NL1008598C2 - Inrichting ter beveiliging tegen diefstal bij een automobiel. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Inrichting ter beveiliging tegen diefstal bij een automobiel.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het weergeven van onbevoegd gebruik van een voertuig, omvattende: - een besturingseenheid voor het produceren van 5 een eerste besturingssignaal in respons op het ontvangen van een zekere toegangscode, - een van buiten het voertuig en met de besturingseenheid verbonden weergeefeenheid voor het weergeven van het kenteken van het voertuig in 10 respons op het eerste besturingssignaal en het weergeven van een op onbevoegd gebruik duidende boodschap in afwezigheid van het eerste besturingssignaal .

Een inrichting van deze soort is bekend uit de Europese oc-15 trooiaanvrage EP 0.146.328.

In deze bekende inrichting wordt een visuele weergave gebruikt om anderen te attenderen op het feit dat het voertuig is gestolen. Hiertoe kan de weergeefeenheid, die op een venster van het voertuig is aangebracht, verscheidene boodschap-20 pen weergeven. Een toetsenbord dient voor het invoeren van een toegangscode. Wanneer het voertuig gebruikt wordt zonder dat de toegangscode is ingevoerd, wordt een boodschap, zoals "gestolen", weergegeven.

Hoewel een dergelijke inrichting nuttig is, vereist deze 25 een aanvullende eenheid, dat wil zeggen, een in het voertuig te monteren weergeefeenheid die diefstal aanduidt.

Vele auto's worden vandaag de dag uitgerust met een derde of aanvullend remlicht, dat reeds in verscheidene landen verplicht is. Een dergelijk derde remlicht wordt meestal 30 achter de achterruit van de automobiel aangebracht. Het installeren van zowel een derde remlicht als een diefstal aanduidende weergeefeenheid kost ruimte op de achterruit, waardoor het achteruitzicht van de bestuurder wordt verminderd. Bovendien is het aanbrengen van twee afzonderlijke eenheden 1 0 0 85 9 ff -2- arbeidsintensief en oneconomisch.

Een andere inrichting voor het aanduiden van voertuig-diefstal is geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift US 4.768.027. Deze bekende inrichting heeft een weergeefeenheid 5 die op het voertuig kan worden vastgeschroefd. Op deze wijze wordt het achteruitzicht minder aangetast, maar dient wel een afzonderlijke eenheid te worden geïnstalleerd.

De internationale octrooiaanvrage WO 94/ 20335 openbaart een inrichting met een LCD-weergeefscherm dat op een voertuig-10 venster kan worden geplakt. Dit vereist ook twee eenheden, dat wil zeggen het derde remlicht en het te installeren weergeef-scherm. Bovendien is het relatief eenvoudig om de werking van deze bekende inrichting ongedaan te maken door het weergeef-scherm van het venster los te trekken.

15 Het is derhalve een oogmerk van onderhavige uitvinding om een inrichting voor het weergeven van onbevoegd gebruik van een voertuig aan te geven die geen aanvullende ruimte in de achterruit van het voertuig vereist.

Het is een ander oogmerk van de onderhavige uitvinding om 20 een inrichting voor het weergeven van onbevoegd gebruik van het voertuig aan te geven waarmee niet kan worden geknoeid.

Het is een weer verder oogmerk van de onderhavige uitvinding om een inrichting te verschaffen welke in staat is om zowel bevoegd en onbevoegd gebruik van een voertuig aan te 25 geven.

Deze en andere oogmerken worden bereikt met een inrichting van de in de aanhef genoemde soort, welke overeenkomstig de onderhavige uitvinding het kenmerk heeft, dat de inrichting zodanig met de remschakeling van het voertuig is gekoppeld dat 30 de weergeefeenheid in respons op een tweede besturingssignaal als aanvullend remlicht fungeert.

Door het verschaffen van een inrichting met een weergeefeenheid die niet alleen als diefstal aanduidend weergeef scherm maar ook als derde remlicht fungeert, behoeft 35 slechts één enkele eenheid in het voertuig geïnstalleerd te worden. Dat wil zeggen, de weergeef eenheid kan het derde remlicht vervangen, waardoor het niet nodig is deze laatste : « ; -i RSQ8 -3- apart te installeren. Als alternatief kan het in de meeste auto's reeds aanwezige derde remlicht op eenvoudige wijze zodanig worden gemodificeerd, dat dit als diefstal aanduidend weergeefscherm werkt, waardoor de behoefte aan het installeren 5 van een afzonderlijk diefstal aanduidend weergeefscherm wordt weggenomen.

