that polluted warm stable air rises up to the generally round protector and is collected there. The air in the barn is therefore insufficiently exited through the lower openings. The ventilation air can only escape when it falls, after which the air 20 escapes from the side. When the stable air drops, however, new warm stable air rises, causing the air to swirl. As a result, insufficient air exchange takes place.

Het bovenstaande probleem kan opgelost worden 25 door de bestaande lichtkap te verwijderen en te vervangen door een nieuwe daknok, waarbij echter de draagconstructie van de stal aangepast dient te worden. Dit brengt hoge kosten met zich mee en is derhalve voor bestaande stallen economisch nauwelijks haalbaar.The above problem can be solved by removing the existing light cover and replacing it with a new roof ridge, but the supporting construction of the stable has to be adapted. This entails high costs and is therefore hardly economically feasible for existing stables.

30 Ook is bekend het in het langsrichting open snijden van de lichtkap en de aldus ontstane uiteinde van de lichtkap naar buiten toe te buigen. Hierdoor ontstaat in het hoogste gedeelte van de lichtkap een ventilatie- 1011865 2 opening, waarlangs de opstijgende warme stallucht af te voeren is. Het voordeel hiervan is dat, gebruikmakend van de bestaande lichtkap, een redelijke ventilatie van de stal tot stand kan worden gebracht. Ook aan deze con-5 structie kleven echter een groot aantal bezwaren.It is also known to bend open the longitudinal direction of the light cover and to bend the end of the light cover thus created outwards. This creates a ventilation opening in the highest part of the protector, along which the rising warm stable air can be discharged. The advantage of this is that, using the existing light cover, reasonable ventilation of the house can be achieved. However, this construction also has a great many drawbacks.

Een bezwaar is dat tussen de omgebogen uiteinden van de lichtkap afstandhouders moeten worden geplaatst teneinde de uiteinden uit elkaar te houden, het aanbrengen waarvan een arbeidsintensieve en tijdrovende 10 bezigheid is. Bovendien wordt vermindert de stijfheid van de lichtkapconstructie verminderd, hetgeen kan leiden tot het benodigd zijn van het uitvoeren van aanvullende bouwkundige maatregelen.A drawback is that spacers must be placed between the bent ends of the light cover in order to keep the ends apart, the application of which is a labor-intensive and time-consuming activity. In addition, the rigidity of the cover is reduced, which may lead to the need for additional construction measures to be carried out.

Het doel van de onderhavige uitvinding is 15 verbeterde inrichting en werkwijze voor het ventileren van de stal te verschaffen waarbij bovengenoemde bezwaren zijn ondervangen, welke werkwijze en inrichting bovendien toepasbaar is op bestaande stallen.The object of the present invention is to provide an improved device and method for ventilating the stable, wherein the above drawbacks are obviated, which method and device is moreover applicable to existing houses.

Volgens een eerste aspect van de uitvinding 20 wordt een werkwijze verschaft voor het ventileren van een stal, omvattende: - het in een aan de stal aangebracht dakdeel aanbrengen van een langgerekte opening; - het in de langsrichting nabij een eerste rand 25 van de opening aanbrengen van een eerste opzetorgaan; - het in de langsrichting nabij een tegenoverliggende tweede rand van de opening aanbrengen van een tweede opzetorgaan.According to a first aspect of the invention, a method is provided for ventilating a stable, comprising: - arranging an elongated opening in a roof part arranged on the stable; - arranging a first mounting member in the longitudinal direction near a first edge 25 of the opening; - arranging a second mounting element in the longitudinal direction near an opposite second edge of the opening.

Door in het dakdeel een langgerekte opening te 30 maken en deze aan weerszijden in de langsrichting te voorzien van opzetorganen is het mogelijk om op eenvoudige en snelle wijze in bestaande stallen een ventilatieopening te verschaffen waarlangs stallucht naar buiten kan treden, waarbij de boven het dakdeel uitstekende 35 opzetorganen door hun "schoorsteenwerking" de ventilatie van stallucht bevorderen.By making an elongated opening in the roof part and providing it with extension elements on both sides in the longitudinal direction, it is possible to provide a ventilation opening in existing stables in a simple and quick manner, through which stable air can escape, wherein the roof part protruding above the roof part 35 add-ons promote the ventilation of stable air through their "chimney effect".

