BE1030386B1 - Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal - Google Patents

Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal Download PDF

Info

Publication number
BE1030386B1
BE1030386B1 BE20225210A BE202205210A BE1030386B1 BE 1030386 B1 BE1030386 B1 BE 1030386B1 BE 20225210 A BE20225210 A BE 20225210A BE 202205210 A BE202205210 A BE 202205210A BE 1030386 B1 BE1030386 B1 BE 1030386B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
water collection
collection tray
plant
water
pot
Prior art date
Application number
BE20225210A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1030386A1 (nl
Inventor
Nicolaes Devriendt
Delphine Bossuwe
Emmanuel Devriendt
Original Assignee
The Pots Company Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by The Pots Company Nv filed Critical The Pots Company Nv
Priority to BE20225210A priority Critical patent/BE1030386B1/nl
Priority to US18/188,187 priority patent/US20230301244A1/en
Priority to EP23163952.7A priority patent/EP4248733A1/en
Publication of BE1030386A1 publication Critical patent/BE1030386A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1030386B1 publication Critical patent/BE1030386B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/04Flower-pot saucers
    • A01G9/045Trays for receiving multiple pots
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/029Receptacles for seedlings
    • A01G9/0295Units comprising two or more connected receptacles
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/029Receptacles for seedlings
    • A01G9/0297Grids for supporting several receptacles

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Abstract

De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor een meerpotsysteem bestaande uit ten minste 3 plantenpotten en een wateropvangschaal geschikt voor het opvangen van overtollig water uit deze plantenpotten, waarbij de plantenpotten een bodem met openingen, een zich van de bodem opstaande wand, en 3-8 pootjes omvatten, waarbij de pootjes zich aan de bodem, langs de andere kant van de wand bevinden, met het kenmerk, dat de wateropvangschaal een bovenzijde met ten minste 3 indeukingen omvat, waarbij de hoogte van de pootjes van een plantenpot maximaal 10% verschilt van de diepte van ten minste één indeuking en de diameter van een indeuking maximaal 10% verschilt van de diameter van de bodem van ten minste één plantenpot. De uitvinding heeft eveneens betrekking op het gebruik van een meerpotsysteem voor het groeien of behandelen van planten.