De weergeefeenheid kan direct met de elektrische remscha-keling van het voertuig zijn gekoppeld. Bij voorkeur is de remschakeling echter met de besturingseenheid gekoppeld ten-10 einde het tweede besturingssignaal in reactie op een van de remschakeling afkomstig activeringssignaal te produceren. Op deze wijze kan de besturingseenheid in reactie op de aanwezigheid van de toegangscode en\of van een remactiveringssignaal geschikte signalen, of een geschikte combinatie van signalen, 15 genereren.

Het voordeel is de weergeefeenheid aangebracht tussen lagen van de achterruit van het voertuig. Dit voorkomt dat met het weergeefscherm wordt geknoeid, waardoor de veiligheid van de inrichting wordt verbeterd. De energie voor het bekrachti-20 gen van weergeefeenheid kan in dit geval worden verkregen vanuit (afzonderlijke draden van) de achterruitverwarmings-schakeling. De afzonderlijke draden maken de weergeefeenheid onafhankelijk van het activeren van de achterruitverwarmings-schakeling.

25 Bij voorkeur omvat de weergeefeenheid een programmeerbare elektronische schakeling voor het opslaan van het kenteken. Op deze wijze wordt verzekerd dat het weergeefscherm slechts het werkelijke kenteken van de auto kan tonen, zelfs indien met de besturingseenheid is geknoeid. In het bijzonder wanneer het 30 weergeefscherm met inbegrip van de programmeerbare elektronische schakeling (bijvoorbeeld een geheugenchip van het PROM-type) tussen lagen van de achterruit is aangebracht, is het vrijwel onmogelijk het opgeslagen kenteken te wijzigen.

Hiertoe is het voordelig wanneer de programmeerbare 35 elektronische schakeling voor het opslaan van het kenteken niet herprogrammeerbaar is. Dit maakt het onmogelijk om zelfs op afstand het in de weergeefeenheid opgeslagen kenteken te 1 0 0 85f)fi -4- wijzigen. Herprogrammeren kan volledig worden uitgesloten door gebruik te maken van een programmeerbare elektronische schakeling die een smelt-matrix omvat, zodat het programmeren bepaalde verbindingen in de smelt-matrix, met inbegrip van de 5 schrijflijn van de matrix, doet doorbranden.

Het kenteken van het voertuig dat in het weergeef scherm van de inrichting volgens de uitvinding zichtbaar is, is in principe een aanduiding van bevoegd gebruik. Indien deze aanduiding niet met de werkelijkheid overeenkomt, kan de 10 onbevoegde gebruiker de behoefte voelen om kentekenplaten met een ander kenteken aan te brengen, teneinde het traceren via de gebruikelijke kentekenplaten moeilijker te maken. Het aanbrengen van andere kentekenplaten maakt het voertuig echter onmiddellijk verdacht vanwege het verschil tussen het op het 15 weergeefscherm verschijnende kenteken en dat welke op de recentelijk aangebrachte kentekenplaten zichtbaar is. Een "oplossing" voor de onbevoegde gebruiker zal het herprogrammeren van de bij het weergeefscherm behorende elektronische schakeling (chip) zijn. Hiertoe is een programmeerinrichting vereist 20 die echter geen deel uitmaakt van het voertuig.

Een praktische uitvoering van de inrichting volgens de uitvinding bestaat daarin, dat deze is ingericht op het gebruik van een persoonsgebonden chipkaart als drager van unieke informatie. In aanmerking daarvoor komen in principe alle 25 chipkaarten, die in het dagelijks verkeer worden toegepast en die van een uniek serienummer zijn voorzien. Te denken valt bijvoorbeeld aan een elektronische betaalkaart, zoals de "Chipper".

Een verder kenmerk van de uitvinding bestaat in een 30 zodanige uitvoering en aansturing van het display-scherm, dat bij verwijdering van de drager van unieke informatie het daardoor onderbreken van de normale code-aansturing van het display-scherm resulteert in het oplichten van dit scherm in de vorm van op diefstal wijzende informatie. Dit biedt de 35 rechtmatige eigenaar, die in een gebruiksituatie onder bedreiging tot afgeven van zijn automobiel wordt gesommeerd, hieraan te voldoen terwijl hij omzichtig de drager van unieke informa- 1008598 -5- tie verwijdert. De motor blijft dan normaal draaien, zodat de dief vervolgens duidelijk zichtbaar in een gestolen automobiel rijdt. Wordt de motor vervolgens, via het gebruikelijke contactslot, afgezet, dan zal opnieuw starten door het ontbreken 5 van de drager van unieke informatie, bij voorkeur onmogelijk zi jn.

