BE1027766B1 - Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout Download PDF

Info

Publication number
BE1027766B1
BE1027766B1 BE20195802A BE201905802A BE1027766B1 BE 1027766 B1 BE1027766 B1 BE 1027766B1 BE 20195802 A BE20195802 A BE 20195802A BE 201905802 A BE201905802 A BE 201905802A BE 1027766 B1 BE1027766 B1 BE 1027766B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
green malt
malt
housing
green
perforations
Prior art date
Application number
BE20195802A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1027766A1 (nl
Inventor
Gert Chapelle
Guido Aerts
Original Assignee
Bw Procestechniek Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bw Procestechniek Nv filed Critical Bw Procestechniek Nv
Priority to BE20195802A priority Critical patent/BE1027766B1/nl
Priority to PCT/IB2020/060303 priority patent/WO2021099867A1/en
Priority to CA3154844A priority patent/CA3154844A1/en
Priority to AU2020387051A priority patent/AU2020387051A1/en
Priority to US17/778,312 priority patent/US20220389352A1/en
Priority to EP20811729.1A priority patent/EP4061920A1/en
Publication of BE1027766A1 publication Critical patent/BE1027766A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1027766B1 publication Critical patent/BE1027766B1/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C12BIOCHEMISTRY; BEER; SPIRITS; WINE; VINEGAR; MICROBIOLOGY; ENZYMOLOGY; MUTATION OR GENETIC ENGINEERING
    • C12CBEER; PREPARATION OF BEER BY FERMENTATION; PREPARATION OF MALT FOR MAKING BEER; PREPARATION OF HOPS FOR MAKING BEER
    • C12C1/00Preparation of malt
    • C12C1/02Pretreatment of grains, e.g. washing, steeping
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A23FOODS OR FOODSTUFFS; TREATMENT THEREOF, NOT COVERED BY OTHER CLASSES
    • A23LFOODS, FOODSTUFFS, OR NON-ALCOHOLIC BEVERAGES, NOT COVERED BY SUBCLASSES A21D OR A23B-A23J; THEIR PREPARATION OR TREATMENT, e.g. COOKING, MODIFICATION OF NUTRITIVE QUALITIES, PHYSICAL TREATMENT; PRESERVATION OF FOODS OR FOODSTUFFS, IN GENERAL
    • A23L7/00Cereal-derived products; Malt products; Preparation or treatment thereof
    • A23L7/10Cereal-derived products
    • A23L7/198Dry unshaped finely divided cereal products, not provided for in groups A23L7/117 - A23L7/196 and A23L29/00, e.g. meal, flour, powder, dried cereal creams or extracts
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B02CRUSHING, PULVERISING, OR DISINTEGRATING; PREPARATORY TREATMENT OF GRAIN FOR MILLING
    • B02CCRUSHING, PULVERISING, OR DISINTEGRATING IN GENERAL; MILLING GRAIN
    • B02C9/00Other milling methods or mills specially adapted for grain
    • B02C9/02Cutting or splitting grain
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B02CRUSHING, PULVERISING, OR DISINTEGRATING; PREPARATORY TREATMENT OF GRAIN FOR MILLING
    • B02CCRUSHING, PULVERISING, OR DISINTEGRATING IN GENERAL; MILLING GRAIN
    • B02C9/00Other milling methods or mills specially adapted for grain
    • B02C9/04Systems or sequences of operations; Plant

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Bioinformatics & Cheminformatics (AREA)
  • Genetics & Genomics (AREA)
  • Biochemistry (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Nutrition Science (AREA)
  • Polymers & Plastics (AREA)
  • Apparatus Associated With Microorganisms And Enzymes (AREA)
  • Micro-Organisms Or Cultivation Processes Thereof (AREA)

Abstract

De uitvinding betreft een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, waarbij genoemd groenmout in een eerste fragmenteerstap versneden wordt tot versneden groenmout en waarbij genoemd versneden groenmout in een tweede fragmenteerstap vermalen wordt tot gefragmenteerd groenmout. De uitvinding betreft eveneens een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en betreft ook een verkregen groenmout.

