NL1004136C2 - Inrichting voor de behandeling van voedselproducten. - Google Patents

Inrichting voor de behandeling van voedselproducten. Download PDF

Info

Publication number
NL1004136C2
NL1004136C2 NL1004136A NL1004136A NL1004136C2 NL 1004136 C2 NL1004136 C2 NL 1004136C2 NL 1004136 A NL1004136 A NL 1004136A NL 1004136 A NL1004136 A NL 1004136A NL 1004136 C2 NL1004136 C2 NL 1004136C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
air
dough
compartment
holders
supporting
Prior art date
Application number
NL1004136A
Other languages
English (en)
Inventor
Lothar Pasch
Original Assignee
Kaak Johan H B
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kaak Johan H B filed Critical Kaak Johan H B
Priority to NL1004136A priority Critical patent/NL1004136C2/nl
Priority to AT97942296T priority patent/ATE205051T1/de
Priority to DE69706548T priority patent/DE69706548D1/de
Priority to PCT/NL1997/000539 priority patent/WO1998012926A1/en
Priority to EP97942296A priority patent/EP0928137B1/en
Priority to AU44022/97A priority patent/AU4402297A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1004136C2 publication Critical patent/NL1004136C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A21BAKING; EDIBLE DOUGHS
    • A21BBAKERS' OVENS; MACHINES OR EQUIPMENT FOR BAKING
    • A21B1/00Bakers' ovens
    • A21B1/42Bakers' ovens characterised by the baking surfaces moving during the baking
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A21BAKING; EDIBLE DOUGHS
    • A21BBAKERS' OVENS; MACHINES OR EQUIPMENT FOR BAKING
    • A21B1/00Bakers' ovens
    • A21B1/02Bakers' ovens characterised by the heating arrangements
    • A21B1/24Ovens heated by media flowing therethrough
    • A21B1/26Ovens heated by media flowing therethrough by hot air

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Baking, Grill, Roasting (AREA)
  • General Preparation And Processing Of Foods (AREA)
  • Specific Conveyance Elements (AREA)
  • Intermediate Stations On Conveyors (AREA)