Een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding bestaat daarin, dat het display-scherm tussen lagen van een gelaagde ruit, meer in het bijzonder de achterruit van 10 de automobiel is opgenomen. Het display-scherm kan van het LCD-type met achtergrondverlichting (elektroluminescentie) dan wel van het LED-matrixtype zijn. Een dergelijk display-scherm is onder gebruikmaking van de ter beschikking staande technieken voldoende groot en buigzaam uit te voeren en vraagt zeer 15 weinig energie. Ook kan een display van het LEP-type (LEP= Light Emitting Polymers) worden toegepast. Daarmee kan een zeer dun, buigzaam en bovendien goedkoop display worden verkregen .

Een geschikte uitvoering van het display-scherm is die in 20 stip-matrixuitvoering. In een dergelijke uitvoering kan het display-scherm tevens dienst doen als "derde remlicht", dat in vele landen gebruikelijk is dan wel verplicht is gesteld. Het display-scherm kan daartoe eenvoudig in het remlichtcircuit van de automobiel worden opgenomen.

25 Omgekeerd betekent dit, dat het verplichte "derde rem licht" in een passende uitvoering tevens dienst kan doen als display-scherm van de inrichting volgens de uitvinding.

Gezien de ermede te behalen voordelen op het gebied van de diefstalbestrijding maakt dit het voor de wetgever aantrek-30 kelijk een "derde kentekenuiting" eveneens verplicht te stellen .

Verdere bijzonderheden en voordelen van de inrichting volgens de uitvinding worden hieronder aan de hand van de tekening nader toegelicht.

35 De tekening toont schematisch, bij wijze van voorbeeld, een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.

In de tekening zijn met 1 en 2 de bovenste (buitenste) en 1008598 -6- onderste (binnenste) laag van een gelaagde achterruit van een automobiel aangegeven. Tussen deze beide lagen bevindt zich het met 3 aangegeven achterruit-verwarmingscircuit, terwijl met 4 een display-scherm is aangegeven, dat via het verwar-5 mingscircuit 3 en een extra draad wordt gevoed. In het display- scherm 4 is een programmeerbare elektronische geïntegreerde schakeling (chip) 8 opgenomen. Met 5 en 6 zijn de communicatieverbindingen met een bijvoorbeeld in het instrumentenpaneel van de automobiel in te bouwen lezereenheid 7 10 aangegeven. Deze lezereenheid bevat een schakeling, welke bijvoorbeeld in staat is een bepaalde code of unieke informatie te herkennen, welke code c.q. informatie zich bevindt in de met 9 aangegeven chipkaart. Met 10 is een sleuf aangegeven, via welke de chipkaart 9 in zijn werkzame positie in de lezer-15 eenheid 7 kan worden gebracht. De lezereenheid 7 is daarbij in de weergegeven uitvoeringsvorm gekoppeld met een startonder-brekingsschakeling 18, welke in het startcircuit van de automobiel is opgenomen. Door het inbrengen van de chipkaart 9 in de lezereenheid 7 en het herkennen van de code wordt de start-20 onderbrekingsschakeling 18 zodanig aangestuurd dat het startcircuit wordt gesloten om starten mogelijk te maken.

Met 11 en 12 zijn de losneembare verbindingen van de lezereenheid 7 met een (normaal niet in de automobiel aanwezige) programmeereenheid 13 aangegeven. Met behulp van de pro-25 grammeereenheid 13 kan via de lezereenheid 7 de met het display-scherm 4 samenwerkende (resp. daarin opgenomen) chip 8 worden geprogrammeerd en wel zodanig, dat het bij de automobiel behorende kenteken in deze chip wordt opgeslagen. De programmeereenheid is hiertoe van een toetsenbord 21 en een 30 beeldscherm 22 voorzien.

Zoals hierboven reeds werd aangegeven, kan deze program-meerbehandeling een eenmalige behandeling zijn, waarbij bepaalde verbindingen in een smelt-matrix alsook de schrijflijn aan het einde van de programmeerbehandeling doorbranden. Het 35 bij de automobiel behorende kenteken zit daarmede onveranderlijk in de bij het display-scherm behorende chip opgeslagen.

De werking van de inrichting is als volgt. Bij het in- 1008598 -7- brengen van een chipkaart 9 met de juiste informatie wordt door middel van de startonderbrekingsschakeling 18 het start-circuit gesloten en kan de motor worden gestart. Tegelijkertijd worden via de verbindingen 5 en 6 codesignalen uitgezon-5 den, die het display-scherm 4 overeenkomstig de informatie-inhoud van de bijbehorende chip 8 doen oplichten. Het bij de automobiel behorende kenteken verschijnt dus op het display-scherm 4. Deze situatie is representatief voor de automobiel in het normale, geautoriseerde gebruik.