Description

1 BE2022/5210
PLANTENPOTTEN IN NAUW AANSLUITENDE WATEROPVANGSCHAAL
TECHNISCH DOMEIN
Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een meerpotsysteem, bestaand uit ten minste 3 plantenpotten en een wateropvangschaal. Deze potten omvatten een bodem en een zich van de bodem uitstrekkende wand. De plantenpot heeft pootjes op de bodem, waarmee het nauw aansluitend in de wateropvangschaal gezet kan worden.
Dit systeem kan gebruikt worden in de horticultuur voor het houden, behandelen en/of groeien van een plant.
STAND DER TECHNIEK
Het leven is tegenwoordig druk en mensen die in steden wonen, wijden zich elke dag aan het werk. Het leven wordt daardoor relatief saai. Als alternatief hebben steeds meer mensen de neiging om potplanten te kopen om hun omgeving groen te maken, zodat potplanten niet alleen een verfraaiingsfunctie hebben, maar ook frisse lucht brengen en de nerveuze geest van moderne mensen verlichten.
Een conventionele plantenpot kan grond en een 1 of meerdere planten bevatten. Op de bodem heeft de pot 1 of meerdere gaten, zodat wanneer de grond in de pot te veel water bevat, het water door de overeenkomstige gaten kan worden afgevoerd.
Het systeem met gaten op de bodem van de plantenpot, is echter niet in staat om de vochtigheid in de grond in de plantenpot op peil te houden. Het systeem kan niet tijdig voldoende water te geven of afvoeren. Daarom moet de plantenpot op tjd worden bewaterd om uitdroging en verkleuring van de plant te voorkomen.
Vaak wordt een plantenpot op een schotel geplaatst voor het opvangen van water en voor het vermijden van het morsen van water. Wanneer een plantenpot op een ondergrond wordt neergezet, biedt een aan de pot bevestigde schotel ook voordelen, in het bijzonder een eenvoudigere verplaatsbaarheid en hanteerbaarheid.
CN201282669 beschrijft een plantenpot waarbij een horizontaal geperforeerd scheidingsvlak aangebracht werd op 10-50% van de hoogte van deze pot. Er is een opening langs de zijkant waarlangs lucht binnen kan komen. Via een sponssysteem kan water terug worden gebracht in de grond.
2 BE2022/5210
JP2019062877 beschrijft een tweepotsysteem waarbij één pot dient voor het vasthouden van grond en de plant. De andere pot heeft als functie om het water op te slaan dat uit de gaten van de eerstgenoemde pot percoleert.
CN206776180 beschrijft een gelijkaardig tweepotsysteem. De hieruit bekende plantenpot wordt volledig of nagenoeg volledig in een wateropvangpot gepositioneerd zodat de plantenpot tijdens transport door de wateropvangpot beschermd is.
Deze gekende inrichtingen zijn niet geschikt om eenvoudig getransporteerd te worden. Door de moeilijke stapelbaarheid, verschillende vormen of groottes is de hoeveelheid potten die gestapeld kan worden binnen volume beperkt, onafhankelijk van de hoeveelheid grond die in de pot past.
De huidige uitvinding beoogt minstens een oplossing te vinden voor enkele van bovenvermelde problemen of nadelen. Doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze welke deze nadelen opheft.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Tot dit doel verschaft de uitvinding een inrichting volgens conclusie 1. De inrichting betreft een meerpotsysteem bestaande uit een plantenpot en een wateropvangschaal die een verbeterde instandhouding van een optimale vochtigheid in de grond voor plantengroei garandeert. Het is een doel van de uitvinding om een systeem te verschaffen dat zowel voor een beginnend plantenhouder als voor de professionele kweker voordelen biedt, bijvoorbeeld het verminderen van de benodigde gietfrequentie.
Voorkeursvormen van dit meerpotsysteem worden beschreven in de volgconclusies 2 tot en met 14. Deze voorkeursvormen beschrijven vormen en afmetingen van het product, alsook kenmerken van de openingen in het bodemoppervlak. Volgens conclusie 7, kan de wateropvangschaal voorzien zijn van wielen. Deze additie heeft onder meer als voordeel dat de plantenpot en de wateropvangschaal eenvoudig verplaatst kunnen worden. Volgens conclusie 13, moeten de gekozen materialen voor het vervaardigen van de plantenpot en de wateropvangschaal grotendeels overeenkomen.
3 BE2022/5210
In een tweede aspect betreft de huidige uitvinding een gebruik volgens conclusie 15.
Gebruik van de inrichting heeft onder meer als voordeel dat de gietfrequentie verlaagt kan worden en dat meerdere plantenpotten slechts één wateropvangschaal vereisen.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
Figuur 1 toont een schematische weergave van een meerpotsysteem volgens een uitvoeringsvorm volgens onderhavige uitvinding.
Figuur 2 toont een detailweergave van een plantenpot volgens een mogelijke uitvoeringsvorm volgens onderhavige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd. “Een”, ”de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
Wanneer “ongeveer” of “rond” in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term “ongeveer” of “rond” gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de
4 BE2022/5210 aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.
De term “grond” moet binnen de context van dit document begrepen worden als een substraat waarop/waarin de planten kunnen groeien. Dit substraat kan bestaan uit zand, leem, klei, organische of anorganische materialen of een combinatie hiervan.
De term "meerpotsysteem” moet binnen de context van dit document begrepen worden als een wateropvangschaal in combinatie met ten minste 3 plantenpotten die mogelijks grond en mogelijks een plant bevatten.
Het “nauw aansluitend in passen” van A in B moet in de context van dit document begrepen worden als een positionering waarbij een zijde van A de bodem van B raakt en de diameter van de kleinste omschreven cirkel A maximaal 3 mm kleiner is dan de binnendiameter van B voor ten minste 75% van de hoogte van A wanneer Ain B gepositioneerd staat. De buitenste wand van A en de binnenwand B lopen grotendeels evenwijdig, bij voorkeur verschilt de hoek maximaal 10°, meer bij voorkeur maximaal 3°.
De bovenzijde van de wateropvangschaal is de zijde van de wateropvangschaal, geschikt om de plantenpotten in te zetten. De wielen bevinden zich aan de onderzijde, waardoor de wateropvangschaal eenvoudig verrold kan worden.
