BE1030084A1 - Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel - Google Patents

Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel Download PDF

Info

Publication number
BE1030084A1
BE1030084A1 BE20216043A BE202106043A BE1030084A1 BE 1030084 A1 BE1030084 A1 BE 1030084A1 BE 20216043 A BE20216043 A BE 20216043A BE 202106043 A BE202106043 A BE 202106043A BE 1030084 A1 BE1030084 A1 BE 1030084A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
wood
layer
decorative
summer
decorative panel
Prior art date
Application number
BE20216043A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1030084B1 (nl
Inventor
Pieter-Jan Sabbe
Milan Thoen
Yoeri Artemieff
Original Assignee
Flooring Ind Ltd Sarl
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Flooring Ind Ltd Sarl filed Critical Flooring Ind Ltd Sarl
Priority to BE20216043A priority Critical patent/BE1030084B1/nl
Priority to PCT/IB2022/062109 priority patent/WO2023119058A1/en
Publication of BE1030084A1 publication Critical patent/BE1030084A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1030084B1 publication Critical patent/BE1030084B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00Flooring
    • E04F15/02Flooring or floor layers composed of a number of similar elements
    • E04F15/02038Flooring or floor layers composed of a number of similar elements characterised by tongue and groove connections between neighbouring flooring elements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00Flooring
    • E04F15/02Flooring or floor layers composed of a number of similar elements
    • E04F15/04Flooring or floor layers composed of a number of similar elements only of wood or with a top layer of wood, e.g. with wooden or metal connecting members
    • E04F15/045Layered panels only of wood

Abstract

Een decoratief paneel (1) omvattende een decoratieve laag (2) op basis van een natuurlijke houtlaag, een transparante slijtvaste toplaag (3) die een eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) hoofdzakelijk bedekt en waardoorheen het eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) zichtbaar is, zodat deze toplaag (3) een zichtzijde vormt van het decoratief paneel (2) omvattende een eerste type segmenten (4) corresponderend aan het genoemde lentehout en een tweede type segmenten (5) corresponderend aan het genoemde zomerhout, waarbij de kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten (4) en een tweede type segmenten (5), overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijk paneel (1).

