BE1026790B1 - Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust - Google Patents

Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust Download PDF

Info

Publication number
BE1026790B1
BE1026790B1 BE20185806A BE201805806A BE1026790B1 BE 1026790 B1 BE1026790 B1 BE 1026790B1 BE 20185806 A BE20185806 A BE 20185806A BE 201805806 A BE201805806 A BE 201805806A BE 1026790 B1 BE1026790 B1 BE 1026790B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
drive
coupled
variable speed
motors
satellite wheel
Prior art date
Application number
BE20185806A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1026790A1 (nl
Inventor
Peter Jozef Heirman
Hove Linus Van
Minnebruggen Egwin Marc M Van
Stijn Johan E Broucke
Original Assignee
Atlas Copco Airpower Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Atlas Copco Airpower Nv filed Critical Atlas Copco Airpower Nv
Priority to BE20185806A priority Critical patent/BE1026790B1/nl
Publication of BE1026790A1 publication Critical patent/BE1026790A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1026790B1 publication Critical patent/BE1026790B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H3/00Toothed gearings for conveying rotary motion with variable gear ratio or for reversing rotary motion
    • F16H3/44Toothed gearings for conveying rotary motion with variable gear ratio or for reversing rotary motion using gears having orbital motion
    • F16H3/72Toothed gearings for conveying rotary motion with variable gear ratio or for reversing rotary motion using gears having orbital motion with a secondary drive, e.g. regulating motor, in order to vary speed continuously
    • F16H3/724Toothed gearings for conveying rotary motion with variable gear ratio or for reversing rotary motion using gears having orbital motion with a secondary drive, e.g. regulating motor, in order to vary speed continuously using external powered electric machines

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Structure Of Transmissions (AREA)

Abstract

Aandrijving voor een fluïdumpomp, daardoor gekenmerkt dat de aandrijving voorzien is van: - twee motoren, waarvan een motor met een vast toerental, waarbij de voornoemde motoren voorzien zijn van een aandrijfas; - een aangedreven as; - een planeetwielmechanisme met een planeetwieldrager met planeetwielen, een satellietwiel en een zonnewiel; waarbij een eerste van de aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met de planeetwieldrager, waarbij een tweede van de aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met het satellietwiel en waarbij een derde van de aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met het zonnewiel, waarbij een koppeling tussen de planeetwieldrager, het satellietwiel en het zonnewiel met één van de aandrijfassen of aangedreven as onrechtstreeks gebeurt, waarbij één of meerdere tussenliggende overbrengingen zijn voorzien en waarbij het satellietwiel onrechtstreeks gekoppeld is met de tweede aandrijfas of aangedreven as via een tussenliggend tandwiel, waarbij het satellietwiel geïntegreerd is in dit tussenliggend tandwiel.

