NL1003409C2 - Automatische kistenvulinrichting. - Google Patents

Description

Titel: Automatische kistenvulinrichting

De uitvinding heeft betrekking op een automatische kistenvulinrichting voor het vullen van kisten met kwetsbare produkten, zoals bijvoorbeeld landbouwprodukten en dergelijke, omvattend een in hoofdzaak horizontale transportinrich-5 ting, waarvan tenminste één uiteinde een afstorteinde vormt, dat in bedrijf in verschillende posities boven een te vullen kist kan worden gebracht en een aan elk afstorteinde gemonteerde op en neer beweegbare neerlaatinrichting, die als ver-tikale transportinrichting is uitgevoerd en die de in de kist 10 te storten produkten in bedrijf van de horizontale transportinrichting met behulp van rijen meeneemorganen overneemt en naar een lager gelegen niveau in de te vullen kist overbrengt.

Dergelijke automatische kistenvulinrichtingen zijn uit de praktijk bekend. Gewezen kan bijvoorbeeld worden op de 15 door Munckhof te Horst (Nederland) onder de naam "Stationaire Grootkistenvuller" in de handel gebrachte inrichting of op de door de Britse firma R.J. Herbert Engineering Ltd. onder de naam "Lowerator" in de handel gebrachte inrichting.

De neerlaatinrichting van de bekende kistenvulinrich-20 tingen omvatten een vertikale transportinrichting, voorzien van evenwijdige dwars op de transportrichting geplaatste rijen meenemers van soepel materiaal. De te verwerken produkten zoals bijvoorbeeld aardappels, uien, fruit etcetera worden door de horizontale transportinrichting, die een gebruikelij-25 ke transportband kan omvatten, toegevoerd aan het neergaande traject van de vertikale transportinrichting. De produkten worden opgevangen door de meestal als vingers uitgevoerde meenemers van de vertikale transportinrichting. De achterwand van de vertikale transportinrichting wordt gevormd door een 30 plaat of een doek of folie of dergelijke, waardoor verhinderd wordt dat de produkten tussen het neergaande en het opgaande traject terecht komen en beschadigen. Voorts is vanaf het niveau van de horizontale transportinrichting een afhangend ge- 1003409 - 2 - geleidingsorgaan, bijvoorbeeld een folie of een doek of dergelijke aangebracht, zodat de rijen vingers samen met de achterwand en het geleidingsorgaan gesloten compartimenten vormen waarin de produkten neerwaarts worden gevoerd tot op 5 de bodem van de kist of tot op een laag eerder aangevoerde produkten. Het afvoereinde van de horizontale transportinrichting kan boven de te vullen kist heen en weer bewegen zodat de kist gelijkmatig gevuld kan worden. De vertikale transportinrichting is als geheel op en neer beweegbaar ten op-10 zichte van de horizontale transportinrichting, zodat de valhoogte van de produkten aan de onderzijde van de vertikale transportinrichting steeds minimaal kan zijn.

Een voordeel van het gebruik van soepele vingers is dat de kans op beschadiging van de produkten zeer gering is.

15 Als een produkt beklemd dreigt te raken tussen bijvoorbeeld het afvoereinde van de horizontale transportinrichting en de vingers, of tussen de bodem van een kist of reeds gestorte produkten en de vingers, zullen de vingers soepel meegeven, zodat het produkt niet beschadigt. Een bezwaar van de toepas-20 sing van de soepele vingers is dat de draagkracht daarvan gering is, zodat een rij vingers een relatief geringe hoeveelheid kan dragen. De laadcapaciteit van een rij vingers kan vergroot worden door de vingers dicht op elkaar te plaatsen.

De maximale lengte van de vingers en dus de diepte van elk 25 compartiment van de vertikale transportinrichting blijft echter zeer beperkt. Het is voorts mogelijk de rijen vingers met geringe tussenruimte aan te brengen, zodat elke rij slechts een dunne laag produkten behoeft te dragen. Dit betekent echter wel dat relatief veel meenemers nodig zijn, hetgeen weer 30 tot een relatief grote kans op beschadiging en/of storing leidt. Een ander bezwaar is dat de aan de achterzijde van de vertikale transportinrichting uitstekende meenemers leiden tot een tamelijk brede zone aan de achterzijde van de kist, die voor het neergaande traject van de vertikale transport-35 inrichting onbereikbaar blijft.