Description

1 BE2021/6043
Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel
Deze uitvinding betreft een decoratief paneel omvattende een decoratieve laag op basis van een natuurlijke houtlaag met een houtstructuur omvattende lichter gekleurd lentehout en donkerder gekleurd zomerhout, waarbij deze decoratieve laag een eerste oppervlak omvat op basis van de genoemde houtstructuur, en omvattende een transparante slijtvaste toplaag die het eerste oppervlak van de decoratieve laag hoofdzakelijk bedekt en waardoorheen het eerste oppervlak van de decoratieve laag zichtbaar is, zodat deze toplaag een zichtzijde vormt van het decoratief paneel omvattende een eerste type segmenten corresponderend aan het genoemde lentehout en een tweede type segmenten corresponderend aan het genoemde zomerhout.
Deze uitvinding betreft eveneens een werkwijze om een dergelijk paneel te verwaardigen.
Decoratieve panelen kunnen bijvoorbeeld vloerpanelen, wandpanelen, meubelpanelen, enz. zijn. Houtstructuren omvattende lentehout en zomerhout, worden door velen als esthetisch aanzien. Bomen met een houtstructuur omvattende lentehout en zomerhout, worden verkregen doordat de groei van bomen gedurende een jaar niet constant is. Onder gunstige omstandigheden, namelijk in de lente, groeit de boom snel en zijn de gevormde cellen van het hout wijd van diameter. Dit hout vormt het lentehout of het zogenaamde vroeghout of voorjaarshout. Wanneer het weer minder gunstig wordt voor de groei, namelijk in de zomer, dan worden ook de cellen kleiner van diameter. Dit hout vormt het zomerhout of het zogenaamde laathout. Het lichtere gekleurde deel van het hout is het vroeghout (lentehout), dat snel gegroeid is en brede kanalen voor de sappen bevat. Het donkerder gekleurde deel van het hout is het laathout (zomerhout), waarbij dit laathout steviger is door dunnere kanalen met dikkere celwanden. De porositeit van het lentehout is groter dan dat van het zomerhout.
2 BE2021/6043
Houtlagen waarvan de houtstructuur zichtbaar is, worden frequent gebruikt in het interieur. Producten met dergelijke houtlagen worden bovendien als kwalitatieve producten aanzien.
Deze houtlagen kunnen verschillende diktes hebben. Zo kunnen deze houtlagen een dikte hebben van 2.5 mm of meer. Bij vloerpanelen is er dan sprake van parket. De houtlagen kunnen ook dunner zijn dan 2.5 mm en bijvoorbeeld een dikte hebben gelegen tussen bijvoorbeeld 0.3 mm en 1.5 mm. Dergelijke houtlagen zijn fineer houtlagen of kortweg fineren. Bij vloerpanelen is er dan sprake van fineerparket.
Houtlagen kunnen bekomen worden met behulp van verschillende methodes. Voor dikkere houtlagen, zijnde houtlagen dikker dan 2.5 mm, wordt er gebruik gemaakt van zaagmethodes of snijmethodes. Bekende zaagmethodes zijn dosse (plain-sawn wood), kwartier (quarter-sawn wood) en rift (rift cut wood). Fineer houtlagen kunnen bijvoorbeeld verkregen worden door middel van snijden. Voorbeelden van snijmethodes zijn een rotatieve afsteekbewerking, of zogenaamd “rotary peeled veneer”, kwartier (quarter slicing), rift (rift cut), dosse (plain slicing or flat cut).
Decoratieve panelen omvattende houtlagen zijn ruim bekend. WO 2010/122514 beschrijft dergelijke panelen. In het geval van vloerpanelen wordt gesproken van legklaar, geprefabriceerd of samengesteld parket, in het Engels ook wel aangeduid als “Engineered Wood Parquet”, of van fineerparket.
Vloerpanelen voor fineerparket zijn bijvoorbeeld beschreven in het US 5,755,068 en bevatten normalerwijze minstens een substraat en een erop gelijmd houtfineer van minder dan 2 millimeter. Panelen met een houten toplaag van 2,5 millimeter en meer kunnen volgens de EN 13489 standaard meerlaags parket of “multilayer parquet” genoemd worden en worden niet als fineerparket aanzien. Bij panelen voor fineerparket kan aan de onderzijde van het substraat eveneens een houtgebaseerde tegenlaag zijn gelijmd. De zich aan de bovenzijde bevindende houtlaag vormt of vormt mee een decoratieve laag en wordt doorgaans uit hardhout verwezenlijkt.
3 BE2021/6043
Het US 2006/070,325 en het US 2005/136,234 beschrijven een werkwijze waarbij een houten toplaag van 2 millimeter of meer, onder druk verlijmd wordt op een MDF/HDF substraat waarbij een zekere impregnatie van de aangebrachte lijm in de houten toplaag wordt verkregen.
Het DE 20 2013 012 020 Ul en het WO 2015/078434 beschrijven een werkwijze waarbij een houten fineerlaag met een dikte tussen 0,6 mm en 1,2 mm via een harstussenlaag worden verperst op een MDF/HDF substraat in een warme pers. De harstussenlaag kan een thermohardend hars bevatten.
Om de bestaande decoratieve panelen te voorzien van de nodige slijtvastheid, de nodige waterdichte en/of waterafstotende eigenschappen, enz. worden doorgaans één of meerdere lagen aangebracht boven op de houtlaag. Zo worden er bijvoorbeeld één of meerdere laklagen aangebracht boven op de houtlaag. Deze laklagen zorgen voor de nodige slijtvastheid, maar veranderen ook het uitzicht. Het uitzicht van een gelakte houtlaag, wordt door sommigen als minder esthetisch aanvaren. Het is ook mogelijk om één of meerdere lagen olie aan te brengen op de houtlaag. Deze olie trekt in de houtlaag.
Een geoliede vloer wordt als esthetisch aanzien, en dit omdat de houtstructuur goed zichtbaar blijft. Een olie biedt wel minder bescherming dan een lak. Zo is een geoliede houtlaag gevoeliger aan vocht, krassen, vuil en vet, dan een gelakte houtlaag. Een geoliede houtlaag, zoals bijvoorbeeld geolied parket of fineerparket, moet meestal ook op regelmatige basis, bijvoorbeeld jaarlijks, opnieuw een oliebehandeling ondergaan.
De huidige uitvinding beoogt in de eerste plaats een alternatief decoratief paneel omvattende een houtlaag, waarbij dit paneel een zichtbare houtstructuur heeft en waarbij volgens verschillende uitvoeringsvormen, oplossingen worden geboden voor de problemen met dergelijke decoratieve panelen uit de stand van de techniek.
De uitvinding betreft een decoratief paneel omvattende e een decoratieve laag op basis van een natuurlijke houtlaag met een houtstructuur omvattende lichter gekleurd lentehout en donkerder gekleurd zomerhout, waarbij
4 BE2021/6043 deze decoratieve laag een eerste oppervlak omvat op basis van de genoemde houtstructuur, e een transparante slijtvaste toplaag die het eerste oppervlak van de decoratieve laag hoofdzakelijk bedekt en waardoorheen het eerste oppervlak van de decoratieve laag zichtbaar is, zodat deze toplaag een zichtzijde vormt van het decoratief paneel omvattende een eerste type segmenten corresponderend aan het genoemde lentehout en een tweede type segmenten corresponderend aan het genoemde zomerhout, waarbij de kleurcontrasten tussen het eerst type segmenten en het tweede type segmenten, overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag.
De zichtbare kleurcontrasten van het decoratief paneel corresponderen hier aan de kleurcontrasten van de natuurlijke houtlaag, waardoor de kleurcontrasten gelijkaardig zijn. Met andere woorden de kleurcontrasten van het decoratief paneel liggen in dezelfde grootteorde als die van de kleurcontrasten van de natuurlijke houtlaag. Bij natuurlijk hout is er een kleurverschil tussen het lentehout en het zomerhout, echter dit kleurverschil 1s beperkt. Het gemiddelde kleurverschil, uitgedrukt in delta E 2000, is bijvoorbeeld kleiner dan 3, bijvoorbeeld zelf kleiner dan 2. Het kleurcontrast tussen lentehout en zomerhout bij een natuurlijk houtlaag is dan ook gering. De zichtbare kleurcontrasten van het decoratief paneel corresponderen hier aan de kleurcontrasten van de natuurlijke houtlaag, waardoor deze ook gering zijn. Het eerste type segmenten of het tweede type segmenten, zal hierdoor niet al te sterk in het oog springen en dus niet te prominent aanwezig zijn.
We hebben vastgesteld dat dit als esthetisch wordt aanzien, en dit zeker in vergelijking met behandelingen waarbij het lentehout een relatief donkere kleur verkrijgt in vergelijking met het zomerhout, waardoor het lentehout zeer sterk in het oog springt. Met de natuurlijke houtlaag wordt hier de houtlaag aangeduid die gebruikt wordt om het decoratief paneel te vormen, waarbij er nog geen lagen zijn aangebracht op de houtlaag en/of deze houtlaag nog geen andere behandelingen heeft ondergaan.
Hier komen de kleurcontrasten tussen het eerst type segmenten en het tweede type segmenten, overeen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag. Dit sluit niet uit dat de eerste type segmenten (die corresponderen aan het lichtere lentehout) gemiddeld een donkerdere kleur hebben dan de tweede type segmenten (die corresponderen aan het zomerhout). Echter het contrast tussen het eerste type segmenten en het tweede 5 segmenten komt overeen met het contrast tussen het lentehout en het zomerhout, zodat het contrast beperkt is en niet als storend wordt aanvaren. Er is hier geen sprake van een ongewenste donkerverkleuring van het lentehout. Wanneer de zichtbare kleuren van het decoratief paneel anders zijn dan de kleuren van de natuurlijke houtlaag, en dit bijvoorbeeld als gevolg van het aanbrengen van de toplaag en/of het behandelen van de houtlaag, komt het kleurverschil tussen de eerste type segmenten en het corresponderende lentehout hier overeen met het kleurverschil tussen de tweede type segmenten en het corresponderende zomerhout. De verkleuring van het zomerhout en de verkleuring van het winterhout zijn dus gelijkaardig en komen dus overeen, waardoor het contrast ook gelijkaardig blijft.
Bij bestaande decoratieve panelen omvattende een decoratieve laag op basis van een natuurlijke houtlaag met een houtstructuur omvattende lentehout en zomerhout, waarbij deze decoratieve laag een eerste oppervlak omvat op basis van de genoemde houtstructuur, maar waarbij deze decoratieve panelen niet voorzien zijn van een slijtvaste toplaag, kan het zijn dat de zichtbare kleurcontrasten, ter hoogte van de zichtzijde, overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag. Dit is bijvoorbeeld het geval bij decoratieve panelen omvattende een houtlaag waarop enkel één of meerdere lagen olie, zoals een UV-olie (bijvoorbeeld een olie vermengd met korte keten en lange keten acrylaten, en een foto-initiator) of een natuurlijke hardhoutolie (bijvoorbeeld lijnzaadolie), zijn aangebracht, zogenaamd geolied parket of geolied fineerparket. Het uitzicht van dergelijk geolied parket of geolied fineerparket, wordt door velen als zeer esthetisch ervaren en dit net omdat het zichtbare contrast beperkt blijft. Een gewone olielaag draagt echter weinig bij tot de slijtvastheid, zodat hiermee geen slijtvaste toplaag kan worden bekomen. Met andere woorden, met behulp van de uitvinding wordt een decoratief paneel, zoals een vloerpaneel, met de nodige slijtvastheid bekomen, maar met bijvoorbeeld het uitzicht van geolied parket of geolied fineerparket. Het decoratief paneel
6 BE2021/6043 volgens de uitvinding hoeft dus niet per se het uitzicht te hebben van een natuurlijke houtlaag, maar de zichtbare kleurcontrasten van de houtstructuur moeten wel beperkt zijn en bijvoorbeeld overeenkomen met de zichtbare kleurcontrasten bij geolied parket of geolied fineerparket.
Het eerste oppervlak van de decoratieve laag is zichtbaar doorheen de toplaag. Het is mogelijk dat ter hoogte van de zichtzijde, de zichtbare kleuren afwijken van de kleuren van het eerste oppervlak. De toplaag kan namelijk zorgen voor een verkleuring. Het is echter ook mogelijk dat de toplaag geen verkleuring veroorzaakt. Deze verkleuring kan ook of bijkomend veroorzaakt zijn doordat de houtlaag voorafgaand aan het aanbrengen van de toplaag een behandeling heeft ondergaan, en de decoratieve laag dus een behandelde houtlaag is.