Description

Inrichting voor de behandeling van voedselproducten.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het behandelen van voedselproducten, in het bijzonder voor het bakken van deeg, waarbij het voedselproduct opgenomen is in producthouders, welke 5 inrichting voorzien is van tenminste twee naast elkaar opgestelde liftcompartimenten, elk met ondersteuningsele-menten voor het dragen van producthouders, het ene lift-compartiment voor het intermitterend omhoog transporteren van de producthouders en het andere liftcompartiment voor 10 het intermitterend omlaag transporteren van de producthouders, van een overbrenginrichting voor het aan de bovenzijde van de liftcompartimenten overbrengen van de producthouders van het ene naar het andere liftcompartiment, van middelen voor het dwars op de transportrichting van 15 een liftcompartiment blazen van lucht door zones van het lif tcompartiment, en van elementen voor het per zone van het liftcompartiment op een bepaalde temperatuur brengen van de lucht.
Een dergelijke inrichting is bekend uit de 20 Internationale octrooiaanvrage WO 90/06057. Hierin wordt onder meer een bakoven beschreven waarbij de liftcompartimenten op elkaar gestapelde deeghouders bevatten, waarbij naburige deeghouders elkaar contacteren. Voor de verwarming van de lucht in de bakoven worden aan weerskanten van 25 de liftcompartimenten gerangschikte luchttoevoerkanalen i i, „ /1 ï 3 δ 2 gebruikt. De luchttoevoerkanalen zijn verbonden met één enkele ventilator die lucht door de kanalen blaast. De luchttoevoerkanalen zijn voorzien van luchtuittreedopenin-gen in sleufvorm, die aan beide zijden van elk liftcompar-5 timent gepositioneerd zijn, waarbij de openingen afwisselend aan de ene zijde en de andere zijde van het liftcom-partiment zijn aangebracht en een onderlinge afstand hebben gelijk aan de hoogte van een deeghouder. Hierdoor wordt gerealiseerd dat de lucht nagenoeg horizontaal in 10 zones door de liftcompartimenten wordt geblazen, waarbij de richting van de luchtstroom in twee naburige zones tegengesteld is, waardoor tijdens de omhoog of omlaag gaande beweging van de deeghouders een meer gelijkmatige verwarming van de deeghouders, en dus van het daarin 15 aanwezige deeg wordt gerealiseerd. Voor de luchtuittreedo-peningen zijn afzonderlijke verwarmingselementen geplaatst die per zone een bepaalde temperatuur tot stand kunnen brengen. Hoewel in deze bakoven meerdere boven elkaar gelegen temperatuurzones gecreëerd kunnen worden, lijkt 20 het door deze bekende bakoven verkregen bakresultaat door de volgende punten nadelig beïnvloed te kunnen worden. Door het gebruik van relatief lange luchttoevoerkanalen met sleufvormige openingen, kan de luchtdrukverdeling in de luchttoevoerkanalen op ongewenste en ongecontroleerde 25 wijze variëren. Hierdoor kan de luchtstroom die uit de ene opening treedt verschillend zijn van die die uit een andere opening treedt, hetgeen tot een ongecontroleerde verwarming van het deeg in de deeghouders leidt. Daarnaast is het niet mogelijk de richting van de luchtstroom in één 3 0 zone van richting te doen veranderen, hetgeen voor de gelijke verwarming van sommige deegproducten wenselijk is. Bovendien zijn de deeghouders op elkaar gestapeld waardoor de verwarmde lucht niet langs de bodem of bovenkant van de deeghouders kan stromen, waardoor het te verwarmen opper-35 vlak van de deeghouder klein is en de verwarmingsduur navenant vergroot dient te worden. Verder is er een zeer groot aantal verwarmingselementen nodig, één per uittreed- S 'yj V 4 13 6 - 3 opening, hetgeen de constructie van de bakoven complex en duur maakt.
Het is een doel van de uitvinding een inrichting voor het behandelen van voedselproducten, in het bijzonder 5 voor het bakken van deeg, te verschaffen, die ten aanzien van de bovengenoemde punten ten opzichte van de bekende inrichting verbeterd is.
