NL1007170C2 - Uitschuifbaar aansluitstuk. - Google Patents

Description

VO 1166

Titel: Uitschuifbaar aansluitstuk

De uitvinding heeft betrekking op een verpakking voor vloeistoffen voorzien van een houder met een opening en een met de houder verbonden pijpvormig aansluitstuk dat is ingericht om via de opening gedoseerd vloeistof uit een 5 binnenruimte van de houder af te geven, waarbij het aansluitstuk voor ingebruikname tenminste van een eerste positie in een tweede positie kan worden gebracht,

Een dergelijke verpakking is op zich bekend en wordt gebruikt voor het in nauwkeurige doseerbare hoeveelheden met 10 veranderlijk instelbaar volume afgeven van concentraten met veranderlijke viscositeit, in het bijzonder voor drankauto-maten. De verpakking is bij voorkeur bestemd voor eenmalig gebruik en dient voor zowel het opslaan, het transport als het gedoseerd afgeven van de vloeistof. Het afgeefgedeelte is bij 15 voorkeur blijvend met de houder verbonden en wordt met de houder weggeworpen. Het betreft derhalve een massa-artikel. De houder kan bijvoorbeeld bestaan uit een uitwendige omhulling en een inwendige, de vloeistof opnemende buigzame en bij het afgeven in elkaar schrompelende buidel. Bij de bekende 20 verpakking bevindt, alvorens deze in gebruik wordt genomen het pijpvormige aansluitstuk zich veelal binnenin de omhulling en de en buiten de buidel. De omhulling is voorzien van een verwijderbaar, via scheurnaden met de rest van de omhulling verbonden gedeelte. Dit gedeelte wordt voor ingebruikname van 25 de verpakking verwijderd. Hierna kan het pijpvormige aansluitstuk door de aldus ontstane opening althans gedeeltelijk naar buiten worden getrokken. De verpakking wordt vervolgens op zijn kop in een drankenautomaat geplaatst. Hierbij is het pijpvormige aansluitstuk nog voorzien van een 30 doseerinrichting die draadloos kan worden bekrachtigd voor het afgeven van de vloeistof uit de verpakking.

Een nadeel van de bekende inrichting is dat het in gebruik nemen van de verpakking in de praktijk nogal als onhandig wordt ervaren. Indien het pijpvormige aansluitstuk 1007170 2 naar buiten wordt getrokken, bungelt deze min of meer los uit de verpakking. Het in een drankenautomaat plaatsen van de verpakking, waarbij het pijpvormige aansluitstuk nauwkeurig dient te worden gepositioneerd, neemt hierdoor enige tijd in beslag.

5 Ook wordt het als lastig ervaren dat een gedeelte van de verpakking dient te worden weggescheurd. Soms wordt een te groot gedeelte van de verpakking weggescheurd, waarbij het risico aanwezig is dat de met de vloeistof gevulde buidel wordt beschadigd. Tevens heeft dit tot gevolg dat het pijpvormige 10 aansluitstuk, wanneer deze eenmaal naar buiten de verpakking is getrokken weer minder nauwkeurig ten opzichte van de rest van de verpakking is gepositioneerd.

Een verder nadeel van de bekende verpakking is dat het fabricageproces tenminste één fabricagestap met zich brengt 15 die met hand dient te worden uitgevoerd. Bij het bekende fabricageproces wordt allereerst althans een deel van het pijpvormige aansluit aan de buidel vastgezet. Vervolgens wordt de buidel gevuld. Hierna dient de gevulde buidel nauwkeurig in een inrichting te worden gepositioneerd die een veelal van 20 karton vervaardigde omhulling rond de buidel aanbrengt. Het plaatsen van de buidel en het aansluitstuk in de machine wordt met de hand uitgevoerd, daar het zeer kostbaar en gecompliceerd is deze stap te automatiseren. De flexibiliteit van de buidel brengt met zich dat de richting van het pijpvormige 25 aansluitstuk tamelijk onzeker is, wanneer het samenstel van buidel en aansluitstuk op automatische wijze in de machine zouden worden geplaatst.