Bij voorkeur wordt de opening zodanig aangebracht, dat de breedte b daarvan kleiner is dan tweemaal 1011865 3 de hoogte h waarop een opzetorgaan uitsteekt boven het dakdeel. Uit onderzoeken is namelijk gebleken dat de verhouding tussen de breedte van de opening en de hoogte waarop een opzetorgaan uitsteekt boven het dakdeel de 5 mate van ventilatie beïnvloedt. Bij voorkeur is de verhouding tussen de genoemde hoogte h en de genoemde afstand b tussen 1 en 3 en met nog meer voorkeur is de genoemde verhouding ongeveer 1,5. Bij laatstgenoemde verhoudingen zijn in de praktijksituaties reeds toenames 10 van het ventilatiedebiet van 70 % geconstateerd.Preferably, the opening is arranged such that its width b is less than twice the height h at which a mounting element protrudes above the roof part. Namely, studies have shown that the relationship between the width of the opening and the height at which a mounting element protrudes above the roof part influences the degree of ventilation. Preferably, the ratio between said height h and said distance b is between 1 and 3, and even more preferably said ratio is about 1.5. At the latter ratios, increases in the ventilation flow rate of 70% have already been observed in practical situations.

Bij voorkeur worden de opzetorganen aan één of meer bestaande steunorganen van het dakdeel bevestigd en behoeven de steunorganen, zoals bijvoorbeeld onderdeel uitmakend van de draagconstructie van de stal, niet 15 aangepast te worden.Preferably, the add-on members are attached to one or more existing support members of the roof part and the support members, such as for instance forming part of the supporting construction of the stable, need not be adapted.

Volgens een andere uitvoering omvat de werkwijze het op een zodanige afstand ten opzichte van de bijbehorende rand van het dakdeel aanbrengen van een opzetorgaan, dat het gedeelte van het dakdeel tussen het opzet-20 orgaan en de rand hemelwater kan opvangen. Hemelwater dat tussen de opzetorganen terechtkomt, zal in het algemeen niet loodrecht naar beneden vallen. In de meeste gevallen komt het naar beneden vallende hemelwater derhalve op het genoemde gedeelte van het dakdeel waarlangs het wordt 25 afgevoerd. Hierdoor wordt het inregenen van de stal voorkomen of althans verminderd.According to another embodiment, the method comprises arranging a mounting element at such a distance from the associated edge of the roof part that the part of the roof part between the mounting element and the edge can collect rainwater. Rainwater that flows between the attachments will generally not fall perpendicularly. In most cases the rainwater falling down therefore comes to the said part of the roof part along which it is discharged. This prevents or at least reduces the raining in of the stable.

Bij staande ventilatiesystemen treedt het probleem op dat wanneer de windrichting evenwijdig is aan de langsrichting van de ventilatie-opening van de stal, 30 lucht van buiten naar binnen wordt gedrongen waarmee de afvoer van vervuilde warme stallucht wordt gereduceerd of zelfs geheel wordt verhinderd. Om dit bezwaar te ondervangen omvat de werkwijze in een verdere voorkeurswijze het in hoofdzaak dwars tussen de eerste en tweede opzet-35 organen aanbrengen van één of meer derde opzetorganen. Door in de dwarsrichting van de langgerekte ventilatieopeningen brengen van opzetorganen wordt een dergelijk effect vermeden en wordt een onder alle windrichtingen 1011865 4 goed functionerende ventilatie mogelijkheid tot stand gebracht. Bovendien wordt een verbeterde stijfheid van de constructie verkregen.With upright ventilation systems, the problem arises that when the wind direction is parallel to the longitudinal direction of the ventilation opening of the house, air is forced in from the outside, thereby reducing or even completely preventing the discharge of polluted warm stable air. In order to overcome this drawback, the method in a further preferred manner comprises arranging one or more third attachments substantially transversely between the first and second attachments. By placing attachments in the transverse direction of the elongated ventilation openings, such an effect is avoided and a ventilation function which functions properly under all wind directions is achieved. In addition, an improved stiffness of the construction is obtained.

