BE1029851B1 - Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel - Google Patents

Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel Download PDF

Info

Publication number
BE1029851B1
BE1029851B1 BE20215814A BE202105814A BE1029851B1 BE 1029851 B1 BE1029851 B1 BE 1029851B1 BE 20215814 A BE20215814 A BE 20215814A BE 202105814 A BE202105814 A BE 202105814A BE 1029851 B1 BE1029851 B1 BE 1029851B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
concrete
table surface
vault
reinforcement
longitudinal direction
Prior art date
Application number
BE20215814A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1029851A1 (nl
Inventor
Steven Houbracken
Rudy Aertgeerts
Original Assignee
Betonwerken Vets En Zonen Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Betonwerken Vets En Zonen Nv filed Critical Betonwerken Vets En Zonen Nv
Priority to BE20215814A priority Critical patent/BE1029851B1/nl
Priority to EP22201532.3A priority patent/EP4166296A3/en
Publication of BE1029851A1 publication Critical patent/BE1029851A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1029851B1 publication Critical patent/BE1029851B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B23/00Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
    • B28B23/02Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members
    • B28B23/022Means for inserting reinforcing members into the mould or for supporting them in the mould
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B23/00Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
    • B28B23/02Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members
    • B28B23/04Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed
    • B28B23/043Wire anchoring or tensioning means for the reinforcements
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B23/00Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
    • B28B23/02Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members
    • B28B23/04Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed
    • B28B23/06Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects wherein the elements are reinforcing members the elements being stressed for the production of elongated articles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B7/00Moulds; Cores; Mandrels
    • B28B7/28Cores; Mandrels

Abstract

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor vervaardiging van een betonwelfsel omvattende bevestigen van een actieve wapening aan een tafel, waarbij de tafel zich volgens een lengterichting uitstrekt, waarbij de tafel een tafeloppervlak omvat, waarbij de actieve wapening zich boven het tafeloppervlak en evenwijdig met het tafeloppervlak volgens de lengterichting van de tafel uitstrekt; voorspannen van de actieve wapening; storten van beton in een mal, gevormd door de tafel en minstens twee zijwanden; uitharden van het beton tot een betonwelfsel; verwijderen van het betonwelfsel uit de mal; waarbij na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton een passieve wapening in het beton wordt aangebracht. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel en een gebruik van de werkwijze of de tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel.