In de bloementeelt en in de tuinbouw worden planten soms in grote bloempotten gekweekt. Deze bloempotten kunnen bovendien erg zwaar zijn en worden in wagens of verrijdbare rekken en/of op paletten aangevoerd en moeten in rijen op een ondergrond, zoals een tafel, de grond of dergelijke worden geplaatst, of omgekeerd, moeten de potten van de ondergrond worden genomen en worden verzameld op paletten of dergelijke. De bestaande transportinrichtingen bevatten meestal een stationair opgestelde langse transportlijn, bijvoorbeeld een transportband, ook wel gordeltransporteur genoemd, en een kleinere dwarse transportlijn, bijvoorbeeld eveneens een transportband die deel kan uitmaken van of samenwerkt met een machine om bloempotten van deze dwarse transportlijn op een tafel of een andere ondergrond te plaatsen of omgekeerd van een ondergrond op de dwarse transportlijn te plaatsen. Bij het aanvoeren worden de bloempotten in een continue rij op de langse transportlijn aangevoerd en, in groepen die een rij op de ondergrond moeten vormen, door middelen op de dwars gerichte transportband verplaatst vanwaar ze samen door voornoemde machine opgenomen worden en op een tafel geplaatst worden. Terwijl 5 de bloempotten opgenomen of neergezet worden, worden de volgende bloempotten op de dwarse transportband geplaatst. Vooraleer de volgende rij bloempotten neergezet of opgenomen wordt, moeten deze dwarse transportband en de voornoemde ondergrond uiteraard ten opzichte van elkaar worden verplaatst. Bij het afvoeren geschiedt het omgekeerde en worden de bloempotten dus van een tafel of een andere ondergrond opgenomen en op de dwarse transportlijn geplaatst om groepsgewijze op de langse transportband te worden gebracht.
Een nadeel van de bestaande transportinrichtingen is dat het steeds vereist is dat een vaste transportlijn wordt voorzien, wat aanzienlijke kosten met zich kan meebrengen en wat enigszins beperkingen oplevert voor wat betreft de flexibiliteit van de gebruiksdoeleinden van de betreffende gronden, tafels of dergelijke, aangezien men gebonden is aan de geïnstalleerde vaste transportlijn. Nog een nadeel van de bestaande transportinrichtingen is dat zij voor buitenteelt vaak niet toegepast kunnen worden, aangezien zulke vaste transportlijnen doorgaans enkel binnen worden voorzien, beschut van weersinvloeden zoals regen, hagel, UV-straling, vriestemperaturen of dergelijke. Een wateropvangschaal voorzien van wielen biedt een oplossing voor alle voorgenoemde en/of andere nadelen.
In een eerste aspect betreft de uitvinding een inrichting voor een meerpotsysteem bestaande uit ten minste 3 plantenpotten en een wateropvangschaal geschikt voor het opvangen van overtollig water uit deze plantenpotten, waarbij de plantenpotten een bodem met openingen, een zich van de bodem opstaande wand, en 3-8 pootjes omvatten, waarbij de pootjes zich aan de bodem, langs de andere kant van de wand bevinden, met het kenmerk, dat de wateropvangschaal een bovenzijde met ten minste 3 indeukingen omvat, waarbij de hoogte van de pootjes van een plantenpot maximaal 10% verschilt van de diepte van ten minste één indeuking en de diameter van een indeuking maximaal 10% verschilt van de diameter van de bodem van ten minste één plantenpot. Bij voorkeur verschilt de hoogte van de pootjes maximaal 5% met de diepte van ten minste één indeuking, meer bij voorkeur komt de bodem van de plantenpot op gelijke hoogte dan de wateropvangschaal indien de plantenpot zich in de indeuking van de wateropvangschaal bevindt. Bij voorkeur is de indeuking niet zichtbaar indien een plantenpot in de indeuking geplaatst is. Hoe dieper de indeuking,
6 BE2022/5210 hoe verder de bodem van de indeuking zich van de bovenzijde van de wateropvangschaal bevindt. Doordat de wateropvangschaal geschikt is om meerdere plantenpotten te ondersteunen, kunnen meerdere potten tegelijkertijd eenvoudig verplaatst worden. Doordat de plantenpotten nauw aansluitend in de wateropvangschaal passen, staan ze stabieler tijdens dit transport.
Kleine bomen, kostbare bloemen of andere planten worden gebruikelijke gekweekt door ze te potten. Bloemen, zoals orchideeën of kleine bomen voor bewondering worden dikwijls binnenshuis of buitenshuis in potten geplaatst. Het binnenshuis potten plaatsen kan in het bijzonder de functies van het binnenshuis verfraaien en de luchtkwaliteit verbeteren. Het is gebruikelijk bij dergelijke potten in hoofdzaak een pot voor te bereiden, waarbij daarin aarde wordt aangebracht, waarna de bloemen of kleine bomen in de aarde worden geplant. Bekende potten zijn veelal gemaakt van keramisch materiaal, of direct door spuitgieten gevormd uit kunststof materiaal. In elk geval heeft de aarde in potten behoefte aan irrigatie van water.
Het werd opgemerkt door de uitvinders van onderhavige uitvinding dat mensen die water geven aan planten geen idee hebben wat de veldcapaciteit van de grond is. De veldcapaciteit is een maat voor de hoeveelheid water, die een verzadigde bodem na 2 à 3 dagen uitlogen kan vasthouden. De veldcapaciteit verschilt voor verschillende types grond en is lager voor zand of grote gesteentes. Aangezien plantenpotten vaak gevuld worden met zand of andere substraten met grote poriën zal de veldcapaciteit eerder laag zijn. De hoeveelheid water die mag toegevoegd worden, kan berekend worden op basis van de veldcapaciteit en de huidige vochtigheid. Vaak zijn beide waarden niet gekend op het moment dat men planten bewatert. Men geeft aldus te veel water aan de planten en de overmaat zal snel door de grond sijpelen. Eens het water door de bodem van de pot vloeit, komt het soms op de vloer of het tapijt terecht. Hierdoor kunnen vlekken ontstaan. Een wateropvangschaal verhindert deze problemen.
Volgens een uitvoeringsvorm heeft de bodem van de plantenpot een cirkelvormig oppervlak, een rechthoekig of ovaal oppervlak, bij voorkeur een cirkelvormig oppervlak.
Doordat ten minste 3 plantenpotten op éénzelfde wateropvangschaal gezet worden, hoeft niet voor elke pot een aparte schaal worden voorzien. Bovendien kan men eenvoudig 3 of meerdere plantenpotten verplaatsen via deze wateropvangschaal.
7 BE2022/5210
Doordat de indeuking van wateropvangschaal nauw aansluit omheen de pootjes van de plantenpotten, kan er geen water of grond naast de pot lopen en op de grond terechtkomen. Voorts verhindert de druk van de plantenpot op de wateropvangschaal, luchtverplaatsingen en de verdamping van water waardoor minder vaak water gegeven moet worden. Een voordeel hiervan is dat er kosten bespaard kunnen worden door het verlagen van het aantal giethandelingen. Ook middels het met bijvoorbeeld water gevulde reservoir kan verder de gietfrequentie voor de in de pot groeiende plant tijdens de kweekfase worden gereduceerd.
Bijkomend verlaagt de gietfrequentie verder doordat het water vanuit de wateropvangschaal terug omhoog kan door capillaire krachten door de kleine openingen onderaan de plantenpot. Dit biedt naast verlaging van kosten ook milieuvoordelen, zowel door een verlaagd waterverbruik als door minder zuivering van gecontamineerd water met nutriënten. Bovendien zal het teeltproces in de serres waarin de planten worden gekweekt dan door de verlaging van het aantal giethandelingen minder energie verbruiken.
De plantenpot is eenvoudig van structuur en handig in gebruik. Het kan worden toegepast voor het houden, behandelen of groeien van verschillende planten, bloemen enz. De plantenpot en de wateropvangschaal sluiten nauw aan, zowel in horizontale als in de verticale richting. Aldus is het mogelijk door stapelen van opeenvolgende bloempotten met schotels een zeer compacte opeenstapeling te verkrijgen om ook opslag, verpakking en transport tegen optimaal lage kosten mogelijk te maken. Om anderzijds de capaciteit van de schotel voldoende groot te maken verdient het aanbeveling, dat de halve hoogte van de plantenpot maximaal de som van de breedte en de lengte mag bedragen.