Volgens een ander aspect van de uitvinding 5 wordt een inrichting voor ventilatie van een stal verschaft, omvattende: - een dakdeel voorzien van een langgerekte opening; - een in langsrichting langs een eerste rand 10 van de opening aangebracht eerste opzetorgaan; - een in langsrichting langs een tegenoverliggende tweede rand van de opening aangebracht tweede opzetorgaan; waarbij elk opzetorgaan een bevestigingsdeel, waarmee het 15 opzetorgaan aan het dakdeel is aangebracht, en een opstaande wand omvat.According to another aspect of the invention, a device for ventilation of a stable is provided, comprising: - a roof part provided with an elongated opening; a first mounting member arranged longitudinally along a first edge 10 of the opening; a second mounting member arranged longitudinally along an opposite second edge of the opening; wherein each mounting member comprises a mounting part, with which the mounting member is arranged on the roof part, and an upright wall.

Een opzetorgaan kan met behulp van het bevestigingsdeel gemakkelijk aan het dakdeel bevestigd worden, waarbij de opzetorganen zodanig worden aangebracht dat de opstaande 20 wanden daarvan een "schoorsteen" vormen voor het bevorderen van de ventilatiestroom.A top member can be easily attached to the roof part by means of the mounting part, the top members being arranged such that their upright walls form a "chimney" for promoting the ventilation flow.

In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt het dakdeel gevormd door een al dan niet halfcilinderische lichtkap, die ter plaatse van de nok van een hellend dak 25 is voorzien. De warme stallucht verplaatst zich namelijk bij een hellend dak langs de onderzijde daarvan naar boven en het grootste deel van de warme stallucht wordt derhalve opgevangen in het hoogste punt in de stal, in dit geval de lichtkap.In a preferred embodiment, the roof part is formed by a semi-cylindrical or non-cylindrical light cover, which is provided with a sloping roof at the location of the ridge. Namely, the warm stable air moves upwards along the underside of it with a sloping roof and most of the warm stable air is therefore collected at the highest point in the stable, in this case the light hood.

30 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm be draagt ter plaatse van de aansluiting van een opzetorgaan op het dakdeel de hoek ot tussen de opstaande wand van het opzetorgaan en het dakdeel 50 - 80°. Uit uitgebreide proefnemingen is gebleken dat bij een dergelijke keuze 35 van de hoek a een optimum bereikt wordt tussen enerzijds goede ventilatie van de stal en anderzijds een beperking van de hoeveelheid hemelwater dat tijdens een regen-, hagel- of sneeuwbui in de stal terechtkomt.In a further preferred embodiment the angle ot between the upright wall of the mounting element and the roof part at the location of the connection of a mounting element to the roof part is 50 - 80 °. Extensive experiments have shown that with such a choice of angle α an optimum is achieved between, on the one hand, good ventilation of the house and, on the other hand, a limitation of the amount of rainwater that enters the house during a rain, hail or snowstorm.

1011865 51011865 5

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat een opzetorgaan een in hoofdzaak vlakke plaat, die voorzien is van één of meer knikken ter aanpassing van het opzetorgaan aan de vorm van het dakdeel. Door het 5 opzetorgaan op te bouwen uit een in hoofdzaak vlakke plaat en deze op een aantal plaatsen te knikken of buigen kan op eenvoudige wijze uit één plaat een opstaande wand en een bevestigingsdeel gevormd worden, waarbij bij voorkeur het bevestigingsdeel één of meer knikken heeft 10 ter aanpassing van dat deel aan de vorm van het dakdeel, bijvoorbeeld de halfcilindrische vorm van een lichtkap.According to a further preferred embodiment, a mounting element comprises a substantially flat plate, which is provided with one or more bends to adapt the mounting element to the shape of the roof part. By building up the mounting member from a substantially flat plate and bending or bending it in a number of places, an upright wall and a fixing part can be formed in a simple manner from one plate, wherein the fixing part preferably has one or more kinks. to adapt that part to the shape of the roof part, for example the semi-cylindrical shape of a light hood.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van het bevestigingsdeel aan één of meer steunorganen, 15 een steunorgaan kan bijvoorbeeld een gording van de draagconstructie van het dak of een steun van de draagconstructie van het dakdeel zijn.In a further preferred embodiment the device comprises fastening means for fastening the fastening part to one or more supporting members, a supporting member can for instance be a purlin of the supporting construction of the roof or a support of the supporting construction of the roof part.