Description

t BE2021/5814
WERKWIJZE EN TAFEL VOOR VERVAARDIGING VAN EEN BETONWELFSEL
TECHNISCH DOMEIN
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor vervaardiging van een betonwelfsel, meer bepaald een betonwelfsel omvattende een actieve en een passieve wapening, en een tafel voor vervaardiging van een dergelijk betonwelfsel.
STAND DER TECHNIEK
Betonwelfsels zijn uit de stand der techniek gekend voor het vormen van vloeren. De betonwelfsels overspannen een ruimte. Voegen tussen betonwelfsels worden met beton gevuld en op de betonwelfsels wordt een betonnen druklaag gegoten. Zo wordt langs een eerste zijde een plafond en langs een tweede zijde een vloeroppervlak bekomen.
Om een groot draagvermogen voor een betonwelfsel te bekomen, is een betonwelfsel gewapend. Dit is traditioneel een passieve wapening, bestaande uit staven die zich in een lengterichting doorheen het betonwelfsel uitstrekken. De staven bevinden zich in een eerste deel nabij een zijde die het plafond vormt. Dit is de zijde die bij belasting een trekkracht ondervindt en uitrekt. Aan deze zijde is dus wapening nodig om te vermijden dat het betonwelfsel scheurt en uiteindelijk breekt. Wanneer een nog groter draagvermogen vereist is of bij lange overspanningen, is de wapening een actieve wapening. Een actieve wapening omvat metalen strengen die voorgespannen zijn en waarna het betonwelfsel omheen de metalen strengen gevormd is. Hierdoor kunnen dergelijke betonwelfsels een nog grotere trekkracht aan. Een nadeel is dat door de actieve wapening het betonwelfsel voor plaatsing aan de zijde van het plafond samengetrokken wordt en dus aan de zijde van het vloeroppervlak uitrekt en mogelijks kan breken. Daarom wordt ook aan de zijde van het vloeroppervlak een actieve wapening aangebracht. Deze actieve wapening is lichter dan de actieve wapening aan de zijde van het vloeroppervlak, waardoor een betonwelfsel met actieve wapening voor plaatsing mogelijks een opwaartse bolling heeft.
Volgens de stand der techniek worden betonwelfsels met een actieve wapening met behulp van een extrusieproces geproduceerd, met behulp van een machine die werkt via een compacting- of extrusion-technologie. Een nadeel van een extrusieproces is dat de betonwelfsels steeds als zeer lange stroken van soms meer dan 30 m lang tot
? BE2021/5814 soms langer dan 150 meter vervaardigd worden en waarna deze stroken moeten uitharden vooraleer deze op lengte tot betonwelfsels kunnen worden gezaagd. Tot het beton uitgehard en verzaagd is, kunnen deze zeer lange stroken niet verplaatst worden, waardoor heel veel oppervlakte nodig is om de betonwelfsels te produceren.
Omwille van het verzagen, worden de betonwelfsels meestal op maat en dus op bestelling vervaardigd. Een ander nadeel van een extrusieproces is dat een betonwelfsel met gladde oppervlakken en een volledig constante doorsnede bekomen wordt. Indien een bovenoppervlak anders moet afgewerkt worden of indien het onderoppervlak (plafond) ruw dient afgewerkt te worden of indien plaatselijk een andere doorsnede vereist is, dan moet na het extruderen en bij voorkeur voor het uitharden van het beton het betonwelfsel manueel of machinaal bijgewerkt worden.
Dit is een zeer arbeidsintensieve stap die leidt tot een significante hogere productiekost. Bijkomend nadelig is dat het bijwerken voor het verzagen gebeurt, waardoor heel veel aandacht moet besteed worden aan het correct opmeten van een positie waar een aanpassing nodig is. Indien de positie niet correct opgemeten is, is het mogelijk dat na het verzagen meerdere betonwelfsels onbruikbaar zijn. Tot slot leiden deze bijwerkingen tot kwaliteitsverlies
De huidige uitvinding beoogt minstens een oplossing te vinden voor enkele van bovenvermelde problemen of nadelen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
In een eerste aspect betreft de huidige uitvinding een werkwijze volgens conclusie 1.
Voordelig aan deze werkwijze is dat een betonwelfsel met een actieve wapening in een mal vervaardigd wordt. Door het gebruik van een mal is het mogelijk om een betonwelfsel met actieve wapening meteen op een correcte lengte te vervaardigen.
Bijkomend voordelig is dat de betonwelfsels met actieve wapening op kortere lengte kunnen vervaardigd worden en daardoor na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton kunnen verplaatst en gestapeld worden, waardoor minder vloeroppervlak nodig is om betonwelfsels met actieve wapening te vervaardigen.
Eveneens zeer voordelig is dat door het gebruik van een mal een betonwelfsel met actieve wapening flexibel en geautomatiseerd verschillend kan afgewerkt worden
Door het gebruik van een actieve wapening is het betonwelfsel tegen hoge trekkrachten aan een eerste zijde van het betonwelfsel bestand en heeft het een
3 BE2021/5814 hoog draagvermogen. Het aanbrengen van een passieve wapening in het beton is voordelig voor het opvangen van trekkrachten aan een tweede zijde van het betonwelfsel, bijvoorbeeld trekkrachten door samentrekken van de eerste zijde van het betonwelfsel door de actieve wapening of bij verplaatsing van het betonwelfsel met een vorkheftruck, Het gebruik van een passieve wapening aan de tweede zijde van het betonwelfsel zorgt voor een lagere materiaalkost ten opzichte van een actieve wapening.
Voorkeursvormen van de inrichting worden weergegeven in de conclusies 2 tot en met9.
Een specifieke voorkeursvorm betreft een werkwijze volgens conclusie 9.
Bij deze voorkeursvorm wordt bij het voorspannen van de actieve wapening het — tafeloppervlak gekromd. Uiteinden van het tafeloppervlak verplaatsen zich door het voorspannen in een richting weg van het tafeloppervlak. Dit is voordelig voor compensatie van het samentrekken van het betonwelfsel aan de eerste zijde door de actieve wapening, waardoor het betonwelfsel na verwijdering uit de mal overwegend vlak is. Hierdoor kan een lichtere passieve wapening aan de tweede zijde gebruikt worden.
In een tweede aspect betreft de huidige uitvinding een tafel volgens conclusie 10.
Een dergelijke tafel is voordelig voor het vormen van een betonwelfsel met actieve wapening in een mal. De tafel omvat wigvormige geleiders waarmee de actieve wapening boven het tafeloppervlak kan voorgespannen worden en waarna een betonwelfsel kan gevormd worden door de mal met beton vol te storten.
Voorkeursvormen van de werkwijze worden beschreven in de volgconclusies 11 tot enmet 14.
In een derde aspect betreft de huidige uitvinding een gebruik volgens conclusie 15.
Dit gebruik resulteert in een verbeterde vervaardiging van betonwelfsels met actieve wapening met een hoog draagvermogen. Een betonwelfsel kan meteen op een gewenste lengte vervaardigd worden en op flexibele en geautomatiseerde wijze verschillend afgewerkt worden, waardoor bij vervaardiging van betonwelfsels geen bijkomende manuele handelingen vereist zijn. Bijkomend voordelig is dat minder vloeroppervlak vereist is om betonwelfsel met actieve wapening te vervaardigen.
Eveneens voordelig is dat door de passieve wapening een betonwelfsel met actieve wapening vervaardigd is met een lagere materiaalkost.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van tafel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 2 toont een detailvoorstelling van het perspectivisch aanzicht uit Figuur 1.
Figuur 3 toont een vooraanzicht van een tafel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 4 toont een doorsnede van een tafel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd. “Een”, “de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.
> BE2021/5814
In de context van dit document is een trapezium een vierhoek met twee tegenoverliggende evenwijdige zijden, waarbij de twee tegenoverliggende evenwijdige zijden een verschillende lengte hebben. De zijde met de kleinste lengte is de kleine basis en de zijde met de grootste lengte is de grote basis. Een gelijkbenig trapezium is een trapezium waarbij niet-evenwijdige zijden even lang zijn.
In de context van dit document is een streng een geheel van draden die in spiraalvorm geschikt zijn.
In de context van dit document omvat een betonwelfsel een balkvormig betonnen element dat zich in een lengterichting, breedterichting en een hoogterichting uitstrekt. Het balkvormige betonnen element omvat een eerste zijde die zich in de lengterichting en de breedterichting uitstrekt. De eerste zijde is een vlak dat evenwijdig is met de lengterichting en de breedterichting. De eerste zijde vormt na plaatsing van het betonwelfsel het plafond van een ruimte waarop het betonwelfsel geplaatst is. Het balkvormige betonnen element omvat een tweede zijde die zich in de lengterichting en de breedterichting uitstrekt. De tweede zijde is een vlak dat evenwijdig is met de lengterichting en de breedterichting. De tweede zijde ligt tegenover de eerste zijde. De tweede zijde vormt na plaatsing van het betonwelfsel het vloeroppervlak van een bovengelegen ruimte, waarbij de bovengelegen ruimte boven de ruimte waarop het betonwelfsel geplaatst is, gelegen is. Het balkvormig betonnen element heeft dwars op de lengterichting bij voorkeur een constante doorsnede. De doorsnede is rechthoekig, trapeziumvormig of een andere geschikte vorm. Het balkvormige betonnen element omvat volgens de lengterichting een eerste uiteinde en een tweede uiteinde. Het eerste uiteinde en het tweede uiteinde zijn tegenoverliggende uiteinden. Aan het eerste uiteinde is een vlak dat dwars op de eerste zijde en de tweede zijde van het balkvormige betonnen element staat. Aan het tweede uiteinde is een vlak dat dwars op de eerste zijde en de tweede zijde van het balkvormige betonnen element staat. Alternatief staan het vlak aan het eerste uiteinde en het vlak aan het tweede uiteinde schuin op de eerste zijde en de tweede zijde van het balkvormige betonnen element, waarbij een doorsnede volgens de lengterichting centraal door het balkvormige betonnen element trapeziumvormig is, waarbij de grote basis van de trapeziumvorm aan de eerste zijde gelegen is. Het balkvormige betonnen element omvat een eerste zijwand en een tweede zijwand. De eerste zijwand en de tweede zijwand verbinden het eerste uiteinde en het tweede
© BE2021/5814 uiteinde en de eerste zijde en de tweede zijde van het balkvormige betonnen element.
In de context van dit document is een actieve wapening een wapening die voor en tijdens vervaardiging van het betonwelfsel aan een trekkracht onderworpen en al deels volgens een lengterichting uitgerekt is. Dit is verschillend ten opzichte van een passieve wapening, die voor en tijdens vorming van het betonwelfsel niet aan een trekkracht onderworpen is.
In de context van dit document is aardvochtig beton een betonspecie met een consistentie van vochtige aarde. Dit komt overeen met consistentieklasse CO of C1 volgens NEN-EN 12350-4:2019 met een verdichtingsmaat van ongeveer 1.2 tot 1.4.
In een eerste aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor vervaardiging van een betonwelfsel.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de werkwijze de stappen van: - bevestigen van een actieve wapening aan een tafel; - voorspannen van de actieve wapening; - storten van beton in een mal; - uitharden van het beton tot een betonwelfsel; - verwijderen van het betonwelfsel van de tafel.
De tafel strekt zich volgens een lengterichting uit. De tafel omvat een tafeloppervlak.
