NL1007308C2

NL1007308C2 - Lift truck for engaging, moving and depositing loads

Info

Publication number: NL1007308C2
Application number: NL1007308A
Authority: NL
Inventors: Fokko Markus Fokkens
Original assignee: Cangaru Forklift B V
Priority date: 1997-10-17
Filing date: 1997-10-17
Publication date: 1999-04-20

Abstract

The displaceable slider (16) is arranged for building together with gripping devices for manipulation of a load. Drive devices are provided for movement of the slider along the mast (8). The mast comprises a number of telescopic cooperating parts, so that its length is variable. Pivotably to the slider is fixed an arm (18), via the intermediary of which the gripping devices are couplable with the slider. The arm comprises several parts pivotable in relation to one another.

Description

5 S HvdH/gh/CF-25 S HvdH / gh / CF-2

HEFTRUCK MET EXCENTRISCHE HEFMASTFORKLIFT WITH Eccentric FORKLIFT

De uitvinding heeft betrekking op een heftruck voor het aangrijpen, verplaatsen en afleggen van lasten. Er bestaan heftrucks in meerdere typen, zo zijn er bijvoorbeeld meeneemheftrucks die aan de achterzijde van 5 een vrachtwagen opgehangen kunnen worden en contragewichtheftrucks die minder makkelijk verplaatsbaar zijn tussen verschillende gebruikslocaties. Al deze heftrucks zijn voorzien van een hefmast die in essentie bestaat uit twee uiteen geplaatste uitschuifbare profie-10 len, waartussen de benodigde besturings- en aandrijfmiddelen zijn aangebracht. Een nadeel hiervan is dat het uitzicht van een de heftruck bedienend persoon wordt belemmerd door de hefmast en dat de constructie relatief volumineus is.The invention relates to a forklift truck for gripping, moving and depositing loads. There are different types of forklift trucks, such as truck-mounted forklift trucks that can be hung at the rear of a truck and counterbalance forklift trucks that are less easy to move between different locations of use. All these forklifts are provided with a mast which essentially consists of two spaced out extendable profiles, between which the necessary control and drive means are arranged. A drawback of this is that the view of a person operating the forklift truck is obstructed by the lifting mast and that the construction is relatively bulky.

15 De onderhavige uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een verbeterde heftruck van het in aanhef genoemde type onder handhaving van de bestaande voordelen.The object of the present invention is to provide an improved forklift of the aforementioned type while retaining the existing advantages.

De uitvinding verschaft daartoe een heftruck 20 volgens conclusie 1. Bij voorkeur grijpt de slede in hoofdzaak aan op de buitenzijde van de hefmast. Tevens bestaat de hefmast bij voorkeur uit een enkelvoudige geleider.The invention provides for this purpose a forklift truck according to claim 1. Preferably, the carriage engages mainly on the outside of the mast. The lifting mast also preferably consists of a single guide.

De hefmast omvat bij voorkeur een aantal 25 telescopisch samenwerkende hefmastdelen waardoor de lengte van de hefmast variabel is. De excentrische en bij voorkeur enkele hefmast heeft als voordeel dat deze het zicht van een de heftruck bedienend persoon minder wordt belemmerd. De constructie is compact, zeer eenvoudig te 30 vervaardigen en kan voldoende stevig worden uitgevoerd.The mast is preferably comprised of a number of telescoping mast sections which make the length of the mast variable. The eccentric and preferably single mast has the advantage that it is less obstructed to the view of a person operating the forklift truck. The construction is compact, very easy to manufacture and can be sufficiently sturdy.

De excentrische plaatsing van de hefmast geeft tevens 1007308 2 extra mogelijkheden voor de constructie van slede en aangrijpmiddelen. De uitwendige aangrijping van de slede op de hefmast beperkt het volume van de hefmast verder. Ook dit draagt bij tot een verbeterd blikveld. Zeer 5 voordelig is het de hefmast enkelvoudig uit te voeren, of althans zo dat meerdere staanders op korte afstand van elkaar zijn geplaatst, waardoor het volume van de hefmast beperkt blijft. Ook hiervoor geldt dat het zicht van de bestuurder hiermee is gediend.The eccentric placement of the mast also gives 1007308 2 additional options for the construction of carriage and gripping means. The external engagement of the carriage on the mast further limits the volume of the mast. This also contributes to an improved field of vision. It is very advantageous for the lifting mast to be of a single construction, or at least so that several uprights are placed at a short distance from each other, so that the volume of the lifting mast remains limited. This also applies to the driver's view.