Description

t BE2019/5802
WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR HET OPTIMALISEREN VAN GROENMOUT VOOR EEN BROUWPROCES EN VERKREGEN GROENMOUT
TECHNISCH DOMEIN 9 5 De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een inrichting voor het | optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, en op verkregen groenmout.
STAND DER TECHNIEK Het mouten van granen, bijvoorbeeld van gerst, is een noodzakelijke voorbereidende stap voor het brouwen van bier. Tijdens het moutproces gebeurt een transformatie van granen tot granenmout door kieming. Hierbij worden mouteigen enzymen geproduceerd, is er celwandafbraak en proteolyse om het embryo van het graan van de nodige aminozuren te voorzien. Na reiniging en kalibratie worden de graankorrels (vochtgehalte 10 à 12 %) gehydrateerd (geweekt) tot een vochtgehalte van 40 à 47 : %. Daarna gebeurt de kieming met als eindproduct “groen” mout oftewel groenmout. Het vochtgehalte daarvan maakt bewaring en transport onmogelijk omwille van schimmel en bacteriële groei. Daarom wordt het groenmout erna standaard gedroogd en geëest tot een vochtgehalte van 4%. De gebruikte temperaturen tot 82 °C en hoger resulteren in een hoog energieverbruik en bijhorende hittelast (negatief naar de smaakstabiliteit van bier). Ook verlies van belangrijke enzymactiviteiten, zoals activiteiten van amylasen en glucanasen, is hierbij te noteren. Uit deze nadelen wordt het meteen duidelijk wat de voordelen zijn in geval van rechtstreeks gebruik van groenmout bij verderzetting van een brouwproces. US 3446708 A beschrijft een proces waarbij volledig ontkiemde of gemodificeerde groene mout van dunne of kleine gerstekorrels wordt versnipperd tot fragmenten, waarbij de groene natte fragmenten opnieuw gevormd worden tot pellets zonder verwarming en de pellets worden geëest tot ze droog zijn om een compleet brouwmateriaal te produceren. De hervormde pellets kunnen worden gecoat met een geschikt koolhydraat, In US 3446708 A is het versnipperen van de gerstekorrels gericht op een erop volgend sneller drogen van de gerst. Door het drogen van de gerst worden belangrijke enzymactiviteiten van het gerst verloren.
° BE2019/5802 De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor ten minste enkele van bovenvermelde problemen of nadelen,
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING In een eerste aspect betreft de huidige uitvinding een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens conclusie 1. De maatregel van het fragmenteren van groenmout in twee sequentiële stappen, waarbij het groenmout eerst versneden wordt en het aldus versneden groenmout verder door vermaling gefragmenteerd wordt, waarbij in de eerste fragmenteerstap het groenmout in perforaties van een geperforeerd lichaam tijdelijk vastgehouden wordt terwijl een gedeelte van het groenmout uit het lichaam uitsteekt, welk uitstekend gedeelte van het vastgehouden groenmout versneden wordt met een mes, en waarop volgend het aldus versneden groenmout doorheen perforaties van het geperforeerd lichaam wordt bewogen. levert een gefragmenteerd groenmout op dat omwille van zijn gefragmenteerde toestand geoptimaliseerd is voor het doorlopen van een brouwproces zonder dat het groenmout gedroogd, oftewel geëest, dient te worden. Dit brengt het voordeel met zich mee dat meer enzymen uit het groenmout actief blijven voor het versuikeren van zetmeel. Daarnaast brengt de werkwijze het voordeel met zich mee dat minder energie nodig is voor het brouwen van bier uitgaande van groenmout gefragmenteerd volgens de werkwijze, aangezien de klassieke eeststap van groenmout en de ermee gepaard gaande hoge temperaturen en energiekosten vermeden worden. Dit zorgt ook voor een verlaagde uitstoot van koolstofdioxide, wat zeer gunstig is voor het milieu, Voorkeursvormen van de werkwijze worden weergegeven in de conclusies 2 tot en met 9.
In een tweede aspect betreft de huidige uitvinding een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens conclusie 10. Voorkeursvormen van de inrichting worden weergegeven in de conclusies 11 tot en met 17.
In een derde aspect betreft de huidige uitvinding een gebruik van een inrichting volgens het tweede aspect van de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, volgens conclusie 18.
In een vierde aspect betreft de uitvinding een gefragmenteerd groenmout, geoptimaliseerd voor een brouwproces dat verkrijgbaar is door groenmout te onderwerpen aan een werkwijze volgens het eerste aspect van de uitvinding, volgens conclusie 19.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN Fig. 1-4 tonen schematische voorstellingen van inrichtingen of onderdelen van inrichtingen voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen. De term “groenmout”, zoals gebruikt in deze tekst, dient te worden begrepen als ontkiemt graan omvattende kaf en wortel, In het bijzonder, dient de term “groenmout” te worden begrepen als één of meerdere levende zetmeelhoudende korrels met een vochtgehalte van 40 tot 47%. Als een synoniem voor “levende zetmeelhoudende korrels” kan ook de term “groenmoutkorrels” gebruikt worden. Als genoemde groenmoutkorrels kunnen korrels geselecteerd worden van één of meerdere soorten zetmeelhoudende gewassen geselecteerd uit de groep omvattende gerst, tarwe, haver en sorghum. Bij voorkeur is het groenmout 3,5 tot 7 dagen, meer bij voorkeur 4 tot 6,5 dagen en nog meer bij voorkeur 4,5 tot 6 dagen gemout en heeft het groenmout na deze periode van mouten een temperatuur rond kamertemperatuur, en in het bijzonder een temperatuur van 19 tot 27 °C, meer bij voorkeur van 21 tot 25°C en nog meer bij voorkeur van 22 tot 24 °C.
+ BE2019/5802 De term “hoofdzakelijk gelijke buiging”, zoals gebruikt in deze tekst, kan worden begrepen als een buiging die maximum 50%, bij voorkeur maximum 30% en meer bij voorkeur maximum 20% van zijn gebogen vorm afwijkt ten opzichte van een andere buiging.
De term “hoofdzakelijk gelijke buigrichting”, zoals gebruikt in deze tekst, kan worden begrepen als een buigrichting die maximum 50%, bij voorkeur maximum 30% en meer bij voorkeur maximum 20% afwijkt ten opzichte van een andere buigrichting waarmee vergeleken wordt, De term “hoofdzakelijk dwars”, zoals gebruikt in deze tekst, kan worden begrepen als een oriëntatie tussen 70° en 110° en bij voorkeur een oriëntatie tussen 80° en 100°, De term “hoofdzakelijk evenwijdig”, zoals gebruikt in deze tekst, kan worden begrepen als een benaderende tot een volledige evenwijdige oriëntatie met een toegestane afwijking tot een volledig evenwijdige oriëntatie tot 10°. De termen “versnijden” of “snijden”, zoals gebruikt in deze tekst, kunnen worden begrepen als het volledig doorsnijden van een korrel, bijvoorbeeld een goenmoutkorrel, In een eerste aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, waarbij het groenmout in een eerste fragmenteerstap versneden wordt tot versneden groenmout en waarbij genoemd versneden groenmout in een tweede fragmenteerstap vermalen wordt tot gefragmenteerd groenmout. De maatregel van het fragmenteren van groenmout in twee sequentiële stappen, waarbij het groenmout eerst versneden wordt en het aldus versneden groenmout verder door vermaling gefragmenteerd wordt, levert een gefragmenteerd groenmout op dat omwille van zijn gefragmenteerde toestand geoptimaliseerd is voor het doorlopen van een brouwproces zonder dat het groenmout gedroogd, oftewel geëest, dient te worden, Dit brengt het voordeel met zich mee dat meer enzymen uit het groenmout actief blijven voor het versuikeren van zetmeel. Daarnaast brengt de werkwijze het voordeel met zich mee dat minder energie nodig is voor het brouwen van bier uitgaande van groenmout gefragmenteerd volgens de werkwijze, aangezien de klassieke eeststap van groenmout en de ermee gepaard gaande hoge temperaturen en energiekosten vermeden worden, Dit zorgt ook voor een verlaagde uitstoot van koolstofdioxide, wat zeer gunstig is voor het milieu.
5 In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt de werkwijze uitgevoerd op groenmout dat ervoor gedurende 0,25 tot 2 u, meer bij voorkeur gedurende 0,5 tot 1,5 u en nog meer bij voorkeur gedurende 0,8 tot 1,2 u bewaard werd bij een temperatuur van 18 tot 27 °C en meer bij voorkeur van 20 tot 25 °C, Groenmout is een gebufferd systeem. Informatie betreffende temperatuur en pH van het groenmout kan in de volgende stap van het snijden van het groenmout gebruikt worden bij het op de gewenste temperatuur en zuurtegraad brengen van het groenmout. In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, bij voorkeur waarbij voor de eerste fragmenteerstap, bij voorkeur tijdens de eerste fragmenteerstap en/of tussen de eerste fragmenteerstap en de tweede fragmenteerstap, meer bij voorkeur voor en tijdens de eerste fragmenteerstap en tussen de fragmenteerstappen, het groenmout geconditioneerd wordt door het groenmout te besproeien met een wateroplossing met een temperatuur van 70 tot 85 °C, meer bij voorkeur van 75 tot 84 °C, nog meer bij voorkeur van 80 tot 83 °C en nog meer bij voorkeur bij ongeveer 82 °C, en een pH van 3,8 tot 4,6, meer bij voorkeur een pH van 3,8 tot 4,4, nog meer bij voorkeur een pH van 3,9 tot 4,2 en nog meer bij voorkeur een pH van 4,0. Om tot genoemde pH waarden te komen is water aangezuurd met een food grade zuur zoals gekend in de stand van de techniek. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt melkzuur als zuur aangewend. In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij na de eerste fragmenteerstap en voor de tweede fragmenteerstap, tijdens de tweede fragmenteerstap en/of na de fragmenteerstap, meer bij voorkeur na de eerste fragmenteerstap en voor de tweede fragmenteerstap en tijdens en na de tweede fragmenteerstap, het groenmout geconditioneerd wordt door het groenmout te besproeien met een wateroplossing met een temperatuur van 70 tot 85 °C, meer bij voorkeur van 75 tot 84 °C, nog meer bij voorkeur van 80 tot 83 °C en nog meer bij voorkeur van ongeveer 82 °C, en een pH van 3,8 tot 4,6, meer bij voorkeur een pH van 3,8 tot 4,4, nog meer bij voorkeur een pH van 3,9 tot 4,2 en nog meer bij voorkeur een pH van 4,0. Om tot genoemde pH waarden te komen is water aangezuurd met een food grade zuur zoals gekend in de stand van de techniek, In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt melkzuur als zuur aangewend.
> Door het combineren van de tweede fragmenteerstap met het conditioneren van het groenmout, zoals hier aangegeven, wordt versuikering van het zetmeel dus gelijktijdig met het fragmenteren van het groenmout opgestart, wat zorgt voor een versnelling van het brouwproces uitgevoerd op basis van de uiteindelijk verkregen gefragmenteerd groenmout suspensie.
Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt het groenmout geconditioneerd, met een wateroplossing volgens bovenstaande parameters, voor en tijdens de eerste fragmenteerstap, tussen de eerste fragmenteerstap en de tweede fragmenteerstap, en tijdens en na de tweede fragmenteerstap. Het is ook te vermelden dat het conditioneren van een wateroplossing als bijkomend doel het verdunnen van een suspensie van groenmout in de wateroplossing beoogt, alsook om verstoppingen te vermijden. Bovendien wordt volgens voorkeur dragende uitvoeringsvormen de wateroplossing bij conditioneren van het groenmout toegevoegd aan het groenmout aan een debiet van 1 tot 1,5 liter wateroplossing per kg groenmout. Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt de genoemde wateroplossing van een lagere temperatuur, bijvoorbeeld kamertemperatuur, naar genoemde verhoogde temperaturen gebracht middels directe stoominjectie.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij in de eerste fragmenteerstap het groenmout in perforaties van een geperforeerd lichaam tijdelijk vastgehouden wordt terwijl een gedeelte van het groenmout uit het lichaam uitsteekt, welk uitstekend gedeelte van het vastgehouden groenmout versneden wordt met een mes, en waarop volgend het aldus versneden groenmout doorheen perforaties van het geperforeerd lichaam wordt bewogen. Het vasthouden van het groenmout laat een goede versnijding van het groenmout toe. Het mes kan uitgevoerd worden in eender welk geschikt materiaal gekend In de stand der techniek, Bij voorkeur is het mes uitgevoerd in roestvrij staal, en bijzonder bij voorkeur door roestvrij staal 304L. Bij voorkeur wordt aan het groenmout een wateroplossing toegevoegd tijdens het versnijden van het groenmout en het bewegen doorheen het geperforeerd lichaam.
Bij voorkeur is de wateroplossing een wateroplossing met parameters zoals voor bovenstaande uitvoeringsvormen beschreven.
Het water zorgt hierbij voor een spoeling die transport naar, doorheen en
9 5 weg van de perforaties bevordert. | In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het ; optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij de perforaties volgens een schuine hoek georiënteerd zijn ten opzichte van een oppervlak van het geperforeerd lichaam waarlangs het aldus versneden groenmout in het lichaam terechtkomt bij aanvang van de beweging door het lichaam, In tegenstelling tot een klassieke dwarse oriëntatie van perforaties, heeft een genoemde schuine oriëntatie van perforaties het voordeel dat verstoppingen van de perforaties vermeden worden, en zo worden bovendien temperatuursverhogingen omwille van verstoppingen vermeden.
Dit is van groot belang voor een vlotte verwerking van het groenmout en om een goede kwaliteit van het groenmout te waarborgen.
Volgens geprefereerde uitvoeringsvormen is genoemde schuine hoek een hoek van 5 tot 30°, meer bij voorkeur een hoek van 10 tot 20° en nog meer bij voorkeur een hoek van 12 tot 18° ten opzichte van een fictieve as die loodrecht op genoemd oppervlak van het geperforeerd lichaam staat.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij het mes volgens een rotatierichting, bijvoorbeeld wijzerzin of tegenwijzerzin, roteert bij het versnijden van het groenmout en waarbij de perforaties volgens een patroon van gebogen lijnen in het geperforeerd lichaam geschikt zijn, waarbij de gebogen lijnen lopen van een centraal gelegen gedeelte naar een perifeer gelegen gedeelte van het lichaam en waarbij minstens 70%, meer bij voorkeur minstens 80% en nog meer bij voorkeur 90% van de gebogen lijnen volgens een hoofdzakelijk gelijke buiging en een hoofdzakelijk gelijke buigrichting van het centraal gelegen gedeelte naar het perifeer gelegen gedeelte lopen, waarbij genoemde buigrichting gericht is volgens de rotatierichting van het mes.
