BE1027851B1 - ROOF INSTALLATION FOR A COVER - Google Patents

ROOF INSTALLATION FOR A COVER Download PDF

Info

Publication number
BE1027851B1
BE1027851B1 BE20195891A BE201905891A BE1027851B1 BE 1027851 B1 BE1027851 B1 BE 1027851B1 BE 20195891 A BE20195891 A BE 20195891A BE 201905891 A BE201905891 A BE 201905891A BE 1027851 B1 BE1027851 B1 BE 1027851B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
panel
roof
panels
screen
roofing
Prior art date
Application number
BE20195891A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
BE1027851A1 (en
Inventor
Stijn Colpaert
Bart Abeel
Thomas Vervisch
Original Assignee
Renson Sunprotection Screens
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Renson Sunprotection Screens filed Critical Renson Sunprotection Screens
Priority to BE20195891A priority Critical patent/BE1027851B1/en
Priority to PCT/IB2020/061806 priority patent/WO2021116992A1/en
Priority to EP20829990.9A priority patent/EP4073326A1/en
Publication of BE1027851A1 publication Critical patent/BE1027851A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1027851B1 publication Critical patent/BE1027851B1/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B7/00Roofs; Roof construction with regard to insulation
    • E04B7/16Roof structures with movable roof parts
    • E04B7/166Roof structures with movable roof parts characterised by a translation movement of the movable roof part, with or without additional movements
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/02Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
    • E04F10/06Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
    • E04F10/0607Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with guiding-sections for supporting the movable end of the blind
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/08Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of a plurality of similar rigid parts, e.g. slabs, lamellae
    • E04F10/10Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of a plurality of similar rigid parts, e.g. slabs, lamellae collapsible or extensible; metallic Florentine blinds; awnings with movable parts such as louvres

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)
  • Building Environments (AREA)

Abstract

Een dakinrichting voor een overkapping. De dakinrichting omvat een paneelinrichting en een scherminrichting, welke scherminrichting zich onder de paneelinrichting bevindt. De paneelinrichting omvat een veelheid van stapelbare panelen (512) die verschuifbaar zijn tussen een open stand en een gesloten stand, waarbij de panelen in hun gesloten stand een nagenoeg waterdicht dak vormen. De scherminrichting omvat minstens één scherm (532) dat beweegbaar is tussen een open stand en een gesloten stand, waarbij het scherm in zijn open toestand nagenoeg niet zichtbaar is en waarbij het scherm in zijn gesloten toestand de panelen nagenoeg geheel bedekt. Een dergelijke dakinrichting verhoogt de mogelijke configuraties met betrekking tot lichtdoorlaatbaarheid en/of waterdichtheid en combineert in het bijzonder de voordelen van een paneelinrichting met een scherminrichting.A roofing device for a roof. The roof device comprises a panel device and a screen device, which screen device is located below the panel device. The panel arrangement includes a plurality of stackable panels (512) which are slidable between an open position and a closed position, the panels in their closed position forming a substantially watertight roof. The screen device comprises at least one screen (532) movable between an open position and a closed position, the screen being substantially invisible in its open state and the screen in its closed state substantially covering the panels. Such a roof arrangement increases the possible configurations with regard to light transmission and/or watertightness and in particular combines the advantages of a panel arrangement with a screen arrangement.

Description

Dakinrichting voor een overkappingRoof equipment for a roof

[0001] Technisch vakgebied[0001] Technical field

[0002] De uitvinding bevindt zich in het veld van dakinrichtingen voor openschuifbare daken. In het bijzonder voorziet de uitvinding een dakinrichting omvattende schuifbare dakpanelen. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een overkapping omvattende de dakinrichting.The invention is in the field of roof devices for retractable roofs. In particular, the invention provides a roof device comprising slidable roof panels. The invention also relates to a covering comprising the roof device.

[0003] Stand der techniek[0003] State of the art

[0004] Een terrasoverkapping is een constructie typisch opgebouwd uit kolommen en liggers die vrijstaand of aan een gevel gemonteerd wordt. Op of aan de liggers wordt vervolgens een dak bevestigd. Dit kan een vast dak zijn, maar bij moderne woningbouw is er steeds meer vraag naar openschuifbare daken, bijvoorbeeld openschuifbare platte daken; d.w.z. daken waarvan de oppervlakte nagenoeg horizontaal loopt, zonder helling. De dakinvulling van een openschuifbaar dak kan bijvoorbeeld bestaan uit een oprolbaar doek of scherm, lamellen die rond hun as roteren en eventueel ook openschuifbaar zijn, of van segmenten die over elkaar heen kunnen schuiven. De segmenten kunnen panelen zijn die deels gemaakt zijn van (gelaagd) glas of kunststof, zoals PC of PMMA. Afhankelijk van de materiaalkeuze kan de lichtdoorlatendheid en robuustheid van het dak afgestemd worden naar de gewenste toepassing.A terrace covering is a construction typically made up of columns and beams that is freestanding or mounted on a facade. A roof is then attached to or on the beams. This can be a fixed roof, but in modern housing construction there is an increasing demand for retractable roofs, for example retractable flat roofs; i.e. roofs of which the surface is almost horizontal, without slope. The roof infill of a retractable roof can, for example, consist of a roll-up cloth or screen, slats that rotate around their axis and may also be slidable, or of segments that can slide over each other. The segments can be panels that are partly made of (laminated) glass or plastic, such as PC or PMMA. Depending on the choice of material, the light transmission and robustness of the roof can be adjusted to the desired application.

[0005] Bestaande dakinvullingen hebben echter typisch te kampen met de volgende problemen: - Een oprolbaar doek onder helling heeft een risico op waterzakvorming en kan geen sneeuwlast aan. Er is een relatief grote hellingsgraad nodig voor waterafvoer (+- min 8°). Bovendien zijn er slechts beperkte invullingsmogelijkheden en is er geen flexibiliteit wat betreft het veranderen van de esthetiek van de invulling. Het doek wordt ook gemakkelijk vuil. - Pivoteerbare en/of openschuifbare lamellen zijn niet lichtdoorlatend (glaslamellen die dit wel zijn, zijn beperkt in het aantal stuks dat mogelijk is in een overkapping). Bovendien zijn er slechts beperkte invullingsmogelijkheden en is er geen flexibiliteit wat betreft het veranderen van de esthetiek van de invulling. De onderkant voelt typisch kil aan. - Een openschuifbaar panelendak heeft typisch te kampen met problemen gerelateerd aan de helling en kromming. Het is meestal niet lichtdoorlatend. Bovendien is er meestal slechts één beperkte invullingsmogelijkheid en is er geen flexibiliteit wat betreft het veranderen van de esthetiek van de invulling. De onderkant voelt typisch kil aan. - Een openschuifbaar panelendak met doeken is niet waterdicht en niet bestand tegen sneeuwlast. Er is een risico op zakvorming en bevuiling van het doek.Existing roof infills, however, typically suffer from the following problems: A sloped roll-up fabric has a risk of water pocket formation and cannot handle a snow load. A relatively large slope is required for water drainage (+- minus 8°). Moreover, there are only limited infill options and there is no flexibility in changing the aesthetics of the infill. The cloth also gets dirty easily. - Pivotable and/or slide-open slats are not translucent (glass slats that are, are limited in the number of pieces that are possible in a covering). Moreover, there are only limited infill options and there is no flexibility in changing the aesthetics of the infill. The bottom feels typically chilly. - A sliding panel roof typically suffers from slope and curvature problems. It is usually not translucent. In addition, there is usually only one limited infill option and there is no flexibility in changing the aesthetic of the infill. The bottom feels typically chilly. - A sliding panel roof with fabrics is not waterproof and cannot withstand snow loads. There is a risk of bagging and soiling of the fabric.

- Een openschuifbaar glasdak heeft een zichtbare helling en is niet zonwerend. Bovendien is er meestal slechts één beperkte invullingsmogelijkheid en is er geen flexibiliteit wat betreft het veranderen van de esthetiek van de invulling. - Een vast canvas spandak is geen beweegbare dakinvulling en is niet lichtdoorlatend.- A sliding glass roof has a visible slope and does not reflect the sun. In addition, there is usually only one limited infill option and there is no flexibility in changing the aesthetic of the infill. - A fixed canvas span roof is not a movable roof infill and is not translucent.

[0006] Andere tekortkomingen van moderne openschuifbare platte daken zijn (spat)waterdichtheid en waterafvoer. De aansluiting tussen aangrenzende panelen kan soms beperkt zijn waardoor er openingen ontstaan en er regenwater doorheen het dak kan lekken. Het vuil regenwater kan zowel de onderkant van het dak als het onderliggend terras bevuilen. De kans op foutieve aansluiting verhoogt bij het veelvoudig open- en dichtschuiven van het dak, bijvoorbeeld wanneer er vuil of bladeren tussen de panelen terecht komen. Goede waterafvoer is bijzonder moeilijk te verwezenlijken voor volledig platte daken waar het water niet op een natuurlijke wijze kan wegvloeien. Zo kan het stilstaand water door waterzakvorming druk uitoefenen op het dakoppervlak, met kans op beschadiging, lokale inzakking, of lekvorming. Een gelijkaardig probleem kan zich voordoen bij sneeuwval, waarbij het dak langdurig onder zware lasten zal komen te staan gevolgd door lokale ophoping van smeltend sneeuwwater. Bovendien kan het openschuiven van een nat dak ervoor zorgen dat al het vuil water op het onderliggend terras zal neervallen.Other shortcomings of modern retractable flat roofs are (splash) waterproofing and water drainage. The connection between adjacent panels can sometimes be limited, creating gaps and allowing rainwater to leak through the roof. The dirty rainwater can contaminate both the underside of the roof and the terrace below. The risk of incorrect connection increases when the roof is repeatedly opened and closed, for example when dirt or leaves get between the panels. Good water drainage is particularly difficult to achieve for completely flat roofs where water cannot drain off naturally. For example, the standing water can exert pressure on the roof surface due to the formation of water pockets, with the risk of damage, local collapse or leakage. A similar problem can arise during snowfall, where the roof will be placed under heavy loads for a long time followed by local accumulation of melting snow water. In addition, sliding open a wet roof can cause all the dirty water to fall on the terrace below.

[0007] Er is dus nood aan een dakinrichting die een oplossing biedt aan één of meerdere van voorgaande problemen.There is thus a need for a roof device which offers a solution to one or more of the foregoing problems.

[0008] Beschrijving van de uitvinding[0008] Description of the invention

[0009] Het is een doel van de onderhavige uitvinding om één of meerdere van de voornoemde nadelen van platte daken op te lossen of op zijn minst gedeeltelijk te verhelpen.It is an object of the present invention to solve or at least partially remedy one or more of the aforementioned drawbacks of flat roofs.

[0010] Hiertoe betreft de huidige uitvinding een dakinrichting voor een overkapping, waarbij de dakinrichting een paneelinrichting en een scherminrichting omvat, welke scherminrichting zich onder de paneelinrichting bevindt, waarbij de paneelinrichting een veelheid van stapelbare panelen omvat die verschuifbaar zijn tussen een open stand en een gesloten stand, waarbij de panelen in hun gesloten stand een nagenoeg waterdicht dak vormen, en waarbij de scherminrichting minstens één scherm omvat dat beweegbaar is tussen een open stand en een gesloten stand, waarbij het scherm in zijn open toestand nagenoeg niet zichtbaar is en waarbij het scherm in zijn gesloten toestand de panelen nagenoeg geheel bedekt.To this end, the present invention relates to a roof arrangement for a canopy, the roof arrangement comprising a panel arrangement and a screen arrangement, the screen arrangement being located below the panel arrangement, the panel arrangement comprising a plurality of stackable panels slidable between an open position and a closed position, wherein the panels form a substantially watertight roof in their closed position, and wherein the screen device comprises at least one screen that is movable between an open position and a closed position, the screen being substantially not visible in its open position and screen in its closed position almost completely covers the panels.

[0011] Een dergelijke dakinrichting heeft een verhoogd aantal mogelijke configuraties m.b.t. lichtdoorlaatbaarheid en/of waterdichtheid en combineert in het bijzonder de voordelen van een paneelinrichting en een scherminrichting. Specifiek zijn de volgende configuraties mogelijk: - Zowel de paneelinrichting als de scherminrichting zijn open waardoor de dakinrichting maximaal open is. Er is veel lichtinval mogelijk en tevens is er voldoende verluchting mogelijk.Such a roof arrangement has an increased number of possible configurations with regard to light transmission and/or watertightness and in particular combines the advantages of a panel arrangement and a screen arrangement. Specifically, the following configurations are possible: - Both the panel arrangement and the screen arrangement are open, so that the roof arrangement is maximally open. A lot of light is possible and there is also sufficient ventilation.

- De paneelinrichting is gesloten en de scherminrichting is open. De dakinrichting is waterdicht en bepaalt op zichzelf de lichtdoorlaatbaarheid. In het geval van een glazen paneelinrichting is er voldoende lichtinval aangezien de scherminrichting nog open is.- The panel device is closed and the screen device is open. The roof design is watertight and determines the light transmittance in itself. In the case of a glass panel device, there is sufficient incidence of light since the screen device is still open.

- De paneelinrichting is open en de scherminrichting is gesloten. De scherminrichting doet dan dienst als zonnewering, terwijl er nog voldoende verluchting is gezien de open stand van de paneelinrichting. - Zowel de paneelinrichting als de scherminrichting zijn gesloten waardoor de dakinrichting zowel waterdicht als zonnewerend is. Eventueel laat de dakinrichting ook nog verdere standen toe waarbij de paneelinrichting en/of de scherminrichting zich tussen hun open en hun gesloten stand bevinden. Dit verhoogt nogmaals de opties om de gewenste lichtdoorlaatbaarheid en/of waterdichtheid te bekomen.- The panel device is open and the screen device is closed. The screen device then serves as sun protection, while there is still sufficient ventilation in view of the open position of the panel device. - Both the panel device and the screen device are closed, so that the roof device is both watertight and sun-resistant. Optionally, the roof device also allows for further positions in which the panel device and/or the screen device are located between their open and closed positions. This again increases the options to obtain the desired light transmission and/or watertightness.

[0012] In een uitvoeringsvorm omvat de dakinrichting een paar liggers die zich tegenover elkaar bevinden, waarbij elke ligger omvat: een railsysteem geconfigureerd voor de geleiding van de panelen tussen hun open en gesloten stand; en een schermgeleider geconfigureerd voor de geleiding van het scherm tussen zijn open en gesloten stand. In deze uitvoeringsvorm is één enkel railsysteem voorzien voor zowel de geleiding van de panelen als het scherm. Dit draagt toe aan de eenvoud en de integratie van de dakinrichting.In one embodiment, the roofing device comprises a pair of beams facing each other, each beam comprising: a rail system configured to guide the panels between their open and closed positions; and a screen guide configured to guide the screen between its open and closed positions. In this embodiment, a single rail system is provided for both the guidance of the panels and the screen. This contributes to the simplicity and integration of the roof design.

[0013] In een uitvoeringsvorm omvat de dakinrichting een aanstuursysteem geconfigureerd voor het aansturen, in het bijzonder het onafhankelijk van elkaar aansturen, van de paneelinrichting en de scherminrichting. Het aanstuursysteem kan een manueel aanstuursysteem zijn, waarbij een gebruiker de panelen en/of het scherm rechtstreeks of onrechtstreeks laat bewegen. Bij voorkeur is het aanstuursysteem een gemotoriseerd aanstuursysteem. Een gemotoriseerd aanstuursysteem zal typisch een motor omvatten en een aanstuurmiddel welke de beweging van de motor omzet in een beweging van de panelen en/of het scherm.In one embodiment, the roof device comprises a control system configured to control, in particular control independently of each other, the panel device and the screen device. The control system may be a manual control system, wherein a user causes the panels and/or the screen to move directly or indirectly. Preferably, the control system is a motorized control system. A motorized control system will typically include a motor and a control means which converts the movement of the motor into movement of the panels and/or the screen.

[0014] In een uitvoeringsvorm omvat de dakinrichting een nagenoeg rechthoekig kader waarop/waarin de paneelinrichting en de scherminrichting bevestigd zijn. Het gebruik van éénzelfde kader voor de montage van zowel de paneelinrichting als de scherminrichting vereenvoudigt de installatie van de dakinrichting en is, in het bijzonder, voordelig bij gebruik van een gezamenlijk railsysteem zoals hierboven beschreven.In one embodiment, the roof device comprises a substantially rectangular frame on which/in which the panel device and the screen device are mounted. The use of the same frame for mounting both the panel device and the screen device simplifies the installation of the roof device and is, in particular, advantageous when using a common rail system as described above.

[0015] In een voordelige uitvoeringsvorm omvat het kader een paar eerste balken en een paar tweede balken die samen nagenoeg een rechthoek vormen, waarbij de eerste balken zich tegenover elkaar bevinden en waarbij de tweede balken zich tegenover elkaar bevinden. In het bijzonder kan heteerste paar balken dienst doen voor het houden van het railsysteem zoals hierboven beschreven en/of kan het tweede paar balken voorzien zijn van een behuizing voor het houden van het scherm in zijn open toestand en/of kan minstens één paneel van de veelheid van panelen vast bevestigd zijn aan één van het tweede paar balken. Het opbouwen van het kader van de dakinrichting uit evenwijdige balken vereenvoudigt de constructie van de dakinrichting wezenlijk doordat verschillende functies worden uitgeoefend door de balkenparen.In een geprefereerde uitvoeringsvorm is elke van genoemd paar eerste balken voorzien is van een goot ingericht voor het opvangen van neerslag afgevoerd van de paneelinrichting. Bij voorkeur bevindt de goot zich tussen het railsysteem en de schermgeleider. In deze uitvoeringsvorm is er een waterafvoer voorzien aan minstens twee zich tegenover elkaar bevindende kanten van de paneelinrichting zodat invallende neerslag kan worden afgeleid naar het kader zonder daarbij terecht te komen op de scherminrichting, hetgeen eventueel schade, bijvoorbeeld vochtplekken, zou teweeg kunnen brengen.In an advantageous embodiment, the frame comprises a pair of first beams and a pair of second beams which together form substantially a rectangle, the first beams being opposite each other and the second beams being opposite each other. In particular, the first pair of beams may serve to hold the rail system as described above and/or the second pair of beams may be provided with a housing for holding the screen in its open condition and/or at least one panel of the plurality of panels are fixedly attached to one of the second pair of beams. Building up the framework of the roof device from parallel beams substantially simplifies the construction of the roof device in that different functions are performed by the pairs of beams. In a preferred embodiment, each of said pair of first beams is provided with a gutter adapted to collect precipitation discharged. of the panel device. Preferably, the gutter is located between the rail system and the screen guide. In this embodiment, a water outlet is provided on at least two opposite sides of the panel arrangement so that incident precipitation can be diverted to the frame without landing on the screen arrangement, which could possibly cause damage, for example damp spots.

[0016] In een uitvoeringsvorm is de veelheid van panelen verdeeld in twee ten opzichte van elkaar opgestelde sets, welke sets bij voorkeur symmetrisch zijn ten opzichte van elkaar zodat ze, in hun gesloten toestand, elk nagenoeg een helft van het dak vormen, en waarbij genoemd minstens één scherm gevormd is door twee ten opzichte van elkaar opgestelde schermen, welke schermen bij voorkeur symmetrisch zijn ten opzichte van elkaar zodat ze, in hun gesloten toestand, elk nagenoeg een helft van het dak bedekken.In one embodiment, the plurality of panels are divided into two sets arranged relative to each other, which sets are preferably symmetrical with respect to each other such that, in their closed condition, they each form substantially one half of the roof, and wherein said at least one screen is formed by two screens arranged relative to each other, which screens are preferably symmetrical with respect to each other so that, in their closed condition, they each cover substantially half of the roof.

[0017] Dit zorgt vooreerst voor een symmetrisch uitzicht van de dakinrichting hetgeen esthetisch aangenaam is. Daarenboven laat dit toe om een grotere oppervlakte van de dakinrichting te bekomen terwijl de gestapelde hoogte van de panelen beperkt blijft aangezien er twee stapels panelen zijn in de gesloten toestand in tegenstelling tot slechts één stapel in de meer algemene uitvoeringsvormen. Verder verhoogt dit nogmaals de mogelijke configuraties m.b.t. lichtdoorlaatbaarheid en/of waterdichtheid gezien de paneelinrichting en/of de scherminrichting tevens half geopend/gesloten kunnen worden opgesteld.In the first place, this provides a symmetrical appearance of the roof device, which is aesthetically pleasing. In addition, this allows to obtain a larger surface area of the roof device while limiting the stacked height of the panels as there are two stacks of panels in the closed state as opposed to only one stack in the more common embodiments. Furthermore, this once again increases the possible configurations with regard to light transmission and/or watertightness, since the panel device and/or the screen device can also be arranged half open/closed.