Description

Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp bijvoorbeeld, een compressor-, vacuümpomp- of pompinrichting.
Traditioneel worden dergelijke inrichtingen aangedreven door ofwel een aandrijving met een vast of met een variabel toerental.
Een aandrijving met een vast toerental is goedkoper en eenvoudiger te implementeren dan een aandrijving met een variabel toerental.
Een aandrijving met een variabel toerental heeft echter een aantal specifieke voordelen.
In het bijzonder zal dergelijke aandrijving met variabel toerental de energieconsumptie van de fluïdumpomp kunnen verminderen aangezien zij het mogelijk maakt om het toerental aan te passen aan de variërende fluïdumvraag. Op deze manier kan een vermindering in het verbruik gerealiseerd worden van wel 35% en zelfs nog hoger, afhankelijk van het type fluïdumpomp.
Alhoewel een aandrijving met een variabel toerental belangrijke voordelen heeft, brengen alle zogenaamde
BE2018/5806 vermogenselektronica, welke nodig zijn om dit te kunnen realiseren, extra kosten met zich mee.
Bovendien is de installatie en implementatie complexer dan bij een aandrijving met vast toerental, wat ook nog een extra kost met zich meebrengt.
In de gekende aandrijvingen met variabel toerental, waarbij het volledige vermogen elektronisch wordt omgezet, is een ander nadeel dat dergelijke aandrijvingen gepaard gaan met vermogensverliezen omwille van de vermogensomzetting in de vermogenselektronica.
Daarom wordt er toch vaak gekozen voor een aandrijving met een vast toerental.
Teneinde aan het variërende gevraagde debiet te kunnen voldoen, wordt er in sommige gevallen voor gekozen om de inlaat van de fluïdumpomp, zoals een compressorinrichting, te smoren. Dit kan energetisch ongunstig zijn, bijvoorbeeld in het geval voor olie-vrije toepassingen, aangezien het afblazen van de werkdruk vereist is om de drukverhouding over het compressorelement te beperken.
Alternatief kan de aandrijving aan- en afgeschakeld worden. Dit geeft aanleiding tot overgangsverliezen. In het voorbeeld van een compressorinrichting kunnen deze beperkt worden door een grotere ketel voor het gecomprimeerd gas te voorzien, maar dit brengt extra kosten met zich mee en maakt de inrichting omvangrijker.
BE2018/5806
Men kent ook motoren die op twee of meer snelheden kunnen draaien. Deze laten toe om verschillende discrete snelheden te bekomen waardoor de voornoemde overgangsverliezen beperkt kunnen worden. Een nadeel van dergelijke motoren, ook dual 5 speed motoren genoemd, is dat ze tot stilstand gebracht moeten worden voor omschakeling tussen de snelheden. Bovendien zijn ze groter en kostelijker dan de standaard motoren.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en/of andere nadelen een oplossing te bieden doordat zij voorziet in een aandrijving die toelaat de kostprijs voor de vermogenselektronica en de vermogensverliezen drastisch te verminderen.
Hiertoe betreft de uitvinding een aandrijving voor een fluïdumpomp, met als kenmerk dat de aandrijving minstens voorzien is van:
- twee motoren, waarvan minstens één motor met een vast 20 toerental, waarbij elk van deze motoren voorzien is van een aandrijfas;
- een aangedreven as;
- een planeetwielmechanisme met een planeetwieldrager met planeetwielen, een satellietwiel en een 25 zonnewiel;
waarbij een eerste van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met de planeetwieldrager, waarbij een tweede van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met het satellietwiel en waarbij 30 een derde van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as
BE2018/5806 gekoppeld is met het zonnewiel, waarbij minstens één van de koppelingen tussen de planeetwieldrager, het satellietwiel en het zonnewiel met één van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as onrechtstreeks gebeurt, waarbij één of meerdere tussenliggende overbrengingen zijn voorzien en waarbij het satellietwiel onrechtstreeks gekoppeld is met de voornoemde tweede aandrijfas of aangedreven as, via een tussenliggend tandwiel, waarbij het satellietwiel geïntegreerd is in dit tussenliggend tandwiel.
Tevens betreft de uitvinding een aandrijving voor een fluïdumpomp, met als kenmerk dat de aandrijving minstens voorzien is van:
- twee motoren, waarvan minstens één motor met een vast 15 toerental, waarbij elk van deze motoren is voorzien van een aandrijfas;
- een aangedreven as;
- een planeetwielmechanisme met een planeetwieldrager met planeetwielen, een satellietwiel en een 20 zonnewiel;
