BE1026422A1 - Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon - Google Patents

Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon Download PDF

Info

Publication number
BE1026422A1
BE1026422A1 BE20185460A BE201805460A BE1026422A1 BE 1026422 A1 BE1026422 A1 BE 1026422A1 BE 20185460 A BE20185460 A BE 20185460A BE 201805460 A BE201805460 A BE 201805460A BE 1026422 A1 BE1026422 A1 BE 1026422A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
herbicide composition
herbicide
clomazon
metobromuron
plant growth
Prior art date
Application number
BE20185460A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1026422B1 (nl
Inventor
Vincenzo Scudiero
Peter Adriaansen
Johan Desnouck
Original Assignee
Belchim Crop Prot N V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Belchim Crop Prot N V filed Critical Belchim Crop Prot N V
Priority to BE20185460A priority Critical patent/BE1026422B1/nl
Priority to KR1020217002728A priority patent/KR20210028213A/ko
Priority to JP2020573482A priority patent/JP2021529788A/ja
Priority to PCT/EP2019/067636 priority patent/WO2020007810A1/en
Priority to CA3104961A priority patent/CA3104961A1/en
Priority to EP19733534.2A priority patent/EP3817554A1/en
Priority to US17/256,397 priority patent/US20210267206A1/en
Publication of BE1026422A1 publication Critical patent/BE1026422A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1026422B1 publication Critical patent/BE1026422B1/nl
Priority to ZA2021/00377A priority patent/ZA202100377B/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N47/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing organic compounds containing a carbon atom not being member of a ring and having no bond to a carbon or hydrogen atom, e.g. derivatives of carbonic acid
    • A01N47/08Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing organic compounds containing a carbon atom not being member of a ring and having no bond to a carbon or hydrogen atom, e.g. derivatives of carbonic acid the carbon atom having one or more single bonds to nitrogen atoms
    • A01N47/28Ureas or thioureas containing the groups >N—CO—N< or >N—CS—N<
    • A01N47/30Derivatives containing the group >N—CO—N aryl or >N—CS—N—aryl
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N43/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds
    • A01N43/72Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds having rings with nitrogen atoms and oxygen or sulfur atoms as ring hetero atoms
    • A01N43/80Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds having rings with nitrogen atoms and oxygen or sulfur atoms as ring hetero atoms five-membered rings with one nitrogen atom and either one oxygen atom or one sulfur atom in positions 1,2

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Agronomy & Crop Science (AREA)
  • Pest Control & Pesticides (AREA)
  • Plant Pathology (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Dentistry (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Agricultural Chemicals And Associated Chemicals (AREA)

Abstract

De onderhavige uitvinding betreft een synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende als bestanddeel (A) een herbicidewerkzame hoeveelheid metobromuron en als bestanddeel (B) clomazon, waarbij een gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik tot 1000:1 ligt. De uitvinding heeft verder betrekking op een kit omvattende metobromuron en clomazon en een gebruik van een herbicidesamenstelling volgens de uitvinding in een hoeveelheid die doeltreffend is voor het controleren van een of meer typen ongewenste plantengroei door middel van het toepassen van de herbicidesamenstelling op de ongewenste plantengroei en/of een leefgebied daarvan.

Description

SYNERGETISCH WERKZAME HERBICIDESAMENSTELLING OMVATTENDE METOBROMURON EN CLOMAZON
TECHNISCH VELD
De uitvinding heeft betrekking op een synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon, op een kit omvattende metobromuron en clomazon en op een gebruik van een herbicidesamenstelling volgens de uitvinding voor het controleren van een of meer typen ongewenste plantengroei.
ACHTERGROND
Metobromuron met herbicidewerking is bekend uit de stand der techniek, bijvoorbeeld uit US3692911A, US3901687A, US3288851A en US4410697A. Van metobromuron is bekend dat het de fotosynthese van planten ter hoogte van fotosysteem II remt.
Clomazon met herbicidewerking is bekend uit de stand der techniek, bijvoorbeeld uit US4405357A, US4822401A, US5583090A en GB2515783A. In het bijzonder remt clomazon het enzym 1-deoxy-D-xylulose-5-fosfaatsynthase dat een rol speelt bij de carotenoïdebiosynthese, en clomazon remt onder andere de vorming van chlorofyl.
Bij gewasbescherming is het in beginsel wenselijk om de specifieke werking van een herbicidewerkzame stof en de veiligheid van het gebruik te verhogen. De herbicidewerking van veel herbiciden tegen ongewenste plantengroei is reeds op een hoog niveau, maar hangt over het algemeen af van de dosering, de respectieve bereidingsvorm, de respectieve te controleren ongewenste plantengroei of het spectrum aan ongewenste plantengroei, de klimaat- en bodemomstandigheden enzovoort. Derhalve is er vaak een behoefte aan gerichte synergetische activiteit tegen specifieke soorten ongewenste plantengroei, bestrijding van ongewenste plantengroei met betere algehele selectiviteit, over het algemeen kleinere gebruikte hoeveelheden werkzame verbindingen voor even goede bestrijdingsresultaten en voor een verminderde toevoer van werkzame verbindingen in het milieu om bijvoorbeeld uitspoel- en overdrachtseffecten te vermijden. Echter, bij het gecombineerde gebruik van een veelvoud aan werkzame verbindingen zijn er vaak verschijnselen van chemische, fysische of biologische onverenigbaarheid,
BE2018/5460 bijvoorbeeld ontleding van een werkzame verbinding of antagonisme in de biologische activiteit van de werkzame verbindingen.
De onderhavige uitvinding is gericht op het oplossen van ten minste enkele van de hierboven genoemde problemen. Verder is het een doel van de onderhavige uitvinding om herbicidesamenstellingen te verschaffen als alternatief voor de stand der techniek, of als verbetering daarvan.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Een eerste aspect van de onderhavige uitvinding verschaft een synergetisch werkzame herbicidesamenstelling volgens de aanhef van conclusie 1.
In de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding heeft metobromuron een onverwachte toename in herbicidewerking vertoond wanneer het met clomazon werd gecombineerd. Deze toename in herbicidewerking wordt veroorzaakt door een synergetisch effect bij het combineren van metobromuron en clomazon volgens een gewichtsverhouding volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding.
Een tweede aspect van de onderhavige uitvinding verschaft een kit volgens de aanhef van conclusie 5.
Een derde aspect van de onderhavige uitvinding verschaft een gebruik volgens de aanhef van conclusie 7.
UITGEBREIDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING
De vermelding van numerieke bereiken door middel van een of twee eindpunten bevat alle getallen en fracties die binnen dat bereik vallen, alsmede de een of twee vermelde eindpunten.
Het begrip 'ongewenste plantengroei', zoals het hierin wordt gebruikt, verwijst naar alle planten, zoals bijvoorbeeld grootbladig onkruid, onkruidgrassen of Cyperaceae, die groeien op plekken waar ze ongewenst zijn.
BE2018/5460
De begrippen 'ureumherbicide' en 'carbamideherbicide', zoals zij hierin worden gebruikt, zijn synoniem en omvatten selectieve herbiciden voor het controleren van ongewenste plantengroei behorend tot de C2-indeling volgens het Herbicide Resistance Action Committee (HRAC) (http://www.hracglobal.com).
Ureumherbiciden zijn ureumderivaten en behoren tot de klasse van de fotosysteem II-remmers. De klasse van ureumherbiciden bevat anisuron, buturon, chloorbromuron, chloortoluron, chloorxuron, difenoxuron, dimefuron, diuron, fenuron, fluometuron, isoproturon, linuron, methiouron, metobenzuron, metobromuron, metoxuron, monolinuron, monuron, neburon, parafluron, fenobenzuron, siduron, tetrafluron, thidiazuron en derivaten daarvan.
Zoals het hierin wordt gebruikt, verwijst het begrip 'fotosysteem II-remmers' naar chemische verbindingen die een herbicidewerking hebben door het fotosyntheseproces op het niveau van het fotosysteem II in planten te remmen. In het bijzonder remmen fotosysteem II-remmers de binding van chinon aan het D1eiwit van fotosysteem II, waardoor elektronen zich ophopen in chlorofylmoleculen en er een overmaat aan oxidatie plaatsvindt en waardoor de plant sterft. De klasse van stoffen van de fotosysteem II-remmers bevat onder meer triazinonherbiciden, ureumherbiciden, fenylcarbamaatherbiciden, triazolinonherbiciden, nitrilherbiciden, amideherbiciden, benzothiadiazinonherbiciden, fenylpyridazineherbiciden en derivaten daarvan.
Zoals het hierin wordt gebruikt, verwijst het begrip 'carotenoïdebiosyntheseremmend herbicide' naar een herbicidewerkzame chemische verbinding die rechtstreeks of onrechtstreeks de carotenoïdeproductie verstoort die chlorofyl beschermt tegen overmatig licht en foto-oxidatie. Uiteindelijk wordt de chlorofylproductie daardoor geremd en worden de bladeren van de plant dus wit en gebleekt. Een carotenoïdebiosynthese-remmend herbicide remt de carotenoïdebiosynthese in het stadium van fytoeendesaturatie, remt het enzym 4hydroxyfenylpyruvaatdioxygenase of remt een uniek doel van carotenoïdebiosynthese. Het begrip 'carotenoïdebiosynthese-remmend herbicide' omvat de volgende chemische verbindingen: norflurazon, fluridon, mesotrion, isoxaflutol, pyrasulfotol, tembotrion, topramezon, clomazon en amitrool.
Het begrip ‘beschermstof', zoals het in deze tekst wordt gebruikt, dient te worden opgevat als een verbinding of een mengsel van verbindingen die of dat de fytotoxische eigenschappen van een herbicide ten aanzien van nuttige planten
BE2018/5460 compenseert of vermindert zonder de herbicidewerking tegen ongewenste plantengroei wezenlijk te verminderen.