Een meerpotsysteem heeft als voordeel in vergelijking met een systeem bestaand uit één pot met ingebouwd waterreservoir dat overtollige water eenvoudig verwijderd kan worden. Het is dus ook eenvoudig na te gaan of de veldcapaciteit reeds is bereikt door te kijken in de wateropvangschaal. Dit is niet mogelijk in een éénpotsysteem.
Voorts, kunnen er geen insecten in dit waterreservoir binnendringen. Het is voor insecten wel mogelijk binnen te dringen bij systemen die niet nauw aansluiten of bij systemen dewelke voorzien zijn van een opening voor het afvoeren van water. De hoogte van de pootjes verschilt maximaal 10% van de diepte van de indeukingen, waardoor de vereiste hoeveelheid materiaal niet onnodig toeneemt voor de productie hiervan. De wateropvangschaal zal geen of een verwaarloosbare invloed hebben op de hoeveelheid licht die in de pot en op planten in de plantenpot valt.
8 BE2022/5210
Volgens een uitvoeringsvorm, is de diameter van de kleinste cirkel omheen de pootjes maximaal 10% kleiner dan de binnendiameter op de bodem van ten minste één indeuking, bij voorkeur verschillen de twee diameters maximaal 2 mm, meer bij voorkeur sluiten de pootjes en bodem van een plantenpot nauw aan, aan ten minste één indeuking.
Doordat de diameter van de kleinste cirkel omheen de pootjes maximaal 10% kleiner is dan de binnendiameter op de bodem van ten minste één indeuking, wordt verdamping van het overtollige water dat in de wateropvangschaal terecht komt, vermeden. Doordat de wateropvangschaal nauw aansluit aan de plantenpot, kan er geen water of grond naast de pot lopen en op de grond terechtkomen. Voorts verhindert de druk van de plantenpot op de wateropvangschaal, luchtverplaatsingen en de verdamping van water waardoor minder vaak water gegeven moet worden.
Een voordeel hiervan is dat er kosten bespaard kunnen worden door het verlagen van het aantal giethandelingen. Ook middels het met bijvoorbeeld water gevulde reservoir kan verder de gietfrequentie voor de in de pot groeiende plant tijdens de worden gereduceerd. Bijkomend verlaagt de gietfrequentie verder doordat het water vanuit de wateropvangschaal terug omhoog kan door capillaire krachten door de kleine openingen onderaan de plantenpot. Dit biedt naast verlaging van kosten ook milieuvoordelen, zowel door een verlaagd waterverbruik als door minder zuivering van gecontamineerd water met nutriënten. Doordat de diameter van de kleinste cirkel omheen de pootjes maximaal 10% kleiner is dan de binnendiameter op de bodem van ten minste één indeuking, zit de plantenpot stevig in de indeuking en zal de plantenpot zich minder verplaatsen indien er krachten op uitgeoefend worden.
Volgens een uitvoeringsvorm, bevinden de pootjes zich minstens 1 mm van de rand van de bodem van de plantenpotten.
Doordat de pootjes zich minstens 1 mm van de rand van de bodem van de plantenpotten bevinden, kan de wateropvangschaal een inkeping omvatten, geschikt om ten minste één plantenpot, nauw aansluitend in te plaatsen. De diameter van de inkeping verschilt maximaal 10% met de buitendiameter van de bodem van de plantenpot. De wateropvangschaal omvat dus een inkeping en een indeuking, met dezelfde diameter, respectievelijk, geschikt om de bodem en de pootjes nauw aansluitend in te plaatsen. Volgens een uitvoeringsvorm zal het bovenoppervlak van de wateropvangschaal trapsgewijs dalen, met eerst de inkeping, geschikt om de rand van de bodem van de plantenpot, nauw aansluitend in te plaatsen, en ten tweede
9 BE2022/5210 een indeuking, geschikt om de pootjes van de plantenpot nauw aansluitend in te plaatsen. Deze trapsgewijze daling van het bovenoppervlak creëert een vloeistofreservoir, geschikt om het overtollige water uit de plantenpot op te vangen.
De indeuking wordt al dusdanig afgesloten van de buitenlucht.
Volgens een uitvoeringsvorm, bevinden de openingen van de plantentpotten zich op een uitstulping in het midden van de bodem, waarbij de uitstulping naar de pootjes is gericht.
Doordat de openingen van de plantentpotten zich op een uitstulping in het midden van de bodem bevinden, waarbij de uitstulping naar de pootjes is gericht, dient overtollig water, een lange afstand af te leggen, alvorens het de plantenpot via de openingen kan verlaten. Indien de openingen over het volledige bodemoppervlak verspreid zouden liggen, zou een deel van het overtollige water via de wand de plantenpot sneller kunnen verlaten. Hierdoor kan een deel van de grond in de plantenpot niet voldoende bewaterd worden. Bovendien bevindt deze uitstulping zich onderaan de indeuking in de wateropvangschaal, waardoor het overtollige water na een periode van droogte terug in de grond terecht komt. Door de capillaire krachten kan het water door de planten terug omhoog gezogen worden.
Volgens een uitvoeringsvorm, hebben de openingen in de uitstulping een diameter kleiner dan 15 mm, bij voorkeur kleiner dan 5 mm.
De openingen onderaan de plantenpot zijn klein waardoor de wortels niet uit de plantenpot kunnen groeien tot in de wateropvangschaal. Daar zouden ze in het water kunnen terechtkomen, geen zuurstof hebben en afsterven. Echter, kan het water via de openingen omhoog in de plantenpot. Via capillaire krachten raakt het water waar de plant het nodig heeft. De meeste planten groeien best bij een veldcapaciteit van ongeveer 70%. Na begieten droogt de grond uit maar wanneer de vochtigheid daalt tot <50% van de veldcapaciteit, kan water uit de wateropvangschaal dit tekort aanvullen via de openingen onderaan de plantenpot. Daarom is het essentieel om de grootte van deze openingen voldoende klein te houden. Dit systeem zorgt ervoor dat de vochtigheid in de pot automatisch op peil blijft waardoor een betere plantengroei wordt bekomen. Dus, de plant te veel water geven, is onmogelijk met dit systeem.
De wortels kunnen nooit in water worden gedrenkt. Anderzijds, wanneer de plant water nodig heeft, kan de grond zijn water uit het reservoir van de wateropvangschaal zuigen.
10 BE2022/5210
Dus, indien water wordt toegevoegd aan de pot zal water geabsorbeerd worden door de aarde. Overtollig water kan dan in de indeuking stromen, waarbij op deze wijze de aarde een geschikte hoeveelheid water kan bevatten. Het in de indeuking stromende water voorkomt niet alleen het ontstaan van verspild water, maar ook extra water vormt om de aarde gedurende een lange tijd vochtig te houden.
Volgens een uitvoeringsvorm, bedraagt de lengte van de pootjes en de diepte van de uitstulping 30-50 mm, bij voorkeur 35-45 mm.