waarbij een eerste van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met de planeetwieldrager, waarbij een tweede van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met het satellietwiel en waarbij 25 een derde van de voornoemde aandrijfassen of aangedreven as gekoppeld is met het zonnewiel, waarbij minstens één koppeling tussen de planeetwieldrager, het satellietwiel en het zonnewiel met één van de aandrijfassen of aangedreven as onrechtstreeks gebeurt, waarbij één of meerdere 30 tussenliggende overbrengingen zijn voorzien en waarbij er
BE2018/5806 een tweede aangedreven as is voorzien, en waarbij beide aangedreven assen gekoppeld zijn met ofwel de planeetwieldrager, ofwel het satellietwiel, ofwel het zonnewiel.
Waar in een parallelle tandwieloverbrenging de verhouding van de toerentallen vastligt, ligt in een planeetwielmechanisme de verhouding van de krachtmomenten vast, waardoor het mogelijk is om beide motoren te combineren zonder dat de verhouding van de toerentallen vastligt.
Hierbij is het belangrijk om op te merken dat geen van de drie onderdelen van het planeetwielmechanisme, zijnde de planeetwieldrager, het satellietwiel en het zonnewiel, vast wordt gehouden maar dat zij alle drie vrij zijn en kunnen roteren.
Een voordeel is dat de uitvinding het mogelijk maakt om een aandrijving met een variabel toerental te realiseren, met motoren met vast toerental of met minstens één motor met variabel toerental die minder vermogen moet kunnen leveren dan het volledige vermogen.
Dit wil zeggen, daar waar een traditionele aandrijving met variabel toerental het totale vermogen moet kunnen regelen vanaf nul tot het maximale toerental of van 0% tot 100%, zal een aandrijving volgens de uitvinding een regelbaar toerental bezitten over het volledige regelbereik van nul tot het maximale toerental, waarbij de motor met variabel toerental bijvoorbeeld slechts 50% van het totale vermogen moet kunnen leveren.
BE2018/5806
In het geval van de uitvinding kan bijvoorbeeld een motor met vast toerental, welke 50% van het totale vermogen kan leveren, worden gecombineerd met een motor met variabel toerental welke tevens 50% van het totale vermogen kan leveren. In dit geval zal de vermogenselektronica een variatie van 50% mogelijk moeten maken, wat een halvering inhoudt ten opzichte van de 100% voor de traditionele aandrijvingen met variabel toerental.
Dit kan worden gerealiseerd door bijvoorbeeld de combinatie van een motor met vast toerental, welke 50% van het totale vermogen van de aandrijving kan leveren, in combinatie met een motor met variabel toerental welke over een bereik van 50% van het totale vermogen van de aandrijving regelbaar is, zowel positief als negatief, dit wil zeggen: meegaand met de motor met vast toerental of tegen de motor met het vast toerental, zodat de resulterende som van beide motoren leidt tot een bereik van 0% (=50%—50%) tot 100% (=50%+50%) waarbinnen het toerental regelbaar is.
Door het vermogen van de motor met variabel toerental te verkleinen naar dit kleinere bereik, kan de kostprijs van de vermogenselektronica sterk gereduceerd worden.
Immers, de vermogenselektronica zal in zulk geval slechts een variatie van 50% mogelijk moeten maken, in plaats van over het volledige bereik van 100%. Dit heeft ook tot gevolg dat de vermogensverliezen veel kleiner zullen zijn.
BE2018/5806
Het zal ook mogelijk zijn om twee motoren met vast toerental te combineren. Door bijvoorbeeld één motor groot te dimensioneren op 3/4 van het totale vermogen en één motor klein te dimensioneren op 1/4 van het totale vermogen zal de 5 aandrijving 1/4 van het vermogen kunnen leveren door de grote ! motor stil te houden, 1/2 van het totale vermogen door de
I kleine motor in tegengestelde richting aan te drijven, 3/4 van het totale vermogen door de kleine motor stil te houden en 4/4 van het totale vermogen door beide motoren in dezelfde 10 richting aan te drijven.
De uitvinding maakt het ook mogelijk om een beperkt regelbereik te realiseren, waarbij het toerental kan variëren van bijvoorbeeld 30% tot 100% van het maximale 15 toerental.
Dit wil zeggen, daar waar een traditionele aandrijving met variabel toerental steeds regelbaar is vanaf nul tot het maximale toerental, zal in deze uitvoeringsvorm de 20 aandrijving volgens de uitvinding een regelbaar toerental bezitten vanaf een bepaald minimum toerental tot aan een maximum toerental, waarbij het minimum toerental groter is dan nul, zodat bijvoorbeeld een bereik, waarbinnen het toerental regelbaar is, mogelijk is van 30% tot 100%.
