BE854585A

BE854585A - Voorgespannen betonligger en werkwijze voor het verwezenlijken van zulke ligger

Info

Publication number: BE854585A
Application number: BE2055907A
Authority: BE
Original assignee: Clercq Henri Roger Alain Andre
Priority date: 1977-05-13
Filing date: 1977-05-13
Publication date: 1977-11-14

Description


  "Voorgespannen betonligger en werkwijze voor het verwezenlijken van zulke ligger" Deze uitvinding heeft betrekking op een voorgespannen betonligger alsook op de werkwijze die toelaat zulke ligger te bekomen.

  
Men weet dat het in de bouwnijverheid dikwijls voorkomt dat de dwarsafmetingen, respektievelijk de hoogte en breedte, van een ligger door andere dan uit weerstandsberekeningen voortkomende vereisten, bijvoorbeeld architektonische vereisten, worden opgelegd.

  
Wanneer in zulk geval voor de gegeven dwarsafmetingen en de gegeven overspanning een op klassieke wijze met hoogwaardig staal voorgespannen betonligger het buigmoment niet kan opnemen, heeft men reeds voorgesteld het traagheidsmoment, respektievelijk het weerstandsmoment, van de ligger te vergroten, door in de betonligger een bepaalde hoeveelheid staal van de kwaliteit BE 22 tot BE 50 in te brengen.

  
Wanneer dit laatste gewoon ingebetoneerd wordt in de trekzone van de ligger, verkrijgt men als groot nadeel dat de hoeveelheid hoogwaardig kostbaar staal die nodig is om de gewenste voorspanning te realiseren merkelijk groter is dan de hoeveelheid die normaal zou nodig zijn om het beton samen te drukken. Inderdaad is het zo dat in zulk geval, ten einde het gewenste effekt op het beton te verkrijgen, niet enkel het liggergedeelte dat zulks nodig heeft, namelijk het beton, moet samengedrukt worden doch tevens de voornoemde massa staal van de kwaliteit BE 22 tot BE 50, wat vanzelfsprekend aanleiding geeft tot de voornoemde verkwisting van hoogwaardig staal.

  
Ten einde dit nadeel te ondervangen heeft men er reeds aan gedacht de voornoemde hoeveelheid hoogwaardig staal te verminderen en de nodige voorspanning te realiseren door, zowel het hoogwaardig staal als het staal van kwaliteit BE 22 tot BE 50, door voorrekken aan het voorspannen te laten deel-nemen, waarbij in een bijzondere uitvoering een grote hoeveelheid hoogwaardig staal alsmede de voornoemde hoeveelheid staal van kwaliteit BE 22 tot BE 50 samen worden voorgerekt, terwijl een geringe bijkomende hoeveelheid staal van de kwaliteit BE 22 tot BE 50 door narekken aan de voorspanning deelneemt.

  
Staven staal van de kwaliteit BE 22 tot BE 50 gebruiken als voorgerekt staal om de voorspanning te realiseren heeft echter als nadeel dat een belangrijk verlies aan voorspanning optreedt door de elastische vervorming van het beton, bij het onder spanning brengen ervan.

  
Staven staal van de kwaliteit BE 22 tot BE 50 samen aanspannen met strengen hoogwaardig staal heeft als nadeel dat een deel van de voorspankracht van de strengen overgaat in de staven.

  
Ten einde de voornoemde verliezen tegen te gaan, wordt er volgens deze uitvinding van uitgegaan dat in de trekzone van de ligger twee soorten staal worden voorzien, namelijk een gedeelte strengen in hoogwaardig staal en een gedeelte staven in staal BE 22 tot BE 50 waarbij enkel de strengen hoogwaardig staal worden voorgerekt, terwijl de staven in staal BE 22 tot BE 50 worden nagerekt.

  
Door het narekken van de staven BE 22 tot BE 50 verkrijgt men inderdaad dat op het einde van de voorspanningsoperatie in deze staven een spanning wordt behouden die zeer dicht bij de elasticiteitsgrens van het staal is gelegen zodat men verkrijgt dat, zelfs rekening houdende met de nadien optredende verliezen, o.a. door kruip en krimp, de resterende voorspankracht per staaf veel groter is dan wanneer men deze voorrekt.

  
Door het narekken van de staven BE 22 tot BE 50 vermijdt men tevens dat de krachten uitgeoefend door de voor-gerekte strengen gedeeltelijk verloren gaan voor het beton daar op het ogenblik van het voorspannen van de strengen de staven in BE 22 tot BE 50 nog los in de hulzen vertoeven.

  
Gelet op de toelaatbare drukspanning in het beton is het vanzelfsprekend mogelijk dat niet alle aanwezige staven

  
 <EMI ID=1.1> 

  
de vereiste dwarsafmetingen van de ligger voor een bepaald buigmoment kleiner worden, het gedeelte staven dat aan de voorspanning niet deelneemt, meer speciaal het gedeelte staven dat niet wordt nagerekt, groter worden. In zulk geval zullen de staven die aan de voorspanning niet deelnemen, zoals dit het geval is voor de staven die nagerekt worden, echter worden opgespoten en/of aan de uiteinden van de betonligger verankerd.