De uitvinding beoogt aan de bovengenoemde nadelen tegemoet te komen en heeft dienovereenkomstig als kenmerk, dat het 30 aansluitstuk is voorzien van een van flexibel materiaal vervaardigde buitenbuis en een binnenbuis, waarbij de binnenbuis en de buitenbuis in de eerste positie zich elk althans in hoofdzaak in de binnenruimte van de houder bevinden, de buitenbuis is voorzien van een kokervormig deel 35 dat in de eerste positie een bovenzijde van de binnenbuis nauw omsluit en een flexibele kraag die zich in de eerste positie vanaf een bovenzijde van het kokervormige deel naar boven toe 10071 70 3 uittrekt en nabij zijn bovenzijde met de houder is verbonden, waarbij in de eerste positie de bovenzijde van de binnenbuis concentrisch in het kokervormige deel van de buitenbuis is geschoven, de binnenbuis telescopisch verschuifbaar in de 5 buitenbuis is opgenomen, het kokervormige deel van de buitenbuis een vloeistofafdichting vormt met een buitenzijde van de binnenbuis, en waarbij in de eerste positie de buitenbuis zich althans in hoofdzaak vanaf de opening in de binnenruimte van de houder uitstrekt en terwijl de bovenzijde 10 van de binnenbuis zich tot nabij de bovenzijde van de kraag uitstrekt, zodat voor het in gebruik nemen van de verpakking vanaf een buitenzijde van de houder de binnenbuis door de opening naar buiten toe kan worden getrokken, waarbij de binnenbuis telescopisch in het kokervormige deel verschuift en 15 waarbij tevens de kraag van de binnenbuis dusdanig wordt vervormd dat deze binnenstebuiten wordt gekeerd wanneer de kraag van de buitenbuis door de opening naar buiten wordt getrokken, waarbij de binnenzijde van de kraag in de eerste positie een buitenzijde van de kraag in de tweede positie 20 vormt en een buitenzijde van de kraag in de eerste positie een binnenzijde van de kraag in de tweede positie vormt.

Voor het in gebruik nemen van de verpakking behoeft thans slechts de binnenbuis te worden aangevat en naar buiten de verpakking te worden getrokken. Het betreft hier dus slechts 25 één handeling voor het in gebruiknemen van de verpakking. Deze enkele handeling is bovendien zeer eenvoudig en nauwkeurig uit te voeren ten gevolge van de telescopische beweging. Nadat de binnenbuis geheel naar buiten is getrokken en de kraag binnenstebuiten is gekeerd, is een stevige verbinding tussen 30 het pijpvormige aansluitstuk en de omhulling gevormd.

Bovendien is de positie van het pijpvormige aansluitstuk en de omhulling vooraf nauwkeurig bepaald en gefixeerd, zodat de verpakking gemakkelijk in een drankenautomaat kan worden gebracht.

35 Tevens heeft de verpakking volgens de uitvinding als voordeel dat het fabricageproces van de verpakking thans gemakkelijk kan worden geautomatiseerd. Hierbij wordt volgens 1007170 4 een eerste stap de houder via de genoemde opening gevuld. Vervolgens kan op eenvoudige wijze het pijpvormige aansluit-stuk via de opening bij de houder naar binnen worden gestoken. De buitenzijde van het pijpvormige aansluitstuk komt hierbij 5 met de vloeistof in de verpakking in aanraking. Tenslotte wordt een zich aan de bovenzijde van de flexibele kraag bevindende rand door middel van bijvoorbeeld "heat sealen" met een omtreksrand van de opening van de houder verbonden.

Bij voorkeur neemt de diameter van de kraag in de eerste 10 positie in bovenwaartse richting toe. Hierbij kan de kraag dusdanig zijn gedimensioneerd dat bij het naar buiten trekken van de buitenbuis eerst de binnenbuis telescopisch verschuift in het kokervormige deel en dat daarna de buitenbuis naar buiten toe wordt getrokken waarbij de kraag zich 15 binnenstebuiten vouwt. Het is echter eveneens mogelijk dat de kraag dusdanig is gedimensioneerd dat bij het naar buiten trekken van de buitenbuis eerst de binnenbuis telescopisch verschuift in het kokervormige deel en dat daarna de buitenbuis naar buiten wordt getrokken waarbij de kraag zich 20 binnenstebuiten vouwt.