1003409 - 3 -

Voorts is aan de onderzijde van de vertikale transportinrichting tussen de reeds gestorte produkten of de bodem van de kist steeds een zekere ruimte nodig om de in de onderste omkeerzone naar beneden zwenkende meeneemvingers te laten 5 passeren. Daarbij kan ook weer slijtage aan de vingers en/of beschadiging van de reeds gestorte produkten optreden, indien de vingers met de bodem of over de reeds gestorte produkten in aanraking komen.

De uitvinding beoogt de geschetste bezwaren te onder-10 vangen en een kistenvulinrichting ter beschikking te stellen met een verbeterde vertikale transportinrichting. Hiertoe wordt volgens de uitvinding een kistenvulinrichting van de boven-beschreven soort daardoor gekenmerkt, dat de meeneem-organen zijn vervaardigd van relatief stijf materiaal en zo-15 danig zijn bevestigd, dat de meeneemorganen individueel vanuit een naar buiten wijzende werkstand in een tegen de transport-richting in gekeerde richting verzwenkbaar zijn.

In het volgende zal de uitvinding nader worden beschreven met verwijzing naar de bijgevoegde tekening.

20 Figuur 1 toont schematisch in zij-aanzicht een voor beeld van een kistenvulinrichting voorzien van een vertikale transportinrichting volgens de uitvinding; figuur 2 toont schematisch in zij-aanzicht een voorbeeld van een meeneemorgaan volgens de uitvinding; en 25 figuur 3 toont het meeneemorgaan van figuur 2 in een andere stand.

De in figuur 1 getoonde kistenvulinrichting 1 omvat een frame 2, een op het frame gemonteerde horizontale transportinrichting 3, en een aan één der uiteinden van de hori-30 zontale transportinrichting gemonteerde neerlaatinrichting in de vorm van een vertikale transportinrichting. Het frame draagt voorts een bedieningspaneel 5. De horizontale transportinrichting is in de lengterichting heen en weer beweegbaar zoals met een pijl 6 is aangegeven. De vertikale trans-35 portinrichting is op en neer beweegbaar zoals met een pijl 7 is aangegeven. Door deze bewegingsmogelijkheden kan een met 1003409 - 4 - 8 aangegeven kist bijvoorbeeld volgens een met onderbroken lijnen 9 aangegeven patroon gelijkmatig gevuld worden. Met 10 is een aanvoerinrichting aangegeven, die bijvoorbeeld een opvoertransporteur of dergelijke kan omvatten. Desgewenst 5 kan de horizontale transportinrichting, die bijvoorbeeld een bandtransporteur kan zijn, aan beide uiteinden zijn voorzien van een neerlaatinrichting, zodat afwisselend een kist aan het ene einde van de inrichting en een kist aan het andere einde van de inrichting kunnen worden gevuld. Een dergelijke 10 kist kan bijvoorbeeld zijn ingericht om 1000 kg produkt op te nemen. De vultijd van een kist ligt afhankelijk van de uitvoering van de inrichting in de orde van 1 S 2,5 minuten, en kan bij inrichtingen met een grote capaciteit zelfs minder dan 1 minuut bedragen.

15 De vertikale transportinrichting 4 is voorzien van meeneemorganen 11, die in figuur 1 bij 11 in de werkzame stand zijn te zien. De vertikale transportinrichting 4 heeft een naar de horizontale transportinrichting 3 gekeerd neergaand traject 12 en een zich aan de achterzijde bevindend op-20 gaand traject 13. De meeneemorganen zijn in het neergaande traject buitenwaarts, in de richting van de horizontale transportinrichting gericht en kunnen door de horizontale transportinrichting toegevoerde produkten opvangen en neerwaarts tot in de kist transporteren. Daarbij strekt zich op 25 bekende wijze vanaf de horizontale transportinrichting neerwaarts een strook doek of dergelijke uit, dat schematisch bij 15 is aangegeven en dat de produkten ter hoogte van de vrije uiteinden van de meeneemorganen geleidt.