[0018] In een uitvoeringsvorm is genoemd minstens één scherm gevormd is door twee of meer schermen, welke schermen bij voorkeur zich ten opzichte van elkaar bevinden aan tegenoverliggende uiteinden van de dakinrichting, waarbij, bij verdere voorkeur, de schermen symmetrisch zijn ten opzichte van elkaar zodat ze, in hun gesloten toestand, elk nagenoeg een helft van het dak bedekken.In one embodiment said at least one screen is formed by two or more screens, which screens are preferably located with respect to each other at opposite ends of the roof device, further preferably the screens are symmetrical with respect to each other so that, when closed, they each cover nearly half of the roof.

[0019] Het voordeel aan het gebruik van meerdere schermen is dan éénzelfde oppervlakte kan 5 worden bedekt met kleinere schermen. Er is vandaar ook minder neiging tot doorhangen van de schermen en de benodigde ruimte voor de schermen in hun open toestand is ook kleiner gezien een schermrol met een kleinere diameter gebruikt kan worden.[0019] The advantage of using several screens is that the same surface can be covered with smaller screens. Hence there is also less tendency for the screens to sag and the space required for the screens in their open condition is also smaller as a smaller diameter screen roll can be used.

[0020] In een uitvoeringsvorm is de schuifrichting van de panelen nagenoeg identiek aan de schuifrichting van het scherm.In one embodiment, the sliding direction of the panels is almost identical to the sliding direction of the screen.

[0021] Alhoewel het mogelijk is om de schuifrichting van de panelen en het scherm verschillend te nemen, bijvoorbeeld een schermschuifrichting die loodrecht is ten opzichte van de paneelschuifrichting, heeft het de voorkeur om beide schuifrichtingen dezelfde te nemen. De geleiding voor zowel de scherminrichting als de paneelinrichting kunnen op die manier in éénzelfde ligger worden voorzien, hetgeen de integratie vereenvoudigt. Tevens is het mogelijk om het scherm, in zijn open toestand, onder de open paneelinrichting te voorzien, terwijl dit bij verschillende schuifrichtingen niet meer mogelijk is. Daarenboven is er tevens een esthetisch aspect.Although it is possible to take the sliding direction of the panels and the screen different, e.g. a screen sliding direction that is perpendicular to the panel sliding direction, it is preferable to take both sliding directions the same. The guides for both the screen device and the panel device can in this way be provided in the same beam, which simplifies the integration. It is also possible to provide the screen, in its open condition, under the open panel arrangement, while this is no longer possible with different sliding directions. In addition, there is also an aesthetic aspect.

[0022] In een uitvoeringsvorm is het scherm op- en afrolbaar, waarbij de open stand gevormd is door het scherm in zijn opgerolde toestand en waarbij de gesloten stand gevormd is door het scherm in zijn afgerolde toestand.In one embodiment, the screen can be rolled up and down, the open position being formed by the screen in its rolled-up state and the closed position being formed by the screen in its unrolled state.

[0023] In een uitvoeringsvorm bevinden de panelen, in hun gesloten stand, zich uitgelijnd naast elkaar in éénzelfde vlak en bevinden de panelen, in hun open stand, zich uitgelijnd boven elkaar gestapeld.In one embodiment, the panels, in their closed position, are aligned next to each other in the same plane and the panels, in their open position, are stacked aligned one above the other.

[0024] In een uitvoeringsvorm omvatten de panelen een aansluitingselement en een aansluitingspunt, waarbij het aansluitingselement van elk paneel ingericht is voor het koppelen en loskoppelen met een aansluitingspunt van een aangrenzend paneel.In one embodiment, the panels comprise a connection element and a connection point, the connection element of each panel being adapted for coupling and uncoupling with a connection point of an adjacent panel.

[0025] In een uitvoeringsvorm omvatten de panelen een paneelkader en een paneelinvulling die, bij voorkeur, met een lekvrije afdichting aan het paneelkader bevestigd is.In one embodiment, the panels comprise a panel frame and a panel infill which, preferably, is secured to the panel frame with a leak-proof seal.

[0026] In een voordelige uitvoeringsvorm is de paneelinvulling lichtdoorlatend en/of transparant.In an advantageous embodiment, the panel infill is translucent and/or transparent.

In een voordelige uitvoeringsvorm is het scherm zonwerend en/of reflecterend.In an advantageous embodiment, the screen is sun-resistant and/or reflective.

[0027] In een aspect betreft de uitvinding een openschuifbaar dak omvattende een dakinrichting volgens één of meerdere uitvoeringsvormen zoals hierin beschreven. Het dak zal typisch een dakomlijsting omvatten waaraan het railsysteem kan gemonteerd worden.In one aspect, the invention relates to a retractable roof comprising a roof device according to one or more embodiments as described herein. The roof will typically include a roof framing to which the rail system may be mounted.

[0028] In een aspect betreft de uitvinding een terrasoverkapping omvattende een openschuifbaar dak volgens één of meerdere uitvoeringsvormen zoals hierin beschreven. De terrasoverkapping zal typisch kolommen en balken omvatten waarop, waaraan of waarin het openschuifbaar dak geplaatst kan worden.In one aspect, the invention relates to a patio cover comprising a retractable roof according to one or more embodiments as described herein. The patio cover will typically comprise columns and beams on which, on or in which the retractable roof can be placed.

[0029] In een aspect betreft de uitvinding een gebruik van de dakinrichting als dakinvulling voor een terrasoverkapping.In one aspect, the invention relates to a use of the roof device as a roof infill for a terrace covering.

[0030] Korte beschrijving van de tekeningen[0030] Brief description of the drawings

[0031] De uitvinding zal hierna verder in detail worden verklaard aan de hand van de volgende beschrijving en van de bijgevoegde tekeningen.The invention will be explained in further detail below with reference to the following description and the accompanying drawings.

[0032] Figuur 1 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende een veelvoud van panelen beweegbaar ingericht langsheen een enkelsporig railsysteem.Figure 1 shows a schematic representation of a roof device comprising a plurality of panels arranged movably along a single track rail system.

[0033] Figuur 2 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende een veelvoud van panelen beweegbaar ingericht langsheen een enkelsporig railsysteem, waarbij de dakinrichting verder een aansluitingssysteem omvat.Figure 2 shows a schematic representation of a roof device comprising a plurality of panels movably arranged along a single track rail system, the roof device further comprising a connection system.

[0034] Figuur 3 toont een beweegbaar paneel omvattende een aansluitingssysteem.Figure 3 shows a movable panel including a connection system.

[0035] Figuur 4 toont een koppeling tussen beweegbare panelen door middel van een aansluitingssysteem.Figure 4 shows a coupling between movable panels by means of a connection system.

[0036] Figuur 5 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende een veelvoud van panelen beweegbaar ingericht langsheen een meersporig railsysteem.Figure 5 shows a schematic representation of a roof device comprising a plurality of panels movably arranged along a multi-track rail system.

[0037] Figuur 6 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende een veelvoud van panelen beweegbaar ingericht langsheen een meersporig railsysteem.Figure 6 shows a schematic representation of a roof device comprising a plurality of panels movably arranged along a multi-track rail system.

[0038] Figuur 7 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende panelen beweegbaar ingericht langsheen een meersporig railsysteem, waarbij de dakinrichting verder een aansluitingssysteem omvat.Figure 7 shows a schematic representation of a roof device comprising panels movably arranged along a multi-track rail system, the roof device further comprising a connection system.

[0039] Figuur 8A toont een koppeling tussen beweegbare panelen door middel van een eerste voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem.Figure 8A shows a coupling between movable panels by means of a first advantageous embodiment of a connection system.

[0040] Figuur 8B toont een koppeling tussen beweegbare panelen door middel van een tweede voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem.Figure 8B shows a coupling between movable panels by means of a second advantageous embodiment of a connection system.

[0041] Figuur 9A toont een koppeling tussen beweegbare panelen door middel van een eerste voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem in boven perspectief.Figure 9A shows a coupling between movable panels by means of a first advantageous embodiment of a connection system in top perspective.

[0042] Figuur 9B toont een koppeling tussen beweegbare panelen door middel van een eerste voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem in onder perspectief.Figure 9B shows a coupling between movable panels by means of a first advantageous embodiment of a connection system in bottom perspective.

[0043] Figuur 10 toont een schematische weergave van een koppeling tussen beweegbare panelen door middel van een tweede voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem.Figure 10 shows a schematic representation of a coupling between movable panels by means of a second advantageous embodiment of a connection system.

[0044] Figuur 11A toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende beweegbare panelen ingericht langsheen een meersporig railsysteem in open dakstand, waarbij de dakinrichting verder een voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem omvat.Figure 11A shows a schematic representation of a roof device comprising movable panels arranged along a multi-track rail system in open roof position, the roof device further comprising an advantageous embodiment of a connection system.

[0045] Figuur 11B toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende beweegbare panelen ingericht langsheen een meersporig railsysteem in gesloten dakstand, waarbij de dakinrichting verder een voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem omvat.Figure 11B shows a schematic representation of a roof device comprising movable panels arranged along a multi-track rail system in closed roof position, the roof device further comprising an advantageous embodiment of a connection system.

[0046] Figuur 12A toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende beweegbare panelen ingericht langsheen een meersporig railsysteem in open dakstand, waarbij de dakinrichting verder een voordelige uitvoeringsvorm van een aansluitingssysteem omvat.Figure 12A shows a schematic representation of a roof device comprising movable panels arranged along a multi-track rail system in open roof position, the roof device further comprising an advantageous embodiment of a connection system.

[0047] Figuur 12B toont een detailweergave van boven elkaar gestapelde beweegbare panelen in open dakstand.Figure 12B shows a detail view of movable panels stacked one above the other in the open roof position.

[0048] Figuur 13 toont een illustratie van een beweegbaar paneel omvattende een stapelsysteem in zijaanzicht.Figure 13 shows an illustration of a movable panel including a stacking system in side view.

[0049] Figuur 14 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende beweegbare panelen ingericht langsheen een meersporig railsysteem, waarbij de dakinrichting verder een stapelsysteem omvat.Figure 14 shows a schematic representation of a roof device comprising movable panels arranged along a multi-track rail system, the roof device further comprising a stacking system.

[0050] Figuur 15 toont een schematische weergave van een dakinrichting omvattende beweegbare panelen ingericht langsheen een meersporig railsysteem, waarbij de dakinrichting verder een stapelsysteem omvat.Figure 15 shows a schematic representation of a roof device comprising movable panels arranged along a multi-track rail system, the roof device further comprising a stacking system.

[0051] Figuur 16 toont een afbeelding van een dakpaneel gezien langs een bovenzijde van het dakpaneel.Figure 16 shows an image of a roof panel viewed along a top of the roof panel.

[0052] Figuur 17 toont een dwarsdoorsnede van een dakpaneel gezien langs een zijkant van het dakpaneel.Figure 17 shows a cross-section of a roof panel viewed along one side of the roof panel.

[0053] Figuur 18 toont een afbeelding van een dakpaneel gezien langs een bovenzijde van het dakpaneel.Figure 18 shows an image of a roof panel viewed along a top of the roof panel.

[0054] Figuur 19 toont een dwarsdoorsnede van een dakpaneel gezien langs een bovenzijde van het dakpaneel.Figure 19 shows a cross-section of a roof panel viewed along a top side of the roof panel.

[0055] Figuur 20 toont een afbeelding van een dakinrichting volgens een voordelige uitvoeringsvorm.Figure 20 shows a view of a roof device according to an advantageous embodiment.

[0056] Figuur 21 toont verschillende configuraties van een terrasoverkapping omvattende een dakinrichting voorzien van een paneelinrichting en een scherminrichting.Figure 21 shows various configurations of a patio cover comprising a roof arrangement comprising a panel arrangement and a screen arrangement.

[0057] Figuur 22 toont de dakinrichting van figuur 21 in meer detail in verschillende configuraties.Figure 22 shows the roof device of Figure 21 in more detail in various configurations.

[0058] Uitvoeringsvormen van de uitvinding[0058] Embodiments of the Invention

[0059] De onderhavige uitvinding zal hierna beschreven worden aan de hand van welbepaalde uitvoeringsvormen en onder verwijzing naar bepaalde tekeningen, doch de uitvinding is daar niet toe beperkt en wordt enkel gedefinieerd door de conclusies. De hier weergegeven tekeningen zijn enkel schematische weergaven en zijn niet beperkend. In de tekeningen kunnen de afmetingen van bepaalde onderdelen vergroot zijn weergegeven, wat betekent dat de onderdelen in kwestie dus niet op schaal zijn weergegeven, en dit enkel voor illustratieve doeleinden. De afmetingen en de relatieve afmetingen komen niet noodzakelijkerwijze overeen met de werkelijke praktijkuitvoeringen van de uitvinding.The present invention will be described hereinafter with reference to certain embodiments and with reference to certain drawings, but the invention is not limited thereto and is defined only by the claims. The drawings shown here are schematic representations only and are not limiting. In the drawings, the dimensions of certain parts may be enlarged, meaning that the parts in question are not shown to scale, for illustrative purposes only. The dimensions and relative dimensions do not necessarily correspond to actual practical embodiments of the invention.

[0060] Daarenboven worden termen zoals “eerste”, “tweede”, “derde”, en dergelijke in de beschrijving en in de conclusies gebruikt om een onderscheid te maken tussen gelijkaardige elementen en niet noodzakelijkerwijze om een sequentiële of chronologische volgorde aan te geven. De termen in kwestie zijn onderling verwisselbaar in de daarvoor geschikte omstandigheden, en de uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen in andere volgorden werken dan deze die hier worden beschreven of geïllustreerd.In addition, terms such as "first", "second", "third", and the like are used in the specification and in the claims to distinguish between like elements and not necessarily to indicate a sequential or chronological order. The terms in question are interchangeable in appropriate circumstances, and the embodiments of the invention may operate in orders other than those described or illustrated herein.

[0061] De term “omvattende” en afgeleide termen, zoals die gebruikt worden in de conclusies, moet of moeten niet geïnterpreteerd worden als beperkt zijnde tot de middelen die telkens daarna vermeld worden; de term sluit andere elementen of stappen niet uit. De term moet geïnterpreteerd worden als een specificatie van de vermelde eigenschappen, gehele getallen, stappen, of componenten waarnaar wordt verwezen, zonder dat evenwel de aanwezigheid of het toevoegen wordt uitgesloten van een of meer bijkomende eigenschappen, gehele getallen, stappen, of componenten, of groepen daarvan. De reikwijdte van een uitdrukking zoals “een inrichting omvattende de middelen A en B” is dan ook niet enkel beperkt tot inrichtingen die zuiver bestaan uit componenten A en B. Wat er daarentegen bedoeld wordt, is dat, voor wat betreft de onderhavige uitvinding, de enige relevante componenten A en B zijn.The term "comprising" and derivative terms, as used in the claims, should not be construed as being limited to the means set forth in each case thereafter; the term does not exclude other elements or steps. The term should be interpreted as specifying the stated properties, integers, steps, or components referred to, without however excluding the presence or addition of one or more additional properties, integers, steps, or components, or groups thereof. The scope of an expression such as "a device comprising the means A and B" is therefore not limited only to devices consisting purely of components A and B. What is meant, on the contrary, is that, for the purposes of the present invention, the only relevant components are A and B.

[0062] De opsomming van numerieke waarden aan hand van een cijferbereik omvat alle waarden en fracties in deze bereiken, zowel als de geciteerde eindpunten. De term “ongeveer”, zoals gebruikt wanneer gerefereerd wordt naar een meetbare waarde zoals een parameter, een hoeveelheid, een tijdsduur, en zo meer, is bedoeld variaties te omsluiten van +/- 10% of minder,The enumeration of numerical values by a range of numbers includes all values and fractions in these ranges, as well as the quoted endpoints. The term "approximately", as used when referring to a measurable value such as a parameter, an amount, a duration, and so on, is intended to include variations of +/- 10% or less,

bij voorkeur +/-5% of minder, meer bij voorkeur +/-1% of minder, en meer nog bij voorkeur +/-preferably +/-5% or less, more preferably +/-1% or less, and more preferably +/-

0.1% of minder, van en vanaf de gespecificeerde waarde, in zo ver de variaties van toepassing zijn om te functioneren in de bekend gemaakte uitvinding. Het dient te worden verstaan dat de waarde waarnaar de term “ongeveer” refereert op zich, ook werd bekend gemaakt.0.1% or less, from and from the specified value, so far as the variations are applicable to function in the disclosed invention. It should be understood that the value to which the term "approximately" refers has also been disclosed.

[0063] Eénzelfde is van toepassing bij de term “nagenoeg” die variaties van +/- 10% of minder, bij voorkeur +/-5% of minder, meer bij voorkeur +/-1% of minder, en meer nog bij voorkeur +/-The same applies to the term "substantially" those variations of +/- 10% or less, preferably +/-5% or less, more preferably +/-1% or less, and more preferably +/-

0.1% of minder, van de gespecificeerde toestand omvat, in zo ver de variaties van toepassing zijn om te functioneren in de bekend gemaakte uitvinding. Het dient te worden verstaan dat de term “nagenoeg A” bedoeld is om ook “A” te omvatten.0.1% or less, of the specified condition, so far as the variations apply to function in the disclosed invention. It is to be understood that the term "substantially A" is intended to also include "A".

[0064] De uitvinding betreft algemeen een dakinrichting omvattende een veelvoud van stapelbare panelen beweegbaar ingericht langsheen een railsysteem (i.e. een paneelinrichting) waaronder een scherminrichting aanwezig is. Deze inrichting kan geschikt zijn voor een schuifstructuur, zoals een schuifdak. De uitvinding betreft een dakinrichting voor een openschuifbaar dak. De dakinrichting is bijzonder geschikt voor een plat openschuifbaar dak. Een plat dak betreft een dak waarvan de dakoppervlakte nagenoeg waterpas staat; d.w.z met een helling van minder dan 10° en bij voorkeur minder dan 5°, bijvoorbeeld minder dan 2° of 1°. De afzonderlijke panelen, in het bijzonder de paneelinvullingen, kunnen bijvoorbeeld een gebogen oppervlak hebben zonder onderling hoogteverschil. Een dakinrichting betreft een beweegbare inrichting voor het invullen van een dak omlijsting. Wanneer de beweegbare dakinrichting in een dak gemonteerd wordt, kan er gesproken worden van een openschuifbaar dak. Het openschuifbaar dak kan deel uitmaken van een constructie omvattende een dakstructuur met een opening en opstaande wanden, zoals een terrasoverkapping, pergola, carport, en dergelijke. Onder openschuifbaar wordt verstaan dat het dak zowel open als dicht kan schuiven. De beweegbare inrichting zal op een manier in het dak gemonteerd worden dat er een beweging mogelijk wordt tussen minstens twee standen, namelijk een eerste, gesloten dakstand en een tweede, open dakstand. Optioneel kan de dakinrichting ingericht zijn om te bewegen naar één of meerdere tussenstanden waarin het dak slechts gedeeltelijk open is, bijvoorbeeld voor de helft open of voor een kwart open.The invention generally relates to a roof device comprising a plurality of stackable panels movably arranged along a rail system (i.e. a panel device) under which a screen device is present. This device may be suitable for a sliding structure, such as a sliding roof. The invention relates to a roof device for a retractable roof. The roof device is particularly suitable for a flat sliding roof. A flat roof is a roof of which the roof surface is almost level; i.e. with an inclination of less than 10° and preferably less than 5°, for example less than 2° or 1°. The individual panels, in particular the panel infills, can for instance have a curved surface without mutual height difference. A roof device refers to a movable device for filling in a roof frame. When the movable roof device is mounted in a roof, we can speak of a sliding roof. The sliding roof can form part of a construction comprising a roof structure with an opening and upright walls, such as a terrace roof, pergola, carport and the like. By sliding open is meant that the roof can slide both open and closed. The movable device will be mounted in the roof in such a way as to allow movement between at least two positions, namely a first, closed roof position and a second, open roof position. Optionally, the roof device can be adapted to move to one or more intermediate positions in which the roof is only partially open, for instance half open or a quarter open.

