BE1026680B1 - Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan - Google Patents

Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan Download PDF

Info

Publication number
BE1026680B1
BE1026680B1 BE20185680A BE201805680A BE1026680B1 BE 1026680 B1 BE1026680 B1 BE 1026680B1 BE 20185680 A BE20185680 A BE 20185680A BE 201805680 A BE201805680 A BE 201805680A BE 1026680 B1 BE1026680 B1 BE 1026680B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
layer
paper
cellulose
cellulose layer
mask layer
Prior art date
Application number
BE20185680A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1026680A1 (nl
Inventor
Olivier Stappaerts
Dave Stappaerts
Original Assignee
Ace Packaging Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=63857654&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=BE1026680(B1) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Ace Packaging Nv filed Critical Ace Packaging Nv
Priority to BE20185680A priority Critical patent/BE1026680B1/nl
Priority to EP19201224.3A priority patent/EP3643634B1/en
Publication of BE1026680A1 publication Critical patent/BE1026680A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1026680B1 publication Critical patent/BE1026680B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D31/00Bags or like containers made of paper and having structural provision for thickness of contents
    • B65D31/02Bags or like containers made of paper and having structural provision for thickness of contents with laminated walls
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D31/00Bags or like containers made of paper and having structural provision for thickness of contents
    • B65D31/10Bags or like containers made of paper and having structural provision for thickness of contents with gusseted sides
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D65/00Wrappers or flexible covers; Packaging materials of special type or form
    • B65D65/38Packaging materials of special type or form
    • B65D65/42Applications of coated or impregnated materials
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D85/00Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials
    • B65D85/30Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials for articles particularly sensitive to damage by shock or pressure
    • B65D85/36Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials for articles particularly sensitive to damage by shock or pressure for bakery products, e.g. biscuits

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Wrappers (AREA)
  • Paper (AREA)
  • Laminated Bodies (AREA)

Abstract

Broodzak uit samengestelde lagen omvattende een celluloselaag en een deklaag voor het instellen van de vochtdoorlaatbaarheid, waarbij de deklaag zich aan de eerste zijde bevindt. Hierin bevindt zich de deklaag zich aan een binnenzijde van de broodzak. De celluloselaag heeft een soortelijk gewicht van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden. Een maskerlaag is aanwezig aan een tweede zijde van de celluloselaag, welke maskerlaag voorzien is van een vooraf bepaald patroon en een bindermateriaal bevat, dat lokaal de celluloselaag impregneert.