Het tafeloppervlak is bij voorkeur een rechthoekig oppervlak. Het tafeloppervlak vormt een ondersteuningsoppervlak voor de eerste zijde van het betonwelfsel tijdens de vervaardiging. De tafel omvat volgens de lengterichting bevestigingselementen nabij tegenoverliggende uiteinden van de tafel voor bevestiging van de actieve wapening. Nabij betekent in deze context dat volgens de lengterichting tussen de bevestigingselementen aan de tegenoverliggende uiteinden een afstand is van minstens 50% van een totale lengte van de tafel, bij voorkeur minstens 60%, bij meer voorkeur minstens 70%, bij nog meer voorkeur minstens 80% en bij zelfs nog meer voorkeur minstens 90%. De actieve wapening wordt met behulp van bijvoorbeeld haken, ogen, klemmen of een ander geschikt middel aan, tegen of achter de bevestigingselementen bevestigd, gehaakt of geklemd. De actieve wapening strekt zich op een afstand van het tafeloppervlak en evenwijdig met het tafeloppervlak volgens de lengterichting van de tafel uit. De afstand is een loodrechte
7 BE2021/5814 afstand van de actieve wapening tot aan het tafeloppervlak. De afstand is minstens 0.5 cm. Op deze manier is de actieve wapening na het storten van het beton in een eerste deel van het betonwelfsel, dat aan de eerste zijde van het betonwelfsel grenst, gelegen.
De actieve wapening wordt door uitoefening van een trekkracht tijdens het voorspannen volgens de lengterichting van de tafel uitgerekt. Dit kan bijvoorbeeld door het verplaatsen van de bevestigingselementen volgens de lengterichting van de tafel. Bij voorkeur gebeurt dit door trekken volgens de lengterichting aan de actieve wapening, waarbij tegelijkertijd met het bereiken van een gewenste voorspanning in de actieve wapening de haak, het oog, de klem of het andere geschikte middel aan, tegen of achter de bevestigingselementen bevestigd, gehaakt of geklemd wordt en de haak, het oog, de klem of het andere geschikte middel vast op de actieve wapening wordt bevestigd. Het voorspannen van de actieve wapening maakt in dat geval deel uit van de stap van het bevestigen van de actieve wapening aan de tafel.
De mal wordt gevormd door de tafel en minstens twee zijwanden. De minstens twee zijwanden strekken zich volgens de lengterichting van de tafel uit, staan dwars op het tafeloppervlak en liggen tegen de eerste zijwand en de tweede zijwand van het te vervaardigen betonwelfsel aan. Bij voorkeur omvat de mal twee bijkomende zijwanden. De twee bijkomende zijwanden staan dwars op de lengterichting van de tafel en dwars op de minstens twee zijwanden. De twee bijkomende zijwanden liggen tegen het vlak aan het eerste uiteinde en het vlak aan het tweede uiteinde van het te vervaardigen betonwelfsel aan. De bevestigingselementen voor de actieve wapening liggen buiten de mal.
Het is voor een vakman geschoold in het technische veld duidelijk dat de lengterichting van de tafel en de lengterichting van een te vervaardigen betonwelfsel gelijk zijn zolang het betonwelfsel op de tafel ligt. De tafel heeft een breedterichting en een hoogterichting die gelijk gekozen worden aan de breedterichting en de hoogterichting van een betonwelfsel op de tafel.
De minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden zijn aan de tafel bevestigd, bij voorkeur losneembaar of roteerbaar aan de tafel bevestigd. Dit is voordelig voor het verwijderen van het betonwelfsel uit de mal.
6 BE2021/5814
Alternatief zijn de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden onderdeel van een betonstortinstallatie. In dat geval wordt een tafel na het bevestigen van de actieve wapening aan de tafel en het voorspannen van de actieve wapening naar de betonstortinstallatie verplaatst, bij voorkeur automatisch verplaatst, waarna de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden door de betonstortinstallatie automatisch ter vorming van de mal op hun positie worden geschoven. Dit is voordelig omdat hierdoor tijdens het storten van beton in een mal, actieve wapening aan een tweede tafel kan bevestigd worden, ter voorbereiding van een volgende te vervaardigen betonwelfsel, waardoor met de betonstortinstallatie een hogere doorvoer kan bekomen worden.
Het beton wordt bij voorkeur met een automatische betonstortinstallatie in een opening van de mal, gevormd door randen van de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden, gestort. De betonstortinstallatie verplaatst — zich tijdens het storten van het beton volgens de lengterichting van de tafel van een eerste uiteinde naar een tweede uiteinde van de mal.
Na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton wordt een passieve wapening in het beton aangebracht. Deze passieve wapening wordt manueel of automatisch in het beton gedrukt. Op deze manier is de passieve wapening na het storten van het beton in een tweede deel van het betonwelfsel, dat aan de tweede zijde van het betonwelfsel grenst, gelegen. De passieve wapening strekt zich parallel met de lengterichting van de tafel uit. Alternatief strekt de passieve wapening zich parallel met een diagonaal in het vlak van de tweede zijde van het te vervaardigen betonwelfsel uit.
Het beton wordt na het plaatsen van de passieve wapening bij voorkeur op een niveau gevormd door de opening van de mal automatisch en/of handmatig glad gestreken.
Hierdoor wordt een vlak gevormd. Dit is de tweede zijde van het te vervaardigen betonwelfsel.
Na het storten van het beton, hardt het beton tot het betonwelfsel uit. Bij het gebruik van een betonstortinstallatie wordt de tafel met daarop een nog niet uitgeharde betonwelfsel bij voorkeur naar een stapellocatie verplaatst, bij voorkeur automatisch verplaatst. Dit is voordelig omdat hierdoor de betonstortinstallatie meteen voor vervaardigen van een volgend betonwelfsel kan gebruikt worden, waardoor met de betonstortinstallatie een hogere doorvoer kan bekomen worden. Door het gebruik
3 BE2021/5814 van de mal is het mogelijk om een betonwelfsel met actieve wapening meteen op een correcte lengte te vervaardigen en daardoor ook op een kortere lengte in vergelijking met een extrusieproces, waardoor de tafel kan verplaatst worden. Nog niet uitgeharde betonwelfsels worden op de stapellocatie op elkaar gestapeld. De nog niet uitgeharde betonwelfsels blijven hierbij op de tafels. Dit is voordelig omdat hierdoor minder vloeroppervlak nodig is om betonwelfsels met actieve wapening te vervaardigen. Het is voor een vakman geschoold in het technische veld duidelijk dat bij gebruik van een mal waarbij de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden onderdeel van de betonstortinstallatie zijn, de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden voor het verplaatsen van de tafel naar de stapellocatie door de betonstortinstallatie van de tafel verwijderd wordt, bij voorkeur automatisch verwijderd wordt. Bij voorkeur wordt bij het storten van het beton van aardvochtig beton gebruik gemaakt, zodat bij het verwijderen van de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden voor het uitharden van het beton, het beton niet van het tafeloppervlak afloopt.
Na het uitharden van het beton, wordt de actieve wapening aan het eerste uiteinde en het tweede uiteinde van het vervaardigde betonwelfsel doorgeknipt, waardoor de trekkracht wordt weggenomen en waardoor de actieve wapening naar een originele lengte wil terugkeren. Hierdoor oefent de actieve wapening in het eerste deel een drukkracht volgens de lengterichting van het balkvormige betonnen element op het betonwelfsel uit, waartegen beton zeer goed bestand is. Dit is verschillend ten opzichte van een passieve wapening, die voor en tijdens vorming van het betonwelfsel niet aan een trekkracht onderworpen is. Bij belasting van een vloeroppervlak worden trekkrachten in het eerste deel door de drukkrachten door de actieve wapening gecompenseerd, waardoor het betonwelfsel niet breekt. Een actieve wapening in het eerste deel is voordelig ten opzichte van een passieve wapening doordat de actieve wapening in tegenstelling tot de passieve wapening al een drukkracht in het beton uitoefent vooraleer het vloeroppervlak belast wordt. Een passieve wapening oefent pas een drukkracht in het beton uit, nadat het betonwelfsel aan de eerste zijde uitgerekt is, waardoor microscheurtjes in het beton kunnen optreden en waardoor op termijn betonrot kan optreden. Dit is bij een actieve wapening niet het geval, waardoor zelfs bij grote belastingen op het vloeroppervlak en lange overspanningen er geen microscheurtjes aan de eerste zijde in het beton optreden en waardoor het betonwelfsel een hoog draagvermogen heeft.
10 BE2021/5814
Door de actieve wapening in het eerste deel wordt het betonwelfsel na vervaardiging en voor belasting, bijvoorbeeld door belasting van een betonnen druklaag op het betonwelfsel of door belasting op het vloeroppervlak, aan de eerste zijde van het betonwelfsel samengedrukt, waardoor het betonwelfsel aan de tweede zijde wordt uitgerekt en er in het tweede deel trekkrachten ontstaan. Met eerste deel wordt in de context van dit document dat deel van het balkvormige betonnen element van een vervaardigd betonwelfsel bedoeld dat bij een belasting op het vloeroppervlak volgens de lengterichting van het balkvormige betonnen element uitgerekt is en een trekkracht ondervindt. Met tweede deel wordt in de context van dit document dat deel van het balkvormige betonnen element van een vervaardigd betonwelfsel bedoeld dat bij een belasting op het vloeroppervlak samengedrukt wordt en een drukkracht ondervindt. Aangezien beton niet goed tegen trekkrachten bestand is, is het noodzakelijk om ook in het tweede deel een wapening aan te brengen om deze trekkrachten op te vangen. Deze trekkrachten treden ook op wanneer het betonwelfsel bijvoorbeeld met een vorkheftruck wordt verplaatst, waarbij het eerste en het tweede uiteinde onder het eigengewicht van het betonwelfsel neerhangen.
Een passieve wapening is voldoende voor het opvangen van trekkrachten in het beton aan de tweede zijde door het samentrekken van de actieve wapening aan de eerste zijde of bij verplaatsing van het betonwelfsel met bijvoorbeeld een vorkheftruck, waardoor vermeden wordt dat het betonwelfsel scheurt of zelfs breekt. Het gebruik van een passieve wapening in het tweede deel van het balkvormige betonnen element zorgt voor een lagere materiaalkost ten opzichte van een actieve wapening.
Bijkomend voordelig is dat het plaatsen van de actieve wapening, zoals voorheen beschreven, een snelle en korte handeling is die minder tijd vergt dan het aanbrengen van een actieve wapening in het tweede deel van het balkvormige betonnen element.
Dit zou immers vereisen dat een bijkomende actieve wapening aan de tafel wordt bevestigd en dat deze bijkomende wapening voorgespannen wordt. Door het gebruik van een passieve wapening kan een betonwelfsel volgens de huidige werkwijze sneller geproduceerd worden.
Na het doorknippen van de actieve wapening wordt het betonwelfsel van de tafel verwijderd. Indien de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden nog aan de tafel bevestigd zijn, worden de minstens twee zijwanden en de eventueel twee bijkomende zijwanden van de tafel verwijderd of geroteerd, zodat het vervaardigde betonwelfsel vrij op het tafeloppervlak ligt en van de tafel kan verwijderd worden. De tafel wordt gereinigd, waarbij eventuele betonresten worden verwijderd. Eventuele resten van de actieve wapening aan de bevestigingselementen t1 BE2021/5814 worden eveneens verwijderd. Bij voorkeur wordt op het tafeloppervlak een ontkistingsolie verneveld voor het vereenvoudigen van het verwijderen van een vervaardigd betonwelfsel van het tafeloppervlak. De tafel is opnieuw bruikbaar voor het vervaardigen van een volgend betonwelfsel met actieve wapening.