Doordat de lengte van de pootjes en de diepte van de uitstulping 30-50 mm bedraagt, zal water dat wegvloeit uit de plantenpot in de wateropvangschaal, kunnen terugvloeien in de plantenpot. De openingen op de uitstulping, zijn geschikt om water door te laten maar klein genoeg om aarde en grote wortels in de plantenpot te houden. Volgens onderhavige uitvinding is het mogelijk de plantenpot te vullen met een overmaat water dat door de wateropvangschaal wordt opgevangen. Op deze wijze wordt een gebruiksvriendelijk systeem verschaft omdat normaal de hoeveelheid water die optimaal toegediend wordt, nauwkeurig afgemeten moet worden, waardoor gebruikers of eventueel een machine het systeem relatief snel en minder accuraat met vloeistof kunnen vullen. Aangezien overtollig water automatisch in de wateropvangschaal wordt afgevoerd en eventueel opnieuw in de plantenpot kan terechtkomen, blijft voor langere perioden water aanwezig voor de plant. Hierdoor hoeft de gebruiker of machine minder vaak water aan te vullen.
Volgens een uitvoeringsvorm, zijn aan de wateropvangschaal 3-10 wielen bevestigd, geschikt om de wateropvangschaal op te verrollen, bij voorkeur 4-6 wielen.
Doordat aan de wateropvangschaal 3-10 wielen bevestigd zijn, geschikt om de wateropvangschaal op te verrollen, kunnen drie plantenpotten eenvoudig verplaatst worden. De hoeveelheid wielen kan afhankelijk zijn van de grootte van de potten.
Het opheffen van een plantenpot of het plaatsen van plantenroller onder een plantenpot kan onveilig zijn wegens het wegslippen en breken van de plantenpot tijdens verplaatsen. Er is gebleken dat het nauw aansluiten van de wateropvangschaal aan de plantenpotten kan zorgen voor een verhoging van de wrijvingsweerstand en de pootjes kunnen fungeren als anti-slipelement. Dit zorgt ervoor dat de potten mooi rechtop blijven en er geen potten ‘wegslippen’ tijdens het verplaatsingen. Doordat de wielen bevestigd zijn aan de wateropvangschaal, dient men niet een plantenpot te combineren met een onderzetschijf en een plantenroller.
Dit zou een onstabiel systeem creëren. Het is gebleken dat de dimensies en de
11 BE2022/5210 vormgeving van het meerpotsysteem en de wielen dermate optimaal zijn dat dit slippen voorkomt. Bovendien is de afstand tussen de onderkant van de wateropvangschaal en de grond minimaal, waardoor de kans om te kantelen sterk wordt gereduceerd.
Volgens een uitvoeringsvorm, bevinden de wielen zich symmetrisch op de wateropvangschaal.
Doordat de wielen zich symmetrisch op de wateropvangschaal bevinden, zijn ze geschikt om de druk van de plantenpotten mooi over de grond te verdelen en staat de wateropvangschaal stabiel. Volgens een uitvoeringsvorm, kunnen de wielen in alle richtingen draaien waardoor de inrichting eenvoudig in alle richtingen verreden kan worden.
De plantenpotten en de wateropvangschaal sluiten nauw aan. Ook de wielen onder de wateropvangschaal zijn niet zichtbaar indien de hoek met het grondoppervlak groter is dan 30° en de inrichting op de grond staat. De voorkeursvorm met wielen is als dusdanig ontwikkeld dat het eenvoudig is om verbeterde omgevingsfactoren op te zoeken om de groei te verbeteren. Dit zorgt voor een geweldige voorsprong op het groeiseizoen in residentiële tuinen, vooral in klimaten met een laat voorjaar. De voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding kan ook worden gebruikt voor het opslaan van varens en potplanten gedurende de wintermaanden in een garage of buitengebouw. Niet vorstbestendige planten kunnen kapotvriezen en moeten beschermd worden. Indien men de planten overdag buiten wil, is het mogelijk om deze, door de wielen onderaan, eenvoudig te verplaatsen. Door de montage van wielen onderaan het systeem, is het risico op verlies van water, aarde of de plant, bij verplaatsen, zeer sterk verlaagd. Bovendien kan men de plantenpot niet laten vallen, hetgeen zowel de potten, de planten als de plaats waar het terechtkomt, kan beschadigen.
Volgens een uitvoeringsvorm, loopt door het middelpunt van de wateropvangschaal en elk wiel een symmetrieas waarover de positie van de wielen gespiegeld kan worden en waarbij deze symmetrieassen niet samenvallen met een as door het middelpunt van de wateropvangschaal en het middelpunt van een indeuking.
Doordat door het middelpunt van de wateropvangschaal en elk wiel een symmetrieas loopt waarover de positie van de wielen gespiegeld kan worden en waarbij deze
12 BE2022/5210 symmetrieassen niet samenvallen met een as door het middelpunt van de wateropvangschaal en het middelpunt van een indeuking, kan een compacte en stabiele inrichting bekomen worden. Volgens een uitvoeringsvorm, bevindt een deel van de rand van de plantenpotten zich op 2-20 cm van de rand van de wateropvangschaal. Volgens een uitvoeringsvorm, bevindt een deel van de wielen zich op 2-20 cm van de rand van de wateropvangschaal.
Volgens een uitvoeringsvorm, passen de plantenpotten nauw aansluitend in de wateropvangschaal.
Doordat de plantenpotten nauw aansluitend in de wateropvangschaal passen, is het minder waarschijnlijk dat de inrichting kantelt tijdens transport. Het nauw aansluiten moet begrepen worden dat er een positionering van de plantenpot in de wateropvangschaal mogelijk is waarbij zowel de bodem van de plantenpot en de pootjes langs ten minste twee zijden niet meer dan 3 mm in een bepaalde richting bewogen kunnen worden. Deze inrichtingen hebben het probleem dat het overtollige water moeilijk weg te halen is. Voorts, laten deze met water gevulde open systemen, muggen en andere insecten via de lucht toe. Deze dieren leven en planten zich dan voort in het stilstaande water. Bepaalde uitvindingen sloten de vlakke opvangschijf luchtdicht af. Echter, indien de bodem van de bloempot direct op een opvangschijf wordt geplaatst met een vlakke bodem en is ondergedompeld in water, kunnen de wortels van de plant mogelijks in het water staan. Dit kan de wortels aantasten en is ongewenst.
Volgens een uitvoeringsvorm, omvat de wateropvangschaal een opstaande rand, geschikt om te verhinderen dat objecten onder de wielen kunnen terechtkomen. De opstaande rand staat loodrecht op de bovenzijde van de wateropvangschaal of gekanteld onder een hoek van 3-20°, Vanuit een horizontaal perspectief bedekt de opstaande rand minstens 50% van de wielen en bij voorkeur 80%. De opstaande rand steekt 1-5 cm boven de bovenzijde van de wateropvangschaal uit. De diameter van de wielen verschilt maximaal 25% van de diepte van de indeuking in de wateropvangschaal, meer bij voorkeur maximaal 10%. Hierdoor kunnen ze goed gestapeld worden zonder volume te verliezen tijdens het transport.
Volgens een uitvoeringsvorm, verschilt de hoogte van de plantenpotten gemeten van het uiteinde van de voetjes tot het uiteinde van de opstaande wand maximaal 10% van de hoogte van de wateropvangschaal met de plantenpot erin, gemeten van het vlak waar de wielen de grond raken tot het uiteinde van diezelfde opstaande wand.
13 BE2022/5210
