NL1005900C2 - Matrasdrager. - Google Patents

Description

Korte Titel: Matrasdrager

De uitvinding heeft betrekking op een matrasdrager, in het bijzonder voor zit- of ligvlakken, bestaande uit een bodem, bijvoorbeeld een lattenbodem, waarop een verende laag is aangebracht.

5

Een dergelijke matrasdrager dient voor het ondersteunen van een matras van bijvoorbeeld een bed en is bijvoorbeeld bekend uit de Europese octrooiaanvrage EP-A 653 174. Bij deze bekende matrasdrager bestaat de verende laag uit een 10 groot aantal matrixgewijs gerangschikte, afzonderlijke kunststof veerelementen met een holle dwarsdoorsnede.

Deze bekende matrasdrager heeft als nadeel dat het een groot aantal afzonderlijke veerelementen omvat die elk 15 afzonderlijk dienen te worden vervaardigd en aangebracht, waardoor de matrasdrager alleen tegen hoge kosten vervaardigd kan worden. Vuil en stof kunnen zich gemakkelijk ophopen in de onafgedekte holle kunststof elementen, die moeilijk bereikbaar zijn en daardoor moeilijk schoon te 20 maken. De veerkarakteristieken van de kunststof nemen af in de loop van de tijd. Indien een kunststof veerelement breekt of blijvend doorbuigt, kan het moeilijk worden vervangen. Elk van de verende elementen omvat een kopplaat, waarop het matras wordt gedragen. Door het grote aantal 25 kopplaten wordt de onderzijde van het matras voor een groot deel afgedekt, waardoor condensatievocht dat zich bij gebruik als gevolg van onder meer transpiratie ophoopt in de onderzijde van het matras, niet kan ontsnappen.

30 Het doel van de uitvinding is een matrasdrager die deze nadelen niet vertoont, waarin zich geen vuil en stof kunnen ophopen en die een goede ventilatie van zowel het matras als van de eigen onderdelen mogelijk maakt.

35 Dit doel van de uitvinding wordt bereikt met een matrasdrager van de in de aanhef omschreven soort, waarbij de verende laag is opgebouwd uit een laag luchtdoorlatend 1005900 2 materiaal waarin een of meer verende elementen zijn opgenomen .

Met deze maatregel wordt bereikt dat zich geen vuil en stof 5 kan ophopen tussen de verende elementen. Doordat de verende elementen zijn opgenomen in een laag luchtdoorlatend materiaal, dekken de verende elementen de onderzijde van het te dragen matras niet luchtdicht af en is een optimale ventilatie van de onderzijde van het matras en daardoor een 10 goede afvoer van vocht mogelijk. De luchtdoorlatende laag materiaal zorgt tevens voor een goede warmteisolatie aan de onderzijde van het te dragen matras.

Bij een voorkeursuitvoering van de matrasdrager volgens de 15 uitvinding bestaat het verende element uit een eindloze draadveer. Een eindloze veer bestaat uit een groot aantal spiraalvormige veerelementen waarvan het uiteinde van de onderste, resp. bovenste winding doorloopt in de onderste resp. bovenste winding van een naastgelegen spiraalvormig 20 veerdeel. Een dergelijke eindloze veer is gemakkelijk aan te brengen in een mal en kan eenvoudig worden ingeschuimd, waarbij de vering zo goed als gelijkmatig is.

Bij een verdere voorkeursuitvoering bestaat de luchtdoorla-25 tende, verende laag uit een laag schuim met een open celstructuur, bijvoorbeeld polyurethaanschuim, waarin het verende element is ingeschuimd. Het veerelement kan op eenvoudige wijze worden ingeschuimd nadat het in een mal is geplaatst. Door de open celstructuur wordt lucht goed 30 doorgelaten en kan vocht en vuil goed worden afgevoerd.

Door het gebruik van schuim kan een luchtdoorlatende laag worden verkregen waarin het materiaal gelijkmatig is verdeeld, ook rondom en in de veerelementen. Verder geeft een schuimlaag een goede warmteisolatie.

35

Op de luchtdoorlatende, verende laag is bij voorkeur een samendrukbare, luchtdoorlatende laag, bijvoorbeeld een laag wattenvilt, aangebracht. De vering is daardoor beter verdeeld over de onderzijde van het te dragen matras, doordat 1005900 3 de veren niet direct tegen de onderzijde van het matras drukken. De extra laag kan afzonderlijk worden weggenomen om bijvoorbeeld te worden gereinigd of om te worden vervangen.

5

Om de verende laag en de samendrukbare laag is bij voorkeur een hoes aangebracht. Hierdoor ontstaat een soort balgwer-king, waarbij wanneer bijvoorbeeld een gebruiker zich beweegt op het matras, lucht zich in en uit de matrasdrager 10 verplaatst. Door deze balgwerking wordt vocht en stof afgevoerd uit de schuimlaag en de laag wattenvilt.