Volgens een uitvoeringsvorm omvat de actieve wapening metalen strengen. De metalen streng omvat minstens drie draden. De draden zijn bij voorkeur stalen draden. De draden zijn optioneel verzinkt. De draden zijn koudgetrokken draden.
Niet-limitatieve voorbeelden van metalen strengen zijn strengen met drie stalen draden die in spiraalvorm geschikt zijn en strengen met 7 stalen draden, waarbij er één kerndraad is en waarbij zes draden in spiraalvorm omheen de kerndraad geschikt zijn. De metalen strengen zijn optioneel gedeukte strengen. Gedeukte strengen omvatten gedeukte draden. Gedeukte draden omvatten inprentingen van 0.06 + 0.03 mm of 0.07 + 0.04 mm. Gedeukte strengen zijn voordelig voor een betere hechting van beton van het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel aan de metalen strengen. De metalen strengen zijn bij voorkeur volgens een norm. Een voorbeeld van een geschikte norm is BENOR PTV 311, herziening 6, 2019. Een voorbeeld van een geschikte norm voor verzinkte metalen strengen is
BENOR PTV 312, herziening 0, 2001.
Metalen strengen zijn door een zeer hoge treksterkte gekenmerkt. De treksterkte is volgens norm ISO 15630-3:2019-10 bepaald. Metalen strengen hebben bij voorkeur een minimale treksterkte van 1670 N/mm2. Hierdoor is het mogelijk om de metalen strengen zeer hard voor te spannen door het aanleggen van een hoge trekkracht, zonder dat de metalen strengen breken, waardoor de metalen strengen bijzonder geschikt zijn als actieve wapening.
Volgens een uitvoeringsvorm omvat de passieve wapening metalen staven. De metalen staven zijn bij voorkeur stalen staven. De metalen staven zijn bij voorkeur cilindervormig of vierkantig. De metalen staven zijn optioneel gedeukte staven.
Gedeukte staven omvatten indeukingen van minstens 0.040 maal de diameter van de staven. Gedeukte staven zijn voordelig voor een betere hechting van beton van het balkvormige betonnen element aan de metalen staven. De metalen staven zijn bij voorkeur volgens een norm. Een voorbeeld van een geschikte norm is BENOR PTV 302, herziening 12, 2021.
12 BE2021/5814
Uiteinden van de metalen staven zijn volgens de lengterichting van de tafel bij voorkeur minstens 2 cm van uiteinden van de mal verwijderd. Hierdoor zijn de metalen staven door beton tegen corrosie beschermd, waardoor kans op betonrot gereduceerd is. Uiteinden van de metalen staven zijn volgens de lengterichting van de tafel bij voorkeur hoogstens 5 cm van uiteinden van de mal verwijderd. Dit is voordelig omdat de passieve wapening trekkrachten in het beton over quasi de volledige lengte van het balkvormige betonnen element van een vervaardigd betonwelfsel opvangt.
Metalen staven hebben een lagere treksterkte in vergelijking met metalen strengen.
De treksterkte is volgens norm ISO 15630-3:2019-10 bepaald. Metalen staven hebben bij voorkeur een minimale treksterkte van 330 N/mm2. Dit is voldoende om trekkrachten in het beton in het tweede deel van het balkvormige betonnen element van een vervaardigd betonwelfsel op te vangen. Metalen staven zijn daarentegen veel sneller, eenvoudiger en goedkoper te produceren dan metalen strengen. Metalen staven kunnen bij vervaardiging van het betonwelfsel eenvoudig aan de tweede zijde in het beton gedrukt worden. Dit is een snelle en korte handeling die minder tijd vergt dan het aanbrengen van een actieve wapening in het tweede deel van het balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel, waardoor een betonwelfsel volgens de huidige uitvinding sneller kan geproduceerd worden.
Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm omvat de passieve wapening staven uit koolstofvezels. Staven uit koolstofvezels kunnen bij vervaardiging van het betonwelfsel eenvoudig aan de tweede zijde in het beton gedrukt worden. Dit is een snelle en korte handeling die minder tijd vergt dan het aanbrengen van een actieve wapening in het tweede deel van het balkvormige betonnen element, waardoor een betonwelfsel volgens de huidige uitvinding sneller kan geproduceerd worden. Staven uit koolstofvezels hebben het voordeel ten opzichte van metalen staven dat de staven vanaf zeer geringe uitrekking grote trekkrachten opvangen. Hierdoor is de kans op microscheuren aan de tweede zijde van het balkvormige betonnen element van een vervaardigd betonwelfsel door de voorspanning in de actieve wapening in het eerste deel van het balkvormige betonnen element van een vervaardigd betonwelfsel zeer klein.
Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm omvat de passieve wapening netten uit koolstofvezels. Een niet-limitatief voorbeeld van geschikte netten uit koolstofvezels is C-GRID ® van Chomarat. Deze netten hebben hetzelfde voordeel als staven uit
13 BE2021/5814 koolstofvezels dat de netten vanaf zeer geringe uitrekking grote trekkrachten opvangen. Deze netten zijn minder eenvoudig vanaf de tweede zijde van het balkvormige betonnen element bij vervaardiging van het betonwelfsel in het beton te drukken en worden bij voorkeur vooraf in de mal geplaatst.
Volgens een uitvoeringsvorm omvat de passieve wapening metalen staven en staven en/of netten uit koolstofvezels. De metalen staven en de staven en/of netten uit koolstofvezels zijn zoals in voorheen beschreven uitvoeringsvormen. Deze uitvoeringsvorm is voordelig voor het combineren van de voordelen van de verschillende uitvoeringsvormen, waarbij een passieve wapening bekomen wordt met een materiaalkost die lager is dan een passieve wapening die enkel staven of netten uit koolstofvezels omvat, terwijl de passieve wapening al bij geringe uitrekking grote trekkrachten opvangt.
Volgens een uitvoeringsvorm wordt de actieve wapening op een afstand van hoogstens 3 cm van het tafeloppervlak aan de tafel bevestigd. De afstand is een loodrechte afstand van de actieve wapening tot aan het tafeloppervlak. De actieve wapening wordt op een afstand van minstens 2 cm van het tafeloppervlak aan de tafel bevestigd.
Bij belasting van het vloeroppervlak treden aan de eerste zijde van een vervaardigd betonwelfsel mogelijks de grootste trekkrachten in het beton op. De actieve wapening is dus bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de eerste zijde geplaatst, zodat bij belasting van het vloeroppervlak het beton aan de eerste zijde niet scheurt, afschilfert of breekt. Anderzijds is het noodzakelijk dat de actieve wapening door een minimale dikte aan beton omgeven is, zodat er voldoende krachtwerking tussen het beton en de actieve wapening is en zodat de actieve wapening niet uit het beton losscheurt.
In het geval van metalen strengen als actieve wapening is deze uitvoeringsvorm bijkomend voordelig omdat een laag beton de metalen strengen tegen corrosie beschermt. Corroderende wapening kan er voor zorgen dat het beton aan de eerste zijde afschilfert en dat er betonrot optreedt. Een laag van minstens 2 cm en hoogstens 3 cm is optimaal voor een goede krachtwerking tussen de actieve wapening en het beton, voor een goede bescherming van metalen strengen omvat in de actieve wapening door het beton en voor een maximale werking van de actieve wapening.
14 BE2021/5814
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de werkwijze na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton de bijkomende stap van het aandrukken van het beton met behulp van een stempel. Het aandrukken met een stempel is voordelig voor het verdichten van het beton van een te vervaardigen betonwelfsel. Het aandrukken van het beton met de stempel is bijkomend voordelig omdat hierdoor de passieve wapening automatisch in het beton kan gedrukt worden, waardoor twee handelingen in één stap kunnen uitgevoerd worden. Optioneel omvat de stempel een logo of motief dat aan de tweede zijde van het te vervaardigen betonwelfsel in het beton gedrukt wordt. Het aandrukken met een stempel is eveneens voordelig voor het vormen van een vlak aan de tweede zijde van het te vervaardigen betonwelfsel.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is in of op het tafeloppervlak een reliëf aangebracht. Het reliëf is rechtstreeks op het tafeloppervlak aangebracht of is bijvoorbeeld een plaat omvattende het reliëf dat op het tafeloppervlak is aangebracht. De eerste zijde van een te vervaardigen betonwelfsel ligt tijdens vervaardiging op het tafeloppervlak of op de plaat omvattende het reliëf op het tafeloppervlak. Na vervaardiging van het betonwelfsel omvat een vervaardigd betonwelfsel aan de eerste zijde van het balkvormige betonnen element een negatief van het reliëf. Een eerste zijde met reliëf is voordelig voor het bepleisteren van de eerste zijde van het balkvormige betonnen element van het vervaardigde betonwelfsel bij afwerking van een plafond van een ruimte. Door de aanwezigheid van het reliëf hecht pleisterwerk beter aan de eerste zijde van het vervaardigde betonwelfsel in vergelijking met een betonwelfsel met een gladde eerste zijde.
Doordat in of op het tafeloppervlak een reliëf is aangebracht, is het vervaardigde betonwelfsel automatisch met een negatief van het reliëf afgewerkt. Dit is bij een extrusieproces volgens de stand der techniek niet mogelijk omdat hierbij steeds gladde zijden bekomen wordt.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is in de mal volgens de lengterichting aan tegenoverliggende uiteinden van de mal een balk op het tafeloppervlak geplaatst.
De balk strekt zich dwars op de lengterichting van de tafel uit. De balk strekt zich over een volledige lengte tussen de minstens twee zijwanden van de mal uit. De balk is voordelig voor het automatisch afwerken van een te vervaardigen betonwelfsel met een uitsparing aan de eerste zijde aan twee tegenoverliggende uiteinden volgens de lengterichting van het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel. Dit is bij een extrusieproces volgens de stand der techniek niet mogelijk
15 BE2021/5814 omdat bij een extrusieproces steeds een betonwelfsel met gladde zijden bekomen wordt. De uitsparingen zijn voordelig voor het opleggen van een vervaardigd betonwelfsel op bijvoorbeeld een onderste horizontale flens van een I-vormige metalen draagbalk. Door de uitsparingen vormen de eerste zijde en een onderzijde van de I-vormige metalen draagbalk een horizontaal vlak. Doordat er geen niveauverschil is tussen de onderzijde van de I-vormige metalen draagbalk en de eerste zijde van het balkvormige betonnen element van het vervaardigde betonwelfsel is minder pleisterwerk vereist voor het bepleisteren van een plafond.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm zijn in de mal aan zijwanden die zich volgens de lengterichting van de tafel uitstrekken, vormen aangebracht die zich in een richting dwars op het tafeloppervlak uitstrekken. De zijwanden zijn de minstens twee zijwanden uit voorheen beschreven uitvoeringsvormen. Door de vormen worden in een te vervaardigen betonwelfsel automatisch tanden en/of groeven in de zijwanden van het balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel aangebracht. Dit is bij een extrusieproces volgens de stand der techniek niet mogelijk omdat bij een extrusieproces steeds een betonwelfsel met gladde zijden bekomen wordt. De tanden en/of groeven strekken zich volgens de hoogterichting van het balkvormige betonnen element uit. De tanden en/of groeven strekken zich bij voorkeur over de volledige hoogte van het balkvormige betonnen element uit. De tanden en/of groeven zijn voordelig voor het vermijden van verschuivingen in de lengterichting van naast elkaar geplaatste betonwelfsels, nadat een voeg in de lengterichting van het balkvormige betonnen element tussen de twee naast elkaar geplaatste vervaardigde betonwelfsels met bijvoorbeeld beton opgevuld is.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden voor het storten van het beton in de mal buizen aangebracht. De buizen strekken zich volgens de lengterichting van de tafel doorheen de mal uit. De eventueel bijkomende zijwanden omvatten hiertoe openingen. De openingen in de eventueel bijkomende zijwanden hebben bij voorkeur een binnenomtrek die hoogstens 5 mm van een buitenomtrek van de buizen afligt, bij voorkeur hoogstens 4 mm, bij meer voorkeur hoogstens 3 mm en bij nog meer voorkeur hoogstens 1 mm. De buizen worden bij voorkeur gemechaniseerd en bij meer voorkeur automatisch in de mal aangebracht. De buizen worden na het storten van het beton uit de mal geschoven, bij voorkeur gemechaniseerd en bij meer voorkeur automatisch uit de mal geschoven. De buizen worden bij voorkeur voor het uitharden van het beton uit de mal geschoven. Hiertoe wordt bij voorkeur aardvochtig beton gebruikt. De buizen zijn voordelig voor het