Genoemd patroon verhoogt de doorlaatcapaciteit van het geperforeerd lichaam doordat de gebogen lijnen waarin de perforaties geschikt zijn de beweging van het mes volgen.
Bij voorkeur zijn de perforaties ook schuin georiënteerd, zoals hierboven beschreven, zodat een verhoging van de doorlaatcapaciteit van 1,6 tot 2% verkregen kan worden ten opzichte van een geperforeerd lichaam met klassieke dwarse perforaties gelegen volgens een rasterpatroon. Genoemde ligging van de perforaties volgens genoemd patroon van gebogen lijnen is dus bevorderlijk voor een snelle beweging van groenmout doorheen de perforaties en gaat bovendien verstopping van de perforaties tegen, Een genoemd patroon kan worden aangemaakt door een mal met een in een boog gelegen opeenvolging van perforaties te gebruiken, waarbij deze mal in wijzerzin of tegenwijzerzin over een initieel niet-geperforeerd lichaam verplaatst wordt tijdens het aanbrengen van perforaties, zodat de perforaties over het gehele oppervlak van het lichaam kunnen worden aangebracht.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij na het bewegen van het groenmout doorheen perforaties van het geperforeerd lichaam, een straal van een wateroplossing, hoofdzakelijk dwars op een richting waarlangs het groenmout zich bij de eerste fragmenteerstap doorheen het lichaam beweegt, op het groenmout gespoten wordt en waarbij erop volgend een tweede straal van een wateroplossing op het groenmout gespoten wordt volgens een richting hoofdzakelijk dwars op genoemde eerste richting en hoofdzakelijk evenwijdig met een oppervlak van het geperforeerd lichaam waarlangs het aldus versneden groenmout op het einde van het bewegen doorheen de perforaties uit het lichaam treedt. Dusdanig wordt verplaatsing van het groenmout uit het geperforeerd lichaam bevorderd door aanwending van de eerste straal van een wateroplossing, en wordt deze verplaatsing verder bevorderd door de tweede waterstraal van een wateroplossing, welke tweede waterstraal door zijn oriëntatie bovendien vermijdt dat resten groenmout zich opstapelen na het geperforeerd lichaam. De wateroplossing van de eerste en/of tweede straal waarmee het groenmout bespoten wordt kan bijvoorbeeld water zijn of bijvoorbeeld een wateroplossing zijn met dezelfde samenstelling en parameters zoals de wateroplossing hierboven besproken bij het conditioneren van het groenmout.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij het mes roteert volgens een toerental van 2000 tot 4000 rotaties per minuut, meer bij voorkeur van 2300 tot 3700 rotaties per minuut, nog meer bij voorkeur van 2600 tot 3400 rotaties per minuut en het meest bij voorkeur van 2900 tot 3100 rotaties per minuut. Genoemde toerentallen zijn voldoende hoog zodat vermeden wordt dat het mes niet voldoende kracht heeft om een groenmoutkorrel te versnijden, waardoor het groenmout volgens een mooi recht vlak versneden kan worden, en tegelijk ook niet te hoog zodat ongewenst hoge investeringen in uitrusting en te hoge energiekosten vermeden worden.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij het mes en het geperforeerd lichaam volgens een afstand van hoogstens 2,5 mm, meer bij voorkeur hoogstens 2 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 1,5 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 1 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 0,8 mm, zelfs nog meer bij voorkeur hoogstens 0,6 mm, zelfs nog meer bij voorkeur maximum 0,4 mm en het meest bij voorkeur hoogstens 0,25 mm van elkaar gelegen zijn. Genoemde afstand tussen genoemd mes en genoemd geperforeerd lichaam zorgt voor een voldoende fijne versnijding van het groenmout, aangezien tijdens het begin van de beweging van een groenmoutkorrel doorheen een perforatie er nog een deel van de groenmoutkorrel boven het geperforeerd lichaam uitsteekt, en waardoor dus door de dichte afstand tussen geperforeerd lichaam en mes dit uitstekende gedeelte fijn kan worden versneden. In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het | optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij in de tweede fragmenteerstap het versneden groenmout vermalen wordt door het versneden groenmout tussen een statisch ruw stenen lichaam en een roterend ruw stenen lichaam aan te brengen, waarbij genoemde stenen lichamen hoogstens 1 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 0,5 mm, zelfs nog meer bij voorkeur hoogstens 0,1 mm, zelfs nog meer bij voorkeur hoogstens 0,05 mm en nog meer bij voorkeur hoogstens 0,03 mm van elkaar gelegen zijn en waarbij genoemde stenen lichamen minstens 0,0001 mm, nog meer bij voorkeur minstens 0,0005 mm, zelfs nog meer bij voorkeur minstens 0,001 mm, zelfs nog meer bij voorkeur minstens 0,005 mm en nog meer bij voorkeur minstens 0,01 mm van elkaar gelegen zijn. Bij grootste voorkeur zijn genoemde stenen ongeveer 0,02 mm van elkaar gelegen, Bij voorkeur kan hierbij het statisch stenen lichaam in de hoogte ingesteld worden. De stenen lichamen zijn bij voorkeur vervaardigd uit een steensoort die voldoende hard is zodat bij het vermalen van het versneden groenmout geen steenfragmenten vrijkomen, en die voldoende ruw is zodat het groenmout tijdens de twee fragmenteerstap voldoende fijn vermalen kan worden. De afstand tussen de statische en dynamische stenen lichamen kan geregeld worden op elke geschikte manier zoals gekend in de stand der techniek.
Het dynamisch stenen lichaam is bij voorkeur boven het statische stenen lichaam gelegen.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt de afstand tussen genoemde stenen lichamen ingesteld via een kloksysteem.
Bij voorkeur is het statisch stenen lichaam voorzien van een centrale holte voor passage van het groenmout.
Tussen de stenen lichamen kan er ter hoogte van genoemde centrale holte een molentje geplaatst worden voor bijkomende verplaatsing van het groenmout.
Tijdens de tweede fragmenteerstap zorgen genoemde afstanden tussen de stenen lichamen voor een voldoende fijne vermaling van het versneden groenmout tot gefragmenteerd groenmout.
Met de werkwijze volgens het eerste aspect van de huidige uitvinding kan een doorlooptijd van het groenmout van hoogstens 3 u, bij voorkeur van hoogstens 2,5 u en nog meer bij voorkeur van hoogstens 2 u verkregen worden.
Dit is positief voor een vlot verloop van een brouwproces op basis van het groenmout.
Het gefragmenteerd groenmout kan opgevangen worden in een klassieke maïschketel vooraleer het gefragmenteerd groenmout te filteren, bijvoorbeeld met een gekende dunbed filter.
Verder kan met de werkwijze volgens de huidige uitvinding eenvoudig een capaciteit behaald worden van 0,7 tot 1,4 ton groenmout (oftewel van 0,5 tot 1,1 ton groenmout op droge stof basis) per uur.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt het groenmout net voor genoemd overbrengen naar een maïschketel of net voor genoemd filteren gedurende een tijd te van 1 tot 10 min, meer bij voorkeur van 3 tot 8 min en nog meer bij voorkeur van 4 tot 6 min in water met een temperatuur van 80 tot 95 °C, meer bij voorkeur van 83 tot 92 °C en nog meer bij voorkeur van 85 tot 90 °C gebracht.
Zodanig worden resterende actieve enzymen in het mout geïnactiveerd.
De werkwijze volgens het eerste aspect van de huidige uitvinding wordt volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm continu uitgevoerd.
Zo kan een continu uitgevoerde werkwijze volgens de uitvinding ook zeer gunstig afgestemd worden op een continu maïschproces.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, omvattende een snijinrichting geschikt voor het versnijden van het groenmout tot aldus versneden groenmout, waarbij in de inrichting in serie met de snijinrichting verder een maalinrichting opgesteld is die te verbinden is met, en bij voorkeur verbonden is met de snijinrichting, en die geschikt is voor het vermalen van het versneden groenmout tot aldus fijn gefragmenteerd groenmout.
De maatregel van het in serie opstellen van een genoemde snijinrichting en een genoemde maalinrichting maakt de inrichting geschikt voor het fragmenteren van groenmout in twee sequentiële stappen, waarbij het groenmout eerst versneden wordt en het aldus versneden groenmout verder door vermaling gefragmenteerd wordt, levert een gefragmenteerd groenmout op dat omwille van zijn gefragmenteerde toestand geoptimaliseerd is voor het doorlopen van een brouwproces zonder dat het groenmout gedroogd, oftewel geëest, dient te worden.
Dit brengt het voordeel met zich mee dat dat meer enzymen uit het groenmout actief blijven voor het versuikeren van zetmeel.
Daarnaast brengt dit het voordeel met zich mee dat minder energie nodig is voor het brouwen van bier uitgaande van groenmout gefragmenteerd middels de inrichting, aangezien de klassieke eeststap van groenmout en de ermee gepaard gaande hoge temperaturen en energiekosten vermeden worden.
Dit zorgt ook voor een verlaagde uitstoot van koolstofdioxide, wat zeer gunstig is voor het milieu. in een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, waarbij de snijinrichting een huis omvat, welk huis aan een zijde voorzien is van een eerste opening voor het ontvangen van groenmout en aan een andere zijde voorzien is van een tweede opening voor het laten wegstromen van versneden groenmout, en waarbij binnen genoemde huis een tegengewicht, een geperforeerde schijf omvattende perforaties en een snijsamenstel omvattende een mes rondom een centrale roteerbare en aandrijfbare as opgesteld zijn, waarbij het snijsamenstel naar genoemde eerste opening gericht is, het tegengewicht naar genoemde tweede opening gericht is en de geperforeerde schijf tussen het snijsamenstel en het tegengewicht gelegen is, en waarbij het snijsamenstel en het tegengewicht te verbinden zijn, en bij voorkeur verbonden zijn, met de as.
Middels verbinding met de centrale as kan het mes geroteerd worden.
Roterende beweging van het mes kan worden aangedreven door eender welke geschikte motor zoals gekend in de stand der techniek, Een voorbeeld is een tweepolige 22 kW motor.
In een voorkeur dragende Uitvoeringsvorm wordt het mes geroteerd volgens een rotatiesnelheid van 2000 tot 4000 rotaties per minuut, meer bij voorkeur van 2300 tot 3700 rotaties per minuut, nog meer bij voorkeur van 2600 tot 3400 rotaties per minuut en het meest bij voorkeur van 2900 tot 3100 rotaties per minuut.
Genoemde rotatiesnelheden zijn voldoende hoog zodat vermeden wordt dat het mes niet voldoende kracht heeft om een groenmoutkorrel te snijden, waardoor het groenmout volgens een mooi recht vlak versneden kan worden, en tegelijk ook niet te hoog zodat ongewenst hoge investeringen in uitrusting en te hoge energiekosten vermeden worden.
Het mes kan uitgevoerd worden in eender welk geschikt materiaal gekend in de stand der techniek. î/ Bij voorkeur is het mes uitgevoerd in roestvrij staal, en bijzonder bij voorkeur door # roestvrij staal 304L.
Het mes kan uitgevoerd worden in eender welk geschikt materiaal | gekend in de stand der techniek, Bij voorkeur is het mes uitgevoerd in roestvrij staaf, ; en bijzonder bij voorkeur door roestvrij staal 304L.
De geperforeerde schijf dient om initieel ontvangen groenmout in perforaties van de schijf vast te houden, terwijl een gedeelte van het groenmout uit de schijf uitsteekt, welk uitstekend gedeelte van het vastgehouden groenmout versneden kan worden met het mes, en waarop volgend het aldus versneden groenmout doorheen perforaties van het geperforeerd lichaam kan worden bewogen.
Het tegengewicht dient enerzijds voor het op zijn plaats houden van het mes.
Bij voorkeur zijn het mes en de geperforeerde schijf volgens een afstand van hoogstens 2,5 mm, meer bij voorkeur hoogstens 2 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 1,5 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 1 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 0,8 mm, zelfs nog meer bij voorkeur hoogstens 0,6 mm, zelfs nog meer bij voorkeur maximum 0,4 mm en het meest bij voorkeur hoogstens 0,25 mm van elkaar gelegen zijn.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm is de inrichting verder voorzien van een schroefsysteem dat geschikt is om de afstand tussen genoemd mes en genoemde schijf in te stellen en dat bij voorkeur in staat is om afstanden in te stellen met een nauwkeurigheid van tienden van een millimeter.
Genoemde afstand tussen genoemd mes en genoemde geperforeerde schijf zorgt voor een voldoende fijne versnijding van het groenmout.
Het tegengewicht draagt anderzijds door zijn gunstige plaatsing en door zijn rotatiebeweging bij rotatie van het mes bij tot de verplaatsing van groenmout dat in de snijinrichting gebracht is, en met name tot een mechanisch bevorderde verplaatsing van groenmout dat zich na versnijding met het mes doorheen perforaties van de geperforeerde schijf bewogen heeft, waardoor een betere uitstroom van aldus versneden groenmout naar de tweede opening verkregen wordt.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm van de inrichting volgens het tweede aspect van de huidige uitvinding is genoemde combinatie van snijsamenstel omvattende het mes, geperforeerd lichaam en tegengewicht in tweevoud in serie geplaatst rondom de centrale as in de snijinrichting.
Laatstgenoemde uitvoeringsvorm kan aangewend worden om het versnijden verder te optimaliseren of als een veiligheid wanneer een in bedrijf zijnde schijf en/of mes in panne zou vallen, waarna de andere combinatie van schijf, mes en tegengewicht meteen in bedrijf kan worden genomen.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het ; optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, waarbij de perforaties zich schuin doorheen de geperforeerde schijf uitstrekken.