Verdere kenmerken en details van de uitvinding zullen worden verduidelijkt in de navolgende beschrijving 20 van een voorkeursuitvoeringsvorm daarvan. Hierbij wordt verwezen naar de bijgevoegde figuren, waarin tonen: - figuur 1 een aanzicht in perspectief van een stal, die is voorzien van een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding; 25 - figuur 2 een meer gedetailleerd aanzicht in perspectief toont van de te plaatsen nok van de stal volgens figuur 1; en - figuur 3 een verder gedetailleerd, gedeeltelijk opengewerkt aanzicht in perspectief van de voor- 30 keursuitvoeringsvorm van figuren 1 en 2.Further features and details of the invention will be elucidated in the following description 20 of a preferred embodiment thereof. Reference is made here to the attached figures, in which: - figure 1 shows a perspective view of a stable, which is provided with a preferred embodiment of the device according to the invention; Figure 2 shows a more detailed perspective view of the ridge of the stable according to figure 1 to be placed; and - figure 3 shows a further detailed, partly cut-away perspective view of the preferred embodiment of figures 1 and 2.

De stal S uit figuur 1 is van een gebruikelijk type. De stal S heeft een langgerekte vorm, waarbij aan de beide kopgevels toegangsdeuren zijn voorzien. Het vee wordt over het algemeen langs de zijgevels van de stal S 35 gegroepeerd. Hierbij wordt in het middengebied tussen de kopgevels een doorgang gecreëerd aan weerszijden waarvan het vee gerangschikt is. Deze doorgang wordt bijvoorbeeld gebruikt voor het transport van vee, het plaatsen van 1011865 6 voeding, etc. De stal S heeft een op gordingen G steunend hellend dak D, waarvan de nok zich in de langsrichting van de stal uitstrekt. Ter plaatse van de nok is het dak opgebouwd uit een lichtdoorlatende kap zodat de eerder 5 genoemde doorgang met buitenlicht verlicht wordt. De luchtdoorlatende kap is vervaardigd van UV-bestendige gewapend polyester of van PVC.The stable S of figure 1 is of a conventional type. The stable S has an elongated shape, with access doors on both end walls. Cattle are generally grouped along the side walls of the S 35 stable. A passage is created in the middle area between the end walls on either side of which the livestock is arranged. This passage is used, for example, for the transport of livestock, the placing of feed, etc. The stable S has a sloping roof D supported on purlins G, the ridge of which extends in the longitudinal direction of the stable. At the location of the ridge, the roof is built up from a translucent hood so that the aforementioned passage is illuminated with outside light. The breathable hood is made of UV-resistant reinforced polyester or PVC.

Voor een optimale welbevinder van het vee en de in de stal S werkzame personen alsmede voor het in goede 10 conditie houden van de stal S is het belangrijk om met behulp van een adequaat ventilatiesysteem de kwaliteit van de stallucht op een hoog peil te brengen en te houden .For an optimal well-being of the livestock and the persons working in the stable S as well as for keeping the stable S in good condition it is important to raise the quality of the stable air to a high level by means of an adequate ventilation system. to hold .

De ventilatie-inrichting 1 kan als volgt zijn 15 opgebouwd. Uitgegaan wordt van een bestaande lichtkap (2, 3) die via een aantal boogvormige constructiesteunen 4 aan het dak D bevestigd is. De lichtkap is bevestigd aan de constructiesteunen 4 door middel van schroeven 5.The ventilation device 1 can be constructed as follows. It is assumed that an existing light cover (2, 3) is attached to the roof D via a number of arcuate construction supports 4. The light cover is attached to the construction supports 4 by means of screws 5.

De constructiesteunen 4 zijn aan beide uiteinden voorzien 20 van vlakke bevestigingsdelen 6 die met behulp van schroeven 7 aan het dak D bevestigd is. Tevens zijn L-vormige onderdelen 9 op enige afstand ten opzichte van de langs-zijden van de lichtkap aangebracht, waarvan telkens een opstaand deel 9a zich naar boven toe uitstrekt en een 25 liggend deel 9b zich in hoofdzaak evenwijdig met het dak uitstrekt. Tussen de onderrand 10 van de lichtkap (2, 3) en het dak D is een tussenruimte 8 gevormd wel zodanig dat warme stallucht daardoor naar buiten kan treden. Een dergelijke ventilatiestroom is in figuur 2 met de pijl V 30 weergegeven.The construction supports 4 are provided at both ends with flat fastening parts 6 which are fixed to the roof D by means of screws 7. L-shaped parts 9 are also arranged at some distance from the longitudinal sides of the protector, each of which an upright part 9a extends upwards and a lying part 9b extends substantially parallel to the roof. Between the lower edge 10 of the light cover (2, 3) and the roof D, an intermediate space 8 is formed, such that warm stable air can escape through it. Such a ventilation flow is shown in figure 2 with the arrow V30.