Doordat de hoogte van de plantenpotten gemeten van het uiteinde van de voetjes tot het uiteinde van de opstaande wand maximaal 10% verschilt van de hoogte van de inrichting, gemeten van het vlak waar de wielen de grond raken tot het uiteinde van diezelfde opstaande wand, kan de inrichting eenvoudig een efficiënt gestapeld en getransporteerd worden.
Volgens een uitvoeringsvorm, buigt ten minste een deel van het oppervlak van de wateropvangschaal af naar een indeuking onder een hoek van 1-5°, geschikt om water in de indeuking te laten lopen.
Doordat ten minste een deel van het oppervlak van de wateropvangschaal afbuigt naar een indeuking onder een hoek van 1-5°, geschikt om water in de indeuking te laten lopen, is het mogelijk om de ten minste drie potten tegelijk water te geven door in het midden van de wateropvangschaal water te gieten. Het water zal naar de verschillende indeukingen lopen. Vanuit de indeukingen kan het water, via de openingen in de bodem van plantenpot, naar de plantenwortels gezogen worden.
Volgens een Uitvoeringsvorm van deze uitvinding komen de gekozen materialen voor het vervaardigen van de plantenpot en de wateropvangschaal voor minstens 90% overeen. Dit vereenvoudigt het vormgevingsproces omdat het polymeer niet dient te worden aangepast. Voorts bemoeilijkt deze uitvoeringsvorm visueel onderscheid te maken tussen de twee afzonderlijke potten.
Volgens een voorkeursvorm betreft de uitvinding een inrichting waarbij de plantenpot en de wateropvangschaal een gerecycleerd plastic en mineraal omvatten. Bi voorkeur is de inrichting, behalve de wielen, vervaardigd uit 30-80% gerecyleerd plastic en 5-20% mineralen. Om de kosten voor het winnen van grondstoffen te drukken, de verspilling van natuurlijke hulpbronnen voor de productie van wegwerpproducten te verkleinen en mogelijk negatieve gevolgen voor het milieu tot een minimum te beperken, werd getracht een product te ontwikkelen uit gebruikte thermoplastische materialen, die anders in een verbrandingsoven of op een stortterrein terecht zouden komen. Een thermoplastisch composietmateriaal, op basis van gerecycleerde polymeren, werd ontwikkeld. Een composiet is een materiaal dat is opgebouwd uit verschillende componenten. Vaak worden hiermee vezelversterkte kunststoffen bedoeld. Deze thermoplastische composietmaterialen hebben een aantal voordelen. Zo kunnen ze bijvoorbeeld worden gegoten en gevormd tot een aantal structurele en niet-structurele bruikbare producten, zoals
14 BE2022/5210 onder meer parkeerborden, reclameborden, koetswerkpanelen voor auto’s en vele andere. Deze materialen moeten de gewenste eigenschappen hebben zoals schokweerstand, zwelling, hittebestendigheid, hittewerendheid, dimensionele stabiliteit, slijtvastheid enz., die minstens vergelijkbaar zijn met de eigenschappen van conventionele plastic platen, matten of borden.
Het gebruik van gerecycleerde materialen voor de vervaardiging van non-woven thermoplastische composietmaterialen heeft echter ook specifieke nadelen. Zo is bijvoorbeeld het recycleren van verschillende lichte thermoplastische producten, zoals wegwerphandschoenen, schorten, luchtfilters, beschermhoezen, plastic deksels, polyethyleen enz. doorgaans niet aangewezen, omdat ze vaak resulteren in producten met fysische eigenschappen die doorgaans minder aanvaardbaar zijn dan die van producten van sterke thermoplastische materialen. Daarom blijft dit soort producten “afval” en worden ze nog steeds naar stortterreinen en verbrandingsovens gebracht, met alle schadelijke gevolgen voor het milieu van dien. Deze tekortkomingen werden verholpen door mineralen toe te voegen. Mineralen, zoals deze uit de groep van de smectieten bezitten uitstekende eigenschappen om een stevig maar licht product te bekomen.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een gebruik van de inrichting volgens het eerste aspect voor het houden, groeien of behandelen van planten in ten minste 3 plantenpotten in een nauw aansluitende wateropvangschaal.
De inrichting is erg geschikt voor het houden, groeien of behandelen van planten. Elk voordeel en/of kenmerk, beschreven in dit document, hierboven zowel als hieronder, kan betrekking hebben op elk van de twee aspecten van de huidige uitvinding.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
FIGUURBESCHRIJVING
Figuur 1 toont een schematische weergave van een meerpotsysteem volgens een — uitvoeringsvorm volgens onderhavige uitvinding.
15 BE2022/5210
De plantenpotten 1 staan gepositioneerd in de wateropvangschaal 2. Slechts twee plantenpotten zijn zichtbaar vanuit dit perspectief. Een plantenpot bestaat uit een opstaande wand 3, een bodem 8 met pootjes en een uitstulping Z in het midden van de bodem met openingen 6. De wielen 5 onderaan de wateropvangschaal 2 dienen te hulp bij het verplaatsen van het meerpotsysteem. Plantenpotten kunnen er zwaar zijn en het heffen van zware objecten is onwenselijk voor de menselijke rug. Wanneer gebruikt binnenshuis, kan de plantenpot verplaatst worden om de zon te volgen. De wateropvangschaal 2 omvat een opstaande rand 4, geschikt om te verhinderen dat objecten onder de wielen kunnen terechtkomen. De opstaande rand staat loodrecht op de bovenzijde van de wateropvangschaal of gekanteld onder een hoek van 3-20°.
Vanuit een horizontaal perspectief bedekt de opstaande rand minstens 50% van de wielen en bij voorkeur 80%. De opstaande rand steekt 1-5 cm boven de bovenzijde van de wateropvangschaal uit.
Figuur 2 toont een detailweergave van een plantenpot volgens een mogelijke uitvoeringsvorm volgens onderhavige uitvinding.
Bij deze uitvoeringsvorm staat waarbij de plantenpot op de wateropvangschaal gestapeld. De wateropvangschaal is slechts deels weergegeven. Het zichtbaar gedeelte van de plantenpot 14 en het horizontaal zichtbaar gedeelte van de wateropvangschaal 15 zijn moeilijk visueel van elkaar te onderscheiden omdat de twee potten nauw aansluiten en uit nagenoeg hetzelfde materiaal bestaan. De uitstulping van bodem van de plantenpot 16 past in de indeuking van de wateropvangschaal 17. Bovendien zorgt het pootje aan de bodem van de plantenpot 18 voor een betere fixatie tussen de twee potten. Hierdoor is de kans op slippen verder verlaagd. Bovendien bemoeilijkt deze extra rand verlies van water uit het meerpotsysteem, zowel in vloeibare als in gasvormige toestand. De bodem van de plantenpot is niet helemaal verlaagd en komt niet tot tegen de wateropvangschaal over de volledige lengte, zodoende een reservoir voor water beschikbaar blijft. De hoogte van het meerpotsysteem 13 wordt nauwelijks verhoogd door de wateropvangschaal. 1 en 11: plantenpot 2 en 12: wateropvangschaal 3: opstaande wand 4: opstaande rand 5: wielen
16 BE2022/5210 6: openingen 7 en 16: uitstulping 8: bodem 13: hoogte meerpotsysteem 14: zichtbaar gedeelte plantenpot 15: zichtbaar gedeelte wateropvangschaal 17: bodem van de wateropvangschaal 18: pootje op bodem plantenpot