De herbicidewerking van herbiciden omvattende metobromuron of metobromuronherbiciden tegen ongewenste plantengroei (waaronder grootbladig onkruid, onkruidgrassen, Cyperaceae) is reeds op een hoog niveau, maar hangt over het algemeen af van de dosering, de respectieve bereidingsvorm, de respectieve te controleren ongewenste plantengroei of het spectrum aan ongewenste plantengroei, de klimaat- en bodemomstandigheden enzovoort. Verdere criteria in deze context zijn de werkingsduur, of de afbraaksnelheid, van het herbicide, de algemene verenigbaarheid met het gewas en de werkingssnelheid (snellere aanvang van werking), het activiteitsspectrum en gedrag ten opzichte van volggewassen (herbeplantingsproblemen) of de algemene flexibiliteit van toepassing (bestrijding van ongewenste plantengroei in de diverse groeistadia ervan). Indien van toepassing dient wellicht ook rekening te worden gehouden met veranderingen in de vatbaarheid van ongewenste plantengroei, die kunnen optreden bij langdurig gebruik van de herbiciden of in beperkte geografische gebieden (bestrijding van tolerante of resistente soorten ongewenste plantengroei). De compensatie van verliezen van werking in het geval van individuele planten van ongewenste plantengroei door de doseringen van de herbiciden te verhogen is slechts tot een bepaalde mate mogelijk, bijvoorbeeld omdat een dergelijke procedure de selectiviteit van de herbiciden verlaagt of omdat de werking niet wordt verbeterd, zelfs bij het toepassen van hogere doseringen.
Derhalve is er vaak een behoefte aan gerichte synergetische activiteit tegen specifieke soorten van ongewenste plantengroei, bestrijding van ongewenste plantengroei met betere algehele selectiviteit, over het algemeen lagere gebruikte hoeveelheden werkzame verbindingen voor even goede bestrijdingsresultaten en voor een verminderde toevoer van werkzame verbindingen in het milieu om bijvoorbeeld uitspoel- en overdrachtseffecten te vermijden. Er is ook een behoefte aan de bestrijding van soorten die tot nu toe niet bestreden werden (hiaten) en voor de bestrijding van soorten die tolerant of resistent zijn voor individuele herbiciden of voor een aantal herbiciden. Er is ook een behoefte aan het ontwikkelen van eenmalig toepassingen om arbeidsintensieve meerdere toepassingen te vermijden, en ook aan het ontwikkelen van systemen voor het regelen van de werkingssnelheid, waar er naast een aanvankelijke snelle bestrijding van ongewenste plantengroei ook een langzame residuele bestrijding is.
BE2018/5460
Een mogelijke oplossing voor de hierboven genoemde problemen kan zijn om gecombineerde herbicidesamenstellingen te verschaffen, dat wil zeggen combinaties van een veelvoud aan herbiciden en/of andere bestanddelen uit de groep van de agrochemisch werkzame verbindingen van een verschillend type en aan formuleringshulpstoffen en -additieven die gebruikelijk zijn in gewasbescherming en die bijdragen aan de gewenste aanvullende eigenschappen. Echter, bij het gecombineerde gebruik van een veelvoud aan werkzame verbindingen zijn er vaak verschijnselen van chemische, fysische of biologische onverenigbaarheid, bijvoorbeeld ontleding van een werkzame verbinding of antagonisme in de biologische activiteit van de werkzame verbindingen. Om deze redenen moeten mogelijk geschikte combinaties van werkzame verbindingen op een gerichte wijze gekozen en experimenteel op hun geschiktheid getest worden, aangezien het niet mogelijk is om op voorhand negatieve of positieve resultaten uit te sluiten.
Een eerste aspect van de onderhavige uitvinding verschaft een synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende als bestanddeel (A) een herbicidewerkzame hoeveelheid metobromuron en als bestanddeel (B) clomazon, waarbij een gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik tot 1000:1, met grotere voorkeur tot 900:1, met grotere voorkeur tot 800:1, met grotere voorkeur tot 700:1, met grotere voorkeur tot 600:1, met grotere voorkeur tot 500:1, met nog grotere voorkeur tot 400:1, met nog grotere voorkeur tot 300:1, met nog grotere voorkeur tot 200:1, met nog grotere voorkeur tot 180:1, met nog grotere voorkeur tot 160:1, met nog grotere voorkeur tot 140:1 en met nog grotere voorkeur tot 120:1 ligt. In een voorkeursuitvoeringsvorm ligt de gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik tot 100:1, met grotere voorkeur tot 80:1, met nog grotere voorkeur tot 60:1 en met nog grotere voorkeur tot 40:1. In een voorkeursuitvoeringsvorm ligt de gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik van 2:1 tot 38:1, met grotere voorkeur van 4:1 tot 36:1, met nog grotere voorkeur van 6:1 tot 30:1, met nog grotere voorkeur van 8:1 tot 24:1 en met nog grotere voorkeur van 10:1 tot 18:1.
In de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding heeft metobromuron een onverwachte toename in herbicidewerking vertoond wanneer het met clomazon werd gecombineerd. Deze toename in herbicidewerking wordt veroorzaakt door een synergetisch effect bij het combineren van metobromuron en clomazon volgens genoemde gewichtsverhouding.
BE2018/5460
Metobromuron en clomazon interageren op een bijzonder gunstige wijze met elkaar, bijvoorbeeld wanneer zij worden gebruikt voor het controleren van ongewenste plantengroei bij gezaaide en/of geplante gewassen, grasvelden/gazons, in fruitplantages (plantagegewassen) of gebieden zonder gewassen (bijv. pleinen in woonwijken of industriële locaties, spoorwegen). Verrassenderwijs is de activiteit van de combinatie volgens de uitvinding van twee werkzame verbindingen bij gebruik tegen ongewenste plantengroei hoger dan de activiteiten van de individuele bestanddelen. Er bestaat dus een waar synergetisch effect dat niet kon worden voorspeld, niet slechts een aanvulling van werking (additief effect). Voor het controleren van ongewenste plantengroei is het in het bijzonder gunstig om de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding in verdunde vorm in water toe te passen.
Het synergetisch effect maakt een verlaging van de dosering van de individuele herbiciden metobromuron en clomazon mogelijk, alsook een hogere en/of langere werkzaamheid bij dezelfde dosering, de bestrijding van soorten die nog niet bestreden werden (hiaten), bestrijding van soorten die tolerant of resistent zijn tegen afzonderlijke herbiciden of voor een aantal herbiciden, een verlenging van de periode van toepassing en/of een verlaging van het vereiste aantal individuele toepassingen en - dientengevolge voor de gebruiker - economisch en ecologisch gunstigere systemen voor bestrijding van ongewenste plantengroei.
Metobromuron (IUPAC-naam: 3-(4-broomfenyl)-1-methoxy-1-methylureum) is een chemische verbinding uit de groep van fenylurea en kan ook ingedeeld worden als een lid van de ureumherbiciden of carbamideherbiciden, en behoort tot de klasse van de fotosysteem II-remmers. Metobromuron kan worden verkregen uit pbroomaniline en fosgeen. Het product daarvan reageert verder met N,Odimethylhydroxylamine om het eindproduct te verkrijgen. Metobromuron kan worden gebruikt als een vooropkomstherbicide bij aardappel-, tabaks-, bloembol-, tomaat-, gewone boon-, veldsla-, mais-, rijst-, suikerriet-, sesam-, tarwe-, artisjok, asperge-, wortel-, raap-, selderij-, bonen-, uien-, spinazie-, pastinaak-, sojaboonen zonnebloemgewassen. Daarnaast heeft metobromuron een effect na opkomst en kan derhalve ook als na-opkomstherbicide worden gebruikt.
Clomazon, ook clomazone, 2-(2-chloorfenyl)methyl-4,4-dimethyl-3-isoxazolidinon of dimethazon genoemd, is een chemische verbinding die tot de groep van oxazolidinonen behoort. Clomazon is een zogeheten carotenoïdebiosynthese
BE2018/5460 remmend herbicide, waarnaar in bovenstaande tekst wordt verwezen. Clomazon kan worden verkregen uit 2-chloorbenzaldehyde en hydroxylamine. Het resulterende product reageert verder met een cyanoboorhydride om N-((2chloorfenyl)methyl)hydroxylamine te verkrijgen, dat tot het eindproduct leidt door reactie met dimethylchloormethylacetylchloride. Clomazon wordt gebruikt als een herbicide om ongewenste plantengroei te controleren, waardoor de teelt van bijvoorbeeld koolzaad, soja, mais, erwt, suikerbiet en rijst, granen en veevoergewassen wordt bevorderd. Het wordt doorgaans als vooropkomstherbicide en tot 5 dagen na het zaaien gebruikt. 5-chloor-2-(2-chloorfenyl)methyl-4,4dimethyl-3-isoxazolidinon is een bekend derivaat van clomazon.
In deze tekst vallen ook zouten en/of derivaten van metobromuron en/of clomazon binnen bovenstaande definities van metobromuron en clomazon. Elk zout is mogelijk, zolang het landbouwkundig aanvaardbaar is. Voorbeelden daarvan zijn onder meer alkalimetaalzouten zoals een natriumzout en een kaliumzout, aardalkalimetaalzouten zoals een magnesiumzout en een calciumzout, ammoniumzouten zoals een monomethylammoniumzout, een dimethylammoniumzout en een tri-ethylammoniumzout, anorganische zuurzouten zoals een waterstofchloride, een perchloraat-, een sulfaat- en een nitraatzout, en organische zuurzouten zoals een acetaat- en een methaansulfonaatzout.
Hoewel metobromuron bewezen heeft het efficiëntst te zijn in de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding, verschaffen alternatieve uitvoeringsvormen andere herbicidesamenstellingen die worden geformuleerd door het toepassen van ten minste één ander ureumherbicide naast of in plaats van metobromuron. Relatieve hoeveelheden van dergelijke ureumherbiciden ten opzichte van clomazon, en/of alternatieve carotenoïdebiosynthese-remmende herbiciden, kunnen opgenomen worden in de hierboven beschreven bereiken, of kunnen binnen andere of bredere bereiken liggen. Het ten minste ene andere ureumherbicide wordt bij voorkeur gekozen uit de groep omvattende anisuron, buturon, chloorbromuron, chloortoluron, chloorxuron, difenoxuron, dimefuron, diuron, fenuron, fluometuron, isoproturon, linuron, methiouron, metobenzuron, metoxuron, monolinuron, monuron, neburon, parafluron, fenobenzuron, siduron, tetrafluron, thidiazuron en derivaten daarvan.
Hoewel clomazon bewezen heeft het efficiëntst te zijn in de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding, verschaffen alternatieve
BE2018/5460 uitvoeringsvormen andere herbicidesamenstellingen die worden geformuleerd door het toepassen van ten minste één ander carotenoïdebiosynthese-remmend herbicide naast of in plaats van clomazon. Relatieve hoeveelheden van dergelijke carotenoïdebiosynthese-remmende herbiciden ten opzichte van metobromuron, en/of alternatieve ureumherbiciden, kunnen opgenomen worden in de hierboven beschreven bereiken, of kunnen binnen andere of bredere bereiken liggen. Ten minste één ander carotenoïdebiosynthese-remmend herbicide wordt bij voorkeur gekozen uit de groep omvattende norflurazon, fluridon, isoxaflutol, pyrasulfotol, tembotrion, topramezon, amitrool en derivaten daarvan.