In de praktijk is gebleken dat een dergelijke ventilatiestroom Vx onvoldoende is om de stal op adequate wijze te kunnen ventileren.It has been found in practice that such a ventilation flow Vx is insufficient to adequately ventilate the shed.

Daarom wordt aan de bovenzijde van de lichtkoe-35 pel en wel ter plaatse van het hoogste punt daarvan met behulp van bijvoorbeeld een haakse slijptol een deel van de lichtkap (2, 3) weggenomen waardoor een linker licht-kapdeel 2 en rechter lichtkapdeel 3 ontstaan. De breedte 101 186 5 7 b van het weggenomen deel van de lichtkap, zoals is weergegeven in figuur 2 en 3, is van belang voor de ventilerende werking, zoals hierna zal worden uitgelegd.Therefore, at the top of the skylight, at the location of its highest point, part of the light cover (2, 3) is removed with the aid of, for example, an angle grinder, so that a left light cover part 2 and right light cover part 3 are created. . The width 101 186 5 7 b of the removed part of the light cover, as shown in Figures 2 and 3, is important for the ventilating effect, as will be explained below.

De aldus ontstane langgerekte opening tussen de 5 lichtkapdelen van 2 en 3 verschaft een aanvullende ventilatie mogelijkheid voor de stal en wel juist op die positie waar zich de vervuilde warme stallucht opeengehoopt is, dat wil zeggen op het hoogste punt van de stal S. Vervolgens wordt op het linker lichtkapdeel 2 een 10 linker opzetstuk 13 geplaatst, terwijl op het rechter lichtkapdeel 3 een rechter opzetstuk 14 wordt geplaatst.The elongated opening thus created between the 5 light hood parts of 2 and 3 provides an additional ventilation possibility for the stable, precisely at that position where the polluted warm stable air is accumulated, i.e. at the highest point of the stable S. a left-hand attachment 13 is placed on the left-hand hood section 2, while a right-hand attachment 14 is placed on the right-hand hood section 3.

Het linker opzetstuk 13 is gevormd uit een tussen 0,6 en 0,9 mm dikke stalen profiel, dat voorzien is van een beschermingslaag in de vorm van een plastic 15 coating teneinde roestvorming tegen te gaan. Het stalen profiel is met eenvoudige middelen zodanig buigbaar, dat een tweetal buiglijnen of knikken 15 en 16 ontstaan die het opzetstuk 13 verdelen in een eerste deel 13a, tweede deel 13b en derde deel 13c, Evenzo is het rechteropzet-20 stuk 14 onder te verdelen in een eerste deel 14a, tweede deel 14b en derde deel 14c door knikken 15 en 16.The left-hand attachment 13 is formed from a steel profile between 0.6 and 0.9 mm thick, which is provided with a protective layer in the form of a plastic coating in order to prevent rust formation. The steel profile can be bent with simple means in such a way that two bending lines or kinks 15 and 16 are created, which divide the attachment 13 into a first part 13a, second part 13b and third part 13c. Likewise, the right-hand attachment 20 can be subdivided. in a first part 14a, second part 14b and third part 14c by kinks 15 and 16.

De eerste delen 13a, 14a van respectievelijk het linker en rechter opzetstuk 13 en 14 vormen opstaande wanden langs de in de lichtkap aangebrachte opening. Deze 25 wanden verbeteren de ventilatie door de opening.The first parts 13a, 14a of the left and right attachments 13 and 14 respectively form upright walls along the opening provided in the protector. These 25 walls improve ventilation through the opening.