Description

Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan
VELD VAN DE UITVINDING
De uitvinding heeft betrekking op een broodzak uit samengestelde lagen omvattende een celluloselaag en een deklaag voor het instellen van de vochtdoorlaatbaarheid, waarbij de deklaag zich aan een eerste zijde van de celluloselaag bevindt.
De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een broodzak, omvattende de stappen van:
- Het verschaffen van een celluloselaag met een eerste zijde en een tweede zijde,;
- Het aanbrengen van een deklaag aan de eerste zijde;
- Het vormen van broodzakken uit de samengestelde lagen.
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Een dergelijke broodzak is bekend uit BE 1022151. Het gaat hier om een broodzak uit papier dat behandeld is en zodoende bestaat uit samengestelde lagen. De bekende broodzak is voorzien van een deklaag uit plantaardige olie, zoals een gemodificeerde plantaardige olie. Met deze groene deklaag voldoet de broodzak aan de vereisten van recycleerbaarheid en kan deze voldoen aan de vereisten van composteerbaarheid. De deklaag wordt in het bijzonder aan de buitenkant toegepast. Wanneer een bedrukking gewenst is, wordt die aangebracht onder de deklaag.
Gebleken is dat de bekende broodzak door sommige klanten niet mooi gevonden wordt. De plantaardige olie, die visceuser is dan een conventioneel toegepaste deklaag op basis van paraffine (minerale olie) zouden beiden mogelijk teveel uitvloeien, en door het papier heen dringen. Dergelijke esthetische bezwaren zijn er overigens ook tegen een conventionele broodzak met een deklaag op basis van minerale olie.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Het is zodoende een eerste doel van de uitvinding om een verbeterde en met name esthetisch verbeterde broodzak te verschaffen.
Het is een tweede doel van de uitvinding om een werkwijze daarvoor te verschaffen.
Het is een derde doel van de uitvinding om papier te verschaffen waarmee broodzakken en zo nodig ook andere typen zakken vervaardigd kunnen worden.
Daartoe wordt volgens een eerste aspect een broodzak uit samengestelde lagen verschaft, die een celluloselaag en een deklaag voor het instellen van de vochtdoorlaatbaarheid omvat, waarbij de deklaag zich aan een eerste zijde van de celluloselaag bevindt. Hierbij bevindt de deklaag zich aan een binnenzijde van de broodzak en heeft de celluloselaag een soortelijk gewicht
BE2018/5680 van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden. Bovendien is een maskerlaag aanwezig aan een tweede zijde van de celluloselaag, welke maskerlaag voorzien is van een vooraf bepaald patroon en een bindermateriaal bevat, dat lokaal de celluloselaag impregneert, en waarbij de maskerlaag door de celluloselaag heen is doorgedrongen tot aan de eerste zijde..
In een tweede aspect wordt een werkwijze voor het vervaardigen van een broodzak verschaft, omvattende de stappen van: (1) het verschaffen van een celluloselaag met een eerste zijde en een tweede zijde, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden heeft; (2) het aanbrengen van een maskerlaag aan de tweede zijde volgens een vooraf bepaald patroon, welke maskerlaag een bindermateriaal omvat dat de celluloselaag impregneert en waarbij de maskerlaag door de celluloselaag heendringt tot aan de eerste zijde; (3) het aanbrengen van een deklaag aan de eerste zijde van de celluloselaag; (4) het vormen van broodzakken uit de samengestelde lagen.
In een derde aspect wordt papier verschaft, dat geschikt is voor het vervaardigen van broodzakken, welk papier verschillende lagen omvat waaronder een celluloselaag en een deklaag, zoals voor het instellen van de vochtdoorlaatbaarheid, waarbij de deklaag zich aan een eerste zijde van de celluloselaag bevindt, en een maskerlaag aanwezig is aan een tweede zijde van de celluloselaag, welke maskerlaag voorzien is van een vooraf bepaald patroon en een bindermateriaal omvat dat de celluloselaag impregneert en waarbij de maskerlaag door de celluloselaag is heengedrongen tot aan de eerste zijde, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden heeft;
Gebleken is dat door het aanbrengen van de combinatie van een maskerlaag aan de buitenzijde en de deklaag aan de binnenzijde, een broodzak verkregen wordt die esthetisch mooi is, een gewenste vochtdoorlaatbaarheid heeft en bovendien, althans in bepaalde uitvoeringsvormen, recycleerbaar is en ook composteerbaar kan zijn conform de vastgestelde normen. De op zich transparante of witte maskerlaag lijkt in combinatie met de deklaag opaak te worden. Dit effect berust erop dat de maskerlaag het olieachtige materiaal van de deklaag tegenhoudt en dat het papier ter plaatse van de maskerlaag zijn oorspronkelijke kleur behoudt. De gedeeltelijke penetratie van het olieachtige materiaal van de deklaag in de celluloselaag blijkt te zorgen voor een toename in de transparantie van het papier op een uniform verdeelde wijze, en met name op plaatsen waar geen maskerlaag is.