In tegenstelling tot een klassieke uitvoeren van zich dwars uitstrekkende perforaties, heeft een schuin uitstrekkende opstelling van perforaties het voordeel dat verstoppingen van de perforaties vermeden worden, en zo kunnen bovendien temperatuursverhogingen omwille van verstoppingen van de perforaties door versneden groenmout worden vermeden, Dit is van groot belang voor een vlotte fragmentering van groenmout middels de snijinrichting en om een goede kwaliteit van het groenmout te waarborgen, Volgens geprefereerde uitvoeringsvormen strekken genoemde perforaties zich doorheen de geperforeerde schijf uit volgens een hoek van 5 tot 30°, meer bij voorkeur een hoek van 10 tot 20° en nog meer bij voorkeur een hoek van 12 tot 18° ten opzichte van een fictieve as die loodrecht op een oppervlak van het geperforeerd lichaam staat, langs welk oppervlak in gebruik groenmout ontvangen wordt,
In voorkeur dragende uitvoeringsvormen hebben genoemde perforaties een diameter die 60 tot 100% en meer bij voorkeur 70 tot 95 % en nog meer bij voorkeur 75 tot 90% bedraagt van een kleinste diameter van te versnijden groenmoutkorrels.
Met kleinste diameter wordt de diameter volgens de kleinste dimensie van een groenmoutkorrel bedoeld.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm hebben de perforaties een diameter van 2 tot 7 mm, 3 tot 6 mm en meer bij voorkeur van 3,5 tot 5 mm.
Dergelijke dimensies van de diameter van de perforaties zijn gelijk aan tot iets kleiner dan de kleinste diameter van de groenmoutkorrels, wat ideaal geschikt is om groenmout vast te houden bij het versnijden, wat een goede versnijding van het groenmout bevordert.
Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm verbreden de perforaties van een zijde van de geperforeerde schijf in gebruik gericht naar de eerste opening van de snijinrichting naar een zijde van de geperforeerde schijf die in gebruik gericht is naar de tweede opening van de snijinrichting.
Zo kan versneden groenmout beter door de perforaties bewegen en dit is ook een maatregel om verstopping van de perforaties te voorkomen,
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, het mes uitgevoerd is als een neerwaarts gericht vleugelvormig lichaam, het lichaam omvattende twee in elkaars verlengde liggende vleugels die in gebruik neerwaarts gericht zijn naar de geperforeerde schijf van de snijinrichting, en welke | vleugels van een snijvlak voorzien zijn aan een zijde van de vleugels die in gebruik { gericht is naar de geperforeerde schijf. De neerwaartse oriëntatie van de vleugels zorgt voor een neerwaartse en inwaartse verplaatsing van in de snijinrichting gevangen groenmout, zodat het groenmout optimaal aangeboden wordt om versneden | 10 te worden terwijl vastgehouden door de perforaties van de schijf en vervolgens verplaatst te worden doorheen de perforaties.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, waarbij tussen genoemde eerste opening van het huis van de snijinrichting en het snijsamenstel een vloeistofleiding voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden is, en meer bij voorkeur verbonden is, met het huis, en/of waarbij tussen genoemde tweede opening van het huis van de snijinrichting en het tegengewicht een vloeistofleiding voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden is, en meer bij voorkeur verbonden is, met het huis, Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm | zijn beide genoemde vloeistofleidingen voorzien. Een vloeistofleiding laat toe een vloeistof, bijvoorbeeld water of een waterige oplossing, in het huis te voorzien. Toevoer van een vloeistof is voordelig om de algemene doorstroom van groenmout doorheen de snijinrichting te bevorderen, en om verstopping van perforaties van de geperforeerde schijf met groenmout te voorkomen. In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, waarbij in genoemd huis van de snijinrichting en gericht naar het tegengewicht een eerste en een tweede spuitleiding, elk omvattende een spuitleidinglichaam eindigend in een spuitkop, geplaatst zijn, welke spuitleidinglichamen in het verlengde van elkaar liggen, en waarbij genoemde spuitkop van de eerste spuitleiding naar het tegengewicht gericht is, en de spuitkop van de tweede spuitleiding volgens een hoek van 80° tot 100° gericht is ten opzichte van het spuitleidinglichaam van de tweede spuitleiding. Zo kan met de eerste spuitleiding een vloeistof hoofdzakelijk dwars gespoten worden op een richting waarlangs versneden groenmout, ontvangen door de eerste opening van de snijinrichting en versneden door het mes van de snijinrichting, uit perforaties van de geperforeerde schijf beweegt, en waarbij erop volgend met de tweede spuitleiding een vloeistof op het versneden groenmout gespoten wordt volgens een richting hoofdzakelijk dwars op genoemde eerste richting en hoofdzakelijk evenwijdig met de geperforeerde schijf.
Dusdanig wordt verplaatsing van het groenmout uit de geperforeerde schijf bevorderd door aanwending van een vloeistof die gespoten wordt uit de eerste vloeistofleiding, en wordt deze verplaatsing verder bevorderd door een vloeistof die gespoten wordt door een tweede vloeistofleiding, welke tweede gespoten vloeistof door zijn oriëntatie bovendien vermijdt dat resten groenmout zich na de geperforeerde schijf opstapelen.
De vloeistof toegediend via de eerste en/of de tweede spuitleiding kan bijvoorbeeld water zijn of bijvoorbeeld een wateroplossing zijn met dezelfde samenstelling en parameters zoals de wateroplossing hierboven besproken, Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm zijn genoemde spuitleidingen opgesteld in de nabijheid van genoemd tegengewicht.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm omvat de inrichting volgens het tweede aspect van de uitvinding een doseerinrichting die geschikt is om te ontvangen groenmout te doseren en die te verbinden is, en bij voorkeur verbonden is, met de eerste opening van het huis van de snijinrichting.
De doseerinrichting dient om het aangevoerde volume aan groenmout te regelen.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm is de doseerinrichting uitgevoerd om frequentie-gestuurd te worden.
De doseerinrichting omvat bij voorkeur een koker- of trechtervormige mantel hoofdzakelijk haaks opgesteld ten opzichte van een transportschroef.
Genoemde mantel omvat een ingang geschikt voor het ontvangen van groenmout en een uitgang voor het voorzien van het groenmout aan de transportschroef.
Mits de transportschroef kan het transport van het groenmout volgens een gewenste transportsnelheid uitgevoerd worden.
Bij voorkeur wordt rotatie van de transportschroef omheen zijn as verkregen door deze as aan te drijven via een motor, Eender welke geschikte motor zoals gekend in de stand der techniek kan hiervoor worden aangewend.
Bij voorkeur wordt deze motor frequentie-gestuurd.
Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de doseerinrichting binnenin genoemde mantel een peddel of brugbreker.
De peddel vermijdt granulaatvorming van aangevoerd materiaal en dus verstopping van de doseerinrichting.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm omvat de inrichting volgens het tweede aspect van de uitvinding tussen de snijinrichting en de maalinrichting een pompinrichting die te verbinden is, en bij voorkeur verbonden is met, zowel snijinrichting en maalinrichting en die geschikt is voor het verplaatsen van versneden groenmout van : 5 de snijinrichting naar de maalinrichting.
De pompinrichting kan eender welke hiertoe geschikte pomp zijn zoals gekend in de stand der techniek, Bijvoorbeeld kan een | peristaltische pomp of een excentrische wormpomp geselecteerd worden.
Bij voorkeur wordt een excentrische wormpomp gekozen, Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm wordt een excentrische wormpomp gekozen waarin bij ingang van de wormpomp een perssysteem omvattende een transportschroef toegevoegd is.
Genoemde schroefdraad zorgt voor een mechanische voorstuwing van het groenmout en vermijdt verstoppingen van de pomp.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, waarbij de maalinrichting een huis omvat, welk huis aan een zijde voorzien is van een eerste opening voor het ontvangen van versneden groenmout en aan een andere zijde voorzien is van een tweede opening voor het laten wegstromen van gefragmenteerd groenmout, en waarbij binnen genoemde huis een ruwe dynamische steenschijf centraal te verbinden rondom een roteerbare centrale as en een ruwe statische steenschijf omvattende een centrale holte voorzien zijn, waarbij de steenschijven tegenover elkaar opgesteld zijn en waarbij de centrale holte van de statische steenschijf gericht is naar de dynamische steenschijf, en waarbij de statische steenschijf gericht is naar genoemde eerste opening en de dynamische steenschijf gericht is naar genoemde tweede opening.
Doorheen de centrale holte van de statische steenschijf kan ontvangen versneden groenmout zich verplaatsten tot tussen beide steenschijven.
Tussen de steenschijven kan het versneden groenmout vervolgens vermalen worden.
Bij voorkeur bedraagt de onderlinge afstand tussen de steenschijven hoogstens 1 mm, nog meer bij voorkeur hoogstens 0,5 mm, zelfs nog meer bij voorkeur hoogstens 0,1 mm, zelfs nog meer bij voorkeur hoogstens 0,05 mm en nog meer bij voorkeur hoogstens 0,03 mm.
Bij voorkeur bedraagt de onderlinge afstand tussen de steenschijven minstens 0,0001 mm, nog meer bij voorkeur minstens 0,0005 mm, zelfs nog meer bij voorkeur minstens 0,001 mm, zelfs nog meer bij voorkeur minstens 0,005 mm en nog meer bij voorkeur minstens 0,01 mm.
Bij grootste voorkeur zijn genoemde stenen ongeveer 0,02 mm van elkaar gelegen.
De stenen lichamen zijn bij voorkeur vervaardigd uit een steensoort die voldoende hard is zodat bij het vermalen van het versneden groenmout geen steenfragmenten vrijkomen, en die voldoende ruw is zodat het groenmout voldoende fijn vermalen kan worden tussen de steenschijven. Bij voorkeur is de maalinrichting verder voorzien van een kloksysteem voor het instellen van de afstand tussen genoemde steenschijven.
Tussen de steenschijven kan er ter hoogte van genoemde centrale holte een molentje geplaatst worden voor bijkomende verplaatsing van het groenmout. Bovengenoemde afstanden tussen de steenschijven voor een voldoende fijne vermaling van het versneden groenmout tot gefragmenteerd groenmout.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding in een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het tweede aspect van de uitvinding, waarbij tussen genoemde eerste opening van het huis van de maalinrichting en de statische steenschijf een vloeistofleiding voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden, en bij voorkeur verbonden, is met het huis, en/of waarbij tussen genoemde tweede opening van het huis van de maalinrichting en de dynamische steenschijf een vloeistofleiding voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden, en bij voorkeur verbonden, is met het huis. Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm zijn beide genoemde vloeistofleidingen voorzien, Een vloeistofleiding laat toe een vloeistof, bijvoorbeeld water of een waterige oplossing, in het huis te voorzien. Toevoer van een vloeistof is voordelig om de algemene doorstroom van groenmout doorheen de maalinrichting te bevorderen, bij de juiste condities van de vloeistof om de gelatinisering en versuikering van het aanwezig zetmeel te starten, en om verstoppingen van groenmout tussen de steenschijven van de maalinrichting te voorkomen.
Volgens voorkeur dragende uitvoeringsvormen van de inrichting volgens het tweede concept van de huidige uitvinding zijn genoemde uitgerust met een temperatuursensor en/of een debietmeter, en bij voorkeur uitgerust met een temperatuursensor en een debietmeter. Eender welke geschikte temperatuursensoren en/of debietmeters kunnen hiervoor worden aangewend. Een niet-limiterend voorbeeld van een geschikte temperatuursensor is een PT100-sensor. Een niet- limiterend voorbeeld van een geschikte debietmeter is een FIC (Flow Indicating Control)-debietmeter. In een uitvoeringsvorm kan een gewenste vloeistoftemperatuur verkregen worden door warme vloeistof afkomstig van een warmvloeistofleiding en koude vloeistof afkomstig van een koudevloeistofleiding met elkaar te mengen.
Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm van de inrichting volgens het tweede aspect van de huidige uitvinding is de capaciteit van de maalinrichting groter dan de capaciteit van de snijinrichting. Dit zorgt voor een zuigeffect oftewel een leegzuigeffect, wat bijdraagt tot het vermijden van verstoppingen in de snijinrichting. > Het is vanzelfsprekend dat dit verschil in capaciteit ook niet te groot is, want anders bestaat het risico dat het groenmout niet voldoende fijn versneden kan worden in de snijinrichting. Bij voorkeur is de capaciteit van de maalinrichting 1,05 tot 1,6 keer groter, meer bij voorkeur 1,10 tot 1,5 keer groter, nog meer bij voorkeur 1,15 tot 1,45 keer groter en het meest bij voorkeur 1,2 tot 1,4 keer groter dan de capaciteit van de snijinrichting. Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm zijn de verschillende onderdelen van de inrichting volgens het tweede aspect van onderhavige uitvinding samenschroefbaar. Dit laat een eenvoudige installatie van de inrichting ter plaatste toe, In een derde aspect betreft de huidige uitvinding een gebruik van een inrichting volgens het tweede aspect van de uitvinding in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens het eerste aspect van de uitvinding. Overeenkomstig worden aile technische verwezenlijkingen en positieve kenmerken van een inrichting volgens het tweede aspect van de huidige uitvinding gecombineerd met deze van een werkwijze volgens het eerste aspect van de huidige uitvinding. In een vierde aspect betreft de uitvinding een gefragmenteerd groenmout, geoptimaliseerd voor een brouwproces dat verkrijgbaar is, en meer bij voorkeur verkregen is, door groenmout te onderwerpen aan een werkwijze volgens het eerste aspect van de uitvinding. Voor de technische kenmerken en voordelige effecten van zo een gefragmenteerd groenmout wordt verwezen naar bovenstaande beschrijving van de werkwijze volgens het eerste aspect van de uitvinding.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven aan de hand van niet-limiterende voorbeelden of figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