16 BE2021/5814 vormen van holle kernen in een te vervaardigen betonwelfsel. De holle kernen strekken zich volgens de lengterichting van het betonwelfsel doorheen het balkvormige element uit.
Wanneer een vervaardigd betonwelfsel na plaatsing als vloeroppervlak belast wordt, buigt het vervaardigde betonwelfsel door. Het vervaardigde betonwelfsel wordt aan de eerste zijde volgens de lengterichting van het balkvormige betonnen element uitgerekt en ondervindt een trekkracht. Het betonwelfsel wordt aan de tweede zijde volgens de lengterichting van het balkvormige betonnen element samengedrukt en ondervindt een drukkracht. Centraal volgens de hoogterichting van het balkvormige betonnen element blijft het vervaardigde betonwelfsel quasi gelijk en ondervindt door de belasting op het vloeroppervlak geen bijkomende krachten volgens de lengterichting. Holle kernen die volgens de hoogterichting centraal gelegen zijn verzwakken daardoor het vervaardigde betonwelfsel niet voor het weerstaan van een belasting op het vloeroppervlak. De holle kernen zijn voordelig voor gewichtsbesparing zonder het vervaardigde betonwelfsel te verzwakken.
De holle kernen kunnen met behulp van de buizen in een te vervaardigen betonwelfsel worden aangebracht, doordat de buizen volgens de hoogterichting centraal gelegen zijn en daardoor niet door de actieve wapening die aan de tafel bevestigd is, gehinderd wordt. Doordat de passieve wapening door de opening in de mal na het storten van het beton in het beton wordt gedrukt, worden de buizen ook niet door de passieve wapening gehinderd. Dit zou wel het geval zijn bij een actieve wapening aan de tweede zijde van een te vervaardigen betonwelfsel, omdat bevestigingselementen zich doorheen de mal zouden moeten uitstrekken en daardoor de buizen zouden hinderen.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de actieve wapening met een kracht van minstens 50 kN voorgespannen, bij voorkeur minstens 55 kN, bij meer voorkeur minstens 60 kN, bij nog meer voorkeur minstens 65 kN en bij zelfs nog meer voorkeur minstens 70 KN. Dit is voordelig voor het uitoefenen na vervaardiging van het betonwelfsel van een grote drukkracht in het beton in het eerste deel van het balkvormige betonnen element van het vervaardigde betonwelfsel, zodat het beton bij belasting van het vloeroppervlak niet scheurt of breekt.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de actieve wapening in een breedterichting evenwijdig met het tafeloppervlak en dwars op de lengterichting van
7 BE2021/5814 de tafel minstens vijf en hoogstens tien voorgespannen metalen strengen per meter.
De passieve wapening omvat volgens de breedterichting minstens één en hoogstens negen staven per meter. De metalen strengen en de staven zijn zoals in voorheen beschreven uitvoeringsvormen.
De voorgespannen metalen strengen zijn volgens de breedterichting bij voorkeur symmetrisch verdeeld. Een hoger aantal voorgespannen metalen strengen zorgt voor een betere verdeling volgens de breedterichting van een drukkracht door de actieve wapening in het balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel. Een hoger aantal voorgespannen metalen strengen zorgt voor een hogere drukkracht door de actieve wapening in het balkvormige betonnen element dan bij een lager aantal voorgespannen metalen strengen bij gelijk gebleven diameter van de metalen strengen, waardoor een groter draagvermogen voor het te vervaardigen betonwelfsel bekomen wordt. Een lager aantal voorgespannen metalen strengen zorgt voor minder handelingen bij het vervaardigen van het betonwelfsel.
De staven zijn volgens de breedterichting bij voorkeur symmetrisch verdeeld. Een hoger aantal staven zorgt bij uitrekking van de tweede zijde van het balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel voor een betere verdeling volgens de breedterichting van een drukkracht door de passieve wapening in het balkvormige betonnen element. Een hoger aantal staven zorgt voor een hogere drukkracht door de passieve wapening in het balkvormige betonnen element dan bij een lager aantal staven bij gelijk gebleven diameter van de staven, waardoor een grotere voorspanning in de actieve wapening mogelijk is en bijgevolg een groter draagvermogen voor het te vervaardigen betonwelfsel bekomen wordt. Een lager aantal staven zorgt voor minder handelingen bij het vervaardigen van het betonwelfsel.
Minstens vijf en hoogstens tien voorgespannen metalen strengen per meter zorgt voor een goede verdeling van de drukkracht door de actieve wapening in het balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel. Minstens één en hoogstens negen staven per meter zorgt voor een goede verdeling van de drukkracht door de passieve wapening in het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel. Het aantal handelingen bij het vervaardigen van een betonwelfsel voor het aanbrengen van de actieve wapening en de passieve wapening blijft beperkt terwijl er een hoog draagvermogen voor het vervaardigde betonwelfsel bekomen is.
18 BE2021/5814
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt bij het voorspannen van de actieve wapening het tafeloppervlak gekromd. De tafel is elastisch vervormbaar.
Tijdens het voorspannen van de actieve wapening worden uiteinden van het tafeloppervlak volgens de lengterichting van de tafel door de bevestigingselementen naar elkaar getrokken en verplaatsen de uiteinden zich in een richting weg van het tafeloppervlak. Het tafeloppervlak heeft volgens de lengterichting van de tafel een kromming van minstens 1 cm, bij voorkeur minstens 2 cm, bij meer voorkeur minstens 3 cm, bij nog meer voorkeur minstens 4 cm en bij nog meer voorkeur minstens 5 cm. De kromming wordt gemeten als een afstand volgens een richting loodrecht op een centraal punt van het tafeloppervlak tussen een laagste punt van het tafeloppervlak en een hoogste punt van het tafeloppervlak.
De kromming is bij voorkeur hoogstens 15 cm, bij meer voorkeur hoogstens 14 cm, bij nog meer voorkeur hoogstens 13 cm en bij zelfs nog meer voorkeur hoogstens 12 cm,
De eerste zijde van het te vervaardigen betonwelfsel ligt tijdens vervaardiging op het tafeloppervlak. Doordat de uiteinden van het tafeloppervlak, gezien volgens de lengterichting, naar elkaar getrokken zijn, is de eerste zijde van het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel uitgerekt. De tweede zijde van het balkvormige betonnen element is samengedrukt. Het betonwelfsel is tijdens vervaardiging gekromd, waarbij het eerste uiteinde en het tweede uiteinde van het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel naar de tweede zijde gekromd zijn.
Na vervaardiging van het betonwelfsel wordt het vervaardigde betonwelfsel van de tafel verwijderd. Door de actieve wapening wordt het vervaardigde betonwelfsel aan de eerste zijde samengedrukt. De tweede zijde wordt hierdoor uitgerekt en de passieve wapening is aan een trekbelasting onderhevig. De passieve wapening kan als geactiveerd beschouwd worden. Het betonwelfsel is dus na vervaardiging gekromd, waarbij het eerste uiteinde en het tweede uiteinde van het balkvormige betonnen element naar de eerste zijde gekromd zijn. Doordat tijdens vervaardiging het eerste uiteinde en het tweede uiteinde naar de tweede zijde gekromd zijn, is de kromming van het eerste uiteinde en het tweede uiteinde naar de tweede zijde na vorming van het betonwelfsel tot hoogstens 2 cm beperkt, waarbij de kromming gemeten wordt als een afstand volgens de hoogterichting van het balkvormige
19 BE2021/5814 betonnen element tussen een laagste punt van het betonwelfsel en een hoogste punt van het betonwelfsel.
Deze uitvoeringsvorm is voordelig voor compensatie van het samentrekken van het vervaardigde betonwelfsel aan de eerste zijde door de actieve wapening, waardoor het betonwelfsel na verwijdering uit de mal overwegend vlak is. Hierdoor kan een lichtere passieve wapening aan de tweede zijde gebruikt worden.
Dit is voordelig voor compensatie van het samentrekken van het betonwelfsel aan de eerste zijde door de actieve wapening, waardoor het betonwelfsel na verwijdering uit de mal overwegend vlak is. Hierdoor kan een lichtere passieve wapening aan de tweede zijde gebruikt worden.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de tafel een U-vormige metalen plaat. De U-vormige metalen plaat strekt zich in een lengterichting uit. De
U-vormige metalen plaat vormt een tafeloppervlak. De tafel omvat volgens de lengterichting van de metalen plaat nabij een eerste uiteinde van de tafel en nabij een tweede tegenoverliggende uiteinde van de tafel wigvormige geleiders voor het geleiden van actieve wapening aan het eerste uiteinde van een eerste zijde van het tafeloppervlak naar een tweede tegenoverliggende zijde van het tafeloppervlak en aan het tweede uiteinde van de tweede tegenoverliggende zijde van het tafeloppervlak naar de eerste zijde van het tafeloppervlak. Nabij betekent in deze context dat volgens de lengterichting van de U-vormige metalen plaat tussen de bevestigingselementen aan het eerste uiteinde en aan het tweede uiteinde een afstand is van minstens 50% van een totale lengte van de tafel, bij voorkeur minstens 60%, bij meer voorkeur minstens 70%, bij nog meer voorkeur minstens 80% en bij zelfs nog meer voorkeur minstens 90%.
De wigvormige geleiders strekken zich bij voorkeur doorheen het tafeloppervlak uit.
Overeenstemmende wigvormige geleiders aan het eerste uiteinde en het tweede uiteinde van het tafeloppervlak strekken zich bij voorkeur even ver doorheen het — tafeloppervlak uit. Een hoogste punt van de wigvormige geleiders strekt zich minstens 0.5 cm loodrecht boven de eerste zijde van het tafeloppervlak uit, bij voorkeur minstens 1 cm, bij meer voorkeur minstens 1.5 cm, bij nog meer voorkeur
20 BE2021/5814 minstens 2 cm en bij zelfs nog meer voorkeur minstens 2.5 cm. Een hoogste punt van de wigvormige geleiders strekt zich hoogstens 3 cm loodrecht boven de eerste zijde van het tafeloppervlak uit. Het hoogste punt van de wigvormige geleiders bepaalt een afstand waarop een actieve wapening zich van de eerste zijde van het tafeloppervlak en evenwijdig met het tafeloppervlak volgens een lengterichting van het tafeloppervlak uitstrekt. Het is voor een vakman geschoold in het technische veld duidelijk dat de lengterichting van de tafel en de lengterichting van de metalen plaat dezelfde richting is. De tweede zijde van het tafeloppervlak is dus het tafeloppervlak waarop de eerste zijde van het balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel rust. De tweede zijde van het tafeloppervlak is bij voorkeur de zijde van het tafeloppervlak dat niet tussen benen van de U-vormige metalen plaat gelegen is. Dit is in het bijzonder voordelig in het geval een mal door de tafel en minstens twee zijwanden gevormd worden, waarbij de twee zijwanden niet aan de tafel bevestigd zijn, bijvoorbeeld waarbij de minstens twee zijwanden deel van een betonstortinstallatie zijn, waardoor het bewegen van de minstens twee zijwanden naar en van de tafel niet door de benen van de U-vormige metalen plaat gehinderd wordt.