Volgens een geavanceerde uitvoeringsvorm is de binnenbuis nabij zijn onderzijde voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende rand. Deze rand zorgt ervoor dat de binnenbuis niet uit de buitenbuis kan worden 25 getrokken wanneer de verpakking in gebruik wordt genomen.

Tegelijkertijd dient deze rand als een referentie die aangeeft wanneer de buitenbuis bij het naar buiten toe trekken van de buitenbuis zijn uiterste positie heeft bereikt. In de tweede positie bevindt de rand zich dan ook juist onder de binnenwand 30 van de omhulling.

In het bijzonder kan de binnenbuis nabij zijn onderzijde nog zijn voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende eerste groef en kan het kokervormige deel aan zijn binnenzijde zijn voorzien van een zich naar binnen 35 toe uitstrekkende richel die zich in de tweede positie tot in de eerste groef uitstrekt. Ook hiermee kan eventueel in 1007170 5 combinatie met de hiervoor genoemde maatregel de tweede positie vooraf nauwkeurig worden bepaald.

In het bijzonder geldt dat de binnenbuis nabij zijn bovenzijde is voorzien van een zich in radiale richting naar 5 buiten toe uitstrekkende tweede groef waarbij in de eerste positie de richel zich tot in de tweede groef uitstrekt. Deze bijzondere uitvoeringsvorm heeft als voordeel dat ook de eerste positie nauwkeurig is bepaald.

Bij voorkeur is de houder samengesteld uit een doosvor-10 mige omhulling en een in de doosvormige omhulling opgenomen flexibele buidel, waarbij de opening zich in de doosvormige omhulling en de flexibele buidel uitstrekt en waarbij de kraag met de flexibele buidel is verbonden.

Wanneer de kraag is verbonden met een rond de opening van 15 de omhulling aangebrachte en met de buidel verbonden flens geldt dat het productieproces bijzonder nauwkeurig kan worden uitgevoerd. In dat geval is de flens vooraf rond de opening van de flexibele buidel aangebracht. De omtreksrand van de genoemde kraag kan dan op eenvoudige wijze met de flens, 20 bijvoorbeeld onder verwarming van de flens en de genoemde omtreksrand, worden verbonden.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van tekening. Hierin toont:

Figuur 1 in doorzicht een gedeelte van een 25 driedimensionale afbeelding van een eerste mogelijke uitvoeringsvorm van een verpakking overeenkomstig de uitvinding; figuren 2a-2e respectievelijk een aantal opeenvolgende stadia van een gedeelte van de verpakking volgens figuur 1 30 wanneer deze in gebruik wordt genomen; figuur 3 een dwarsdoorsnede van de verpakking volgens figuur 1 wanneer deze in een drankautomaat is geplaatst; figuren 4a-4h respectievelijk opeenvolgende stadia van het fabricageproces van een verpakking overeenkomstig de 35 uitvinding; figuren 5a-5c respectievelijk een aantal opeenvolgende stadia van een alternatieve uitvoeringsvorm van de verpakking 1 0071 70 6 overeenkomstig de uitvinding wanneer deze in gebruik wordt genomen.

De verpakking 1 overeenkomstig de uitvinding, zoals getoond in figuur 1 is voorzien van een houder 2 met een 5 opening 4 en een met de opening verbonden pijpvormig aansluit-stuk 6. Het pijpvormige aansluitstuk is ingericht om gedoseerd instelbaar variabele vloeistof uit de verpakking af te geven. De verpakking is in dit voorbeeld met een viskeuze vloeistof 3, zoals koffie-extract gevuld. Het pijpvormige aansluitstuk 10 is voorzien van een op zich bekende doseerinrichting, zoals bijvoorbeeld is omschreven in het Nederlandse octrooi 184337.

Het aansluitstuk is voorzien van een van flexibel materiaal vervaardigde buitenbuis 8 en een binnenbuis 10. De binnenbuis 10 is, zoals hierna nader uiteen zal worden gezet 15 telescopisch verschuifbaar van een tweede positie naar een eerste positie in de buitenbuis 8 opgenomen. De eerste positie is getoond in de figuren 1, 2a en 2b, terwijl de tweede positie in de figuren 2d en 2e is getoond.

