"Amfibievoertuig" <EMI ID=1.1>
tuig, met andere woorden, een voertuig dat zich zowel te land als te water kan verplaatsen, waarbij dit voertuig zowel als transportmiddel voor personen en/of goederen of als pleziervaartuig, of nog als speeltuig kan uitgevoerd worden, waarbij de aandrijving automatisch, met de hand of met de voeten
kan geschieden.
De tot op heden bekende amfibievoertuigen zijn allen zodanig gekonstrueerd dat zij zich enerzijds, door middel
van wielen, rupsen of dergelijke over het land kunnen bewegen terwijl zij anderzijds een zulkdanige bakvormige konstruktie vertonen dat zij op het water kunnen drijven.
Zulke anfibievoertuigen zijn uiteraard kostbaar, enerzijds omwille van de volledige waterdichtheid die gevergd wordt van het koetswerk doordat alle doorgangen hermetisch moeten gedicht worden en anderzijds doordat het onderhoud zeer aanzienlijk is daar de volledige aandrijving van de wielen en de stuurinrichting en dergelijke zich in het water bevinden.
De huidige uitvinding heeft dan ook betrekking op
een amfibievoertuig dat op zeer eenvoudige wijze kan gekonstrueerd worden en waarvan de kostprijs uitermate laag kan zijn,doordat de koetswerkkonstruktie van een gewoon autovoertuig kan gebruikt worden zonder dat speciale hermetische afdichtingen moeten voorzien worden in de verschillende doorgangen en doordat de draaiende onderdelen van de aandrijvingselementen nagenoeg niet met het water in aanraking komen.
Inderdaad heeft de huidige uitvinding een amfibievoertuig als voorwerp dat zich zowel over het land als over het water verplaatst zonder in dit laatste geval op het water te drijven. Deze uitvinding betreft inderdaad een voertuig dat zowel over het land als over het water rijdt.
� Het amfibievoertuig volgens de uitvinding bestaat
tot dit doel hoofdzakelijk uit een koetswerk en een verplaatsings- inrichting waarbij deze laatste gevormd wordt door minstens een rups die door geschikte wielen wordt geleid en aangedreven, waarbij deze rups, verdeeld over de omtrek, voorzien is van uitsteeksels die een zodanig drijfvermogen vertonen dat
<EMI ID=2.1>
kan drijven en aldus over het water rijdt.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven
met verwijzing naar de bijgaande tekeningen waarin :
f iguur 1 een schematisch zijaanzicht weergeeft van
een amf ibievoertuig volgens de uitvinding; figuur 2 een vooraanzicht weergeeft van figuur 1; figuren 3, 4 en 5 zichten zijn gelijkaardig aan dit van figuur 2,doch voor uitvoeringsvarianten.
In de figuren 1 en 2 is een amfibievoertuig volgens
de uitvinding weergegeven dat hoofdzakelijk bestaat uit ener-
zijds een koetswerk 1 dat kan gevormd worden door het koets-
werk van een normaal autovoertuig en anderzijds een verplaatsingsinrichting 2 volgens de uitvinding. De doorgangen in het koetswerk 1 van de aandrinvingsinrichting 2 naar de motor- bedieningspedalen, stuur en dergelijke zijn op eenvoudige
wijze gedicht zoals dat steeds het geval is bij normale weg- voertuigen, doch het is niet noodzakelijk deze doorgangen
op volledig hermetische wijze te dichten daar het koetswerk
van het voertuig nooit in het water zal terechtkomen, daar
volgens de uitvinding over het water wordt gereden.
Tot dit doel bestaat de verplaatsingsinrichting van
<EMI ID=3.1>
die ieder bestaan uit een band 5 die geleid wordt door ge- r
<EMI ID=4.1>
op onderling regelmatige afstanden uitsteeksels 19 zijn aangebracht.
Minstens deze uitsteeksels en eventueel ook de eigenlijke bar.den 5 zijn hol uitgevoerd, bijvoorbeeld in rubber, kunst-
<EMI ID=5.1>
geschikt gas op een bepaalde druk, of met schuimrubber of dergelijke, bijvoorbeeld schuimrubber met gesloten cellen. Afhankelijk van het aantal en de afmetingen van de uitsteeksels
<EMI ID=6.1>
van het gewicht van het amfibievoertuig verkrijgt men dat
het amfibievoertuig normaal over het land kan rijden door middel
<EMI ID=7.1>
sels 19 in het water komt bij verplaatsingen te water,wat als gevolg heeft dat het voertuig werkelijk over het water kan rijden.