Hiertoe wordt een inrichting voor het behandelen van voedselproducten van de bovengenoemde soort volgens de 10 uitvinding gekenmerkt doordat de middelen voor het blazen van lucht door zones van een liftcompartiment per zone tenminste één ventilator bevatten. Doordat er per zone tenminste één ventilator aanwezig is, kan de luchtstroom per zone zeer nauwkeurig geregeld worden, waardoor per 15 zone een gecontroleerde verwarming van de producthouders mogelijk is. Tevens is gebleken dat, in vergelijking met de bekende inrichting, een zone zich niet hoeft uit te strekken over de hoogte van één producthouder, maar dat voor het verkrijgen van een gewenst bakresultaat een zone 20 zich kan uitstrekken over de hoogte van meerdere producthouders, waardoor het aantal ventilatoren en bijbehorende verwarmingselementen beperkt blijft. Hoewel de inrichting volgens de uitvinding in het bijzonder geschikt is voor het bakken van deeg, is de inrichting eveneens toepasbaar 25 bij andere deegbehandelingen, zoals het koelen van deeg, of voor de behandeling van vleesproducten of andere voedselproducten.
Een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de middelen voor het 30 blazen van lucht door een zone van een liftcompartiment de lucht in de zone recirculeren. In de bekende bakoven wordt lucht die door alle zones stroomt in haar geheel gerecir-culeerd. Hierdoor wordt ook lucht van bijvoorbeeld de warmste zone gerecirculeerd en deze lucht zou terecht 35 kunnen komen in bijvoorbeeld de koelste zone, hetgeen een nauwkeurige temperatuurregeling moeilijk zo niet onmogelijk maakt. Door nu lucht in een zone uitsluitend in die 1 0 0 4 1 3 6 4 zone te recirculeren wordt aldus een nauwkeurige temperatuurregeling mogelijk.
Een verdere voorkeursuitvoering van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de 5 middelen voor het blazen van lucht door zones van een liftcompartiment de lucht in de zone naar keuze in één van de twee tegengestelde richtingen kunnen blazen. Hierdoor is het mogelijk de luchtstroom in één zone om te keren waardoor een uiterst gelijkmatige verwarming van het 10 voedselproduct of de deegstukken in de houders mogelijk is.
Teneinde tevens een verwarming van de bodem en bovenkant van een producthouder mogelijk te maken, hetgeen tot een snelle en uniforme verwarming van het product in 15 de houders bijdraagt, wordt een uitvoering van een in richting volgens de uitvinding gekenmerkt doordat elk liftcompartiment twee paar eindloze steunkettingen omvat, dat elk paar eindloze steunkettingen ondersteuningselemen-ten dragen voor het ondersteunen van de producthouders aan 20 hun rand, en dat de afstand tussen naburige ondersteu- ningselementen voldoende groot is voor het toestaan van luchtcirculatie om de producthouders. Bovendien kunnen door deze constructie de producthouders als platen uitgevoerd worden, waarop het deeg of het voedselproduct kan 25 liggen, zodat de lucht, bijvoorbeeld verwarmd, het deeg of het voedselproduct kan bereiken. Dit verbetert de uniforme behandeling van het product, bijvoorbeeld het bakken. De producthouders of -platen worden bij voorkeur door hoek-lijnen ondersteund.
30 Voor een uniforme voedselproductbehandeling, in het bijzonder van op deegplaten geplaatst deeg, bevat de inrichting middelen voor het richten van de lucht naar de onderkant van de producthouders, zodat de onderzijde van het voedselproduct voldoende uniform in vergelijking met 35 de rest van het voedselproduct behandeld, bijvoorbeeld verwarmd, wordt.
Enige uitvoeringsvormen van een inrichting voor 1004136 5 het behandelen van voedselproducten volgens de uitvinding, worden bij wijze van voorbeeld beschreven aan de hand van de tekening, waarin: figuur 1 schematisch in perspectief een U-vormi-5 ge bakoven voor het bakken van deeg opgenomen in deeghoud-ers toont, figuur 2 schematisch in perspectief een in-lijn bakoven voor het bakken van deeg opgenomen in deeghouders toont, 10 figuur 3 schematisch een zij-aanzicht van een in-lijn bakoven volgens de uitvinding toont, figuur 4 schematisch een vooraanzicht van de inlijn bakoven volgens figuur 3 toont, figuur 5 schematisch een aanzicht volgens pijl V 15 in figuur 3 is van de in-lijn bakoven volgens de uitvinding toont, figuur 6 schematisch een doorsnede-aanzicht langs de lijn VI-VI in figuur 3 van de in-lijn bakoven volgens de uitvinding toont, 20 figuur 7 schematisch een L-vormig ondersteu- ningselement met positioneernokken voor de deeghouders toont, figuur 8 schematisch het plaatsen en afnemen van deeghouders op en van een ondersteuningselement met posi-25 tioneernokken toont, en figuur 9 schematisch een constructie van een steunketting van een bakoven volgens de uitvinding toont.
De uitvinding zal beschreven worden aan de hand van een bakoven als inrichting voor het behandelen van 30 deeg, hoewel de uitvinding zonder meer ook toepasbaar is bij onder meer koelkasten, pasteuriseerkasten, rijskasten en dergelijke en voor het behandelen van andere voedselproducten zoals vlees.