Met een slijtvaste toplaag wordt een toplaag aangeduid die het decoratief paneel de nodige slijtvastheid geeft. De slijtvastheid kan bijvoorbeeld worden gemeten met behulp van de Taber S33 testmethode. De slijtvastheid gemeten met behulp van deze testmethode is bijvoorbeeld hoger dan 100 rotaties, bij voorkeur hoger dan 200 rotaties, nog meer bij voorkeur hoger dan 300 rotaties en zelfs hoger dan 500 rotaties. De slijtvastheid kan bijvoorbeeld ook worden uitgedrukt op basis van ‘Deep Scratch’.
Hiervoor kan er gebruik worden gemaakt van de Diamond needle DIN 68861-4:2013 testmethode. Zo is er bij voorkeur, via deze testmethode, meer dan 3,5N of zelfs meer dan 4N nodig om krassen te kunnen aanbrengen in het decoratief paneel en dit ter hoogte van de toplaag.
De houtlaag is al dan niet een behandelde houtlaag. Wanneer de houtlaag geen behandeling heeft ondergaan, dan vormt bij voorkeur de natuurlijke houtlaag op zich de decoratieve laag. De houtlaag kan ook een behandelde houtlaag zijn, waarbij deze behandelde houtlaag dan de decoratieve laag vormt. De behandelde houtlaag kan bijvoorbeeld een schuurbehandeling of een borstelbehandeling hebben ondergaan. Er kunnen ook één of meerdere lagen zijn aangebracht op de natuurlijke houtlaag.
7 BE2021/6043
Een eenvoudige manier om na te gaan of de zichtbare kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten, overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag, is om te werken met referentiestalen. Als referentiestalen kan men bijvoorbeeld houtlagen van eenzelfde type boom gebruiken, waarbij deze houtlagen niet behandeld werden. Deze referentiestalen vormen dan ‘referentiestalen soort 1’ Men kan ook enkele referentiestalen gebruiken van houtlagen uit hetzelfde type boom, waarop meerdere laklagen op basis van acrylhars werden aangebracht en waarbij er een zeer duidelijk contrast is tussen het sterk en donker verkleurde lentehout en het minder sterk verkleurde zomerhout. Deze referentiestalen vormen ‘referentiestalen soort 2’. Als laatste kan men referentiestalen gebruiken van houtlagen uit hetzelfde type boom, waarop een laag UV-olie werd aangebracht en waarvan het uitzicht door velen als esthetisch wordt beschouwd. Deze referentiestalen vormen ‘referentiestalen soort 3’.
Indien de kleurcontrasten van het decoratief paneel eerder in de buurt komen van referentiestalen 1 en 3, betekent dit dat de zichtbare kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten ter hoogte van de zichtzijde, overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag. Het is zeer duidelijk zichtbaar met het blote oog of de kleurcontrasten overeenkomen met de referentiestalen soort 1 of de referentiestalen soort 3, en dus duidelijk afwijken van de referentiestalen soort 2.
Het decoratief paneel volgens de uitvinding, waarbij het decoratief paneel een toplaag met de nodige slijtvastheid heeft, terwijl de kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten beperkt zijn en als esthetisch worden aanschouwd, omvat voorkeurdragend één of meerdere van volgende eigenschappen, waarbij deze eigenschappen met elkaar gecombineerd kunnen worden volgens alle niet tegenstrijdige combinaties, e de decoratieve laag omvat een kleurstof en/of pigmenten aangebracht op de houtlaag, al dan niet selectief aangebracht op basis van de houtstructuur bijvoorbeeld enkel op het zomerhout of op het lentehout; e de decoratieve laag omvat een reactief middel aangebracht op de houtlaag, al dan niet selectief aangebracht op basis van de houtstructuur, bijvoorbeeld enkel op
8 BE2021/6043 het zomerhout of op het lentehout, waarbij dit reactief middel verkleurt onder invloed van de toplaag;
e de decoratieve laag omvat een sluitende laag (sealer, saeling layer), die is aangebracht op de houtlaag voor het afsluiten van de houtporiën van de houtlaag,
al dan niet selectief aangebracht op basis van de houtstructuur, bijvoorbeeld enkel op het zomerhout of op het lentehout;
e de decoratieve laag omvat een poriën openend middel aangebracht op de houtlaag, al dan niet selectief aangebracht op basis van de houtstructuur, bijvoorbeeld enkel op het zomerhout of op het lentehout;
e de toplaag omvat één of meerdere laklagen; de toplaag kan minstens een laklaag omvatten die rechtstreeks werd aangebracht op het eerste oppervlak, waarbij deze laklaag geen bestanddelen heeft die zo reageren met de tannines aanwezig in de houtlaag, dat verkleuringen ontstaan;
e de toplaag omvat een onderste laag, waarbij hoogstens 10 gewichtsprocent van deze onderste laag is ingedrongen in de decoratieve laag, bij voorkeur hoogstens 5 gewichtsprocent;
e de houtlaag, ter vorming van de decoratieve laag, een behandeling heeft ondergaan, waarbij deze behandeling de tannines van de hout minstens gedeeltelijk verwijderd, voorbeelden van dergelijke behandelingen zijn, een blootstelling aan ammoniakgas of andere gassen die in staat zijn tannines te binden, of een blootstelling aan waterstofperoxide;
e de toplaag een of meerdere lagen omvat, die pigmenten en/of een kleurstof omvatten;
e de toplaag één of meerdere lagen omvat en een print die is aangebracht op één van bovengenoemde lagen, waarbij deze print al dan niet selectief aangebracht is op basis van de houtstructuur bijvoorbeeld enkel ter hoogte van het zomerhout of het lentehout:
e de decoratieve laag omvat een masker dat selectief is aangebracht op basis van de houtstructuur, bijvoorbeeld enkel ter hoogte van het zomerhout of het lentehout, waarbij dit masker in een specifieke uitvoering mee het eerste oppervlak van de decoratieve laag vormt; het masker kan omvatten een lak afstotend middel, een anti-uithardingsmiddel, enz.
9 BE2021/6043 e de natuurlijke houtlaag van de decoratieve laag werd verkregen door tangentieel snijden/zagen van het hout en de natuurlijke houtlaag onderging een schuurbehandeling/borstelbehandeling ter vorming van de decoratieve laag. Door deze specifieke zaagwijze/snijwijze en de schuurbehandeling/borstelbehandeling wordt een groot deel van de chemicaliën, die zorgen voor ongewenste kleurveranderingen van het hout, verwijderd. Er kunnen al dan niet één of meerdere lagen zijn aangebracht op de geborstelde/geschuurde houtlaag, ter vorming van de decoratieve laag; e de decoratieve laag omvat een geschuurde/geborstelde houtlaag. Zo kan de natuurlijke houtlaag onderworpen worden aan een schuurbehandeling/borstelbehandeling tijdens het vormen van de decoratieve laag.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het verschil tussen een eerste waarde, zijnde het gemiddelde kleurverschil tussen het eerste type segmenten en het corresponderende lentehout van de natuurlijke houtlaag, en een tweede waarde, zijnde het gemiddelde kleurverschil tussen het tweede type segmenten en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag, lager dan 4, bij voorkeur lager dan 3, bij voorkeur hoogstens 2, met het kleurverschil uitgedrukt in delta E 2000. Er wordt hier gewerkt met een gemiddeld kleurverschil, gezien de kleur van het zomerhout niet altijd hetzelfde is op elke plaats en gezien de kleur van het lentehout niet altijd hetzelfde is op elke plaats. Om genoemde verschillen te meten, kan men op specifieke plaatsen metingen uitvoeren op het aanwezige lentehout en zomerhout van de oorspronkelijke natuurlijke houtlaag, en dit voorafgaand aan het vormen van het decoratief paneel met deze houtlaag, en dan ook metingen uitvoeren op het decoratief paneel op de corresponderende plaatsen, om zo tot een gemiddeld kleurverschil te komen. Bij voorkeur worden er op zo veel mogelijk plaatsen metingen uitgevoerd, zodat de bekomen eerste en tweede waardes zeer accuraat zijn. Om bruikbare eerste en tweede waardes te bekomen, waarmee het meetbaar en duidelijk aantoonbaar is dat de zichtbare kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten, overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag, heeft men per decoratief paneel/houtlaag bij voorkeur 5 meetplaatsen voor het
10 BE2021/6043 bekomen van de eerste waarde en 5 meetplaatsen voor het bekomen van de tweede waarde, nog meer bij voorkeur minstens 10 meetplaatsen per waarde, het meest bij voorkeur minstens 20 per waarde.
Bij voorkeur bij deze voorkeurdragende uitvoeringsvorm, zal het kleurverschil tussen eerste type segmenten en het corresponderend lentehout en het kleurverschil tussen het tweede type segmenten en het corresponderende zomerhout, nagenoeg hetzelfde zijn. Dit betekent dat het zomerhout en het lentehout nagenoeg dezelfde verkleuring vertonen. Het verschil tussen de genoemde eerste en tweede waarde is dan ook gering. Bij voorkeur is dit verschil klein, bijvoorbeeld kleiner dan 2, zodat het verschil in verkleuring nagenoeg niet of niet waarneembaar is door het menselijk oog. Concreet betekent dit dus dat de kleurveranderingen van het lentehout nagenoeg dezelfde zijn als dat van het zomerhout en dus dat het lentehout geen sterkere donkerverkleuring vertoont. De zichtbare contrasten van het decoratief paneel zijn dan ook nagenoeg niet versterkt ten opzichte van de oorspronkelijke natuurlijke houtlaag en worden als esthetisch ervaren.
Een delta E waarde, meer specifiek de delta E 2000 waarde berekend met behulp van bijvoorbeeld het CIELAB-systeem (CIELAB color space) -CIEDE2000-, geeft de mate van verandering in visuele waarneming van twee gegeven kleuren weer. Op een typische schaal zal de Delta E-waarde variëren van 0 tot 100 met <= 1,0 Niet waarneembaar door menselijke ogen. 1-2 Waarneembaar door nauwkeurige observatie. 2 - 10 In één oogopslag waarneembaar. 11 - 49 Kleuren lijken meer op elkaar dan tegenovergesteld 100 kleuren zijn precies het tegenovergestelde
Zoals hierboven meegegeven is het kleurverschil tussen het lentehout en het zomerhout, bij een natuurlijke houtlaag, beperkt. Het gemiddelde kleurverschil tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten is hier dus ook beperkt en bijvoorbeeld kleiner dan 4, uitgedrukt in delta E 2000, kleiner dan 3 en bij voorkeur hoogstens 2.
11 BE2021/6043
Bij voorkeur omvat de slijtvaste toplaag één of meerdere laklagen. Laklagen worden gebruikt om de houtlaag te beschermen tegen inwerkingen van buitenaf. Deze inwerkingen kunnen bijvoorbeeld zijn de zon, water, wrijving door bijvoorbeeld schoenen/voeten wanneer het paneel een vloerpaneel is, enz. Een Lak bestaat uit hars en bijvoorbeeld een solvent of een verdunningsmiddel, zoals benzeen of korte keten acrylaten. Deze hars kan bijvoorbeeld een alkydhars, een polyurethaanhars of een acrylhars zijn. Deze laklagen zijn uithardbaar met behulp van bijvoorbeeld warmte, lucht en/of UV-licht. Met behulp van laklagen kan men de nodige slijtvastheid en weerstand tegen vocht en vetten meegeven. De dikte van de één of meerdere laklagen is bij voorkeur beperkt en dit om de genoemde kleurcontrasten nagenoeg gelijk te houden. Zo kan men ervoor opteren om voor elke aangebracht laklaag of bepaalde laklagen, minder dan 30 g/m? lak aan te brengen, bij voorkeur minder 20 g/m”, nog meer bij voorkeur minder dan 10 g/m”.