Het tweede en derde deel 13b en 13c van het opzetstuk 13 en het tweede en derde deel 14b en 14c van het rechter opzetstuk 14 fungeren als bevestigingsdeel voor respectievelijk opzetstuk 13 en 14. De knik 16 30 tussen het tweede en derde deel 13b en 13c is zodanig uitgevoerd, dat als het ware de ronding van het linker lichtkapdeel 12 gevolgd wordt, terwijl de delen 14b en 14c van het rechter opzetstuk 14 als het ware de kromming volgen van het rechter lichtkapdeel 3. Op deze wijze kan 35 niet alleen met simpele middelen de kromming van de lichtkap gevolgd worden, maar wordt tevens een verbeterde aansluiting van de opzetstukken 13 en 14 op de lichtkapdelen 2 en 3 tot stand gebracht.The second and third parts 13b and 13c of the extension piece 13 and the second and third parts 14b and 14c of the right extension piece 14 act as fastening parts for the extension pieces 13 and 14 respectively. The bend 16 30 between the second and third parts 13b and 13c is designed such that, as it were, the curvature of the left light cover part 12 is followed, while the parts 14b and 14c of the right extension piece 14 follow, as it were, the curvature of the right light cover part 3. In this way, it is possible not only with simple means the curvature of the protector is followed, but an improved connection of the attachments 13 and 14 to the protector parts 2 and 3 is also effected.

ï J J 8oOOï J J 8000

88

De liggende delen 13b en 13c van het linker opzetstuk 13 worden met behulp van schroeven 17 bevestigd aan de constructiesteunen 4 van de lichtkap. Ter bescherming tegen weersinvloeden worden de koppen van de schroe-5 ven 17 voorzien van doppen 20, zodat corrosievorming wordt vermeden.The horizontal parts 13b and 13c of the left attachment 13 are fastened to the construction supports 4 of the light cover by means of screws 17. To protect against weather influences, the heads of the screws 17 are provided with caps 20, so that corrosion is avoided.

Met de bovenbeschreven constructie kan de stallucht in de richting van pijl V2 afgevoerd worden waarbij de opstaande delen 13a en 14a ervoor zorgen dat 10 de luchtafvoer bevorderd wordt.With the construction described above, the stable air can be discharged in the direction of arrow V2, whereby the upright parts 13a and 14a ensure that the air discharge is promoted.

Uit proefnemingen is gebleken dat de juiste keuze van de verhouding tussen de hoogte h die de opstaande delen 13a en 14a van het linker opzetstuk 13 en het rechter opzetstuk 14 uitsteken boven de linker- en 15 rechter lichtkapdelen 2 en 3 ten opzichte van de breedte b van de in de lichtkap aangebrachte opening van essentieel belang is voor een goede ventilatiewerking. Indien de hoogte- breedteverhouding (h/b) tussen 0,5 en 3 en bij voorkeur 1,5 is treedt een sterke verbetering van de 20 ventilatiestroom V2 op. Afhankelijk van de windrichting zijn bij een hoogte van 150 mm en een breedte van 100 mm toenames van in het ventilatiedebiet van meer 70 % tot stand gebracht.Experiments have shown that the correct choice of the ratio between the height h that the upright parts 13a and 14a of the left attachment 13 and the right attachment 14 protrude above the left and 15 right cover 2 and 3 with respect to the width b of the opening in the light cover is essential for proper ventilation operation. If the aspect ratio (h / b) is between 0.5 and 3 and preferably 1.5, a strong improvement of the ventilation flow V2 occurs. Depending on the wind direction, increases in the ventilation flow rate of more than 70% have been achieved at a height of 150 mm and a width of 100 mm.

Tevens is van belang de hoek α tussen de op-25 staande delen 13a en 13b van linker- respectievelijk rechter opzetstukken 13 en 14 en respectievelijk het linker lichtkapdeel 2 en het rechter lichtkapdeel 3. Een dergelijke hoek a is bij voorkeur tussen de 50 en de 80°. Uit proefnemingen is gebleken dat een hoek van 65° in 30 veel gevallen optimaal is, dat wil zeggen dat bij een dergelijke hoek een optimale balans gevonden is tussen enerzijds de ventilerende werking van de ventilatieopening en anderzijds bescherming tegen hemelwaterinslag.Also important is the angle α between the upright parts 13a and 13b of the left and right extensions 13 and 14 and the left light cover part 2 and the right light cover part 3, respectively. Such an angle a is preferably between 50 and 80 °. Experiments have shown that in many cases an angle of 65 ° is optimal, that is to say that at such an angle an optimum balance has been found between the ventilating effect of the ventilation opening on the one hand and protection against rainwater impact on the other.