Hiervoor wordt een motor met vast toerental, welke bijvoorbeeld 65% van het maximale vermogen kan leveren, gecombineerd met een motor met variabel toerental welke 35% van het maximale vermogen kan leveren. In dit geval zal de
BE2018/5806 vermogenselektronica een variatie van slechts 35% mogelijk moeten maken.
Dit beperktere bereik heeft geen nadelen ten opzichte van een regelbereik tussen 0% en 100%.
Immers, vaak vereisen verbruikers geen variabel toerental over het hele operationele bereik.
Zo zal bijvoorbeeld onder een bepaald minimum toerental, de levensduur van een compressor met een aandrijving met variabel toerental drastisch verminderen en daarom beter als een load/unload gecontroleerde compressor opereren. Hierbij zal de compressor in werking zijn tussen twee druk instelpunten.
Als gevolg hiervan is er geen nood aan een regelbaar toerental lager dan dit minimum toerental en is een regelbaar toerental bijvoorbeeld in het bereik tussen 30% en 100% in de praktijk voldoende.
Een bijkomend voordeel is dat men het toerental van de motor met vast toerental kan kiezen gelijk aan het toerental waarop de fluïdumpomp voornamelijk zal werken.
Dit houdt in dat voor deze werkingsconditie de motor met variabel toerental niet dient te werken, i.e. dat de vermogenselektronica ook niet gebruikt moet worden. In deze werkingsconditie worden er dan ook nauwelijks vermogensverliezen gecreëerd door de vermogenselektronica.
BE2018/5806
Een ander bijkomend aspect is dat men ook de mogelijkheid heeft om de motor met vast toerental niet te laten werken, i.e. dat enkel de motor met variabel toerental in werking is.
Dergelijke aanpak is vooral voordelig bij de opstart van de compressorinrichting.
Ook kan men de motor met vast toerental tegen de motor met het variabel toerental laten werken.
Dit zal ervoor zorgen dat het regelbereik van de aandrijving als het ware kan fijngeregeld worden al naargelang de situatie.
De uitvinding betreft ook een fluïdumpomp met een pompelement, met als kenmerk dat zij voorzien is van een aandrijving volgens de uitvinding om het pompelement aan te drijven.
Het is duidelijk dat de voordelen van dergelijke fluïdumpomp analoog zijn aan de voordelen van de aandrijving volgens de uitvinding.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een aandrijving met een variabel toerental volgens de uitvinding en een fluïdumpomp daarmee uitgerust, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:
BE2018/5806 figuur 1 schematisch een compressorinrichting volgens de uitvinding weergeeft;
figuur 2 schematisch en in perspectief de aandrijving volgens de uitvinding uit figuur 1 weergeeft;
de figuren 3 tot 5 schematisch en in perspectief alternatieve uitvoeringsvormen weergeven van de aandrijving uit figuur 2 voor de aandrijving van twee pompelementen.
De in figuur 1 schematisch weergegeven compressorinrichting 1 omvat hoofdzakelijk een compressorelement 2 dat wordt aangedreven door een aandrijving 3 volgens de uitvinding.
Dit compressorelement 2 is in dit geval een 15 schroef compressorelement, doch dit is niet noodzakelijk voor de uitvinding. Het kan bijvoorbeeld ook een zuigercompressor of scroll-compressor of andere fluïdumpomp betreffen.
Het compressorelement 2 is voorzien van een behuizing 4 met 20 een inlaat 5 om gas aan te zuigen en een uitlaat 6 voor samengeperst gas.
In de behuizing 4 zijn in dit voorbeeld twee schroefrotoren roteerbaar aangebracht, waarbij, in dit voorbeeld, elke 25 schroefrotor 7 een as 8 omvat en waarbij de assen 8 gelagerd zijn in de behuizing 4.
In dit voorbeeld reikt één van de assen 8 door de behuizing 4 naar de aandrijving 3. Deze as 8 is in dit geval een eerste 30 aangedreven as 9 van het compressorelement 2.
BE2018/5806
De aandrijving 3 zelf omvat hoofdzakelijk een motor 10 met vast toerental met een eerste aandrijfas 11, een motor 12 met een tweede aandrijfas 13 en een planeetwielmechanisme 14 .
In dit geval, maar niet noodzakelijk, is de motor 12 een motor met variabel toerental.
De aandrijving 3 omvat ook een tweede aangedreven as 9, welke 10 wordt aangedreven door de twee voornoemde motoren 10 en 12 via het planeetwielmechanisme 14.