10 Bij voorkeur is het hefmastdeel met de kleinste omvang bevestigd aan het gestel. Een hefmastdeel met grotere omvang is in verticale richting ten opzichte van het eerste deel verplaatsbaar. Het voordeel daarvan is · dat de aansluiting van de hefmastdelen aan de onderzijde 15 is geopend, waardoor minder snel vuil tussen de hefmastdelen zal komen. Een nog belangrijker voordeel is dat de slede in deze constructie over het hefmastdeel met de grootste omvang kan bewegen en dat het niet noodzakelijk is de slede zodanig verstelbaar te maken dat 20 deze met hefmastdelen van uiteenlopende omvang kan samenwerken. Tevens wordt opgemerkt dat de hefmast bij voorkeur dubbelwerkend is. Daarvoor wordt bijvoorbeeld een onderste cilinderhuis dubbelwerkend uitgevoerd en dient de hefmast te zijn voorzien van een extra ketting. 25 Naast het heffen van lasten kan de hefmast worden gebruikt voor het optillen van de hefmast door een aangrijporgaan van de hefmast af te laten steunen tegen een vast object en daarbij een neerwaartse kracht uit te oefenen op dit vaste object.Preferably, the lift mast portion of the smallest size is attached to the frame. A larger-sized mast section is movable in vertical direction relative to the first section. The advantage of this is that the connection of the mast parts to the bottom 15 is opened, so that dirt will not get between the mast parts as quickly. An even more important advantage is that in this construction the carriage can move over the largest-size mast part and that it is not necessary to make the carriage adjustable so that it can cooperate with mast parts of varying sizes. It is also noted that the mast is preferably double-acting. For this purpose, for example, a lower cylinder housing is double-acting and the lift mast must be fitted with an extra chain. In addition to lifting loads, the mast can be used to lift the mast by supporting an engaging member of the mast against a fixed object and thereby exerting a downward force on this fixed object.

30 In een voorkeursuitvoering is de hefmast zodanig op het gestel bevestigd, dat deze zich op enige afstand bevindt van de lengte-as door het gestel. Daar een de heftruck bedienend persoon doorgaans maar zit op een stoel die gelegen is op de lengte-as door de heftruck 35 zal een aldus verplaatste hefmast het zicht van de bedienende persoon minimaal belemmeren. Het uitzicht rechtvooruit wordt immers niet gehinderd door hefmast.In a preferred embodiment, the lift mast is mounted on the frame such that it is spaced from the longitudinal axis by the frame. Since a forklift operator usually only sits on a chair which is located on the longitudinal axis by the forklift truck 35, a mast moved in this way will impede the view of the operator as little as possible. After all, the view straight ahead is not hindered by the mast.

Ook voor heftrucks die worden bediend door een persoon 1007308 3 die achter de heftruck mee dient te lopen kan de zijdelingse plaatsing van de hefmast zinvol zijn met betrekking tot de verschaffing van een zo groot mogelijk blikveld.For forklift trucks that are operated by a person 1007308 3 who has to walk behind the forklift truck, the lateral placement of the mast can be useful with regard to providing the widest possible field of view.