[0065] De scherminrichting omvat minstens een scherm, in het bijzonder een op- en afrolbaar scherm. De scherminrichting bevindt zich onder de paneelinrichting en is verplaatsbaar tussen een open stand en een gesloten stand voornamelijk voor de regeling van de lichtinval. In de gesloten stand van de scherminrichting worden de panelen bedekt, i.e. aan het zicht onttrokken.The screen device comprises at least one screen, in particular a retractable and unrollable screen. The screen arrangement is located below the panel arrangement and is movable between an open position and a closed position mainly for controlling the incidence of light. In the closed position of the screen device, the panels are covered, i.e. hidden from view.

[0066] De paneelinrichting omvat minstens een veelvoud van panelen welke de dakinvulling zullen vormen. Een paneel is een rigide structuur die een onderdeel of segment zal vormen van de dakinrichting; er kan dus ook verwezen worden naar een dakpaneel. Een paneel zal typisch een balk of blokvormige structuur hebben bestaande uit zes nagenoeg rechthoekige oppervlakken; namelijk een bovenvlak, een ondervlak (of grondvlak), en vier zijvlakken. Het ondervlak is bij voorkeur nagenoeg even groot als het bovenvlak. De term nagenoeg dient geïnterpreteerd te worden als dat het verwezen lichaam of structuur de verwezen geometrische vorm aanzienlijk benadert; d.w.z. afgezien van enige afrondingen, buigingen, uitsteeksels, aansluitingselementen, groeven, sleuven, ribbels, openingen, verbindingstukken, verstevigingsmiddelen, en dergelijke; voor verdere verduidelijking wordt verwezen naar de figuren.The panel arrangement comprises at least a plurality of panels which will form the roof infill. A panel is a rigid structure that will form a part or segment of the roofing device; reference can therefore also be made to a roof panel. A panel will typically have a beam or block-like structure consisting of six substantially rectangular surfaces; namely, an upper face, a lower face (or base), and four side faces. The bottom surface is preferably substantially the same size as the top surface. The term substantially should be interpreted as the referenced body or structure substantially approximates the referenced geometric shape; i.e., except for any roundings, bends, projections, connectors, grooves, slots, ridges, openings, connectors, reinforcing means, and the like; for further clarification reference is made to the figures.

[0067] Elke verwijzing naar een oriëntatie van de panelen zal geïnterpreteerd worden met referentie tot de stand bij montage in het dak of het dakkader: de onderste paneelwand of onderwand is de paneelwand welke richting het grondvlak (de aarde, e.g. de terrasvloer) georiënteerd is of zal zijn, terwijl de bovenste paneelwand of bovenwand de paneelwand is welke richting het bovenvlak (de hemel, e.g. de open lucht) georiënteerd is of zal zijn. Elke verwijzing naar een richting van de panelen zal geïnterpreteerd worden met referentie tot de beweegrichting van de panelen langsheen het railsysteem van de open dakstand, waarbij de panelen boven elkaar gestapeld liggen, naar de gesloten dakstand, waarbij de panelen naast elkaar in hetzelfde vlak liggen. Een paneel zal dus voorwaarts bewegen in de richting van zijn open dakstand naar zijn gesloten dakstand, en equivalent eraan zal een paneel achterwaarts bewegen in de richting van zijn gesloten dakstand naar zijn open dakstand. Voor verdere verduidelijking wordt verwezen naar de figuren en voorbeelden. Doorheen de tekst kunnen de termen -kant, -wand, -zijde, -vlak door elkaar gebruikt worden; bijvoorbeeld bovenzijde, bovenkant, bovenwand, bovenvlak dienen als equivalent beschouwd te worden. De railwanden zijn de resterende zijwanden van de beweegbare panelen welke richting het (aan weerszijden van het dakkader gemonteerd) railsysteem georiënteerd zijn en bij voorkeur in contact staan met een onderdeel van het railsysteem. De paneelwandinvullingen kunnen gedeeltelijk of volledig gebogen zijn (d.w.z. gebogen oppervlak); een boogvormig oppervlak van de bovenste paneelwandinvulling kan bijvoorbeeld voor verbeterde waterafvoer naar de zijkanten van het dak zorgen.Any reference to an orientation of the panels will be interpreted with reference to the position when mounted in the roof or the roof frame: the bottom panel wall or bottom wall is the panel wall which is oriented towards the ground plane (the earth, eg the terrace floor). or will be, while the top panel wall or top wall is the panel wall which direction the top surface (the sky, eg the open sky) is or will be oriented. Any reference to a direction of the panels shall be interpreted with reference to the direction of movement of the panels along the rail system from the open roof position, where the panels are stacked one above the other, to the closed roof position, where the panels lie side by side in the same plane. Thus, a panel will move forward from its roof open position to its roof closed position, and equivalently, a panel will move backwards from its roof closed position to its roof open position. For further clarification, reference is made to the figures and examples. Throughout the text, the terms -side, -wall, -side, -face can be used interchangeably; for example top, top, top wall, top surface are to be considered equivalent. The rail walls are the remaining side walls of the movable panels which are oriented towards the rail system (mounted on either side of the roof frame) and are preferably in contact with a part of the rail system. The panel wall infills may be partially or fully curved (i.e. curved surface); for example, an arcuate surface of the top panel wall infill can provide improved water drainage to the sides of the roof.

[0068] De beweegbare panelen zijn bij voorkeur stapelbaar; ze kunnen boven elkaar gestapeld worden. De beweegbare panelen zijn stapelbaar bij een (volledig) open dakstand. Bij voorkeur liggen de panelen uitgelijnd boven elkaar gestapeld. Een uitgelijnde stapeling houdt in dat de stapeling nagenoeg geen uitwijkingen vertoond; i.e. twee in de open stand aangrenzende paneelwanden zullen elkaar nagenoeg volledig bedekken in de gestapelde stand. Hierdoor kan, in de open dakstand, de gesloten dakruimte beperkt worden tot de oppervlakte van slechts één paneel. Dit is verschillend van andere dakinrichtingen waarbij vaak slechts een deel van de panelen kan verschuiven (bijvoorbeeld waarbij slechts één paneel op een tweede paneel schuift), en/of de panelen slechts gedeeltelijk over elkaar heen kunnen schuiven (bijvoorbeeld waarbij de panelen aan één zijde uitsteken en een trapstructuur vormen), waardoor de omvang van de open dakruimte beperkt is. Naast een esthetische verbetering zal de huidige dakinrichting ook voor meer lichtinval kunnen zorgen in een open dakstand. Optioneel kunnen de gestapelde panelen op elkaar liggen; hierbij zullen de bovenste of onderste paneelwanden van boven- of onderliggende panelen met elkaar in contact komen. In een gestapelde stand kan het gewicht van de bovenliggende panelen door de onderliggende panelen opgevangen worden, of het gewicht van elk paneel kan afzonderlijk opgevangen worden door bijvoorbeeld het railsysteem en/of bijkomende steunelementen, of een combinatie van beide.The movable panels are preferably stackable; they can be stacked on top of each other. The movable panels are stackable with a (fully) open roof position. Preferably, the panels are stacked aligned one above the other. An aligned stack means that the stack has virtually no deflections; i.e. two adjacent panel walls in the open position will substantially completely cover each other in the stacked position. As a result, in the open roof position, the closed roof space can be limited to the surface of only one panel. This is different from other roof designs where often only part of the panels can slide (for example where only one panel slides onto a second panel), and/or the panels can only partly slide over each other (for example where the panels project on one side and form a stair structure), limiting the size of the open roof space. In addition to an aesthetic improvement, the current roof design will also be able to provide more light in an open roof position. Optionally, the stacked panels can lie on top of each other; in this case the upper or lower panel walls of upper or lower panels will come into contact with each other. In a stacked position, the weight of the upper panels can be absorbed by the underlying panels, or the weight of each panel can be absorbed separately by, for example, the rail system and/or additional support elements, or a combination of both.

[0069] De beweegbare panelen zijn bij voorkeur in hetzelfde vlak uitlijnbaar; ze kunnen in hetzelfde vlak uitgelijnd worden. De beweegbare panelen zijn in hetzelfde vlak uitgelijnd bij een (volledig) gesloten dakstand. In hetzelfde vlak betekent dat de panelen in één vlak liggen waarbij de panelen naast elkaar op nagenoeg dezelfde hoogte (geen trap structuur) in een rechte lijn (geen kromming) ingericht zijn. Het raakvlak van de boven- en/of onderoppervlakken van elk paneel zal bij een volledig gesloten dakstand doorlopen in de respectievelijke boven- en/of onderoppervlakken van de aangrenzende panelen; d.w.z. afgezien van enige uitsteeksels (e.g. verstevigingselementen) of openingen (e.g. goten voor waterafvoer, of voor plaatsing van verlichting) voorzien in de bovenste en/of onderste paneelwanden; voor verdere verduidelijking wordt verwezen naar de figuren.The movable panels are preferably coplanar alignable; they can be aligned in the same plane. The movable panels are aligned in the same plane with a (completely) closed roof position. In the same plane means that the panels lie in one plane, whereby the panels are arranged next to each other at almost the same height (no staircase structure) in a straight line (no curvature). The interface of the top and/or bottom surfaces of each panel will continue into the respective top and/or bottom surfaces of the adjacent panels when the roof is fully closed; i.e. excluding any projections (e.g. reinforcing elements) or openings (e.g. gutters for water drainage, or for placement of lighting) provided in the upper and/or lower panel walls; for further clarification reference is made to the figures.

[0070] Er kunnen talloze variaties bestaan op de afmetingen van de panelen en bijgevolg ook op de afmetingen van de dakinrichting. De afmetingen kunnen onder andere aangepast worden aan de omvang van het dak, de hoeveelheid beweegbare panelen, het materiaal waaruit de panelen vervaardigd zijn, enzovoort. Bij wijze van voorbeeld kan een paneel een lengte hebben van minstens 0.50 m tot hoogstens 5.00 m; zoals 2.00 m, 2.50 m, 3.00 m, 3.50 m, 4.00 m, 4.50 m enzovoort. Bij wijze van voorbeeld kan een paneel een breedte hebben van minstens 0.50 m tot hoogstens 3.00 m; zoals 1.00 m, 1.50 m, 2.00 m, enzovoort. Bij wijze van voorbeeld kan een paneel een hoogte hebben van minstens 1 cm tot hoogstens 50 cm; zoals 5 cm, 10 cm, 15 cm, 20 cm, 25 cm enzovoort. In een voorbeeldsuitvoeringsvorm wordt een dak met volgende dimensies beschouwd: 4.50 m x 6.20 m. Dit dak kan in een eerste voorbeeld ingevuld worden door 6 beweegbare panelen, waarbij elk paneel 950 mm x 4200 mm is (na aftrek van het kader waarin de illustratieve dakinvulling gemonteerd zal worden). In een tweede voorbeeld kan ditzelfde dak ingevuld worden door 8 panelen, waarbij elk paneel 715 mm x 4200 mm is. De voor- en nadelen van de verschillende afmetingen zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. Alternatief of bijkomend kunnen er ook meerdere dakinrichtingen langs of tegenover elkaar geplaatst worden in afzonderlijke rijen en/of kolommen. Hierdoor is er in principe geen beperking op de maximale dakoppervlakte die ingevuld dient te worden.There can be numerous variations on the dimensions of the panels and consequently also on the dimensions of the roofing device. The dimensions can be adapted to, among other things, the size of the roof, the amount of movable panels, the material from which the panels are made, and so on. By way of example, a panel may have a length of at least 0.50 m to at most 5.00 m; such as 2.00m, 2.50m, 3.00m, 3.50m, 4.00m, 4.50m and so on. By way of example, a panel may have a width of at least 0.50 m to at most 3.00 m; such as 1.00m, 1.50m, 2.00m and so on. By way of example, a panel may have a height of at least 1 cm to at most 50 cm; such as 5cm, 10cm, 15cm, 20cm, 25cm and so on. In an exemplary embodiment, a roof with the following dimensions is considered: 4.50 mx 6.20 m. In a first example, this roof can be filled in by 6 movable panels, where each panel is 950 mm x 4200 mm (after deduction of the frame in which the illustrative roof infill is mounted will be). In a second example, this same roof can be filled in by 8 panels, with each panel measuring 715 mm x 4200 mm. The advantages and disadvantages of the different sizes are believed to be known to those skilled in the art. Alternatively or additionally, several roof devices can also be placed alongside or opposite each other in separate rows and/or columns. As a result, there is in principle no limitation on the maximum roof surface that must be filled in.

[0071] Het paneelkader - of zoals hierin gebruikt kader - verwijst naar een rigide structuur die geschikt is om een paneelinvulling te ondersteunen en bij voorkeur te omlijsten. Het kader omvat minstens één kaderprofiel. Een kaderprofiel - of zoals hierin gebruikt profiel - verwijst naar een rigide en bij voorkeur langwerpig lichaam, typisch gebruikt als omlijsting van een kader. Een profiel kan afhankelijk van de gewenste uitvoeringsvorm zowel afgerond als plat zijn, met een brede of smalle wand, vanbinnen hol of gevuld zijn met een vulmateriaal, geribbeld of glad zijn, en/of ornamentele afwerkingen omvatten. De gewenste afmetingen van het kader en bij uitbreiding die van de profielen zullen typisch overeenkomen met de gewenste afmetingen van het paneel. De vakman wordt verondersteld voldoende kennis te hebben om het paneelkader naar de gewenste uitvoeringsvorm aan te passen. De profielen zijn typisch vervaardigd uit een rigide materiaal. Dit kan bijvoorbeeld aluminium zijn. Aluminium heeft veel voordelen als profielmateriaal, het is namelijk tegelijk robuust en licht, goed bestand tegen slechte weersomstandigheden en vereist weinig onderhoud. Andere materialen zijn echter ook geschikt en de voor- of nadelen ervan zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. Een profiel kan met behulp van verschillende technieken geproduceerd worden afhankelijk van het materiaal, waaronder extruderen, frezen, zetten, gieten, lassen, enzovoort. De gepaste productietechniek wordt verondersteld gekend te zijn door de vakman.The panel frame - or frame as used herein - refers to a rigid structure suitable for supporting and preferably framing a panel infill. The frame includes at least one frame profile. A frame profile - or profile as used herein - refers to a rigid and preferably elongate body, typically used as a frame framing. Depending on the desired embodiment, a profile can be rounded as well as flat, with a wide or narrow wall, be hollow or filled on the inside with a filling material, be ribbed or smooth, and/or have ornamental finishes. The desired dimensions of the frame and by extension those of the profiles will typically correspond to the desired dimensions of the panel. The skilled person is believed to have sufficient knowledge to adapt the panel frame to the desired embodiment. The profiles are typically made of a rigid material. This can be aluminum for example. Aluminum has many advantages as a profile material, because it is robust and light at the same time, resistant to adverse weather conditions and requires little maintenance. However, other materials are also suitable and their advantages or disadvantages are believed to be known to those skilled in the art. A profile can be produced using different techniques depending on the material, including extrusion, milling, setting, casting, welding, and so on. The appropriate manufacturing technique is believed to be known to those skilled in the art.

[0072] Het kader heeft typisch een nagenoeg vierhoekige, bij voorkeur rechthoekige, vorm. Het kader kan gevormd worden door een enkel, meermaals gebogen kaderprofiel. Het is echter eenvoudiger en efficiënter om meerdere kaderprofielen te produceren en vervolgens aan elkaar te koppelen ter vorming van het kader. Het paneelkader zal typisch vier profielen omvatten; in het bijzonder twee hoofdprofielen welke typisch aan de voor- en achterkant van het dakpaneel ingericht zijn en daardoor de voor- en achterwand vormen, en twee zijprofielen welke typisch aan de kopse kant van het dakpaneel ingericht zijn en daardoor de zijwanden vormen. De voor- en achterkant van het dakpaneel zal typisch gevormd worden door de lange zijden van het dakpaneel en de kopse kant door de korte zijden. De vakman begrijpt dat naargelang de gewenste uitvoeringsvorm van het dakpaneel dit ook omgekeerd kan zijn, met name dat voor- en achterkant van het dakpaneel zal gevormd worden door de lange zijden van het dakpaneel en de kopse kant door de korte zijden. De hoofdprofielen en zijprofielen worden verderop in meer detail besproken.The frame typically has a substantially quadrangular, preferably rectangular, shape. The frame can be formed by a single frame profile bent several times. However, it is easier and more efficient to produce multiple frame profiles and then link them together to form the frame. The panel frame will typically comprise four profiles; in particular two main profiles which are typically arranged at the front and rear of the roof panel and thereby form the front and rear wall, and two side profiles which are typically arranged at the end face of the roof panel and thereby form the side walls. Typically, the front and back of the roof panel will be formed by the long sides of the roof panel and the front end by the short sides. The skilled person understands that, depending on the desired embodiment of the roof panel, this can also be the other way around, in particular that the front and back of the roof panel will be formed by the long sides of the roof panel and the front side by the short sides. The main profiles and side profiles are discussed in more detail below.

[0073] De paneelinvulling zal typisch de bovenkant van het dakpaneel vormen en bij montage in een dakinrichting ook de bovenkant van het dak. De paneelinvulling zal de waterdichte afscherming van het dak verzorgen. De paneelinvulling is uitgevoerd in een waterdicht materiaal dat bij voorkeur onder een helling en/of met een bepaalde convexe buiging waterdicht in het paneelkader gemonteerd wordt of monteerbaar is. Hierdoor zal het water dat op het dakpaneel terecht komt, kunnen aflopen langs de zijkanten van het dakkader, zonder daarbij op de zich daaronder bevindende scherminrichting terecht te komen wat mogelijks aftekening, schade of blijvende sporen zou kunnen nalaten.The panel infill will typically form the top of the roof panel and, when mounted in a roofing device, will also form the top of the roof. The panel infill will provide the watertight shielding of the roof. The panel infill is made of a watertight material which is preferably mounted or mountable in the panel frame under a slope and/or with a certain convex bend. As a result, the water that ends up on the roof panel will be able to run off along the sides of the roof frame, without landing on the screen device located below it, which could possibly leave markings, damage or permanent traces.

[0074] De paneelinvulling zal typisch een plaat zijn welke de ruimte van het paneelkader invult; bij voorkeur de volledige ruimte tussen de hoofdprofielen van het paneelkader. De paneelinvulling kan uit verschillende materialen vervaardigd worden of zelfs combinaties van materialen. De materiaalkeuze kan onder andere aangepast worden aan de omvang van het dak (rigiditeit), de toepassing van de dakinrichting (lichtdoorlatend of lichtblokkerend), het klimaat waarin de constructie geplaatst wordt (voornamelijk zon, regen of sneeuw), enzovoort. Bij wijze van voorbeeld kan de paneelinvulling gemaakt zijn van metaal (e.g. aluminium), kunststof (e.g. PC, PMMA, PVC), (gelaagd) glas, enzovoort, en/of combinaties van verschillende materiaalsoorten. Optioneel kan de paneelinvulling gecoat zijn, bijvoorbeeld met een waterafstotende coating. De voor- en nadelen van de verschillende materiaalsoorten en coatings zijn verondersteld gekend te zijn door de vakman. In het bijzonder kan de paneelinvulling gemaakt zijn uit een gelaagde structuur waarvan de lagen, in het bijzonder transparante lagen, hetzelfde of een ander materiaal kunnen bevatten. Het voordeel van een dergelijke gelaagde structuur is de structurele versterking van de paneelinvulling voor éénzelfde of beperktere hoogte zodat externe lasten zoals sneeuw beter gedragen worden met beperkte en/of niet blijvende doorbuiging. Een voorbeeld is het gebruik van gelaagd glas waarbij de glaspanelen een dikte hebben van 3 mm en de kunststof tussenlaag een dikte heeft van 0.2 mm.The panel infill will typically be a sheet which fills in the space of the panel frame; preferably the entire space between the main profiles of the panel frame. The panel infill can be made from different materials or even combinations of materials. The choice of materials can be adapted to, among other things, the size of the roof (rigidity), the application of the roof design (translucent or light-blocking), the climate in which the construction is placed (mainly sun, rain or snow), and so on. By way of example, the panel infill may be made of metal (e.g. aluminum), plastic (e.g. PC, PMMA, PVC), (laminated) glass, etc., and/or combinations of different material types. Optionally, the panel infill can be coated, for example with a water-repellent coating. The advantages and disadvantages of the different types of materials and coatings are believed to be known to those skilled in the art. In particular, the panel infill may be made of a layered structure whose layers, especially transparent layers, may contain the same or a different material. The advantage of such a layered structure is the structural reinforcement of the panel infill for the same or more limited height so that external loads such as snow are better supported with limited and/or permanent deflection. An example is the use of laminated glass, where the glass panels have a thickness of 3 mm and the plastic intermediate layer has a thickness of 0.2 mm.