Met betrekking tot deze één of meerdere laklagen, vertoont het decoratief paneel in specifieke uitvoeringen één of meerdere van volgende eigenschappen, waarbij deze eigenschappen met elkaar gecombineerd kunnen worden volgens alle niet tegenstrijdige combinaties: e de laklaag heeft een viscositeit van minstens 100 mPa.s bij 20°C en 1,013 bar, bij voorkeur minstens 120 mPa.s bij 20°C en 1,013 bar; een hoge viscositeit verhindert het al te diep indringen in de decoratieve laag, wanneer het eerste oppervlak van de decoratieve laag een zekere porositeit heeft; e de laklaag omvat een hars, zoals een acrylhars, een alkydhars of een polyurethaan hars, en bijkomend een verdunningsmiddel, een solvent of een reactief verdunningsmiddel, waarbij dit solvent of (reactief) verdunningsmiddel niet reageert met tannines; e de laklaag omvat een hars, zoals een acrylhars, een alkydhars of een polyurethaan hars, en bijkomend een verdunningsmiddel, een solvent of een reactief verdunningsmiddel, waarbij een genoemd verdunningsmiddel of solvent een koolstofketen omvat met een ketenlengte van minstens 12 koolstofatomen, bij voorkeur minstens 16 koolstofatomen; e de laklaag omvat slijtvaste partikels, zoals korund;
12 BE2021/6043 e de laklaag omvat pigmenten, waarbij deze pigmenten bijvoorbeeld selectief aanwezig zijn op basis van de houtlaag. Zo kunnen de pigmenten zich vooral concentreren in plaatsen op de laklaag die zich uitstrekken ter hoogte van het lentehout of ter hoogte van het zomerhout en dit door bijvoorbeeld een laklaag met pigmenten selectief te gaan aanbrengen of pigmenten selectief te gaan aanbrengen; e Een genoemde laklaag wordt geschuurd en dit voorafgaand aan het aanbrengen van de volgende laklaag.
De toplaag kan zo zijn opgebouwd dat een voorafgaande behandeling van de natuurlijke houtlaag ter vorming van de decoratieve laag, overbodig wordt of enkel bijvoorbeeld een schuurbehandeling/borstelbehandeling nodig is. De natuurlijke houtlaag op zich of de geborstelde/geschuurde houtlaag, vormt hier dan de decoratieve laag en de toplaag wordt rechtstreeks aangebracht op deze houtlaag. Zo kan men bijvoorbeeld werken met een toplaag omvattende een laklaag die rechtstreeks aanwezig is/aangebracht is op de houtlaag, waarbij deze laklaag bijvoorbeeld één of meerdere van volgende eigenschappen omvat: de laklaag omvat een component die de tannines fixeert en zo ongewenste kleurverandering veroorzaakt door de tannines tegengaat; de componenten van de laklaag reageren niet met de tannines. De natuurlijke houtlaag van de decoratieve laag kan verkregen zijn door tangentieel snijden/zagen van het hout. Wanneer deze houtlaag dan nog eens een schuurbehandeling/borstelbehandeling heeft ondergaan ter vorming van de decoratieve laag, dan zijn, ter hoogte van het eerste oppervlak van deze decoratieve laag, een groot deel van de chemicaliën, die kunnen zorgen voor ongewenste kleurveranderingen van het hout, reeds verwijderd.
De toplaag kan ook één of meerdere vernislagen omvatten. Een vernislaag is bijvoorbeeld op basis van een hars, met olie of alcohol als oplosmiddel, waarbij dit vernis bijvoorbeeld een oxidatieve uithardende coating is. Vernis draagt ook bij tot de slijtvastheid van de toplaag. De één of meerdere lagen kunnen bijvoorbeeld ook een verflaag omvatten. Een verf bestaat uit een verfstof, zijnde een pigment of een kleurstof, een bindmiddel, zoals hars of een olie, een verdunner, zoals water of terpentijn.
13 BE2021/6043
De toplaag omvat in een specifieke uitvoeringsvorm één of meerdere lagen die nagenoeg de volledige decoratieve laag bedekken, en een print die is aangebracht op één van de genoemde één of meerdere lagen, waarbij deze print bij voorkeur is aangebracht op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout. De print kan zich boven op de bovenste laag bevinden die de volledige decoratieve laag bedekt of de print kan zich tussen twee genoemde lagen uitstrekken die nagenoeg de volledige decoratieve laag bedekken. Men kan ervoor opteren om de print hoofdzakelijk aan te brengen ter hoogte van het lentehout of om de print hoofdzakelijk aan te brengen ter hoogte van het zomerhout. Deze één of meerdere lagen, kunnen bijvoorbeeld laklagen zijn. Wanneer er één of meerdere laklagen worden aangebracht boven op de decoratieve laag, kan dit voor ongewenste verkleuring van het zomerhout zorgen. Zo kan het lentehout sterker verkleuren dan het zomerhout en is er sprake van ongewenste donkerverkleuring van het lentehout. Ook bij andere types van lagen kan er sprake zijn van ongewenste verkleuringen. Door bijvoorbeeld een licht gekleurde en doorzichtige print aan te brengen op de plaatsen waardoorheen het lentehout zichtbaar is of bijvoorbeeld een donkerder gekleurde en doorzichtige print aan te brengen op de plaatsen waardoorheen het zomerhout zichtbaar is, kan men ongewenste verkleuring veroorzaakt door de genoemde één of meerdere lagen van de toplaag gaan compenseren en zo het contrast tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten beperken. Deze print kan een digitale print zijn. Het aanbrengen van de print kan hier dan gebeuren met behulp van een camerasysteem die de houtstructuur detecteert. Men kan bijvoorbeeld eerst de houtstructuur van een houtlaag gaan inscannen en dan op basis hiervan een bepaalde print aanbrengen. De digitale print kan op basis van water zijn. Om te printen kan men bijvoorbeeld gebruik maken van een ink-jet printer die gecontroleerd wordt door een elektronische processor.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de decoratieve laag, ter hoogte van het eerste oppervlak, één of meerdere op een oppervlak van de houtlaag aangebrachte behandelingslagen, waarbij deze houtlaag en de één of meerdere behandelingslagen een behandelde houtlaag vormen, waarbij deze behandelde houtlaag het eerste oppervlak van de decoratieve laag vormt. Deze houtlaag is hier dan een natuurlijke houtlaag of een geborstelde/geschuurde houtlaag. Door de houtlaag te behandelen met één of meerdere
14 BE2021/6043 behandelingslagen, kunnen de eigenschappen van het hout zo gewijzigd worden, dat de interactie tussen de toplaag en de decoratieve laag, geen ongewenste contrastverandering veroorzaakt en dus het contrast tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten beperkt blijft. Door de houtlaag te behandelen met één of meerdere behandelingslagen, kunnen de eigenschappen van het hout zo gewijzigd worden, dat eventuele kleurveranderingen ten gevolge van de toplaag gecompenseerd kunnen worden.
Met betrekking tot deze één of meerdere behandelingslagen, vertoont het decoratief paneel bij voorkeur één of meerdere van volgende eigenschappen, waarbij deze eigenschappen met elkaar gecombineerd kunnen worden volgens alle niet tegenstrijdige combinaties: e een genoemde behandelingslaag omvat, en bij voorkeur is, een primer; e een genoemde behandelingslaag omvat, en bij voorkeur is, een olie, een lak of een lijm; e een genoemde behandelingslaag is minstens gedeeltelijk of is volledig ingedrongen in de houtlaag; e een genoemde behandelingslaag sluit de aanwezige houtporiën in de houtlaag af en omvat bijvoorbeeld een hars. Zo kan men gebruik van een UV-sealer die bij voorkeur bijkomend zorgt voor slijtvastheid, krasvastheid en robuustheid; e een genoemde behandelingslaag wijzigt de porositeit van de houtlaag; e een genoemde behandelingslaag kleurt de houtlaag in; e een genoemde behandelingslaag pigmenten omvat; e een genoemde behandelingslaag in de houtlaag aanwezige tannines fixeert; deze gefixeerde tannines zijn niet of minder in staat om te reageren met de toplaag, waardoor ongewenste kleurveranderingen verhinderd worden; e minstens één genoemde behandelingslaag selectief aanwezig is basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
Boven op deze één of meerderen behandelingslagen kan dan de slijtvaste toplaag worden aangebracht, waarbij deze slijtvaste toplaag bijvoorbeeld één of meerdere laklagen
15 BE2021/6043 omvat. Men kan bijvoorbeeld eerst de decoratieve laag vormen en daarna de laklagen aanbrengen op de decoratieve laag,
Bij voorkeur is een genoemde behandelingslaag minstens gedeeltelijk ingedrongen in de houtlaag. Een houtlaag heeft een zekere porositeit. De porositeit van het lentehout en het zomerhout verschilt. Doordat de genoemde behandelingslaag minstens gedeeltelijk ingedrongen is in de houtlaag, zal dit effect hebben op hoe het lentehout en het zomerhout, dat zichtbaar is doorheen de toplaag, wordt waargenomen. Door te werken met een genoemde behandelingslaag die minstens gedeeltelijk ingedrongen is in de houtlaag, kan men dus ongewenste kleurveranderingen tegengaan en/of compenseren.
De behandelingslaag wordt boven op de houtlaag aangebracht en zal hier dan gedeeltelijk indringen of zelfs volledig indringen in de houtlaag. Het percentage van indringen is bijvoorbeeld gelegen tussen 20% en 100%. De indringing van de houtlaag kan lokaal zijn en zich bijvoorbeeld hoofdzakelijk uitstrekken ter hoogte van het genoemde oppervlak van de houtlaag waarop de behandelingslaag werd aangebracht. De volledige houtlaag kan ook doordrongen worden door de behandelingslaag. De behandelingslaag kan ook tussen 10 à 70%, of 10 à 50% of 10 à 30 procent van de dikte van de houtlaag doordringen.
Met primers (undercoats) worden de eerste lagen, en bijvoorbeeld enkel de eerste laag zijnde de grondlaag, aangeduid. Deze primers kunnen verschillende samenstellingen hebben en hebben als doel de hechting en/of interactie tussen de houtlaag en de lagen die op de primer worden aangebracht, te verbeteren. Primers kunnen bijvoorbeeld zijn een grondverf, een poedercoating, een hydro UV-primer (acrylaten opgelost in water en omvattende een foto-initiator), een olie enz.
Verder bij voorkeur is minstens één genoemde behandelingslaag selectief aanwezig op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout. Een genoemde behandelingslaag is hier dus selectief aangebracht op basis van de houtstructuur. Hier kan men er bijvoorbeeld voor opteren om het zomerhout en het lentehout anders te behandelen. Ofwel kan men ervoor kiezen dat de behandelingslaag nagenoeg enkel aanwezig is op het zomerhout. Men kan er ook voor
16 BE2021/6043 kiezen dat de behandelingslaag nagenoeg enkel aanwezig is op het lentehout. Er kan ook voor geopteerd worden om meer van de genoemde behandelingslaag aan te brengen op het zomerhout of op het lentehout, zodat de hoeveelheid aangebrachte behandelingslaag in functie is van het type hout. Het selectief aanbrengen kan gebeuren met behulp van een camerasysteem. Er is dan bijvoorbeeld sprake van target covering. Het selectief aanbrengen kan ook op andere manieren plaatsvinden. Zo kan men bijvoorbeeld werken met lijm die bijvoorbeeld enkel op bepaalde plaatsen werd aangebracht, die dus selectief werd aangebracht, waarna partikels, bijvoorbeeld in poedervorm en bijvoorbeeld pigmenten, worden aangebracht en die dan enkel blijft plakken ter hoogte van de lijm.
Hierdoor kan men partikels met een bijkomende behandelingsstap, zoals borstelen, afzuigen, enz. terug verwijderen op de plaatsen waar de partikels niet zijn vastgelijmd.
Het resultaat is een behandelingslaag omvattende lijm en partikels, die zich op genoemde bepaalde plaatsen bevindt. Men kan ook bijvoorbeeld eerst de houtlaag borstelen/schuren en zo het minder dense lentehout gedeeltelijk wegborstelen/wegschuren. Door dan bijvoorbeeld met een harde wals een genoemde behandelingslaag aan te brengen, wordt deze dan enkel aangebracht op het zomerhout. Men kan ook de houtlaag eerst behandelen met een behandelingslaag en daarna de houtlaag borstelen/schuren en zo het minder dense lentehout gedeeltelijk wegborstelen/wegschuren. De behandelingslaag is dan enkel aanwezig op niet weggeborstelde gedeeltes.