5 In een andere voorkeursuitvoering is zwenkbaar aan de slede een arm bevestigd, onder tussenkomst waarvan de aangrijpmiddelen koppelbaar zijn met de slede. De arm bestaat daarbij bij voorkeur uit meer dan deze ten opzichte van elkaar zwenkbare armdelen. Bij voorkeur 10 loopt ten minste één rotatie-as van de arm in hoofdzaak parallel aan de hartlijn van de hefmast, maar het is ook mogelijk dat de rotatieassen van de armdelen onderling en de rotatie-as van de samengestelde arm met de slede allen in hoofdzaak parallel lopen aan de hartlijn van de 15 hefmast. Met behulp van een dergelijke arm zijn de aangrijpmiddelen verplaatsbaar van een positie nabij de hefmast tot een positie op grotere afstand van de hefmast. Aldus kunnen op eenvoudige wijze lasten door de heftruck worden aangegrepen zonder dat het gestel van de 20 heftruck daarvoor verplaatst dient te worden. Weliswaar beschikken sommige soorten meeneemheftrucks reeds over een parallellogrammechanisme voor het verplaatsen van de aangrijpmiddelen ten opzichte van een bestaande hefmast, maar deze constructie blijkt in de praktijk niet goed te 25 functioneren en belemmert het uitzicht van een de heftruck bedienend persoon op aanzienlijke wijze. De arm overeenkomstig de uitvinding heeft als extra voordeel dat de bewegingsvrijheid van de aangrijpmiddelen hiermee aanzienlijk toeneemt. Deze kunnen niet slechts langs een 30 rechte lijn worden bewogen maar kunnen ook zijdelings worden verplaatst zodat het bijvoorbeeld mogelijk wordt aan de rechter zijde van de heftruck een last aan te grijpen en die te positioneren aan de linker zijde van de heftruck zonder dat het gestel van de heftruck hiervoor 35 verplaatst dient te worden. De gebruiksmogelijkheden van de heftruck worden door de arm overeenkomstig de uitvinding dus aanzienlijk vergroot. De oriëntatie van de rotatieassen in hoofdzaak evenwijdig aan de hefmast heeft 1007308 4 als voordeel dat de arm, ook in beladen toestand, met minimale krachtsinspanning, of zelfs geheel zonder het uitoefenen van een kracht, in positie kan worden gehouden. De zwaartekracht werkt immers evenwijdig aan de 5 rotatieassen.In another preferred embodiment, an arm is pivotally attached to the carriage, whereby the engaging means can be coupled to the carriage. The arm preferably consists of more than these arm parts which are pivotable relative to each other. Preferably at least one axis of rotation of the arm is substantially parallel to the axis of the mast, but it is also possible that the axes of rotation of the arm parts mutually and the axis of rotation of the composite arm with the carriage are all substantially run parallel to the center line of the 15 mast. With the aid of such an arm, the engaging means can be moved from a position near the lifting mast to a position at a greater distance from the lifting mast. In this way, loads can be gripped by the forklift truck in a simple manner without the frame of the forklift truck having to be moved for that purpose. Although some types of truck-mounted forklifts already have a parallel program mechanism for moving the engaging means relative to an existing mast, this construction proves not to function properly in practice and considerably hinders the view of a person operating the forklift truck. The arm according to the invention has the additional advantage that the freedom of movement of the gripping means increases considerably. These can not only be moved along a straight line, but can also be moved sideways so that it is possible, for example, to grip a load on the right side of the forklift and to position it on the left side of the forklift without the frame of the forklift has to be moved for this. The possibilities of use of the forklift are thus considerably increased by the arm according to the invention. The advantage of the orientation of the rotation axes substantially parallel to the lifting mast is that the arm, even when loaded, can be held in position with minimal effort, or even entirely without exerting a force. After all, gravity works parallel to the 5 axes of rotation.

Voor het bedienen van de hefarm omvat deze aandrijf- en positioneringsmiddelen waardoor de afzonderlijke armdelen kunnen worden geroteerd en gepositioneerd ten opzichte van andere armdelen en/of ten 10 opzichte van de hefmast.For operating the lifting arm, this comprises driving and positioning means whereby the individual arm parts can be rotated and positioned relative to other arm parts and / or relative to the lifting mast.