De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan worden gebruikt om de groei te controleren van ongewenste plantengroei, zoals onkruid, door middel van toepassing voor of na opkomst, met inbegrip van zowel vroeg als laat na opkomst. De hierboven beschreven gecombineerde toepassing kan zowel blad- als residuele werking bieden. Hierin verwijst het begrip 'bladwerking' naar herbicidewerking verkregen door toepassing op bovengrondse of blootliggende delen van de ongewenste plantengroei die boven het oppervlak van een bodem zijn opgekomen. Met het begrip 'residuele werking' wordt herbicidewerking bedoeld die enige tijd na toepassing wordt verkregen op de bodem waardoor zaailingen die ten tijde van toepassing aanwezig zijn of die na toepassing ontkiemen, worden bestreden.
Het begrip 'vooropkomsttoepassing' verwijst naar de toepassing op de bodem waarin de zaden en/of zaailingen van de ongewenste plantengroei aanwezig zijn vóór de opkomst van de ongewenste plantengroei boven het oppervlak van de bodem. Het begrip 'na-opkomsttoepassing' verwijst naar de toepassing op de bovengrondse of blootliggende delen van de ongewenste plantengroei die boven het oppervlak van de aarde zijn opgekomen. Het zal duidelijk zijn dat het gebruik van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding voor en na opkomst van ongewenste plantengroei en voor en na de opkomst van een geteeld gewas kan worden toegepast.
Wanneer een of meer van de bestanddelen van de herbicidesamenstelling minder goed worden verdragen door bepaalde gewassen, kunnen toepassingstechnieken worden gebruikt waarbij de herbicidesamenstelling op een zodanige wijze wordt gesproeid, met gebruikmaking van sproei-uitrusting, dat de bladeren van de gevoelige gewassen minimaal in contact worden gebracht met de een of meer
BE2018/5460 bestanddelen terwijl de herbicidesamenstelling de bladeren van eronder groeiende ongewenste plantengroei of het kale oppervlak bereikt.
Het synergetisch effect van metobromuron en clomazon kan worden waargenomen bijvoorbeeld in het geval van een voorgemengde toepassing, bijvoorbeeld als gebruiksklare (RTU, 'ready-to-use') formulering, formulering in de vorm van een emulgeerbaar concentraat (EC), suspensieconcentraatformulering, microemulgeerbaar concentraat, formulering in de vorm van een oliedispersie (OD), formulering in de vorm van een bevochtigbaar poeder (WP, 'wettable powder'), in water dispergeerbaar granulaat (WG), formulering in de vorm van een wateroplosbaar granulaat (SG, 'soluble granule'), en in het geval van een coformulering of als een tankmengsel. Het kan echter ook worden waargenomen wanneer de werkzame verbindingen op verschillende tijdstippen worden toegepast (tijdelijk vertraagde toepassing) (verpakt als bijvoorbeeld combipakket of enkelvoudige dosissen). Het is ook mogelijk om de herbiciden of de herbicidesamenstelling toe te passen in een veelvoud aan porties (sequentiële toepassing), bijvoorbeeld na-opkomsttoepassingen of vroege naopkomsttoepassingen gevolgd door middellange of late na-opkomsttoepassingen. Als metobromuron en clomazon worden toegepast als een tankmengsel, moet worden verzekerd dat een verkregen sproeivloeistof betrekkelijk snel na de bereiding wordt toegepast.
Volgens uitvoeringsvormen van het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kunnen de herbicidebestanddelen metobromuron en clomazon samen in een geschikte verhouding van de onderhavige uitvinding geformuleerd worden (combinatieformulering), samen met conventionele formuleringshulpstoffen die in de techniek bekend zijn, zoals bijvoorbeeld een of meer dragers.
In een voorkeurs uitvoeringsvorm omvat de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding verder een of meer aanvullende bestanddelen gekozen uit de groep omvattende andere pesticiden zoals herbiciden, insecticiden, fungiciden of andere werkzame pesticide-ingrediënten, beschermstoffen, antioxidanten, chemische stabilisatoren, kleefstoffen, meststoffen, geurstoffen, kleurstoffen, vloeibare dragers, vaste dragers, oppervlakteactieve middelen, kristallisatieremmers, viscositeit-aanpassende middelen, suspendeermiddelen, sproeidruppel-modificerende middelen, pigmenten, schuimmiddelen, lichtblokkerende middelen, compatibiliteitsmiddelen,
BE2018/5460 antischuimmiddelen, sekwestreermiddelen, neutraliseermiddelen en buffers, bevochtigings- en dispergeermiddelen, conserveermiddelen, verdikkingsmiddelen, corrosieremmers, vriespuntverlagers, Odoranten, verspreidingsmiddelen, doordringingshulpmiddelen, micronutriënten, verzachtende middelen, smeermiddelen, kleefmiddelen en bevochtigingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld propyleenglycol. Volgens voorkeursuitvoeringsvormen kan de herbicidesamenstelling ook diverse agrochemisch werkzame verbindingen omvatten, bijvoorbeeld uit de groep van de acariciden, nematiciden, vogelwerende middelen en bodemstructuurverbeteraars.
Niet-beperkende voorbeelden van kleurstoffen zijn onder meer anorganische pigmenten zoals ijzeroxide, titaanoxide en Pruisisch blauw en/of organische kleurstoffen zoals alizarinekleurstoffen, azokleurstoffen en metaalftalocyanine, en spoorelementen zoals ijzer, mangaan, boor, koper, kobalt, molybdeen en zink.
In een voorkeursuitvoeringsvorm, zijn de een of meer aanvullende herbiciden gekozen uit de groep omvattende acetochloor, acifluorfen, aclonifen, acroleïne, AKH7088, alachloor, alloxydim, ametryn, amicarbazon, amidosulfuron, amitrool, ammoniumsulfamaat, anilofos, asulam, atrazine, azafenidine, azimsulfuron, BAS 625 H, beflubutamide, benazoline, benfluraline, benfuresaat, bensulfuron-methyl, bensulide, bentazon, benzobicyclon, benzofenap, bicyclopyron, bifenox, bilanafos, bispyribac-natrium, borax, bromacil, bromobutide, bromoxynil, butachloor, butafenacil, butamifos, butraline, butroxydim, butylaat, cafenstrool, carbetamide, carfentrazon-ethyl, chloramben, chloorbromuron, chloorflurenol-methyl, chloridazon, chlorimuron-ethyl, chloorazijnzuur, chloortoluron, chloorprofam, chloorsulfuron, chlorthal-dimethyl, chloorthiamide, cinidon-ethyl, cinmethyline, cinosulfuron, clethodim, clodinafop-propargyl, clomeprop, clopyralide, cloransulammethyl, cumyluron, cyanazine, cycloaat, cyclosulfamuron, cycloxydim, cyhalofopbutyl, 2,4-D, daimuron, dalapon, dazomet, 2,4-DB, desmedifam, dicamba, dichlobenil, dichloorprop, dichloorprop-P, diclofop-methyl, diclosulam, difenzoquat methylsulfaat, diflufenican, diflufenzopyr, dimefuron, dimepiperaat, dimethachloor, dimethametryn, dimethenamide, dimethipine, dimethylarsinezuur, dinitramine, dinoterb, difenamide, diquatdibromide, dithiopyr, diuron, DNOC, endothal, EPTC, esprocarb, ethalfluraline, ethametsulfuron-methyl, ethofumesaat, ethoxysulfuron, etobenzanide, fenoxaprop-P-ethyl, fentrazamide, fenuron, ijzer(II)sulfaat, flampropM, flazasulfuron, florasulam, fluazifop-butyl, fluazifop-P-butyl, fluazolaat, flucarbazon-natrium, fluchloraline, flufenacet, flumetsulam, flumiclorac-pentyl,
BE2018/5460 flumioxazine, fluometuron, fluoroglycofen-ethyl, flupropanaat, flupyrsulfuronmethyl-natrium, flurenol, fluridon, flurochloridon, fluroxypyr, flurtamon, fluthiacetmethyl, fomesafen, fosamine, glufosinaat-ammonium, glyfosaat, halosulfuronmethyl, haloxyfop, HC-252, hexazinon, imazamethabenz-methyl, imazamox, imazapic, imazapyr, imazaquin, imazethapyr, imazosulfuron, indanofan, iodosulfuron-methyl-natrium, ioxynil, isoproturon, isouron, isoxaben, isoxachlortol, isoxaflutol, lactofen, lenacil, linuron, MCPA, MCPA-thio-ethyl, MCPB, mecoprop, mecoprop-P, mefenacet, mefluidide, mesotrion, metam, metamitron, metazachloor, methabenzthiazuron, methylarsonzuur, methyldymron, methylisothiocyanaat, metobenzuron, metolachloor, S-metolachloor, metosulam, metoxuron, metribuzine, metsulfuron-methyl, MK-616, MKH 6561, molinaat, monolinuron, naproanilide, napropamide, naptalam, neburon, nicosulfuron, nonaanzuur, norflurazon, oliezuur (vetzuren), orbencarb, oryzaline, oxadiargyl, oxadiazon, oxasulfuron, oxaziclomefon, oxyfluorfen, paraquatdichloride, pebulaat, pelargonzuur, pendimethaline, pentachloorfenol, pentanochloor, pentoxazon, aardoliën, fenmedifam, picloram, picolinafen, piperofos, pretilachloor, primisulfuron-methyl, prodiamine, prometon, prometryn, propachloor, propanil, propaquizafop, propazine, profam, propisochloor, propyzamide, prosulfocarb, prosulfuron, pyraflufen-ethyl, pyrazolynaat, pyrazosulfuron-ethyl, pyrasulfotol, pyrazoxyfen, pyribenzoxim, pyributicarb, pyridafol, pyridaat, pyriminobac-methyl, pyrithiobac-natrium, quinclorac, quinmerac, quinoclamine, quizalofop, quizalofop-P, rimsulfuron, sethoxydim, siduron, simazine, simetryn, natriumchloraat, sulcotrion, sulfentrazon, sulfometuron-methyl, sulfosulfuron, zwavelzuur, teeroliën, 2,3,6-TBA, TCA-natrium, tebutam, tebuthiuron, tefuryltrion, tembotrion, tepraloxydim, terbacil, terbumeton, terbuthylazine, terbutryn, thenylchloor, thiazopyr, thifensulfuron-methyl, thiobencarb, tiocarbazil, tolpyralaat, topramezon, tralkoxydim, tri-allaat, triasulfuron, triaziflam, tribenuron-methyl, triclopyr, tri-etazine, trifluraline, triflusulfuron-methyl en vernolaat.