De binnenbuis 10 en de buitenbuis 8 bevinden zich in de 20 eerste positie elk thans in hoofdzaak en in dit geval in het geheel in een binnenruimte 12 van de houder 2. De buitenbuis 8 is voorzien van een kokervormig eerste deel 14 dat in de eerste positie een bovenzijde 16 van de binnenbuis 10 nauw omsluit. Voorts omvat de buitenbuis 8 een flexibele kraag 18 25 die zich in de eerste positie vanaf een bovenzijde 20 van het kokervormige deel naar boven toe uitstrekt. Voorts is de flexibele kraag 18 aan zijn bovenzijde 22 met de omhulling 2 verbonden. De bovenzijde 16 van de binnenbuis 8 is concentrisch in het kokervormige deel van de buitenbuis 8 geschoven. 30 Het kokervormige deel 14 van de buitenbuis 8 vormt hierbij een vloeistofafdichting met een buitenzijde 24 van de binnenbuis 10. Een en ander is bewerkstelligd doordat de buitenzijde 24 van de binnenbuis 10 bijzonder glad is uitgevoerd, waarbij het kokervormige deel 14 deze buitenzijde nauw omsluit. Ook het 35 feit dat het kokervormige deel 14 in dit voorbeeld is vervaardigd van een elastisch materiaal (bijvoorbeeld elastisch rubber) brengt met zich dat een goede afdichting met 1 007'"' 0 7 de in het voorbeeld van hard plastic vervaardigde binnenbuis 10 is verkregen.

In de eerste positie strekt de buitenbuis 8 zich althans in hoofdzaak vanaf de opening 4 in de binnenruimte 12 van de 5 houder 2 uit. De bovenzijde 16 van de binnenbuis 10 strekt zich in de eerste positie uit tot nabij de bovenzijde 22 van de kraag 18. Zoals in figuur 2a goed te zien is, neemt de diameter van de kraag in de eerste positie in bovenwaartse richting toe.

10 De binnenbuis 10 is nabij zijn onderzijde 26 voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende rand 28. Voorts is de binnenbuis 10 nabij zijn onderzijde 26 voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende eerste groef 30. Het kokervormige deel 14 is aan 16 zijn binnenzijde voorzien van een zich naar buiten toe uitstrekkende richel 32. Daarnaast is de binnenbuis 10 nabij zijn bovenzijde 20 voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende tweede groef 34, waarbij de richel 32 in de eerste positie in de tweede groef 34 grijpt.

20 In dit voorbeeld is de houder 2 samengesteld uit een doosvormige omhulling 36 die bijvoorbeeld van karton kan zijn vervaardigd en een in de doosvormige houder opgenomen flexibele buidel 38. De flexibele buidel 38 en de omhulling 36 zijn elk voorzien van twee samenvallende openingen die in 25 feite de opening 4 van de houder 2 vormen. De flexibele buidel 38 is nabij de opening 4 met behulp van bijvoorbeeld lijm met de binnenzijde van de omhulling 36 verbonden.

De kraag 18 is verbonden met een rond de opening 4 van de houder 2 aangebrachte en met de buidel 38 verbonden flens 40. 30 De flens 40 is vooraf door middel van bijvoorbeeld "heat sealen" met de buidel 38 verbonden. De verbinding tussen de flens 40 en de kraag 18 kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een flexibele, vloeistofdichte snapverbinding die ook met behulp van warmte kan zijn dichtgeseald.

35 De verpakking is verder nog voorzien van een afsluitdop 42 die losmakelijk met de bovenzijde 16 van de binnenbuis 10 is verbonden. De afsluitdop 42 sluit een vrij uiteinde 44 van 1007170 8 de binnenbuis 10 af en is hiertoe met een op zich bekende snapverbinding met de binnenbuis 10 verbonden. De afsluitdop 44 is aan zijn bovenzijde nog voorzien van een lip 46 voor het met de hand van de eerste naar de tweede positie trekken van 5 het aansluitstuk.