[0075] De paneelinvulling kan lichtblokkerend, lichtdoorlatend of optisch transparant zijn. Onder lichtblokkerend wordt verstaan dat de paneelinvulling het zichtbaar licht nagenoeg volledig blokkeert; bijvoorbeeld hoogstens 5% van het zichtbaar licht doorlaat; bij voorkeur hoogstens 3%; meer bij voorkeur hoogstens 1%. Onder lichtdoorlatend wordt verstaan dat de paneelinvulling het zichtbaar licht gedeeltelijk doorlaat maar ook gedeeltelijk blokkeert en/of verstrooid; bijvoorbeeld minstens 10% van het zichtbaar licht doorlaat of bijvoorbeeld minstens 90% van het zichtbaar licht verstrooid; bijvoorbeeld hoogstens 90% van het zichtbaar licht doorlaat of bijvoorbeeld minstens 10% van het zichtbaar licht verstrooid. Onder optisch transparant wordt verstaan dat de paneelinvulling het zichtbaar licht nagenoeg volledig doorlaat; bijvoorbeeld minstens 90% van het zichtbaar licht doorlaat of hoogstens 10% van het zichtbaar licht verstrooid; bij voorkeur minstens 95% van het zichtbaar licht doorlaat of hoogstens 5% van het zichtbaar licht verstrooid; meer bij meer voorkeur minstens 98% van het zichtbaar licht doorlaat of hoogstens 2% van het zichtbaar licht verstrooid; meer bij meer voorkeur minstens 99% van het zichtbaar licht doorlaat of hoogstens 1% van het zichtbaar licht verstrooid. Eveneens is het mogelijk om patronen, logo’s, motieven, etc. aan te brengen in de paneelinvulling door de paneelinvulling te vervaardigen uit zowel lichtblokkerende, lichtdoorlatende en/of optisch transparante zones.The panel infill can be light blocking, light transmissive or optically transparent. By light-blocking is meant that the panel infill blocks the visible light almost completely; for example, transmits at most 5% of visible light; preferably at most 3%; more preferably at most 1%. Translucent is understood to mean that the panel infill partially transmits visible light but also partially blocks and/or scatters it; for example transmitting at least 10% of the visible light or for example scattering at least 90% of the visible light; for example transmits at most 90% of the visible light or, for example, scatters at least 10% of the visible light. Optically transparent is understood to mean that the panel infill allows the visible light to pass almost completely; for example, transmitting at least 90% of the visible light or scattering at most 10% of the visible light; preferably transmits at least 95% of the visible light or scatters at most 5% of the visible light; more preferably transmitting at least 98% of the visible light or scattering at most 2% of the visible light; more preferably transmits at least 99% of the visible light or scatters at most 1% of the visible light. It is also possible to apply patterns, logos, motifs, etc. to the panel infill by manufacturing the panel infill from light-blocking, light-transmitting and/or optically transparent zones.

[0076] Een oppervlak van de paneelinvulling kan gebogen zijn. Bij voorkeur zal het oppervlak van de paneelinvulling convex zijn. Convex zoals hierin gebruikt betekent dat het oppervlak naar buiten gebogen is. Het convexe oppervlak zal typisch de bovenkant van het dakpaneel vormen. De convexe vorm heeft als voordeel dat dat het regen- en/of sneeuwwater richting de zijprofielen van het paneel zal aflopen voor verbeterde waterafvoer.A surface of the panel infill may be curved. Preferably the surface of the panel infill will be convex. Convex as used herein means that the surface is curved outward. The convex surface will typically form the top of the roof panel. The convex shape has the advantage that the rain and/or snow water will run off towards the side profiles of the panel for improved water drainage.

[0077] Het convexe oppervlak kan boogvormig zijn. Boogvormig zoals hierin gebruikt betekent dat het oppervlak van de paneelinvulling naar buiten gebogen is zoals de omtrek van een cirkel. Het convexe oppervlak kan cirkel- of bolvormig zijn. Bolvormig zoals hierin gebruikt betekent dat het oppervlak van de paneelinvulling naar buiten gebogen is zoals de omtrek van een sfeer. Een boogvormig of bolvormig oppervlak zal voor verbeterde waterafvoer zorgen. De curve van het convexe oppervlak kan optioneel gedeeltelijk of volledig afwijken; bijvoorbeeld ter vorming van een ellipsvormig of ovaalvormig oppervlak.The convex surface may be arcuate. Arc-shaped as used herein means that the surface of the panel infill is curved outwardly like the perimeter of a circle. The convex surface may be circular or spherical. Spherical as used herein means that the surface of the panel infill is curved outwardly like the perimeter of a sphere. An arcuate or spherical surface will provide improved water drainage. The curve of the convex surface may optionally deviate partially or completely; for example to form an elliptical or oval-shaped surface.

[0078] De kromtestraal (R) van het gebogen oppervlak is minstens 1 m tot hoogstens 150 m. De kromtestraal is bij voorkeur 5 m tot 100 m; meer bij voorkeur 10 m tot 80 m; meer bij voorkeur 20 m tot 60 m; meer bij voorkeur 30 m tot 40 m; bijvoorbeeld 31 m; bijvoorbeeld 32 m; bijvoorbeeld 33 m; bijvoorbeeld 34 m; bijvoorbeeld 35 m; bijvoorbeeld 36 m; bijvoorbeeld 37 m; bijvoorbeeld 38 m; bijvoorbeeld 39 m. De vakman begrijpt dat de kromtestraal wordt berekend als een kromtestraal interval op basis van de R-test, waarbij de lengte overeenkomt met de koorde van de gebogen paneelinvulling en de hoogte gemeten wordt vanuit het hoogste (midden)punt tot de koorde. Optioneel kan de top intern ondersteund of verstrekt worden.The radius of curvature (R) of the curved surface is at least 1 m to at most 150 m. The radius of curvature is preferably 5 m to 100 m; more preferably 10 m to 80 m; more preferably 20 m to 60 m; more preferably 30 m to 40 m; for example 31 m; for example 32 m; for example 33 m; for example 34 m; for example 35 m; for example 36 m; for example 37 m; for example 38 m; for example 39 m. The skilled person understands that the radius of curvature is calculated as a radius of curvature interval based on the R-test, where the length corresponds to the chord of the curved panel infill and the height is measured from the highest (middle) point to the chord . Optionally, the top can be supported or provided internally.

[0079] De top van de gebogen paneelinvulling kan minstens 10 mm tot hoogstens 50 mm hoger liggen dan een uiteinde van de paneelinvulling aan de kopse zijkanten van het dakpaneel. De top ligt bij voorkeur minstens 10 mm tot hoogstens 45 mm hoger; meer bij voorkeur 10 mm tot 40 mm; meer bij voorkeur 15 mm tot 35 mm; meer bij voorkeur 20 mm tot 30 mm; bijvoorbeeld 25 mm.The top of the curved panel infill may be at least 10 mm to at most 50 mm higher than one end of the panel infill at the end faces of the roof panel. The top is preferably at least 10 mm to at most 45 mm higher; more preferably 10mm to 40mm; more preferably 15mm to 35mm; more preferably 20mm to 30mm; e.g. 25mm.

[0080] Een oppervlak van de paneelinvulling kan geheld staan. De helling heeft als voordeel dat het regen- en/of sneeuwwater richting de zijprofielen van het paneel zal aflopen voor verbeterde waterafvoer. Bij voorkeur zal het oppervlak van de paneelinvulling een zadeldak vormen. De term “zadeldak” zoals hierin gebruikt betekent dat de paneelinvulling uit minstens twee tegen elkaar geplaatste hellende paneelinvullingonderdelen bestaat die elkaar in een nok snijden. De onderdelen worden bij voorkeur aan elkaar gekoppeld in de nok om een stabiele structuur te verkrijgen. De hellende paneelinvullingonderdelen zijn bij voorkeur van gelijke lengte; m.a.w. de paneelinvulling vorm een symmetrisch zadeldak. Alternatief kan een enkele paneelinvulling een zadeldak vormen door op minstens één punt gebogen te worden; het buigingspunt zal de nok vormen. Optioneel kan de top van de nok intern ondersteund of verstrekt worden. De zadeldakvorm heeft als voordeel dat het regen- en/of sneeuwwater richting de zijprofielen van het paneel zal aflopen voor verbeterde waterafvoer.A surface of the panel infill may be inclined. The slope has the advantage that the rain and/or snow water will run off towards the side profiles of the panel for improved water drainage. Preferably, the surface of the panel infill will form a gable roof. The term "gable roof" as used herein means that the panel infill consists of at least two pitched panel infill members placed against each other and intersecting in a ridge. The parts are preferably coupled together in the ridge to obtain a stable structure. The sloped panel infill members are preferably of equal length; in other words, the panel infill forms a symmetrical gable roof. Alternatively, a single panel infill can form a gable roof by being bent at least one point; the inflection point will form the ridge. Optionally, the top of the ridge can be internally supported or provided. The gable roof shape has the advantage that the rain and/or snow water will run off towards the side profiles of the panel for improved water drainage.

[0081] De helling van de paneelinvulling kan een hellingsgraad hebben van minstens 0.5° tot hoogstens 5.0° van de nok tot een uiteinde van de paneelinvulling aan de kopse zijkanten van het dakpaneel. De hellingsgraad is bij voorkeur minstens 1.0° tot hoogstens 3.0°; meer bij voorkeurThe slope of the panel infill may have a slope of at least 0.5° to at most 5.0° from the ridge to one end of the panel infill at the end faces of the roof panel. The slope is preferably at least 1.0° to at most 3.0°; more preferably

1.0° tot 2.5°; meer bij voorkeur 1.0° tot 2.0°; meer bij voorkeur ongeveer 1.5°; bijvoorbeeld 1.3°.1.0° to 2.5°; more preferably 1.0° to 2.0°; more preferably about 1.5°; for example 1.3°.

[0082] De nok van de gebogen paneelinvulling kan minstens 10 mm tot hoogstens 50 mm hoger liggen dan een uiteinde van de paneelinvulling aan de kopse zijkanten van het dakpaneel. De top ligt bij voorkeur minstens 10 mm tot hoogstens 45 mm hoger; meer bij voorkeur 10 mm tot 40 mm; meer bij voorkeur 15 mm tot 35 mm; meer bij voorkeur 20 mm tot 30 mm; bijvoorbeeld 25 mm.The ridge of the curved panel infill may be at least 10 mm to at most 50 mm higher than one end of the panel infill at the short sides of the roof panel. The top is preferably at least 10 mm to at most 45 mm higher; more preferably 10mm to 40mm; more preferably 15mm to 35mm; more preferably 20mm to 30mm; e.g. 25mm.

[0083] De paneelinvulling wordt bij voorkeur aan het paneelkader bevestigd door een klemming van het lichaam van de paneelinvulling door de kaderprofielen. Het kader kan daarbij een ruimte vormen geschikt voor opname van de paneelinvulling. Bij voorkeur zal de paneelinvulling langs minstens een bovenkant en een onderkant geklemd worden. Een rand, bij voorkeur alle randen,The panel infill is preferably secured to the panel frame by clamping the body of the panel infill through the frame profiles. The frame can thereby form a space suitable for receiving the panel infill. Preferably, the panel infill will be clamped along at least a top and a bottom. An edge, preferably all edges,

van een bovenvlak en/of ondervlak van de paneelinvulling kunnen gedeeltelijk bij voorkeur volledig bedekt worden door de kaderprofielen. Alternatief of bijkomend kan de paneelinvulling langs de zijkanten geklemd worden. Bij voorkeur zullen de zijkanten van de paneelinvulling volledig bedekt worden door de kaderprofielen.of an upper surface and/or lower surface of the panel infill can be partially, preferably completely covered by the frame profiles. Alternatively or additionally, the panel infill can be clamped along the sides. Preferably, the sides of the panel infill will be completely covered by the frame profiles.

[0084] De klemming van de paneelinvulling kan verwezenlijkt worden door de hoofdprofielen en/of zijprofielen te voorzien met een U-profiel (ook bekend als C-profiel), waarbij de afstand tussen de opstaande wanden van het U-profiel (ook bekend als de hoogte) nagenoeg overeenkomt met de dikte van de paneelinvulling. Door de paneelinvulling tussen de opstaande wanden te schuiven zal het geklemd blijven na koppeling van aanliggende profielen.The clamping of the panel infill can be achieved by providing the main profiles and/or side profiles with a U-profile (also known as C-profile), whereby the distance between the upright walls of the U-profile (also known as the height) almost corresponds to the thickness of the panel infill. By sliding the panel infill between the upright walls, it will remain clamped after connecting adjacent profiles.

[0085] De klemming van de paneelinvulling kan verwezenlijkt worden door de hoofdprofielen en/of zijprofielen te voorzien met twee klemprofielen, waarbij een klemprofiel contact zal maken met een bovenzijde van de paneelinvulling en een tweede klemprofiel contact zal maken met een onderzijde van de paneelinvulling. De klemprofielen kunnen vervolgens gekoppeld worden aan een opstaande zijwand van de hoofdprofielen en/of zijprofielen om de paneelinvulling te klemmen.The clamping of the panel infill can be achieved by providing the main profiles and/or side profiles with two clamping profiles, wherein a clamping profile will contact a top side of the panel infill and a second clamping profile will contact a bottom side of the panel infill. The clamping profiles can then be coupled to an upright side wall of the main profiles and/or side profiles to clamp the panel infill.

[0086] De paneelinvulling kan met een lekvrije afdichting aan het paneelkader bevestigd zijn. Bij voorkeur zal bij het vastklemmen van de paneelinvulling de afdichting alle vrije ruimtes sluiten en daardoor potentiële lekken van regen- en sneeuwwater voorkomen. De afdichting kan geplaatst worden tussen het kader en de paneelinvulling. De afdichting kan ook geplaatst worden tussen afzonderlijke kaderprofielen. De afdichting is typisch vervaardigd uit een samendrukbaar materiaal. Dit kan bijvoorbeeld kunststof of rubber zijn. Alternatief kan de afdichting gerealiseerd worden door uithardbare materialen zoals siliconen.The panel infill may be secured to the panel frame with a leak-proof seal. Preferably, when clamping the panel infill, the seal will close all free spaces and thereby prevent potential leaks of rain and snow water. The seal can be placed between the frame and the panel infill. The seal can also be placed between individual frame profiles. The seal is typically made of a compressible material. This can be, for example, plastic or rubber. Alternatively, the seal can be realized by curable materials such as silicone.

[0087] Het paneelkader kan verder een afwateringssleuf omvatten voor neerwaartse afvoer van regen of sneeuwwater dat bij voorkeur zijdelings afloopt van de bovenkant van een paneelinvulling. Een afwateringssleuf kan gevormd worden door de lengte van de paneelinvulling minder lang te produceren dan de overeenkomende lengte van de hoofdprofielen van het paneelkader waartegen de paneelinvulling bevestigd zal worden. Hierdoor ontstaat er bij de assemblage een langwerpige opening tussen een zijkant van de paneelinvulling en een zijprofiel van het paneelkader waarlangs het water kan aflopen. Op de zijkant van de paneelinvulling kan een neerwaarts gericht druipneusprofiel bevestigd worden welke kan bijdragen bij de afscherming van de onderliggende scherminrichting tegen neerwaarts aflopend water. In een voordelige uitvoeringsvorm zullen beide zijdelingse profielen een afwateringssleuf vormen aan beide zijden van het dakpaneel, met bij voorkeur een druipneusprofiel bevestigd aan beide zijden van de paneelinvulling.The panel frame may further include a drainage slot for downward drainage of rain or snow water that preferably slopes laterally from the top of a panel infill. A drainage trench can be formed by producing the length of the panel infill less long than the corresponding length of the main profiles of the panel frame against which the panel infill will be attached. This creates an elongated opening during assembly between one side of the panel infill and a side profile of the panel frame along which the water can drain. A downwardly directed drip-nose profile can be attached to the side of the panel infill, which can contribute to shielding the underlying screen device against downwardly running water. In an advantageous embodiment, both lateral profiles will form a drainage slot on both sides of the roof panel, preferably with a drip-nose profile attached to both sides of the panel infill.

[0088] Optioneel kan bij montage van het dakpaneel in een dakinrichting de afwateringssleuf boven een dakkadergoot van de dakinrichting of dakconstructie geplaatst worden voor verbeterde waterafvoer om lekken op het grondvlak van de dakinrichting zoals het terras te voorkomen. Door de breedte van de afwateringssleuf kleiner te houden dan de gootbreedte van de dakkadergoot, kan de waterdichting aan het zicht onttrokken worden.Optionally, when mounting the roof panel in a roofing device, the drainage slot can be placed above a roof frame gutter of the roofing device or roof construction for improved water drainage to prevent leaks on the base of the roofing device such as the terrace. By keeping the width of the drainage slot smaller than the gutter width of the roof frame gutter, the waterproofing can be hidden from view.

[0089] Het paneelkader kan verder een dakpaneelgoot omvatten voor zijdelingse afvoer van regen of sneeuwwater dat bij voorkeur zijdelings afloopt van de bovenkant van een hoofdprofiel. Een dakpaneelgoot kan gevormd worden door een hoofdprofiel te voorzien met een hellende structuur aan een uiteinde van het hoofdprofiel. Hierdoor ontstaat er bij de montage van de dakpanelen in een dakinrichting een dakpaneelgoot tussen twee aangrenzende dakpanelen, in het bijzonder tussen twee aangrenzende hoofdprofielen van twee aangrenzende dakpanelen, d.w.z. tussen een voorste hoofdprofiel van een eerste dakpaneel en een achterste hoofdprofiel van een tweede dakpaneel. Het zijdelings aflopende water kan vervolgens via de bovenbeschreven druipneus neerwaarts aflopen, bij voorkeur langsheen de bovenbeschreven afwateringssleuf, of er kan een aparte afwateringsopening voorzien worden aan de zijkant van het hoofdprofiel.The panel frame may further comprise a roof panel gutter for lateral drainage of rain or snow water which preferably slopes laterally from the top of a main profile. A roof panel gutter can be formed by providing a main profile with a sloping structure at one end of the main profile. As a result, when the roof panels are mounted in a roof device, a roof panel gutter is created between two adjacent roof panels, in particular between two adjacent main profiles of two adjacent roof panels, i.e. between a front main profile of a first roof panel and a rear main profile of a second roof panel. The laterally draining water can then drain downwards via the above-described drip nose, preferably along the above-described drainage slot, or a separate drainage opening can be provided on the side of the main profile.

[0090] De dakinrichting kan verder een dakkadergoot omvatten voor zijdelingse afvoer van regen of sneeuwwater dat bij voorkeur zijdelings afloopt van de bovenkant van een dakpaneel. De dakkadergoot kan een langgerekte balkvormige of halfronde constructie omvatten die typisch in verbinding staat met een verticale afvoerpijp. De dakkadergoot voorkomt daarbij dat het afgevoerde water direct van het dak op het onderliggend terras of grond valt.The roofing device may further comprise a roof framing gutter for lateral drainage of rain or snow water which preferably slopes laterally from the top of a roof panel. The roof framing gutter may comprise an elongated beam-shaped or semicircular structure typically communicating with a vertical drainpipe. The roof frame gutter prevents the drained water from falling directly from the roof onto the underlying terrace or ground.