In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de een of meer aanvullende insecticiden gekozen uit de groep omvattende 5-(2-chloorpyrid-5-ylmethyl)-3-methyl-4-nitroiminoperhydro-1,3,5-oxadiazine, 5-(2-chloorthiazool-5-ylmethyl)-3-methyl-4-nitroiminoperhydro-1,3,5-oxadiazine, 3-methyl-4-nitro-imino-5-(1-oxido-3pyridinomethyl)perhydro-1,3,5-oxadiazine, 5-(2-chloor-1-oxido-5-pyridiniomethyl)3-methyl-4-nitro-iminoperhydro-1,3,5-oxidiazine, 3-methyl-5-(2-methylpyrid-5ylmethyl)-4-nitro-iminoperhydro-1,3,5-oxadiazine, thiamethoxam (CAS-nr. 153719-23-4), acetamiprid ((E)-N-[(6-chloor-3-pyridinyl)methyl]-N'-cyano-N12
BE2018/5460 methyleenimidamide, CAS-nr. 135410-20-7), imidacloprid (1-[(6-chloor-3pyridinyl)methyl]-N-nitro-2-imidazolidinimime, CAS-nr. 138261-41-3), nitenpyram (N-[(6-chloor-3-pyridinyl)methyl]-N-ethyl-N'-methyl-2-nitro-1,1-etheendiamine, CAS-nr. 120738-89-8), clothianidine (TI-435; N-[(2-chloor-5-thiazoyl)methyl]-N'methyl-N-nitro-[C(E)]-(9Cl)-guanidine, CAS-nr. 210880-92-5), dinotefuran (Nmethyl-N'-nitro-N-[(tetrahydro-3-furanyl)methyl)]guanidine; CAS-nr. 165252-700), acefaat (CAS-nr. 30560-19-1), chloorpyrifos (CAS-nr. 2921-88-2), chloorpyrifosmethyl (CAS-nr. 5598-13-0), diazinon (CAS-nr. 333-41-5), fenamifos (CAS-nr. 22224-92-6), malathion (CAS-nr. 121-75-5), aldicarb (CAS-nr. 116-06-3), carbaryl (CAS-nr. 63-25-2), carbofuran (CAS-nr. 1563-66-2), oxamyl (CAS-nr. 23135-22-0) en thiodicarb (CAS-nr. 59669-26-0).
In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de een of meer aanvullende fungiciden gekozen uit de groep omvattende ademhalingsremmers gekozen uit de groep omvattende azoxystrobine, dimoxystrobine, enestroburine, fluoxastrobine, kresoxim-methyl, meto-minostrobine, orysastrobine, picoxystrobine, pyraclostrobine, pyrametostrobine, pyraoxystrobine, pyribencarb, trifloxystrobine, methyl(2-chloor-5-[1-(3-methylbenzyl-oxy-imino)-ethyl]benzyl)-carbamaat, 2-(2(3-(2,6-di-chloorfenyl)-1-methyl-allylideen-amino-oxy-methyl)-fenyl)-2methoxyimino-N-methyl-aceetamide, famoxadon, fenamidon, benodanil, bixafen, boscalid, carboxine, fenfuram, fenhexamid, fluopyram, flutolanil, furametpyr, isopyrazam, isotianil, mepronil, oxycarboxine, penflufen, penthiopyrad, sedaxaan, tecloftalam, thifluzamide, tiadinil, 2-amino-4-methyl-thiazool-5-carboxanilide, N(3',4',5'-tri-fluor-bifenyl-2 yl)-3-difluor-methyl-1-methyl-1H-pyrazool-4carboxamide, N-(4'-trifluormethyl-thiobifenyl-2-yl)-3-difluormethyl-1-methyl-1Hpyrazool-4-carboxamide, N-(2-(1,3,3-trimethyl-butyl)-fenyl)-1,3-dimethyl-5-fluor1H-pyrazool-4-carboxamide, cyazofamid, amisulbrom, diflumetorim, binapacryl, dinobuton, dinocap, fluazinam, nitrthal-isopropyl, tecnazeen, ferimzon, fentinezouten, ametoctradine en silthiofam; sterolbiosyntheseremmers (SBIfungiciden) gekozen uit de groep omvattende azaconazool, bitertanol, bromuconazool, cyproconazool, difenoconazool, diniconazool, diniconazool-M, epoxiconazool, fenbuconazool, fluquinconazool, flusilazool, flutriafol, hexaconazool, imibenconazool, ipconazool, metconazool, myclobutanil, paclobutrazool, penconazool, propiconazool, prothioconazool, simeconazool, tebuconazool, tetraconazool, triadimefon, triadimenol, triticonazool, uniconazool, imazalil, pefurazoaat, oxpoconazool, prochloraz, triflumizool, fenarimol, nuarimol, pyrifenox, triforine, aldimorf, dodemorf, dodemorf-acetaat, fenpropimorf, tridemorf,
BE2018/5460 fenpropidine, piperaline, spiroxamine, fenhexamid, benalaxyl, benalaxyl-M, kiralaxyl, metalaxyl, metalaxyl-M (mefenoxam), ofurace, oxadixyl, hymexazol, octhilinon, oxolinezuur, bupirimaat, benomyl, carbendazim, fuberidazool, thiabendazool, thiofanaat-methyl, 5-chloor-7-(4-methyl-piperidine-1-yl)-6-(2,4,6trifluorfenyl)-[1,2,4]triazolo-[1,5a]-pyrimidine, diethofencarb, ethaboxam, pencycuron, fluopicolide, zoxamide, metrafenon, cyprodinil, mepanipyrim, nitrapyrin, pyrimethanil, blasticidine-S, kasugamycine, kasugamycinewaterstofchloride-hydraat, mildiomycine, streptomycine, oxytetracycline, polyoxine, validamycine A, fluoroimid, iprodion, procymidon, vinclozoline, fenpiclonil, fludioxonil, quinoxyfen, edifenfos, iprobenfos, pyrazofos, isoprothiolaan, dicloran, quintozeen, tecnazeen, tolclofos-methyl, bifenyl, chloroneb, etridiazool, dimethomorf, flumorf, mandiproamid, pyrimorf, benthiavalicarb, iprovalicarb, pyribencarb, valifenalaat, N-(1-(1-(4-cyanofenyl)-ethaansulfonyl)-but-2-yl)carbaminezuur-(4-fluorfenyl)ester, propamocarb, propamo-carb-waterstofchloride, Bordeaux-mengsel, koperacetaat, koperhydroxide, koperoxychloride, basisch kopersulfaat, zwavel, ferbam, mancozeb, maneb, metam, methasulfocarb, metiram, propineb, thiram, zineb, ziram, anilazine, chloorthalonil, captafol, captan, folpet, dichlofluanid, dichlorofeen, flusulfamide, hexachloorbenzeen, pentachloorfenol en zouten daarvan, ftalide, tolylfluanide, N-(4-chloor-2-nitro-fenyl)-N-ethyl-4-methylbenzeensulfonamide, guanidine, dodine, dodine vrije base, guazatine, guazatineacetaat, iminoctadine, iminoctadine-triacetaat, iminoctadine-tris(albesilaat), dithianon, validamycine, polyoxine B, pyroquilon, tricyclazool, carpropamide, dicyclomet, fenoxanil, acibenzolar-S-methyl, probenazool, isotianil, tiadinil, prohexadion-calcium, fosetyl, fosetyl-aluminium, fosforzuur en zouten daarvan, bronopol, chinomethionaat, cyflufenamid, cymoxanil, dazomet, debacarb, diclomezine, difenzoquat, difenzoquat-methylsulfaat, difenylamine, flumetover, flusulfamide, flutianil, methasulfocarb, oxine-koper, proquinazid, tebufloquin, tecloftalam, triazoxide, 2-butoxy-6-jood-3-propylchromeen-4-on, N-(cyclopropylmethoxyimino-(6-difluor-methoxy-2,3-difluor-fenyl)-methyl)-2fenylaceetamide, N'-(4-(4-chloor-3-trifluormethyl-fenoxy)-2,5-dimethyl-fenyl)-Nethyl-N-methylformamidine, N'-(4-(4-fluor-3-trifluormethyl-fenoxy)-2,5-dimethylfenyl)-N-ethyl-N-methylformamidine, N'-(2-methyl-5-trifluormethyl-4-(3-trimethylsilanyl-propoxy)-fenyl)-N-ethyl-N-methylformamidine, N'-(5-difluormethyl-2 methyl-4-(3-tri-methylsilanyl-propoxy)-fenyl)-N-ethyl-N-methylformamidine, 2-{1[2-(5-methyl-3-trifluormethyl-pyrazool-1-yl)-acetyl]-piperidine-4-yl}-thiazool-4carbonzuur methyl-(1,2,3,4-tetrahydro-naftaleen-1-yl)-amide, 2-{1-[2-(5-methyl3-trifluormethyl-pyrazool-1-yl)-acetyl]-piperidine-4-yl}-thiazool-4-carbonzuur14
BE2018/5460 methyl-(R)-1,2,3,4-tetrahydro-naftaleen-1-yl-amide, methoxy-azijnzuur-6-tertbutyl-8-fluor-2,3-dimethyl-chinoline-4-yl-ester, N-methyl-2-{1-[(5-methyl-3trifluor-methyl-1H-pyrazool-1-yl)-acetyl]-piperidine-4-yl}-N-[(1R)-1,2,3,4tetrahydro-naftaleen-1-yl]-4-thiazoolcarboxamide, 3-[5-(4-chloorfenyl)-2,3dimethyl-isoxazolidine-3 yl]-pyridine, 3-[5-(4-methyl-fenyl)-2,3-dimethylisoxazolidine-3-yl]-pyridine, 5-amino-2-isopropyl-3-oxo-4-ortho-tolyl-2,3-dihydropyrazool-1-carbo-thiozuur-S-allylester, N-(6-methoxy-pyridine-3yl)cyclopropaancarbonzuuramide, 5-chloor-1-(4,6-dimethoxy-pyrimidine-2-yl)-2methyl-1H-benzo-imidazool, 2-(4-chloorfenyl)-N-[4-(3,4-dimethoxyfenyl)isoxazool-5-yl]-2-prop-2-ynyloxy-aceetamide, abscisinezuur, amidochloor, ancymidol, 6-benzylaminopurine, brassinolide, butraline, chlormequat (chlormequat-chloride), cholinechloride, cyclanilide, daminozide, dikegulac, dimethipine, 2,6-dimethylpuridine, ethefon, flumetraline, flurprimidol, fluthiacet, forchlorfenuron, gibberellinezuur, inabenfide, indool-3-azijnzuur, maleïnehydrazide, mefluidide, mepiquat (mepiquat-chloride), naftaleenazijnzuur, N-6-benzyladenine, paclobutrazol, prohexadion (prohexadion-calcium), prohydrojasmon, thidiazuron, triapenthenol, tributylfosfortrithioaat, 2,3,5-tri-joodbenzoëzuur, trinexapac-ethyl en uniconazool, en antischimmelmiddelen voor biologische bestrijding.