De in figuur 1 weergegeven U-vormige bakoven 35 bevat twee parallel aan elkaar gelegen kastafdelingen of liftcompartimenten 1, 2, waarin nagenoeg rechthoekige deeghouders 3, of deegplaten, intermitterend naar boven ^ 36 - 6 respectievelijk naar beneden volgens de aangegeven pijlen verplaatst worden. De kastafdeling 1 omvat aan weerskanten een stel eindloze steunkettingen 4, die geleid worden om kettingwielen 7, 7' en 8 en een stel eindloze steunkettin-5 gen 5 die geleid worden om kettingwielen 9, 9' en 10. Evenzo omvat de kastafdeling 2 aan weerskanten een stel eindloze steunkettingen 6 die geleid worden om kettingwielen 11, 11' en 12, en een stel eindloze steunkettingen 5a, die geleid worden om kettingwielen 9a, 9a' en 10a. De 10 stellen steunkettingen 4, 5, 5a en 6 dragen ondersteu-ningselementen 13, 14, 15 voor de deeghouders 3, welke ondersteuningselementen gevormd kunnen zijn door bijvoorbeeld T-vormige liggers, of, bij voorkeur door L-vormige hoeklijnen.
15 In elke kastafdeling 1, 2 bevindt zich onderin een invoertransporteur 16 respectievelijk een uitvoer-transporteur 17, terwijl boven in elke kastafdeling 1, 2 een overbrenginrichting aanwezig is die in dit voorbeeld gevormd wordt door twee meeneeminrichtingen 18, 19 en een 20 overbrengtransporteur 22, waaraan de deeghouders 3 door de meeneeminrichting 18 worden overgegeven, terwijl de mee-neeminrichting 19 de deeghouders van de overbrengtranspor-teur overneemt en bovenin in de kastafdeling 2 invoert.
Tenslotte sluit op de invoertransporteur 16 een 25 aanvoertransporteur 20 en op de uitvoertransporteur een afvoertransporteur 21 aan.
De meeneeminrichtingen 18, 19 worden bijvoorbeeld gevormd door ronddraaiende kettingen 23, 24 waarop meeneemschotten 25 aangebracht zijn. De meeneemschotten 25 30 zijn op een zodanige onderlinge afstand geplaatst dat zich tussen de naburige meeneemschotten 25 een deeghouder 3 kan bevinden. De meeneemschotten 25 van meeneeminrichting 18 duwen en schuiven de deeghouders van kastafdeling 1 naar en op de overbrengtransporteur 22 en de meeneemschotten 25 35 van de meeneeminrichting 19 duwen en schuiven de deeghouders van de overbrengtransporteur 22 in de kastafdeling. Daarnaast kan de overbrenginrichting een overbrenginrich- 7 ting zijn die de deeghouders althans nagenoeg wrijvingsloos van kastafdeling 1 naar kastafdeling 2 overbrengt.
Een andere uitvoeringsvorm van een inrichting voor het behandelen van deeg is weergegeven in figuur 2.
5 Hierin liggen de kastafdelingen 1, 2 in eikaars verlengde, en wordt van een in-lijn bakoven gesproken.
De bakovens zijn voorzien van middelen voor het dwars op de transportrichting blazen van lucht door zones van het liftcompartiment en van elementen voor het per 10 zone van het liftcompartiment op een bepaalde temperatuur brengen van de lucht, zodat verwarmde lucht langs de deeghouders kan stromen om het daarin opgenomen deeg bij een gewenste temperatuur te bakken. Deze middelen en elementen zijn niet in figuren 1 en 2 weergegeven om deze 15 figuren niet onnodig onduidelijk te maken. De plaatsing van deze middelen en elementen zal aan de hand van de beschrijving van de figuren 3 tot en met 6 voor een inlijn bakoven beschreven worden. De plaatsing van deze middelen en elementen voor een U-vormige bakoven is hier-20 aan analoog en zal duidelijk zijn voor een vakman, zodat een beschrijving daarvan niet is opgenomen.
In figuur 3 is schematisch een zij-aanzicht weergegeven van een in-lijn bakoven volgens de uitvinding. Elk liftcompartiment 1, 2 bevat ruimtes 31, 32, 33 respec-25 tievelijk 34, 35, 36 waarin een gedeelte van het liftcompartiment opgenomen is. Elke ruimte bevat tenminste één ventilator voor het blazen van lucht in het bijbehorende gedeelte van het liftcompartiment waardoor zones in de liftcompartimenten worden gevormd. Tevens bevat elke 30 ruimte een verwarmingselement voor het op een bepaalde temperatuur brengen van de lucht in de betreffende zone. Een mogelijke plaatsing van ventilatoren en verwarmingselementen zal aan de hand van figuur 6 beschreven worden. De schematische weergave van figuur 3 wordt hierin ge-35 bruikt om de verdeling van de liftcompartimenten in zones te verduidelijken. In dit voorbeeld is het aantal zones per liftcompartiment drie, hoewel een ander aantal ook 8 mogelijk is. De hoogte van een zones is bij voorkeur zodanig dat meerdere deeghouders zich tegelijk in één zone bevinden.