Zoals reeds opgemerkt bestaan de meeneemorganen van 30 bekende inrichtingen uit rijen buigzame vingers van soepel materiaal. De rijen strekken zich dwars op de transportrich-ting uit. Deze vingers hebben echter weinig draagkracht en nemen aan de onderzijde en de achterzijde van de vertikale transportinrichting relatief veel ruimte in beslag.

35 Volgens de uitvinding wordt gebruik gemaakt van rijen 1003409 - 5 - van relatief smalle meeneemorganen, die van veel steviger materiaal, zoals bijvoorbeeld staal of staal bekleed met kunststof of een stevige, al dan niet gewapende kunststof, zijn vervaardigd. Deze stevige meeneemorganen zijn echter tegen de 5 bewegingsrichting van de vertikale transportinrichting in scharnierbaar. Dat wil zeggen dat de meeneemorganen in het neergaande traject omhoog scharnierbaar zijn en in het opgaande traject naar beneden scharnierbaar. Dit laatste betekent dat in de onderste keerzone 14 van de vertikale transportin-10 richting de meeneemorganen geleidelijk zullen roteren ten opzichte van de oorspronkelijke stand, totdat de meeneemorganen in het opgaande traject een neerwaarts hangende stand hebben aangenomen, zoals in figuur 1 bij 11' is aangegeven.

Als gevolg van deze constructie nemen de meeneemorga-15 nen aan de achterzijde van de vertikale transportinrichting relatief weinig ruimte in beslag, zodat de vertikale transportinrichting tot dicht bij de achterwand van de kist bewogen kan worden. Voorts kunnen de meeneemorganen als gevolg van de scharnierende ophanging in de onderste keerzone niet met 20 kracht tegen de reeds in de kist liggende produkten of tegen de bodem van de kist slaan. Ook indien ter plaatse van de aanvoer door de horizontale transportinrichting produkten beklemd dreigen te raken tussen de horizontale transportinrichting en de meeneemorganen kunnen de meeneemorganen omhoog 25 zwenken, zodat beschadiging van de produkten voorkomen wordt.

Derhalve is enerzijds ondanks het gebruik van stijvere meeneemorganen de kans op beschadiging van de produkten kleiner geworden of hoogstens gelijk gebleven ten opzichte van de situatie bij het gebruik van soepele vingers, terwijl ander-30 zijds minder dode ruimte in beslag wordt genomen en het draagvermogen van de meeneemorganen veel groter is geworden. Dit laatste betekent, dat een rij meeneemorganen meer produkten kan dragen, zodat de verwerkingscapaciteit van de kisten-vulinrichting groter kan zijn.

35 Figuur 2 toont schematisch een zij-aanzicht van een 1003409 - 6 - voorbeeld van een enkel meeneemorgaan 11 volgens de uitvinding en de bevestiging daarvan aan de rest van de vertikale transportinrichting 4. Het getoonde meeneemorgaan is van al dan niet gewapende kunststof vervaardigd en heeft een bodem-5 gedeelte, dat aan de voor- en aan de achterzijde overgaat in een omhoog gebogen voorste respectievelijk achterste deel 21, 22. Een rij van dergelijke meeneemorganen vormt in de werk-stand een soort goot waarin de te verwerken produkten kunnen worden opgevangen en meegenomen.

10 Het achterste deel 22 is nabij het bovenste uiteinde scharnierend bevestigd aan de transportinrichting 4. Hiertoe heeft de transportinrichting in het getoonde voorbeeld een aantal op afstand van elkaar gelegen dwarsstangen 23, die elk door een oog of opening van een aantal meeneemorganen gesto-15 ken zijn. De dwarsstangen kunnen bijvoorbeeld bevestigd zijn tussen twee kettingen aan weerszijden van de transportinrichting of tussen twee banden of dergelijke.