Hoewel samenstellingen omvattende metobromuron en clomazon volgens het eerste aspect van de uitvinding en ook een of meer aanvullende pesticiden zoals herbiciden, insecticiden, fungiciden of andere werkzame pesticide-ingrediënten hierboven zijn beschreven, zal de deskundige op het vakgebied inzien dat de uitvinding verdere meervoudige combinaties omvat die bovengenoemde mengsels omvatten. Om twijfel te voorkomen, zelfs als het hier niet uitdrukkelijk is vermeld, kunnen mengpartners ook in de vorm van eender welk geschikt agrochemisch aanvaardbaar ester of zout zijn, zoals vermeld in bijvoorbeeld The Pesticide Manual, dertiende editie, British Crop Protection Council, 2003.
Geschikte landbouwkundige adjuvanten en dragers die bruikbaar zijn bij het formuleren van de samenstellingen van de uitvinding in de hierboven beschreven formuleringstypen zijn bekend bij de deskundige op het vakgebied. Geschikte voorbeelden van de verschillende klassen zijn te vinden in de niet-beperkende lijsten hieronder.
Vloeibare dragers die gebruikt kunnen worden zijn onder meer water en een of meer oplosmiddelen gekozen uit de groep omvattende tolueen, xyleen, aardolienafta, p15
BE2018/5460 di-ethylbenzeen, isopropylbenzeen, m-xyleen, o-xyleen, p-xyleen; cyclohexaan, hexadecaan, iso-octaan, n-hexaan; paraffineolie, minerale olie, gewasolie; chloorbenzeen, 1,2-dichloorpropaan, 1,1,-trichloorethaan, methyleenchloride, trichloorethyleen, perchloorethyleen; alfa-pineen, d-limoneen; melkzuur en esterderivaten, zoals methyllactaat, ethyllactaat, butyllactaat, 2-ethylhexyllactaat; octadecaanzuur, oliezuur, propionzuur, xyleensulfonzuur en estervormen daarvan; cyclohexanol, diacetonalcohol, di-ethyleenglycol, dipropyleenglycol, 2-ethylhexanol, ethyleenglycol, fenol, polyethyleenglycol (PEG400), propyleenglycol, triethyleenglycol, methanol, ethanol, isopropanol en alcoholen met hoger molecuulgewicht zoals amylalcohol, tetrahydrofurfurylalcohol, hexanol, octanol, ethyleenglycol, propyleenglycol, glycerol, benzylalcohol; aceton, methylethylketon, cyclohexanon, acetofenon, 2-butanon, 2-heptanon, gamma-butyrolacton, glycerol, isoforon, mesityloxide, methylisoamylketon, methylisobutylketon; diethyleenglycolbutylether, di-ethyleenglycolethylether, 1,4-dioxaan, dipropyleenglycolmethylether, propyleenglycolethers (diproxitol), ethyleenglycolbutylether, ethyleenglycolmethylether, methoxypropanol, propyleenglycolmonomethylether; alkylacetaten zoals ethylacetaat, propylacetaat, n-butylacetaat, amylacetaat, isoamylacetaat, isobornylacetaat, octylamineacetaat, glycerolmonoacetaat, glyceroldiacetaat, glyceroltriacetaat, 2-ethylhexylstearaat, methyloleaat, n-butyloleaat, isopropylmyristaat, methyllauraat, methyloctanoaat, di-ethyleenglycolabiëtaat, dipropyleenglycoldibenzoaat, propyleneglycoldioleaat, dioctylsuccinaat, di-butyladipaat, di-octylftalaat, tri-ethylfosfaat, dibasische esters (dimethylglutaraat + dimethylsuccinaat + dimethyladipaat), butylbenzoaat; ethyleencarbonaat, propyleencarbonaat en butyleencarbonaat; di-ethanolamine, laurylamine, n-octylamine, oleylamine; N,N-dimethylalkylamiden zoals N,Ndimethylformamide, N,N-dimethylaceetamide, N,N-dimethyloctaan/decaanamide, N,N-dimethyldecaanamide, N,N-dimethyldodecaanamide, dimethyllactamide; methyl-5-(dimethylamino)-4-methyl-5-oxopentanoaat; alkylpyrrolidinonen, zoals N-methyl-2-pyrrolidinon, N-ethyl-2-pyrrolidinon; dimethylsulfoxide; acetonitril; azijnzuuranhydride; en dergelijke, sojaboonolie, koolzaadolie, zonnebloemzaadolie, maisolie, katoenzaadolie, lijnzaadolie, saffloerolie, olijfolie, pindaolie, ricinusolie, palmolie, kokosolie, sesamolie, tungolie en dergelijke; esters van bovenstaande plantaardige oliën, en dergelijke. Water is in het algemeen de voorkeurdragende drager voor de verdunning van concentraten.
Geschikte vaste dragers zijn onder meer talk, titaandioxide, pyrofyllietklei, silica, kaolienklei, attapulgietklei, kiezelgoer, krijt, diatomeeënaarde, kalk, montmorillonietklei, kalk, calciumcarbonaat, bentonietklei, bleekaarde,
BE2018/5460 katoenzaadschillen, tarwemeel, sojaboonmeel, puimsteen, houtmeel, walnootschillenmeel, lignine, cellulose en dergelijke.
Een breed scala aan oppervlakteactieve middelen wordt voordeligerwijs gebruikt in zowel vloeibare als vaste samenstellingen, met name die welke ontworpen zijn om voorafgaand aan toepassing te worden verdund met drager. Oppervlakteactieve middelen, ook bekend als surfactanten, zijn verbindingen die de oppervlaktespanning (of grensvlakspanning) tussen twee vloeistoffen of tussen een vloeistof en een vaste stof verlagen. Oppervlakteactieve middelen kunnen anionisch, kationisch, niet-ionisch of polymeer van aard zijn en kunnen fungeren als detergentia, bevochtigingsmiddelen, emulgatoren, schuimmiddelen en dispergeermiddelen. Veel organische verbindingen vertonen enige oppervlakteactieve eigenschappen, echter specifiek voor de doelen van de uitvinding kunnen niet-ionische oppervlakteactieve middelen gebruikt worden. De voornaamste daarvan zijn de vetalcoholen, zoals cetylalcohol, stearylalcohol en cetostearylalcohol (hoofdzakelijk bestaande uit cetyl- en stearylalcohol) en oleylalcohol; maar ook polyethyleenglycolalkylethers zoals octaethyleenglycolmonododecylether en pentaethyleenglycolmonododecylether; polypropyleenglycolalkylethers; polyethyleenglycol-polypropyleenglycolalkylethers; glucosidealkylethers zoals decylglucoside, laurylglucoside of octylglucoside; polyethyleenglycoloctylfenylethers; polyethyleenglycolnonylfenylethers; polyethyleenglycoltributylfenylethers; polyethyleenglycoltristyrylfenylethers; polyethyleenglycol-polypropyleenglycoltristyrylfenylethers; glycerolalkylesters zoals glyceryllauraat; polyoxyethyleenglycolsorbitaanalkylesters, zoals polysorbaten; sorbitaanalkylesters, zoals spans; cocamide MEA of DEA; dodecyldimethylamineoxide; blokcopolymeren van polyethyleenglycol en polypropyleenglycol, zoals poloxameren; gepolyethoxyleerde talgamine (POEA); ethoxylaten van plantaardige olie, zoals ricinusolie-ethoxylaten, koolzaadolieethoxylaten, sojaboonolie-ethoxylaten; en dergelijke, zouten van alkylsulfaten, zoals di-ethanolammoniumlaurylsulfaat; alkylarylsulfonaatzouten, zoals calciumdodecylbenzeensulfonaat; zepen, zoals natriumstearaat; alkylnaftaleensulfonaatzouten, zoals natriumdibutylnaftaleensulfonaat; dialkylesters van sulfosuccinaatzouten, zoals natrium-di-(2-ethylhexyl)sulfosuccinaat; zouten van mono- en dialkylfosfaatesters; quaternaire amines, zoals lauryltrimethylammoniumchloride en dergelijke.
BE2018/5460
De samenstellingen kunnen geformuleerd worden met vloeibare en vaste meststoffen, zoals deeltjesvormige meststoffen als ammoniumnitraat, ureum en dergelijke.