Bij voorkeur zijn de wigvormige geleiders bevestigingselementen voor het bevestigen van de actieve wapening aan de tafel. De actieve wapening is met behulp van bijvoorbeeld haken, ogen, klemmen of een ander geschikt middel aan, tegen of achter de bevestigingselementen bevestigd, gehaakt of geklemd. De actieve wapening is bij voorkeur aan de eerste zijde van het tafeloppervlak aan, tegen of achter het bevestigingselement bevestigd.
Een dergelijke tafel is voordelig voor het vormen van een betonwelfsel met actieve wapening in een mal, gevormd door de tafel en minstens twee zijwanden. De tafel omvat wigvormige geleiders waarmee de actieve wapening boven het tafeloppervlak kan voorgespannen worden en waarna een betonwelfsel kan gevormd worden door de mal met beton vol te storten.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm zijn in het tafeloppervlak spleten aangebracht. De spleten strekken zich vanaf de wigvormige geleiders tot aan het eerste uiteinde en het tweede uiteinde van de tafel uit. De spleten strekken zich bij voorkeur volgens de lengterichting van de metalen plaat uit. Deze spleten zijn voordelig voor het eenvoudig bevestigen van actieve wapening aan de tafel doordat de actieve wapening niet door een kleine opening van de eerste zijde van het
21 BE2021/5814 tafeloppervlak moet gevoerd worden en omgekeerd. Hierdoor is het automatisch bevestigen van de actieve wapening aan de tafel mogelijk.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de tafel uit staal vervaardigd. Het staal heeft een maximale dikte van 8 mm. Staal is een sterk en elastisch materiaal.
Hierdoor is staal met een dikte van maximaal 8 mm voldoende om te weerstaan aan trekkrachten door een actieve wapening die met een kracht van minstens 50 kN is voorgespannen, terwijl het staal enkel elastisch vervormd wordt. Het elastisch vervormen van de tafel is voordelig voor compensatie van het samentrekken van een betonwelfsel aan de eerste zijde van het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel door de actieve wapening, zoals in een voorheen beschreven uitvoeringsvorm van de werkwijze. Het elastisch vervormen is bijkomend voordelig omdat na het verwijderen van een vervaardigd betonwelfsel de tafel naar een origineel vlakke toestand terugkeert, waardoor de tafel ook voor het vormen van betonwelfsels met enkel passieve wapening geschikt is.
Volgens een voorkeurdragende Uitvoeringsvorm omvat de tafel tussen benen van de
U-vormige metalen plaat dwarsverbindingen. Deze uitvoeringsvorm is in het bijzonder voordelig in het geval de tweede zijde van het tafeloppervlak niet tussen de benen van de U-vormige metalen plaat gelegen is. Een te vervaardigen betonwelfsel rust dan op de tweede zijde van het tafeloppervlak en de tweede zijde van het tafeloppervlak is door de benen van de U-vormige metalen plaat ondersteund. De dwarsverbindingen vermijden dat de benen van de U-vormige metalen plaat door het gewicht van het te vervaardigen betonwelfsel openplooien.
De dwarsverbindingen strekken zich in een richting dwars op de lengterichting van de metalen plaat uit.
De dwarsverbindingen zijn bij voorkeur metalen platen met een maximale dikte van 5 mm. Dwarsverbindingen die zich ook in de lengterichting uitstrekken maken de tafel stijf, waardoor kromming van de tafel volgens de lengterichting tegengewerkt wordt, wat nadelig is voor het compenseren van kromming van het te vervaardigen betonwelfsel zoals voorheen beschreven.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm zijn de wigvormige geleiders in een metalen blok geïntegreerd. Het metalen blok is aan de eerste zijde van het tafeloppervlak geplaatst. De wigvormige geleiders trekken zich doorheen het tafeloppervlak naar de tweede zijde van het tafeloppervlak uit. De wigvormige
22 BE2021/5814 geleiders strekken zich doorheen openingen uit die kleiner zijn dan het metalen blok.
Bij voorkeur strekken de wigvormige geleiders zich doorheen spleten zoals in een voorheen beschreven uitvoeringsvorm uit. Bij voorkeur zijn het metalen blok en de wigvormige geleiders één stuk.
Wigvormige geleiders die in een metalen blok geïntegreerd zijn, zijn voordelig om te vermijden dat de wigvormige geleiders door voorspanning van de actieve wapening van het tafeloppervlak losgetrokken worden, doordat het metalen blok niet doorheen het tafeloppervlak van de tafel kan getrokken worden.
Een vakman geschoold in het technische veld zal appreciëren dat een werkwijze volgens het eerste aspect bij voorkeur uitgevoerd wordt met een tafel volgens het tweede aspect en dat een tafel volgens het tweede aspect bij voorkeur geconfigureerd is voor uitvoering van een werkwijze volgens het eerste aspect. Elk kenmerk, beschreven in dit document, hierboven zowel als hieronder, kan bijgevolg betrekking hebben op elk van de drie aspecten van de huidige uitvinding.
In een derde aspect betreft de uitvinding een gebruik van een werkwijze volgens het eerste aspect of een tafel volgens het tweede aspect voor vervaardiging van een betonwelfsel.
Dit gebruik resulteert in een verbeterde vervaardiging van betonwelfsels met actieve wapening met een hoog draagvermogen. Een betonwelfsel kan meteen op een gewenste lengte vervaardigd worden en op flexibele en geautomatiseerde wijze verschillend afgewerkt worden, waardoor bij vervaardiging van betonwelfsels geen bijkomende manuele handelingen vereist zijn. Bijkomend voordelig is dat minder vloeroppervlak vereist is om betonwelfsel met actieve wapening te vervaardigen.
Eveneens voordelig is dat door de passieve wapening een betonwelfsel met actieve wapening vervaardigd is met een lagere materiaalkost.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
FIGUURBESCHRIJVING
23 BE2021/5814
Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van tafel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De tafel (1) omvat een U-vormige metalen plaat. De U-vormige metalen plaat strekt zich in een lengterichting (9) uit. De U-vormige metalen plaat strekt zich eveneens in een breedterichting (10) uit. Afmetingen van de U-vormige metalen plaat zijn duidelijk langer in de lengterichting (9) dan in de breedterichting (10). De U-vormige metalen plaat heeft bijvoorbeeld een afmeting van 8 m volgens de lengterichting (9) en een afmeting van 0.6 m of 1.2 m volgens de breedterichting (10). De U-vormige metalen plaat omvat een tafeloppervlak (2), een eerste been (3) en een tweede been (4). Een hoogterichting (11) is gedefinieerd als een richting loodrecht op de lengterichting (9) en de breedterichting (10) en dus dwars op het tafeloppervlak (2).
Het tafeloppervlak omvat een eerste zijde (15) en een tweede tegenoverliggende zijde (16). De eerste zijde (15) is op deze figuur niet zichtbaar. De tweede zijde (16) van het tafeloppervlak (2) ondersteunt een eerste zijde van een balkvormige betonnen element van een te vervaardigen betonwelfsel. Bij deze uitvoeringsvorm is op de tweede zijde (16) van het tafeloppervlak (2) van de U-vormige metalen plaat een bijkomende plaat (17) met volgens de lengterichting (9) opstaande randen (18) aangebracht. De opstaande randen (18) sluiten aan bij zijwanden van het balkvormige betonnen element van het te vervaardigen betonwelfsel. Minstens twee zijwanden van een mal voor het vervaardigen van het betonwelfsel sluiten aan op of bij de opstaande randen (18). De bijkomende plaat (17) is voordelig om bij slijtage van de tafel (1) te vermijden dat de volledige tafel (1) moet vervangen worden. Het volstaat om enkel de bijkomende plaat (17) te vervangen. De tafel (1) omvat volgens de lengterichting (9) nabij een eerste uiteinde (12) en nabij een tweede tegenoverliggende uiteinde (13) van de tafel (1) wigvormige geleiders (6) voor het geleiden van een actieve wapening aan het eerste uiteinde (12) van de eerste zijde (15) naar de tweede zijde (16) van het tafeloppervlak (2) en aan het tweede uiteinde (13) van de tweede zijde (16) naar de eerste zijde (15) van het tafeloppervlak (2).
In het tafeloppervlak (2) en in deze uitvoeringsvorm eveneens inde bijkomende plaat (17) zijn spleten (8) aangebracht. De spleten (8) strekken zich vanaf de wigvormige geleiders (6) nabij het eerste uiteinde (12) tot aan het eerste uiteinde (12) en vanaf de wigvormige geleiders (6) nabij het tweede uiteinde (13) tot aan het tweede uiteinde (13) van de tafel (1) uit. De tafel (1) omvat tussen het eerste been (3) en het tweede been (4) dwarsverbindingen (5). De dwarsverbindingen (5) strekken zich dwars op de lengterichting (9) uit. De tafel (1) omvat verder hijspunten (7) voor het verplaatsen van de tafel (1).
Figuur 2 toont een detailvoorstelling van het perspectivisch aanzicht uit Figuur 1.
Op Figuur 2 is duidelijk te zien hoe de wigvormige geleiders (6) zich aan de tweede zijde (16) van het tafeloppervlak doorheen het tafeloppervlak (2) en in deze uitvoeringsvorm door de bijkomende plaat (17) uitstrekken. Eveneens zijn duidelijk de spleten (8) weergegeven en is zichtbaar dat de wigvormige geleiders (6) in deze spleten (8) gepositioneerd zijn.
Figuur 3 toont een vooraanzicht van een tafel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De tafel (1) is identiek aan de tafel (1) uit Figuur 1. Figuur 3 toont hoe de wigvormige geleiders (6) in een metalen blok (14) geïntegreerd zijn. Het metalen blok (14) bevindt zich aan de eerste zijde (15) van het tafeloppervlak (2) en de wigvormige geleiders (6) strekken zich aan de tweede zijde (16) van het tafeloppervlak (2) doorheen het tafeloppervlak (2) en door de bijkomende plaat (17) uit.
Figuur 4 toont een doorsnede van een tafel volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De tafel (1) is identiek aan de tafel (1) uit Figuur 1. Figuur 4 toont hoe de wigvormige geleiders (6) in het metalen blok (14) geïntegreerd zijn. Er is duidelijk te zien hoe de wigvormige geleiders (6) ook aan de eerste zijde (15) van het tafeloppervlak (2) in het metalen blok (14) doorloopt. Dit is voordelig voor het soepel en continue geleiden van de actieve wapening van de eerste zijde (15) naar de tweede zijde (16) van het tafeloppervlak (2) en omgekeerd. Eveneens is duidelijk te zijn dat het metalen blok (14) aan de eerste zijde (15) van het tafeloppervlak (2) een vlak omvat dat dwars is op een richting waarin de actieve wapening door de wigvormige geleiders (6) geleid wordt. Dit is voordelig voor het bevestigen van de actie wapening aan de tafel met behulp van een haak of klem dat achter of tegen dit vlak haakt of klemt.
De genummerde elementen in de figuren zijn: 1. Tafel 2. Tafeloppervlak 3. Eerste been
25 BE2021/5814 4. Tweede been 5. Dwarsverbinding 6. Wigvormige geleider 7. Hijspunt 8. Spleet
9. Lengterichting van de tafel 10. Breedterichting van de tafel 11. Hoogterichting van de tafel 12. Eerste uiteinde van de tafel
13. Tweede uiteinde van de tafel 14. Metalen blok 15. Eerste zijde van het tafeloppervlak 16. Tweede zijde van het tafeloppervlak 17. Bijkomende plaat
18. Rand van de bijkomende plaat