VOORBEELDEN
{ VOORBEELD 1 Voorbeeld 1 betreft een werkwijze en een inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding. | Om Voorbeeld 1 beter te illustreren wordt verwezen naar Fig, 1 en het detail van Fig. | 1 in Fig, 1A.
Fig. 1 toont een schematische voorstelling van een inrichting voor het ; optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.
Eerst worden hier de algemene stappen van de werkwijze volgens Voorbeeld 1 toegelicht.
Met behulp van een doseerinrichting 1 kan groenmout in een gewenste dosering overgebracht worden naar een snijinrichting 2 waar in een eerste | 15 verkleinstap het groenmout versneden wordt.
Vervolgens wordt het aldus versneden groenmout in een tweede verkleinstap vermalen in een maalinrichting 3 tot een 9 gefragmenteerd groenmout.
In het algemeen draagt water tijdens de werkwijze bij tot een spoeling en transport doorheen de inrichting volgens Voorbeeld 1. Het aldus gefragmenteerd groenmout is geoptimaliseerd voor een brouwproces.
Door zijn gefragmenteerde toestand is het gefragmenteerde groenmout geoptimaliseerd voor het doorlopen van een brouwproces zonder dat het groenmout gedroogd, oftewel geëest, dient te worden.
Wanneer tijdens de werkwijze volgens Voorbeeld 1 over water of een wateroplossing gesproken wordt, wordt hiervoor bij voorkeur voor een wateroplossing met een temperatuur van 70 tot 85 °C, meer bij voorkeur van 75 tot 84 °C, nog meer bij voorkeur van 80 tot 83 °C en nog meer bij voorkeur van ongeveer 82 °C, en een pH van 3,8 tot 4,6, meer bij voorkeur een pH van 3,8 tot 4,4, nog meer bij voorkeur een pH van 3,9 tot 4,2 en nog meer bij voorkeur een pH van 4,0 gekozen.
Om tot genoemde pH-waarden te komen, kan water aangezuurd worden met een food grade zuur, zoals melkzuur, zoals gekend in de stand van de techniek.
Bij genoemde temperaturen en pH-waarden van water zullen na menging met groenmout, ongewenste enzymen zoals lipoxygenase aanwezig in het groenmout snel geïnactiveerd worden.
Enzymen verantwoordelijk voor versuikering van zetmeel in het groenmout, waaronder beta-amylase, alfa-amylase en limiet-dextrinase zullen evenwel geactiveerd worden bij deze condities, zodat de versuikering van het zetmeel kan worden opgestart. Op deze manier wordt het groenmout bijkomend geoptimaliseerd voor een brouwproces.
Nu volgt de gedetailleerde beschrijving van de werkwijze en inrichting volgens : 5 Voorbeeld 1. De doseerinrichting 1 omvat een huis 4 omvattende een eerste been 5 en een tweede been 6, welke benen 5, 6 loodrecht op elkaar voorzien zijn en in open verbinding met elkaar staan. Het eerste been 5 van het huis 4 omvat een eerste opening 7 die naar een omgeving gericht is, en een tweede opening 8 die een open verbinding vormt met genoemd tweede been 6 van het huis 4. De eerste opening 7 is bedoeld om groenmout te ontvangen dat in een richting A gericht naar de eerste opening 7 toegediend wordt aan deze opening 7. Via de tweede opening 8 kan het groenmout dan vervolgens doorstromen naar het tweede huis 4 van de doseerinrichting 1. Genoemde openingen 7,8 liggen aan weerszijden van het eerste been 5, en tussen genoemde openingen 7,8 is het eerste been 5 voorzien van een vernauwing 9. De vernauwing 9 dient om toegediend groenmout te kanaliseren, zodat het groenmout op een gecontroleerde manier kan doorstromen naar het tweede huis
4. Tussen genoemde vernauwing 9 en de tweede opening 8 van het eerste been 5 is een peddel 10 aangebracht. De peddel 10 vermijdt granulaatvorming van toegediend groenmout en vermijdt dus verstopping van de doseerinrichting 1. Het tweede been 6 van het huis 4 van de doseerinrichting 1 omvat een uitgang 11 die in open verbinding staat met genoemde snijinrichting 2. Centraal gelegen in het tweede been 6 en gericht naar genoemde uitgang 11 is een transportschroef 12 die verbonden is met en aangedreven wordt door een externe aandrijving 13. De transportschroef 12 omvat een as 14 en een rondom de as 14 aangebracht helisch schroefblad 15. Middels een aangedreven roterende beweging B omheen zijn as 14 kan groenmout op een gecontroleerde manier via het schroefblad 15 getransporteerd worden naar de snijinrichting 2. Zodoende wordt de dosering van het groenmout gecontroleerd, of wordt met andere woorden het toegediende volume per eenheid van tijd oftewel het debiet van het toegediende groenmout op een gecontroleerde wijze ingesteld.
Door gecontroleerd transport van het groenmout via de transportschroef 12 wordt het groenmout overgebracht naar de snijinrichting 2. De snijinrichting 2 omvat een huis 16 omvattende een mantel 46 en een eerste opening die samenvalt met de uitgang van het tweede been 6 van het huis 4 van de doseerinrichting 1, en welke ingang in open verbinding staat met genoemde doseerinrichting 1, en welke huis 16 van de snijinrichting 2 verder een tweede opening 17 omvat die in open verbinding staat met een eerste pompinrichting 18. Zoals afgebeeld is de huis 16 van de snijinrichting 2 samengesteld uit verschillende aan elkaar bevestigbare onderdelen 19, 20, 21. Dergelijke modulaire opbouw maakt assemblage van de inrichting ter plaatse eenvoudiger.
Het huis 16 van de snijinrichting 2 omvat ook een eerste vloeistoftoevoeringang 28 in 9 verbinding met de mantel van het huis 16, en dit in de nabijheid van het huis 4 van de ; doseerinrichting 1. Via deze eerste vloeistoftoevoeringang 28 kan water of een wateroplossing met een gecontroleerde temperatuur van ongeveer 85 °C toegevoegd worden. Dit is ideaal om het toegediende groenmout bij een geschikte temperatuur te brengen en houden tijdens transport middels de transportschroef 12 en net voor aanvang van versnijden van het groenmout in de snijinrichting 2. De vioeistoftoevoeringang 28 is in het bijzonder ingericht om water of een wateroplossing te ontvangen van een vloeistoftoevoersysteem 29. Het vioeistoftoevoersysteem 29 omvat meerdere in verbinding met elkaar staande vloeistofleidingen 30-32, 34-37. De temperatuur van water of een wateroplossing dat vervoerd wordt middels het vioeistoftoevoersysteem 29 kan gecontroleerd worden door het mengen van warm en koud water of een warme en een koude wateroplossing. Hierdoor kan warm water of een warme wateroplossing aangevoerd worden door een vloeistofleiding 30 en kan koud water of een koude wateroplossing aangevoerd worden door een andere vioeistofleiding 31, welke twee vloeistofleidingen 30, 31 samenkomen in nog een andere vloeistofieiding 32, zodat door mengen van warm en koud water of van een warme wateroplossing en een koude wateroplossing een gewenste watertemperatuur verkregen kan worden. Hoeveelheden van warm en koud water of een warme en een koude wateroplossing kunnen geregeld worden door kranen 40, 41 voorzien op de respectievelijke vloeistofleidingen 30, 31. Genoemde vloeistofleiding 32 waarin het warm en koud water of de warme en koude wateroplossing samenkomen is voorzien van een debietmeter 42 en een temperatuursensor 43, zodat respectievelijk het debiet en de temperatuur van het water of de wateroplossing opgevolgd kunnen worden. Via een aftakkende leiding 34 van het vloeistoftoevoersysteem 29 en langsheen een klep 44, wordt water of een wateroplossing voorzien aan een leiding 45 die in verbinding staat met genoemde eerste vloeistoftoevoeringang 28 van het huis 16 van de snijinrichting 2, en zo kan dus water of een wateroplossing met een gecontroleerde temperatuur van 20 tot 25 °C toegediend worden aan de mantel 46 van het huis 16.
In genoemd huis 16 omvat de snijinrichting 2 een snijsamenstel 22 omvattende een mes 47, een geperforeerde schijf 23 omvattende perforaties 24 en een tegengewicht
25. Genoemde snijsamenstel 22, geperforeerde schijf 23 en tegengewicht 25 zijn centraal voorzien omheen een as 26. Het snijsamenstel 22 en het tegengewicht 25 zijn aan elkaar verbonden en tegelijk opgehangen rondom de as 26, zodat bij een roterende beweging van de as het snijsamenstel 22 en het tegengewicht 25 mee draaien. De as 26 staat in verbinding met een externe aandrijving 27 die kracht levert om de as 26 volgens een rotatierichting C rond zijn as te laten bewegen. De geperforeerde schijf 23 is tussen het snijsamenstel 22 en het tegengewicht 25 gelegen. Het tegengewicht 25 dient om het snijsamenstel 22 op een welbepaalde afstand X1 te houden ten opzichte van de geperforeerde schijf 23. Genoemde afstand Xi kan ingesteld worden middels een schroefsysteem dat geschikt is om de afstand tussen genoemd snijsamenstel en genoemde schijf in te stellen en dat bij voorkeur in staat is om afstanden in te stellen met een nauwkeurigheid van tienden van een millimeter (niet afgebeeld op Fig. 1). Het mes 47 is uitgevoerd als een neerwaarts gericht vleugelvormig lichaam 47 omvattende twee in elkaars verlengde liggende vleugels 48, 49, welk vleugelvormig lichaam 47 langs een eerste zijde 50 op elke vleugel 48, 49 oppervlaktegelegen inkepingen 51, 52. Genoemde inkepingen 51, 52 dienen om het bewegen van het vleugelvormig lichaam 47 in een massa groenmout te vergemakkelijken, Genoemde vleugels 48, 49 zijn neerwaarts gericht naar de geperforeerde schijf 23 van de snijinrichting 2, welke neerwaartse richting het voordeel heeft dat bij rotatie van het snijsamenstel 22 een neerwaartse en inwaartse verplaatsing van toegediend groenmout verkregen wordt, zodat het groenmout optimaal aangeboden wordt om versneden te worden door het snijsamenstel 22 en vervolgens verplaatst te worden doorheen de perforaties 24 van de geperforeerde schijf 23. Een tweede zijde 53 van het vleugelvormig lichaam 47, welke tweede zijde 53 tegenover genoemde eerste zijde 50 gelegen is, is voorzien van een snijvlak 54 dat in bedrijf met genoemde afstand X1 ten opzichte van de geperforeerde schijf 23 gelegen is. Volgens Voorbeeld 1 wordt de as 26, en bijgevolg het snijsamenstel 22, geroteerd volgens een toerental van 2900 tot 3100 rotaties per minuut. Genoemde rotatiesnelheden zijn voldoende hoog zodat vermeden wordt dat het snijsamenstel 22 volgens Voorbeeld 1 niet voldoende kracht zou hebben om een groenmoutkorrel te snijden, waardoor het groenmout volgens een mooi recht vlak versneden kan worden.
Het mes kan uitgevoerd worden in eender welk geschikt materiaal gekend in de stand der techniek. Bij voorkeur is het mes uitgevoerd in roestvrij staal, en bijzonder bij voorkeur door roestvrij staal 304L.
In genoemd huis 15 van de snijinrichting 2 zijn gericht naar het tegengewicht 25 een eerste 60 en een tweede 61 spuitleiding geplaatst, welke spuitleidingen 60, 61 in het verlengde van elkaar liggen.
Genoemde eerste spuitleiding 60 omvat een spuitkop 62 die gericht is naar het tegengewicht 25. Genoemde tweede spuitleiding 61 omvat een spuitkop 63 die volgens een hoek y van 90° gericht is ten opzichte van de tweede spuitleiding 61. Zodoende kan de eerste spuitleiding 60 versneden groenmout langs sen eerste richting F spoelen met water of een wateroplossing, waarna de tweede spuitleiding 61 eventueel nog niet weggespoelde versneden groenmout kan wegspoelen volgens een richting G dwars op genoemde eerste richting.
Dit is een zeer effectieve opstelling om niet weggespoelde resten aan versneden groenmout te vermijden.
Fig. 2 toont een detail van een langsdoorsnede van een geperforeerde schijf 23. In deze weergave wordt de ligging van de perforaties 24 doorheen de geperforeerde schijf 23 duidelijk.
De perforaties 24 zijn schuin doorheen de geperforeerde schijf 23 aangebracht.
Ten opzichte van een fictieve as 55 die dwars op de geperforeerde schijf 23 staat, zijn de perforaties 24 georiënteerd volgens een hoek oa van 15°. In tegenstelling tot een klassieke dwarse opstelling van perforaties 24, heeft een schuine opstelling van perforaties 24 het voordeel dat verstoppingen van de perforaties 24 vermeden worden, en wordt bovendien temperatuursverhogingen omwille van verstoppingen vermeden.
Dit is van groot belang voor een vlotte verwerking van het groenmout en om een goede kwaliteit van het groenmout te waarborgen.
In Fig. 2 wordt tevens de centrale holte 56 van de geperforeerde schijf 23 duidelijk, in welke holte 56 de as 26 van de snijinrichting 2 kan geplaatst worden.
Fig. 3 toont een detail van een bovenaanzicht van een geperforeerde schijf 23. Hierop wordt duidelijk weergegeven dat de perforaties 24 volgens concentrische rijen 57 omheen de holte 56 geschikt zijn.
Vanuit de holte 6 als middelpunt gezien zijn de perforaties 24 ook geschikt volgens stralen 58, welke stralen 58 volgens een hoek B tussen 5° en 6° ten opzichte van elkaar gelegen zijn.
Verder zijn de perforaties 24 geschikt volgens gebogen lijnen 59 waarlangs perforaties 24 overlangs de geperforeerde schijf 23 geplaatst zijn.
Perforaties geschikt langs genoemde gebogen lijnen 59 zijn lijn per lijn aangebracht middels een daartoe geschikte mal.
De schikking van de perforaties 24 volgens de gebogen lijnen 59 volgt een rotatiebeweging van het snijsamenstel 22. Op deze manier zijn de perforaties 24 in de geperforeerde schijf 23 ideaal geschikt om korrels van groenmout te ontvangen die versneden worden door het snijsamenstel 22. In de perforaties 24 van de geperforeerde schijf 23 kunnen groenmoutkorrels tijdelijk vastgehouden worden terwijl een gedeelte van het groenmout uit de geperforeerde schijf 23 uitsteekt, welk uitstekend gedeelte van het vastgehouden groenmout versneden wordt met het mes 47, en waarop volgend het aldus versneden groenmout doorheen de perforaties 24 van de schijf 23 wordt bewogen, Het vasthouden van het groenmout laat een goede versnijding van het groenmout toe.