De opzetstukken 13 en 14 kunnen in verschillen-35 de lengtes geproduceerd worden. Een lengte van circa 3 m is in de praktijk een goed werkzame lengte gebleken. In de in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm zijn aanvullende tussenschotten 21 toegevoegd, bijvoorbeeld met een 1011865 9 tussenafstand van ongeveer 3 ra. Deze tussenschotten 21 worden aangebracht op de steunen 4 van de lichtkap en/of tegen de binnenzijde van de opstaande delen 13a en 14a van respectievelijk opzetstuk 13 en 14. Door deze tussen-5 schotten 21 op de in de figuren aangegeven wijze tussen de opzetstukken 13 en 14 te bevestigen, wordt voorkomen dat bij windrichtingen die parallel of bijna parallel verlopen met de langsas van de ventilatie-opening lucht direct van buiten naar binnen wordt geblazen. In dat 10 geval wordt namelijk de vervuilde warme stallucht niet meer afgevoerd.The attachments 13 and 14 can be produced in different lengths. A length of approximately 3 m has proved to be a good effective length in practice. In the embodiment shown in the figures, additional partitions 21 have been added, for example with a spacing of about 3 ra. These partitions 21 are mounted on the supports 4 of the light cover and / or against the inside of the upright parts 13a and 14a of attachment 13 and 14 respectively. Through these intermediate partitions 21 between the attachments 13 in the manner shown in the figures and 14, air is not blown directly from the outside in wind directions that run parallel or almost parallel to the longitudinal axis of the ventilation opening. In that case, the polluted warm stable air is no longer removed.

De keuze voor het al dan niet aanbrengen van de bovengenoemde tussenschotten is afhankelijk van de mate waarin verschillende windrichtingen optreden. In een 15 klimaat waarin bepaalde windrichtingen slechts sporadisch voorkomen, kan het probleem van het naar binnen blazen van buitenlucht zoveel mogelijk voorkomen worden door de stal met zijn langsrichting in een van deze windrichtingen te oriënteren. Hierdoor wordt het naar binnen blazen 20 van buitenlucht voor het grootste gedeelte van de tijd voorkomen. In andere klimaten echter waarin geen sprake is van dergelijk veel optredende windrichtingen kan het aanbrengen van bovengenoemde tussenschotten 21 uitkomst bieden.The choice whether or not to install the above-mentioned partitions depends on the extent to which different wind directions occur. In a climate in which certain wind directions occur only sporadically, the problem of blowing in outside air can be avoided as much as possible by orienting the shed with its longitudinal direction in one of these wind directions. This prevents the blowing in of outside air for most of the time. However, in other climates in which there are no such prevailing wind directions, the installation of the above-mentioned partitions 21 can provide a solution.

25 In de weergegeven voorkeursuitvoeringsvorm is een het opzetstuk 13, 14 op enige afstand van de rand 12 van het respectievelijke lichtkapdeel 2 en 3 aangebracht, zodat de uiteinden 29 en 30 van het respectievelijke linker lichtkapdeel 2 en rechter lichtkapdeel 3 uitsteken 30 tot voorbij de opstaande delen 13a en 14a van de opzetstukken 13 en 14. Deze uitstekende uiteinden 29 en 30 hebben in een voorkeursuitvoeringsvorm elk een breedte van circa 40 mm en hebben als functie het opvangen van hemelwater. Hemelwater zal namelijk in het algemeen niet 35 loodrecht naar beneden vallen maar enigszins schuin ten opzichte van de aardbodem. Stel bijvoorbeeld dat regen vanaf de rechterzijde van de stal S invalt (zie pijl R). In dat geval wordt een groot gedeelte van het hemelwater 1011865 10 tegengehouden door het buitenoppervlak van het opstaande deel 14a van het rechter opzetstuk 14. Ook komt een deel van de regen terecht tussen de opstaande delen 13a en 14a, doch dit gedeelte door de schuine inval van het 5 hemelwater hoofdzakelijk terechtkomt op het uitstekend uiteinde 29 van het linker lichtkapdeel 2. Het uitstekend uiteinde 29 fungeert dus als opvang voor het hemelwater. Wegens de kromming van het lichtkapdeel stroomt het water vervolgens weg. De werking en functie van het uitstekend 10 uiteinde 30 van het rechter lichtkapdeel 3 is analoog aan die van het uitstekende uiteinde 29.In the shown preferred embodiment, the attachment piece 13, 14 is arranged at some distance from the edge 12 of the respective light hood part 2 and 3, so that the ends 29 and 30 of the respective left light hood part 2 and right light hood part 3 protrude 30 beyond the upright parts 13a and 14a of the attachments 13 and 14. In a preferred embodiment these projecting ends 29 and 30 each have a width of approximately 40 mm and have the function of collecting rainwater. Rainwater will generally not fall perpendicularly, but rather at an angle to the ground. For example, suppose that rain falls from the right side of the stable S (see arrow R). In that case, a large part of the rainwater 1011865 10 is retained by the outer surface of the upright part 14a of the right-hand attachment 14. Also, a part of the rain ends up between the upright parts 13a and 14a, but this part due to the oblique incidence of the rainwater mainly ends up on the protruding end 29 of the left-hand hood part 2. The protruding end 29 thus functions as a collection for the rainwater. Due to the curvature of the cover, the water then flows away. The operation and function of the protruding end 30 of the right-hand cover 3 is analogous to that of the protruding end 29.