Claims (15)

26 BE2021/5814 CONCLUSIES
1. Werkwijze voor vervaardiging van een betonwelfsel omvattende: - bevestigen van een actieve wapening aan een tafel, waarbij de tafel zich volgens een lengterichting uitstrekt, waarbij de tafel een tafeloppervlak omvat, waarbij de actieve wapening zich op een afstand van het tafeloppervlak en evenwijdig met het tafeloppervlak volgens de lengterichting van de tafel uitstrekt; - Voorspannen van de actieve wapening; - storten van beton in een mal, gevormd door de tafel en minstens twee zijwanden; - uitharden van het beton tot een betonwelfsel; - verwijderen van het betonwelfsel van de tafel; met het kenmerk, dat na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton een passieve wapening in het beton wordt aangebracht, waarbij het beton na het plaatsen van de passieve wapening wordt glad gestreken.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de werkwijze na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton de bijkomende stap omvat van het aandrukken van het beton met behulp van een stempel.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in of op het tafeloppervlak een reliëf is aangebracht.
4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-3, met het kenmerk, dat in de mal volgens de lengterichting aan tegenoverliggende uiteinden van de mal een balk op het tafeloppervlak geplaatst is, waarbij de balk zich dwars op de lengterichting van de tafel uitstrekt.
5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-4, met het kenmerk, dat in de mal aan zijwanden die zich volgens de lengterichting van de tafel uitstrekken, vormen zijn aangebracht die zich in een richting dwars op het tafeloppervlak uitstrekken.
6. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-5, met het kenmerk, dat voor het storten van het beton in de mal buizen worden aangebracht die zich volgens de lengterichting van de tafel doorheen de mal uitstrekken en die
27 BE2021/5814 na het storten van het beton en voor het uitharden van het beton uit de mal worden geschoven.
7. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de actieve wapening met een kracht van minstens 50 kN voorgespannen wordt.
8. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-7, met het kenmerk, dat de actieve wapening in een breedterichting evenwijdig met het tafeloppervlak en dwars op de lengterichting van de tafel minstens vijf en hoogstens tien voorgespannen metalen strengen per meter omvat en dat de passieve wapening volgens de breedterichting minstens één en hoogstens negen staven per meter omvat.
9. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-8, met het kenmerk, dat bij het voorspannen van de actieve wapening het tafeloppervlak gekromd wordt, waarbij het tafeloppervlak volgens de lengterichting van de tafel een kromming van minstens 1 cm heeft.
10. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-9, met het kenmerk dat de tafel een zich in een lengterichting uitstrekkende U-vormige metalen plaat omvat, waarbij de U-vormige metalen plaat een tafeloppervlak vormt, waarbij de tafel volgens de lengterichting van de metalen plaat nabij een eerste uiteinde van de tafel en nabij een tweede tegenoverliggende uiteinde van de tafel wigvormige geleiders omvat voor het geleiden van actieve wapening aan het eerste uiteinde van een eerste zijde van het tafeloppervlak naar een tweede tegenoverliggende zijde van het tafeloppervlak en aan het tweede uiteinde van de tweede tegenoverliggende zijde van het tafeloppervlak naar de eerste zijde van het tafeloppervlak.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat in het tafeloppervlak spleten zijn aangebracht die zich vanaf de wigvormige geleiders tot aan het eerste uiteinde en het tweede uiteinde van de tafel uitstrekken.
12. Werkwijze volgens conclusie 10 of 11, met het kenmerk, dat de tafel uit staal vervaardigd is, waarbij het staal een maximale dikte van 8 mm heeft.
28 BE2021/5814
13. Werkwijze volgens conclusie 10, 11 of 12, met het kenmerk, dat de tafel tussen benen van de U-vormige metalen plaat dwarsverbindingen omvat, die zich dwars op de lengterichting van de metalen plaat uitstrekken.
14. Werkwijze volgens één van de conclusies 10-13, met het kenmerk, dat de wigvormige geleiders in een metalen blok geïntegreerd zijn, waarbij het metalen blok aan de eerste zijde van het tafeloppervlak geplaatst is en waarbij de wigvormige geleiders zich doorheen het tafeloppervlak naar de tweede zijde van het tafeloppervlak uitstrekken.
15. Gebruik van een werkwijze volgens één van de conclusies 1-14 voor vervaardiging van een betonwelfsel.
BE20215814A 2021-10-15 2021-10-15 Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel BE1029851B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20215814A BE1029851B1 (nl) 2021-10-15 2021-10-15 Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel
EP22201532.3A EP4166296A3 (en) 2021-10-15 2022-10-14 Method and table for manufacturing a concrete slab