Volgens viceistofleidingen 36, 37 die aftakken van genoemd vloeistoftoevoersysteem 29 kan water of een wateroplossing toegevoegd worden in de snijinrichting, Hiervoor omvat de huis 16 van de snijinrichting 2 een eerste toegang 94 boven het snijsamenstel 22 en een tweede toegang 95 onder het tegengewicht 25. Van genoemde vloeistofleidingen 36, 37 staat er een vloeistofleiding 36 in verbinding met genoemde eerste toegang 94 en staat er een vloeistofieiding in verbinding met genoemde tweede toegang 95. Beide vloeistofleidingen 36, 37 zijn elk voorzien van een klep 96, 97. Doorheen genoemde eerste toegang 94 kan middels genoemde vloeistofleiding 36 water of een wateroplossing via een richting M boven het snijsamenstel 22 in de snijinrichting 2 stromen. Doorheen genoemde tweede toegang 95 kan middels genoemde vioeistofleiding 37 water of een wateroplossing via een richting N onder het tegengewicht 25 in de snijinrichting stromen, Via genoemde tweede opening 17 van het huis 16 van de snijinrichting 2 komt versneden groenmout vervolgens terecht in de eerste pompinrichting 18. De eerste pompinrichting 18 omvat een huis 64 waarin een transportschroef 65 opgesteld is voor het verplaatsen van het versneden groenmout. Genoemde transportschroef 65 omvat een as 66 en een helisch schroefblad 67. De as 66 is verbonden met en wordt aangedreven door een externe aandrijving 68, Daarnaast omvat genoemde huis 64 van de eerste pompinrichting 18 een excentrische wormpomp 69 die in het verlengde opgesteld staat ten opzichte van genoemde transportschroef 65. De combinatie van transportschroef en excentrische wormpomp is ideaal geschikt voor de verplaatsing van het versneden groenmout. In het verlengde van de excentrische wormpomp 69 en tegengesteld aan de transportschroef 65 is de huis 64 voorzien van een uitgang 70. Verbonden met de uitgang 70 omvat de inrichting volgens Voorbeeld 1 een leiding 71 die uitmondt in de maalinrichting 3. Genoemde leiding 71 wordt ook afgetakt door een controleleiding 72, welke controleleiding 72 voorzien is van een klep 73. Middels de controleleiding 72 kan eenvoudig staal genomen worden door een eerste staalafname- inrichting 74.
Middels genoemde eerste pompinrichting 18 wordt het versneden groenmout getransporteerd naar de maalinrichting 3, De maalinrichting 3 omvat een huis 75 omvattende een eerste opening 76 voor het ontvangen van versneden groenmout, welke eerste opening 76 in open verbinding staat met genoemde leiding 71 voor het transporteren van versneden groenmout, en welke huis 75 van de maalinrichting 3 verder een tweede opening 77 die in open verbinding staat met een tweede pompinrichting 78. Zoals afgebeeld is de huis 75 van de maalinrichting 3 samengesteld uit verschillende aan elkaar bevestigbare onderdelen 79, 80, 81, Dergelijke modulaire opbouw maakt assemblage van de inrichting ter plaatse eenvoudiger. In genoemd huis 75 omvat de maalinrichting 3 een ruwe statische steenschijf 82 waarin een centrale holte 83 voorzien is, en omvat de maalinrichting 3 in genoemde huis 75 een ruwe dynamische steenschijf 84. De steenschijven 82, 84 zijn vervaardigd uit een steensoort die voldoende hard is zodat bij het vermalen van versneden groenmout geen steenfragmenten vrijkomen, en die voldoende ruw is zodat het versneden groenmout voldoende fijn vermalen kan worden. Genoemde steenschijven 82, 84 zijn op een welbepaalde afstand X2 van 0,2 mm ten opzichte van elkaar gelegen. De afstand tussen de steenschijven 82, 84 is instelbaar door de statische steenschijf 82 hoger of lager te bewegen via een verticale richting I. Dergelijke verticale richting I kan uitgeoefend worden door het manipuleren van een kloksysteem 85 verbonden met de ruwe statische steenschijf 82, Genoemde ruwe dynamische steenschijf 84 is centraal verbonden met een as 86, welke as 86 verbonden is met en aangedreven wordt door een externe aandrijving 87. Rondom de as 86 kan de ruwe dynamische schijf 84 gedraaid worden volgens een roterende beweging J, door welke draaiende beweging de versneden moutkorrels vermalen kunnen worden tussen de steenschijven 82, 84, Versneden groenmout wordt via de tweede opening 77 van de maalinrichting 3 in de tweede pompinrichting 78 gebracht. De tweede pompinrichting 87 omvat een huis 88 waarin een as 89 aangebracht is, welke as 89 verbonden is met en aangedreven wordt door een externe aandrijving, zodat de as 89 omheen zijn as kan bewegen volgens een roterende beweging K. Genoemde as 89 drijft een excentrische wormpomp 91 aan, ook aanwezig in de huis 88. In het verlengde van de excentrische wormpomp 91 en tegenover de as 89 is het huis voorzien van een uitgang 92, waarlangs het versneden groenmout langs een leiding 93 volgens een richting L verder kan getransporteerd worden om verder verwerkt te worden in een brouwproces, waarbij het versneden groenmout bijvoorbeeld overgebracht kan worden naar een maïschton.
Laatstgenoemde leiding 93 wordt ook afgetakt door een controleleiding 94, welke controleleiding 94 voorzien is van een klep 95. Middels de controleleiding 94 kan eenvoudig staal genomen worden door een tweede staalafname-inrichting 96, VOORBEELD 2
Voorbeeld 2 wordt afgebeeld in Fig. 4. Voorbeeld 2 is identiek aan Voorbeeld 1 (Fig. 1), met uitzondering van bijkomende vloeistofleidingen 33, 38, 39 van het vloeistoftoevoersysteem 29. Volgens vloeistofleidingen 38, 39 die aftakken van genoemd vloeistoftoevoersysteem 29 kan water of een wateroplossing toegevoegd worden in de maalinrichting 3. Hiervoor omvat de huis 75 van de maalinrichting 3 een eerste toegang 98 boven de ruwe statische steenschijf 82 en een tweede toegang 99 onder de ruwe dynamische steenschijf 94. Van genoemde vloeistofleidingen 38, 39 staat er een leiding 38 in verbinding met genoemde eerste toegang 98 en staat er een leiding 39 in verbinding met genoemde tweede toegang 99. Beide leidingen 38, 39 zijn elk voorzien van een klep 100, 101. Doorheen genoemde eerste toegang 98 kan middels genoemde leiding 38 water of een wateroplossing via een richting O boven de ruwe statische steenschijf 82 in de maalinrichting 3 stromen.
Doorheen genoemde tweede toegang 99 kan middeis genoemde leiding 39 water of een wateroplossing via een richting P onder de ruwe dynamische steenschijf 94 in de maalinrichting 3 stromen.
VOORBEELD 3 Voorbeeld 3 betreft vergelijkende brouwproeven waarbij een brouwproef vertrekkende van een gefragmenteerd groenmout volgens de huidige uitvinding vergeleken wordt met een brouwproef vertrekkende van een gefragmenteerd traditioneel gedroogd mout oftewel eestmout, Zowel het gefragmenteerd groenmout als het gedroogd mout zijn verkregen uit 6-rijige Etincel gerst, Met een gefragmenteerd groenmout volgens de huidige uitvinding wordt verwezen naar een gefragmenteerd groenmout verkregen door groenmout te onderwerpen aan een werkwijze het eerste aspect van de uitvinding, waarin een inrichting volgens het tweede aspect van de uitvinding gebruikt werd voor het uitvoeren van de werkwijze. In het volgende worden de verschillende stappen van de brouwproeven beschreven en worden testresultaten van verkregen worten en bieren weergegeven. Via de weergegeven testresultaten, welke brouwtechnisch zeer gewenst zijn in geval van de brouwproef vertrekkende van gefragmenteerd groenmout, wordt duidelijk weergegeven dat een gefragmenteerd groenmout verkregen volgens de huidige uitvinding geoptimaliseerd is voor het doorlopen van een brouwproces zonder dat het groenmout gedroogd, oftewel geëest, dient te worden.
Erouwproef vertrekkende van sen gefragmenteerd groenmaut velgens de uitvinding Voor de brouwproef vertrekkende van een gefragmenteerd groenmout volgens de huidige uitvinding, wordt vanaf 507 kg of 269 kg droge stof van een gefragmenteerd groenmout met een vochtgehalte van 47% vertrokken. Proceswater is aangezuurd met melkzuur tot pH 4,0, aangerijkt met CaCl2.H20 (100 ppm Ca”*) en verwarmd tot 85 °C. De totale hoeveelheid toegevoegd water tijdens de fragmentering van oorspronkelijk groenmout bedraagt 6,2 hl. Het vermalen werd uitgevoerd onder water met een snij- en maalinrichting: snij-inrichting met geperforeerde (4 mm) schijven met schuin mes (rotatie-snelheid van 3000 rotaties/min) gevolgd door maalinrichting (0,02 mm afstand tussen stenenschijven en rotatie-snelheid van 3000 rotaties/min van dynamisch steenschijf).
Op die wijze wordt een maïschverhouding verkregen van 269 kg (droge stof) en 850 liter water (totaal), dus 1/3,15. De totale fragmenteringtijd bedraagt 35 min. Bij de start van de fragmentering wordt 54 g Brewtan B opgelost in het proces water.
De temperatuur bij start inmaïschen bedraagt 60 °C en de pH = 5,5. Bij einde inmaïschen bedraagt de temperatuur 63 °C. 60 min rust bij 63 °C, 30 min rust bij 72 °C en verwarmen tot 85 °C voor wortfiltratie.
Wortfiltratie wordt uitgevoerd over een dunbed filter met 27 platen met dosage van 11 kg per plaat: filtratietijd voor hoofdwort is 35 min. Totaal volume na filtratie en uitwassen van filter is 12 hl aan 14 °P, Bij de start van een kookproces wordt 790 g bitter hop Columbus (14,9 % alfa zuren) toegevoegd. Er wordt gekookt gedurende 1 uur. Na koken wordt de wort overgebracht naar een whirlpool. Na 15 min rust wordt 1,2 g Saaz hop toegevoegd per liter wort, 30 min later wordt de koeling gestart door transfer via een platenkoeler en centrifuge naar een fermentatie tank.
Ongeveer 10 hl met 15 °P wordt vervolgens gebruikt voor de vergisting. Bij de start wordt 1000 g droge korrelgist toegevoegd. Vergisting gebeurt bij 14 °C onder 100 mbar druk. Eindvergisting (restextract 2,6 °P) is bereikt na 5 dagen.
Vergelijkende brouwgroef vertrekkende van gen gefragmentesrd sostmout Voor de brouwproef vertrekkende van een gefragmenteerd eestmout wordt vertrokken van 254 kg of 244 kg droge stof van een gefragmenteerd eestmout met een vochtgehalte van 4%. Proceswater is aangezuurd met melkzuur tot pH 4,0, aangerijkt met CaCl2.H20 (100 ppm Ca?) en verwarmd tot 70 °C. De totale hoeveelheid toegevoegd water tijdens de fragmentering van oorspronkelijk eestmout bedraagt 6,1 hl, Het vermalen werd uitgevoerd onder water met een snij- en maalinrichting: snij- inrichting met geperforeerde (4 mm) schijven met schuin mes (rotatie-snelheid van 3000 rotaties/min) gevolgd door maalinrichting (0,10 mm afstand tussen stenenschijven en rotatie-snelheid van 3000 rotaties/min van dynamisch steenschijf).
Op die wijze wordt een maïschverhouding verkregen van 244 kg (ds) en 610 | water (totaal), dus 1/2,5, De totale fragmenteringtijd bedraagt 35 min. Bij de start van de fragmentering wordt 54 g Brewtan B opgelost in 1 | water, toegevoegd.
De temperatuur bij start inmaïschen bedraagt 62 °C en de pH = 5,4. Bij einde inmaischen bedraagt de temperatuur 63 °C. 60 min rust bij 63 °C, 30 min rust bij 72 °C en verwarmen tot 85 °C voor wort filtratie.
Wortfiltratie wordt uitgevoerd over een dunbed filter (met 27 platen met dosage van 11 kg per plaat: filtratietijd voor hoofdwort is 45 min. Totaal volume na filtratie en uitwassen van filter is 11,5 hf aan 13 °P.
Bij de start van het kookproces wordt 750 g bitter hop Columbus (14,9 % alfa zuren) toegevoegd. Er wordt gekookt gedurende 1 uur. Na koken wordt de wort overgebracht naar een whirlpool. Na 15 min rust wordt 1,2 g Saaz hop toegevoegd per liter wort. 30 min later wordt de koeling gestart door transfer via de platenkoeler en centrifuge naar een fermentatie tank.
Ongeveer 10 hl met 14 °P wordt vervolgens gebruikt voor de vergisting. Bij de start wordt 1000 g droge korrelgist toegevoegd. Vergisting gebeurt bij 14 °C onder 100 mbar druk. Eindvergisting (restextract 3,8 °P) is bereikt na 6 dagen. Testresultaten van vergelijkende brouwpreeven Tabel 1 geeft resultaten van worten verkregen met het gefragmenteerd groenmout volgens de huidige uitvinding en Tabel 2 geeft resultaten van worten verkregen vanaf het gefragmenteerd eestmout.
Tabel 1 Resultaten voor worten verkregen met het gefragmenteerd groenmout volgens Voorbeeld 3 Wort voor ME 168,2423,0 koken | REP ppp mm >2700 Aldehyden (ppb) | 2-methyipropanal > 106,0 a ET 2 -methylbutanai (43/7435 7 cp == ; hexanal | 48,8+0,6 | ral BET] PE ms methional 11248403 Ne benzaldehyde 3,240 | ee OTTOTT 0 phenyiscetaideny 862531 | | (E}-2-nonenal | 0,34£0,03 ke güese SAT Tates TTE E Tp Gek 30,3=6,5 SSSR 65401 |
STE RE DEEE DT 17402 7 TTT 12501 7 TTT PRFEEOII 19502377 | Wort ende DMS (ppb) TTT 762404 |
TT DMse TTT 8266 a TT ‘Aldehyden (ppb) 2:methyipropanal 357433 7 I | a athylbutanal | 26,922, TTT 3-methylbutanal 76,747,0 TTT hexanal OO [5,240,2 en rural 98406 | en methional 886438 | Ve ‘benzaldehyde 29400 TTT phenylacetaldehy IA BEE TTT onenal 10, 1670377 PSS ir ti | | | | EE EE UE ETES dp3 = maltotriose; **** dp4 = maltotletraose; ***** dp5= maltopentaose; 1 dp6 = maltohexaose; tt dp7 = maltoheptaose; ttt dp8 = maltooctaose Tabel 2 Resultaten voor worten verkregen met het gefragmenteerd eestmout volgens Voorbeeld 3 Wort voor DMS*(ppb) 1846476 | koken ; | | ee) TTT Aldehyden (ppb) 2- OO 208 083177 | methylpropanal ' TTT maethylbutanal 1386514577 u 3-methylbutanal | > 121 7 re hexanal | 26,442,9 7 Nn furfural 101,605 eh ional "BT benzaldehyde 1 7,340,2 | UE phenylacetaideh 17574617 | | vde | ì ee me ee a" {se TTT mates 96,1+2,1 | TN 31,940,2 7 | Dn RES 11,540,1 | TTT ZE 9 nn OC ee | | dp7tt | 2,4+0,1 | PU dpBtFF 32002 lWort einde DMS (ppb) Ts koken | | |
CUT ST fo ‘Aldehyden (ppb) ar m 204417 7 | | methylpropanal rar TTE methylbutanal 12,1#1,2 Pomme à methylbutanai | 39,943,9 7 hen futura 56188248 rr methional BB,3827 TT benzaldehyde 3,040, | rr henylacetaldeh l98,8143 PR “(E)-2-nonenal — (012400 7 * DMS = Ee pres eee precursor; *** dp3 = maltotriose; **** dp4 = maltotetraose; ***** dp5= maltopentaose; 1 dp6 = maltohexaose; TT dp7 = maltoheptaose; tt dp8 = maltooctaose Tabel 3 geeft resultaten van een bier verkregen vanaf het gefragmenteerd groenmout en een bier verkregen vanaf het gefragmenteerd eestmout. Tabel 3 Resultaten van een bier verkregen vanaf het gefragmenteerd groenmout (groenmoutbier) en een bier verkregen vanaf het gefragmenteerd eestmout (eestmoutbier), volgens Voorbeeld 3.
U groenmoutbier | eestmoutbier | alcohol (% v/v) 6,36 ET alcohol (%w/w) 499 00 385 Dichtheid (9/1) 100709 1,01204 Specifieke dichtheid Kn
; Er (echt extract) a Ea a (schijnbaar TT extract} (Yaw/w) bs | 3,54 op (origineel extract) | | a (%w/w) 12,99 RDE (echte | from vergistingsgraad) | (Vw /w) 66,36 ADF (schijnbare | a | vergistingsgraad) | (Yow/w) 83,80 72,72 | FAN (vrije amino- on stikstof) (mg/l) 109,82 47,54 Stdev. 6,58 a oplosbaar eiwit (mg/l) | 398,75 41488 DMS* (ppb) 27,23 8,41 DMSP** (ppb) 112,60 1,15 * DMS = dimethylsulfide; ** DMSP = dimethylsulfide precursor