Gebleken is verder dat de maskerlaag daarbij de deklaag beïnvloedt, ondanks dat beide lagen aan tegenoverliggende zijden van het papier zijn aangebracht, wanneer er papier gebruikt wordt met een relatief gering soortelijk gewicht, dat verhoudingsgewijs poreus is. In het bijzonder zijn papiertypen die open of halfopen zijn, geschikt. Porositeit van papier wordt gemeten met de
BE2018/5680 luchtweerstand volgens Gurley. Half open papier heeft een luchtweerstand (volgens Gurley) van ten hoogste 100 seconden en open papier heeft een luchtweerstand van ten hoogste 20 seconden. Bij voorkeur is de luchtweerstand volgens de uitvinding ten hoogste 60 seconden, en bij verdere voorkeur ten hoogste 40 seconden. Bij verdere voorkeur is het papier bovendien licht, met een soortelijk gewicht van ten hoogste 50 g/m2, bij nog verdere voorkeur ten hoogste 40 g/m2.
De maskerlaag omvat hierin een bindermateriaal, dat het papier penetreert. Goede resultaten zijn verkregen met bindermateriaal gekozen uit de groep van polyvinyl acetaat, acrylaat(co)-polymeren, polyamide, polyurethaan, ligninehars en/of combinaties daarvan en copolymeren daarmee. Het is een aanvullend voordeel van dit type bindermateriaal, dat het dispergeerbaar of zelfs (deels) oplosbaar is in water, zodat de maskerlaag aangebracht kan worden als een waterige oplossing. Bij voorkeur is ten minste één van een polyacrylaat en een polyvinylacetaat aanwezig.
Bij voorkeur omvat de maskerlaag behalve een bindermateriaal ook een hars en/of een was, bij voorbeeld een hars op basis van polyester, epoxy, polyamide, polysulfonzuur en dergelijke. De hoeveelheid hars en was is bij voorkeur ten hoogste 20wt% (i.e. gewichtsprocent) op basis van het droge stofgehalte van de samenstelling van de maskerlaag. De hoeveelheid bindermateriaal kan oplopen tot 90wt%. In geval van aanwezigheid van een kleurstof is deze hoeveelheid doorgaans lager. Bij verdere voorkeur wordt de maskerlaag aangebracht als een samenstelling met 40-60wt% water van de gehele samenstelling (dus 80-120wt% ten opzichte van het droge stofgehalte, inclusief eventueel aanwezige kleurstof of pigment). Bij verdere voorkeur is het watergehalte groter dan het droge stofgehalte.
Bij voorkeur omvat de deklaag een plantaardige olie. Dit laat recycling van het papier toe. Bovendien is er geen risico dat minerale olie in contact komt met het brood of eventueel andere voedingswaar in de zak. Voorbeelden van plantaardige oliën zijn onder meer palmolie, sojaolie, zonnebloemolie, olijfolie, amandelolie, koolzaadolie, lijnzaadolie, maisolie. De olie wordt bij voorkeur aangebracht als een ester van het vetzuur, bijvoorbeeld als een glyceride van het vetzuur, zoals de vakman bekend is. Bij verdere voorkeur wordt de deklaag aanbracht bij verhoogde temperatuur, zoals een temperatuur boven 100oC. Dit zorgt voor een verlaging van de viscositeit van de plantaardige olie. Bovendien wordt vermoed dat de olie bij de verhoogde temperatuur zich ook, althans gedeeltelijk, vermengd met de maskerlaag of althans een toplaag daarvan. Dat is gunstig voor de hechting. Het is niet uitgesloten dat deze vermenging het doordringen van de olie naar de celluloselaag verder vermindert.
Bij voorkeur wordt de deklaag aangebracht in een hoeveelheid van meer dan 3g/m2, zoals 4-15 g/m2. Voor open papier is de hoeveelheid deklaag bij verdere voorkeur meer dan 6 g/m2, voor halfopen papier is de hoeveelheid deklaag bij verdere voorkeur in het bereik van 4-8 g/m2. Gebleken is dat door de combinatie van de maskerlaag en de deklaag de hoeveelheid deklaag
BE2018/5680 beperkt kan worden. Met een toename aan hoeveelheid bindermateriaal in de maskerlaag lijkt de hoeveelheid deklaag sterker te verminderen.
Door aanwezigheid van de maskerlaag zorgt een deklaag van bijvoorbeeld 9g/m2 voor een lagere vochtdoorlaatbaarheid dan die van 7g/m2. Zonder maskerlaag wordt er bij een lagere hoeveelheid al een minimum in de vochtdoorlaatbaarheid beperkt.
In een verdere uitvoeringsvorm bevat de maskerlaag een kleurstof. Een gunstige kleurstof is kleurstof op basis van anorganisch pigment, zoals een witte kleurstof die bijvoorbeeld kalkdeeltjes (calciumcarbonaat) en/of titaandioxide bevat. Dit blijkt met name gunstig voor open papier. De kleurstofdeeltjes blijken te helpen bij vermindering van penetratie van het olieachtige materiaal van de deklaag door het papier heen, en daarmee voor de vermindering van de noodzakelijke dikte van de deklaag om een gewenste vochtdoorlaatbaarheid te verkrijgen.
In weer een verdere uitvoeringsvorm bevat de celluloselaag een mengsel van langvezel en kortvezel met minstens 40% langvezel. Papier met relatief veel langvezel is zeer geschikt als verpakkingsmateriaal voor voedingswaar, zoals brood, bij verdere voorkeur minstens 50% of zelfs minstens 70%. Gebleken is dat papier met een zeer groot percentage aan langvezel, zoals 70% of zelfs 80% zeer bruikbaar is om dun en open of halfopen papier te verkrijgen, i.e. bijvoorbeeld papier met een soortelijk gewicht van minder dan 50 g/m2 of zelfs 40g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley van minder dan 50 seconden. In de context van de uitvinding verwijst ‘kortvezel’ naar cellulose dat bijvoorbeeld afkomstig is van loofhout of gerecycled papier, en een lengte heeft in de orde van 0,5-3 mm, meer specifiek 0,7-2,5 mm en een diameter van bijvoorbeeld 20-30 μm. ‘Langvezel’ verwijst naar cellulose dat primair afkomstig is uit naaldhout en meer in het bijzonder een lengte heeft in de orde van 2,5-5,0 mm, meer specifiek 2,7-4,5 mm en een diameter van bijvoorbeeld 30-45 μm.