Verder is de hoes bij voorkeur met behulp van bevestigingsmiddelen, bijvoorbeeld nietjes, bevestigd aan de onderzijde 15 van de lattenbodem, zodat de verschillende lagen stevig onderling en met de lattenbodem zijn verbonden, zonder dat ze ten opzichte van elkaar kunnen verschuiven.

Bij voorkeur is tussen de luchtdoorlatende laag en de 20 lattenbodem een synthetisch vlies aangebracht, waardoor wordt voorkomen dat vuil of stof vanaf de onderzijde in de schuimlaag kan binnendringen.

Bij een verdere voorkeursuitvoering liggen de lattenbodem 25 en de op de lattenbodem liggende verende luchtdoorlatende laag verzonken in een frame of kader. Hierdoor wordt de matrasdrager afgeschermd en kan het via het frame worden ondersteund door het bedframe. Het frame heeft tevens een decoratieve functie.

30

De schuimlaag is bij voorkeur aan de zijkanten voorzien van een randdeel, welk randdeel aan de bovenzijde een eerste zich in de lengterichting van de matrasdrager uitstrekkende uitsparing omvat, waarin de zijranden van de laag watten-35 vilt ligt verzonken en welk randdeel aan de van de schuimlaag afgekeerde zijde een tweede, zich in de lengterichting van de matrasdrager uitstrekkende uitsparing omvat, waarin de zijranden van het frame zijn opgenomen. Hierdoor worden de verschillende lagen ten opzichte van elkaar en ten 0 “90 0 4 opzichte van het frame goed op hun plaats gehouden.

Bij voorkeur is de matrasdrager opgebouwd uit twee of meer delen die ten opzichte van elkaar kunnen scharnieren om een 5 as die dwars staat op de lengterichting van de matrasdrager. Een matrasdrager volgens de uitvinding kan relatief dun worden uitgevoerd, waardoor deze op eenvoudige wijze kan worden uitgevoerd op verstelbare wijze, waarbij de matrasdrager kan worden versteld tussen een ligstand, een 10 zitstand en eventueel een of meer tussenstanden. Doordat de matrasdrager volgens de uitvinding een beperkte dikte heeft, is de inbouwhoogte gering en kan een hulpmotor worden toegepast voor het verstellen van de matrasdrager.

15 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont:

Figuur 1: Gedeeltelijk weggebroken in perspectief een matrasdrager volgens de uitvinding; 20 Figuur 2: In dwarsdoorsnede matrasdrager zoals weerge geven in figuur 1;

Figuur 3: Veerelement van een matrasdrager volgens de uitvinding;

Figuur 4: In dwarsdoorsnede een matrasdrager volgens de 25 uitvinding in verstelde toestand.

Figuur 1 toont een gedeeltelijk weggebroken getekende matrasdrager 1 volgens de uitvinding. De matrasdrager 1 bestaat uit een rechthoekig frame 2 met twee lange zijden 3 30 en twee korte zijden 4 die het hoofdeinde resp. het voeteneinde vormen. In het frame 2 zijn evenwijdig aan de korte zijden 4 latten 5 aangebracht, bijvoorbeeld van hout, bij voorkeur vijflaags beukenhout, die een zekere vering vertonen. De latten zijn verzonken in het frame en zijn passend 35 ingeschoven in uitsparingen 6 die zijn aangebracht aan de binnenzijde van de lange zijden 3 nabij de onderzijde van het frame 2, zoals is weergegeven in figuur 2. De latten 5 vormen tezamen een lattenbodem 7 waarop een verende, lucht-doorlatende laag 8 is aangebracht. Deze laag 8 omvat een 1005900 5 eindloze veer 9 bestaande uit een groot aantal onderling verbonden spiraalveren 10, zoals is weergegeven in figuur 3 De lengte-as van de spiraalveren 10 strekt zich uit in een richting die in hoofdzaak dwars staat op de laag 8. De 5 eindloze veer 9 is ingebed of ingeschuimd in een laag schuim 11 met een open celstructuur, bijvoorbeeld een polyurethaanschuim. Door deze open celstructuur is het schuim goed luchtdoorlatend is en goed vocht kan afvoeren. Bovenop de schuimlaag 11 waarin de eindloze veer 9 is opge-10 nomen of ingeschuimd, is een laag 12 van luchtdoorlatend materiaal, bijvoorbeeld wattenvilt, aangebracht. Om de verschillende lagen ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het frame 2 op hun plaats te houden, zijn op de zijranden 3, 4 van het frame 2 geprofileerde balken of randdelen 15 13 aangebracht van bijvoorbeeld schuim, waarbij in een van de hoeken van de in lengterichting verlopende zijden een uitsparing 14 is aangebracht waarin een zijrand 3, 4 van het frame 2 verzonken kan worden opgenomen, terwijl in de tegenover gelegen hoek 15 een uitsparing 16 is aangebracht 20 waarin de laag wattenvilt 12 verzonken ligt. Tussen enerzijds de schuimlaag 8 en de geprofileerde schuimbalken 13 en anderzijds het frame 2 is een synthetisch vlies 17 aangebracht die de schuimlaag 8 afschermt tegen het binnendringen van vuil, vocht en stof. Een hoes 18 van een lucht-25 doorlatend weefsel is aangebracht over de laag wattenvilt 12. De hoes 18 is door middel van bevestigingsmiddelen 19, bijvoorbeeld nietjes, vastgezet aan het frame 2.