[0091] De dakkadergoot kan een aparte structuur zijn die aan een paneelkader vasthangt of ermee in verbinding staat. Alternatief kan de dakkadergoot geïntegreerd zijn in het paneelkader. De dakkadergoot zal ingericht zijn om het aflopend water van een dakpaneel op te vangen. De dakkadergoot kan langs het dakpaneel ingericht zijn, waarbij de dakkadergoot bij voorkeur aansluit aan een uiteinde van het dakpaneel. De dakkadergoot kan onder een dakpaneel ingericht zijn, waarbij de dakkadergoot bij voorkeur onder een uiteinde van het bovenliggend dakpaneel ingericht is. De dakkadergoot kan onder een afwateringssleuf van een bovenliggend dakpaneel ingericht zijn. De dakkadergoot kan onder het bovenliggend dakpaneel vasthangen.The roof frame gutter can be a separate structure that hangs from or communicates with a panel frame. Alternatively, the roof frame gutter can be integrated into the panel frame. The roof frame gutter will be designed to collect the running water from a roof panel. The roof frame gutter can be arranged along the roof panel, wherein the roof frame gutter preferably connects to one end of the roof panel. The roof frame gutter can be arranged under a roof panel, wherein the roof frame gutter is preferably arranged below one end of the top roof panel. The roof frame gutter can be arranged under a drainage slot of an upper roof panel. The roof frame gutter can hang below the roof panel above.

[0092] De dakkadergoot kan onder een druipneusprofiel van een bovenliggend dakpaneel ingericht zijn. De dakkadergoot kan een opstaande wand omvatten om het water te geleiden. De opstaande wand kan een verhoogde bovenrand hebben om overloop van het afgevoerde water te voorkomen. De bovenrand kan verhoogd zijn om hoger dan of minstens op dezelfde hoogte uit te komen als de onderrand van een druipneusprofiel van een bovenliggend dakpaneel. Dit heeft als voordeel dat waterspatten van aflopend water, bij voorkeur via de afwateringssleuf, opgevangen worden. Bovendien zal dit ook voorkomen dat er een lichtspleet ontstaat aan de zijkant van de dakinrichting ten gevolge van de aanwezigheid van een afwateringssleuf.The roof frame gutter can be arranged under a drip-nose profile of an upper roof panel. The roof frame gutter can comprise an upright wall to guide the water. The upright wall may have a raised top edge to prevent overflow of the discharged water. The top edge may be raised to be higher than or at least at the same height as the bottom edge of a drip-nose profile of an overhead roof panel. This has the advantage that water splashes from running water are collected, preferably via the drainage slot. Moreover, this will also prevent a light gap from arising on the side of the roof device as a result of the presence of a drainage slot.

[0093] VOORBEELDEN[0093] EXAMPLES

[0094] Bij wijze van voorbeeld wordt verwezen naar de figuren. De uitvoeringsvormen geïllustreerd in de figuren betreffen geprefereerde uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding en horen geenszins als een beperking te worden geïnterpreteerd.Reference is made to the figures by way of example. The embodiments illustrated in the figures are preferred embodiments of the present invention and should not be construed as limiting in any way.

[0095] Voorbeeld 1: Enkelsporig railsysteem[0095] Example 1: Single track rail system

[0096] Figuur 1 toont een schematische afbeelding van een dakinrichting (100) omvattende drie panelen (200) beweegbaar ingericht langsheen een enkelsporig railsysteem (310). De beweegbare panelen zullen in één en hetzelfde vlak bewegen; bij voorkeur schuifbaar bewegen.Figure 1 shows a schematic view of a roof device (100) comprising three panels (200) arranged movably along a single track rail system (310). The movable panels will move in one and the same plane; preferably slidable.

[0097] In een eerste, open dakstand (figuur 1(a)) zijn alle beweegbare panelen (200) uitgelijnd boven elkaar gestapeld: de bovenste paneelwand van het eerste, onderste paneel (201) is volledig bedekt door de onderste paneelwand van het tweede, aangrenzende, paneel (202); en de bovenste paneelwand van het tweede paneel (202) is volledig bedekt door de onderste paneelwand van het derde, bovenste paneel (203). In figuurl(b) zal een eerste, onderste paneel (201) aangestuurd worden om beweegbaar te bewegen langsheen het enkelsporig railsysteem (310) in de voorwaartse richting (d.w.z. in de richting van de voorste paneelwand); deze voorwaartse bewegingsrichting wordt aangegeven met een gestreepte pijl. Wanneer het eerste paneel (201) volledig vanonder de boven elkaar gestapelde panelen (200) is, zal het tweede paneel (202) neerwaarts bewegen om naast het eerste paneel (201) op het enkelsporig railsysteem (310) terecht te komen (figuur 1(c)); deze neerwaartse bewegingsrichting wordt aangegeven met een gestreepte pijl. Het tweede paneel (202) zal samen met het eerste paneel (201) voorwaarts kunnen bewegen (figuur 1(d)). Hierdoor zal ook het derde, bovenste paneel (203) neerwaarts kunnen bewegen. Alle beweegbare panelen (200) hebben sequentieel (203) voorwaarts en/of neerwaarts bewogen totdat alle beweegbare panelen (200) uitgelijnd naast elkaar in hetzelfde vlak liggen (en bij voorkeur op elkaar aansluiten) (figuurl(e)). Het eerste, onderste paneel (201) is het voorste paneel geworden (201); en het derde, bovenste paneel (203) is het achterste paneel geworden (201).In a first, open roof position (Figure 1(a)) all movable panels (200) are stacked aligned one above the other: the top panel wall of the first, bottom panel (201) is completely covered by the bottom panel wall of the second adjacent panel (202); and the top panel wall of the second panel (202) is completely covered by the bottom panel wall of the third, top panel (203). In Figure 1(b), a first lower panel (201) will be actuated to move movably along the single track rail system (310) in the forward direction (i.e. toward the front panel wall); this forward direction of movement is indicated by a dashed arrow. When the first panel (201) is completely below the stacked panels (200), the second panel (202) will move downwards to land next to the first panel (201) on the single track rail system (310) (Figure 1( c)); this downward direction of movement is indicated by a dashed arrow. The second panel (202) will be able to move forward together with the first panel (201) (Figure 1(d)). This will also allow the third, top panel (203) to move downwards. All movable panels (200) have moved sequentially (203) forward and/or downward until all movable panels (200) are aligned next to each other in the same plane (and preferably abut each other) (Figure 1(e)). The first, bottom panel (201) has become the front panel (201); and the third, top panel (203) has become the rear panel (201).

[0098] Figuur 2 toont een schematische afbeelding van een dakinrichting (100) omvattende drie panelen (200) beweegbaar ingericht langsheen een enkelsporig railsysteem (310), waarbij de dakinrichting (100) verder een aansluitingssysteem omvat. Het aansluitingssysteem omvat een aansluitingselement (220) en een complementair aansluitingspunt (225); elk beweegbaar paneel (200) dat ingericht is om te koppelen met aangrenzende panelen omvat een neerwaarts gericht aansluitingselement (220) ingericht op een voorste paneelwand en een opwaarts gericht aansluitingspunt (225) ingericht op een achterste paneelwand. Het enkelsporig railsysteem (310) omvat een onderste (311) en een bovenste (312) geleidingsrail welke zich uitstrekken in een richting waarlangs het openschuifbaar dak open en dicht zal schuiven. Voor eenvoud worden enkel de geleidingsrails van één zijde van het railsysteem op de afbeelding weergeven; de geleidingsrails ingericht aan de tegenovergestelde zijde van het dakkader worden niet weergeven. Aan een eerste uiteinde in de richting van de achterste paneelwanden lopen de geleidingsrails (schuin)opwaarts zodat de panelen uitgelijnd boven elkaar gestapeld kunnen worden. Elk beweegbaar paneel (200) is bij voorkeur voorzien van minstens één rollager per geleidingsrail (311, 312): minstens vier rollagers in totaal.Figure 2 shows a schematic depiction of a roof device (100) comprising three panels (200) arranged movably along a single track rail system (310), the roof device (100) further comprising a connection system. The terminal system includes a terminal element (220) and a complementary terminal (225); each movable panel (200) adapted to mate with adjacent panels includes a downward facing terminal member (220) arranged on a front panel wall and an upward facing terminal point (225) arranged on a rear panel wall. The single track rail system (310) includes a lower (311) and an upper (312) guide rail which extend in a direction along which the retractable roof will slide open and closed. For simplicity, only the guide rails of one side of the rail system are shown in the picture; the guide rails arranged on the opposite side of the roof frame are not shown. At a first end in the direction of the rear panel walls, the guide rails run (obliquely) upwards so that the panels can be stacked aligned one above the other. Each movable panel (200) is preferably provided with at least one roller bearing per guide rail (311, 312): at least four roller bearings in total.

[0099] Equivalent aan het bovenbeschreven voorbeeld zijn in figuur 2(a) de beweegbare panelen (200) uitgelijnd boven elkaar gestapeld. Het eerste paneel (201) zal voorwaarts bewegen langsheen de geleidingsrails (311, 312) van het enkelsporig railsysteem (310) (figuur 2(b)). Door de voorwaartse beweging zal het aansluitingspunt (225) ingericht op de achterste paneelwand van het eerste paneel (201) overlappen met het aansluitingselement (220) ingericht op de voorste paneelwand van het tweede paneel (202) (figuur 2(c)). Hierdoor zal het tweede paneel (202) neerwaarts kunnen bewegen (figuur 2(d)). De neerwaartse beweging van het tweede paneel (202) zal ervoor zorgen dat het tweede paneel in hetzelfde vlak als het eerste paneel (201) komt liggen en de twee panelen (201, 202) met elkaar zullen koppelen door het inhaken van aansluitingselement (220) van het tweede paneel (202) met aansluitingspunt (225) van het eerste paneel (201) (figuur 2(e)). Deze koppeling (omcirkeld) zal ervoor zorgen dat bij een verdere voorwaartse beweging van het eerste paneel (201), het eerste paneel (201) het tweede, gekoppelde, paneel (202) zal kunnen meetrekken in dezelfde voorwaartse beweegrichting. Het derde paneel (203) zal equivalent aan het bovenstaande kunnen koppelen met het tweede paneel (202) waardoor ook het derde paneel (203) meegetrokken zal worden door de voorwaartse beweging van het eerste paneel (201) (figuur 2(f)).Equivalent to the example described above, in Figure 2(a), the movable panels (200) are stacked in alignment one above the other. The first panel (201) will advance along the guide rails (311, 312) of the single track rail system (310) (Figure 2(b)). Due to the forward movement, the connection point (225) arranged on the rear panel wall of the first panel (201) will overlap with the connection element (220) arranged on the front panel wall of the second panel (202) (Figure 2(c)). This will allow the second panel (202) to move downwards (Figure 2(d)). The downward movement of the second panel (202) will cause the second panel to lie in the same plane as the first panel (201) and will couple the two panels (201, 202) to each other by hooking the connection element (220) of the second panel (202) with connection point (225) of the first panel (201) (Figure 2(e)). This coupling (circled) will ensure that with a further forward movement of the first panel (201), the first panel (201) will be able to pull the second, coupled panel (202) along in the same forward movement direction. Equivalent to the above, the third panel (203) will be able to couple with the second panel (202) whereby the third panel (203) will also be pulled along by the forward movement of the first panel (201) (Figure 2(f)).

[0100] Figuur 3 toont een gedetailleerde afbeelding van een eerste, beweegbaar paneel (201) omvattende een aansluitingssysteem. Het aansluitingssysteem omvat een aansluitingselement (220) ingericht op een voorste paneelwand van het paneel (201) dat kan koppelen met een complementair aansluitingspunt ingericht op een achterste paneelwand van een ander (niet getoond) paneel. Het aansluitingselement (220) omvat een neerwaarts gericht haakvormig lichaam dat zich voorwaarts uitstrekt vanuit de voorste paneelwand; het haakvormig lichaam heeft een L- vormig profiel met een neerwaarts gerichte haakstructuur. Het aansluitingssysteem omvat verder een aansluitingspunt (225) ingericht op een achterste paneelwand van het paneel (201) dat kan koppelen met een complementair aansluitingselement ingericht op een voorste paneelwand van een ander (niet getoond) paneel. Het aansluitingspunt (225) omvat een opwaarts gericht haakvormig lichaam dat zich achterwaarts uitstrekt vanuit de achterste paneelwand; het haakvormig lichaam heeft een L-vormig profiel met een opwaarts gerichte haakstructuur. Het eerst paneel (201) omvat verder een set van rollagers om een beweging langsheen rails mogelijk te maken.Figure 3 shows a detailed depiction of a first movable panel (201) including a terminal system. The terminal system includes a terminal member (220) arranged on a front panel wall of the panel (201) that can mate with a complementary terminal mounted on a rear panel wall of another panel (not shown). The terminal member (220) includes a downwardly directed hook-shaped body extending forwardly from the front panel wall; the hook-shaped body has an L-shaped profile with a downwardly directed hook structure. The connection system further includes a connection point (225) arranged on a rear panel wall of the panel (201) that can mate with a complementary connection element arranged on a front panel wall of another panel (not shown). The connection point (225) includes an upwardly directed hook-shaped body extending rearwardly from the rear panel wall; the hook-shaped body has an L-shaped profile with an upwardly directed hook structure. The first panel (201) further includes a set of roller bearings to allow movement along rails.

[0101] Figuur 4 toont een gedetailleerde afbeelding van een koppeling tussen twee aangrenzende panelen, namelijk een eerste paneel (201) en een tweede paneel (202). De achterste paneelwand van het eerste paneel (201) koppelt met de voorste paneelwand van het tweede paneel (202) doordat het aansluitingselement (220) van het eerste paneel (201) inhaakt op het complementair aansluitingspunt (225) van het tweede paneel (202). In dit voorbeeld zijn er geen openingen tussen de twee aangrenzende paneelwanden van de twee gekoppelde panelen (201, 202). Zowel het bovenvlak als het ondervlak van de gekoppelde panelen vormt een nagenoeg continue en aansluitende oppervlakte.Figure 4 shows a detailed depiction of a coupling between two adjacent panels, namely a first panel (201) and a second panel (202). The rear panel wall of the first panel (201) engages the front panel wall of the second panel (202) in that the connection member (220) of the first panel (201) hooks onto the complementary connection point (225) of the second panel (202) . In this example, there are no gaps between the two adjacent panel walls of the two joined panels (201, 202). Both the top surface and the bottom surface of the coupled panels form an almost continuous and contiguous surface.

[0102] Voorbeeld 2: Meersporig railsysteem[0102] Example 2: Multi-track rail system

[0103] Figuren 5 en 6 tonen schematische afbeeldingen van twee uitvoeringsvormen van dakinrichtingen omvattende drie panelen (200) beweegbaar ingericht langsheen een meersporig railsysteem (320). De panelen (200) zullen in verschillende maar evenwijdige vlakken kunnen bewegen.Figures 5 and 6 show schematic views of two embodiments of roofing devices comprising three panels (200) arranged movably along a multi-track rail system (320). The panels (200) will be able to move in different but parallel planes.

[0104] Figuur 5 illustreert een eerste uitvoeringsvorm waarbij de beweegbare panelen boven elkaar gestapeld doorheen het railsysteem zullen bewegen. In een eerste, open dakstand zijn alle beweegbare panelen (200) boven elkaar gestapeld (figuur 5(a)). Het meest onderliggend paneel (210) is vastgemaakt, het kan niet bewegen langsheen het railsysteem (320). Het eerste beweegbare, bovenste paneel (201) zal aangestuurd worden om te bewegen in de voorwaartse richting langsheen het eerste, meest bovenliggende onderdeel (321) van het meersporig railsysteem (320) (figuur 5(b)); deze voorwaartse bewegingsrichting wordt aangegeven met een gestreepte pijl. Een voorwaartse beweging van het eerste paneel (201) kan ervoor zorgen dat de onderliggende beweegbare panelen (202, 203) in dezelfde voorwaartse richting zullen bewegen; deze onderliggende beweegbare panelen kunnen bijvoorbeeld meegetrokken worden door het eerste paneel (201). Alternatief kunnen de onderliggende beweegbare panelen (202, 203) elk afzonderlijk aangestuurd worden. Door de voorwaartse beweging zal derde beweegbare, onderste paneel (203) niet meer boven het vastgemaakte paneel (210) gestapeld liggen en zal het neerwaarts kunnen bewegen (figuur 5(c)); deze neerwaartse bewegingsrichting wordt aangegeven met een gestreepte pijl. Door de neerwaartse beweging zal derde beweegbaar paneel (203) in hetzelfde vlak terechtkomen als het vastgemaakte paneel (210) zodat de panelen uitgelijnd naast elkaar komen te liggen (figuur 5(d)). De resterende beweegbare panelen zullen voorwaarts bewegen totdat beweegbare alle panelen (200) uitgelijnd naast elkaar in één en hetzelfde vlak liggen (en bij voorkeur op elkaar aansluiten) (figuur 5(e)).Figure 5 illustrates a first embodiment where the movable panels will move stacked one above the other through the rail system. In a first, open roof position, all movable panels (200) are stacked one above the other (Figure 5(a)). The lowermost panel (210) is fixed, it cannot move along the rail system (320). The first movable upper panel (201) will be actuated to move in the forward direction along the first uppermost part (321) of the multi-track rail system (320) (Figure 5(b)); this forward direction of movement is indicated by a dashed arrow. A forward movement of the first panel (201) may cause the underlying movable panels (202, 203) to move in the same forward direction; these underlying movable panels can for instance be pulled along by the first panel (201). Alternatively, the underlying movable panels (202, 203) can each be controlled separately. Due to the forward movement, third movable lower panel (203) will no longer be stacked above the fixed panel (210) and will be able to move downwards (Figure 5(c)); this downward direction of movement is indicated by a dashed arrow. The downward movement will cause the third movable panel (203) to come in the same plane as the fixed panel (210) so that the panels are aligned next to each other (Figure 5(d)). The remaining movable panels will move forward until all movable panels (200) are aligned next to each other in one and the same plane (and preferably abut each other) (Figure 5(e)).

[0105] Figuur 6 illustreert een tweede uitvoeringsvorm waarbij de beweegbare panelen afzonderlijk doorheen het railsysteem zullen bewegen. Figuur 6(a) is equivalent aan figuur 5(a), met het verschil dat elk beweegbaar paneel (200) apart aangestuurd zal worden. In figuur 6(b) zal bij wijze van voorbeeld het derde beweegbare, onderste, paneel (203) als eerste aangestuurd worden om voorwaarts te bewegen langsheen het meersporig railsysteem (310). Het derde beweegbare, onderste, paneel (203) zal voorwaarts bewegen totdat het niet meer boven het vastgemaakte paneel (210) gestapeld ligt en zal het neerwaarts kunnen bewegen (figuur 6(c)); deze neerwaartse bewegingsrichting wordt aangegeven met een gestreepte pijl. De neerwaartse beweging van het derde paneel (203) zal ervoor zorgen dat het derde paneel (203) in hetzelfde vlak terechtkomt als het vastgemaakt paneel (210) (figuur 6(d)). Tegelijkertijd of vervolgens zal bij wijze van voorbeeld het tweede paneel (202) aangestuurd worden om te bewegen langsheen het meersporig railsysteem (310) in de voorwaartse richting. Elk resterend beweegbaar paneel zal afzonderlijk voorwaarts bewegen totdat alle beweegbare panelen (200) naast elkaar in één en hetzelfde vlak liggen (en bij voorkeur op elkaar aansluiten) (figuur 6(e)).Figure 6 illustrates a second embodiment where the movable panels will move separately through the rail system. Figure 6(a) is equivalent to Figure 5(a), except that each movable panel (200) will be controlled separately. By way of example, in Figure 6(b), the third movable lower panel (203) will be first actuated to advance along the multi-track rail system (310). The third movable lower panel (203) will move forward until it is no longer stacked over the attached panel (210) and will be able to move downward (Figure 6(c)); this downward direction of movement is indicated by a dashed arrow. The downward movement of the third panel (203) will cause the third panel (203) to be coplanar with the attached panel (210) (Figure 6(d)). Simultaneously or subsequently, by way of example, the second panel (202) will be actuated to move along the multi-track rail system (310) in the forward direction. Each remaining movable panel will move forward individually until all movable panels (200) lie side by side in one and the same plane (and preferably abut one another) (Figure 6(e)).

[0106] Figuur 7 toont een schematische afbeelding van een dakinrichting omvattende drie panelen (200) beweegbaar ingericht langsheen een meersporig railsysteem (310), waarbij de dakinrichting verder een aansluitingssysteem omvat.Figure 7 shows a schematic illustration of a roof device comprising three panels (200) arranged movably along a multi-track rail system (310), the roof device further comprising a connection system.