In nog een verdere uitvoeringsvorm heeft de celluloselaag aan een eerste zijde een meer gesloten structuur dan aan een tegenoverliggende tweede zijde. Het is voor broodzakken niet ongebruikelijk om asymmetrisch papier te gebruiken, met een eerder matte of open zijde en een tweede, eerder blinkende of gesloten zijde. De maskerlaag wordt daarbij op de eerder matte of open zijde aangebracht, die zich in een broodzak bij voorkeur aan de buitenkant bevindt. De gesloten structuur wordt bij voorbeeld verkregen doordat de celluloselaag voorts een deellaag aan de eerste zijde bevat, die het papier aan die zijde een meer gesloten structuur geeft. In een eerste voorbeeld omvat de deellaag naast cellulose een vulstof of een vezelmateriaal. In een tweede voorbeeld omvat de deellaag naast cellulose kalk, resulterende in een kalklaag. In een verder voorbeeld is de meer gesloten structuur verkregen door de celluloselaag te bewerken, bijvoorbeeld door deze extra te kalanderen of te voorzien van een machineglazuur (machine glazing). Combinaties en/of verdere
BE2018/5680 bestanddelen zijn niet uitgesloten. In een andere uitvoeringsvorm wordt een celluloselaag toegepast die aan de eerste en de tweede zijde in gelijke mate open is. Dit wordt bijvoorbeeld bereikt door de celluloselaag aan beide zijden te behandelen zodat een deellaag ontstaat, bijvoorbeeld met machine glazing. Dit is ook een gunstige optie voor dun papier, bijvoorbeeld met een soortelijk gewicht van ten hoogste 50 g/m2, zoals 35-50 g/m2.
In een nog verdere uitvoeringsvorm heeft het oppervlak van het papier aan de eerste zijde een oppervlakteruwheid van hoogstens 100 ml/min conform ISO 8791-2 en aan de tweede zijde een oppervlakte-ruwheid die ten minste 100 ml/min conform ISO 8791-2 heeft. Daarmee is de tweede zijde zeer geschikt voor het aanbrengen van een bedrukking, terwijl de eerste zijde geschikt is voor het aanbrengen van de deklaag.
De maskerlaag wordt bij voorkeur patroonmatig aangebracht. Gevonden is dat de maskerlaag bij voorkeur 10-70% van het oppervlak van de celluloselaag bedekt. Bij voorkeur bevat het patroon van de maskerlaag terugkerende elementen. Bij voorkeur hebben de terugkerende elementen een nuldimensionale of ééndimensionale vorm, zoals stippen, lijnen, cirkels. Het is voorts mogelijk dat de terugkerende elementen andere vormen hebben zoals zigzaglijnen, trapvormen, sinusvormen, rechthoeken, vierkanten, driehoeken. Bij verdere voorkeur heeft het terugkerende elementen een vaste breedte. Bij nog verdere voorkeur bevinden de terugkerende elementen zich op uniforme afstand van elkaar, waardoor een patroon van lijnen en tussengelegen ruimtes ontstaat. Bij verdere voorkeur is de loodrechte afstand tussen de terugkerende elementen ten hoogste 4 keer zo groot als de breedte van de terugkerende elementen. Bij nog verdere voorkeur is de loodrechte afstand ten hoogste 3 keer of zelfs ten hoogste 2 keer de breedte van de terugkerende elementen.
In plaats van en/of in aanvulling op een regelmatig terugkerend element kan er op deze wijze ook een watermerk aangebracht worden. Hoewel het watermerk formeel op het papier ligt, schijnt het door het papier heen en lijkt het in het papier te zitten. Het watermerk kan een beeld of structuur bevatten dat naar wens gekozen is.
Gebleken is verder dat bij het aanbrengen van een maskerlaag met een uniform patroon, zoals een patroon van evenwijdige lijnen op uniforme afstand van elkaar, de lijnen na het aanbrengen van de deklaag desondanks geen volledig uniforme breedte hebben. Dit effect is met name bereikt bij wat grovere (open ) papiersoorten, zoals bijvoorbeeld ongebleekt papier met een hoger percentage langvezel. Dergelijke papiersoorten hebben aan de eerste zijde typisch een oppervlakte-ruwheid van 100-250 ml/min (ISO 8791-2), zoals 150-200 ml/min. Door een dergelijke lichte variatie lijkt het patroon daadwerkelijk in het papier te zitten, in plaats van dat het erop ligt. Dit bijzonder effect wordt met name bereikt als de effectieve hoeveelheid pigment relatief laag is (bijvoorbeeld tot 30wt% op basis van het droge-stofgehalte, bij voorkeur ten
BE2018/5680 hoogste 10% of zelfs zonder pigment), of het pigment gekozen is met een fijne deeltjesgrootteverdeling (bijvoorbeeld 90wt% kleiner dan 10 micron of zelfs 80wt% kleiner dan 5 micron).
