NL7909210A

NL7909210A - Matrassamenstel.

Info

Publication number: NL7909210A
Application number: NL7909210A
Authority: NL
Original assignee: Vredestein Nv
Priority date: 1979-12-20
Filing date: 1979-12-20
Publication date: 1981-07-16
Also published as: DE3068082D1; EP0032266B1; EP0032266A1; US4369535A

Description

Ke/gn/2 * *

Korte aanduiding: Matrassamenstel

De uitvinding heeft betrekking op een matrassamenstel voorzien van een langwerpig raamwerk, een aantal daaraan in de breedte bevestigde, evenwijdige latten en een ten minste ten dele uit schuimmateriaal bestaande ma-5 tras. Een dergelijk matrassamenstel bestaat gewoonlijk uit twee losse onderdelen, het raamwerk met de latten enerzijds en de matras anderzijds. Een dergelijk bekend samenstel vertoont het bezwaar dat de matras niet stevig op het raamwerk ligt en gemakkelijk verschuiven kan, in het bijzonder wanneer 10 het raamwerk ten dele opwaarts geknikt is. Ook blijken vele raamwerken met latten geluiden te produceren bij het gebruik ervan, terwijl ledikanten met een dergelijk matrassamenstel minder geschikt zijn om op te zitten.

De uitvinding beoogt deze bezwaren op 15 te heffen en verschaft daartoe een matrassamenstel van de in de aanvang beschreven soort dat gekenmerkt is doordat van de latten het middengedeelte zich in de matras bevindt en door schuimmateriaal omsloten is en de beide eindgedeelten uit de matras steken. Op deze wijze wordt een matrassamen-20 stel verkregen dat goed gebruikt kan worden, stabiel in een ledikant ligt, waarop dan goed gezeten kan worden, waarvoor dunnere . latten dan gebruikelijk kunnen worden toegepast en dat geen geluiden produceert.

Daar de vereniging van het raamwerk en 25 de latten met de matras het vastzetten van dekens door "instop- oen zou.kunnen -verhinderen, bevindt zich bij voorkeur tussen de de eindgedeelten van de latten en de matras een zich tot de zijkant van het matrassamenstel uitstrekkende vrije ruimte, zodat daarin de randen van de dekens gestoken kunnen worden.

30 Ten einde deze randen van de dekens stevig en op de juiste plaats vast te houden is het aanbevelenswaardig dat de ruimte nabij de zijkant van het matrassamenstel een kleinere hoogte dan meer naar het midden van het matrassamenstel vertoont.

Ter vergemakkelijking van de produktie 35 en voor het op eenvoudige wijze vergroten van het assortiment zijn bij voorkeur de middengedeelten van de latten opgesloten 79 0 S2 1 0 ν~ Φ 2 in een onderblok van schuimmateriaal dat tegen de onderzijde van een in horizontale richting groter bovenblok schuimmateri-aal is bevestigd. Op deze wijze kunnen grote aantallen onderblokken worden vervaardigd die vervolgens van bovenblokken 5 met een verschillend afdekmateriaal, verschillende stramheid of verschillende vorm kunnen worden voorzien.

Door toepassing van schuimmaterialen met een verschillende stramheid voor het onder- en het bovenblok is het bijvoorbeeld mogelijk een zachte ondersteuning te 10 ' realiseren, terwijl toch de verschillende latten niet geheel onafhankelijk belast zullen worden, wat een stevige en gezonde ondersteuning mogelijk maakt.

Een gemakkelijke afwerking van het bovenblok en een betrouwbare verankering van de beide delen 15 wordt verkregen indien het onderblok ten dele in het bovenblok is ingelaten.

De latten dienen zich in het middendeel geheel in het schuim te bevinden, doch aan de uiteinden zover uit te steken dat een goede ondersteuning mogelijk is.

20 Bij gebruik van bekende latten waarvan het middengedeelte opwaarts gewelfd is en de beide einden nagenoeg horizontaal liggen, kan een besparing aan schuimma-teriaal worden gerealiseerd en niettemin de voordelen van de gebogen latten worden gehandhaafd wanneer de latten aan weers-25 zijden naast de middenste opwaartse welving een opwaartse welving vertonen. In een in mechanisch opzicht gunstige uitvoeringsvorm bevinden de bovenzijden aan de bovenzijden van de zijdelingse opwaartse welvingen zich een weinig lager dan de bovenzijde van de middenste opwaartse welving.

30 De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening van enige uitvoeringsvormen daarvan.

Daarin toont: fig. 1 een vertikale dwarsdoorsnede door een matrassamenstel 35 in een voorkeursuitvoeringsvorm, fig. 2 een vertikale langsdoorsnede vólgens de lijn II-II in fig. 1 en fig, 3 een vertikale dwarsdoorsnede overeenkomstig fig. 1 door een gewijzigde uitvoeringsvorm van een matrassamenstel 7909210 3 volgens de uitvinding.

In de figuren is een rechthoekig raamwerk, bestaande uit twee van een scharnier 1 voorziene langs-profielen 2 en aan beide einden twee dwarsprofielen 3 weerge-5 geven. Deze profielen vertonen een vertikaal lijf 4 met een buitenwaartse flens 5 aan de bovenzijde en een binnenwaartse flens 6 aan de onderzijde. Op de binnenwaartse flenzen zijn met elastische buffers 7 gebogen dwarslatten 8 bevestigd.