Claims (19)

  1. CONCLUSIES 1, Werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, waarbij genoemd groenmout in een eerste fragmenteerstap versneden wordt 9 5 tot versneden groenmout en waarbij genoemd versneden groenmout in een | tweede fragmenteerstap vermalen wordt tot gefragmenteerd groenmout, met ; het kenmerk, dat in de eerste fragmenteerstap het groenmout in perforaties (24) van een geperforeerd lichaam (23) tijdelijk vastgehouden wordt terwijl een gedeelte van het groenmout uit het lichaam (23) uitsteekt, welk uitstekend gedeelte van het vastgehouden groenmout versneden wordt met een mes (47), en waarop volgend het aldus versneden groenmout doorheen perforaties (24) van het geperforeerd lichaam (23) wordt bewogen.
  2. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij genoemd groenmout geweekt wordt in een wateroplossing met een temperatuur van 70 tot 85 °C en een pH van 3,8 tot 4,6, bij voorkeur een wateroplossing met een temperatuur van 82 °C, en bij voorkeur een wateroplossing met een pH van 4,0.
  3. 3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij na de eerste fragmenteerstap en voor de tweede fragmenteerstap, tijdens de tweede fragmenteerstap en/of na de tweede fragmenteerstap, het groenmout geweekt wordt in een wateroplossing met een temperatuur van 70 tot 85 °C en een pH van 3,8 tot 4,6, bij voorkeur een wateroplossing met een temperatuur van 82 °C, en bij voorkeur een wateroplossing met een pH van 4,0.
  4. 4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij de perforaties (24) volgens een schuine hoek (à) georiënteerd zijn ten opzichte van een oppervlak van het geperforeerd lichaam (23) waarlangs het aldus versneden groenmout in het lichaam (23) terechtkomt bij aanvang van de beweging door het lichaam (23).
  5. 5. Werkwijze volgens conclusie 3 of 4, waarbij het mes (47) volgens een rotatierichting (C) roteert bij het versnijden van het groenmout en waarbij de perforaties (24) volgens een patroon van gebogen lijnen (59) in het geperforeerd lichaam (23) geschikt zijn, waarbij de gebogen lijnen (59) lopen van een centraal gelegen gedeelte naar een perifeer gelegen gedeelte van het lichaam (23) en waarbij minstens 70% van de gebogen lijnen (59) volgens een hoofdzakelijk gelijke buiging en een hoofdzakelijk gelijke buigrichting van het centraal gelegen gedeelte naar het perifeer gelegen gedeelte lopen, waarbij genoemde buigrichting gericht is volgens de rotatierichting (C) van het mes (47).
  6. 6. Werkwijze volgens één der conclusies 3 tot 5, waarbij na het bewegen van het groenmout doorheen perforaties (24) van het geperforeerd lichaam (23), een straal van een wateroplossing, hoofdzakelijk dwars op een richting waarlangs het groenmout zich bij de eerste fragmenteerstap doorheen het lichaam beweegt (23), op het groenmout gespoten wordt en waarbij erop volgend een 9 tweede straal van een wateroplossing op het groenmout gespoten wordt | volgens een richting hoofdzakelijk dwars op genoemde eerste richting en hoofdzakelijk evenwijdig met een oppervlak van het geperforeerd lichaam (23) waarlangs het aldus versneden groenmout op het einde van het bewegen doorheen de perforaties (24) uit het lichaam (23) treedt, ;
  7. 7. Werkwijze volgens één der conclusies 5 of 6, waarbij het mes (47) roteert volgens een toerental van 2000 tot 4000 rotaties per minuut,
  8. 8. Werkwijze volgens één der conclusies 3 tot 7, waarbij het mes (47) en het geperforeerd lichaam (23) volgens een afstand van hoogstens 2,5 mm van elkaar gelegen zijn.
  9. 9. Werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 8, waarbij in de tweede fragmenteerstap het versneden groenmout vermalen wordt door het versneden groenmout tussen een statisch ruw stenen lichaam (82) en een roterend ruw stenen lichaam (84) aan te brengen, waarbij genoemde stenen lichamen (82, 84) minstens 0,0001 mm en hoogstens 1 mm van elkaar gelegen zijn, bij voorkeur waarbij genoemde stenen 0,02 mm van elkaar gelegen zijn.
  10. 10.Inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces, omvattende een snijinrichting (2) geschikt voor het versnijden van het groenmout tot aldus versneden groenmout, met het kenmerk, dat in de inrichting in serie met de snijinrichting (2) verder een maalinrichting (3) opgesteld is die te verbinden is met de snijinrichting (2) en die geschikt is voor het vermalen van het versneden groenmout tot aldus gefragmenteerd groenmout.
  11. 11.Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de snijinrichting (2) een huis (16) omvat, welk huis (16) aan een zijde voorzien is van een eerste opening (11) voor het ontvangen van groenmout en aan een andere zijde voorzien is van een tweede opening (17) voor het laten wegstromen van versneden groenmout, en waarbij binnen genoemde huis (16) een tegengewicht (25), een geperforeerde schijf (23) omvattende perforaties (24) en een snijsamenstel (22) omvattende een mes (47) rondom een centrale roteerbare en aandrijfbare as (26) opgesteld zijn, waarbij het snijsamenstel (22) naar genoemde eerste opening (11) gericht is, het tegengewicht (25) naar genoemde tweede opening (17) gericht is en de geperforeerde schijf (23) tussen het snijsamenstel (22) en het tegengewicht (25) gelegen is, en waarbij het snijsamenstel (22) en het tegengewicht (25) te verbinden zijn met de as (26).
  12. 12.Inrichting volgens conclusie 11, waarbij het mes (47) uitgevoerd is als een neerwaarts gericht vleugelvormig lichaam (47), het lichaam (47) omvattende twee in elkaars verlengde liggende vleugels (48, 49) die in gebruik neerwaarts gericht zijn naar de geperforeerde schijf (23) van de snijinrichting (2), en welke vleugels (48, 49) van een snijvlak (54) voorzien zijn aan een zijde (53) van de vleugels (48, 49) die in gebruik gericht is naar de geperforeerde schijf (23).
  13. 13.Inrichting volgens conclusie 11 of 12, waarbij de perforaties (24) zich schuin doorheen de geperforeerde schijf (23) uitstrekken.
  14. 14.Inrichting volgens één der conclusies 11 tot 13, waarbij tussen genoemde eerste opening (11) van het huis (16) van de snijinrichting (2) en het snijsamenstel (22) een vloeistofleiding (36) voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden is met het huis (16), en/of waarbij tussen genoemde tweede opening (17) van het huis (16) van de snijinrichting (2) en het tegengewicht (25) een vloeistofleiding (37) voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden is met het huis (16).
  15. 15, Inrichting volgens één der conclusies 11 tot 14, waarbij in genoemd huis (16) van de snijinrichting (2) en gericht naar het tegengewicht (25) een eerste (60) en een tweede spuitleiding (61), elk omvattende een spuitleidinglichaam eindigend in een spuitkop (62, 63), geplaatst zijn, welke spuitleidinglichamen (60, 61)in het verlengde van elkaar liggen, en waarbij genoemde spuitkop (62) van de eerste spuitleiding (60) naar het tegengewicht (25) gericht is, en de spuitkop (63) van de tweede spuitleiding (61) volgens een hoek (y) van 80° tot 100° gericht is ten opzichte van het spuitleidinglichaam van de tweede spuitieiding (61).
  16. 16, Inrichting volgens één der conclusies 10 tot 15, waarbij de maalinrichting (3) een huis (75) omvat, welk huis (75) aan een zijde voorzien is van een eerste opening (76) voor het ontvangen van versneden groenmout en aan een andere zijde voorzien is van een tweede opening (77) voor het laten wegstromen van gefragmenteerd groenmout, en waarbij binnen genoemde huis (75) een ruwe dynamische steenschijf (84) centraal te verbinden rondom een roteerbare centrale as (86) en een ruwe statische steenschijf (82) omvattende een centrale holte (83) voorzien zijn, waarbij de steenschijven (82, 84) tegenover elkaar opgesteld zijn en waarbij de centrale holte (83) van de statische steenschijf (82) gericht is naar de dynamische steenschijf (84), en waarbij de statische steenschijf (82) gericht is naar genoemde eerste opening (76) en de ; 5 dynamische steenschijf (84) gericht is naar genoemde tweede opening (77). |
  17. 17.Inrichting volgens conclusie 16, waarbij tussen genoemde eerste opening (76) 9 van het huis (75) van de maalinrichting (3) en de statische steenschijf (82) een vloeistofleiding (38) voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden is met | het huis (75), en/of waarbij tussen genoemde tweede opening (77) van het | 10 huis (75) van de maalinrichting (3) en de dynamische steenschijf (84) een vioeistofleiding (39) voorzien is die in vloeistofverbinding te verbinden is met het huis (75).
  18. 18.Gebruik van een inrichting volgens één der conclusies 10 tot 17 in een werkwijze voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces volgens één der conclusies 1 tot 10.
  19. 19. Gefragmenteerd groenmout, geoptimaliseerd voor een brouwproces, dat verkrijgbaar is door groenmout te onderwerpen aan een werkwijze volgens één der conclusies 1 tot 9.
BE20195802A 2019-11-20 2019-11-20 Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout BE1027766B1 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195802A BE1027766B1 (nl) 2019-11-20 2019-11-20 Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout
PCT/IB2020/060303 WO2021099867A1 (en) 2019-11-20 2020-11-03 Method and device for optimising green malt for a brewing process and the obtained green malt
CA3154844A CA3154844A1 (en) 2019-11-20 2020-11-03 Method and device for optimising green malt for a brewing process and the obtained green malt
AU2020387051A AU2020387051A1 (en) 2019-11-20 2020-11-03 Method and device for optimising green malt for a brewing process and the obtained green malt
US17/778,312 US20220389352A1 (en) 2019-11-20 2020-11-03 Method and device for optimising green malt for a brewing process and the obtained green malt
EP20811729.1A EP4061920A1 (en) 2019-11-20 2020-11-03 Method and device for optimising green malt for a brewing process and the obtained green malt