In een voorkeurs uitvoeringsvorm omvat de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding tevens een of meer verbindingen die werken om de verenigbaarheid met gewasplanten te verbeteren, gekozen uit de groep omvattende 4-dichlooracetyl-1-oxa-4-aza-spiro[4.5]-decaan (AD-67, MON4660), 1-dichloor-acetyl-hexahydro-3,3,8a-trimethylpyrrolo[1,2-a]-pyrimidine6(2H)-on (dicyclonon, BAS-145138), 4-dichlooracetyl-3,4-dihydro-3-methyl-2H-
1.4- benzoxazine (benoxacor), 1-methyl-hexyl-5-chloor-chinoline-8-oxy-acetaat (cloquintocet-mexyl — vergelijk ook aanverwante verbindingen in EP-A-86750, EPA-94349, EP-A-191736, EP-A-492366), 3-(2-chloor-benzyl)-1-(1-methyl-1-fenylethyl)-ureum (cumyluron), a-(cyanomethoximino)-fenylacetonitril (cyometrinil),
2.4- dichloor-fenoxyazijnzuur (2,4-D), 4-(2,4-dichloor-fenoxy)-boterzuur (2,4-DB),
1- (1-methyl-1-fenyl-ethyl)-3-(4-methyl-fenyl)-ureum (daimuron, dymron), 3,6dichloor-2-methoxy-benzoëzuur (dicamba), S-1-methyl-1-fenyl-ethylpiperidine-1thiocarboxylaat (dimepiperaat), 2,2-dichloor-N-(2-oxo-2-(2-propenylamino)-ethyl)N-(2-propenyl)-aceetamide (DKA-24), 2,2-dichloor-N,N-di-2-propenyl-aceetamide (dichlormid), 4,6-dichloor-2-fenyl-pyrimidine (fenclorim), ethyl-1-(2,4-dichloorfenyl)-5-trichloormethyl-1H-1,2,4-triazool-3-carboxylaat (fenchlorazool-ethyl — vergelijk ook aanverwante verbindingen in EP-A-174562 en EP-A-346620), fenylmethyl-2-chloor-4-trifluormethyl-thiazool-5-carboxylaat (flurazol), 4-chloor-N(1,3-dioxolaan-2-yl-methoxy)-a-trifluoracetofenonoxim (fluxofenim), 3dichlooracetyl-5-(2-furanyl)-2,2-dimethyl-oxazolidine (furilazol, MON-13900), ethyl-4,5-dihydro-5,5-difenyl-3-isoxazoolcarboxylaat (isoxadifen-ethyl — vergelijk ook aanverwante verbindingen in WO-A-95/07897), 1-(ethoxycarbonyl)-ethyl-3,6dichloor-2-methoxybenzoaat (lactidichlor), (4-chloor-o-tolyloxy)-azijnzuur (MCPA),
2- (4-chloor-o-tolyloxy)-propionzuur (mecoprop), di-ethyl-1-(2,4-dichloor-fenyl)-
4.5- dihydro-5-methyl-1H-pyrazool-3,5-dicarboxylaat (mefenpyr-diethyl — vergelijk ook aanverwante verbindingen in WO-A-91/07874), 2-dichloormethyl-2-methyl-1,3dioxolaan (MG-191), 2-propenyl-1-oxa-4-azaspiro[4.5]decaan-4-carbodithioaat (MG-838), 1,8-naftaalzuuranhydride, a-(1,3-dioxolaan-2-yl-methoximino)fenylacetonitril (oxabetrinil), 2,2-dichloor-N-(1,3-dioxolaan-2-yl-methyl)-N-(2propenyl)-aceetamide (PPG-1292), 3-dichlooracetyl-2,2-dimethyl-oxazolidine (R28725), 3-dichlooracetyl-2,2,5-trimethyl-oxazolidine (R-29148), 4-(4-chloor-otolyl)-boterzuur, 4-(4-chloor-fenoxy)-boterzuur, difenylmethoxyazijnzuur, methyl
BE2018/5460 difenylmethoxyacetaat, ethyl-difenyl-methoxyacetaat, methyl-1-(2-chloor-fenyl)-5fenyl-1H-pyrazool-3-carboxylaat, ethyl-1-(2,4-dichloor-fenyl)-5-methyl-1Hpyrazool-3-carboxylaat, ethyl-1-(2,4-dichloor-fenyl)-5-isopropyl-1H-pyrazool-3carboxylaat, ethyl-1-(2,4-dichloor-fenyl)-5-(1,1-dimethyl-ethyl)-1H-pyrazool-3carboxylaat, ethyl-1-(2,4-dichloor-fenyl)-5-fenyl-1H-pyrazool-3-carboxylaat (vergelijk ook aanverwante verbindingen in EP-A-269806 en EP-A-333131), ethyl5-(2,4-dichloor-benzyl)-2-isoxazoline-3-carboxylaat, ethyl-5-fenyl-2-isoxazoline-3carboxylaat, ethyl-5-(4-fluor-fenyl)-5-fenyl-2-isoxazoline-3-carboxylaat (vergelijk ook aanverwante verbindingen in WO-A-91/08202), 1,3-dimethyl-but-1-yl-5-chloorchinoline-8-oxy-acetaat, 4-allyloxy-butyl-5-chloor-chinoline-8-oxy-acetaat, 1allyloxy-prop-2-yl-5-chloor-chinoline-8-oxy-acetaat, methyl-5-chloor-chinoxaline8-oxy-acetaat, ethyl-5-chloor-chinoline-8-oxy-acetaat, allyl-5-chloor-chinoxaline-8oxy-acetaat, 2-oxo-prop-1-yl-5-chloor-chinoline-8-oxy-acetaat, di-ethyl-5-chloorchinoline-8-oxy-malonaat, diallyl-5-chloor-chinoxaline-8-oxy-malonaat, di-ethyl-5chloor-chinoline-8-oxy-malonaat (vergelijk ook aanverwante verbindingen in EP-A582198), 4-carboxy-chromaan-4-yl-azijnzuur (AC-304415, vergelijk EP-A-613618), 4-chloor-fenoxy-azijnzuur, 3,3'-dimethyl-4-methoxy-benzofenon, 1-broom-4chloormethylsulfonyl-benzeen, 1-[4-(N-2-methoxybenzoylsulfamoyl)-fenyl]-3methyl-ureum (ook bekend als N-(2-methoxy-benzoyl)-4-[(methylamino-carbonyl)amino]-benzeensulfonamide), 1-[4-(N-2-methoxybenzoylsulfamoyl)-fenyl]-3,3dimethyl-ureum, 1-[4-(N-4,5-dimethylbenzoylsulfamoyl)-fenyl]-3-methyl-ureum, 1-[4-(N-naftylsulfamoyl)-fenyl]-3,3-dimethyl-ureum en N-(2-methoxy-5-methylbenzoyl)-4-(cyclopropylaminocarbonyl)-benzeensulfonamide.
In een meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding verschaft als een tankmengsel, waarbij metobromuron en clomazon voorafgaand aan gebruik gecombineerd dienen te worden, waarbij het metobromuron aanwezig is in een concentratie van 0,5 tot 60 g/l water, met grotere voorkeur van 0,8 tot 30 g/l water en met nog grotere voorkeur van 1 tot 10 g/l water, en waarbij het clomazon aanwezig is in een concentratie van 0,05 tot 3 g/l water, met grotere voorkeur van 0,08 tot 1,5 g/l water en met nog grotere voorkeur van 0,1 tot 0,5 g/l water. Bij voorkeur worden de concentratiebereiken van metobromuron bereid door middel van het mengen van een suspensieconcentraat van metobromuron met water. Bij voorkeur worden de concentratiebereiken van clomazon bereid door middel van het mengen van een capsulesuspensie van clomazon met water.
BE2018/5460
Een tweede aspect van de onderhavige uitvinding verschaft een kit omvattende een of meer ruimtelijk gescheiden bestanddelen voor gebruik als een herbicidesamenstelling, omvattende als bestanddeel (A) een herbicidewerkzame hoeveelheid metobromuron en als bestanddeel (B) clomazon, welke bestanddelen voor gelijktijdig, afzonderlijk of achtereenvolgend gebruik zijn.
In een voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de onderhavige uitvinding een kit volgens het tweede aspect van de uitvinding, omvattende een of meer ruimtelijk gescheiden bestanddelen volgens de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding.
Een kit volgens uitvoeringsvormen van het tweede aspect van de onderhavige uitvinding maakt het controleren van ongewenste plantengroei op een flexibele en modulaire wijze mogelijk. In het bijzonder bevatten de gebruiksvormen van de kit gelijktijdig, afzonderlijk of achtereenvolgend gebruik van de herbicidebestanddelen.
In uitvoeringsvormen behelst een gebruik van de kit volgens het tweede aspect van de uitvinding afzonderlijke toepassing van de bestanddelen van de kit, of het gebruik van een mengsel van een of meer bestanddelen van de kit, bijvoorbeeld als tankmengsels.
In één uitvoeringsvorm bevat een gebruik van de kit achtereenvolgend gebruik of achtereenvolgend gebruik van verschillende herbicidebestanddelen van de kit. Dit maakt het mogelijk om meerdere bestanddelen voor een verschillende periode te gebruiken, mogelijk meerdere malen. Dientengevolge kunnen bijvoorbeeld een of meer herbicidebestanddelen worden toegepast voor of vlak na opkomst van ongewenste plantengroei, terwijl een of meer andere bestanddelen van de kit pas later na opkomst van ongewenste plantengroei kunnen worden toegepast. Niettemin kan een gebruiker nog altijd een combinatieformulering verschaffen, zoals bijvoorbeeld een gebruiksklare formulering, teneinde de herbicidebestanddelen gezamenlijk toe te passen, ofwel in een voorgeschreven, gewenste of aangepaste gewichtsverhouding.
Het gebruik van een kit volgens het tweede aspect van de onderhavige uitvinding maakt een hoge mate van modulariteit mogelijk. Dit heeft het voordeel dat een gebruiker de toegepaste hoeveelheid, de dosering en/of de samenstelling van een of meer herbicidebestanddelen en/of een combinatieformulering daarvan naar wens
BE2018/5460 kan aanpassen, bijvoorbeeld afhankelijk van de relatieve hoeveelheid van specifieke ongewenste plantengroei.
Een derde aspect van de onderhavige uitvinding verschaft een gebruik van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding voor het controleren van een of meer typen ongewenste plantengroei door middel van het toepassen van de herbicidesamenstelling op de ongewenste plantengroei en/of een leefgebied daarvan.
De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding heeft zeer goede herbicidale eigenschappen en kan wordt gebruikt voor het controleren van ongewenste plantengroei.
