BE1029201B1 - Walsrol, walsmachine en werkwijze voor het koudwalsen van walsdraad tot koud getrokken draad met een profiel - Google Patents

Abstract

Deze uitvinding betreft een walsrol (1), die voorzien is van een rij ribben voor het volgens een deukrichting vormen van een rij deuken in walsdraad voor het koudwalsen van de walsdraad tot gedeukte draad, waarbij de hoek (β) tussen de deukrichting en de as van de walsrol tussen 58° en 60° is en waarbij het profiel van de walsrol zodanig bepaald is dat het profiel van de gedeukte draad bepaald is met de rechthoekige formule. Daarnaast betreft deze uitvinding een set van drie dergelijke walsrollen, een walsmachine omvattende een dergelijke set, een werkwijze voor het koudwalsen van walsdraad met behulp van een dergelijke walsmachine en een werkwijze voor het afwisselend koudwalsen van walsdraad tot gedeukte draad en tot geribde draad op een zelfde dergelijke walsmachine.

Description

WALSROL, WALSMACHINE EN WERKWIJZE VOOR HET KOUDWALSEN VAN WALSDRAAD TOT KOUD GETROKKEN DRAAD

MET EEN PROFIEL Deze uitvinding betreft een walsmachine voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad met een profiel, met een set van drie walsrollen, voorzien van een profiel, voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad met een profiel.

Deze uitvinding betreft ook een werkwijze voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad met een profiel en een werkwijze voor het afwisselend koudwalsen van walsdraad tot geribde draad en koudwalsen van walsdraad tot gedeukte draad op een zelfde walsmachine.

Sets van drie walsrollen voor walsmachines voor het walsen van walsdraad zijn bijvoorbeeld gekend uit FR 2 715 591 A en GB 1 058 863 A.

Om trekkrachten in beton op te kunnen vangen wordt beton voorzien van wapening. De koud getrokken draad met een profiel, die vervaardigd wordt met werkwijzen en walsmachines waarop deze uitvinding betrekking heeft, wordt daarbij uit een staaldraad, 1.e. een walsdraad gevormd.

Bij het walsen van dergelijke walsdraad wordt deze draad tussen walsrollen getrokken. De draaddiameter van de metalen draad wordt daarbij gereduceerd en de draad wordt daarbij door het profiel van de walsen voorzien van een corresponderend profiel om geribde of gedeukte draad te bekomen. Door de koud getrokken draad van een profiel te voorzien, hecht beton zich beter rond deze geribde of gedeukte draad, zodat deze draad de nodige trekkrachten in hiermee gewapend beton kan opvangen. Walsen kan warm of koud gebeuren, waarbij de walsdraad dus warm of koud getrokken wordt. Bij warm walsen wordt de walsdraad opgewarmd boven de rekristallisatietemperatuur. Deze uitvinding heeft betrekking op koud walsen, waarbij de temperatuur van de walsdraad onder de rekristallisatietemperatuur blijft. Bij koud walsen van walsdraad verhoogt de draadsterkte (verhouding van de maximale treksterkte tot de elasticiteitsgrens (Rm/Re)) en verlaagt de ductiliteit (Agt). De Europese betonstaalnorm EN 10080:2008 definieert drie ductiliteitsklassen A, B en C voor betonstaal, namelijk: - A (in Nederland B500A en in België DE500BS) voor betonstaal met een elasticiteitsgrens van 500 MPa en met geringe ductiliteit. - B (in Nederland B500B en in België BES00ES) voor betonstaal met een elasticiteitsgrens van 500 MPa en met hoge ductiliteit.

- C (in Nederland B500C) voor betonstaal met een elasticiteitsgrens van 550 MPa en met ductiliteit voor seismische toepassingen. Het verschil tussen deze drie soorten betonstaal zit in de van A naar C toenemende ductiliteitseisen. Deze ductiliteitseisen bepalen de rekcapaciteit van het betonstaal die enerzijds wordt bepaald door de verhouding van de maximale treksterkte tot de elasticiteitsgrens (Rm/Re) en anderzijds door de ductiliteit (Agt) (rek tot maximale belasting).