In dit geval is deze tweede aangedreven as 9 tevens de eerste aangedreven as 9 van het compressorelement 2. In het 15 voorbeeld van figuur 1 vallen beide aangedreven assen 9 dus samen, maar het is ook mogelijk dat de tweede aangedreven as 9 van de aandrijving 3 gekoppeld is met de eerste aangedreven as 9 van het compressorelement 2.
In figuur 2 is in meer detail de aandrijving 3 weergegeven en in het bijzonder het planeetwielmechanisme 14 en de koppeling van de verschillende aangedreven assen 9 en aandrijfassen 11 en 13 met dit planeetwielmechanisme 14.
Zoals te zien is in deze figuur omvat het planeetwielmechanisme 14 een centraal zonnewiel 15 met daaromheen drie planeetwielen 16, welke bevestigd zijn op een planeetwieldrager 17 en daaromheen een satellietwiel 18.
BE2018/5806
De eerste aandrijfas 11 van de motor 10 met vast toerental is gekoppeld met het satellietwiel 18 en de tweede aandrijfas 13 van de motor 12 met variabel toerental is gekoppeld met het zonnewiel 15.
Het is niet uitgesloten dat de koppeling andersom is, waarbij de eerste aandrijfas 11 gekoppeld is met het zonnewiel 15 en de tweede aandrijfas 13 gekoppeld is met het satellietwiel 18 .
In dit geval is de koppeling tussen de tweede aandrijfas 13 met het zonnewiel 15 rechtstreeks, dit wil zeggen zonder één of meer tussenliggende tandwielen. Volgens de uitvinding is de koppeling met het satellietwiel 18 onrechtstreeks, met in dit geval twee tussenliggende tandwielen 22, 23. Het tussenliggende tandwiel 23 is in deze uitvoeringsvorm geïntegreerd met het satellietwiel 18. Het tandwiel 22 is aangebracht op de eerste aandrijfas 11 en kan inwerken op het tussenliggende tandwiel 23.
De aangedreven as 9 is gekoppeld met de planeetwieldrager 17 en loopt, zoals hoger reeds vermeld, door naar het compressorelement 2.
Naast het compressorelement 2 en de aandrijving 3 kan de compressorinrichting 1 ook voorzien zijn van een oliecircuit voor het injecteren van olie of een andere vloeistof in het compressorelement of de aandrijving voor de koeling en/of smering.
BE2018/5806
Ook kan de compressorinrichting 1 voorzien zijn van een vloeistofafschelder, een drukvat, druk- of temperatuursensoren en/of andere randapparatuur.
In dit geval is de compressorinrichting 1 voorzien van een drukvat 19 waarop de uitlaat 6 uitkomt en een druksensor 20 welke de druk p meet in het drukvat 19.
De druksensor 20 is in dit geval verbonden met een regelaar 10 21 welke op zijn beurt is verbonden met de voornoemde aandrijving 3, één en ander zodanig dat het signaal van de druksensor 20 naar de regelaar 21 gaat, die op basis daarvan de motoren 10 en 12 kan aansturen.
Deze regelaar 21 is bij voorkeur, doch niet noodzakelijk, een PID-regelaar.
De werking van de compressorinrichting 1 en in het bijzonder de aandrijving is zeer eenvoudig en als volgt.
Tijdens de werking van de compressorinrichting 1 zal de aandrijving 3 het compressorelement 2 aandrijven, waarbij de schroefrotoren 7 zullen roteren en op de gekende wijze gas, aangezogen via de inlaat 5, zullen samenpersen. Het 25 samengeperste gas zal het compressorelement 2 verlaten via de uitlaat 6.
De regelaar 21 zal de motoren 10 en 12 aansturen en controleren aan welk toerental beide motoren 10 en 12 30 draaien.
BE2018/5806
Via het planeetwielmechanisme 14 wordt de rotatie van beide assen gecombineerd doorgegeven aan de aandrijfas 9 welke het compressorelement 1 zal aandrijven.
De regelaar 21 zal beide motoren 10 en 12 aansturen op basis van de metingen van de druksensor 20 of dus op basis van de druk in het drukvat 19.
De regelaar 21 zal de motor 10 met vast toerental ofwel 10 aanschakelen in positieve zin, ofwel aanschakelen in negatieve zin, ofwel uitschakelen.
De regelaar 21 zal tevens het toerental van de motor 12 met variabel toerental regelen, waarbij het toerental zowel in 15 positieve zin als in negatieve zin geregeld kan worden of waarbij het toerental ook nul kan zijn, i.e. de motor 12 is dan uitgeschakeld.
Doch, bij voorkeur wordt de motor 10 met vast toerental ofwel 20 enkel aangeschakeld in positieve zin ofwel enkel uitgeschakeld, terwijl het toerental van de motor 12 met variabel toerental zowel positief als negatief geregeld kan worden.
Hierbij wordt er bij voorkeur voor gezorgd dat het toerental van de motor 10 met vast toerental overeenkomt met de meest voorkomende werkingsconditie van de compressorinrichting 1, zodat de motor 12 met variabel toerental slechts uitzonderlijk aangeschakeld moet worden. Hierdoor kunnen de 30 verliezen in de vermogenselektronica beperkt worden.
BE2018/5806