De één of meerdere behandelingslagen kunnen bijvoorbeeld minstens twee primers omvatten, waarbij een eerste primer over het volledige oppervlak van de houtlaag wordt aangebracht en een tweede genoemde primer selectief wordt aangebracht op hoofdzakelijk het zomerhout of het lentehout. Men kan er ook voor opteren om eerst een primer aan te brengen op hoofdzakelijk het zomerhout of het lentehout en dan een primer aan te brengen over het volledige oppervlak.
Een genoemde behandelingslaag kan in staat om de densiteit van de hout te wijzigen. De porositeit van het lentehout is groter dan dat van het zomerhout. Dit verschil in porositeit verklaart waarom lentehout en zomerhout anders gaan reageren op de toplaag en er ongewenste verkleuringen ontstaan. Door met behulp van een genoemde behandelingslaag de densiteit van het hout te wijzigen, door bijvoorbeeld de densiteit
17 BE2021/6043 van het zomerhout te verlagen en/of de densiteit van het lentehout te verhogen, kan men ervoor zorgen dat het lentehout en het zomerhout op nagenoeg dezelfde wijze interactie maken met de toplaag.
Met behulp van selectief aanbrengen, kan men er ook voor opteren om enkel het zomerhout of enkel het winterhout te verven of in te kleuren.
In een bijzondere uitvoeringsvorm verlaagt minstens één genoemde behandelingslaag de densiteit van het zomerhout van de houtlaag en/of verhoogt minstens één genoemde behandelingslaag de densiteit van het lentehout van de houtlaag. Gezien de toplaag op de decoratieve laag wordt aangebracht, zal de interactie van het zomerhout en het lentehout met de toplaag, meer gelijkaardig zijn, en dit omdat het densiteitverschil tussen het lentehout en het zomerhout wordt gereduceerd of zelfs weggewerkt. Het resultaat is meer overeenstemmende kleurcontrasten. Deze behandelingslaag kan selectief worden aangebracht op basis van de houtstructuur zodat deze behandelingslaag bijvoorbeeld hoofdzakelijk, en bij voorkeur enkel, wordt aangebracht op het lentehout of het zomerhout.
In een specifieke uitvoeringsvorm verandert één genoemde behandelingslaag, de chemische samenstelling van het zomerhout en/of het lentehout van de houtlaag.
In een specifieke uitvoeringsvorm wijzigt minstens één genoemde behandelingslaag, de kleur van het zomerhout en/of het lentehout, waarbij bij voorkeur de wijziging van de kleur van het zomerhout verschilt van de wijziging van de kleur van het lentehout. De wijziging van de kleur kan verschillen omdat deze behandelingslaag bijvoorbeeld enkel wordt aangebracht op het zomerhout of op het lentehout. De wijziging van kleur kan ook verschillen doordat het zomerhout en het lentehout anders reageren op de behandelingslaag. Deze behandelingslaag kan verkregen worden door beitsen (wood stain), het aanbrengen van een verflaag, het aanbrengen van een vernis, of door een ander type van inkleuren. Zo kan men bijvoorbeeld het lentehout inkleuren met een lichtere kleur, zoals witte tinten of beige tinten. Indien de toplaag dan zorgt voor een sterkere verkleuring van het zomerhout in vergelijking met het lentehout, dan compenseert de
18 BE2021/6043 genoemde behandelingslaag dit, zodat een zichtzijde met de gewenste kleurcontrasten wordt bekomen.
In een bijzondere uitvoeringsvorm dekt een genoemde behandelingslaag, ter hoogte van het eerste oppervlak, minstens een gedeelte van de poriën van de houtlaag, minstens gedeeltelijk af. Waar de poriën zijn afgesloten kan de toplaag, die wordt aangebracht op de decoratieve laag, niet binnendringen in deze poriën, waardoor het resultaat een decoratief paneel is waarvan de toplaag niet aanwezig is in deze poriën. De toplaag kan dan ook niet voor ongewenste kleurveranderingen zorgen ter hoogte van deze poriën.
Met deels afsluiten van de poriën wordt aangegeven dat het binnendringen van de toplaag gehinderd wordt en dus beperkt is. Men kan er hier bijvoorbeeld voor kiezen om enkel deze behandelingslaag aan te brengen op het lentehout, gezien lentehout gevoeliger is aan ongewenste verkleuringen. Men kan ook deze behandelingslaag aanbrengen op de volledige houtlaag en dit om ervoor dat zorgen dat alle poriën minstens gedeeltelijk zijn afgesloten, bij voorkeur volledig zijn afgesloten.
Bij voorkeur omvat een genoemde behandelingslaag, een kleurstof en/of een pigment en/of een lakafstotend middel en/of anti-uithardingsmiddelen en/of een verfafstotend middel en/of een bleekmiddel en/of slijtvaste partikels. Een bleekmiddel kan gebruikt worden om de tannines uit de houtlaag te verwijderen. Voorbeelden van bruikbare bleekmiddelen zijn waterstofperoxide, ammoniak, zouten, alkali- en oxaalzuur, kaliumchloride, natriumhypochloriet en chloordioxide. Met behulp van en lak afstotend middel kan men bekomen dat een laklaag die wordt aangebracht boven op de behandelingslaag en dit ter vorming van de toplaag, minstens gedeeltelijk wordt afgestoten. Met behulp van anti-uithardingsmiddelen kan men bekomen dat een laklaag die wordt aangebracht boven op de behandelingslaag en dit ter vorming van de toplaag, niet overal zal uitharden. Zo kan men bijvoorbeeld enkel lakafstotend middel of een anti-uithardingsmiddel gaan aanbrengen op het zomerhout of op het lentehout. De afgestoten of de niet uitgeharde lak kan men dan gaan verwijderen met behulp van een techniek zoals borstelen. Hiermee kan men bekomen dat niet alle aangebrachte laklagen, aanwezig zijn ter hoogte van bijvoorbeeld het lentehout of ter hoogte van bijvoorbeeld het zomerhout, en zo dus ongewenste kleurveranderingen verhinderen of beperken.
19 BE2021/6043
De houtlaag kan optioneel een geborstelde houtlaag en/of een geschuurde houtlaag zijn.
Zo heeft de houtlaag bijvoorbeeld een borstelbehandeling en/of een schuurbehandeling ondergaan. Deze borstelbehandeling en/of deze schuurbehandeling kan worden gebruikt voor het selectief aanbrengen van genoemde één of meerdere behandelingslagen. Zo kan men met behulp van borstelbehandeling en/of een schuurbehandeling een gedeelte van een aangebrachte behandelingslaag terug verwijden of kan men voorafgaand aan het aanbrengen van een genoemde behandelingslaag een borstelbehandeling en/of een schuurbehandeling uitvoeren om zo te bekomen dat de behandelingslaag niet overal (evenveel) wordt aangebracht. Het borstelen kan ook worden uitgevoerd als men een decoratief paneel wenst te bekomen met het uitzicht van een geborstelde houtlaag.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat het decoratief paneel een substraat, waarbij de decoratieve laag rechtstreeks of onrechtstreeks is aangebracht op het substraat.
Met behulp van een substraat wordt een stevig paneel bekomen, dat bijvoorbeeld geschikt is voor een vloer, een wand, een meubel. Zo kan het decoratief paneel een vloerpaneel zijn. Het substraat omvat bijvoorbeeld een houtgebaseerde plaat, zoals een
MDF-plaat, een HDF- plaat, een spaanplaat, enz. Het substraat kan ook meerdere houten lamellen omvatten. Het substraat kan al dan niet invloed hebben op de zichtzijde van het decoratief paneel. Zo kan het substraat nagenoeg niet zichtbaar zijn doorheen de houtlaag en/of niet doorgedrongen zijn of onvoldoende doorgedrongen zijn in de houtlaag, zodanig dat het substraat geen invloed heeft op het uiteindelijke uitzicht van het paneel ter hoogte van de zichtzijde. Het substraat kan bijkomend een onderste tegenlaag hebben, zoals bijvoorbeeld een fineerlaag.
Het substraat kan minstens gedeeltelijk zichtbaar zijn doorheen de houtlaag en/of het substraat kan zo deels indringen in de houtlaag en/of het bindmiddel dat gebruik wordt om de decoratieve laag aan te brengen op het substraat kan zo deels indringen in de houtlaag, dat de zichtbare kleurcontrasten van het decoratief paneel worden beïnvloed.
Wanneer het substraat minstens gedeeltelijk zichtbaar is doorheen de houtlaag, kan de kleur van het substraat ter hoogte van de houtlaag, invloed hebben op het uiteindelijke uitzicht van de zichtzijde van de het decoratief paneel.
20 BE2021/6043
Het paneel kan minstens een op het substraat aangebrachte tussenlaag omvatten, waarbij deze tussenlaag minstens gedeeltelijk is ingedrongen in de genoemde houtlaag. Wanneer de tussenlaag over nagenoeg de volledig dikte van de houtlaag is ingedrongen, kan deze invloed hebben op het eerste oppervlak van het decoratieve paneel. Vooral voor dunnere houtlagen, zijnde fineren, kan dit van belang zijn en dit gezien de dikte van fineren gering is, bijvoorbeeld bij fineren met een dikt van hoogstens 1 mm, bij voorkeur hoogstens 0,6 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 0,3 mm. Deze tussenlaag kan bijvoorbeeld een lijmlaag zijn omvattende bijvoorbeeld een koud uithardende hars, een thermohardende hars zoals melamine formaldehyde of een polyurethaanlijm. Deze tussenlaag kan een invloed hebben op de kleurcontrasten tussen de eerste type segmenten en de tweede type segmenten. Hiervoor kan de tussenlaag op het substraat zijn aangebracht op basis van de houtstructuur, bijvoorbeeld op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout. Zo kan deze tussenlaag bijvoorbeeld enkel ter hoogte van het lentehout of het zomerhout zijn aangebracht. Deze tussenlaag kan bijvoorbeeld over de volledig dikte van de hout laag indringen en zo invloed hebben op het eerste oppervlak van het decoratieve paneel.
Deze uitvinding betreft ook een werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel, waarbij een natuurlijke houtlaag, met een houtstructuur omvattende lichter gekleurd lentehout en donkerder gekleurd zomerhout, wordt voorzien, waarbij deze houtlaag al dan niet behandeld wordt en zo een decoratieve laag vormt, en waarbij een transparante slijtvaste toplaag wordt aangebracht bovenop de decoratieve laag en dit ter vorming van een zichtzijde van het decoratief paneel waardoorheen een eerste oppervlak van de decoratieve laag zichtbaar is, waarbij de zichtbare kleurcontrasten ter hoogte van de zichtzijde overeenkomen met de corresponderende kleurcontrasten van de natuurlijke houtlaag. Met behulp van deze werkwijze kan men een decoratief paneel vervaardigen volgens de uitvinding zoals hierboven weergegeven. De voordelen en alle genoemde uitvoeringen, zijnde onder andere de voorkeurdragende, specifieke en bijzondere uitvoeringen zoals hierboven beschreven, zijn ook van toepassing op deze werkwijze.
21 BE2021/6043
Bij voorkeur omvat de toplaag één of meerdere laklagen en worden deze één of meerdere laklagen op het eerste oppervlak van de decoratieve laag aangebracht. Dit kan via een continu proces of via een discontinu proces. Bij voorkeur worden de genoemde één of meerdere laklagen, indien er twee of meerdere laklagen zijn, achtereenvolgens en bovenop elkaar aangebracht, waarbij deze laklagen voorafgaand aan het aanbrengen van de volgende laklaag minstens gedeeltelijk of volledig zijn uitgehard. Tussen het aanbrengen van bepaalde laklagen kan er ook een schuurbehandeling zijn.
Verder bij voorkeur omvat de toplaag een print, waarbij deze print wordt aangebracht op één van de genoemde één of meerdere laklagen, waarbij deze print bij voorkeur wordt aangebracht op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout. Hiervoor kan er bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van target covering. Zo kan men gebruik maken van camerasystemen of andere detectiesystemen om te bepalen waar het lentehout en/of het zomerhout zich bevindt. Op basis van deze data kan men dan de print aanbrengen op de gewenste plaats.