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195802A BE1027766B1 (nl) 2019-11-20 2019-11-20 Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1027766A1 BE1027766A1 (nl) 2021-06-14
BE1027766B1 true BE1027766B1 (nl) 2021-06-22

Family

ID=68771330

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20195802A BE1027766B1 (nl) 2019-11-20 2019-11-20 Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout

Country Status (6)

Country Link
US (1) US20220389352A1 (nl)
EP (1) EP4061920A1 (nl)
AU (1) AU2020387051A1 (nl)
BE (1) BE1027766B1 (nl)
CA (1) CA3154844A1 (nl)
WO (1) WO2021099867A1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1029941B1 (fr) 2021-11-22 2023-06-19 Meura S A Dispositif et procede de production de mout

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB190914266A (en) * 1909-06-17 1910-06-09 Paul Hovsep Elmassian An Improved Process for the Preparation of an Extract of Malt in Dry Form.
JPH0929115A (ja) * 1995-07-19 1997-02-04 Hitachi Ltd 有皮穀類の微細化方法及びその微細化装置とこれに使用す る切断機
EP1468738A1 (en) * 2000-09-04 2004-10-20 Lebendiges Brot GmbH Method for producing grain substance, a set of equipment for producing said substance and grain breaking machine
KR20130112459A (ko) * 2012-04-04 2013-10-14 홍도의 곡물 분쇄 장치
CN105013562A (zh) * 2015-08-20 2015-11-04 周鑫林 一种小型家用磨面机

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3446708A (en) 1966-11-17 1969-05-27 North American Corp Malt pellets

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB190914266A (en) * 1909-06-17 1910-06-09 Paul Hovsep Elmassian An Improved Process for the Preparation of an Extract of Malt in Dry Form.
JPH0929115A (ja) * 1995-07-19 1997-02-04 Hitachi Ltd 有皮穀類の微細化方法及びその微細化装置とこれに使用す る切断機
EP1468738A1 (en) * 2000-09-04 2004-10-20 Lebendiges Brot GmbH Method for producing grain substance, a set of equipment for producing said substance and grain breaking machine
KR20130112459A (ko) * 2012-04-04 2013-10-14 홍도의 곡물 분쇄 장치
CN105013562A (zh) * 2015-08-20 2015-11-04 周鑫林 一种小型家用磨面机

Non-Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
I. C. MACWILLIAM ET AL: "WORT FROM GREEN MALT AND UNMALTED CEREALS", JOURNAL OF THE INSTITUTE OF BREWING., vol. 69, no. 4, 8 July 1963 (1963-07-08), GB, pages 303 - 308, XP055716874, ISSN: 0046-9750, DOI: 10.1002/j.2050-0416.1963.tb01930.x *
S R DUFF ET AL: "COMMUNICATIONS USE OF GREEN MALT IN BREWING", 1963, pages 249, XP055716699, Retrieved from the Internet <URL:https://onlinelibrary.wiley.com/doi/pdfdirect/10.1002/j.2050-0416.1963.tb01925.x> *

Also Published As

Publication number Publication date
WO2021099867A1 (en) 2021-05-27
EP4061920A1 (en) 2022-09-28
BE1027766A1 (nl) 2021-06-14
US20220389352A1 (en) 2022-12-08
AU2020387051A1 (en) 2022-05-12
CA3154844A1 (en) 2021-05-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP6913113B2 (ja) 精製された穀物系飲料
KR102361951B1 (ko) 2개의 베셀 컴팩트 맥주 양조 시스템
BE1027766B1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het optimaliseren van groenmout voor een brouwproces en verkregen groenmout
EP1133551B1 (en) Preparation of wort and beer of high nutritional value, and corresponding products
WO2013024065A1 (en) Filtering apparatus and method for mixing, extraction and/or separation
US9409105B2 (en) Filtering apparatus and method for mixing, extraction and/or separation
US3647473A (en) Malting grain
Holbrook Brewhouse operations
US2592170A (en) Brewer&#39;s cereal cooker
US11359170B2 (en) Method for metering hops pellets into a fermented beer precursor, and system for carrying out the method
Lewis et al. Malting biochemistry
RU2102888C1 (ru) Способ производства зернового хлеба
BE1029941B1 (fr) Dispositif et procede de production de mout
Mosher et al. Milling and Mashing
Mosher et al. Mashing
Jeantet et al. From barley to beer
JPS61260867A (ja) 粉砕米による清酒の製造方法
MXPA04007910A (es) Metodo y aparato para malteado.
JPS62289168A (ja) 酒類の製造法及びその装置
Miedl-Appelbee Brewhouse Technology
Davie SOME IMPRESSIONS OF SCANDINAVIAN BREWING PLANT AND METHODS
Vogel The Practical Brewer-A Manual for the Brewing Industry
JP2005151813A (ja) 粉体麹の製麹方法およびその粉体麹を用いた飲食品
Lewis et al. Mashing technology
Andrews The brewhouse

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20210622