In een verdere voorkeursuitvoering is het vrije uiteinde van de arm roteerbaar gekoppeld met een vorkenbord, zodanig dat de onderlinge rotatie-as tussen arm en vorkenbord loodrecht staat op de overige rotatie-15 as(sen) van de arm. Met deze maatregel kan het aangrijporgaan, doorgaans een stel vorken, worden "geneigd" ten opzichte van het bodemoppervlak. Aldus kunnen kleine afwijkingen in de horizontaalstand van last en/of heftruck worden gecorrigeerd.In a further preferred embodiment, the free end of the arm is rotatably coupled to a fork carriage, such that the mutual axis of rotation between arm and fork carriage is perpendicular to the other axis of rotation of the arm (s). With this measure, the engaging member, usually a set of forks, can be "inclined" relative to the bottom surface. Small deviations in the horizontal position of the load and / or fork-lift truck can thus be corrected.

20 De onderhavige uitvinding zal verder worden verduidelijkt aan de hand van de in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont:The present invention will be further elucidated on the basis of the non-limitative exemplary embodiments shown in the following figures. Herein shows:

Fig. 1 een gedeeltelijk opengewerkt 25 perspectivisch aanzicht op een heftruck overeenkomstig de uitvinding,Fig. 1 is a partly cut-away perspective view of a forklift truck according to the invention,

Fig. 2 een perspectivisch aanzicht op een deel van de heftruck getoond in figuur 1 waarbij het aangrijporgaan in twee verschillende posities verkeert, 30 enFig. 2 shows a perspective view of a part of the forklift truck shown in figure 1, wherein the gripping member is in two different positions, and

Fig. 3 een perspectivisch aanzicht op een deel van de heftruck getoond in figuur 1 voorzien van aandrijfmiddelen voor het verplaatsen van het aandrijforgaan ten opzichte van het gestel van de 35 heftruck.Fig. 3 is a perspective view of a part of the forklift truck shown in FIG. 1 provided with drive means for moving the drive member relative to the frame of the forklift truck.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht op een heftruck 1 met een gestel 2 waaronder wielen 3 zijn geplaatst. Het gestel 2 ondersteunt een bestuurdersstoel 1007308 5 4, waarop een de heftruck 1 bedienende persoon kan zitten. De heftruck 1 is bedienbaar door hendels 5 en stuur 6. Een aan de voorzijde van de heftruck 1 uitgekragende rand 7 maakt deel uit van het gestel 2.Figure 1 shows a perspective view of a forklift truck 1 with a frame 2 under which wheels 3 are placed. The frame 2 supports a driver's seat 1007308 5 4, on which a person operating the forklift 1 can sit. The forklift 1 is operable by levers 5 and handlebar 6. An edge 7 protruding from the front of the forklift 1 forms part of the frame 2.

5 Op de uitkragende rand 7 is een hefmast 8 geplaatst. Daartoe is een binnenkoker 9 aan de onderzijde star verbonden met de uitkragende rand 7. De buitenkoker 10 is in verticale richting verplaatsbaar ten opzichte van de binnenkoker 9. De lagering tussen binnenkoker 9 en 10 buitenkoker 10, welke niet is weergegeven, kan bestaan uit glij- en/of rollagers. In de binnenkoker 9 is een hefcilinder 11 geplaatst. De hefcilinder 11 is aan de onderzijde star verbonden met de binnenkoker 9. De zuigerstang 12 van de hefcilinder 11 grijpt aan op een 15 pen 13 die vast verbonden met de buitenkoker 10. Door expansie van de hefcilinder 11 zal aldus de buitenkoker 10 naar boven bewogen worden ten opzichte van de binnenkoker 9.A lifting mast 8 is placed on the cantilevered edge 7. For this purpose, an inner tube 9 is rigidly connected at the bottom to the protruding edge 7. The outer tube 10 is displaceable in vertical direction relative to the inner tube 9. The bearing between inner tube 9 and 10 outer tube 10, which is not shown, can consist of sliding - and / or roller bearings. A lifting cylinder 11 is placed in the inner sleeve 9. The lifting cylinder 11 is rigidly connected to the inner sleeve 9 at the bottom side. The piston rod 12 of the lifting cylinder 11 engages on a pin 13 which is fixedly connected to the outer sleeve 10. Thus, by expansion of the lifting cylinder 11, the outer sleeve 10 will move upwards. with respect to the inner tube 9.