Bij voorkeur worden één of meerdere behandelingslagen aangebracht op de natuurlijke houtlaag ter vorming van de decoratieve laag.
Verder bij voorkeur wordt minstens één genoemde behandelingslaag selectief aangebracht op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout. Het selectief aan brengen van de behandelingslaag kan bijvoorbeeld plaatsvinden volgens één of meerdere onderstaande manieren, indien deze niet tegenstrijdige zijn: -het voorzien van een camerasysteem met één of meerdere detectiemiddelen voor het inscannen van de bovenzijde van de houtlaag en/of detecteren van het zomerhout en/of het lentehout, waarbij de behandelingslaag wordt aangebracht op de houtlaag op basis van hetgeen ingescand/gedetecteerd werd, -het borstelen of schuren van de houtlaag en dit voorafgaand aan het aanbrengen van de genoemde behandelingslaag, waarna de behandelingslaag wordt aangebracht met behulp van een harde wals. Een harde wals volgt eventuele inkepingen, holtes, enz. in het oppervlak van de houtlaag niet. Bij het borstelen worden zachtere delen, dus bijvoorbeeld
22 BE2021/6043 het zachtere lentehout geborsteld uit de houtlaag en dit ter hoogte van het oppervlak. Op deze manier wordt dan enkel het zomerhout behandeld. -het aanbrengen van de genoemde behandelingslaag over het volledige oppervlak van de houtlaag, waarna de behandelde houtlaag geborsteld of geschuurd wordt, zodat bepaalde delen, zoals zachtere delen, uitgeborsteld worden en zo de behandelingslaag ter hoogte van de uitgeborstelde delen niet aanwezig is, -het aanbrengen van een lijm met behulp van target covering, bijvoorbeeld enkel op het zomerhout of enkel op het winterhout, waarna partikels, zoals pigmenten of slijtvaste partikels, gestrooid worden op de houtlaag, zodat deze partikels enkel blijven plakken in de lijm, waarna de overige partikels die niet op de lijm zijn terechtgekomen, verwijderd worden bijvoorbeeld door afzuigen of afborstelen; Zo kan men bijvoorbeeld de houtlaag beitsen om daarna de houtlaag te borstelen om zo een gedeelte van de houtlaag te verwijderen zo lokaal beitsmiddel te verwijderen.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt een substraat voorzien en wordt de decoratieve laag aangebracht boven op het substraat.
Specifiek wordt, bij de laatstgenoemde voorkeurdragende uitvoeringsvorm en voorafgaand aan het aanbrengen van de decoratieve laag op het substraat, een tussenlaag aangebracht op het substraat, en wordt de decoratieve laag bevestigd aan het substraat ter hoogte van deze tussenlaag.
Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm is het kenmerk “de kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten, komen overeen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag”, optioneel bij zowel het decoratief paneel en de werkwijze om dit paneel te vormen. Zo kunnen bovengenoemde kenmerken/technieken/werkwij zen/uitvoeringsvormen/opbouw van het paneel/enz., ook aanwezig zijn bij een decoratief paneel of gebruikt worden ter vorming van een decoratief paneel, waarbij er een relatief groot contrast is tussen het eerste type segmenten en het tweede type segmenten.
23 BE2021/6043
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: -figuur 1 een perspectiefvoorstelling is van een decoratief vloerpaneel volgens de uitvinding; -figuur 2 een bovenaanzicht is van het detail, weergegeven met F2 in figuur 1, van het decoratief paneel volgens de uitvinding, waarbij de zichtbare houtstructuur schematisch wordt weergegeven en waarbij een meetpunt ter hoogte van een eerste type segment en een meetpunt ter hoogte van een tweede type segment wordt weergegeven; -figuur 3 een bovenaanzicht is van een detail van een parket vloerpaneel die geen deel uitmaakt van de uitvinding, waarbij dit paneel een conventionele lakbehandeling heeft ondergaan, en waarbij dit paneel een natuurlijke houtlaag met een houtstructuur omvat, waarbij deze houtstructuur schematisch wordt weergegeven en deze schematische houtstructuur overeenkomt met de schematische houtstructuur weergegeven in figuur 2, en waarbij een meetpunt ter hoogte van een eerste type segment en een meetpunt ter hoogte van een tweede type segment wordt weergegeven; -figuur 4 een bovenaanzicht is van een detail van een parket vloerpaneel die geen deel uitmaakt van de uitvinding, waarbij dit paneel een conventionele oliebehandeling heeft ondergaan, en waarbij dit paneel een natuurlijke houtlaag met een houtstructuur omvat, waarbij deze houtstructuur schematisch wordt weergegeven en deze schematische houtstructuur overeenkomt met de schematische houtstructuur weergegeven in figuur 2, en waarbij een meetpunt ter hoogte van een eerste type segment en een meetpunt ter hoogte van een tweede type segment wordt weergegeven; -figuur 5 een schematische weergave is van de dwarsdoorsnede van een decoratief vloerpaneel volgens de uitvinding, waarbij de houtlaag een fineer is; -figuur 6 een schematische weergave is van de dwarsdoorsnede van een decoratief vloerpaneel volgens de uitvinding, waarbij de houtlaag dikker is dan 2,5 mm.
Figuur 1 geeft een perspectiefvoorstelling weer van een decoratief vloerpaneel (1). Dit paneel (1) omvat, van boven naar onder toe: een toplaag (3), een decoratieve laag (2) en een substraat (6). De decoratieve laag (2) omvat een natuurlijke houtlaag, waarbij deze natuurlijk houtlaag al dan niet behandeld werd ter vorming van de decoratieve laag (2).
24 BE2021/6043
Deze natuurlijke houtlaag heeft een houtstructuur omvattende lichter gekleurd lentehout en donkerder gekleurd zomerhout. Wanneer de houtlaag dikker is dan 2,5 mm is er sprake van parket, wanneer de houtlaag dunner is dan 2,5 mm is er sprake van fineerparket.
Figuur 5 geeft schematisch de dwarsdoorsnede weer van een vloerpaneel (1) zoals weergegeven in figuur 1 (dwarsdoorsnede VV), wanneer er sprake is van fineer. Figuur 6 geeft schematisch de dwarsdoorsnede weer van een vloerpaneel (1) zoals weergegeven in figuur 1 (dwarsdoorsnede VV), wanneer er sprake is van parket.
Deze toplaag (3) wordt hier eendelig weergegeven, maar kan bestaan uit één of meerdere lagen, die al dan niet als aparte lagen zichtbaar zijn in een dwarsdoorsnede. Zo kan deze toplaag (3) bijvoorbeeld uit 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 of meer laklagen en/of verflagen en/of vernislagen bestaan. De toplaag (3) is een slijtvaste toplaag (3) met een slijtvastheid gemeten met behulp van de Taber S33 testmethode die hoger is dan 200 rotaties en gemeten met behulp van ‘Deep Scratch’ gebruik makende van de Diamond needle DIN 68861-4:2013 testmethode, die hoger is dan 3,5N. De toplaag (3) is transparant en bedekt het eerste oppervlak van de decoratieve laag (2). Het eerste oppervlak is dus zichtbaar doorheen toplaag (3), zodat deze toplaag (3) een zichtzijde vormt van het paneel (1) omvattende een eerste type segmenten (4) corresponderend aan het genoemde lentehout en een tweede type segmenten (5) corresponderend aan het genoemde zomerhout.
De decoratieve laag (2) kan een onbehandelde natuurlijk houtlaag zijn of een behandelde houtlaag omvattende een natuurlijke houtlaag waarop geen, één of meerdere behandelingslagen zijn aangebracht op de houtlaag en/of die één of meerder andere behandelingsstappen heeft ondergaan zoals borstelen, schuren, blootstelling aan een gas, enz.
Het substraat (6) kan eendelig zijn en bijvoorbeeld omvatten een houtgebaseerde plaat zoals een MDF-plaat, een HDF-plaat of een spaanplaat. Het substraat (6) kan ook meerdere lagen omvatten en bijvoorbeeld een houtgebaseerde plaat omvatten en onderaan een fineer van mindere kwaliteit, zoals bijvoorbeeld sparfineer.
25 BE2021/6043
Het unieke bij het paneel (1) volgens de uitvinding, 1s dat de kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten (4) en een tweede type segmenten (5), overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag en dit terwijl de nodige slijtvastheid aanwezig is.
Hieronder zijn twee mogelijke manieren beschreven waarop kan worden nagegaan of de genoemde kleurcontrasten inderdaad corresponderen.
Een eerste manier is te werken met referentiestalen. Aan de hand van deze referentiestalen kan men dan visueel, zijnde met het blote oog, nagaan of de kleurcontrasten corresponderen. Er wordt bij voorkeur gewerkt met 3 types van referentiestalen: -eerste type: onbehandelde houtlaag, dus een natuurlijke houtlaag (hier niet weergegeven) -tweede type: een houtlaag die een conventionele lakbehandeling heeft verkregen, zijnde een ‘gelakte houtlaag’ (zie figuur 3) -derde type: een houtlaag die een conventionele oliebehandeling heeft verkregen, zijnde een ‘geoliede houtlaag’ (zie figuur 4)
Het paneel (1) volgens de uitvinding wordt vergeleken met deze drie types van referentiestalen. Zoals zichtbaar in de figuren 2 en 3, wijken de kleurcontrasten van het paneel (1) volgens de uitvinding, sterk af van de kleurcontrasten van de gelakte houtlaag weergegeven in figuur 3. Deze zichtbare kleurcontrasten van de gelakte houtlaag wijken sterk af van de kleurcontrasten bij natuurlijk hout. Zoals zichtbaar in de figuren 2 en 4, lijken de kleurcontrasten van het paneel (1) volgens de uitvinding, sterk op de kleurcontrasten van de geoliede houtlaag weergegeven in figuur 4. Deze zichtbare kleurcontrasten van de geoliede houtlaag komen overeen met de kleurcontrasten bij natuurlijk hout. Om na te gaan of een vloerpaneel (1) kleurcontrasten heeft die corresponderen aan de kleurcontrasten van natuurlijk hout, kan men dit vloerpaneel (1) eenvoudig vergelijken met de drie types referentiestalen. Indien de kleurcontrasten gelijkaardig zijn met die van de referentiestalen 1 en 3, corresponderen deze inderdaad
26 BE2021/6043 aan die van natuurlijk hout, indien ze eerder aanliggen bij het tweede type referentiestalen, dan komen de kleurcontrasten niet overeen met die van natuurlijk hout.
Het is zeer duidelijk zichtbaar met het blote oog of de kleurcontrasten overeenkomen met de eerste type of de derde type referentiestalen, en dus duidelijk afwijken van de tweede type referentiestalen.
Overeenkomende kleurcontrasten zijn ook meetbaar. Zo kan men eerst metingen uitvoeren op de natuurlijke houtlaag en dit voorafgaand aan het gebruiken van deze houtlaag ter vorming van het decoratief paneel (1). Men kan op verschillende plaatsen, zijnde een aantal plaatsen in het zomerhout en een aantal plaatsen van het lentehout, kleurmetingen uitvoeren. Nadat het decoratief paneel (1) gevormd is, kan men plaatsen die corresponderen aan de genoemde verschillende plaatsen, ook kleurmetingen gaan uitvoeren. Op basis daarvan kan men het verschil bepalen tussen een eerste waarde, zijnde het gemiddelde kleurverschil tussen het eerste type segmenten (4) en het corresponderende lentehout van de natuurlijke houtlaag, en een tweede waarde, zijnde het gemiddelde kleurverschil tussen het tweede type segmenten (5) en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag. Deze waarde zal lager zijn dan 4, met het kleurverschil uitgedrukt in delta E 2000, indien er sprake is van corresponderende kleurcontrasten. Er wordt hier gewerkt met een gemiddeld kleurverschil, gezien de kleur van het zomerhout niet altijd hetzelfde is op elke plaats en gezien de kleur van het lentehout niet altijd hetzelfde is op elke plaats.

