"Verbeterde kleminrichting voor spoorstaven" Deze uitvinding heeft betrekking op een verbeterde kleminrichting voor spoorstaven, meer speciaal een kleminrichting van het type dat gevormd wordt door, enerzijds, een basiselement dat met een dwarsligger wordt verbonden en dat voorzien is van een gat met daarnaast een aanslagvormende geleiding en, anderzijds, een klem waarvan één uiteinde kan aangebracht worden in het voornoemd gat terwijl het tweede uiteinde samenwerkt met
de voornoemde aanslagvormende geleiding, waarbij het middendeel van deze klem onder spanning kan samenwerken met een flens van de betrokken spoorstaaf teneinde deze te bevestigen met een dwarsligger, waarbij tussen de voornoemde flens van de betrokken spoorrail en het gedeelte van de voornoemde klem dat op deze flens inwerkt een isolatieplaatje kan voorzien worden waarvan de bedoeling tweeërlei is, namelijk, enerzijds, iedere elektrische verbinding tussen de twee sporen of rails te vermijden en, anderzijds, de kracht waarmede, door middel van de voornoemde klem, de spoorrail op haar plaats wordt gehouden, op een groter oppervlak van deze rail te laten inwerken.
De huidige uitvinding heeft meer speciaal betrekking op
de samenwerking tussen het voornoemd basiselement, enerzijds, en het voornoemd isolatieplaatje anderzijds.
Men weet inderdaad dat de bekende isolatieplaatjes, in bovenaanzicht gezien, steeds een U-vorm vertonen, met andere woorden een lichaam dat bedoeld is om geplaatst te worden tussen de betrokken rail en het overeenstemmend gedeelte van de voornoemde klem en twee, op de uiteinden van dit lichaam geplaatste uitsteeksels of tanden die omheen het betrokken gedeelte van het voornoemd basiselement worden geplaatst, één en ander zodanig dat het isolatieplaatje steeds ter plaatse wordt gehouden ten opzichte van het voornoemd basiselement, respektievelijk ten opzichte van de voornoemde klem, bij een eventuele verplaatsing volgens de langszin, van de betrokken rail.
Alhoewel de bedoeling van het isolatieplaatje vrij positief is heeft men vastgesteld dat het regelmatig voorkomt dat de voornoemde uitsteeksels of tanden van het U-vormig plaatje afbreken omwille van de relatief grote krachten die door de verplaatsing van de rail op dit isolatieplaatje worden uitgeoefend.
De huidige uitvinding heeft dan ook betrekking op een verbeterde kleminrichting, meer speciaal verbeteringen aan het voornoemd basiselement en het voornoemd isolatieplaatje, waardoor wordt verkregen dat het voornoemd nadeel totaal wordt uitgesloten.
De verbeterde kleminrichting volgens de uitvinding bestaat tot dit doel hoofdzakelijk uit een basiselement dat met de dwarsligger wordt verbonden en een klem die samenwerkt, enerzijds, met voornoemd basiselement en, anderzijds, met de betrokken rail, waarbij tussen rail en klem een isolatieplaatje is voorzien, met het kenmerk dat het basiselement achteraan voorzien is van een uitsparing, respektievelijk uitsteeksel, waarmede een kongruent uitsteeksel, respektievelijk uitsparing, van het isolatieplaatje samenwerkt.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan
te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een tweetal voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : <EMI ID=1.1> verbeterde kleminrichting volgens de uitvinding; figuur 2 een bovenaanzicht weergeeft van figuur 1; figuur 3 een doorsnede weergeeft volgens lijn III-III in figuur 2; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3; figuur 5 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 3, doch voor een uitvoeringsvariante.
In de uitvoering zoals weergegeven in de figuren 1 tot 4 bestaat de verbeterde kleminrichting volgens de uitvinding hoofdzakelijk uit een basiselement 1 dat op geschikte en bekende
<EMI ID=2.1>
deze klem door tussenkomst van een isolatieplaatje 4 inwerkt op
de rail 5.
Volgens de huidige uitvinding bestaat de verbeterde kleminrichting in hoofdzaak in het voorzien, in de achterzijde van het basiselement 1, van een geschikte uitholling 6 waarmede, terwijl het isoleerplaatje 4 een kongruent uitsteeksel 7 vertoont dat met
de voornoemde uitsparing 6 samenwerkt zoals het duidelijkst
blijkt uit figuur 4.
Op deze wijze wordt verkregen dat bij een volgens de lengte zin van de rail gerichte verplaatsing van deze laatste het eventueel medebewegen, met deze railverplaatsing, van het isolatieplaatje 4, slechts als gevolg heeft, zonder dat er enige breuk
van dit plaatje kan optreden, dat dit plaatje met een spie-effektwerking tegen het basiselement 1 wordt geduwd waardoor de verdere verplaatsing van dit isolatieplaatje 4 automatisch wordt verhinderd.