In figuur 3 is een variante weergegeven van figuur 2, waarbij in dit geval de koppeling tussen de eerste aandrijfas 11 en de satellietring 18 gebeurt via één bijkomend tandwiel 22 dat ingrijpt op het satellietwiel 18.
Ook zal de koppeling tussen de planeetwieldrager 17 en de aangedreven as 9 gebeuren via een bijkomend tandwiel 23, met daarop ingrijpend een kleiner tandwiel 24 dat op de aangedreven as 9 is aangebracht.
In dit geval zijn er twee van deze kleinere tandwielen 24, aangezien de aandrijving 3 voorzien is van twee aangedreven assen 9.
Deze aangedreven assen 9 kunnen bijvoorbeeld de aangedreven assen 9 van een tweetrapscompressor zijn of ermee gekoppeld zijn.
Indien er twee aangedreven assen 9 zijn, zijn deze allebei bij voorkeur gekoppeld met ofwel de planeetwieldrager 17, ofwel het satellietwiel 18, ofwel het zonnewiel 15.
Door het toepassen van deze bijkomende tandwielen 22, 23, 24 kan niet alleen de juiste snelheidsverhouding bekomen worden tussen de verschillende assen, ook zal er meer afstand tussen de assen 9, 11, 13 gecreëerd worden, aangezien de assen 9, 11, 13 verder uit elkaar komen te liggen, zodat er voldoende ruimte is om de implementatie te kunnen realiseren.
BE2018/5806
Het spreekt voor zich dat dergelijk bijkomend tandwiel 22 ook of alternatief toegepast kan worden voor de koppeling tussen de tweede aandrijfas 13 en het zonnewiel 15.
Ook zouden de bijkomende tandwielen 22, 23, 24 enkel toegepast kunnen worden bij de koppeling tussen de eerste aandrijfas 11 en de satellietring 18 of enkel bij de koppeling tussen de planeetwieldrager 17 en de aangedreven assen 9.
Het is duidelijk dat ook in het geval van figuur 1 er twee aangedreven assen 9 voorzien kunnen zijn, net zoals in figuur 2. Beide aandrijfassen 9 kunnen gekoppeld zijn met ofwel de planeetwieldrager 17, het satellietwiel 18 of het zonnewiel 15.
In figuur 4 is nog een andere uitvoeringsvorm weergegeven.
Ook in dit geval zijn er twee aangedreven assen 9, maar dit is niet noodzakelijk het geval.
In dit geval is het zonnewiel 15 rechtstreeks gekoppeld met de eerste aandrijfas 11, is de planeetwieldrager 17 rechtstreeks gekoppeld met de tweede aandrijfas 13 en is het satellietwiel 18 gekoppeld met de twee aangedreven assen 9.
De koppeling tussen satellietwiel 18 en de aangedreven assen 9 is onrechtstreeks via een groot tussenliggend tandwiel 23, waarop twee kleinere tandwielen 24 ingrijpen, gelijkaardig
BE2018/5806 aan de koppeling tussen planeetwieldrager 17 en aandrijfassen 9 in figuur 3.
Dergelijke opstelling kan gezien worden als de traditionele 5 'buil and pinion' opstelling, waarbij de motoren 10, 12 gekoppeld worden via het planeetwielmechanisme 14.
Figuur 5 tot slot geeft een variant weer van figuur 4, waarbij in dit geval het satellietwiel 18 opnieuw 10 onrechtstreeks gekoppeld is met de aangedreven assen 9 via tussenliggende tandwielen 23, 24, doch waarbij het satellietwiel 18 geïntegreerd is in het tussenliggend tandwiel 23.
Men zou ook kunnen stellen dat het satellietwiel 18 in het tussenliggend tandwiel 23 is aangebracht, waarbij de centerlijnen van beide tandwielen 18, 23 samenvallen.
Dergelijke integratie van het satellietwiel 18 en het 20 betreffende tussenliggende tandwiel 23 is ook mogelijk in figuur 3 voor de koppeling tussen het satellietwiel 18 en de eerste aandrijfas 11.
Het is mogelijk dat in de voorbeelden van figuren 3 tot 5 de 25 motor 12 met variabel toerental en de motor 10 met vast toerental omgewisseld worden of dat twee motoren 10 met vast toerental toegepast worden.
Alhoewel in de hierboven weergegeven en beschreven 30 voorbeelden en uitvoeringsvormen steeds sprake is van een
BE2018/5806 compressorinrichting 1, is het niet uitgesloten dat het een vacuümpompinrichting of pompinrichting betreft.
De aandrijving 3 volgens de uitvinding is immers geschikt om 5 ook toegepast te worden in dergelijke vacuümpompinrichtingen of pompinrichtingen.
In alle voornoemde voorbeelden waarbij er gebruik gemaakt wordt van één of meerdere tussenliggende tandwielen 22, 23, 10 24 om een koppeling te realiseren, zou ook gebruikt gemaakt kunnen worden van een andere vorm van een overbrenging, bijvoorbeeld met riemen of dergelijke.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als 15 voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een aandrijving met een variabel toerental volgens de uitvinding en een fluïdumpomp daarmee uitgerust kunnen in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te 20 treden.