Claims (22)

27 BE2021/6043 Conclusies
1.- Een decoratief paneel (1) omvattende e een decoratieve laag (2) op basis van een natuurlijke houtlaag met een houtstructuur omvattende lichter gekleurd lentehout en donkerder gekleurd zomerhout, waarbij deze decoratieve laag (2) een eerste oppervlak omvat op basis van de genoemde houtstructuur, e een transparante slijtvaste toplaag (3) die het eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) hoofdzakelijk bedekt en waardoorheen het eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) zichtbaar is, zodat deze toplaag (3) een zichtzijde vormt van het decoratief paneel (1) omvattende een eerste type segmenten (4) corresponderend aan het genoemde lentehout en een tweede type segmenten (5) corresponderend aan het genoemde zomerhout, met het kenmerk dat de kleurcontrasten tussen het eerste type segmenten (4) en het tweede type segmenten (5), overeenkomen met de kleurcontrasten tussen het corresponderende lentehout en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag.
2.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het verschil tussen een eerste waarde, zijnde het gemiddelde kleurverschil tussen het eerste type segmenten (4) en het corresponderende lentehout van de natuurlijke houtlaag, en een tweede waarde, zijnde het gemiddelde kleurverschil tussen het tweede type segmenten (5) en het corresponderende zomerhout van de natuurlijke houtlaag, lager is dan 4, bij voorkeur lager is dan 3, bij voorkeur hoogstens 2 is, met het kleurverschil uitgedrukt in delta E 2000.
3.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de slijtvaste toplaag (3) één of meerdere laklagen omvat.
4.- Decoratief paneel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de decoratieve laag (2), ter hoogte van het eerste oppervlak, één of meerdere op een oppervlak van de natuurlijke houtlaag aangebrachte behandelingslagen omvat, waarbij
28 BE2021/6043 deze natuurlijke houtlaag en de één of meerdere behandelingslagen een behandelde houtlaag vormen, waarbij deze behandelde houtlaag het eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) vormt.
5.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk dat minstens één genoemde behandelingslaag selectief aanwezig is op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
6.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 4 of 5 met het kenmerk dat een genoemde behandelingslaag, en dit minstens ter hoogte van het eerste oppervlak, de densiteit van het zomerhout van de houtlaag verlaagt en/of de densiteit van het lentehout van de houtlaag verhoogt.
7.- Decoratief paneel (1) volgens één van de conclusie 4 tot 6, met het kenmerk dat een genoemde behandelingslaag, de kleur van het zomerhout en/of het lentehout wijzigt en dit minstens ter hoogte van het eerste oppervlak, waarbij bij voorkeur de wijziging van de kleur van het zomerhout verschilt van de wijziging van de kleur van het lentehout.
8.- Decoratief paneel (1) volgens één van de conclusies 4 tot 7, met het kenmerk dat een genoemde behandelingslaag, ter hoogte van het eerste oppervlak, minstens een gedeelte van de poriën van de houtlaag, minstens gedeeltelijk afdekt.
9.- Decoratief paneel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de toplaag (3) omvat één of meerdere lagen die nagenoeg het volledige oppervlak van de decoratieve laag (2) bedekken, en een print die is aangebracht op één van de genoemde één of meerdere lagen, waarbij deze print bij voorkeur is aangebracht op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
10.- Decoratief paneel (1) volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de houtlaag een borstelbehandeling en/of een schuurbehandeling heeft ondergaan.
29 BE2021/6043
11.- Een decoratief paneel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het paneel (1) een substraat (6) omvat, waarbij de decoratieve laag (2) is aangebracht op het substraat (6).
12.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk dat het genoemde substraat (6) minstens gedeeltelijk zichtbaar is doorheen de decoratieve laag (2).
13.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk dat het paneel (1) minstens een op het substraat (6) aangebrachte tussenlaag omvat, waarbij deze tussenlaag minstens gedeeltelijk is ingedrongen in de genoemde houtlaag.
14.- Decoratief paneel (1) volgens conclusie 13, met het kenmerk dat de tussenlaag aanwezig is op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
15.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1), waarbij een natuurlijke houtlaag, met een houtstructuur omvattende lichter gekleurd lentehout en donkerder gekleurd zomerhout, wordt voorzien, waarbij deze houtlaag al dan niet behandeld wordt en zo een decoratieve laag (2) vormt, en waarbij een transparante slijtvaste toplaag (3) wordt aangebracht bovenop de decoratieve laag (2) en dit ter vorming van een zichtzijde van het decoratief paneel (1) waardoorheen een eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) zichtbaar is, waarbij de zichtbare kleurcontrasten ter hoogte van de zichtzijde overeenkomen met de corresponderende kleurcontrasten van de natuurlijke houtlaag.
16.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1) volgens conclusie 15, waarbij toplaag (3) één of meerdere laklagen omvat en deze één of meerdere laklagen op het eerste oppervlak van de decoratieve laag (2) worden aangebracht.
17.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1) volgens conclusie 16, met het kenmerk dat de toplaag (3) een print omvat, waarbij deze print wordt aangebracht op een genoemde laklaag, waarbij deze print bij voorkeur wordt aangebracht op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
30 BE2021/6043
18.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1) volgens één van de conclusies 15 tot 17, waarbij één of meerdere behandelingslagen worden aangebracht op de natuurlijke houtlaag ter vorming van de decoratieve laag (2).
19.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1) volgens conclusie 18, waarbij minstens één genoemde behandelingslaag selectief wordt aangebracht op basis van de houtstructuur, bij voorkeur op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
20.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1) volgens conclusie 18 of 19, waarbij voorafgaand aan of na het aanbrengen van een genoemde behandelingslaag, de houtlaag geborsteld en/of geschuurd wordt.
21.- Werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel (1) volgens één van de conclusies 15 tot 20, waarbij een substraat (6) wordt voorzien en de decoratieve laag (2) wordt aangebracht boven op het substraat (6).
22.- Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij voorafgaand aan het aanbrengen van de decoratieve laag (2) op het substraat (6), een tussenlaag wordt aangebracht op het substraat (6), en de decoratieve laag (2) wordt bevestigd aan het substraat (6) ter hoogte van deze tussenlaag, waarbij de tussenlaag al dan niet wordt aangebracht op basis van de houtstructuur, bijvoorbeeld op basis van de aanwezigheid van het lentehout en/of het zomerhout.
BE20216043A 2021-12-23 2021-12-23 Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel BE1030084B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20216043A BE1030084B1 (nl) 2021-12-23 2021-12-23 Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel
PCT/IB2022/062109 WO2023119058A1 (en) 2021-12-23 2022-12-13 Decorative panel and method for manufacturing a decorative panel