Gunstige resultaten zijn bereikt door het aanbrengen van de waterige samenstelling van de maskerlaag met een printproces. In het bijzonder wordt daarbij gebruik gemaakt van een printproces, waarbij een patroon wordt overgedragen met een of meer rollen. Voorbeelden daarvan zijn rotogravure-printen en flexografisch drukken (kortweg flexodrukken). Bij het gebruik van een rol wordt niet alleen de waterige samenstelling overgedragen maar wordt ook druk uitgeoefend. Dit wordt gunstig geacht, omdat de maskerlaag daarmee nog meer de celluloselaag indringt. Dit zorgt ervoor dat de celluloselaag ook onder de maskerlaag een verlaagde porositeit heeft en substantieel ondoordringbaar wordt voor de olieachtige deklaag.
In een voordelige uitvoeringsvorm is een bedrukking aanwezig aan de tweede, bij voorkeur meer open zijde van de celluloselaag, die zich aan een buitenzijde van de broodzak bevindt. Het aanbrengen van de bedrukking aan de buitenzijde is commercieel wenselijk en blijkt goed te werken, ondanks het gegeven dat de tweede zijde meer open is. Bij voorkeur wordt de bedrukking aangebracht voor het aanbrengen van de deklaag.
In de werkwijze voor het vervaardigen van de broodzak uit samengestelde lagen kunnen voorgenoemde lagen en opties gebruikt worden. Doorgaans wordt uitgegaan van papier omvattende een celluloselaag en eventueel verdere lagen zoals een kalklaag. Het papier kan daarbij voorzien aan de eerste zijde van een meer gesloten structuur dan aan de tweede zijde. Daarna worden de maskerlaag en - indien van toepassing - de bedrukking aangebracht op het papier. De deklaag volgt daarna. Bij voorkeur wordt deze deklaag aangebracht met behulp van een roller, zoals nader toegelicht in de aanvrage BE1022151, bij een temperatuur hoger dan 100oC. De maskerlaag wordt bij verdere voorkeur aangebracht voorafgaand aan een eventuele bedrukking.
Nadat het papier met bedrukking, maskerlaag en deklaag gereed is, wordt het verwerkt tot broodzakken. Indien gewenst kan vooraf een baan plastic worden gehecht aan een baan papier. Dit maakt het mogelijk om vensterzakken te fabriceren. Het procédé voor het vervaardigen van broodzakken uit papier is op zichzelf bekend. Broodzakken onderscheiden zich van andere zakken, zoals zakken voor meel, door de vorm van de zak en/of de eigenschappen van het papier.
Behalve als broodzak is het papier uit samengestelde lagen volgens de uitvinding inclusief een maskerlaag en een deklaag ook geschikt voor andere toepassingen. Een voorbeeld is het gebruik
BE2018/5680 als verpakkingspapier voor groenten en fruit, vleeswaar en/of kaas, bijvoorbeeld in de vorm van vellen papier. Deze uitvinding kan ook dienen voor groenten en fruit zak; hier zorgt de deklaag voor een water barrière voor het natte groenten en fruit. Hier is ook hier gunstig dat de deklaag zich aan de binnenzijde van de zak bevindt.
In een verdere uitvoeringsvorm die met name geschikt is voor papier voor gebruik als verpakkingspapier voor vleeswaar en/of kaas, kan er een eerste deklaag aan de eerste zijde en een tweede deklaag aan de tweede zijde aanwezig zijn. Dit zorgt voor een nog betere vetbestendigheid. Door de toepassing van de maskerlaag wordt hierbij opnieuw een optimale eigenschappen bereikt zonder gebruik van te veel olie (i.e. meer dan optisch mooi is).
De specifieke uitvoeringsvormen die hierboven zijn behandeld en/of nader aangeduid worden in de hierna volgende figuurbeschrijving, zijn evenzeer toepasbaar op een broodzak, als op de genoemde werkwijze en het papier.
KORTE AANDUIDING VAN DE FIGUREN
Deze en andere aspecten van de uitvinding worden nader toegelicht aan de hand van de volgende figuren:
Fig. 1A toont schematisch een eerste uitvoeringsvorm van een broodzak in bovenaanzicht;
Fig. 1B toont schematisch de broodzak van Fig. 1A in een enigszins geopende toestand
Fig. 2 toont een schematische doorsnede van het papier gebruikt in de broodzak volgens de uitvinding, en
Fig. 3 toont een gedeelte van Fig. 1A met daarop getoond het patroon verkregen met het papier zoals getoond in Fig. 2.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN GEÏLLUSTREERDE UITVOERINGSVORMEN De figuren zijn niet op schaal en louter schematisch. Dezelfde verwijzingscijfers in verschillende figuren verwijzen naar identieke of overeenkomstige elementen.
Fig. 1A toont een broodzak 10 in een eerste uitvoeringsvorm. Fig. 1B toont dezelfde broodzak 10 in een enigszins geopende toestand. De broodzak is gemaakt uit papier met een eerste zijde 11 en een tweede zijde 12. De eerste zijde 11 bevindt zich hier aan de binnenzijde van de broodzak 10. De eerste zijde 11 bevindt zich aan de binnenzijde van de broodzak 10. Aan de tweede zijde 12 bevat is een bedrukking 15 aangebracht op het papier, hier in de vorm van een letter B. De broodzak 10 is voorzien van een onderrand 21 en een bovenrand 22, een voorkant 24 en een achterkant (niet genummerd). Tussen de voorkant 24 en de achterkant zijn zijflappen 23 aanwezig. De broodzak 10 wordt vervaardigd door een vel papier op gepaste wijze van vouwen te voorzien en daarna een eerste zijrand te verlijmen met een tweede zijrand onder vorming van een huls. Na