  
 <EMI ID=2.1> 

  
zal ook afhankelijk zijn van de relatieve verhouding tussen

  
de initiale aanspankracht en de verliezen. Inderdaad zal men in bepaalde gevallen moeten afwegen en berekenen wat het voordeligste is, namelijk een grote spanning in een gering aantal staven van een geheel van staven BE 22 tot BE 50 aan-  brengen ten opzichte van de normale optredende verliezen, of-  wel een groter aantal staven aan het narekken laten deelnemen  met per staaf een kleinere spanning, waarbij echter de nor-  male verliezen in verhouding van de spankracht groter worden. 

  
Indien in verband hiermede uit de berekeningen bij- 

  
 <EMI ID=3.1> 

  
 <EMI ID=4.1> 

  
 <EMI ID=5.1> 

  
 <EMI ID=6.1> 

  
 <EMI ID=7.1> 

  
'0.";&#65533;&#65533;&#65533;&#65533;T;l.il&#65533;&#65533;

  
 <EMI ID=8.1> 

  
 <EMI ID=9.1>  

  
grote kracht aanspant, waartegenover de normale verliezen aldus verhoudingsgewijs kleiner zijn zodat een grotere spankracht per staaf wordt behouden.

  
Volgens de uitvinding is het aldus eveneens mogelijk dat met het aanspannen van de of een gedeelte van de staven in materiaal BE 22 tot BE 50 nog enigszins kan gewacht worden tot wanneer reeds een aanzienlijke hoeveelheid spanningsverliezen zijn opgetreden. Inderdaad is het zeer goed mogelijk de ligger met de voorgerekte strengen in hoogwaardig staal voor te spannen en de ligger verschillende weken aldus te laten rusten vooraleer de staven in materiaal BE 22 tot BE
50 na te rekken en te bevestigen met de ligger.

  
Ook is het mogelijk het narekken in tweemaal uit te voeren, bijvoorbeeld een eerste maal zoals hiervoor beschreven en een tweede maal nadat nogmaals enkele weken verlopen zijn, waarna de eigenlijke bevestiging van de staven met de ligger wordt verwezenlijkt.

  
Zonder enig beperkend karakter is hierna, als voorbeeld, een ligger volgens de uitvinding beschreven met verwijzing naar de bijgaande figuur die een doorsnede weergeeft van zulke ligger.

  
Deze ligger 1 vertoont in dit geval, in de drukzone, staven 2 in bij voorkeur gekerfd staal of nokkenstaal, die in de betonmassa worden ingewerkt tijdens het storten van de ligger en die in staal met kwaliteit BE 22 tot BE 50 zijn uitgevoerd.. 

  
In de trekzone vertoont deze ligger, enerzijds,

  
 <EMI ID=10.1> 

  
 <EMI ID=11.1> 

  
 <EMI ID=12.1> 

  
 <EMI ID=13.1>

Claims

1

staven, afhankelijk van de toelaatbare drukspanning in het beton, nadat een gedeelte van de verliezen van de voorspan- <EMI ID=14.1>

aangespannen worden, waarna alle staven, ook deze die niet aangespannen werden, geinjekteerd worden en/of aan de liggeruiteinden bevestigd.

In de figuur is tenslotte nog een plaat 5 weergegeven die op zulke liggers 1 kan rusten, waarbij deze plaat ter plaatse gestort wordt. Deze plaat kan o.a. eveneens voorzien worden van staven 6 in gekerfd staal of nokkenstaal.

Het is duidelijk dat de uitvinding geenszins beperkt

is tot de als voorbeeld beschreven ligger en dat de werkwijze volgens de uitvinding dus kan toegepast worden voor liggers

of dergelijke met om het even welke vorm en afmetingen, al

dan niet in kombinatie met bijkomende schikkingen.

EISEN.

l.- Werkwijze voor het verwezenlijken van een voorge- spannen betonligger, van het type dat in de trekzone gevormd

anderzijds, staven in staal van een kwaliteit BE 22 tot BE 50, met het kenmerk dat zij hoofdzakelijk bestaat in het voorrekken van de strengen in hoogwaardig staal en het narekken van minstens een gedeelte van de in hulzen of dergelijke aangebrachte staven in staal van de kwaliteit BE 22 tot

BE 50.

2.- Werkwijze volgens eis 1, met het kenmerk dat men

na het voorrekken van-de strengen in hoogwaardig staal, de betonligger enige tijd, bijvoorbeeld meerdere weken, laat

<EMI ID=19.1> 7

verlopen.

4.- Werkwijze volgens eis 1, 2 of 3, met het kenmerk dat de voornoemde staven, na het volledig narekken, geinjekteerd worden.

5.- Werkwijze volgens eis 1, 2 of 3, met het kenmerk dat de voornoemde staven, na het volledig narekken, aan de uiteinden van de ligger verankerd worden.

6.- Werkwijze volgens eis 1, 2 of 3, met het kenmerk dat de voornoemde staven, na het volledig narekken, gelnjekteerd worden en aan de uiteinden van de ligger verankerd worden.

7.- Werkwijze volgens één der voorgaande eisen, met het kenmerk dat de in hulzen gevatte staven die niet aan het narekken deelnemen, na het volledig narekken van de andere staven op dezelfde wijze als deze laatste met de ligger worden verbonden door injekteren en/of verankeren aan de uiteinden,

8.- Voorgespannen betonligger en werkwijze voor het verwezenlijken van zulke ligger, hoofdzakelijk zoals voorafgaand beschreven en weergegeven in de bijgaande tekening.