Het is duidelijk dat, afhankelijk van het gewicht
<EMI ID=8.1>
weergegeven in f iguur 3, of over de volledige breedte van
het voertuig kunnen uitgevoerd worden,zoals weergegeven in
de figuren 4 en 5, waarbij inzulk geval de uitsteeksels 19 doorlopend of onderbroken kunnen zijn en ten slotte kan men ook het aantal uitsteeksels 19, indien noodzakelijk, vergroten. Men heeft echter uitgerekend dat het aantal en de afmetingen van de uitsteeksels relatief klein kunnen zijn ten opzichte van het gewicht van een normaal voertuig.
Het is duidelijk dat men op deze wijze een zeer goedkoop te verwezenlijken amfibievoertuig verkrijgt dat zonder speciale voorzieningen kan verwezenlijkt worden en waarbij
<EMI ID=9.1>
Het besturen van zulk voertuig zal geschieden door een
"Amphibious vehicle" <EMI ID = 1.1>
vehicle, in other words, a vehicle that can move both on land and on water, whereby this vehicle can be designed both as a means of transport for persons and / or goods or as a pleasure craft, or as a toy, the drive being automatic, with the hand or feet
can happen.
The amphibious vehicles known to date are all constructed in such a way that they can move, on the one hand, through
wheels, caterpillars or the like can move over land while on the other hand they have such a box-like construction that they can float on the water.
Such anfibious vehicles are of course expensive, on the one hand because of the complete watertightness required of the bodywork because all passages have to be hermetically sealed, and on the other hand because the maintenance is very considerable since the complete drive of the wheels and the steering gear and the like are in the water. .
The present invention therefore relates to
an amphibious vehicle that can be constructed in a very simple way and of which the cost price can be extremely low, because the body construction of an ordinary car vehicle can be used without special hermetic seals having to be provided in the various passages and because the rotating parts of the drive elements are virtually do not come into contact with the water.
Indeed, the present invention has as an object an amphibious vehicle that moves both over land and over water without, in the latter case, floating on the water. Indeed, this invention concerns a vehicle that travels both over land and over water.
� The amphibious vehicle of the invention exists
to this end mainly of a bodywork and a displacement device, the latter being formed by at least one track guided and driven by suitable wheels, this track, distributed over its circumference, being provided with protrusions exhibiting buoyancy such that
<EMI ID = 2.1>
can float and thus drive over water.
With the insight to better demonstrate the characteristics of the invention, some preferred embodiments are described below, by way of example without any limiting character.
with reference to the accompanying drawings in which:
figure 1 represents a schematic side view of the figure
an amphibious vehicle according to the invention; figure 2 represents a front view of figure 1; Figures 3, 4 and 5 are views similar to that of Figure 2, but for embodiment variants.
In Figures 1 and 2 an amphibious vehicle is shown
the invention which mainly consists of energy
side a bodywork 1 that can be formed by the bodywork
work of a normal car vehicle and on the other hand a displacement device 2 according to the invention. The passages in the body 1 from the drive device 2 to the engine control pedals, steering wheel and the like are easily
well sealed as is always the case with normal road vehicles, but it is not necessary for these passageways
completely hermetically sealed as the bodywork
of the vehicle will never end up in the water there
according to the invention, the water is driven.
For this purpose the displacement device consists of
<EMI ID = 3.1>
each consisting of a band 5 led by ger
<EMI ID = 4.1>
projections 19 are arranged at regular intervals.
At least these protrusions and possibly also the actual bars 5 are made hollow, for example in rubber, artificial
<EMI ID = 5.1>
suitable gas at a certain pressure, or with foam rubber or the like, for example closed cell foam rubber. Depending on the number and dimensions of the protrusions
<EMI ID = 6.1>
this is obtained from the weight of the amphibious vehicle
the amphibious vehicle can drive normally across land through
<EMI ID = 7.1>
sels 19 enters the water when displaced in the water, which means that the vehicle can actually drive over the water.
Obviously, depending on the weight
<EMI ID = 8.1>
shown in Figure 3, or across the full width of
the vehicle can be performed as shown in
Figures 4 and 5, in which case the protrusions 19 can be continuous or interrupted, and finally the number of protrusions 19 can also be increased, if necessary. However, it has been calculated that the number and dimensions of the protrusions can be relatively small relative to the weight of a normal vehicle.
It is clear that in this way one obtains a very inexpensive amphibious vehicle that can be realized without special provisions and where
<EMI ID = 9.1>
Driving such a vehicle will be done by one