Claims (13)

  1. Conclusies .
    1.- Aandrijving voor een fluïdumpomp, daardoor gekenmerkt 5 dat de aandrijving (3) minstens voorzien is van:
    - twee motoren (10 en 12), waarvan minstens één motor (10) met een vast toerental, waarbij elk van de voornoemde motoren (10 en 12) voorzien is van een aandrijfas (11, 13);
    10 - een aangedreven as (9);
    - een planeetwielmechanisme (14) met een planeetwieldrager (17) met planeetwielen (16), een satellietwiel (18) en een zonnewiel (15);
    waarbij een eerste van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) 15 of aangedreven as (9) gekoppeld is met de planeetwieldrager (17), waarbij een tweede van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) gekoppeld is met het satellietwiel (18) en waarbij een derde van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) gekoppeld is 20 met het zonnewiel (15), waarbij minstens één koppeling tussen de planeetwieldrager (17), het satellietwiel (18) en het zonnewiel (15) met één van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) onrechtstreeks gebeurt, waarbij één of meerdere tussenliggende overbrengingen (22, 23, 24)
    25 zijn voorzien en waarbij het satellietwiel (18) onrechtstreeks gekoppeld is met de voornoemde tweede aandrijfas of aangedreven as (9, 11, 13) via een tussenliggend tandwiel (23), waarbij het satellietwiel (18) geïntegreerd is in dit tussenliggend tandwiel (23) .
    BE2018/5806
  2. 2 .- Aandrijving volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat er twee aangedreven assen (9) zijn, welke beide gekoppeld zijn met ofwel de planeetwieldrager (17), ofwel het satellietwiel (18) ofwel het zonnewiel (15).
  3. 3 .- Aandrijving volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de aandrijving voorzien is van een regelaar (21) welke beide motoren (10 en 12) kan aansturen, waarbij de regelaar (21) de motoren (10 en 12) ofwel aan, 10 ofwel uit, ofwel aan in omgekeerde draairichting kan aansturen.
  4. 4 .- Aandrijving volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat minstens één motor (12) van de 15 voornoemde minstens twee motoren (10 en 12) een motor (12) met variabel toerental is.
  5. 5 .- Aandrijving volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de regelaar (21) de motor (12) met variabel toerental ofwel 20 aan, ofwel uit kan aansturen of dat de regelaar (21) de motor (12) met variabel toerental ofwel aan, ofwel uit, ofwel aan in omgekeerde draairichting kan aansturen of dat de regelaar (21) de motor (12) met variabel toerental in één draairichting variabel kan regelen of dat de regelaar (21) 25 de motor (12) met variabel toerental in beide draairichtingen variabel kan regelen.
  6. 6 .- Aandrijving voor een fluïdumpomp, daardoor gekenmerkt dat de aandrijving (3) minstens voorzien is van:
    BE2018/5806
    - twee motoren (10, 12), waarvan minstens één motor (10) met een vast toerental, waarbij elk van deze motoren (10, 12) voorzien is van een aandrijfas (11, 13) ;
    - een aangedreven as (9);
    - een planeetwielmechanisme (14) met een planeetwieldrager (17) met planeetwielen (16), een satellietwiel (18) en een zonnewiel (15);
    waarbij een eerste van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) gekoppeld is met de planeetwieldrager (17), waarbij een tweede van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) gekoppeld is met het satellietwiel (18) en waarbij een derde van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) gekoppeld is met het zonnewiel (15), waarbij minstens één koppeling tussen de planeetwieldrager (17), het satellietwiel (18) en het zonnewiel (15) met één van de voornoemde aandrijfassen (11, 13) of aangedreven as (9) onrechtstreeks gebeurt, waarbij één of meerdere tussenliggende overbrengingen (22, 23, 24) zijn voorzien en waarbij er een tweede aangedreven as is voorzien en waarbij beide aangedreven assen (9) gekoppeld zijn met ofwel de planeetwieldrager (17), ofwel het satellietwiel (18), ofwel het zonnewiel (15).
  7. 7 .- Aandrijving volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat het satellietwiel (18) onrechtstreeks gekoppeld is met de betreffende as (9, 11, 13) via een tussenliggend tandwiel (23), waarbij het satellietwiel (18) geïntegreerd is in dit tussenliggend tandwiel (23).
    BE2018/5806
  8. 8 .- Aandrijving volgens conclusie 6 of 7, daardoor gekenmerkt dat de aandrijving voorzien is van een regelaar (21) welke beide motoren (10, 12) kan aansturen, waarbij de regelaar (21) de motoren (10, 12) ofwel aan, ofwel uit, ofwel aan in 5 omgekeerde draairichting kan aansturen.
  9. 9 .- Aandrijving volgens één van de voorgaande conclusies 6 tot 8, daardoor gekenmerkt dat minstens één motor (12) van de voornoemde minstens twee motoren (10, 12) een motor (12) 10 met variabel toerental is.
  10. 10 .- Aandrijving volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de regelaar (21) de motor (12) met variabel toerental ofwel aan, ofwel uit kan aansturen of dat de regelaar (21) 15 de motor (12) met variabel toerental ofwel aan, ofwel uit, ofwel aan in omgekeerde draairichting kan aansturen of dat de regelaar (21) de motor (12) met variabel toerental in één draairichting variabel kan regelen, of dat de regelaar (21) de motor (12) met variabel toerental in beide draairichtingen 20 variabel kan regelen.
  11. 11 .- Compressorinrichting met minstens een compressorelement (2), daardoor gekenmerkt dat zij voorzien is van een aandrijving (3) volgens één van de voorgaande conclusies om 25 het compressorelement (2) aan te drijven.
  12. 12 .- Vacuümpompinrichting met een vacuümpompelement, daardoor gekenmerkt dat zij voorzien is van een aandrijving (3) volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 10 om het 30 vacuümpompelement aan te drijven.
    BE2018/5806
  13. 13 .- Pompinrichting met een pompelement, daardoor gekenmerkt dat zij voorzien is van een aandrijving (3) volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 10 om het pompelement aan te drijven.
BE20185806A 2018-11-16 2018-11-16 Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust BE1026790B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20185806A BE1026790B1 (nl) 2018-11-16 2018-11-16 Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20185806A BE1026790B1 (nl) 2018-11-16 2018-11-16 Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1026790A1 BE1026790A1 (nl) 2020-06-12
BE1026790B1 true BE1026790B1 (nl) 2020-06-18