De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan bijvoorbeeld worden gebruikt in samenhang met een of meer soorten van de volgende ongewenste plantengroei: een of meer soorten uit de familie Cyperaceae zoals Kyllinga brevifolia Rottb. var. leiolepis, cypergras (Cyperus spp.), waarvan het cypergras bijvoorbeeld notengras (Cyperus rotundus L.), Cyperus difformis L., knolcyperus (Cyperus esculentus L.) en Cyperus microiria Steud. kan zijn, een of meer soorten uit de familie Gramineae zoals Europese hanenpoot (Echinochloa crusgalli L., Echinochloa oryzicola Vasing.), Echinochloa utilis Ohwi et Yabuno, vingergras (Digitaria spp.), waarvan het vingergras bijvoorbeeld Digitaria ciliaris (Retz.) Koel), harig vingergras (Digitaria sanguinalis L.), Digitaria violascens Link of Digitaria horizontalis Willd. kan zijn, groene naaldaar (Setaria viridis L.), Chinese naaldaar (Setaria faberi Herrm.), plat handjesgras (Eleusine indica L.), wilde sorgo (Sorghum halepense (L.) Pers.), handjesgras (Cynodon dactylon (L.) Pers.), wilde haver (Avena fatua L.), straatgras (Poa annua L.), gierst (Panicum spp.), waarvan de gierst bijvoorbeeld Panicum maximum Jacq. of kale gierst (Panicum dichotomiflorum (L.) Michx.) kan zijn, en Brachiaria spp., een of meer soorten uit de familie Scrophulariaceae zoals grote ereprijs (Veronica persica Poir.), veldereprijs (Veronica arvensis L.), samengesteldbloemigen zoals tandzaad (Bidens spp.), waarvan het tandzaad bijvoorbeeld wit tandzaad (Bidens pilosa L.), zwart tandzaad (Bidens frondosa L.), Bidens biternata (Lour.) Merr. et Sherff, of Bidens subalternans DC. kan zijn, gevlamde fijnstraal (Conyza bonariensis (L.) Cronq.), Canadese fijnstraal (Erigeron canadensis L.), paardenbloem (Taraxacum officinale Weber) en late stekelnoot (Xanthium strumarium L.), een of meer soorten uit de familie Caryophyllaceae zoals kluwenhoornbloem (Cerastium glomeratum Thuill.) en
BE2018/5460 vogelmuur (Stellaria media L.), een of meer soorten uit de familie Euphorbiaceae zoals Euphorbia hirta L., Acalypha australis L. en Euphorbia heterophylla L., een of meer soorten uit de familie Plantaginaceae zoals Aziatische weegbree (Plantago asiatica L.), Oxalidaceae zoals gehoornde klaverzuring (Oxalis corniculata L.), Apiaceae zoals bonte waternavel (Hydrocotyle sibthorpioides Lam.), een of meer soorten uit de familie Violaceae zoals viooltje (Viola mandshurica W. Becker); Iridaceae zoals Sisyrinchium rosulatum Bicknell, een of meer soorten uit de familie Geraniaceae zoals Geranium carolinianum L., Labiatae zoals paarse dovenetel (Lamium purpureum L.) en hoenderbeet (Lamium amplexicaule L.), een of meer soorten uit de familie Malvaceae zoals fluweelblad (Abutilon theophrasti MEDIC.) en Sida spinosa L., een of meer soorten uit de familie Convolvulaceae zoals akkerwinde (Convolvulus arvensis L.), een of meer soorten uit de familie Chenopodiaceae zoals melganzenvoet (Chenopodium album L.), een of meer soorten uit de familie Portulacaceae zoals postelein (Portulaca oleracea L.), een of meer soorten uit de familie Amaranthaceae zoals amarant (Amaranthus spp.), waarvan de amarant bijvoorbeeld nerfamarant (Amaranthus blitoides S. Wats.), kleine majer (Amaranthus lividus L.), Amaranthus blitum L., basterdamarant (Amaranthus hybridus L.), Amaranthus patulus Bertol., Amaranthus powellii S.Wats., groene amarant (Amaranthus viridis L.), tweehuizige amarant (Amaranthus palmeri
S.Wats.), papegaaienkruid (Amaranthus retroflexus L.), oeveramarant (Amaranthus tuberculatus (Moq.) Sauer.), Amaranthus tamariscinus Nutt., stekelige amarant (Amaranthus spinosus L.), Amaranthus quitensis Kunth. en Amaranthus rudis Sauer kan zijn, een of meer soorten uit de familie Solanaceae zoals zwarte nachtschade (Solanum nigrum L.), een of meer soorten uit de familie Polygonaceae zoals beklierde duizendknoop (Polygonum lapathifolium L.), Polygonum scabrum MOENCH, Persicaria longiseta en Persicaria nepalensis (Meisn.) H. Gross), een of meer soorten uit de familie Cruciferae zoals bosveldkers (Cardamine flexuosa WITH.), een of meer soorten uit de familie Cucurbitaceae zoals stekelaugurk (Sicyos angulatus L.), een of meer soorten uit de familie Molluginacea zoals Mollugo verticillata L. en een of meer soorten uit de familie Rubiaceae zoals akkerwalstro (Galium spurium var. echinospermon (Wallr.) Hayek) en kleefkruid (Galium aparine L.).
De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan ook worden gebruikt voor uitdroging van aardappelen, bestrijding van zijscheuten bij klimplanten, bestrijding van scheuten bij boomfruit, zacht fruit,
BE2018/5460 olijven en kiwi, uitdroging en ontbladering van katoen en uitdroging van zonnebloem.
Bij voorkeur wordt de herbicidesamenstelling volgens de onderhavige uitvinding vóór de opkomst en/of kort voor of rond de opkomst toegepast. Als de herbicidesamenstelling na de opkomst op de groene delen van de ongewenste plantengroei wordt toegepast, stopt de groei kort na de behandeling evenzeer drastisch en blijft de ongewenste plantengroei in het groeistadium van het tijdstip van toepassing of sterft hij volledig na een bepaalde tijd, zodat woekering van ongewenste plantengroei op deze wijze zeer vroeg en op aanhoudende wijze wordt weggenomen.
In een uitvoeringsvorm kan de herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding worden gebruikt als totaalherbicide voor het controleren van ongewenste plantengroei, bijvoorbeeld in het bijzonder op niet-gewasgrond als paden, pleinen en ook onder bomen en struiken, spoorwegen enzovoort. De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding onderscheidt zich door een werking die een bijzonder snelle aanvang heeft en een lange tijd aanhoudt.
De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan worden bereid door middel van bekende werkwijzen, bijvoorbeeld als gemengde formuleringen of emulgeerbaar-concentraatformuleringen (EC-formuleringen) van de individuele bestanddelen, indien geschikt met verdere werkzame verbindingen, additieven en/of gebruikelijke formuleringshulpstoffen, welke combinaties daarna op een gebruikelijke wijze verdund met water, of als tankmengsels door middel van verdunning van afzonderlijk geformuleerde of ruimtelijk gescheiden geformuleerde bestanddelen met water, worden toegepast. Ook is de tijdelijk vertraagde toepassing van de afzonderlijk geformuleerde of ruimtelijk gescheiden geformuleerde individuele bestanddelen mogelijk. Het is ook mogelijk om metobromuron of clomazon of de herbicidecombinatie toe te passen in een veelvoud aan porties (sequentiële toepassing), bijvoorbeeld door middel van de na-opkomstwerkwijze of vroege na-opkomsttoepassingen gevolgd door middellange of late naopkomsttoepassingen.
Een voorkeurdragende variant van de uitvinding heeft betrekking op werkwijzen voor het controleren van ongewenste plantengroei waar bestanddeel (A) en bestanddeel
BE2018/5460 (B) van de herbicidecombinatie volgens de uitvinding pas kort vóór toepassing op de ongewenste plantengroei en/of het leefgebied daarvan worden gemengd. Volgens de uitvinding betekent 'kort vóór toepassing' dat bestanddeel (A) en bestanddeel (B) bij voorkeur minder dan 6 uur, met grotere voorkeur minder dan 3 uur, en met nog grotere voorkeur minder dan 1 uur vóór toepassing op de ongewenste plantengroei en/of het leefgebied daarvan worden gemengd.
Anders dan dat kunnen het in overeenstemming met het eerste aspect van de onderhavige uitvinding verschafte metobromuron en clomazon samen of afzonderlijk worden omgezet in gebruikelijke formuleringen, zoals oplossingen, emulsies, suspensies, poeders, schuimen, pasta's, granulaten, aerosolen, natuurlijke en synthetische materialen geïmpregneerd met werkzame verbinding en inkapselingen in microcapsules in polymere materialen. De formuleringen kunnen de gebruikelijke hulpstoffen en additieven omvatten.
Deze formuleringen worden op een bekende wijze bereid, bijvoorbeeld door het mengen van de werkzame verbindingen met verdunningsmiddelen, d.w.z. vloeibare oplosmiddelen, vloeibaar gemaakte gassen onder druk en/of vaste dragers, eventueel met gebruikmaking van oppervlakteactieve middelen, d.w.z. emulgatoren en/of dispergeermiddelen en/of schuimvormers.
Als het gebruikte verdunningsmiddel water is, is het ook mogelijk om bijvoorbeeld organische oplosmiddelen als hulpoplosmiddel te gebruiken. Geschikte vloeibare oplosmiddelen zijn in wezen: aromatische stoffen zoals xyleen, tolueen of alkylnaftalenen, gechloreerde aromatische stoffen of gechloreerde alifatische koolwaterstoffen zoals chloorbenzenen, chloorethylenen of methyleenchloride, alifatische koolwaterstoffen zoals cyclohexaan of paraffinen, bijvoorbeeld mineraleoliefracties, minerale en plantaardige oliën, zoals sojaboonolie, alcoholen zoals butanol of glycol en de ethers en esters daarvan, ketonen zoals aceton, methylethylketon, methylisobutylketon of cyclohexanon, sterk polaire oplosmiddelen zoals dimethylformamide of dimethylsulfoxide, en water.
Geschikte vaste dragers zijn onder meer: bijvoorbeeld ammoniumzouten en vermalen natuurlijke mineralen, zoals kaolienen, kleien, talk, krijt, kwarts, attapulgiet, montmorilloniet of diatomeeënaarde, en vermalen synthetische mineralen, zoals fijn verdeeld silica en hydrofoob silica, alumina en silicaten; bruikbare vaste dragers voor granulaten zijn onder meer: bijvoorbeeld vergruisde
BE2018/5460 en gefractioneerde natuurlijke gesteenten, zoals calciet, marmer, puimsteen, sepioliet, dolomiet en synthetische granulaten van anorganische en organische melen, en granulaten van organisch materiaal, zoals zaagsel, kokosnootschillen, maiskolven en tabaksstelen; bruikbare emulgatoren en/of schuimvormers zijn onder meer: bijvoorbeeld niet-ionische en anionische emulgatoren, zoals polyoxyethyleenvetzuuresters, polyoxyethyleenvetalcoholethers, bijvoorbeeld alkylarylpolyglycolethers, alkylsulfonaten, alkylsulfaten, arylsulfonaten en eiwithydrolysaten; bruikbare dispergeermiddelen zijn onder meer: bijvoorbeeld lignosulfietvloeistofafval en methylcellulose.