Betonstaal van ductiliteitsklassen B500A en B500B wordt in de Benelux het meest toegepast. Door de toenemende complexiteit in de bouw en de vele hoog- en infra- bouw heeft de industrie echter steeds vaker nood aan betonstaal dat een hogere intrinsieke ductiliteit heeft, maar toch nog voldoende intrinsieke treksterkte heeft. Voor het type B500B zijn minimum rek en vermoeiingsterkte hoger dan bij type B500A.

Koud getrokken draad voldoet typisch aan de eigenschappen van de B500A ductiliteitsklasse. Warm gewalste draad is typisch meer geschikt in aardbevingsgevoelige gebieden of bij grote infrastructuurwerken waar de constructies aan hogere trillingen onderhevig zijn en valt vaker onder de B500B of B500C ductiliteitsklasse.

Door het productieprocédé van warm getrokken draad is de draaddiameter en het gewicht van de staaldraad echter niet uniform over de volledige lengte van de draad.

Dit wordt typisch opgevangen door de draden te produceren met een significante marge boven de vereiste minimumwaarde. Het voorzien van een marge resulteert echter in verlies, omdat voor een zelfde gewicht aan staal een minder lange draad wordt verkregen. Koud getrokken draad heeft variaties op de diameter die veel kleiner zijn dan bij warm getrokken draad. Het doel van deze uitvinding is om te voorzien in walsmachines, omvattende een set van drie walsrollen en bijhorende werkwijzen waarmee koud getrokken draad geproduceerd kan worden met een hogere ductiliteit, zodat deze onder de hogere ductiliteitsklasse B500B kan vallen, waarbij zowel gedeukte draad als geribde draad getrokken kan worden op een zelfde walsmachine, zonder dat men hiertoe aanzienlijke voorraden walsdraad op stock dient te hebben.

Dit doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een walsmachine voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad met een profiel, omvattende drie assen, die evenwijdig aan elkaar opstelbaar zijn op gelijke tussenafstanden van elkaar en omvattende een set van drie respectievelijke walsrollen, die roteerbaar rond de assen zijn opgesteld, waarbij elke walsrol uit deze set, voorzien is van een profiel, voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad met een profiel, en waarbij elke walsrol uit deze set gekenmerkt is doordat: - de walsrol voorzien is van een rij ribben voor het volgens een deukrichting vormen van een rij deuken in de walsdraad voor het koudwalsen van de walsdraad tot gedeukte draad, waarbij: - de hoek (B) tussen de deukrichting en de as van de walsrol tussen 58° en 60° IS; - het profiel van de walsrol zodanig bepaald is dat het profiel van de gedeukte draad bepaald is met de rechthoekige formule:

fe stays tm tags {dd € — ; Stace waarbij fr de profielfactor is, aı4 de verdieping van de deuk is, gemeten op 44 van de deuk in lengterichting van de draad gezien, am de verdieping van de deuk 1s gemeten op de helft van de deuk in lengterichting van de draad gezien, aı de verdieping van de deuk is gemeten op % van de deuk in lengterichting van de draad gezien, d de diameter is van de gedeukte draad, Zei de som is van de verschillende afstanden tussen de rijen deuken en c de afstand is tussen twee deuken op een zelfde rij deuken; en waarbij deze walsmachine een alternatieve set van drie walsrollen omvat, die inwisselbaar is met de genoemde set van drie walsrollen, waarbij elke walsrol uit deze alternatieve set van walsrollen verder gekenmerkt is doordat: - de walsrol voorzien is van een rij deuken voor het volgens een ribrichting vormen van een rij ribben in de walsdraad voor het koudwalsen van de walsdraad tot geribde draad; - de hoek (B) tussen de ribrichting en de as van de walsrol tussen de 41° en 43° IS; - het profiel van de walsrol zodanig bepaald is dat het profiel van de geribde draad bepaald is met de formule van Simpson: FL nf A + Frs Wad We 3 ‚ waarbij fr de profielfactor s, 41/4 de hoogte van de rib is, gemeten op % van de rib in lengterichting van de draad gezien, am de hoogte van de Tib is gemeten op de helft van de rib in lengterichting van de draad gezien, aı de hoogte van de rib is gemeten op % van de deuk in lengterichting van de draad gezien, d de diameter is van de geribde draad, Zei de som is van de verschillende afstanden tussen de rijen ribben en c de afstand is tussen twee ribben op een zelfde rij ribben.