BE2018/5680 het scheiden van een baan papier in individuele eenheden, wordt een gedeelte van de voorkant 24 langs de onderrand 21 omgevouwen en verlijmd aan de achterkant. Het model van de broodzak met een bovenrand 22 die in twee treden van voorkant naar achterkant omhoog gaat, is daarvoor zeer gunstig.
Doorgaans wordt de bedrukking 15 aan de eerste zijde aangebracht en bedekt met een deklaag. Traditioneel bevat de deklaag een minerale olie, maar goede resultaten zijn ook bereikt met een plantaardige olie. Na het aanbrengen trekt de olie het papier in. Dankzij de olie wordt de waterdampdoorlaatbaarheid ingesteld, zodanig dat brood een krokante korst houdt, zonder dat het te snel uitdroogt.
Fig. 2 toont het papier dat toegepast wordt in de broodzak 10 volgens de uitvinding. Naar dit papier wordt ook verwezen als een pakket samengestelde lagen. De primaire laag daarvan is de celluloselaag 13, die in de getoonde uitvoeringsvorm aan één zijde voorzien is van een gladdere, minder open, behandelde deellaag 14. Deze deellaag 14 is in een uitvoeringsvorm verkregen door toevoeging aan die zijde van kalk en/ of extra te kalanderen en/ of op te vullen met vulstoffen en/ of refining vezels. Bijvoorbeeld is deze deellaag 14 een laag die gevuld is met kalk (dus een kalk bevattende celluloselaag, kortweg kalklaag). In een andere, gunstige uitvoeringsvorm is de deellaag 14 verkregen door extra toevoeging kortvezel en vulstoffen en extra kalanderen van papier. De celluloselaag 13 is zo gekozen dat deze geschikt is voor het verpakken van voedingswaar, en wordt - inclusief deellaag 14 normaliter aangeleverd door een papierfabrikant. In weer een andere uitvoeringsvorm is de celluloselaag aan de eerste en aan de tweede zijde in gelijke mate open (bijvoorbeeld met een tolerantie van maximaal 10%). Dit wordt bijvoorbeeld bereikt door het behandelen van het papier aan beide zijden, bijvoorbeeld als machine-glazed papier. Volgens een gunstige uitvoeringsvorm van de uitvinding bevindt zich de deellaag 14 - indien aanwezig - aan de eerste zijde 11, dat wil zeggen de zijde die zich na omvouwen en verlijmen aan de binnenzijde van de broodzak 10 gaat bevinden. Net als voorheen wordt de bedrukking aangebracht op de tweede zijde 12, die later als buitenzijde zal dienen. Anders dan voorheen is dit de tweede zijde 12 met een meer open structuur dan de eerste zijde 11 of met een structuur die in gelijke mate open is aan de eerste zijde 11 en de tweede zijde 12. Op de tweede zijde 11 is een maskerlaag 16 aangebracht, in het bijzonder als een watergebaseerde laag technisch vernis. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm is het vernis vrij van kleurstofconcentraat. Toevoeging van een kleurstof wordt echter niet zonder meer uitgesloten. De maskerlaag 16 wordt bij voorkeur aangebracht met flexodrukken. Aan de eerste zijde is een deklaag 17 aangebracht, die een olieachtig materiaal bevat, zoals paraffine of plantaardige olie. Gunstig is het gebruik van palmolie of sojaolie of mengsels daarvan. In het bijzonder zijn de olies gemodificeerd op gebruikelijke
BE2018/5680 wijze, i.e. tot esters met bijvoorbeeld glycerol. De deklaag 17 wordt bij voorkeur aangebracht door een roller door een bad met gesmolten olie te laten lopen, en de deklaag vanaf de rol naar het papier over te dragen.
Door de aanwezigheid van de maskerlaag 16, die is doorgedrongen tot aan de eerste zijde is het papier aan de eerste zijde minder goed toegankelijk voor de olie van de deklaag 17. Dit leidt ertoe dat er minder olie de celluloselaag binnendringt en verrassend goede eigenschappen verkregen zijn. Met name , de waterdampdoorlaatbaarheid ligt in dezelfde orde, ook al dringt er minder deklaag in de celluloselaag op de plaatsen waar de maskerlaag eerder is binnengedrongen in de celluloselaag van de broodzak. De esthetische eigenschappen verbeteren. Vermoed wordt dat de maskerlaag 16 bij aanbrengen als waterige suspensie gedeeltelijk in de celluloselaag 13, 14 dringt, en daar poriën van de celluloselaag 14 verder afsluit.
Fig. 3 toont schematisch een detail van de broodzak 10 zoals getoond in Fig. 1A. Hierin is het patroon weergegeven dat resulteert dankzij het gebruik van de combinatie van maskerlaag 16 en deklaag 17. In dit geval is de maskerlaag 16 aangebracht volgens een patroon van parallelle lijnen. Aan de binnenzijde 11 van de broodzak 10 is het patroon zichtbaar als donkere lijnen 121 afgewisseld met lichte lijnen. De donkere lijnen 121 corresponderen met de posities waar de deklaag 17 in contact is met de celluloselaag. De lichte lijnen corresponderen met de posities waar de maskerlaag 16 in contact is met de celluloselaag. De lichte lijnen lijken op het eerste zicht op het papier gezet, maar in wezen heeft het papier ter plaatste van de maskerlaag 16 zijn oorspronkelijke kleur behouden, terwijl het daarbuiten donkerder geworden is ten gevolge van penetratie van de olie van de deklaag 17 in de celluloselaag 13, 14. Niettemin is de verkleuring daar minder sterk dan in conventionele zakken zonder maskerlaag 16.