10 Wanneer de chipkaart 9 in deze normale gebruiksituatie wordt verwijderd, terwijl de motor van de automobiel blijft doorlopen, heeft dit tot gevolg, dat de codesignalen tussen de lezereenheid 7 en het display-scherm 4 worden onderbroken, waardoor het kenteken niet langer op het display-scherm 4 is 15 te zien doch daarvoor in de plaats de aanduiding "gestolen" of een soortgelijke aanduiding komt.

De lezereenheid 7 kan voorts zodanig zijn ingericht, dat ook daarin het kenteken wordt opgeslagen. Het invoeren van een chipkaart 9 met de juiste informatie kan voorts een program-20 meermodus doen starten, waarmede eventuele andere kaarten (parallelkaarten) geldig dan wel ongeldig kunnen worden gemaakt .

De losneembare verbindingen 11 en 12 tussen de program-meereenheid 13 en de lezereenheid 7 kunnen in een alternatieve 25 uitvoeringsvorm worden vervangen door een zender/ontvanger-combinatie (niet getoond). Indien de programmeereenheid 13 wordt voorzien van een zender en de lezereenheid 7 wordt voorzien van een ontvanger, wordt programmeren en sturen op afstand mogelijk gemaakt.

30 Het is daarbij in de eerste plaats mogelijk om de inrich ting op afstand te initialiseren door het kenteken van de automobiel in de schakeling 8 van het display-scherm 4, en eventueel ook in een geschikte schakeling van de lezereenheid 7, op afstand in te programmeren. In de tweede plaats is het 35 mogelijk het voertuig op afstand te blokkeren, wanneer bijvoorbeeld het voertuig inclusief de chipkaart 9 is gestolen. Hiertoe is de inrichting volgens de uitvinding bij voorkeur 1 008598 -8- zodanig ingericht, dat bij ontvangst van bepaalde blokkeerin-formatie de startonderbrekingsschakeling 18 zodanig wordt aangestuurd dat het startcircuit, of eventueel zelfs de ontsteking van de auto, wordt onderbroken. Bovendien wordt bij 5 het ontvangen van de bepaalde blokkeerinformatie bij voorkeur in het display-scherm 4 een op diefstal wijzende aanduiding zichtbaar gemaakt, zoals het woord "gestolen". Hierdoor wordt een effectieve beveiliging tegen autodiefstal bereikt.

De blokkeerinformatie omvat bij voorkeur een serienummer 10 van de inrichting, dat tevens in de lezereenheid 7 en/of (de schakeling 8 van) het display-scherm 4 is ondergebracht. Eventueel kan de blokkeerinformatie tevens het kenteken omvatten teneinde een extra controle mogelijk te maken. Om fraude te voorkomen omvat de blokkeerinformatie, in aanvulling op het 15 serienummer, bij voorkeur een geheime extensie. Zo kan bijvoorbeeld aan een serienummer van twaalf cijfers een extensie van vier cijfers zijn toegevoegd. Hoewel het mogelijk is de extensie te relateren aan het serienummer, zodat de extensie van het serienummer kan worden afgeleid, wordt een grotere 20 bestendigheid tegen fraude verkregen door de extensie niet of niet direkt aan het serienummer te relateren. In dat geval kan de extensie een geheime code, zoals een zogenaamde pincode zijn.

Met behulp van deze uitvoeringsvorm is het mogelijk de 25 inrichting op afstand zodanig aan te sturen, dat niet-geau-toriseerd gebruik van de automobiel wordt ontmoedigd of geheel onmogelijk wordt gemaakt. Hiertoe kan de rechtmatige gebruiker bijvoorbeeld een vooraf bepaald telefoonnummer kiezen en zijn kenteken, het serienummer en de extensie invoeren. Een pro-30 grammeereenheid 13 kan daarbij verbonden zijn met een zogenaamde "server", die aan het telefoonnummer is gekoppeld, en ontvangt van deze "server" de ingevoerde gegevens. Vervolgens verzendt de programmeereenheid 13, met behulp van diens zender, de blokkeerinformatie naar de lezereenheid 7 van de 35 betreffende automobiel. Daarbij kan de blokkeerinformatie, in aanvulling op de genoemde gegevens, tevens een blokkeercode omvatten.

1008598 -9-

Zoals reeds werd opgemerkt, is het display-scherm 4, bijvoorbeeld in de stip-matrixuitvoering, tevens geschikt om als derde remlicht te worden toegepast. Daartoe is de lezer-eenheid 4 zodanig gekoppeld met de remlichtschakeling van de 5 automobiel, dat het bedienen van het rempedaal van de automobiel steeds het volledig oplichten van het display-scherm veroorzaakt.