Claims (15)

17 BE2022/5210 CONCLUSIES
1. Inrichting voor een meerpotsysteem bestaande uit ten minste 3 plantenpotten en een wateropvangschaal geschikt voor het opvangen van overtollig water uit deze plantenpotten, waarbij de plantenpotten een bodem met openingen, een zich van de bodem opstaande wand, en 3-8 pootjes omvatten, waarbij de pootjes zich aan de bodem, langs de andere kant van de wand bevinden, met het kenmerk, dat de wateropvangschaal een bovenzijde met ten minste 3 indeukingen omvat, waarbij de hoogte van de pootjes van een plantenpot maximaal 10% verschilt van de diepte van ten minste één indeuking en de diameter van een indeuking maximaal 10% verschilt van de diameter van de bodem van ten minste één plantenpot.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de diameter van de kleinste cirkel omheen de pootjes maximaal 10% kleiner is dan de binnendiameter op de bodem van ten minste één indeuking.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de pootjes zich minstens 1 mm van de rand van de bodem van de plantenpotten bevinden.
4. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de openingen van de plantentpotten zich op een uitstulping in het midden van de bodem bevinden, waarbij de uitstulping naar de pootjes is gericht.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de openingen in de uitstulping een diameter hebben kleiner dan 15 mm.
6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de lengte van de pootjes en de diepte van de uitstulping 30-50 mm bedraagt.
7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-6, met het kenmerk, dat aan de wateropvangschaal 3-10 wielen bevestigd zijn, geschikt om de wateropvangschaal op te verrollen.
8. Inrichting volgens voorgaande conclusie 7, met het kenmerk, dat de wielen zich symmetrisch op de wateropvangschaal bevinden.
18 BE2022/5210
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-8, met het kenmerk, dat door het middelpunt van de wateropvangschaal en elk wiel een symmetrieas loopt waarover de positie van de wielen gespiegeld kan worden en waarbij deze symetrieassen niet samenvallen met een as door het middelpunt van de wateropvangschaal en het middelpunt van een indeuking.
10. Inrichting volgens conclusie 1-9 met het kenmerk, dat de plantenpotten nauw aansluitend in de wateropvangschaal passen.
11. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 7-10, met het kenmerk, dat de hoogte van de plantenpotten gemeten van het uiteinde van de voetjes tot het uiteinde van de opstaande wand maximaal 10% verschilt van de hoogte van de inrichting erin, gemeten van het vlak waar de wielen de grond raken tot het uiteinde van diezelfde opstaande wand.
12. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-11, met het kenmerk, dat ten minste een deel van het oppervlak van de wateropvangschaal afbuigt naar een indeuking onder een hoek van 1-59, geschikt om water in de indeuking te laten lopen.
13. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-12, met het kenmerk, dat de gekozen materialen voor het vervaardigen van de plantenpot en de wateropvangschaal voor minstens 90% overeenkomen.
14. Inrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de plantenpot en de wateropvangschaal een gerecycleerd plastic en mineraal omvatten.
15. Gebruik van de inrichting volgens één van de conclusies 1-14 voor het houden, groeien of behandelen van planten in ten minste 3 plantenpotten in een nauw aansluitende wateropvangschaal.
BE20225210A 2022-03-24 2022-03-24 Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal BE1030386B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225210A BE1030386B1 (nl) 2022-03-24 2022-03-24 Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal
US18/188,187 US20230301244A1 (en) 2022-03-24 2023-03-22 Plant pots in close-fitting water collection tray
EP23163952.7A EP4248733A1 (en) 2022-03-24 2023-03-24 Plant pots in close-fitting water collection tray