De werking van de inrichting is als volgt. In figuur 1 bevindt het aansluitstuk 6 zich in de eerste positie. Dit betekent dat de verpakking 1 nog is afgesloten en dat deze door stapeling, tezamen met andere verpakkingen gemakkelijk 10 kan worden opgeslagen. Omdat het pijpvormige aansluitstuk 6 zich geheel binnen de contouren van de houder 2 bevindt, heeft de verpakking 1 in deze toestand een geheel rechthoekige vorm. Deze toestand van de verpakking is eveneens getoond in figuur 2a.

15 Voor het in gebruiknemen van de verpakking grijpt de gebruiker de lip 46 aan en beweegt deze omhoog, zoals is getoond in figuur 2b. Vervolgens wordt de lip 46 vanaf een van de omhulling af gerichte richting omhoog bewogen. Hierdoor zal de binnenbuis 10 telescopisch in verticale richting omhoog in 20 de buitenbuis 8 gaan verschuiven. Alvorens deze beweging wordt ingezet, zal de richel 32 uit de eerste groef 34 worden geforceerd. Hiertoe is enige kracht benodigd, hetgeen als voordeel heeft dat tijdens bijvoorbeeld transport de binnenbuis niet zomaar van zelf telescopisch in de buitenbuis 25 naar buiten kan bewegen.

Wanneer de binnenbuis 10 verder omhoog wordt getrokken, zal de richel 32 uiteindelijk in de eerste groef 30 snappen. Tevens komt de rand 28 tegen een onderzijde 48 van het kokervormige deel 8 aan te liggen. Wanneer vervolgens de lip 30 46 verder omhoog wordt getrokken, wordt de kraag 18 dusdanig vervormd dat deze binnenstebuiten wordt gekeerd wanneer de kraag 18 door de opening 4 naar buiten wordt getrokken. Deze situatie is getoond in figuur 2d. De binnenzijde van de kraag 18 in de eerste positie (figuur 2a) is dus de buitenzijde van 35 de kraag in de tweede positie (figuur 2d). Omgekeerd geldt dat een buitenzijde van de kraag 18 in de eerste positie (figuur 1 0071 70 9 2a) een binnenzijde van de kraag 18 in de tweede positie vormt (figuur 2d).

In de tweede positie geldt voorts dat het kokervormige deel 14 althans nagenoeg binnen de kraag 18 ligt. Met andere 5 woorden, in de tweede positie omsluit de kraag het kokervormige deel althans gedeeltelijk en beide delen zijn hierbij concentrisch ten opzichte van elkaar gerangschikt. Vervolgens kan de afsluitdop 48 worden verwijderd, zoals in figuur 2e is getoond. Hierna kan de verpakking op zijn kop in 10 een drankafgifteautomaat 50 worden geplaatst (zie figuur 3) en is gereed voor gebruik. In dit voorbeeld is de drankafgifteautomaat 50 voorzien van spoelen 52 voor het draadloos bedienen van een op zich bekende doseerinrichting die in de binnenbuis 10 is aangebracht voor het gedoseerd 15 afgeven van vloeistof uit de verpakking.

In de beschreven uitvoeringsvorm is de kraag 18 dusdanig gedimensioneerd dat bij het naar buiten trekken van de binnenbuis eerst de binnenbuis telescopisch verschuift in de kraag (zie figuur 2c) en dat daarna bij het verder naar buiten 20 trekken van de buitenbuis, de buitenbuis naar buiten toe wordt getrokken, waarbij de kraag zich binnenstebuiten vouwt.

Het is echter eveneens mogelijk dat de kraag dusdanig is gedimensioneerd dat bij het naar buiten trekken van de binnenbuis eerst de kraag binnenstebuiten wordt gevouwen. Deze 25 situatie is schematisch getoond in de figuren 5a-5c, waarbij met de figuren 1-3 overeenkomende onderdelen van dezelfde referentienummers zijn voorzien.