[0107] Het aansluitingssysteem omvat een aansluitingselement (220) en een complementair aansluitingspunt (225); elk beweegbaar paneel (200) dat ingericht is om te koppelen met aangrenzende panelen omvat een neerwaarts gericht aansluitingselement (220) ingericht op een voorste paneelwand en een opwaarts gericht aansluitingspunt (225) ingericht op een achterste paneelwand. Het meersporig railsysteem (320) omvat een veelvoud van evenwijdig ingerichte geleidingsrails; namelijk een voorste en een achterste geleidingsrail per beweegbaar paneel (200) welke zich uitstrekken in een richting waarlangs het openschuifbaar dak open en dicht zal schuiven. Voor de eenvoud worden enkel geleidingsrails van één zijde van het railsysteem op de afbeelding weergeven; de geleidingsrails ingericht aan de tegenovergestelde zijde van het dakkader worden niet weergeven.The terminal system includes a terminal element (220) and a complementary terminal (225); each movable panel (200) adapted to mate with adjacent panels includes a downward facing terminal member (220) arranged on a front panel wall and an upward facing terminal point (225) arranged on a rear panel wall. The multi-track rail system (320) includes a plurality of parallel arranged guide rails; namely, a front and a rear guide rail per movable panel (200) extending in a direction along which the sliding roof will slide open and closed. For simplicity, only guide rails from one side of the rail system are shown in the picture; the guide rails arranged on the opposite side of the roof frame are not shown.

[0108] Elk beweegbaar paneel (201,202,203) is voorzien van minstens één rollager per geleidingsrail, dus minstens vier rollagers in totaal. Het meest onderliggend paneel (210) is vastgemaakt; het kan niet bewegen langsheen het railsysteem (320). Het eerste paneel (201) is ondersteund door een eerste voorste (331) en een eerste achterste geleidingsrail (341), het tweede paneel (202) door een tweede voorste (332) en een tweede achterste geleidingsrail (342), en het derde paneel (203) door een derde voorste (333) en een derde achterste geleidingsrail (343). De voorste geleidingsrails (331-333) zijn zijwaartse georiënteerde geleidingrails welke overgaan in een diagonaal oriëntatie. De achterste geleidingsrails (341-343) zijn diagonaal georiënteerde geleidingrails welke overgaan in neerwaartse oriëntatie.Each movable panel (201,202,203) is provided with at least one roller bearing per guide rail, i.e. at least four roller bearings in total. The lowermost panel (210) is attached; it cannot move along the rail system (320). The first panel (201) is supported by a first front (331) and a first rear guide rail (341), the second panel (202) by a second front (332) and a second rear guide rail (342), and the third panel (203) by a third front (333) and a third rear guide rail (343). The front guide rails (331-333) are sideways oriented guide rails which merge into a diagonal orientation. The rear guide rails (341-343) are diagonally oriented guide rails which transition into downward orientation.

[0109] Equivalent aan het bovenbeschreven voorbeeld zijn in figuur 7(a) de beweegbare panelen (200) volledig boven elkaar gestapeld. Het derde beweegbare, onderste, paneel (203) zal bij wijze van voorbeeld als eerste voorwaarts bewegen over de geleidingsrails (333,343) van het meersporig railsysteem (320) (figuur 7(b)). Het derde paneel (203) zal voorwaarts blijven bewegen totdat het aansluitingselement (220) ingericht op de achterste paneelwand van het derde paneel (203) zal overlappen met het aansluitingspunt (225) ingericht op de voorste paneelwand van het vastgemaakt paneel (210) (figuur 7(c)). Hierdoor zal het derde paneel (203) naar neerwaarts kunnen bewegen zodat het aansluitingselement (220) van het derde paneel (203) zal kunnen koppelen met aansluitingspunt (225) van het vastgemaakt paneel (210) (figuur 7(d)). Het derde paneel (203) zal naast het vastgemaakt paneel (210) in hetzelfde vlak komen te liggen. Vervolgens zal ook het tweede beweegbaar paneel (202) voorwaarts bewegen over de geleidingsrails (332,342) van het meersporig railsysteem (320) totdat het tweede paneel (202) op een gelijkaardige manier kan koppelen met het derde paneel (203) (figuur 7(e)); namelijk door het aansluitingselement (220) van het tweede paneel (202) te koppelen met aansluitingspunt (225) van het derde paneel (203). De resterende panelen zullen op hun beurt ook voorwaarts bewegen totdat alle beweegbare panelen uitgelijnd naast elkaar in één en hetzelfde vlak liggen (en bij voorkeur op elkaar aansluiten) (figuur 7(f)).Equivalent to the example described above, in Figure 7(a), the movable panels (200) are stacked completely one above the other. The third movable lower panel (203) will, by way of example, be the first to move forward over the guide rails (333,343) of the multi-track rail system (320) (Figure 7(b)). The third panel (203) will continue to move forward until the connection element (220) arranged on the rear panel wall of the third panel (203) will overlap with the connection point (225) arranged on the front panel wall of the fastened panel (210) (Fig. 7(c)). This will allow the third panel (203) to move downwardly so that the terminal member (220) of the third panel (203) will engage with terminal (225) of the attached panel (210) (Figure 7(d)). The third panel (203) will come to lie in the same plane adjacent to the fastened panel (210). Subsequently, the second movable panel (202) will also move forward over the guide rails (332,342) of the multi-track rail system (320) until the second panel (202) can engage with the third panel (203) in a similar manner (Figure 7(e). )); namely, by coupling the connection element (220) of the second panel (202) to the connection point (225) of the third panel (203). The remaining panels in turn will also move forward until all movable panels are aligned next to each other in one and the same plane (and preferably abut one another) (Figure 7(f)).

[0110] Voorbeeld 3: Aansluitingssysteem[0110] Example 3: Connection System

[0111] De voordelen van een aansluitingssysteem voor toepassing in een dakinrichting werden al beschreven in voorbeeld 1 voor een enkelsporig railsysteem en in voorbeeld 2 voor een meersporig railsysteem. In voorbeeld 3 wordt een geprefereerde uitvoeringsvorm van het aansluitingssysteem beschreven.The advantages of a connection system for use in a roof installation have already been described in example 1 for a single-track rail system and in example 2 for a multi-track rail system. Example 3 describes a preferred embodiment of the connection system.

[0112] Figuren 8A en 8B tonen schematische afbeeldingen van twee uitvoeringsvormen van dakinrichtingen (100) welke een koppeling tussen twee aangrenzende panelen (201, 202) afbeelden, waarbij het aansluitingselement (220) van het eerste paneel (201) koppelt met het complementair aansluitingspunt (225) van het tweede paneel (202).Figures 8A and 8B show schematic views of two embodiments of roofing devices (100) depicting a coupling between two adjacent panels (201, 202), the connection element (220) of the first panel (201) coupling to the complementary connection point (225) of the second panel (202).

[0113] Het aansluitingspunt (225) omvat een eerste lichaam dat zich lateraal voorwaarts uitstrekt vanuit de voorste paneelwand van het tweede paneel (202). Haaks op het uiteinde van het eerste lichaam staat een opwaarts gericht tweede lichaam. Het opwaarts gericht tweede lichaam loopt diagonaal richting de voorste paneelwand van het tweede paneel met een lage hellingshoek. Het uiteinde van het tweede lichaam is gebogen, zodat minstens een deel van het tweede lichaam zich terug richting de voorste paneelwand van het tweede paneel zal uitstrekken. De twee lichamen kunnen ook gezien worden als één doorlopend lichaam met één of meerdere buigingen.The junction (225) includes a first body extending laterally forward from the front panel wall of the second panel (202). At right angles to the end of the first body is an upwardly directed second body. The upwardly directed second body extends diagonally towards the front panel wall of the second panel with a low angle of inclination. The end of the second body is curved so that at least a portion of the second body will extend back toward the front panel wall of the second panel. The two bodies can also be seen as one continuous body with one or more bends.

[0114] Het aansluitingselement (220) omvat een eerste lichaam dat zich lateraal achterwaarts uitstrekt vanuit de achterste paneelwand van het eerste paneel (201). Haaks op het uiteinde van het eerste lichaam staat een neerwaarts gericht tweede lichaam. Het neerwaarts gericht tweede lichaam is deels gekromd ter vorming van een trapvormige oppervlakte met een structuur die overeenkomt met de oppervlakte van het complementair aansluitingspunt (225). Het uiteinde van het tweede lichaam is gebogen, zodat minstens een deel van het tweede lichaam zich terug richting de achterste paneelwand van het eerste paneel zal uitstrekken. Deze vorm zal ervoor zorgen dat bij een neerwaartse beweging van het eerste paneel (201) op het tweede paneel (202) het aansluitingselement (220) zal kunnen inhaken op het aansluitingspunt (225) ter aansluiting van de twee gekoppelde panelen (201, 202). Het eerste paneel (201) omvat verder een verstevigingselement (290) welke een opwaarts gericht lichaam omvat dat zich lateraal uitstrekt vanuit de achterste paneelwand van het eerste paneel (201). Het verstevigingselement (290) is verbonden met het aansluitingselement (220); in het bijzonder met een eerste deel van het lichaam van het aansluitingselement (220) dat zich achterwaarts uitstrekt vanuit de achterste paneelwand van het eerste paneel (201). Het verstevigingselement (290) staat loodrecht op het bovenvlak van het eerste paneel (201). Door de koppeling tussen het aansluitingselement (220) van het eerste paneel (201) en het aansluitingspunt (225) van het tweede paneel (202) zal het verstevigingselement (290) het tweede paneel (202) kunnen ondersteunen en lasten op het bovenvlak van de dakinrichting zullen verspreid kunnen worden over het veelvoud van gekoppelde panelen.The terminal member (220) includes a first body extending laterally rearwardly from the rear panel wall of the first panel (201). At right angles to the end of the first body is a downwardly directed second body. The downwardly directed second body is partially curved to form a stepped surface having a structure corresponding to the surface of the complementary terminal (225). The end of the second body is curved so that at least a portion of the second body will extend back toward the rear panel wall of the first panel. This shape will ensure that when the first panel (201) moves downwards on the second panel (202), the connection element (220) will be able to hook into the connection point (225) for connecting the two coupled panels (201, 202) . The first panel (201) further includes a reinforcing member (290) which includes an upwardly facing body extending laterally from the rear panel wall of the first panel (201). The reinforcing element (290) is connected to the connection element (220); in particular with a first portion of the body of the terminal member (220) extending rearwardly from the rear panel wall of the first panel (201). The reinforcing element (290) is perpendicular to the top surface of the first panel (201). The coupling between the connection element (220) of the first panel (201) and the connection point (225) of the second panel (202) will allow the reinforcing element (290) to support and load the second panel (202) on the top surface of the roof equipment will be able to be spread over the plurality of linked panels.

[0115] Figuur 8A in het bijzonder toont een eerste uitvoeringsvorm waarbij er een opschuifbare clip (230) op een uiteinde van het aansluitingselement (220) geplaatst werd. In deze uitvoeringsvorm zal het aansluitingselement (220) schuifbaar kunnen koppelen met het aansluitingspunt (225). Deze clip (230) zal tijdens koppeling in contact komen met een uiteinde van het aansluitingspunt (225) van het tweede paneel (202), waardoor het lichaam van het aansluitingspunt (225) over de clip (230) zal kunnen schuiven. De clip (230) zal de wrijving tussen de lichamen van het aansluitingselement (220) en het aansluitingspunt (225) beperken en daardoor de koppeling/loskoppeling verbeteren. De clip (230) kan uit verschillende materialen worden vervaardigd, waaronder een kunststof met een lage wrijvingscoëfficiënt, zoals teflon of PTFE. Alternatief of bijkomstig kan de clip (230) ook worden voorzien van een coating die de wrijvingscoëfficiënt verlaagt. De clip (230) kan tevens dienen voor het dempen van geluiden tijdens de sluiting van de dakinrichting. In het bijzonder voorkomt de clip (230) dat twee aluminium oppervlakken tegen elkaar aanslaan tijdens het sluiten, hetgeen typisch lawaai veroorzaakt. Het voorzien van een clip (230) uit een geschikt materiaal voorkomt een dergelijk lawaai.In particular, Figure 8A shows a first embodiment in which a slide-on clip (230) was placed on one end of the terminal member (220). In this embodiment, the connection element (220) will slidably engage the connection point (225). This clip (230) will contact one end of the connection point (225) of the second panel (202) during coupling, which will allow the body of the connection point (225) to slide over the clip (230). The clip (230) will limit the friction between the bodies of the connection element (220) and the connection point (225) and thereby improve the coupling/disconnection. The clip (230) can be made of a variety of materials, including a plastic with a low coefficient of friction, such as Teflon or PTFE. Alternatively or additionally, the clip (230) may also be provided with a coating that lowers the coefficient of friction. The clip (230) can also serve to dampen noises during the closing of the roof device. In particular, the clip (230) prevents two aluminum surfaces from hitting each other during closing, which typically causes noise. Providing a clip (230) of a suitable material prevents such noise.

[0116] Figuur 8B in het bijzonder toont een tweede uitvoeringsvorm waarbij er een rollager (235) op een uiteinde van het aansluitingselement (220) bevestigd is. In deze uitvoeringsvorm zal het aansluitingselement (220) rolbaar kunnen koppelen met het aansluitingspunt (225). Dit rollager (235) zal tijdens koppeling in contact komen met een uiteinde van het aansluitingspunt (225) van het tweede paneel (202), waardoor het lichaam van het aansluitingspunt (225) over het rollager (235) zal kunnen rollen. Het rollager (235) zal wrijving tussen de lichamen van het aansluitingselement (220) en het aansluitingspunt (225) verhinderen en daardoor de koppeling/loskoppeling verbeteren. De rollager (235) kan uit verschillende materialen worden vervaardigd, waaronder een kunststof met een lage wrijvingscoëfficiënt, zoals teflon of PTFE. Alternatief of bijkomstig kan de rollager (235) ook worden voorzien van een coating die de wrijvingscoëfficiënt verlaagt. De rollager (235), net zoals de clip (230), dient tevens voor het dempen van geluiden tijdens de sluiting van de dakinrichting.In particular, Figure 8B shows a second embodiment in which a roller bearing (235) is mounted on one end of the terminal member (220). In this embodiment, the connection element (220) will be able to rollably couple to the connection point (225). This roller bearing (235) will contact one end of the docking point (225) of the second panel (202) during engagement, allowing the body of the docking point (225) to roll over the roller bearing (235). The roller bearing (235) will prevent friction between the bodies of the connection element (220) and the connection point (225) and thereby improve the coupling/disengagement. The roller bearing (235) can be made of a variety of materials, including a plastic with a low coefficient of friction, such as Teflon or PTFE. Alternatively or additionally, the roller bearing (235) can also be provided with a coating that lowers the coefficient of friction. The roller bearing (235), like the clip (230), also serves to dampen noises during the closing of the roof device.

[0117] Figuren 9A en 9B tonen afbeeldingen van de eerste uitvoeringsvorm van Figuur 8A (met schuifbare clip) in perspectief. Naast de bovenbeschreven kenmerken en onderdelen illustreren Figuur 9A en Figuur9B de omvang van de openingen gevormd tussen enerzijds de achterste paneelwand van het eerste paneel (201) en anderzijds de voorste paneelwand van het eerste paneel (201) bij koppeling van het aansluitingspunt (225) aan het aansluitingselement (220). De omvang en vorm van de opening kan aangepast worden door de vorm van het aansluitingspunt (225) en/of het aansluitingselement (220) te veranderen, en/of door de aanwezigheid van bijkomende paneelwanden en/of uitstekende structuren.Figures 9A and 9B show perspective views of the first embodiment of Figure 8A (with sliding clip). In addition to the features and components described above, Figure 9A and Figure 9B illustrate the extent of the gaps formed between the rear panel wall of the first panel (201) and the front panel wall of the first panel (201) when coupling the connection point (225) to the connection element (220). The size and shape of the opening can be adapted by changing the shape of the connection point (225) and/or the connection element (220), and/or by the presence of additional panel walls and/or protruding structures.

[0118] Figuur 9A toont een bovenste perspectief waarbij aan het bovenvlak de opwaarts gerichte opening een goot (221) vormt tussen de voorste paneelwand van het tweede paneel (202) en het aansluitingselement (220) van het eerste paneel (201). Deze goot (221) kan geschikt zijn voor zijdelingse regenwaterafvoer. De goot loopt over de volledige breedte van de panelen (201, 202).Figure 9A shows a top perspective wherein on the top surface the upwardly directed opening forms a trough (221) between the front panel wall of the second panel (202) and the connection member (220) of the first panel (201). This gutter (221) can be suitable for lateral rainwater drainage. The gutter runs the full width of the panels (201, 202).

[0119] Figuur 9B toont een onderste perspectief waarbij aan het ondervlak de neerwaarts gerichte opening een tussenruimte vormt (226) tussen de achterste paneelwand van het eerste paneel (201) en het aansluitingspunt (225) van tweede paneel (202). Deze tussenruimte (226) kan geschikt zijn voor het behuizen van een lichtgevend element, zoals een LED-strip, en de nodige elektrische bedrading, of een decoratief element.Figure 9B shows a bottom perspective where, on the lower face, the downwardly directed opening forms a gap (226) between the rear panel wall of the first panel (201) and the connection point (225) of second panel (202). This gap (226) may be suitable for housing a luminous element, such as an LED strip, and the necessary electrical wiring, or a decorative element.

[0120] Figuur 10 toont een schematische afbeelding van het bovenbeschreven aansluitingssysteem volgens de tweede uitvoeringsvorm van figuur 8B (met rollager). Figuur 10(a) toont een niet gekoppelde stand waarbij een aansluitingselement (220) van een eerste, bovenliggende, paneel (201) boven op een aansluitingspunt (225) van tweede, onderliggende, paneel (202) terechtkomt. Deze positie kan bij wijze van voorbeeld in stand gebracht worden door een meersporig railsysteem zoals beschreven in voorbeeld 2. In figuur 10(b) zal bij een neerwaartse beweging van het eerste paneel (201) het rollager (235) bevestigd op een uiteinde van het aansluitingselement (220) in contact komen met een uiteinde van het aansluitingspunt (225). Het aansluitingselement (220) zal over het lichaam van het aansluitingspunt (225) rollen tot het rollager in contact komt met een boogvormige buiging in het opwaarts gericht lichaam van het aansluitingspunt (225), welke het rollager zal klemmen (figuur 10(c)). De rolbare koppeling tussen het aansluitingselement (220) en het aansluitingspunt (225) vormt hierbij een opwaarts gerichte goot (221) en een neerwaarts gerichte tussenruimte (226) (figuur 10(d)).Figure 10 shows a schematic illustration of the above-described terminal system according to the second embodiment of Figure 8B (with roller bearing). Figure 10(a) shows a disengaged position in which a terminal member (220) of a first upper panel (201) lands on top of a terminal point (225) of second lower panel (202). This position can be achieved by way of example by a multi-track rail system as described in example 2. In Figure 10(b), a downward movement of the first panel (201) will cause the roller bearing (235) mounted on one end of the connection element (220) come into contact with one end of the connection point (225). The connection element (220) will roll over the body of the connection point (225) until the roller bearing contacts an arcuate bend in the upwardly directed body of the connection point (225), which will clamp the roller bearing (Figure 10(c)) . The rollable coupling between the connection element (220) and the connection point (225) hereby forms an upwardly directed trough (221) and a downwardly directed intermediate space (226) (Figure 10(d)).

[0121] Figuren 11 en 12 tonen een schematische afbeelding van het bovenbeschreven aansluitingssysteem toegepast in een dakinrichting omvattende een meersporig railsysteem (310). Figuur 11A toont een open dakstand waarbij de beweegbare panelen boven elkaar zijn gestapeld.Figures 11 and 12 show a schematic depiction of the above-described connection system used in a roof installation comprising a multi-track rail system (310). Figure 11A shows an open roof position in which the movable panels are stacked one above the other.