De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan; de gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende 15 conclusies, binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.The present invention is not limited to the above described preferred embodiments thereof; the requested rights are defined by the following claims, within the scope of which many modifications are conceivable.

10118851011885

Claims

Method for ventilating a stable, comprising: - arranging an elongated opening in a roof part arranged on the stable; 5. arranging a first mounting member in the longitudinal direction near a first edge of the opening; - arranging a second mounting element in the longitudinal direction near an opposite second edge of the opening.

2. Method as claimed in claim 1, comprising of arranging the opening such that the width b thereof is smaller than twice the height h at which a mounting element protrudes above the roof part.

3. Method according to claim 2, wherein the ratio between said height h and said distance b is between 1 and 3.

4. Method according to 3, wherein said ratio is approximately 1.5.

Method as claimed in any of the claims 1-4, 20 comprising of attaching the add-on members to one or more existing support members of the roof part.

6. Method as claimed in any of the claims 1-5, comprising of applying a mounting element to the roof part at such a distance relative to the associated edge that the part of the roof part between the mounting element and the edge can collect rainwater.

7. A method according to any one of the preceding claims, comprising arranging one or more third mounting elements substantially transversely between the first and second mounting member.

8. Device for ventilation of a stable, comprising: - a roof part provided with an elongated opening; 1011öS5 - a first mounting means arranged longitudinally along a first edge of the opening; a second mounting member arranged longitudinally along an opposite second edge of the opening, each mounting member comprising a mounting part, with which the mounting member is arranged on the roof part, and an upright wall.

9. Device as claimed in claim 8, wherein the roof part comprises a light hood.

Device as claimed in claim 8 or 9, wherein the upright wall protrudes above the roof part over a height h greater than half the distance b between the first and second edge.

The device of claim 10, wherein the ratio between said height h and said distance b is between 1 and 3.

The device of claim 11, wherein said ratio is about 1.5.

13. Device as claimed in any of the claims 8-12, wherein at the location of the connection of a mounting element to the roof part the angle oi between the upright wall of the mounting element and the roof part is between 50 and 80 degrees.

The device of claim 13, wherein the angle α is about 65 degrees.

15. Device as claimed in any of the claims 8-14, wherein a mounting member is arranged on the roof part at such a distance from the associated edge that the part of the roof part between the mounting member and the edge forms a collection for rainwater.

16. Device as claimed in any of the claims 8-15, wherein a mounting member comprises a substantially flat plate which is provided with one or more bends to adapt the mounting member to the shape of the roof part.

Device as claimed in any of the claims 8-16, wherein a third mounting member can be fixed substantially transversely between the first and second mounting member. i'll '! - '^ ^ j vv "é i.' w 'r-

18. Device as claimed in claim 17, wherein the third mounting member can be fixed near a third edge of the opening in the roof part.

19. Device as claimed in claim 17 or 18, comprising two or more third mounting elements placed in longitudinal direction one behind the other.

20. Device as claimed in any of the foregoing claims, comprising fastening means for fastening the fastening part to one or more supporting members of the roof (part).

21. Device as claimed in any of the claims 8-20, wherein a mounting member is made of metal with a protective layer, preferably a plastic coating.

22. Device as claimed in any of the claims 8-21, 15 wherein the mounting element comprises a steel profile with a thickness of approximately 0.6 - 0.9 mm.

23. Device as claimed in any of the claims 8-22, wherein the roof part at least partly forms the ridge of the roof of the stable.

A method of applying a device according to any one of claims 8-23.

A mounting device evidently intended for a device according to any one of claims 8-23. 1011865