Uit figuur 5a blijkt dat de diameter van de kraag 18 in verticale richting meer toeneemt dan de diameter van de kraag 30 18 volgens figuur 2. Dit brengt met zich dat, zoals getoond in figuur 5a, bij het verlaten van de eerste positie allereerst de kraag 18 binnenstebuiten wordt gevouwen. Hierna bevindt de verpakking zich in een toestand, zoals getoond in figuur 5b. Wanneer vervolgens het pijpvormige aansluitstuk verder omhoog 35 wordt getrokken, zal de binnenbuis 10 telescopisch worden verschoven in het kokervormige deel 14. Uiteindelijk zal aldus 1 0CT1 70 10 de tweede positie worden ingenomen, zoals getoond in figuur 5c.

Het fabriceren van een verpakking volgens de figuren 1-3 en figuur 5 kan op eenvoudige wijze worden uitgevoerd, zoals 5 getoond in de figuren 4a-4g. Allereerst wordt, uitgaande van een losse binnenbuis 10 en een losse buitenbuis 8 (zie figuur 4a), de bovenzijde van de binnenbuis in het kokervormige deel 14 geschoven wanneer de buitenbuis zich in de eerste positie bevindt. In dit voorbeeld wordt de binnenbuis vanaf de onder-10 zijde van het kokervormige deel in het kokervormige deel 14 geschoven. Hierna kan de afsluitdop 42 op het vrije uiteinde 44 van de binnenbuis worden geplaatst (figuren 4b-4c). Vervolgens wordt de houder 2, die is samengesteld uit de omhulling 36 en de flexibele buidel 38 via de opening 4, 15 gevuld met de vloeistof 3 (figuur 4d). De flens 40 is reeds rond de opening 4 aangebracht. Hierna wordt, zoals in de figuren 4d en 4e is getoond, het pijpvormige aansluitstuk 6 via de opening 4 bij de omhulling naar binnen geschoven. Een zich aan de bovenzijde 22 van de kraag 18 bevindende, zich in 20 radiale richting naar buiten toe uitstrekkende omtreksrand 56, komt nauwsluitend binnen de contouren van de flens 40 te liggen (figuur 5a). Het pijpvormige aansluitstuk 6 bevindt zich thans bijna geheel in de vloeistof 3. Vervolgens wordt met behulp van een seal-element 58 de rand 54 aan de flens 40 25 vastgesmolten (figuur 5c). Daarna wordt met behulp van een tweede seal-element 60, welke enigszins taps toeloopt, nogmaals een warmte behandeling uitgevoerd, teneinde de flens 40 met de rand 54 te verbinden. Tenslotte wordt met behulp van een drukelement 62 de flens 40, tezamen met het pijpvormige 30 aansluitstuk verder naar beneden toe gedrukt, zodat het pijpvormige aansluitstuk geheel binnen de contouren van de omhulling komt te liggen (figuur 5e). De verpakking is thans gereed voor opslag en/of transport.

De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor 35 geschetste uitvoeringsvorm. Zo kan het aansluitstuk eveneens bij verpakkingen worden gebruikt die een van een balk afwijkende vorm hebben, zoals een bijvoorbeeld een 1007170 11 cilindrische vorm. De verpakking kan hierbij zowel enkel- als meerwandig worden uitgevoerd. Deze varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.

1007170

Claims (15)