De buitenwaartse flenzen 5 dienen voor de ondersteuning van 10 het matrassamenstel in een ledikant.

De latten 8 vertonen horizontale eind-gedeelten 9, een omhoog gewelfd middengedeelte 10 en aan weerszijden daarvan een minder hoog omhoog gewelfd deel 11.

De latten zijn, uitgezonderd de eindgedeelten 9, in een in 15 vertikale doorsnede rechthoekig onderblok 12 van schuimma-teriaal aangebracht, dat met het bovengedeelte is ingelaten in een overeenkomstig gevormde uitsparing in een bovenblok 13 van schuimmateriaal waarvan het buitenoppervlak van een geschikte bekleding 14 is voorzien.

20 Bij voorkeur heeft het onderblok 12 een grotere stramheid dan het bovenblok 13.Het bovenblok 13 heeft zodanige afmetingen dat het alzijdig juist over het raamwerk uitsteekt.

Tussen de eindgedeelten 9 van de met 25 de langsprofielen 2 verbonden latten enerzijds en de rand-gedeelten 15 van het bovenblok 13 anderzijds is een ruimte 16 voor het zonodig instoppen van dekens aanwezig. Deze ruimte 16 heeft nabij de zijkant van het matrassamenstel, tussen de zijrand van het bovenblok 13 en de bovenrand van 30 het raamwerk, een kleinere hoogte dan meer naar het midden van het matrassamenstel. Op deze wijze kan een aanzienlijke hoeveelheid van een deken worden ingestopt en wordt niettemin een betrouwbare inklemming daarvan verkregen, zonder dat noemenswaard!ge vervorming van de matras optreedt. Zoals 35 blijkt uit fig. 2 kan ook aan de smalle zijden van het matrassamenstel een overeenkomstige ruimte 16 aanwezig zijn.

In fig. 1 is duidelijk te zien dat het afwerken van de bekleding 14 zeer goed tussen de beide 79CS2 10 4 blokken kan plaatsvinden. Het moge duidelijk zijn dat ook matrassen uit één stuk op de bovenbeschreven wijze voorzien kunnen zijn van zich daarin bevindende latten.

In fig. 3 is in dwarsdoorsnede een ge-5 wijzigde uitvoeringsvorm van een matrassamenstel weergegeven. Op een uit in doorsnede rechthoekige houten langslatten 22 en dwarslatten 23 samengesteld raamwerk zijn met behulp van blokken 24 van rubberelastisch materiaal rechte latten 25 van gelaagd hout bevestigd. De latten 25 zijn afgezien van 10 de beide einden van elk ingebed in een blok 26 schuimmateri-aal, dat onder tegen een breder blok 27 schuimmateriaal is bevestigd. Het laatstgenoemde blok 27, dat aan de bovenzijde afgeronde hoeken vertoont is, met uitzondering van het door het kleinste blok 26 bedekte gedeelte, omgeven door 15 een textielbekleding 28.

7909210

Claims

1. Matrassamenstel voorzien van een langwerpig raamwerk/ een aantal daaraan in de breedte bevestigde/ evenwijdige latten en een ten minste ten dele uit schuimmateriaal bestaande matras, met het kenmerk, dat van 5 de latten (8) het middengedeelte (10) zich in de matras bevindt en door schuimmateriaal omsloten is en de beide eindgedeelten uit de matras steken.

2. Matrassamenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tussen de eindgedeelten (9) van de 10 latten (8) en het zich daarboven bevindende gedeelte van de matras een vrije, zich tot de zijkant van het matrassamenstel uitstrekkende ruimte (16) aanwezig is.

3. Matrassamenstel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de middengedeelten (10) van de 15 latten (8) zijn opgesloten in een onderblok (12) van schuimmateriaal, dat tegen de onderzijde van een in horizontale richting groter bovenblok (13) schuimmateriaal is bevestigd.

4. Matrassamenstel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het onderblok (12) ten dele in het bo- 20 venblok (13) is ingelaten.

5. Matrassamenstel volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat het materiaal van het onderblok een andere stramheid heeft dan dat van het bovenblok.

6. Matrassamenstel volgens één van de 25 voorgaande conclusies, voorzien van latten waarvan het middengedeelte opwaarts gewelfd is en de beide einden nagenoeg horizontaal liggen, met het kenmerk, dat de latten aan weerszijden naast de middenste opwaartse welving (10) een opwaartse weIving (11) vertonen.

7. Matrassamenstel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de bovenzijden van de zijdelingse opwaartse welvingen (11) zich een weinig lager dan de bovenzijde van de middenste opwaartse welving (10) bevinden.

8.inrichting volgens een van de conclu- 35 sies 2-7, met het kenmerk, dat de ruimte (16) nabij de zijkant van het matrassamenstel een kleinere hoogte dan meer 7 9 0 9 2 1 0 -- - 6 naar het midden van het matrassamenstel vertoont.

9. Matrassamenstel volgens conclusie 2-8, met het kenmerk, dat de ruimte (16) aan twee lange en ten minste een korte zijde van het matrassamenstel aanwezig 5 is. 7909210