Een slechts schematisch weergegeven ketting 14 20 is vast verbonden met de binnenkoker 9 en is via een keerwiel naar een slede 16 gevoerd. De ketting 14 is met een uiteinde gekoppeld aan de slede 16. Bij het naar boven bewegen van de buitenkoker 10 ten opzichte van de binnenkoker 9 zal gelijktijdig de slede 16 met dubbele 25 snelheid naar boven bewegen. Voor een volledig uitgeschoven stand van de hefmast 8 wordt verwezen naar figuur 2.A chain 14 20, shown only schematically, is fixedly connected to the inner sleeve 9 and is guided via a return wheel to a carriage 16. The chain 14 is coupled at one end to the carriage 16. When the outer sleeve 10 is moved upwards relative to the inner sleeve 9, the carriage 16 will simultaneously move upwards at double speed. For a fully extended position of the mast 8, see figure 2.

De slede 16 omvat geleidingsrollen 22 voor aangrijping op de buitenkoker 10 van de hefmast 8. Een 30 uitkragend deel van de slede 16 is onder tussenkomst van een verticale as 17 roteerbaar verbonden met een uit meerdere delen samengestelde arm 18. Het vrije uiteinde van de arm 18 is voorzien van een koppelstuk 19 ter ondersteuning van een vorkenbord 20. Op het vorkenbord 20 35 grijpen vervolgens twee vorken 21 aan waarmee bijvoorbeeld pallets kunnen worden verplaatst.The carriage 16 comprises guide rollers 22 for engaging the outer sleeve 10 of the mast 8. A protruding part of the carriage 16 is rotatably connected through a vertical shaft 17 to a multi-part arm 18. The free end of the arm 18 is provided with a coupling piece 19 for supporting a fork carriage 20. Two forks 21 then engage on the fork carriage 20 with which, for example, pallets can be moved.

1007308 61007308 6

Figuur 2 toont in ononderbroken lijnen slede 16 in een onderste stand. De hefmast 8 is volledig ingeschoven.Figure 2 shows carriage 16 in a bottom position in continuous lines. The mast 8 is fully retracted.

De arm 18 is gedeeltelijk uitgeklapt. Hierdoor 5 komt het vorkenbord 20, en dus ook de vorken 21, op grotere afstand te liggen van de hefmast 8. Het gedeeltelijk uitstrekken van de arm 18 vindt plaats door verdraaiing van eerste armdelen 23 rond de as 17 die de arm 18 verbindt met het uitkragend deel van de slede 16. 10 Tevens zijn tweede armdelen 24 verdraaid ten opzichte van de eerste armdelen 23. De eerste en tweede armdelen, 23 respectievelijk 24, zijn roteerbaar met elkaar verbonden door een verticale rotatieas 25. Ook de positie van het koppelstuk 19 ten opzichte van de tweede armdelen 24 is 15 verdraaid. De tweede armdelen 23 zijn roteerbaar verbonden met het koppelstuk 19 onder tussenkomst van een verticale rotatieas 26. De verticale stand van de assen 17, 25, 26 heeft als voordeel dat bij belasting van de vorken 21 de stand van de arm 18 hierdoor niet wordt 20 beïnvloed.The arm 18 is partially extended. As a result, the fork carriage 20, and therefore also the forks 21, will be at a greater distance from the mast 8. Partial extension of the arm 18 takes place by rotating the first arm parts 23 around the axis 17 connecting the arm 18 to the protruding part of the carriage 16. 10 Second arm parts 24 are also rotated relative to the first arm parts 23. The first and second arm parts, 23 and 24 respectively, are rotatably connected to each other by a vertical axis of rotation 25. Also the position of the coupling piece 19 15 is rotated relative to the second arm parts 24. The second arm parts 23 are rotatably connected to the coupling piece 19 via a vertical rotation shaft 26. The vertical position of the shafts 17, 25, 26 has the advantage that when the forks 21 are loaded the position of the arm 18 is not thereby changed. affected.