Doordat elke zone over een eigen verwarmingsele-5 ment beschikt is het mogelijk per zone een verschillende temperatuur tot stand te brengen. Daarnaast is het moge-lijk het vermogen van de ventilatoren per zone te variëren, waardoor de grootte van de luchtstroom per zone instelbaar is. Hierdoor is het mogelijk afhankelijk per 10 deegproduct of voor het verkrijgen van een bepaald bakpro-ces het gewenste temperatuurstraject in de liftcomparti-menten in te stellen. Teneinde te voorkomen dat de luchtstromen en daarmee warmte van het ene naar het andere liftcompartiment stroomt, is een scheidingswand 30 tussen 15 de liftcompartimenten 1 en 2 aangebracht. Vanwege de in hoofdzaak horizontale luchtstroming in een zone is het niet nodig de zones onderling van elkaar te scheiden. Er blijkt zelfs, zonder scheiding, een geleidelijk tempera-tuursverloop tussen zones aanwezig te zijn dat het bakpro-20 ces meer regelmatig doet verlopen. Bovendien is hierdoor op eenvoudige wijze een recirculatie van de lucht in één en dezelfde zone mogelijk, hetgeen een betere controle van de warmtehuishouding in de bakoven verschaft.
Tijdens bedrijf van de bakoven komen deeghouders 25 via een opening 37 in het liftcompartiment 1 terecht. De deeghouders worden bij voorkeur door ondersteuningsele-menten 14, 15 gedragen die de deeghouders uitsluitend bij hun rand ondersteunen, zoals bij voorkeur hoeklijnen. De afstand tussen naburige ondersteuningselementen is bij 30 voorkeur voldoende groot om bij daarop geplaatste deeghouders vrije circulatie van warme lucht om de deeghouders toe te staan, zodat het in of op de deeghouders geplaatste deeg uniform verwarmd wordt.
Door intermitterende aandrijving van de steun-35 kettingen 5 bewegen de deeghouders in het liftcompartiment 1 omhoog, waarbij de drie temperatuurszones 31, 32, 33 elk met een gewenste temperatuur en luchtstroomgrootte worden ( 9 doorlopen. Aan de bovenzijde van het liftcompartiment worden deeghouders overgebracht naar liftcompartiment 2 waar de deeghouders intermitterend omlaag getransporteerd worden en daarbij de temperatuurszones 36, 35 en 34 door-5 lopen, waarna ze via opening 38 uit de bakoven afgevoerd worden om verder te worden behandeld.
In het vooraanzicht van de bakoven in figuur 4 zijn zwenkbare platen 39 te zien die de in de zones geblazen lucht naar een gewenste plaats van de deeghouders, in 10 het bijzonder de onderkant van de deeghouders richten om ook een correcte verwarming van met name de onderzijde van het op de deeghouders liggende deeg te realiseren. De zwenkbare platen 39 zijn bij voorkeur bevestigd op het frame van de steunkettingen om het aantal componenten te 15 beperken en het ruimtegebruik in de bakoven te optimaliseren. De zwenkbare platen 39 kunnen zowel in één vaste stand geplaatst worden of kunnen tijdens de werking van de bakoven, dat is tijdens het omhoog- of omlaaggaande transport van de deeghouders, een variabele stand innemen 20 teneinde een gewenste luchtstroomrichting en verwarming voor bijvoorbeeld gevoelige deegproducten te realiseren. Andere middelen voor het richten van de lucht naar een gewenste plaats van de deeghouders zijn eveneens mogelijk zoals een naast de deeghouders geplaatste plaat met lucht-25 richtkanalen.
In het schematisch aanzicht gezien vanuit de richting V weergegeven in figuur 3 van een bakoven volgens de uitvinding zoals getoond in figuur 5 is te zien dat elke zone (bijvoorbeeld zones 31) twee ventilatoren bezit, 30 zoals eveneens blijkt uit het doorsnede-aanzicht van liftcompartiment 1 getoond in figuur 6 (doorsnede langs lijn VI-VI in figuur 3) . Door het gebruik van twee ventilatoren 40, 41 is het mogelijk de richting van de in de zone recirculerende lucht om te keren hetgeen tot een 35 uniformer verwarmings- of bakproces leidt. Het omkeren van de circulatierichting wordt geregeld door het bedienen van de twee kleppen 46, 47. In het getekende voorbeeld stroomt 100 4136- 10 de lucht zoals aangegeven door de pijlen en passeert daarbij een verwarmingselement 44 dat door een wand 50 is gescheiden van de omhoog bewegende deeghouders. Andere manieren om een omkeerbare circulatierichting in de zones 5 op te wekken zijn bijvoorbeeld het gebruik van één enkele ventilator die omkeerbaar is, of een ventilator met zwenk-bare schoepen. Vanwege de mogelijkheid dat lucht in twee richtingen door de zone kan lopen, zijn er, zoals in figuur 4 weergegeven, zowel zwenkbare platen 39 op het 10 frame van de steunketting 4 als op dat van steunketting 5 geplaatst.