Bij geribde draad wordt het staal geprofileerd door materiaal weg te duwen en bijgevolg ribben naar boven te duwen. Bij gedeukte draad wordt de reductie drastisch verminderd en worden enkel de deuken ingedrukt. Het wegduwen van materiaal om deuken te vormen bij gedeukte draad leidt tot een hogere concentratie materiaal rond de kern in vergelijking met geribde draad, waar de concentratie materiaal verder van het center ligt. Bij gedeukte draad treedt een grotere verlenging op dan bij geribde 5 draad, terwijl de staaldraad toch zijn treksterkte behoudt. Door de walsdraad te voorzien van deuken in plaats van ribben, dient de walsdraad minder gereduceerd te worden, zodat van walsdraad met een kleinere diameter vertrokken kan worden. Dit zorgt voor een hogere ductiliteit bij het eindproduct.

De deukprofielfactor fr kan normaal volgens de voorschriften van NBN EN ISO 15630-1 bepaald worden door gebruik te maken van ofwel de algemene formule, ofwel de trapeziumformule, ofwel de rechthoekformule, ofwel de paraboolformule. Voor het nader specifiëren van een walsrol uit de eerstgenoemde set wordt de rechthoekige formule gehanteerd.

Door de hoek (B) specifiek tussen de 58° en 60° te kiezen, kan een koud getrokken draad bekomen worden met een voldoende verlenging bij breuken en een voldoende grote deukdiepte, zodat een treksterkte bekomen wordt die hoog genoeg is volgens de norm. Nog meer specifiek is deze hoek (B) bij voorkeur 59°.

Om gedeukte draad te vervaardigen die aan de normen voldoet, dienen de overige slijpgegevens van de walsrollen uiteraard zodanig bepaald te zijn dat de geometrische eigenschappen van het betonstaal voldoen aan deze normen. Meer specifiek zijn dit de normen PTV 302/11 2020 en NEN6008:2008.

Met behulp van walsrollen uit de eerstgenoemde set die op deze manier zijn aangepast kan gedeukte draad bekomen worden die voldoet aan de norm, niettegenstaande de walsdraad significant minder gereduceerd wordt (8% versus 14%).

Het gebruiken van de aangepast walsrollen uit de eerstgenoemde set laat tevens toe om de specificaties van de gedeukte draad constant te houden gedurende de gehele productie. Door de nieuwe walsrollen moet er geen manuele smering gebeuren, waardoor menselijke fouten geminimaliseerd worden. De levensduur van de walsen wordt aanzienlijk verlengd. Doordat de walsen langer gebruikt kunnen worden, moeten er minder aanpassingen gebeuren aan de instellingen van de machine waardoor dit een positief effect heeft op de productie-efficiëntie. Indien er toch tijdens de kwaliteitscontrole een parameter zou afwijken, kan dit makkelijker opgelost worden door kleine aanpassingen te doen aan narekrollen die ingezet worden om met de walsrollen vervormde walsdraad na te rekken om de interne spanning uit de draad te verwijderen. Deze narekrollen zijn makkelijk verstelbaar en vergen weinig manuele handeling.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is bij een walsrol uit de eerstgenoemde set de hoek (œ) van de flanken van de ribben 55°. De ribprofielfactor kan normaal volgens de voorschriften van NBN EN ISO 15630-1 bepaald worden door gebruik te maken van ofwel de algemene formule, ofwel de trapeziumformule, ofwel de formule met de regel van Simpson, ofwel de paraboolformule. Voor het nader specifiëren van een walsrol uit de alternatieve set wordt de formule van Simpson gehanteerd.