In het koppelstuk 19 zijn sleuven 27 aangebracht. In de sleuven 27 grijpen, in deze figuur slecht zichtbare, pennen 28 die deel uitmaken van het vorkenbord 20. Door plaatsing van de pennen 28 in de 25 sleuven 27 is de hoekstand van de vorken 21 ten opzichte van het bodemoppervlak instelbaar. Deze verstelbaarheid wordt ook wel het "neigen" van de heftruck genoemd.Slots 27 are provided in the coupling piece 19. Pins 28, which are poorly visible in this figure, engage in the slots 27 which form part of the fork carriage 20. By placing the pins 28 in the slots 27, the angular position of the forks 21 relative to the bottom surface is adjustable. This adjustability is also referred to as "tilting" the lift truck.

Met onderbroken lijnen is in figuur 2 een hoogste stand van de mast 8' en slede 16’ weergegeven. De 30 arm 18' is zodanig geplaatst dat de vorken 21' aan de rechterzijde van de heftruck 1 zijn gelegen. Aldus kan een last links of rechts van de heftruck 1 worden opgepakt of weggezet. Hiermee wordt duidelijk de grote flexibiliteit van de arm 18, 18' weergegeven.The highest position of the mast 8 'and carriage 16' is shown in broken lines in figure 2. The arm 18 'is positioned such that the forks 21' are located on the right side of the forklift 1. Thus, a load to the left or right of the forklift 1 can be picked up or put away. This clearly shows the great flexibility of the arm 18, 18 '.

35 Figuur 3 toont een detailaanzicht op een deel van de heftruck 1, en meer in het bijzonder de arm 18. In het koppelstuk 19 is een neigcilinder 29 geplaatst waarmee de positie van de pennen 28 in de sleuven 27 10 07308 7 regelbaar is. Voor rotatie van de arm rond respectievelijk de assen 17, 25, 26 zijn respectievelijk rotatiecilinders 30, 31 en 32 in de arm 18 aangebracht. Door middel van deze rotatiecilinders 30, 31, 32 kan de 5 arm in een positie naar keuze worden geplaatst.Figure 3 shows a detail view of a part of the forklift truck 1, and more in particular the arm 18. A tilting cylinder 29 is placed in the coupling piece 19, with which the position of the pins 28 in the slots 27 10 07308 7 is adjustable. For rotation of the arm about axes 17, 25, 26, rotation cylinders 30, 31 and 32, respectively, are arranged in arm 18. By means of these rotation cylinders 30, 31, 32 the 5 arm can be placed in a position of your choice.

★ -k -k -k * 1007308★ -k -k -k * 1007308

Claims

Forklift truck for gripping, moving and depositing loads, comprising: - a movable frame; - a lifting mast located with the center line at a distance from the longitudinal axis of the forklift truck, which is mounted substantially vertically on the frame; - a carriage movable along the mast, adapted for assembly with gripping means for manipulating a load; and 10. drive means for moving the carriage along the mast.

A forklift truck according to claim 1, wherein the carriage substantially engages the outside of the mast.

Forklift truck according to claim 1 or 2, wherein the forklift truck mainly consists of a single guide.

Forklift truck according to one of the preceding claims, in which the mast comprises a number of mast parts cooperating telescopically, whereby the length of the mast is variable.

Forklift truck according to claim 4, wherein the smallest size mast mast part is attached to the frame.

Forklift truck according to any one of the preceding claims, wherein an arm is pivotally attached to the carriage, through which the engaging means can be coupled to the carriage.

A forklift truck according to claim 6, wherein the arm 30 comprises a plurality of arm parts which can pivot relative to each other. 1007308

A forklift truck according to claim 6 or 7, wherein at least one axis of rotation of the arm is substantially parallel to the axis of the mast.

9. A forklift truck according to claim 7, wherein the axes of rotation of the arm parts mutually and the axis of rotation of the composite arm with the carriage are all substantially parallel to the axis of the mast.

10. A forklift truck according to any one of claims 6-9, wherein the lifting arm comprises driving and positioning means for rotating and positioning the individual arm parts.

11. A forklift truck according to any one of claims 6-10, wherein the free end of the arm is rotatably coupled to a fork carriage, such that the mutual axis of rotation is perpendicular to the other axis of rotation of the arm. ie k k 4th 4c 1007308