In de open dakstand zullen de verstevigingselementen (290) van het veelvoud van beweegbare panelen (200) tegen elkaar geplaatst worden zodat de stapelbaarheid van de beweegbare panelen niet beperkt wordt. Figuur 11B toont een gesloten dakstand waarbij de beweegbare panelen naast elkaar uitgelijnd in één en hetzelfde vlak liggen. De verstevigingselementen (290) van de voorliggende panelen kunnen de stevigheid van de achterliggende panelen verbeteren. De lasten kunnen door middel van het aansluitsysteem gedeeld worden tussen de aangrenzende en gekoppelde panelen. In deze voorbeeldsuitvoeringsvorm zal het vastgemaakt (niet beweegbare) paneel (210) ook een verstevigingselement (290) omvatten. De verstevigingselementen (290) van het veelvoud van beweegbare panelen (200) zullen op het bovenvlak van het dak een ribbestructuur vormen welke de stevigheid van het dak over haar volledige oppervlakte kan verbeteren. Figuur 12A toont een verdere uitvoeringsvorm van de dakinrichting van figuur 11A, waarbij het eerste, bovenste paneel (201) een tweede verstevigingselement (295) omvat ingericht aan een voorste paneelwand. De aanwezigheid van een verstevigingselement (290) aan elk uiteinde van het dak kan de stevigheid van het dak over haar volledige oppervlakte verder verstevigen. Figuur 12B toont een gedetailleerde weergave van de boven elkaar gestapelde panelen van figuur 12A.In the open roof position, the reinforcing elements (290) of the plurality of movable panels (200) will be placed against each other so that the stackability of the movable panels is not limited. Figure 11B shows a closed roof position in which the movable panels are aligned side by side in one and the same plane. The reinforcing elements (290) of the front panels can improve the rigidity of the rear panels. The loads can be shared between the adjacent and linked panels by means of the connection system. In this exemplary embodiment, the fixed (immovable) panel (210) will also include a reinforcing element (290). The reinforcing elements (290) of the plurality of movable panels (200) will form on the top surface of the roof a rib structure which can improve the rigidity of the roof over its entire surface. Figure 12A shows a further embodiment of the roof device of Figure 11A, wherein the first, top panel (201) comprises a second reinforcing element (295) arranged on a front panel wall. The presence of a reinforcing element (290) at each end of the roof can further enhance the rigidity of the roof over its entire surface. Figure 12B shows a detailed view of the stacked panels of Figure 12A.

[0122] Voorbeeld 4: Stapelsysteem[0122] Example 4: Stacking System

[0123] De voordelen van een stapelsysteem voor toepassing in een dakinrichting werden al beschreven in voorbeeld 2 voor een meersporig railsysteem. In voorbeeld 4 wordt verder een geprefereerde uitvoeringsvorm van het stapelsysteem beschreven.The advantages of a stacking system for use in a roof installation have already been described in example 2 for a multi-track rail system. In Example 4, a preferred embodiment of the stacking system is further described.

[0124] Figuur 13 toont een gedetailleerde afbeelding van een eerste, beweegbaar paneel (201) omvattende een stapelsysteem. Het stapelsysteem omvat een neerwaarts gericht aangrijpelement (250) ingericht op een onderste paneelwand van het paneel (201) dat past in een compatibele inkeping (245) ingericht op een bovenste paneelwand van een aangrenzend (niet getoond) paneel. De diepte en breedte van de inkeping (245) komt nagenoeg overeen met de lengte en breedte van het neerwaarts gerichte aangrijpelement (250) zodat de inkeping (245) het aangrijpelement (250) volledig kan omsluiten. Het paneel (201) omvat eveneens een dergelijke inkeping (245) op de bovenste paneelwand. Het stapelsysteem omvat verder een opwaarts gericht geleidingselement (240) ingericht op een bovenste paneelwand van het paneel (201) dat kan stoten tegen een neerwaarts gericht uitsteeksel (250) ingericht op een onderste paneelwand van een aangrenzend (niet getoond) paneel.Figure 13 shows a detailed view of a first movable panel (201) including a stacking system. The stacking system includes a downwardly facing engagement member (250) arranged on a lower panel wall of the panel (201) that mates with a compatible recess (245) arranged on an upper panel wall of an adjacent panel (not shown). The depth and width of the notch (245) substantially matches the length and width of the downwardly directed engagement member (250) so that the notch (245) can completely enclose the engagement member (250). The panel (201) also includes such a notch (245) on the top panel wall. The stacking system further includes an upwardly directed guide member (240) arranged on an upper panel wall of the panel (201) which is operable against a downwardly directed projection (250) arranged on a lower panel wall of an adjacent panel (not shown).

[0125] Figuren 14 en 15 tonen een schematische afbeelding van een dakinrichting (100) omvattende minstens twee beweegbare panelen (200) ingericht langsheen een meersporig railsysteem (320), waarbij de dakinrichting verder een stapelsysteem omvat. Figuur 14 toont een uitvoering van het stapelsysteem waarbij de beweegbare panelen bewegen van een open dakstand naar een gesloten dakstand. Figuur 15 toont een uitvoering van het stapelsysteem waarbij de beweegbare panelen bewegen van een gesloten dakstand naar een open dakstand.Figures 14 and 15 show a schematic depiction of a roof device (100) comprising at least two movable panels (200) arranged along a multi-track rail system (320), the roof device further comprising a stacking system. Figure 14 shows an embodiment of the stacking system in which the movable panels move from an open roof position to a closed roof position. Figure 15 shows an embodiment of the stacking system in which the movable panels move from a closed roof position to an open roof position.

[0126] In figuur 14(a) toont dat twee beweegbare panelen (201, 202) op boven gestapeld, voorwaarts bewegen (d.w.z. in de richting van de voorste paneelwand) over afzonderlijke geleidingsrails van het meersporig railsysteem (320); de voorwaartse beweging wordt aangeduid met een gestreepte pijl. Het eerste beweegbaar paneel (201) beweegt langsheen een eerste voorste (331) en een eerste achterste geleidingsrail (341), en het tweede beweegbaar paneel (202) beweegt langsheen een tweede voorste (332) en een tweede achterste geleidingsrail (342). De twee panelen zijn aan elkaar gekoppeld door middel van het stapelsysteem (omcirkeld): het neerwaarts gerichte uitsteeksel (250) van het eerste paneel (201) is volledig omsloten door de inkeping (245) van het tweede paneel (202). Deze koppeling zorgt ervoor dat het tweede paneel door het eerste paneel (201) meegetrokken kan worden langsheen het railsysteem (320) door de voorwaartse beweegrichting van het eerste paneel (201). Het tweede paneel (202) kan voorwaarts bewegen tot een voorkant van het tweede paneel (202) in contact komt met een uiteinde van de tweede voorste geleidingsrail (332) (figuur 14(b)); dit uiteinde zal ervoor zorgen dat de voorwaartse beweging van het tweede paneel (202) geblokkeerd wordt (platte pijl). De achterkant van het tweede paneel (202) zal echter verder neerwaarts kunnen bewegen langsheen een neerwaarts gerichte uiteinde van de tweede achterste geleidingsrail (342) (figuur 14(c)). Deze neerwaartse beweging van het tweede paneel (202) kan ervoor zorgen dat de koppeling tussen het neerwaarts gerichte uitsteeksel (250) van het eerste paneel (201) en de inkeping (245) van het tweede paneel (202) loskomt. Door de loskoppeling zal het eerste paneel (201) terug ongehinderd voorwaarts kunnen bewegen langsheen de geleidingsrails (321, 331) (figuur 14(d)).Referring to Figure 14(a), two movable panels (201, 202) stacked on top move forward (i.e. toward the front panel wall) over separate guide rails of the multi-track rail system (320); the forward movement is indicated by a dashed arrow. The first movable panel (201) moves along a first front (331) and a first rear guide rail (341), and the second movable panel (202) moves along a second front (332) and a second rear guide rail (342). The two panels are coupled together by means of the stacking system (circled): the downward projection (250) of the first panel (201) is completely enclosed by the notch (245) of the second panel (202). This coupling allows the second panel to be pulled along by the first panel (201) along the rail system (320) by the forward direction of movement of the first panel (201). The second panel (202) can advance until a front of the second panel (202) contacts one end of the second front guide rail (332) (Figure 14(b)); this end will cause the forward movement of the second panel (202) to be blocked (flat arrow). However, the rear of the second panel (202) will be able to move further downward along a downward facing end of the second rear guide rail (342) (Figure 14(c)). This downward movement of the second panel (202) may cause the engagement between the downward facing projection (250) of the first panel (201) and the notch (245) of the second panel (202) to disengage. The disconnection will allow the first panel (201) to move forward unimpeded again along the guide rails (321, 331) (Figure 14(d)).

[0127] In figuur 15(a) toont een eerste beweegbaar paneel (201) dat achterwaarts (d.w.z. in de richting van de achterste paneelwand) beweegt langsheen een eerste voorste (331) en een eerste achterste geleidingsrail (341); de achterwaartse beweging wordt aangeduid met een gestreepte pijl. Onder het eerste paneel (201) ligt een tweede beweegbaar paneel (202); dit tweede paneel (202) kan bijvoorbeeld uitgelijnd in het vlak liggen bij een gesloten dakstand. Het eerste paneel (201) zal ongehinderd achterwaarts kunnen bewegen totdat het neerwaarts gerichte uitsteeksel (250) van het eerste paneel (201) in contact komt met het opwaarts gerichte uitsteeksel (240) van het tweede paneel (202) (figuur 15(b)). Dit contact zal ervoor zorgen dat het eerste paneel (201) het tweede paneel (202) vooruit kan duwen bij een verdere achterwaartse beweging van het eerste paneel (201) (figuur 15(c)). Een achterwaartse beweging van het tweede paneel (202) zal er eerst voor zorgen dat het tweede paneel (202) opwaarts zal bewegen langsheen een neerwaarts gerichte uiteinde van de tweede achterste geleidingsrail (niet getoond op de afbeelding). De opwaartse beweging zal ervoor zorgen dat de inkeping (245) van het tweede paneel (202) het neerwaarts gerichte uitsteeksel (250) van het eerste paneel (201) volledig zal omsluiten. De twee aangrenzende panelen (201, 202) worden aan elkaar gekoppeld door middel van het stapelsysteem (omcirkeld). De twee gekoppelde panelen (201,202) kunnen vervolgens samen, bij voorkeur uitgelijnd, boven elkaar gestapeld, achterwaarts bewegen over afzonderlijke geleidingsrails van het meersporig railsysteem (320) (figuur 15(d)).In Figure 15(a) shows a first movable panel (201) moving rearwardly (i.e. toward the rear panel wall) along a first front (331) and a first rear guide rail (341); the backward movement is indicated by a dashed arrow. Below the first panel (201) lies a second movable panel (202); for example, this second panel (202) may be aligned in plane with a closed roof position. The first panel (201) will be free to move rearwardly until the downward projection (250) of the first panel (201) contacts the upward projection (240) of the second panel (202) (Figure 15(b)). ). This contact will allow the first panel (201) to push the second panel (202) forward upon further backward movement of the first panel (201) (Figure 15(c)). A rearward movement of the second panel (202) will first cause the second panel (202) to move upwardly along a downward facing end of the second rear guide rail (not shown in the figure). The upward movement will cause the notch (245) of the second panel (202) to fully enclose the downward projection (250) of the first panel (201). The two adjacent panels (201, 202) are coupled together by means of the stacking system (circled). The two joined panels (201,202) can then move backwards together, preferably aligned, stacked one above the other, over separate guide rails of the multi-track rail system (320) (Figure 15(d)).

[0128] Voorbeeld 5: Dakpaneel[0128] Example 5: Roof panel

[0129] Figuur 16 toont een afbeelding van een dakpaneel (1100) gezien langs een bovenzijde van het paneel. Het dakpaneel (1100) omvat een paneelkader omvattende vier profielen: twee hoofdprofielen (1110), in het bijzonder een voorste hoofdprofiel (1111) welke aan de voorkant van het dakpaneel (1100) ingericht is en daardoor de voorwand vormt en een achterste hoofdprofiel (1112) welke aan de achterkant van het dakpaneel (1100) ingericht is en daardoor de achterwand vormt, en twee zijprofielen (1120) welke aan de zijkanten van het dakpaneel (1100) ingericht zijn en daardoor de zijwanden vormen.Figure 16 shows an image of a roof panel (1100) viewed along a top of the panel. The roof panel (1100) comprises a panel frame comprising four profiles: two main profiles (1110), in particular a front main profile (1111) arranged at the front of the roof panel (1100) and thereby forming the front wall and a rear main profile (1112). ) which is arranged at the rear of the roof panel (1100) and thereby forms the rear wall, and two side profiles (1120) which are arranged at the sides of the roof panel (1100) and thereby form the side walls.

[0130] Het dakpaneel (1100) omvat verder een paneelinvulling (1200) bevestigd aan het kader. De paneelinvulling (1200) is volledig vervat in de opening gevormd door de vier profielen (1110, 1120). In dit specifiek voorbeeld is de paneelinvulling vastgeklemd door een klemprofiel (1140) tegen een hoofdprofiel (1110); deze klemming wordt op verdere figuren in meer detail besproken. Het achterste hoofdprofiel (1112) omvat verder een opwaarts gericht verstevigingselement (1180) dat zich lateraal uitstrekt vanuit het achterste hoofdprofiel (1112).The roof panel (1100) further includes a panel infill (1200) attached to the frame. The panel infill (1200) is completely contained in the opening formed by the four profiles (1110, 1120). In this specific example, the panel infill is clamped by a clamping profile (1140) against a main profile (1110); this clamping is discussed in more detail in further figures. The rear main profile (1112) further includes an upwardly directed reinforcing element (1180) extending laterally from the rear main profile (1112).

[0131] Figuur 17 toont een dwarsdoorsnede van een dakpaneel (1100) gezien langs een zijkant van het paneel. Op deze afbeelding zijn enkel de twee hoofdprofielen (1110) zichtbaar.Figure 17 shows a cross-section of a roof panel (1100) viewed along one side of the panel. In this image only the two main profiles (1110) are visible.

[0132] De paneelinvulling (1200) is geklemd tussen het voorste hoofdprofiel (1111) en het achterste hoofdprofiel (1112) door middel van een veelvoud van klemprofielen (1140), in het bijzonder een bovenste klemprofiel (1140a) en een onderste klemprofiel (1140b). De klemprofielen (1140) zijn gekoppeld aan de hoofdprofielen (1110) ter bevestiging van de paneelinvulling (1200). De paneelinvulling (1200) wordt met een lekvrije afdichting (1210) aan het paneelkader bevestigd; de lekvrije afdichting omvat een veelvoud van afdichtingen (1210),The panel infill (1200) is clamped between the front main profile (1111) and the rear main profile (1112) by means of a plurality of clamping profiles (1140), in particular an upper clamping profile (1140a) and a lower clamping profile (1140b ). The clamping profiles (1140) are coupled to the main profiles (1110) for fixing the panel infill (1200). The panel infill (1200) is secured to the panel frame with a leak-proof seal (1210); the leakproof seal comprises a plurality of seals (1210),

onder andere geplaatst tussen de paneelinvulling (1200) en de klemprofielen (1140), en tussen de klemprofielen (1140) en de hoofdprofielen (1110). Dit zorgt ervoor dat de paneelinvulling (1200) een waterdichte afdekking vormt.inter alia placed between the panel infill (1200) and the clamping profiles (1140), and between the clamping profiles (1140) and the main profiles (1110). This ensures that the panel infill (1200) forms a watertight cover.

[0133] Verder toont figuur 17 de aanwezigheid van een dakpaneelgoot (1195) gevormd aan een uiteinde van het voorste hoofdprofiel (1111) van het paneelkader. De dakpaneelgoot (1195) zal voor zijdelingse waterafvoer zorgen van water dat op het hoofdprofiel terechtkomt.Further, Figure 17 shows the presence of a roof panel gutter (1195) formed at one end of the main front profile (1111) of the panel frame. The roof panel gutter (1195) will provide lateral drainage of water that ends up on the main profile.

[0134] Figuur 18 toont een specifieke uitvoeringsvorm van een dakpaneel (1100) waarbij de paneelinvulling (1200) een symmetrische zadeldakvorm heeft. De paneelinvulling (1200) omvat twee hellende paneelinvullings-onderdelen (12004, 1200b) welke aan elkaar gekoppeld zijn in de nok (1205). Deze uitvoeringsvorm zal ervoor zorgen dat water dat terechtkomt op de bovenkant van de paneelinvulling (1200) richting de zijkant van het dakpaneel (1100) zal aflopen.Figure 18 shows a specific embodiment of a roof panel (1100) wherein the panel infill (1200) has a symmetrical gable roof shape. The panel infill (1200) includes two inclined panel infill members (12004, 1200b) coupled together in the cam (1205). This embodiment will ensure that water that lands on the top of the panel infill (1200) will drain towards the side of the roof panel (1100).

[0135] Voorbeeld 6: Afwateringssleuf[0135] Example 6: Drainage trench

[0136] Het dakpaneel (1100) kan in een geprefereerde uitvoeringsvorm een afwateringssleuf (1190) omvatten. De afwateringssleuf (1190) wordt gevormd tussen het druipneusprofiel (1130) bevestigd aan een uiteinde van de paneelinvulling (1200), de kopse zijkant van het dakpaneel (1100), en een zijprofiel (1120). Deze afwateringssleuf (1190) zal voor neerwaartse waterafvoer zorgen van water dat op het dakpaneel (1100) terechtkomt. Een druipneusprofiel (1130) kan voorzien worden voor het gedeeltelijk geleiden van het water dat langs de afwateringssleuf (1190) afloopt van het dakpaneel (1100).The roof panel (1100) may in a preferred embodiment comprise a drainage trench (1190). The drainage slot (1190) is formed between the drip nose profile (1130) attached to one end of the panel infill (1200), the end face of the roof panel (1100), and a side profile (1120). This drainage slot (1190) will allow for downward drainage of water that ends up on the roof panel (1100). A drip-nose profile (1130) may be provided to partially guide the water that runs down the drainage slot (1190) from the roof panel (1100).

[0137] Figuur 19 toont een uitvoeringsvorm van een druipneusprofiel (1130) omvattende een neerwaarts gericht lichaam waarlangs het water kan aflopen en een klemruimte waarin de paneelinvulling (1200) geklemd zit. Figuur 19 toont eveneens de plaatsing van het druipneusprofiel (1130) na bevestiging van de paneelinvulling (1200) in een paneelkader. De opening tussen enerzijds het druipneusprofiel (1130) en anderzijds een zijprofiel (1120) van het paneelkader zal een afwateringssleuf (1190) vormen.Figure 19 shows an embodiment of a drip-nose profile (1130) comprising a downwardly directed body along which the water can drain and a clamping space in which the panel infill (1200) is clamped. Figure 19 also shows the placement of the drip nose profile (1130) after mounting the panel infill (1200) in a panel frame. The opening between the drip-nose profile (1130) on the one hand and a side profile (1120) of the panel frame on the other hand will form a drainage slot (1190).

[0138] Figuur 20 toont een dakkadergoot (1490) van de dakinrichting (1400). De dakkadergoot (1490) is onder een bovenliggend dakpaneel (1100) ingericht, waarbij het vasthangt aan een zijkant van het dakkader (1410). De opening van de dakkadergoot (1490) is onder de afwateringssleuf (1190), gevormd tussen een zijprofiel (1120) en een druipneusprofiel (1130) van het dakpaneel (1100), gepositioneerd zodat het aflopend water volledig kan opgevangen worden. De bovenrand van de opstaande zijwand van de dakkadergoot (1490) kan daarbij het opspattend water opvangen omdat de tussenruimte tussen deze bovenrand en het dakpaneel (1100) beperkt is tot het minimum.Figure 20 shows a roof frame gutter (1490) of the roof device (1400). The roof frame gutter (1490) is arranged under an overhead roof panel (1100), hanging from one side of the roof frame (1410). The opening of the roof frame gutter (1490) is positioned below the drainage slot (1190), formed between a side profile (1120) and a drip nose profile (1130) of the roof panel (1100), so that the run-off water can be completely collected. The top edge of the upright side wall of the roof frame gutter (1490) can collect the splashing water because the space between this top edge and the roof panel (1100) is limited to a minimum.