Door de hoek (B) bij deze alternatieve set walsrollen specifiek tussen de 41° en 43° te kiezen, is het mogelijk om startend van een zelfde stock walsdraad met eenzelfde draaddiameter op een zelfde machine zowel gedeukte draad met hoge ductiliteit als geribde draad met lage ductiliteit te vervaardigen die aan de normen voldoet. Nog meer specifiek is deze hoek (B) bij voorkeur 42°.

Op deze manier kunnen dubbele stocks aan walsdraad vermeden worden. Een bijkomend voordeel is dat de walsdraad die daarbij gebruikt wordt om gedeukte draad met een hoge ductiliteit te vervaardigen, een kleinere walsdraaddiameter heeft en hierdoor bij geribde draad zorgt dat mintolerantie eenvoudiger te behalen is. Deze mintolerantie zorgt er voor dat de geribde draad dichter bij de ondergrens kan geproduceerd worden en dat hierdoor aanzienlijk meer meters geproduceerd kunnen worden voor een zelfde tonnage walsdraad.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is bij een walsrol uit een dergelijke alternatieve set de hoek (a) van de flanken van de deuken 55°.

Het doel van de uitvinding wordt verder ook bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad met een profiel, waarbij walsdraad voorzien wordt van staalkwaliteit SAE 1012 met een treksterkte tussen 430 en 550 MPa en koud getrokken wordt met behulp van een hier boven beschreven walsmachine volgens deze uitvinding. De staalkwaliteit SAE 1012 wordt daarbij volgens norm ASTM A510M bepaald.

Doordat er bij het koud trekken van walsdraad met walsrollen uit de eerstgenoemde set een kleinere draadreductie gebeurt, dient de ruwe walsdraad een hogere intrinsieke treksterkte te hebben zodat de eindsterkte voldoet aan de norm.

Door deze staalkwaliteit te kiezen (SAE1012), wordt voor een hardere walsdraad gekozen om gedeukte draad (BES00ES) te produceren. Walsdraadproducenten hebben daarbij een range waaraan ze zich moeten houden betreffende de diameter. Deze is vastgelegd in de norm ASTM A510M. Dit zorgt ervoor dat, wanneer de walsdraaddiameter op de minimum limiet ligt, er nog steeds voldoende gereduceerd kan worden zodat gedeukte draad bekomen wordt met een treksterkte, verlenging en profilering volgens de norm PTV 302/11 2020 en NEN6008:2008.

Verder wordt het doel van de uitvinding ook bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het afwisselend koudwalsen van walsdraad tot gedeukte draad en koudwalsen van walsdraad tot geribde draad op een zelfde walsmachine, waarbij walsdraad voorzien wordt van staalkwaliteit SAE 1012 met een treksterkte tussen 430 en 550 MPa en waarbij deze walsdraad koud getrokken wordt met behulp van een hier boven beschreven walsmachine deze uitvinding, waarbij deze walsmachine afwisselend voorzien wordt van de set van de hierboven beschreven walsrollen volgens de uitvinding om de walsdraad koud te trekken tot gedeukte draad en voorzien wordt van de alternatieve set van walsrollen om de walsdraad koud te trekken tot geribde draad.

Zoals hierboven beschreven kunnen op deze manier dubbele stocks aan walsdraad vermeden worden.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van enkele uitvoeringsvormen van walsmachines en werkwijzen volgens deze uitvinding.

De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze uitvinding aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - Figuur 1 een deel van een walsrol ter hoogte van het profiel ervan schematisch in doorsnede is afgebeeld, doorgesneden volgens de as van deze walsrol; - Figuur 2 een deel van de walsrol uit figuur 1 in doorsnede is afgebeeld, doorgesneden volgens AA zoals afgebeeld in figuur 3; - Figuur 3 een deel van de walsrol uit figuur 1 in bovenaanzicht is afgebeeld, met zicht op het profiel ervan; - Figuur 4 een ribbe van een geribde draad schematisch is afgebeeld; - Figuur 5 een deel van een geribde draad schematisch in bovenaanzicht is afgebeeld.