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225210A BE1030386B1 (nl) 2022-03-24 2022-03-24 Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1030386A1 BE1030386A1 (nl) 2023-10-17
BE1030386B1 true BE1030386B1 (nl) 2023-10-23

Family

ID=80952424

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20225210A BE1030386B1 (nl) 2022-03-24 2022-03-24 Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal

Country Status (3)

Country Link
US (1) US20230301244A1 (nl)
EP (1) EP4248733A1 (nl)
BE (1) BE1030386B1 (nl)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL9101287A (nl) * 1991-07-23 1993-02-16 Cooeperatieve Vereniging Veren Nestbare houder voor plantenpotten.
US20150250107A1 (en) * 2014-03-10 2015-09-10 Missry Associates Inc. Planter with side wall that allows for direct placement of water in the base container

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN201282669Y (zh) 2008-08-05 2009-08-05 冯时元 环保、自动吸水花盆
CN206776180U (zh) 2017-06-01 2017-12-22 余厅 一种具有自动灌浇水功能的种植装置
JP2019062877A (ja) 2017-09-29 2019-04-25 茂生 開田 貯水容器付プランター

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL9101287A (nl) * 1991-07-23 1993-02-16 Cooeperatieve Vereniging Veren Nestbare houder voor plantenpotten.
US20150250107A1 (en) * 2014-03-10 2015-09-10 Missry Associates Inc. Planter with side wall that allows for direct placement of water in the base container

Also Published As

Publication number Publication date
BE1030386A1 (nl) 2023-10-17
EP4248733A1 (en) 2023-09-27
US20230301244A1 (en) 2023-09-28

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20120124905A1 (en) Method and apparatus for growing plants
AU2017292897B2 (en) An improved plant pot
CN202396254U (zh) 一种柱腾式栽培绿萝的自动渗灌装置
BE1030386B1 (nl) Plantenpotten in nauw aansluitende wateropvangschaal
US20120073195A1 (en) Plant growth and garden bags and method of cultivating plants therein
US10462987B2 (en) Method and apparatus on modular gardens
NL2032170B1 (nl) Plantenpot met nauw aansluitende wateropvangpot
BE1030379B1 (nl) Plantenpot met nauw aansluitende wateropvangpot
NL1031938C2 (nl) Plantenbak, werkwijze voor het gebruik daarvan en werkwijze voor het vormen van een kunststoffen bak.
US10667476B2 (en) Sustained release irrigation apparatus with pivoting cap
BE1024839B1 (nl) Houder en werkwijze voor het groeien, opslaan, vervoeren, en/of verkopen van planten of paddenstoelen; houder met verzegelde opening
JP2002253054A (ja) 植物栽培用装置及びこの装置を使用した植物栽培方法
JP2004267181A (ja) 植物自在棒固定鉢
CN217146078U (zh) 一种用于园林绿化工程的搬运装置
NL2019194B1 (nl) &#34;Pot voor het kweken van een epifyt en daarin ingepotte epifyt&#34;
US9137952B1 (en) Method and system of growing soilless sod
CN214015153U (zh) 一种种植工程用的护栏结构
CN207266550U (zh) 一种葡萄盆栽装置
NL2018379B1 (nl) Teeltsubstraat
NL2018205B1 (nl) Ingepotte epifyt, werkwijze voor het telen daarvan en daarbij gebruikte pot
Giacomelli et al. Ebb and flood nutrient delivery system for sustainable automated crop production
FI109403B (fi) Laite sienien viljelemiseksi ja keräämiseksi
NL2006230C2 (nl) Teelsamenstel en werkwijze voor het telen van gewassen.
BE1021915B1 (nl) Systemen voor het kweken van planten met luchtwortels
CN203059098U (zh) 多功能花瓶

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20231023