1. Verpakking voor vloeistoffen voorzien van een houder (2) met een opening (4) en een met de houder verbonden pijpvormig aansluitstuk (6) dat is ingericht om via de opening gedoseerd vloeistof uit een binnenruimte van de houder (2) af te geven, 5 waarbij het aansluitstuk voor ingebruikname tenminste van een eerste positie in een tweede positie kan worden gebracht, met het kenmerk, dat het aansluitstuk is voorzien van een van flexibel materiaal vervaardigde buitenbuis (8) en een binnenbuis (10), waarbij de binnenbuis en de buitenbuis in de 10 eerste positie zich elk althans in hoofdzaak in de binnenruimte (12) van de houder bevinden, de buitenbuis (8) is voorzien van een kokervormig deel (14) dat in de eerste positie een bovenzijde (16) van de binnenbuis nauw omsluit en een flexibele kraag (18) die zich in de eerste positie vanaf 15 een bovenzijde (20) van het kokervormige deel naar boven toe uittrekt en nabij zijn bovenzijde (22) met de houder is verbonden, waarbij in de eerste positie de bovenzijde (16) van de binnenbuis concentrisch in het kokervormige deel van de buitenbuis is geschoven, de binnenbuis telescopisch 20 verschuifbaar in de buitenbuis is opgenomen, het kokervormige deel van de buitenbuis een vloeistofafdichting vormt met een buitenzijde (24) van de binnenbuis, en waarbij in de eerste positie de buitenbuis zich althans in hoofdzaak vanaf de opening in de binnenruimte van de houder uitstrekt en terwijl 25 de bovenzijde (16) van de binnenbuis zich tot nabij de bovenzijde (22) van de kraag (18) uitstrekt, zodat voor het in gebruik nemen van de verpakking vanaf een buitenzijde van de houder de binnenbuis door de opening naar buiten toe kan worden getrokken, waarbij de binnenbuis telescopisch in het 30 kokervormige deel verschuift en waarbij tevens de kraag van de binnenbuis dusdanig wordt vervormd dat deze binnenstebuiten wordt gekeerd wanneer de kraag van de buitenbuis door de opening naar buiten wordt getrokken, waarbij de binnenzijde van de kraag in de eerste positie een buitenzijde van de kraag 35 in de tweede positie vormt en een buitenzijde van de kraag in 1 00717 0 de eerste positie een binnenzijde van de kraag in de tweede positie vormt.

2. Verpakking volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in de tweede positie de kraag het kokervormige deel althans 5 gedeeltelijk omsluit.

3. Verpakking volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in de eerste positie de diameter van de kraag in bovenwaartse richting toeneemt.

4. Verpakking volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de 10 kraag dusdanig is gedimensioneerd dat bij het naar buiten trekken van de binnenbuis eerst de binnenbuis telescopisch verschuift in het kokervormige deel en dat daarna de buitenbuis naar buiten wordt getrokken waarbij de kraag zich binnenstebuiten vouwt.

5. Verpakking volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de kraag dusdanig is gedimensioneerd dat bij het naar buiten trekken van de binnenbuis eerst de kraag naar buiten wordt getrokken en zich binnenstebuiten vouwt en dat daarna de binnenbuis telescopisch in het kokervormige deel verschuift.

6. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de binnenbuis nabij zijn onderzijde is voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende rand (28).

7. Verpakking volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat in 25 de tweede positie de rand zich juist onder een binnenwand van de omhulling bevindt.

8. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de binnenbuis nabij zijn onderzijde is voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende 30 eerste groef (30) en dat het kokervormige deel aan zijn binnenzijde is voorzien van een zich naar binnen toe uitstrekkende richel (32) die zich in de tweede positie tot in de eerste groef uitstrekt.

9. Verpakking volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de 35 binnenbuis nabij zijn bovenzijde is voorzien van een zich in radiale richting naar buiten toe uitstrekkende tweede groef 1007170 (34) waarbij in de eerste positie de richel (32) zich in de tweede groef (34) uitstrekt.

10. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de houder is samengesteld uit een doosvormige 5 omhulling (36) en een in de doosvormige omhulling opgenomen flexibele buidel (38), waarbij de opening zich door de doosvormige omhulling en de flexibele buidel uitstrekt en waarbij de kraag met de flexibele buidel is verbonden.

11. Verpakking volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de 10 kraag is verbonden met een rond de opening van de houder aangebrachte en met de buidel verbonden flens (40).

12. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verpakking voorts is voorzien van een afsluit-dop (42) die losmakelijk met de bovenzijde (24) van de 15 binnenbuis is verbonden en een vrij uiteinde (44) van de binnenbuis afsluit.

13. Verpakking volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de afsluitdop aan zijn bovenzijde is voorzien van een lip (46) voor het met de hand van de eerste positie naar de tweede 20 positie bewegen van het aansluitstuk (6).

14. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de binnenbuis is voorzien van een draadloos bestuurbare doseerinrichting voor het gedoseerd afgeven van vloeistof uit de verpakking.

15. Pijpvormig deel geschikt voor gebruik in een verpakking volgens een der voorgaande conclusies. 1007170