Door het richten van lucht naar, bijvoorbeeld, de onderzijde van de deeghouders, kunnen bij bepaalde, in het bijzonder lichtere, deeghouders trillingen opgewekt worden, die ervoor zorgen dat de positie van de deeghouders op de T- of L-vormige ondersteuningselementen kan veranderen, hetgeen voor latere bewerkingen nadelig kan zijn. Teneinde de deeghouders tijdens de werking van de bakoven, of een andere behandelingsinrichting, correct gepositioneerd te houden, zijn de T- of L-vormige ondersteuningselementen 13 voorzien van positioneernokken (50, 51, zoals in figuur 7 is weergegeven) waartussen de deeghouders plaatsbaar zijn. In figuur 7 is een L-vormig ondersteuningselement 13 weergegeven, maar het zal duidelijk zijn dat de positioneernoken ook op andere ondersteuningselementen plaatsbaar zijn. De positioneernokken kunnen een verscheidenheid aan vormen hebben, zolang zij de positie van de deeghouders kunnen bepalen. In figuur 7 zijn als voorbeeld ronde rechtopstaande positioneernokken 50 en schuin geplaatste rechthoekige positioneernokken 51 getoond.
Als gevolg van de positioneernokken kunnen de deeghouders niet meer eenvoudig op of van de ondersteuningselementen geschoven worden, maar dient het plaatsen en afnemen van deeghouders op de ondersteuningselementen aangepast te worden, zoals aan de hand van figuur 8 zal worden uitgelegd. De steunkettingen 4 en 5 van het lift- 10 0 ' 13 r' 11 compartiment voor het omhoog bewegen van deeghouders 3, 3' en 3'' dragen ondersteuningselementen 13 respectievelijk 14, elk voorzien van positioneernokken 50' respectievelijk 50' . Voor het tussen de positioneernokken op de ondersteuningselementen plaatsen van de deeghouder 3 wordt de deeghouder 3 op een hoogte boven de positioneernokken getild en verschoven tot in een positie tussen naburige positioneernokken in, waarna de deeghouder 3 omlaag gelaten wordt totdat deze op de ondersteuningselementen rust. In figuur 8 is schematisch een deeghouder 3' getoond die tussen positioneernokken in gepositioneerd is, zodat door de luchtstroming veroorzaakte trillingen een ongewenste positieveranderingen veroorzaken.
Het van de ondersteuningselementen afnemen van deeghouders kan analoog plaatsvinden door de deeghouder van de ondersteuningselementen op te tillen tot een hoogte boven de positioneernokken en de deeghouders dan verder te verwijderen. Alternatief, zoals schematisch is aangegeven door de deeghouder 3' ' , wordt de deeghouder 3' ' tot een zodanige hoogte getransporteerd dat de deeghouders 3' ' alleen ondersteund wordt door de rand van de ondersteuningselementen die zich in een schuine stand bevinden. In deze stand wordt de deeghouder 3'' niet meer vastgehouden of gepositioneerd tussen de positioneernokken en kan deze eenvoudig van de ondersteuningselementen afgeschoven worden.
Door de eventueel door de luchtstroom opgewekte trillingen in de deeghouders kunnen er krachten op de steunkettingen werken, die een aanzienlijke slijtage van deze steunkettingen veroorzaken. In het bijzonder bij een bakoven waarbij de hoge temperaturen deze slijtage versterken, zou hierdoor een veelvuldig vervangen van de steunkettingen nodig zijn hetgeen veel kosten met zich meebrengt. Teneinde deze krachten op de steunkettingen te verminderen is elke steunketting 4 (in figuur 9 aangegeven door een onderbroken lijn) geleid in een U-profiel 90, 90'. Het open gedeelte van het U-profiel van de ene steun- * r p ' 1 T? 12 ketting 4 van het paar steunkettingen 4 (zie bijvoorbeeld figuur 2) is afgekeerd van de andere steunketting van het paar. Aan de steunketting 4 zijn bevestigingselementen 91, bijvoorbeeld een hoekprofiel aangebracht die aldus uitsteken uit het open gedeelte van het U-profiel. Een onder-steuningselement 13 voor de deeghouders 3 wordt aan zijn ene einde bevestigd aan het bevestigingselement 91 van de ene steunketting 4 en aan het andere einde aan het bevestigingselement van de andere steunketting. Door deze constructie worden krachten die via de ondersteuningsele-menten op de steunkettingen werken verminderd hetgeen tot een langere gebruiksduur leidt.
' r Γ. Λ i Γ.