De figuren zijn schematische figuren die algemeen specificaties van walsrollen (1) en hiermee gevormde geribde draden (2) illustreren.

Mutatis mutandis gelden deze aanduidingen ook voor walsrollen uit een eerste set en een tweede set van een walsmachine volgens deze uitvinding en hiermee gevormde gedeukte draden.

De ribhoogtes 41/4, am en 43/4 zijn op figuur 4 afgebeeld. a1/4 is daarbij de hoogte van de rib (4), gemeten op Va van de rib (4) in lengterichting van de draad (2) gezien, am de hoogte van de rib (4) gemeten op de helft van de rib (4) in lengterichting van de draad (2) gezien, as de hoogte van de ib (4) gemeten op % van de rib in lengterichting van de draad (2) gezien. Analoog stellen 41/4, am en az bij gedeukte draad de deukdieptes voor. 41/4 is daarbij dan de verdieping van de deuk, gemeten op Ya van de deuk in lengterichting van de draad gezien, am de verdieping van de deuk gemeten op de helft van de deuk in lengterichting van de draad gezien en a34 de verdieping van de deuk is gemeten op % van de deuk in lengterichting van de draad gezien. De grootte van deze waarde is recht evenredig met de profielfactor, maar omgekeerd evenredig met de maximum verlenging bij de trekproef. Hoe groter de maximum verdieping, hoe lager de ductiliteit uiteindelijk zal zijn met een verhoging van de treksterkte.

De ribafstand of de deukafstand c die in de figuren 3 en 5 is aangeduid, stemt overeen met de afstand tussen de middelpunten van twee opeenvolgende ribben (4) of deuken in een rij (5) met ribben (4) of deuken. De ribafstand of deukafstand c wordt bepaald door de omtrek van de walsrollen (1) en de gewenste deukdiepte. Een grotere ribhoogte/deukdiepte 41/4, am en as zorgt voor een bredere rib/deuk (ribbreedte/deukbreedte B3 zie hierna). Dit zorgt op zijn beurt voor een grotere ribafstand/deukafstand c. Hierdoor zal ook de uiteindelijke ductiliteit verlagen en de treksterkte verhogen.

De ribhoogtes, deukdieptes, ribafstand en deukafstand moeten daarbij voldoen aan de normen. De rijafstand e, die op figuur 5 is aangeduid, is de afstand tussen twee naburige rijen (5) ribben (4) of deuken. Zei is de som van de verschillende afstanden (e) tussen de rijen (5) ribben (4) of deuken van een geribde draad (2) of gedeukte draad. Een hogere Zei zal zorgen voor een grotere verlenging bij breuk, maar wel voor een kleinere treksterkte en lagere profielfactor. De draad (2) wordt als het ware minder vervormd waardoor er minder spanningen ontstaan in de draad. De ribbreedte B3 die op figuur 3 is aangeduid, is de afmeting van een rib (4) van geribde draad (2) volgens de lengterichting van de draad (2) gezien. Analoog stelt B3 bij gedeukte draad ook de afmeting voor van een deuk volgens de lengterichting van de draad gezien. Wanneer de ribbreedte of de deukbreedte B3 groter wordt, zal ook de ribafstand of de deukafstand c groter worden, wat zorgt voor een grotere vervorming. Dit zorgt terug voor een verlaging van de ductiliteit en een verhoging van de treksterkte. In figuur 3 is de ribrichting (D) en de as (S) van de walsrol (1) aangeduid, met de hoek (B) er tussen. De hoek (B) 1s volgens de uitvinding tussen 58° en 60°, dit voor een optimale verhouding deukdiepte/treksterkte.