Figuur 3 toont in zijaanzicht bij een gedeeltelijk weggeno-30 men schuimlaag 11 een deel van de eindloze veer 9, bestaande uit een groot aantal spiraalvormige veerelementen 10 waarvan het uiteinde van de onderste, resp. bovenste windingen steeds doorloopt in de onderste resp. bovenste winding van een naastgelegen spiraalvormig veerelement 10. 35 Op deze wijze zijn alle spiraalveren onderling verbonden tot een enkele eindloze veer 9 die eenvoudig is aan te brengen in een mal voor het inschuimen.

Figuur 4 toont in dwarsdoorsnede een verstelbare matrasdra-'^'Λ00 6 ger 1 volgens de uitvinding, bestaande uit een lattenbodem 6, een verende schuimlaag 8, een laag wattenvilt 12 en een hoes 18 die bij dit uitvoeringsvoorbeeld aan de onderzijde van de lattenbodem 6 is aangebracht. De matrasdrager 1 5 bestaat uit drie segmenten die ten opzichte van elkaar verstelbaar zijn om twee scharnier-assen of buigassen die evenwijdig zijn aan de korte zijden van de matrasdrager. De twee buigassen verdelen de matrasdrager 1 in een eerste segment 20 dat dient om het bovenlichaam en de romp van een 10 gebruiker te ondersteunen, een tweede segment 21 dat dient om de bovenbenen van de gebruiker te ondersteunen en een derde segment 22 dat dient om de onderbenen van de gebruiker te ondersteunen. De matrasdrager 1 kan bijvoorbeeld met de hand worden versteld of met behulp van een kleine elek-15 tromotor die onder de matrasdrager 1 is geplaatst. De matrasdrager 1 is geplaatst binnen een bedframe 23.

i 1005900

Claims (10)

1. Matrasdrager, in het bijzonder voor zit- of ligvlak-ken, bestaande uit een bodem, bijvoorbeeld een lattenbodem, waarop een verende laag is aangebracht met het kenmerk, dat de verende laag is opgebouwd uit een laag van 5 luchtdoorlatend materiaal, waarin een of meer verende elementen zijn opgenomen.

2. Matrasdrager volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat het verende element bestaat uit een eindloze 10 draadveer.

3. Matrasdrager volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat de luchtdoorlatende, verende laag bestaat uit een laag schuim met een open celstructuur waarin het veren- 15 de element is ingeschuimd.

4. Matrasdrager volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat op de luchtdoorlatende, verende laag een samendrukbare, luchtdoorlatende laag, bijvoorbeeld 20 een laag wattenvilt, is aangebracht.

5. Matrasdrager volgens conclusie 4 met het ken merk, dat om de verende laag en de samendrukbare laag een hoes is aangebracht. 25

6. Matrasdrager volgens conclusie 5 met het ken merk, dat de hoes met behulp van bevestigingsmiddelen, bijvoorbeeld nietjes, is bevestigd aan de onderzijde van de lattenbodem. 30

7. Matrasdrager volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat tussen de luchtdoorlatende, veren de laag een synthetisch vlies is aangebracht.

8. Matrasdrager volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de lattenbodem en de op de latten- ‘005900 bodem liggende verende luchtdoorlatende laag liggen verzonken in een frame of kader.

9. Matrasdrager volgens conclusie 8 met het kenmerk, 5 dat de schuimlaag aan de zijkanten is voorzien van een randdeel, welk randdeel aan de bovenzijde een eerste zich in de lengterichting van de matrasdrager uitstrekkende uitsparing omvat, waarin de zijranden van de laag wattenvilt ligt verzonken en welk randdeel aan de van de schuim-10 laag afgekeerde zijde een tweede, zich in de lengterichting van de matrasdrager uitstrekkende uitsparing omvat, waarin de zijranden van het frame zijn opgenomen.

10. Matrasdrager volgens één van de voorgaande conclusies 15 met het kenmerk, dat de matrasdrager is opgebouwd uit twee of meer delen die ten opzichte van elkaar kunnen scharnieren om een as die dwars staat op de lengterichting van de matrasdrager. • - 'J :::00 0