Family

ID=64606668

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20185806A BE1026790B1 (nl) 2018-11-16 2018-11-16 Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1026790B1 (nl)

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2013007247A1 (de) * 2011-07-08 2013-01-17 Ixetic Bad Homburg Gmbh Pumpenantrieb

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2013007247A1 (de) * 2011-07-08 2013-01-17 Ixetic Bad Homburg Gmbh Pumpenantrieb

Also Published As

Publication number Publication date
BE1026790A1 (nl) 2020-06-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP3771958B2 (ja) 円錐プーリ形巻掛け伝動装置を備えた駆動ユニット
US10815991B2 (en) Dual input pump and system
US5918573A (en) Energy efficient fluid pump
US9777828B2 (en) Fluid supply device
KR20080049089A (ko) 구동장치
US10436313B2 (en) Hydraulic control device and hydraulic control method for vehicle
US20180135743A1 (en) Multi-pressure hydraulic control system for a continuously variable automatic transmission
CN103443509A (zh) 无级变速器的液压控制装置
US7086366B1 (en) Energy efficient fluid pump
JP2009540228A (ja) 内燃機関を備えた車両動力伝達系統用の液圧作動式無段変速機
JP2020535366A (ja) 無段調整可能な巻掛け変速機におけるディスクセット押当て用の蓄圧器を備えた流体システムならびに無段調整可能な巻掛け変速機
BE1026790B1 (nl) Aandrijving met een variabel toerental voor een fluïdumpomp en fluïdumpomp daarmee uitgerust
JPH03134368A (ja) 変速機の油圧制御装置
JPH11280643A (ja) 自動変速機用油圧ポンプ装置
US20140356195A1 (en) Oil suction device of vehicle
US20180080545A1 (en) Directional valve for multi-pressure hydraulic control system
CN105074287B (zh) 液压供应装置
JP4182896B2 (ja) ポンプ装置及びその吐出流量制御装置
JP5088102B2 (ja) オイル潤滑装置
JP4326347B2 (ja) 無段階変速装置
US20180100577A1 (en) Multi-pressure hydraulic control system for a dual clutch automatic transmission
JP6579015B2 (ja) 油圧制御装置
KR100277926B1 (ko) 차량용 변속기의 오일공급장치
JP6426454B2 (ja) オイルポンプの吐出量切替回路
CN85100727A (zh) 液压直接传动无级减速器原理

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20200618