De riblengte B1 die op figuur 1 is afgebeeld is de lengte van de rib (4) van geribde draad (2) van beginpunt tot eindpunt gemeten. Analoog wordt ook de deuklengte B1 bepaald bij gedeukte draad. Deze riblengte of deuklengte wordt bepaald door een combinatie van de walsdraad die gebruikt wordt en de hoek (B) die wordt gebruikt.

B2 die verder in figuur 1 is afgebeeld is de breedte van de walsrol (1). R1 is de centrale radius van de deuk of rib, R2 is de radius aan het beginpunt of het eindpunt van de deuk of rib (zie figuur 1) en R3 is de radius aan de rand van de flank van de rib of deuk (zie figuur 2).

In onderstaande tabel zijn slijpdata weergegeven voor enkele verschillende uitvoeringsvormen van walsrollen voor een eerste set voor een walsmachine volgens deze uitvinding voor het walsen van walsdraad met verschillende draaddiameters tot gedeukte draad met een gewenste draaddiameter Oaraaa en met een hoge ductiliteit:

Odraa | P Cc Bl B2 B3 # & | 414, Am, 43/4 | Dero és 0 0m || | |C en um Eese [7 Rs ne nnee | In onderstaande tabel zijn slijpdata weergegeven voor enkele verschillende uitvoeringsvormen van walsrollen voor een tweede alternatieve set voor een walsmachine volgens deze uitvinding voor het walsen van walsdraad met verschillende draaddiameters tot geribde draad met een gewenste draaddiameter Öaraad en een lage ductiliteit: Oaraad | B Cc Bl B2 B3 # œ 21/4, Am , A3/4 | Orol an || ten tm mm 5 [ee en [5 [en as ro [ae Sets van telkens drie identieke walsrollen met slijpdata uit bovenstaande tabellen werden vervaardigd.

Een walsmachine volgens deze uitvinding werd afwisselend voorzien van de eerste set van drie walsrollen uit bovenstaande tabel voor gedeukte draad en van de tweede, alternatieve set van drie walsrollen uit bovenstaande tabel voor geribde draad, dit telkens voor de drie verschillende gewenste draaddiameters Oaraad- Met behulp van deze walsmachine werd voor drie verschillende diameters van walsdraad enerzijds gedeukte draad koud gewalst en anderzijds geribde draad koud gewalst.

De walsdraad had kwaliteit SAE 1012 en de corresponderende walsdraaddiamters zijn in onderstaande tabel terug te vinden.

draad Walsdraaddiameter | Kwaliteit en Je ee Specificaties van deze walsdraad zijn in onderstaande tabel weergegeven: Walsdraad- | Treksterkte | Vloeigrens | Verlenging | Reductie | Reductie diameter (MPa) BE5S00ES | DESOOBS (mm) 430-550 300-400 tussen 15,5 % en 20 % Gedurende 6 maanden werd op deze manier afwisselend geribde draad geproduceerd en gedeukte draad geproduceerd met behulp van dezelfde walsmachine en voor elke gewenste draaddiameter Oaraaa werd vertrokken van een zelfde stock van walsdraad.

Dankzij de nieuwe walsrollen zijn de kwaliteitsnormen gestegen.

Onderstaande overzichtstabel toont het verschil aan tussen de B500A geribde draad en de nieuwe B500B gedeukte draad. [sen [on [ons [so [as pen [ra 519 [5 [mr m I | |

Hierdoor voldoet de met deze walsmachine volgens de uitvinding met behulp van een set walsrollen koud getrokken gedeukte draad aan de normen van geribde en gedeukte draad met hoge ductiliteit.

In de tabel is te zien dat dezelfde walsdraad een stuk minder gereduceerd wordt voor gedeukte draad met hoge ductiliteit in vergelijking met geribde draad met lage ductiliteit, terwijl voor beide een goed eindresultaat bekomen wordt.