Claims (10)

1. Inrichting voor het behandelen van voedselproducten, in het bijzonder voor het bakken van deeg, waarbij het voedselproduct opgenomen is in producthouders, welke inrichting voorzien is van tenminste twee naast 5 elkaar opgestelde liftcompartimenten, elk met ondersteu-ningselementen voor het dragen van producthouders, het ene liftcompartiment voor het intermitterend omhoog transporteren van de producthouders en het andere liftcompartiment voor het intermitterend omlaag transporteren van de pro-10 ducthouders, van een overbrenginrichting voor het aan de bovenzijde van de liftcompartimenten overbrengen van de producthouders van het ene naar het andere liftcompartiment, van middelen voor het dwars op de transportrichting van een liftcompartiment blazen van lucht door zones van IS het liftcompartiment, en van elementen voor het per zone van het liftcompartiment op een bepaalde temperatuur brengen van de lucht, met het kenmerk, dat de middelen voor het blazen van lucht door zones van een liftcompartiment per zone tenminste één ventilator bevatten.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelen voor het blazen van lucht door een zone van een liftcompartiment de lucht in de zone recirculeren.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het 25 kenmerk, dat de middelen voor het blazen van lucht door zones van een liftcompartiment de lucht in de zone naar keuze in één van twee tegengestelde richtingen kunnen blazen.
4. Inrichting volgens één der voorgaande conclu-30 sies, met het kenmerk, dat elk liftcompartiment twee paar eindloze steunkettingen omvat, dat elk paar eindloze 100 4 138 steunkettingen ondersteuningselementen dragen voor het ondersteunen van de producthouders aan hun rand, en dat de afstand tussen naburige ondersteuningselementen voldoende groot is voor het toestaan van luchtcirculatie om de 5 producthouders.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de ondersteuningselementen hoeklijnen zijn.
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de inrichting middelen bevat voor het richten 10 van de lucht naar de onderkant van de producthouders.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de middelen voor het richten van de lucht zwenkbare platen zijn.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ondersteuningselementen voorzien zijn van positioneernokken voor het positioneren van de producthouders.
9. Ondersteuningselement voor gebruik in een inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het ondersteuningselement voorzien is van positioneernokken.
10. Inrichting volgens een der conclusies 4 tot en met 8, met het kenmerk, dat elke steunketting van een paar geleid is in een U-profiel, waarbij het open gedeelte van het U-profiel van de ene steunketting van het paar afgekeerd is van de andere steunketting van het paar, dat aan elke steunketting van een paar een bevestigingselement is aangebracht, en dat een ondersteuningselement aan een einde bevestigd is aan het bevestigingselement van de ene steunketting en aan het andere einde aan het bevestigingselement van de andere steunketting. AS/KP
NL1004136A 1996-09-27 1996-09-27 Inrichting voor de behandeling van voedselproducten. NL1004136C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1004136A NL1004136C2 (nl) 1996-09-27 1996-09-27 Inrichting voor de behandeling van voedselproducten.
AT97942296T ATE205051T1 (de) 1996-09-27 1997-09-26 Gerät für die behandlung von nahrungsmitteln
DE69706548T DE69706548D1 (de) 1996-09-27 1997-09-26 Gerät für die behandlung von nahrungsmitteln
PCT/NL1997/000539 WO1998012926A1 (en) 1996-09-27 1997-09-26 Device for the treatment of food products
EP97942296A EP0928137B1 (en) 1996-09-27 1997-09-26 Device for the treatment of food products
AU44022/97A AU4402297A (en) 1996-09-27 1997-09-26 Device for the treatment of food products