Claims (37)

  1. Conclusies
    1. Broodzak uit samengestelde lagen omvattende een celluloselaag en een deklaag voor het instellen van de vochtdoorlaatbaarheid, waarbij de deklaag zich aan een eerste zijde van de celluloselaag bevindt, met het kenmerk dat
    - de deklaag zich aan een binnenzijde van de broodzak bevindt,
    - de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden heeft;
    - een maskerlaag aanwezig is aan een tweede zijde van de celluloselaag, welke maskerlaag voorzien is van een vooraf bepaald patroon en een bindermateriaal bevat, dat lokaal de celluloselaag impregneert, waarbij de maskerlaag door de celluloselaag heen is doorgedrongen tot aan de eerste zijde.
  2. 2. Broodzak volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het patroon van de maskerlaag patroonmatig is en terugkerende elementen bevat, zoals bijvoorbeeld een lijn als terugkerend element.
  3. 3. Broodzak volgens conclusie 1-2, met het kenmerk dat het bindermateriaal ten minste één materiaal bevat gekozen uit de groep van polyvinyl acetaat, acrylaat-(co)-polymeren, polyamide, polyurethaan, en /of waarbij het bindermateriaal een ligninehars bevat.
  4. 4. Broodzak volgens conclusie 1-3, waarbij de maskerlaag voorts een kleurstof bevat, zoals een witte kleurstof.
  5. 5. Broodzak volgens conclusie 1-4, waarbij de deklaag een plantaardige olie bevat.
  6. 6. Broodzak volgens conclusie 1-5, waarbij de deklaag een gewicht heeft van 3-25 g/m2, bij voorkeur 4-15 g/m2.
  7. 7. Broodzak volgens conclusie 1-6, waarbij de celluloselaag een mengsel van langvezel en kortvezel bevat met minstens 40% langvezel, bij verdere voorkeur minstens 50% of zelfs minstens 70%.
  8. 8. Broodzak volgens conclusie 1-7, waarbij de celluloselaag een luchtweerstand volgens Gurley heeft van ten hoogste 60 seconden, bij verdere voorkeur ten hoogste 40 seconden.
    BE2018/5680
  9. 9. Broodzak volgens conclusie 1-8, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht heeft van ten hoogste 50 g/m2, bij voorkeur ten hoogste 40 g/m2.
  10. 10. Broodzak volgens conclusie 7, waarbij de celluloselaag een mengsel van langvezel en kortvezel bevat met minstens 70% langvezel, waarbij de celluloselaag een luchtweerstand volgens Gurley van minder dan 50 seconden heeft en een soortelijk gewicht van minder dan 50 g/m2.
  11. 11. Broodzak volgens conclusie 1-10, waarbij de celluloselaag aan een eerste zijde een meer gesloten structuur heeft dan aan een tegenoverliggende tweede zijde.
  12. 12. Broodzak volgens conclusie 1-11, waarbij de celluloselaag aan de eerste zijde en aan de tweede zijde in gelijke mate open is, bijvoorbeeld doordat de celluloselaag aan beide zijden behandeld is onder vorming van een deellaag, bijvoorbeeld met machine glazing.
  13. 13. Broodzak volgens conclusie 12, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 50 g/m2 heeft, bijvoorbeeld 35-50 g/m2.
  14. 14. Broodzak volgens conclusie 1-13, waarbij de maskerlaag de celluloselaag aan de tweede zijde voor 10-75% bedekt.
  15. 15. Werkwijze voor het vervaardigen van een broodzak uit samengestelde lagen, omvattende:
    - Het verschaffen van een celluloselaag met een eerste zijde en een tweede zijde, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden heeft;
    - Het aanbrengen van een maskerlaag aan de tweede zijde volgens een vooraf bepaald patroon, welke maskerlaag een bindermateriaal omvat dat de celluloselaag impregneert en waarbij de maskerlaag door de celluloselaag heen doordringt tot aan de eerste zijde;
    - Het aanbrengen van een deklaag aan de eerste zijde van de celluloselaag;
    - Het vormen van broodzakken uit de samengestelde lagen.
  16. 16. Werkwijze volgens conclusie 15, waarbij de maskerlaag wordt aangebracht als een waterige samenstelling, terwijl de deklaag een olieachtige verbinding bevat.
  17. 17. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij de deklaag een plantaardige olie bevat.
    BE2018/5680
  18. 18. Werkwijze volgens conclusies 15-17, waarbij de maskerlaag patroonmatig wordt aangebracht door middel van flexodrukken.
  19. 19. Papier, welk papier verschillende lagen omvat waaronder een celluloselaag en een deklaag, zoals voor het instellen van de vochtdoorlaatbaarheid, waarbij de deklaag zich aan een eerste zijde van de celluloselaag bevindt, en een maskerlaag aanwezig is aan een tweede zijde van de celluloselaag, welke maskerlaag voorzien is van een vooraf bepaald patroon en een bindermateriaal omvat dat de celluloselaag impregneert, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 60 g/m2 en een luchtweerstand volgens Gurley (ISO5636-5) van ten hoogste 100 seconden heeft, waarbij de maskerlaag door de celluloselaag heen is doorgedrongen tot aan de eerste zijde.
  20. 20. Papier volgens conclusie 19waarbij er een eerste deklaag aanwezig is aan de eerste zijde en een tweede deklaag aan de tweede zijde.
  21. 21. Papier volgens conclusie 19 of 20, met het kenmerk dat het patroon van de maskerlaag patroonmatig is en terugkerende elementen bevat, zoals bijvoorbeeld een lijn als terugkerend element.
  22. 22. Papier volgens conclusie 19-21, met het kenmerk dat het bindermateriaal ten minste één materiaal bevat gekozen uit de groep van polyvinyl acetaat, acrylaat-(co)-polymeren, polyamide, polyurethaan, en /of waarbij het bindermateriaal een ligninehars bevat.
  23. 23. Papier volgens conclusie 19-22, waarbij de maskerlaag voorts een kleurstof bevat, zoals een witte kleurstof.
  24. 24. Papier volgens conclusie 19-23, waarbij de deklaag een plantaardige olie bevat.
  25. 25. Papier volgens conclusie 19-24, waarbij de deklaag een gewicht heeft van 3-25 g/m2, bij voorkeur 4-15 g/m2.
  26. 26. Papier volgens conclusie 19-25, waarbij de celluloselaag een mengsel van langvezel en kortvezel bevat met minstens 40% langvezel, bij verdere voorkeur minstens 50% of zelfs minstens 70%.
    BE2018/5680
  27. 27. Papier volgens conclusie 19-26, waarbij de celluloselaag een luchtweerstand volgens Gurley heeft van ten hoogste 60 seconden, bij verdere voorkeur ten hoogste 40 seconden.
  28. 28. Papier volgens conclusie 19-27, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht heeft van ten hoogste 50 g/m2, bij voorkeur ten hoogste 40 g/m2.
  29. 29. Papier volgens conclusie 26, waarbij de celluloselaag een mengsel van langvezel en kortvezel bevat met minstens 70% langvezel, waarbij de celluloselaag een luchtweerstand volgens Gurley van minder dan 50 seconden heeft en een soortelijk gewicht van minder dan 50 g/m2.
  30. 30. Papier volgens conclusie 19-29, waarbij de celluloselaag aan een eerste zijde een meer gesloten structuur heeft dan aan een tegenoverliggende tweede zijde.
  31. 31. Papier volgens conclusie 1930, waarbij de celluloselaag aan de eerste zijde en aan de tweede zijde in gelijke mate open is, bijvoorbeeld doordat de celluloselaag aan beide zijden behandeld is onder vorming van een deellaag, bijvoorbeeld met machine glazing.
  32. 32. Broodzak volgens conclusie 31, waarbij de celluloselaag een soortelijk gewicht van ten hoogste 50 g/m2 heeft, bijvoorbeeld 35-50 g/m2.
  33. 33. Papier volgens conclusie 19-32, waarbij de maskerlaag de celluloselaag aan de tweede zijde voor 10-75% bedekt.
  34. 34. Gebruik van het papier volgens één van de voorgaande conclusies 19-33 als verpakkingspapier voor vleeswaar en/of kaas.
  35. 35. Gebruik volgens conclusie 34, waarbij het papier gebruikt wordt in de vorm van vellen papier.
  36. 36. Zak voor groenten en/of fruit omvattend het papier volgens één van de conclusies 19-33, waarbij de deklaag is ingericht als waterbarrière, waarbij de deklaag zich bij voorkeur aan de binnenzijde van de zak bevindt.
  37. 37. Gebruik van het papier volgens één van de conclusies 19-33 en/of de zak volgens conclusie 34 voor het verpakken van groente en/of fruit.
BE20185680A 2018-10-04 2018-10-04 Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan BE1026680B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20185680A BE1026680B1 (nl) 2018-10-04 2018-10-04 Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan
EP19201224.3A EP3643634B1 (en) 2018-10-04 2019-10-03 Paper, bread bag and method for manufacture thereof