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20216043A BE1030084B1 (nl) 2021-12-23 2021-12-23 Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1030084A1 true BE1030084A1 (nl) 2023-07-17
BE1030084B1 BE1030084B1 (nl) 2023-07-24

Family

ID=79283231

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20216043A BE1030084B1 (nl) 2021-12-23 2021-12-23 Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1030084B1 (nl)
WO (1) WO2023119058A1 (nl)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5755068A (en) 1995-11-17 1998-05-26 Ormiston; Fred I. Veneer panels and method of making
US20050136234A1 (en) 2003-12-19 2005-06-23 Gijsbertus Hak Plank for interior use
US20060070325A1 (en) 2004-04-20 2006-04-06 Tryggvi Magnusson Hardwood flooring board
WO2010122514A2 (en) 2009-04-22 2010-10-28 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel
DE202013012020U1 (de) 2013-11-27 2015-02-03 Guido Schulte Fußboden-, Wand- oder Deckenpaneel
WO2015078434A1 (de) 2013-11-27 2015-06-04 Guido Schulte FUßBODEN-, WAND- ODER DECKENPANEEL UND VERFAHREN ZU DESSEN HERSTELLUNG

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US9156233B2 (en) * 2012-10-22 2015-10-13 Us Floors, Inc. Engineered waterproof flooring and wall covering planks
EP3500428A4 (en) * 2016-08-18 2020-04-15 Välinge Innovation AB METHOD FOR COATING A CONSTRUCTION PANEL AND CORRESPONDING COATED CONSTRUCTION PANEL
BR112020014871B1 (pt) * 2018-01-26 2024-01-02 I4F Licensing Nv Placas para piso com núcleo compreendendo carbonato de cálcio e métodos de fabricação dos mesmos

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5755068A (en) 1995-11-17 1998-05-26 Ormiston; Fred I. Veneer panels and method of making
US20050136234A1 (en) 2003-12-19 2005-06-23 Gijsbertus Hak Plank for interior use
US20060070325A1 (en) 2004-04-20 2006-04-06 Tryggvi Magnusson Hardwood flooring board
WO2010122514A2 (en) 2009-04-22 2010-10-28 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel
DE202013012020U1 (de) 2013-11-27 2015-02-03 Guido Schulte Fußboden-, Wand- oder Deckenpaneel
WO2015078434A1 (de) 2013-11-27 2015-06-04 Guido Schulte FUßBODEN-, WAND- ODER DECKENPANEEL UND VERFAHREN ZU DESSEN HERSTELLUNG

Also Published As

Publication number Publication date
WO2023119058A1 (en) 2023-06-29
BE1030084B1 (nl) 2023-07-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP3737559B1 (en) A method to produce a veneered element and a veneered element
BE1016846A3 (nl) Vloerbekleding, vloerpanelen en werkwijze voor het vervaardigen van vloerpanelen.
AU2010361006B2 (en) Method for producing panels and panel produced according to the method
PT2105320E (pt) Acabamento decorativo de um painel de material derivado de madeira
DE102006052293C5 (de) Holzwerkstoffplatte mit Echtholzfurnier und Verfahren zu ihrer Herstellung
WO2016151435A1 (en) Method for manufacturing a decorative panel and decorative panel
US20110027501A1 (en) Artificial antique architectural wood substrate
WO2022124969A1 (en) Method to produce a veneered element and a veneered element
RU2685348C2 (ru) Способ согласования декоративной печати и устройство для осуществления этого способа
BE1030084B1 (nl) Decoratief paneel en werkwijze voor het vervaardigen van een decoratief paneel
JP2008088741A (ja) 床材及びその製造方法
Mark Environment & Sustainability
TR201808760T4 (tr) Ahşap esaslı bir plaka üzerinde düzenlenen ısıl sertleşebilen formaldehit içeren en az bir reçine katmanının kürlenme derecesinin belirlenmesi için yöntem.
JP5420359B2 (ja) 木質板状建材の製造方法
JP2013039745A (ja) 木質建材の製造方法
JP2717753B2 (ja) 床 板
JP7270407B2 (ja) 建築板
AU2016318272B2 (en) Decorative building board and method for producing such a building board
KR101590838B1 (ko) 향상된 침투성 및 내수성을 갖는 컬러보드 후처리 방법 및 그에 사용되는 도료, 그리고 상기 방법에 의해 제조된 컬러보드
JP2011094298A (ja) 木質板状建材の製造方法
BE1017932A3 (nl) Werkwijze voor het aanbrengen van een beschermingslaag op een houten ondergrond.
JP2003266409A (ja) 浮造り調床材
Vidholdova et al. INFLUENCE OF WOOD PRE-WEATHERING ON SELECTED SURFACE PROPERTIES OF THE SYSTEM WOOD–COATING FILM
BE1029380B1 (nl) Werkwijze voor het behandelen van houten panelen
BE1029990B1 (nl) Werkwijze voor het behandelen van houten parketplanken tegen vlekken

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20230724