Claims (5)

CONCLUSIES

1. Walsmachine voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad (2) met een profiel, omvattende drie assen (S) die evenwijdig aan elkaar opstelbaar zijn op gelijke tussenafstanden van elkaar, en omvattende een set van drie respectievelijke walsrollen (1) die roteerbaar rond de assen (S) zijn opgesteld, waarbij elke walsrol (1) uit deze set, voorzien is van een profiel, voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad (2) met een profiel, met het kenmerk dat elke walsrol (1) uit deze set gekenmerkt is doordat - de walsrol voorzien is van een rij ribben voor het volgens een deukrichting vormen van een rij deuken in de walsdraad voor het koudwalsen van de walsdraad tot gedeukte draad, - de hoek (B) tussen de deukrichting en de as van de walsrol tussen 58° en 60° is; - het profiel van de walsrol zodanig bepaald is dat het profiel van de gedeukte draad bepaald is met de rechthoekige formule: Jp >laq4 + am +83 4X - De, + “ 30e waarbij fp de profielfactor is, aı4 de verdieping van de deuk is, gemeten op % van de deuk in lengterichting van de draad gezien, am de verdieping van de deuk is gemeten op de helft van de deuk in lengterichting van de draad gezien, a34 de verdieping van de deuk is gemeten op % van de deuk in lengterichting van de draad gezien, d de diameter is van de gedeukte draad, Zei de som is van de verschillende afstanden tussen de rijen deuken en c de afstand is tussen twee deuken op een zelfde rij deuken en dat de walsmachine een alternatieve set van drie walsrollen (1) omvat, die inwisselbaar is met de genoemde set van drie walsrollen (1), waarbij elke walsrol (1) uit deze alternatieve set van walsrollen (1) verder gekenmerkt is doordat:

- de walsrol (1) voorzien is van een rij deuken (3) voor het volgens een ribrichting (D) vormen van een rij (5) ribben (4) in de walsdraad voor het koudwalsen van de walsdraad tot geribde draad (2); - de hoek (B) tussen de ribrichting (D) en de as (S) van de walsrol (1) tussen de 41° en 43° is; - het profiel van de walsrol (1) zodanig bepaald is dat het profiel van de geribde draad (2) bepaald is met de formule van Simpson: Ee a. + Ta Vas Ta , waarbij fr de profielfactor s, aı4 de hoogte van de rib is, gemeten op % van de rib in lengterichting van de draad gezien, 4m de hoogte van de rib is gemeten op de helft van de rib in lengterichting van de draad gezien, as de hoogte van de rib is gemeten op % van de deuk in lengterichting van de draad gezien, d de diameter 1s van de geribde draad, Zei de som 1s van de verschillende afstanden (e) tussen de rijen (5) ribben (4) en c de afstand is tussen twee ribben (4) op een zelfde rij (5) ribben (4).

2. Walsmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de hoek (a) van de flanken van de ribben van elke walsrol uit de eerstgenoemde set 55° is.

3. Walsmachine volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de hoek (a) van de flanken van de deuken (3) van elke walsrol (1) uit de alternatieve set 55° is.

4. Werkwijze voor het koudwalsen van walsdraad tot een koud getrokken draad (2) met een profiel, met het kenmerk dat walsdraad voorzien wordt van staalkwaliteit SAE 1012 met een treksterkte tussen 430 en 550 MPa en koud getrokken wordt met behulp van een walsmachine volgens één van de voorgaande conclusies.

5. Werkwijze voor het afwisselend koudwalsen van walsdraad tot gedeukte draad en koudwalsen van walsdraad tot geribde draad (2) op een zelfde walsmachine, met het kenmerk dat walsdraad voorzien wordt van staalkwaliteit SAE 1012 met een treksterkte tussen 430 en 550 MPa en dat deze walsdraad koud getrokken wordt met behulp van een walsmachine volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij deze walsmachine afwisselend voorzien wordt van de eerstgenoemde set van walsrollen om de walsdraad koud te trekken tot gedeukte draad en voorzien wordt van de alternatieve set van walsrollen om de walsdraad koud te trekken tot geribde draad (2).