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20185680A BE1026680B1 (nl) 2018-10-04 2018-10-04 Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1026680A1 BE1026680A1 (nl) 2020-04-30
BE1026680B1 true BE1026680B1 (nl) 2020-05-07

Family

ID=63857654

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20185680A BE1026680B1 (nl) 2018-10-04 2018-10-04 Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP3643634B1 (nl)
BE (1) BE1026680B1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP4188829A1 (en) 2020-07-30 2023-06-07 The Procter & Gamble Company Absorbent article package material with natural fibres

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4798574A (en) * 1987-12-09 1989-01-17 Bagcraft Corporation Of America Method of making a bag with a barrier material
FR3008392A1 (fr) * 2013-07-15 2015-01-16 Ace Packaging Nv Sac pour la conservation du pain.
DE102016117907B3 (de) * 2016-09-22 2018-01-04 Wihuri Packaging Oy Strukturiert bedruckte Verpackungsfolie

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA253627A (en) 1925-09-15 Frisch Emile Waxed wrapping paper
FR2617143B1 (fr) 1987-06-26 1989-10-27 Morin Raymond Sa Emballage, en particulier pour fromage a pate molle, a croute fleurie, entier
US6919111B2 (en) 1997-02-26 2005-07-19 Fort James Corporation Coated paperboards and paperboard containers having improved tactile and bulk insulation properties
BE1025074B1 (nl) 2017-03-24 2018-10-23 Ace Packaging Nv Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4798574A (en) * 1987-12-09 1989-01-17 Bagcraft Corporation Of America Method of making a bag with a barrier material
FR3008392A1 (fr) * 2013-07-15 2015-01-16 Ace Packaging Nv Sac pour la conservation du pain.
DE102016117907B3 (de) * 2016-09-22 2018-01-04 Wihuri Packaging Oy Strukturiert bedruckte Verpackungsfolie

Also Published As

Publication number Publication date
BE1026680A1 (nl) 2020-04-30
EP3643634B1 (en) 2021-07-14
EP3643634A1 (en) 2020-04-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1025074B1 (nl) Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan
EP3237679B1 (de) Umweltfreundliches verpackungspapier für lebensmittel
DE60118545T2 (de) Kartonartikel geringer dichte
DE69914760T2 (de) Herstellungsverfahren für mehrschichtverpackungsmaterialien und daraus hergestellte verpackungsbehälter
US20090297842A1 (en) Oil-resistant sheet material
WO2000014333A1 (en) Paper or paperboard laminate and method to produce such a laminate
KR101513388B1 (ko) 디지털 고속 잉크젯 웨브 프레스 인쇄에 이용되는 매체
US20070292569A1 (en) Packaging material for food items containing permeating oils
CN105555154A (zh) 涂膜法
EP2864543B1 (en) A coated substrate and system and method for making the same
CA2941100A1 (en) A method for manufacturing a packaging material and a packaging material made by the method
US20060188609A1 (en) Beverage package
BE1026680B1 (nl) Broodzak en werkwijze voor het vervaardigen ervan
EP3821075B1 (de) Verpackungssystem
EP3342929B1 (de) Barrierepapier
FI102401B (fi) Menetelmä transparentin ja läpäisevyyttä vähentävän pinnoitteen aikaan saamiseksi paperille tai kartongille sekä menetelmässä käytettävä pääl lystysaine
FI3821074T3 (fi) Kuumasaumattava sulkupaperi
US20080268240A1 (en) Oil-Resistant Sheet Material
EP3784486B1 (de) Verpackungsfolie
US11619009B2 (en) Prepeg with improved flatness
JP2021155076A (ja) 包装材料
AT521651B1 (de) Verfahren zur behandlung einer faserbahn und behandlungssystem zur behandlung einer faserbahn
EP3167118B1 (de) Basismaterial für tapeten
JP4336000B2 (ja) 高遮光性を有する容器用紙材
JP2009084745A (ja) 加工用紙

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20200507

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20221031