In figuur 5 is een uitvoeringsvariante weergegeven waarbij
de voornoemde uitsparing � slechts over een gedeelte van de overeenstemmende hoogte van het basiselement 1 doorloopt, waardoor als het ware een aanslag 8 wordt gevormd wat als gevolg heeft dat de eventuele maximale vertikale verplaatsing aan de rail 5 bijkomend wordt begrensd.
Aldus verkrijgt men dat tussen de rail en de klem 3 een iso-
<EMI ID=3.1>
element 1 dat de verplaatsing van dit plaatje 4 ten opzichte van dit basiselement nagenoeg wordt verhinderd doch waarbij, bij zulke verplaatsing, iedere breuk van het voornoemd isolatieplaatje wordt vermeden.
This invention relates to an improved rail clamping device, in particular a clamping device of the type formed by, on the one hand, a base element which is connected to a cross beam and which is provided with a hole with an abutment-forming guide and, on the other hand, a clamp, one end of which can be fitted in the aforementioned hole while the second end cooperates with
the aforementioned stop-forming guide, wherein the central part of this clamp can co-act under tension with a flange of the rail in question in order to fix it with a sleeper, between the aforementioned flange of the rail track concerned and the part of the aforementioned clamp which is on this flange an insulating plate can be provided, the purpose of which is twofold, namely, on the one hand, to avoid any electrical connection between the two tracks or rails and, on the other hand, the force with which the rail is held in place by means of the aforementioned clamp, to act on a larger surface of this rail.
The present invention relates more specifically to
the cooperation between the aforementioned basic element, on the one hand, and the aforementioned insulation plate, on the other hand.
Indeed, it is known that the known insulation plates, seen in plan view, always have a U-shape, in other words a body intended to be placed between the rail concerned and the corresponding part of the aforementioned clamp and two, on the ends of projections or teeth placed in this body and placed around the relevant part of the aforementioned base element, all this in such a way that the insulation plate is always kept in place with respect to the aforementioned base element, respectively with respect to the aforementioned clamp, in the event of any displacement in accordance with the longitudinal sense of the rail in question.
Although the purpose of the insulation plate is quite positive, it has been found that it regularly occurs that the above-mentioned protrusions or teeth of the U-shaped plate break off because of the relatively great forces exerted on this insulation plate by the displacement of the rail.
The present invention therefore relates to an improved clamping device, more particularly improvements to the aforementioned base element and the aforementioned insulating plate, whereby the aforementioned drawback is completely eliminated.
For this purpose, the improved clamping device according to the invention mainly consists of a base element which is connected to the cross beam and a clamp which interacts, on the one hand, with the aforementioned base element and, on the other hand, with the rail concerned, with an insulating plate being provided between rail and clamp, characterized in that the base element is provided at the rear with a recess or protrusion, with which a congruent protrusion or recess of the insulating plate interacts.
Better understanding of the features of the invention
To be shown below, by way of example without any limitation, two preferred embodiments are described with reference to the accompanying drawings, in which: <EMI ID = 1.1> improved clamping device according to the invention; figure 2 represents a top view of figure 1; figure 3 represents a section according to line III-III in figure 2; figure 4 represents a section according to line IV-IV in figure 3; figure 5 a view is similar to that of figure 3, but for an embodiment variant.
In the embodiment as shown in Figures 1 to 4, the improved clamping device according to the invention mainly consists of a base element 1 which is suitable and known
<EMI ID = 2.1>
this clamp acts through an insulation plate 4
the rail 5.
According to the present invention, the improved clamping device mainly consists in providing, in the rear side of the base element 1, a suitable recess 6 with which, while the insulating plate 4 has a convex protrusion 7 which
the aforementioned recess 6 cooperates as most clearly
shown in figure 4.
In this way it is obtained that in the event of a displacement of the latter along the length of the rail, the possible co-movement, with this displacement of the rail, of the insulation plate 4 only results without any breakage.
From this plate it can occur that this plate is pushed against the base element 1 with a wedge effect effect, whereby the further displacement of this insulating plate 4 is automatically prevented.
Figure 5 shows an embodiment variant in which
the aforementioned recess � only extends over a part of the corresponding height of the base element 1, so that, as it were, a stop 8 is formed, as a result of which the possible maximum vertical displacement on the rail 5 is additionally limited.
It is thus obtained that between the rail and the clamp 3 an iso
<EMI ID = 3.1>
element 1 that the displacement of this plate 4 relative to this base element is substantially prevented, but, in the case of such displacement, any breakage of the aforementioned insulation plate is avoided.