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1004136A NL1004136C2 (nl) 1996-09-27 1996-09-27 Inrichting voor de behandeling van voedselproducten.
NL1004136 1996-09-27

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1004136C2 true NL1004136C2 (nl) 1998-03-31

Family

ID=19763577

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1004136A NL1004136C2 (nl) 1996-09-27 1996-09-27 Inrichting voor de behandeling van voedselproducten.

Country Status (6)

Country Link
EP (1) EP0928137B1 (nl)
AT (1) ATE205051T1 (nl)
AU (1) AU4402297A (nl)
DE (1) DE69706548D1 (nl)
NL (1) NL1004136C2 (nl)
WO (1) WO1998012926A1 (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1012266C2 (nl) * 1999-06-08 2000-12-12 Kaak Johan H B Inrichting voor het aan een aantal deegbewerkingen onderwerpen van deegstukken en bakproducten.
NL1032727C2 (nl) * 2006-10-23 2008-04-24 Kaak Johan H B Oven met meerdere horizontale stroomkamers.
US9220276B2 (en) * 2011-03-09 2015-12-29 Unitherm Food Systems, Inc. Airflow pattern for spiral ovens
US9107422B2 (en) 2011-03-09 2015-08-18 Unitherm Food Systems, Inc. Airflow pattern for spiral ovens

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0710441A1 (fr) * 1994-11-07 1996-05-08 Mecatherm, Société Anonyme Four à cuisson continue de produits de boulangerie, viennoiserie, pâtisserie et analogues
WO1996027293A1 (de) * 1995-03-08 1996-09-12 Koenig Helmut Backofen

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0710441A1 (fr) * 1994-11-07 1996-05-08 Mecatherm, Société Anonyme Four à cuisson continue de produits de boulangerie, viennoiserie, pâtisserie et analogues
WO1996027293A1 (de) * 1995-03-08 1996-09-12 Koenig Helmut Backofen

Also Published As

Publication number Publication date
EP0928137B1 (en) 2001-09-05
WO1998012926A1 (en) 1998-04-02
EP0928137A1 (en) 1999-07-14
AU4402297A (en) 1998-04-17
DE69706548D1 (de) 2001-10-11
ATE205051T1 (de) 2001-09-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5619911A (en) Oven for continous baking of bread, Viennese bread, pastry products and the like
US6630190B2 (en) Tostada forming and cooking
US4378873A (en) Continuous linear chain conveyor system operating throughout multiple tiers with dual spaced chains moving directly attached multiple adjacent trays which level to support the conveyed product
NL1004136C2 (nl) Inrichting voor de behandeling van voedselproducten.
NL1017040C2 (nl) Oven met luchtstraalinrichting.
NL1009214C2 (nl) Reflowoven.
RU2379892C2 (ru) Печь для выпечки хлеба, мучных кондитерских изделий и хлебобулочных изделий
KR20010020166A (ko) 평판형 재료, 특히 인쇄 회로 기판의 처리 방법 및 장치
HU226426B1 (en) Baking oven for producing baked shaped bodies
JPS641128B2 (nl)
US2515684A (en) Continuous drier for long alimentary paste products
JP2000177013A (ja) 溶着部品のアニール装置及びアニール方法
US5242156A (en) Dual belt furnace
NL1024449C2 (nl) Bakoven.
US4015517A (en) Food processing device
ES2729323T3 (es) Método y planta para el tratamiento térmico de elementos de fricción, en particular almohadillas del freno
US5030809A (en) Vertical oven
NL1012266C2 (nl) Inrichting voor het aan een aantal deegbewerkingen onderwerpen van deegstukken en bakproducten.
US20100307022A1 (en) Drying apparatus and method for silicon-based electronic circuits
KR20220119787A (ko) 다목적 수산물 건조장치
US2019972A (en) Drier for metal plates
US3799736A (en) Apparatus and method for browning and baking pies
JP2539213B2 (ja) ベニヤ単板の熱処理装置
NL1032727C2 (nl) Oven met meerdere horizontale stroomkamers.
RU2226831C2 (ru) Установка для приготовления хлебобулочных и/или кондитерских изделий

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up