[0139] Voorbeeld 7: Paneelinrichting en scherminrichting[0139] Example 7: Panel Arrangement and Screen Arrangement

[0140] Figuur 21 toont een overkapping met een openschuifbare dakinrichting (500). De dakinrichting (500) omvat zowel een paneelinrichting (510) als een scherminrichting (530). Figuur 21A toont de dakinrichting (500) is zijn meest open stand, namelijk waarbij zowel de paneelinrichting (510) als de scherminrichting (530) open zijn. Figuur 21B toont een configuratie waarbij de dakinrichting (500) een waterdicht dak vormt doordat de paneelinrichting (510) gesloten is, maar waarbij de lichtdoorlatendheid niet of nauwelijks wordt verlaagd aangezien de paneelinrichting (510) gebruik maakt van glazen panelen. Figuur 21C toont een configuratie waarbij de scherminrichting (530) gedeeltelijk gesloten is en de paneelinrichting (510) geheel gesloten is. Op deze manier is de dakinrichting (500) waterdicht en wordt de lichtinval gedeeltelijk beperkt. De meest gesloten stand van de dakinrichting (500) is getoond in figuur 21D waarbij zowel de paneelinrichting (510) als de scherminrichting (530) geheel gesloten zijn. De dakinrichting (500) is op deze manier waterdicht en niet lichtdoorlatend.Figure 21 shows a canopy with a retractable roof device (500). The roof device (500) includes both a panel device (510) and a screen device (530). Figure 21A shows the roof assembly (500) in its most open position, namely with both the panel assembly (510) and the screen assembly (530) open. Figure 21B shows a configuration in which the roof device (500) forms a watertight roof because the panel device (510) is closed, but where the light transmission is not or only slightly reduced since the panel device (510) uses glass panels. Figure 21C shows a configuration in which the screen device (530) is partially closed and the panel device (510) is fully closed. In this way, the roof device (500) is watertight and the incidence of light is partially limited. The most closed position of the roof device (500) is shown in Figure 21D where both the panel device (510) and the screen device (530) are fully closed. The roof device (500) is in this way watertight and not translucent.

[0141] De opbouw van de individuele panelen en/of de opbouw en werking van de paneelinrichting (510), en de daarmee gepaard gaande voordelen, zijn identiek aan de dakinrichtingen beschreven met verwijzing naar voorbeelden 1 tot 6 en worden hier daarom niet meer beschreven. De paneelinrichting (510) kan zo gebruik maken van een enkelsporig of meersporig railsysteem en/of de daarmee beschreven stapelsystemen en/of aansluitingssystemen en/of de beschreven panelen optioneel met de beschreven afwatering.The construction of the individual panels and/or the construction and operation of the panel device (510), and the associated advantages, are identical to the roof devices described with reference to Examples 1 to 6 and are therefore no longer described here. . The panel device (510) can thus make use of a single-track or multi-track rail system and/or the stacking systems and/or connection systems described therewith and/or the described panels optionally with the described drainage.

[0142] Verdere details van de dakinrichting (500) worden beschreven onder verwijzing naar figuur 22. De dakinrichting (500) omvat een dakkader gevormd door pivotbalken (502) en spanbalken (504), algemeen aangeduid als liggers (502, 504), waarvan telkens één getoond is in figuur 22. De paneelinrichting (510) omvat een veelheid aan panelen (512), drie in de getoonde uitvoering, die in hun open stand (figuur 22A) boven elkaar gestapeld zijn en in hun gesloten stand (figuur 22B) zich naast elkaar in een vlak bevinden. Bij voorkeur is het onderste paneel (512) vast verbonden met de spanbalk (504) hetgeen de waterdichtheid van de paneelinrichting (510) ten goede komt. De pivotbalk (502) is voorzien van een railsysteem (niet getoond) zoals hierboven reeds beschreven voor de geleiding van de panelen (512).Further details of the roof device (500) are described with reference to Figure 22. The roof device (500) comprises a roof frame formed by pivot beams (502) and tension beams (504), generally referred to as beams (502, 504), of which one each is shown in Figure 22. The panel arrangement (510) comprises a plurality of panels (512), three in the embodiment shown, stacked one above the other in their open position (Figure 22A) and in their closed position (Figure 22B). are next to each other in a plane. Preferably, the lower panel (512) is rigidly connected to the tension beam (504), which enhances the watertightness of the panel device (510). The pivot beam (502) is provided with a rail system (not shown) as already described above for guiding the panels (512).

[0143] Onder de paneelinrichting (510) is een scherminrichting (530) voorzien die een scherm (532), ook aangeduid als een doek, omvat. Het scherm (532) is op- en afrolbaar en bevindt zich, in zijn opgerolde toestand, in een behuizing (534) die vast bevestigd is op de spanbalken (504). De pivotbalken (502) zijn tevens voorzien van een schermgeleiding (536) die ook deel uitmaakt van de scherminrichting (530). De bovenzijde van de schermgeleiding (536) kan tevens dienst doen als dakkadergoot (1490) voor het opvangen van neerslag afgevoerd van de paneelinrichting (510). Het weze duidelijk dat het scherm (532) tevens op eender welke positie tussen zijn open en gesloten stand kan worden gebracht zoals getoond in figuur 22A waar het scherm (532) niet geheel opgerold is zodat de panelen (512) niet zichtbaar zijn in hun gesloten stand.Below the panel device (510) is provided a screen device (530) which includes a screen (532), also referred to as a cloth. The screen (532) can be rolled up and down and, in its rolled up condition, is housed in a housing (534) which is fixedly attached to the tension beams (504). The pivot bars (502) are also provided with a screen guide (536) which is also part of the screen device (530). The top of the screen guide (536) can also serve as a roof frame gutter (1490) for collecting precipitation discharged from the panel device (510). It should be appreciated that the shade (532) can also be moved to any position between its open and closed positions as shown in Figure 22A where the shade (532) is not fully rolled up so that the panels (512) are not visible in their closed position. position.

[0144] Door het gebruik van het dakkader voor zowel de bevestiging van de paneelinrichting (510) als de scherminrichting (530) is de dakinrichting relatief compact, in het bijzonder heeft de inrichting een beperkte hoogte, aangezien beide inrichtingen (510, 530) samen geïntegreerd zijn in één enkele dakinrichting.By using the roof frame for both the attachment of the panel device (510) and the screen device (530), the roof device is relatively compact, in particular the device has a limited height, since both devices (510, 530) together integrated in a single roof device.

Claims (18)

ConclusiesConclusions 1. Een dakinrichting (500) voor een overkapping, waarbij de dakinrichting (500) een paneelinrichting (510) en een scherminrichting (530) omvat, welke scherminrichting (530) zich onder de paneelinrichting (510) bevindt, waarbij de paneelinrichting (510) een veelheid van stapelbare panelen (512) omvat die verschuifbaar zijn tussen een open stand en een gesloten stand, waarbij de panelen (512) in hun gesloten stand een nagenoeg waterdicht dak vormen, en waarbij de scherminrichting (530) minstens één scherm (532) omvat dat beweegbaar is tussen een open stand en een gesloten stand, waarbij het scherm (532) in zijn open toestand nagenoeg niet zichtbaar is en waarbij het scherm (532) in zijn gesloten toestand de panelen (512) nagenoeg geheel bedekt.A roof device (500) for a canopy, the roof device (500) comprising a panel device (510) and a screen device (530), the screen device (530) being below the panel device (510), the panel device (510) comprising a plurality of stackable panels (512) slidable between an open position and a closed position, the panels (512) in their closed position forming a substantially watertight roof, and the screen device (530) at least one screen (532) movable between an open position and a closed position, wherein the shade (532) in its open condition is substantially invisible and wherein the shade (532) in its closed condition substantially covers the panels (512). 2. De dakinrichting (500) volgens conclusie 1, waarbij de dakinrichting (500) een paar liggers (502) omvat die zich tegenover elkaar bevinden, waarbij elke ligger (502) omvat: - een railsysteem geconfigureerd voor de geleiding van de panelen (512) tussen hun open en gesloten stand; en - een schermgeleider (534) geconfigureerd voor de geleiding van het scherm (532) tussen zijn open en gesloten stand.The roofing device (500) according to claim 1, wherein the roofing device (500) comprises a pair of beams (502) facing each other, each beam (502) comprising: - a rail system configured to guide the panels (512 ) between their open and closed positions; and - a screen guide (534) configured to guide the screen (532) between its open and closed positions. 3. De dakinrichting (500) volgens conclusie 1 of 2, waarbij de dakinrichting (500) een nagenoeg rechthoekig kader omvat waarop de paneelinrichting (510) en de scherminrichting (530) bevestigd zijn.The roof device (500) of claim 1 or 2, wherein the roof device (500) comprises a substantially rectangular frame to which the panel device (510) and the screen device (530) are mounted. 4. De dakinrichting (500) volgens conclusie 3, waarbij het kader een paar eerste balken (502) en een paar tweede balken (504) omvat die samen nagenoeg een rechthoek vormen, waarbij de eerste balken (502) zich tegenover elkaar bevinden en waarbij de tweede balken (504) zich tegenover elkaar bevinden.The roofing device (500) of claim 3, wherein the frame comprises a pair of first beams (502) and a pair of second beams (504) that together form substantially a rectangle, the first beams (502) opposing each other and wherein the second beams (504) are opposite each other. 5. De dakinrichting (500) volgens conclusie 4 voor zover afhankelijk van conclusie 2, waarbij genoemd paar liggers (502) gevormd zijn door of deel uitmaken van genoemd paar eerste balken (502).The roofing device (500) of claim 4 when dependent on claim 2, wherein said pair of beams (502) are formed by or are part of said pair of first beams (502). 6. De dakinrichting (500) volgens conclusie 5, waarbij elke van genoemd paar eerste balken (502) voorzien is van een goot (1490) ingericht voor het opvangen van neerslag afgevoerd van de paneelinrichting (510).The roofing device (500) of claim 5, wherein each of said pair of first beams (502) includes a gutter (1490) adapted to receive precipitation discharged from the paneling device (510). 7. De inrichting (500) volgens conclusie 6, waarbij genoemde goot (1490) zich tussen het railsysteem en de schermgeleider (534) bevindt.The device (500) of claim 6, wherein said trough (1490) is located between the rail system and the screen guide (534). 8. De dakinrichting (500) volgens één van de conclusies 4 tot 7, waarbij minstens één van de balken (504) voorzien is van een behuizing voor het houden van het scherm (532) in zijn open toestand.The roofing device (500) of any one of claims 4 to 7, wherein at least one of the beams (504) includes a housing for holding the screen (532) in its open condition. 9. De dakinrichting (500) volgens één van de conclusies 4 tot 8, waarbij minstens één paneel van de veelheid van panelen (512) vast bevestigd is aan één van de tweede balken (504).The roofing device (500) of any one of claims 4 to 8, wherein at least one panel of the plurality of panels (512) is fixedly attached to one of the second beams (504). 10. Dedakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de dakinrichting (500) een aanstuursysteem omvat geconfigureerd voor het aansturen van de paneelinrichting (510) en de scherminrichting (530).The roof device (500) of any preceding claim, wherein the roof device (500) comprises a control system configured to control the panel device (510) and the screen device (530). 11. De dakinrichting (500) volgens conclusie 10, waarbij het aanstuursysteem geconfigureerd is voor het onafhankelijk van elkaar aansturen van de paneelinrichting (510) en de scherminrichting (530).The roof device (500) of claim 10, wherein the control system is configured to control the panel device (510) and the screen device (530) independently of each other. 12. De dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de veelheid van panelen (512) verdeeld is in twee ten opzichte van elkaar opgestelde sets, welke sets bij voorkeur symmetrisch zijn ten opzichte van elkaar zodat ze, in hun gesloten toestand, elk nagenoeg een helft van het dak vormen, en waarbij genoemd minstens één scherm (532) gevormd is door twee ten opzichte van elkaar opgestelde schermen, welke schermen bij voorkeur symmetrisch zijn ten opzichte van elkaar zodat ze, in hun gesloten toestand, elk nagenoeg een helft van het dak bedekken.The roofing device (500) of any preceding claim, wherein the plurality of panels (512) are divided into two sets arranged relative to each other, which sets are preferably symmetrical to each other such that, in their closed condition, they , each forming substantially one half of the roof, and wherein said at least one screen (532) is formed by two screens arranged relative to each other, which screens are preferably symmetrical with respect to each other so that, in their closed condition, they are each substantially cover half of the roof. 13. De dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij genoemd minstens één scherm (532) gevormd is door twee of meer schermen, welke schermen bij voorkeur zich ten opzichte van elkaar bevinden aan tegenoverliggende uiteinden van de dakinrichting, waarbij, bij verdere voorkeur, de schermen symmetrisch zijn ten opzichte van elkaar zodat ze, in hun gesloten toestand, elk nagenoeg een helft van het dak bedekken.The roofing device (500) according to any one of the preceding claims, wherein said at least one screen (532) is formed by two or more screens, which screens are preferably located relative to each other at opposite ends of the roofing device, wherein, at further preferably, the screens are symmetrical with respect to each other such that, in their closed condition, they each cover substantially one half of the roof. 14. De dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de schuifrichting van de panelen (512) nagenoeg identiek is aan de schuifrichting van het scherm (532).The roofing device (500) of any preceding claim, wherein the sliding direction of the panels (512) is substantially identical to the sliding direction of the screen (532). 15. De dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het scherm (532) op- en afrolbaar is, waarbij de open stand gevormd is door het scherm (532) in zijn opgerolde toestand en waarbij de gesloten stand gevormd is door het scherm (532) in zijn afgerolde toestand.The roofing device (500) of any preceding claim, wherein the shade (532) is retractable and retractable, the open position being formed by the shade (532) in its rolled-up condition and the closed position being formed by the screen (532) in its unrolled state. 16. De dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de panelen (512), in hun gesloten stand, zich uitgelijnd naast elkaar in éénzelfde vlak bevinden en, in hun open stand, zich uitgelijnd boven elkaar gestapeld bevinden.The roofing device (500) of any preceding claim, wherein the panels (512), in their closed position, are aligned next to each other in the same plane and, in their open position, are stacked aligned one above the other. 17. De dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de panelen (512) een aansluitingselement (220) en een aansluitingspunt (225) omvatten, waarbij het aansluitingselement (220) van elk paneel (512) ingericht is voor het koppelen en loskoppelen met een aansluitingspunt (225) van een aangrenzend paneel.The roofing device (500) of any preceding claim, wherein the panels (512) comprise a connection element (220) and a connection point (225), the connection element (220) of each panel (512) being adapted for coupling and disconnecting with a terminal (225) of an adjacent panel. 18. Een overkapping met de dakinrichting (500) volgens één van de voorgaande conclusies.A canopy incorporating the roofing device (500) as claimed in any preceding claim.
BE20195891A 2019-12-12 2019-12-12 ROOF INSTALLATION FOR A COVER BE1027851B1 (en)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195891A BE1027851B1 (en) 2019-12-12 2019-12-12 ROOF INSTALLATION FOR A COVER
PCT/IB2020/061806 WO2021116992A1 (en) 2019-12-12 2020-12-11 Roof device for a canopy
EP20829990.9A EP4073326A1 (en) 2019-12-12 2020-12-11 Roof device for a canopy

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195891A BE1027851B1 (en) 2019-12-12 2019-12-12 ROOF INSTALLATION FOR A COVER

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1027851A1 BE1027851A1 (en) 2021-07-06
BE1027851B1 true BE1027851B1 (en) 2021-07-13

Family

ID=69701016

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20195891A BE1027851B1 (en) 2019-12-12 2019-12-12 ROOF INSTALLATION FOR A COVER

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP4073326A1 (en)
BE (1) BE1027851B1 (en)
WO (1) WO2021116992A1 (en)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US11674311B1 (en) * 2022-11-08 2023-06-13 Hiber Technologies Llc Cover system and method for retractable buildings

Citations (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS57130657A (en) * 1981-02-03 1982-08-13 Hirai Giken Kk Freely extensible roof
US4624084A (en) * 1983-01-04 1986-11-25 Four Seasons Solar Product Corp. Structural element especially suitable for solar greenhouses and the like and particularly utilizable for controlled shading
BE905248A (en) * 1986-08-07 1986-12-01 Alberdienst Belinda Veranda roof sunshade deploying mechanism - has tubular component with lengthwise slot for slide, block above or below roof
EP0239141A1 (en) * 1986-03-03 1987-09-30 Christian Manenc Sliding-roof system, particularly for a veranda, and sections for carrying it out
JPS6378951A (en) * 1986-09-19 1988-04-09 東洋エクステリア株式会社 Roof apparatus
DE19711469A1 (en) * 1997-03-18 1998-10-01 Zenker Karl Heinz Opening roller covering device for roofs, winter gardens, roof balconies
GR1006387B (en) * 2008-04-16 2009-05-13 Γεωργιος Αλεξανδρου Μυλωνας Sliding opening roof for buildings and patios.
DE202009017359U1 (en) * 2009-12-21 2010-04-01 Thaden, Lars Roofing with roof slab parts which can be pushed over one another and guide rail with brush seal for roof slab parts
CH702045B1 (en) * 2006-09-07 2011-04-29 Stameat Veneta Tende S R L Ltd Liability Company Profiled beam for the manufacture of roofs with sliding panels comprises a hollow longitudinal central body with a sliding mechanism for movement of the panels
EP3489429A1 (en) * 2017-11-22 2019-05-29 Producciones Mitjavila, S.A.U. Element for extendable pergola and extendable pergola

Patent Citations (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS57130657A (en) * 1981-02-03 1982-08-13 Hirai Giken Kk Freely extensible roof
US4624084A (en) * 1983-01-04 1986-11-25 Four Seasons Solar Product Corp. Structural element especially suitable for solar greenhouses and the like and particularly utilizable for controlled shading
EP0239141A1 (en) * 1986-03-03 1987-09-30 Christian Manenc Sliding-roof system, particularly for a veranda, and sections for carrying it out
BE905248A (en) * 1986-08-07 1986-12-01 Alberdienst Belinda Veranda roof sunshade deploying mechanism - has tubular component with lengthwise slot for slide, block above or below roof
JPS6378951A (en) * 1986-09-19 1988-04-09 東洋エクステリア株式会社 Roof apparatus
DE19711469A1 (en) * 1997-03-18 1998-10-01 Zenker Karl Heinz Opening roller covering device for roofs, winter gardens, roof balconies
CH702045B1 (en) * 2006-09-07 2011-04-29 Stameat Veneta Tende S R L Ltd Liability Company Profiled beam for the manufacture of roofs with sliding panels comprises a hollow longitudinal central body with a sliding mechanism for movement of the panels
GR1006387B (en) * 2008-04-16 2009-05-13 Γεωργιος Αλεξανδρου Μυλωνας Sliding opening roof for buildings and patios.
DE202009017359U1 (en) * 2009-12-21 2010-04-01 Thaden, Lars Roofing with roof slab parts which can be pushed over one another and guide rail with brush seal for roof slab parts
EP3489429A1 (en) * 2017-11-22 2019-05-29 Producciones Mitjavila, S.A.U. Element for extendable pergola and extendable pergola

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
WEINOR: "De ondergemonteerde serrezonwering", 1 July 2015 (2015-07-01), pages 1 - 32, XP055720955, Retrieved from the Internet <URL:https://www.degrootzonwering.nl/websites/1343/images/brochure-sottezza.pdf> [retrieved on 20200807] *

Also Published As

Publication number Publication date
BE1027851A1 (en) 2021-07-06
EP4073326A1 (en) 2022-10-19
WO2021116992A1 (en) 2021-06-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2008069C2 (en) SUN PROTECTION.
RU2366790C2 (en) Lamel for roll shutter
BE1027851B1 (en) ROOF INSTALLATION FOR A COVER
WO2020121357A1 (en) Mobile covering element for a covering apparatus, preferably an adjustable sunshade
US11959283B2 (en) Heat and/or light regulating system
BE1027639B1 (en) ROOF PANEL
BE1026982B1 (en) MOVABLE ROOF FITTINGS
BE1026983B1 (en) MOVABLE ROOF FITTINGS
BE1029351B1 (en) Roof device for a terrace covering, set of parts for assembling the roof device, and terrace covering comprising the roof device
EP3124716A1 (en) Solar protection system with a movable pergola
BE1025403A1 (en) SCREEN DEVICE
BE1019769A5 (en) SUNSHADE CONSTRUCTION.
BE1030926B1 (en) A patio cover
ITBA20130063U1 (en) &#34;PERGOLA FRANGISOLE&#34;
US20230392382A1 (en) Roof construction for a terrace canopy, kit of parts for assembling the roof construction, and terrace canopy comprising the roof construction
EP4150185B1 (en) Slat blind
BE1028225B1 (en) A set of profiles for building a canopy support column
BE1026974B1 (en) Weather-resistant patio cover with transverse liquid drainage
EP2708672A1 (en) Pitch awning and method for assembling a pitch awning
EP3732339B1 (en) Heat and/or light regulating system
JP3204697U (en) Automatic telescopic multi-layer tent

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20210713