Onder elke dwarsstang 23 bevindt zich een steunorgaan 24 dat bijvoorbeeld uit een dwarsstang of -staaf of -strip of 20 dergelijke kan bestaan, en dat verhindert dat de volgens een pijl 25 zwenkbaar aan de dwarsstangen 23 opgehangen meeneemorganen neerwaarts tot voorbij de gewenste werkstand kunnen zwenken.

De transportrichting van het in figuur 2 getoonde 25 deel van de vertikale transportinrichting 4 is aangegeven met een pijl 26. Figuur 3 toont volledigheidshalve schematisch de stand van een meeneemorgaan volgens de uitvinding bij de met een pijl 27 aangegeven tegengestelde bewegingsrichting, zoals die in het opgaande traject van de vertikale transportinrich-30 ting optreedt. De meeneemorganen zijn dan ingeklapt en hangen met het voorste einde 21 naar beneden.

De vertikale transportinrichting heeft een de ruimte tussen de stangen 23, 24 afsluitende achterwand 28, die bijvoorbeeld kan bestaan uit een stationair doek, foliemateriaal 35 of plaatmateriaal. Indien het een bezwaar is dat de door de 1003409 - 7 - meeneemorganen meegevoerde produkten 29 dan langs de achterwand schuren, kan gebruik worden gemaakt van een meelopende eindloze achterwand.

Opgemerkt wordt dat na het voorgaande diverse modifi-5 caties, in het bijzonder van de vorm en het constructiemate-riaal van de meeneemorganen en de ophang- en steunmiddelen daarvoor voor de deskundige voor de hand liggen. Dergelijke modificaties worden geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.

1003409

Claims (9)

1. Automatische kistenvulinrichting voor het vullen van kisten met kwetsbare produkten, zoals bijvoorbeeld landbouw-produkten en dergelijke, omvattend een in hoofdzaak horizontale transportinrichting waarvan tenminste één uiteinde een 5 afstorteinde vormt, dat in bedrijf in verschillende posities boven een te vullen kist kan worden gebracht en een aan elk afstorteinde gemonteerde, op en neer beweegbare neerlaatin-richting, die als vertikale transportinrichting is uitgevoerd en die de in de kist te storten produkten in bedrijf van de 10 horizontale transportinrichting met behulp van rijen meeneem-organen overneemt en naar een lager gelegen niveau in de te vullen kist overbrengt, met het kenmerk, dat de meeneemorganen zijn vervaardigd van relatief stijf materiaal en zodanig zijn bevestigd, dat de meeneemorganen individueel 15 vanuit een naar buiten wijzende werkstand in een tegen de transportrichting in gekeerde richting verzwenkbaar zijn.

2. Automatische kistenvulinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elk meeneemorgaan aan het tegenover het vrije uiteinde gelegen achterste deel is voor- 20 zien van een oog met behulp waarvan het meeneemorgaan schar-nierbaar is opgehangen.

3. Automatische kistenvulinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het oog een in het meeneemorgaan gevormde dwarsboring is.

4. Automatische kistenvulinrichting volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat een rij smalle meeneemorganen telkens aan één dwarsstang is bevestigd.

5. Automatische kistenvulinrichting volgens een der voor gaande conclusies, met het kenmerk, dat elk 30 meeneemorgaan is voorzien van een steungedeelte, dat in de werkstand met een steunorgaan samenwerkt om te voorkomen dat een meeneemorgaan met de transportrichting mee verzwenkt. 1003400 - 9 -

6. Automatische kistenvulinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het steunorgaan een op afstand onder de bevestigingsplaats van de meeneemorganen aangebrachte dwarsstang of dergelijke omvat.

7. Automatische kistenvulinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vertikale transportinrichting is voorzien van een achter de meeneemorganen aangebrachte meebewegende achterwand.

8. Automatische kistenvulinrichting volgens één der 10 voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meeneemorganen een bodemgedeelte hebben en een aan de voor-en de achterzijde vanaf het bodemgedeelte omhoog (in de werk-stand) gebogen voorste respectievelijk achterste deel.

9. Automatische kistenvulinrichting volgens één der 15 voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meeneemorganen van een stevige kunststof zijn vervaardigd. 1003409