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20215814A BE1029851B1 (nl) 2021-10-15 2021-10-15 Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1029851A1 BE1029851A1 (nl) 2023-05-10
BE1029851B1 true BE1029851B1 (nl) 2023-05-15

Family

ID=78269541

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20215814A BE1029851B1 (nl) 2021-10-15 2021-10-15 Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP4166296A3 (nl)
BE (1) BE1029851B1 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH399701A (de) * 1962-07-05 1965-09-30 Dietziker Hans Verfahren zur Erzeugung von Bauelementen in Form von Brettern oder Balken, die zur Herstellung von Wänden resp. von tragfähigen Decken bestimmt sind
EP2090415A1 (fr) * 2008-02-18 2009-08-19 Kp1 Procédé de fabrication d'une poutre treillis
EP3241657A1 (fr) * 2016-05-04 2017-11-08 Fabemi Qualite Procede de fabrication en serie de poutrelles en beton precontraint a raidisseur pour systeme de plancher a poutrelles et entrevous

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1005185C1 (nl) * 1997-02-05 1998-08-06 Roelof Jan Spitse Werkwijze voor het vervaardigen van een voorgespannen betonnen ligger en betonnen ligger.
DE19907781A1 (de) * 1999-02-24 2000-08-31 Dennert Kg Veit Formvorrichtung zur Herstellung vorgespannter Stahlbeton-Deckenplatten
FR2905711B3 (fr) * 2006-09-12 2008-10-31 Amh Conception Sarl Moyen d'ancrage pour le levage de dalles alveolees et procede pour sa mise en place.
FR2907704B1 (fr) * 2006-10-30 2008-12-26 Rector Lesage Sa Procede de moulage d'un element prefabrique en beton et machine de moulage mettant en oeuvre ledit procede
DE102008050955A1 (de) * 2008-10-10 2010-04-15 Veit Dennert Kg Baustoffbetriebe Formvorrichtung für Fertig-Betondeckenplatten, Verfahren zu deren Herstellung und Fertig-Betondeckenplatte
CN111015938A (zh) * 2019-12-18 2020-04-17 中冶建筑研究总院有限公司 一种制作预应力钢骨混凝土梁的装置及方法

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH399701A (de) * 1962-07-05 1965-09-30 Dietziker Hans Verfahren zur Erzeugung von Bauelementen in Form von Brettern oder Balken, die zur Herstellung von Wänden resp. von tragfähigen Decken bestimmt sind
EP2090415A1 (fr) * 2008-02-18 2009-08-19 Kp1 Procédé de fabrication d'une poutre treillis
EP3241657A1 (fr) * 2016-05-04 2017-11-08 Fabemi Qualite Procede de fabrication en serie de poutrelles en beton precontraint a raidisseur pour systeme de plancher a poutrelles et entrevous

Also Published As

Publication number Publication date
EP4166296A3 (en) 2023-05-24
BE1029851A1 (nl) 2023-05-10
EP4166296A2 (en) 2023-04-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5218795A (en) Concrete panels, concrete decks, parts thereof, and apparatus and methods for their fabrication and use
EP0289261A2 (en) Concrete screed rails
BE1029851B1 (nl) Werkwijze en tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel
RU2718743C2 (ru) Способ и устройство для изготовления бетонных полых элементов
BE1030878B1 (nl) Tafel voor vervaardiging van een betonwelfsel
EP2657423B1 (en) A concrete slab
KR101028372B1 (ko) 트러스 합성 데크 플레이트의 연결 구조
BE1029858B1 (nl) Betonwelfsel met actieve en passieve wapening
CN211949027U (zh) 一种提高抗侧刚度的剪力墙结构
EP0474310B1 (en) Method for the production of a steel plate concrete floor
US4023769A (en) Molding means having opposed core assemblies
CN111015938A (zh) 一种制作预应力钢骨混凝土梁的装置及方法
CN113059684B (zh) 一种预应力长线台分段制备叠合板的方法及装置
KR102561925B1 (ko) 합성 거더 및 그의 제작 방법
CN109113332A (zh) 一种单边收缩的墙板、楼板结构
CN212583007U (zh) 一种便于现场拼接的预制楼板及叠合楼板结构
EP1079037B1 (de) Verfahren zur Erstellung einer Deckenrand-Abschalung sowie eine Deckenrand-Abschalung
CN107762156A (zh) 预应力板面变角张拉方法
BE1026230B1 (nl) Een geprefabriceerd bouwelement van gewapend beton
CN109262822B (zh) 一种用于生产混凝土板、混凝土梁的预应力共线生产线
KR200407184Y1 (ko) 피씨플레이트
EP1947255B1 (de) Armierung für Abschalungsplatten
DE807015C (de) Decke aus Eisenbeton
KR200409957Y1 (ko) 피씨플레이트
TW397886B (en) Floor/ceiling construction method

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20230515