Het zal duidelijk zijn, dat de uitvinding niet beperkt is tot de weergegeven uitvoeringsvormen. Zo kan de koppeling 14, 10 15 tussen de lezereenheid 7 en de startonderbrekingsschakeling 18 achterwege worden gelaten. Daardoor kan, ook in een automobiel waarin geen startonderbrekingsschakeling aanwezig is, toch een indicatie van de legitimiteit van het gebruik worden gegeven.

15 1 η n 8 F 9 s

Claims (19)

1. Inrichting voor het weergeven van onbevoegd gebruik van een voertuig, omvattende: - een besturingseenheid (7) voor het produceren van een eerste besturingssignaal in respons op het 5 ontvangen van een zekere toegangscode, - een van buiten het voertuig en met de besturingseenheid (7) verbonden weergeefeenheid (4) voor het weergeven van het kenteken van het voertuig in respons op het eerste besturingssignaal en het 10 weergeven van een op onbevoegd gebruik duidende boodschap in afwezigheid van het eerste besturingssignaal , met het kenmerk, dat de inrichting zodanig met de remschake-ling (27) van het voertuig is gekoppeld dat de weergeefeenheid 15 (4) in respons op een tweede besturingssignaal als aanvullend remlicht fungeerd.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de remschakeling (27) zodanig met de besturingseenheid (7) is verbonden dat deze in respons op een van de remschakeling (27) 20 afkomstig activeringssignaal het tweede besturingssignaal produceert.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de weergeefeenheid (4) tussen lagen (1, 2) van een achterruit van het voertuig is aangebracht.

4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de weergeefeenheid (4) door een achterruitverwarmingsscha-keling (3) wordt gevoed.

5. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de weergeefeenheid (4) een programmeerbare 30 elektronische schakeling (8) voor het opslaan van het kenteken omvat.

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, waarin de elektronische schakeling (8) niet herprogrammeerbaar is.

7. Inrichting volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat 35 een afzonderlijke programmeereenheid (20) op afstand met de 1008598 -11- besturingseenheid (7) kan communiceren.

8. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de besturingseenheid (7) een kaartlezer omvat voor het van een chipkaart (9) ontvangen van de toegangscode.

9. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de besturingseenheid (7) met een startblokke-ringsschakeling (18) is verbonden teneinde de ontsteking van het voertuig in afwezigheid van de besturingscode te blokkeren .

10. Inrichting volgens een van de conclusies 1 tot 9, met het kenmerk, dat het weergeef scherm (4) van het LED-matrix-type is.

11. Inrichting volgens een van de conclusies 1 tot 9, met het kenmerk, dat het weergeefscherm (4) van het DOT-matrix-type 15 is.

12. Inrichting volgens een van de voorgaade conclusies, met het kenmerk, dat de besturingseenheid (7) van een radio-ont-vanger is voorzien voor het draadloos ontvangen van data vanuit een met een radiozender voorziene programmeereenheid 20 (20) .

13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de door de radio-ontvanger vanuit de programmeereenheid (20) te ontvangen data het in de elektronische schakeling (8) omvatte kenteken omvatten.

14. Inrichting volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat de door de radio-ontvanger vanuit de programmeereenheid (20) te ontvangen data blokkeerinformatie omvat voor het op een zodanige wijze besturen van de startblokkeringsschakeling (18) dat de startschakeling van het voertuig geblokkeerd is. 3 0

15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat tenminste de besturingseenheid (7) een serienummer omvat, en dat de blokkeerinformatie het serienummer omvat, waarbij door de besturingseenheid (7) ontvangen blokkeerinformatie op overeenkomst met het serienummer wordt gecontroleerd.

16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat het serienummer een geheime extensie omvat.

17. Voertuigvenster voor gebruik met de inrichting volgens 1008598 -12- een van de voorgaande conclusies, omvattende een buitenlaag (1) en een binnenlaag (2) die een weergeefeenheid (4) en met de weergeefeenheid (4) verbonden elektrisch geleidende voe-dingsdraden (3,30) insluiten.

18. Voertuigvenster volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de weergeefeenheid (4) een programmeerbare elektronische schakeling (8) voor het opslaan van een kenteken omvat.

19. Voertuigvenster volgens conclusie 17 of 18, met het kenmerk, dat de buitenste laag (1) en de binnenste laag (2) 10 verder met de weergeefeenheid (4) verbonden elektrisch geleidende signaaldraden (5, 6) insluiten. 1008598