In de formuleringen is het mogelijk om kleverig makende stoffen zoals carboxymethylcellulose, natuurlijke en synthetische polymeren in de vorm van poeders, granulaten of roosters, zoals Arabische gom, polyvinylalcohol en polyvinylacetaat, of anders natuurlijke fosfolipiden zoals cefalinen en lecithinen en synthetische fosfolipiden te gebruiken. Verdere additieven kunnen minerale en plantaardige oliën zijn.
Het is mogelijk om kleurstoffen, zoals anorganische pigmenten, bijvoorbeeld ijzeroxide, titaanoxide en Pruisisch blauw, en organische kleurstoffen zoals alizarinekleurstoffen, azokleurstoffen en metaalftalocyaninekleurstoffen, en micronutriënten zoals zouten van ijzer, mangaan, boor, koper, kobalt, molybdeen en zink te gebruiken.
Bij voorkeur omvatten de formuleringen tussen 0,1 en 95 gewichtsprocent aan werkzame verbinding, bij voorkeur tussen 0,2 en 90 gewichtsprocent.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding zijn de een of meer typen ongewenste plantengroei gekozen uit een of meer soorten uit een of meer families gekozen uit de groep omvattende Cyperaceae, Gramineae, Scrophulariaceae, Caryophyllaceae, Euphorbiaceae, Plantaginaceae, Violaceae, Geraniaceae, Malvaceae, Convolvulaceae, Chenopodiaceae, Portulacaceae, Amaranthaceae, Solanaceae, Polygonaceae, Cruciferae, Cucurbitaceae, Molluginacea en Rubiaceae.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding wordt de herbicidesamenstelling toegepast op de een of meer typen ongewenste plantengroei kort vóór of rond de opkomst van een of meer
BE2018/5460 gewastypen in de nabijheid van de ongewenste plantengroei, waarbij de herbicidesamenstelling opnieuw wordt toegepast na een gespecificeerd tijdsbestek van 3 dagen tot 10 dagen, met grotere voorkeur 4 tot 8 dagen en met grootste voorkeur 5 tot 7 dagen tot de oogst van de een of meer gewastypen. Bij voorkeur wordt aardappel als gewas gekozen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding wordt de herbicidesamenstelling toegepast door middel van sproeien, sprenkelen, beregenen, spuiten, verspreiden in druppeltjes, bewateren, vernevelen, spatten, dispergeren, diffunderen, breedwerpig verspreiden en/of douchen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding wordt de herbicidesamenstelling toegepast in een doeldosering van 200 tot 2000 g, met grotere voorkeur 300 tot 1800 g, met nog grotere voorkeur 400 tot 1600 g, met nog grotere voorkeur 500 tot 1500 g, met nog grotere voorkeur 800 tot 1400 g, met nog grotere voorkeur 900 tot 1300 g en met grootste voorkeur 950 tot 1250 g metobromuron en van 10 tot 180 g, met grotere voorkeur 15 tot 150 g, met nog grotere voorkeur 20 tot 120 g, met nog grotere voorkeur 25 tot 100 g, met nog grotere voorkeur 30 tot 90 g, met nog grotere voorkeur 35 tot 80 g en met grootste voorkeur 40 tot 75 g clomazon per hectare land. De hoeveelheden metobromuron en clomazon dienen opgevat te worden als hoeveelheden werkzame stof, of met andere woorden als hoeveelheden 100% werkzame verbinding. Binnen de bereiken van doeldosering kan de samenstelling omvattende metobromuron en clomazon worden gebruikt om een betrekkelijk breed spectrum aan ongewenste plantengroei te controleren.
De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan worden gebruikt als zodanig, in de vorm van formuleringen daarvan of in de gebruiksvormen die daaruit zijn bereid door middel van verdere verdunning, zoals gebruiksklare formuleringen, suspensies, emulsies, poeders, pasta's en granulaten. De herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding kan worden toegepast in de vorm van afgewerkte formuleringen. Echter, de werkzame verbindingen in de herbicidesamenstelling kunnen, als individuele formuleringen, ook voorafgaand aan gebruik worden gemengd, d.w.z. in de vorm van tankmengsels of een tankmengsel worden toegepast.
BE2018/5460
In een voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding wordt de herbicidesamenstelling toegepast als een tankmengsel, waarbij metobromuron en clomazon voorafgaand aan gebruik worden gecombineerd.
In een andere voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding wordt de herbicidesamenstelling toegepast als een gebruiksklare formulering.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van het gebruik volgens het derde aspect van de onderhavige uitvinding wordt de herbicidesamenstelling toegepast door metobromuron in een concentratie van 0,5 tot 60 g/l water, met grotere voorkeur van 0,8 tot 30 g/l water en met nog grotere voorkeur van 1 tot 10 g/l water in een doeldosering van 30 tot 600 l, met grotere voorkeur 80 tot 500 l, met nog grotere voorkeur 130 tot 400 l en met grootste voorkeur 150 tot 350 l per hectare land toe te passen en door clomazon in een concentratie van 0,05 tot 3 g/l water, met grotere voorkeur 0,08 tot 1,5 g/l water en met nog grotere voorkeur van 0,1 tot 0,5 g/l water in een doeldosering van 30 tot 600 l, met grotere voorkeur van 80 tot 500 l, met nog grotere voorkeur van 130 tot 400 l en met grootste voorkeur van 150 tot 350 l per hectare land toe te passen. Bij voorkeur worden de concentratiebereiken van metobromuron bereid door middel van het mengen van een suspensieconcentraat van metobromuron met water. Bij voorkeur worden de concentratiebereiken van clomazon bereid door middel van het mengen van een capsulesuspensie van clomazon met water.
De goede herbicidewerking van de herbicidesamenstelling volgens de onderhavige uitvinding kan uit de volgende voorbeelden opgemaakt worden. Hoewel de individuele werkzame verbindingen zwakten in hun herbicidewerking vertonen, vertonen alle combinaties een zeer goede werking op ongewenste plantengroei die een eenvoudige som van werking overstijgt.
Een synergetisch effect in herbiciden is altijd aanwezig wanneer de herbicidewerking van de combinatie van werkzame verbindingen de werking van de individueel toegepaste werkzame verbindingen overstijgt.
De verwachte activiteit van een gegeven combinatie van twee of drie herbiciden kan als volgt worden berekend volgens een rekenmethode van Colby (vgl. COLBY, S. R.:
BE2018/5460
Calculating synergistic and antagonistic responses of herbicide combinations”, Weeds 15, blz. 20-22, 1967):
Als X = % schade door herbicide (A) bij een dosering van m g/ha,
Y = % schade door herbicide (B) bij een dosering van n g/ha,
E = de verwachte schade door herbiciden (A) en (B) bij doseringen van m en n kg/ha, dan geldt voor een combinatie:
E = X + y - (X X Y)/100
Indien de feitelijke schade groter is dan de berekende waarde, dan is de activiteit van de combinatie superadditief, d.w.z. zij vertoont een synergetisch effect. In dit geval moet de feitelijk waargenomen schade groter zijn dan de met bovenstaande formules voor de verwachte schade E berekende waarde.
VOORBEELDEN
De uitvinding wordt verder beschreven aan de hand van het volgende nietbeperkende voorbeeld dat de uitvinding verder illustreert en dat niet is bedoeld, noch dient te worden opgevat, als beperkend voor de reikwijdte van de uitvinding.
VOORBEELDEN 1-6
De herbicidewerking van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding ten aanzien van verschillende typen ongewenste plantengroei werd bepaald. Individuele samenstellingen omvattende metobromuron of clomazon worden vergeleken met een herbicidesamenstelling volgens de uitvinding omvattende metobromuron en clomazon. De verwachte activiteit van de combinatie van de werkzame verbindingen metobromuron en clomazon wordt berekend volgens de hierboven genoemde rekenmethode van Colby, om een synergetisch effect tussen metobromuron en clomazon te evalueren. Indien de feitelijke herbicidewerking groter is dan de berekende waarde, dan is de activiteit van de combinatie superadditief, d.w.z. zij vertoont een synergetisch effect.
De herbicidewerking werd bepaald door herbicidesamenstellingen toe te passen op opgekomen ongewenste plantengroei, kort voor het opkomen van aardappelen op een veld. Metobromuron en clomazon werden toegepast als een tankmengsel door
BE2018/5460 deze werkzame verbindingen voorafgaand aan gebruik te mengen in een sproeitank (voorbeelden 1-3), of werden toegepast als een gebruiksklare formulering (voorbeelden 4-6). Het overeenkomstige mengsel of de overeenkomstige gebruiksklare formulering was in de vorm van een sproeivloeistof en werd gesproeid met gebruikmaking van spleetdoppen. Daarnaast werden sproeivloeistoffen van individuele samenstellingen omvattende metobromuron of clomazon gebruikt. Proefplanten van ongewenste plantengroei met een hoogte van 5 tot 15 cm werden zodanig besproeid met de preparaten van werkzame verbindingen dat bepaalde gewenste hoeveelheden werkzame verbindingen per oppervlakte-eenheid werden toegepast.
Voor voorbeeld 1, waarvan de resultaten hieronder in tabel 1 worden getoond, is de concentratie van de sproeivloeistof zodanig gekozen dat bepaalde gewenste hoeveelheden metobromuron en clomazon aanwezig zijn in een toepassingsvolume van 300 l water/ha. Op 28 tot 49 dagen na toepassing van de sproeivloeistof wordt de mate van schade aan de ongewenste plantengroei bepaald in % van planten van ongewenste plantengroei die gedood werden, wat werd beoordeeld door de planten visueel te controleren. De proeven werden uitgevoerd op proefvelden (veldproeven).
Tabel 1 Proefresultaten van voorbeeld 1, die het herbicidewerkzaam effect (h.e.) tegen verschillende typen ongewenste plantengroei (OPL) laten zien van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding, omvattende metobromuron (MTB) en clomazon (CLZ), genaamd 'MTB + CLZ', vergeleken met herbicidesamenstellingen omvattende MTB of CLZ op zichzelf. Synergetisch effect van 'MTB + CLZ' wordt geëvalueerd door vergelijking met het verwachte h.e. van de combinatie van de werkzame verbindingen berekend volgens de hierboven gegeven rekenmethode van Colby
BE2018/5460
OPL / DNT* MTB (1200 g w.v.**/ha) CLZ (72 g w.v.**/ha) MTB + CLZ (1200 g w.v. MTB/ha + 72 g w.v. CLZ/ha) Colby h.e. (%)
h.e. (%) h.e. (%) h.e. (%)
Convolvolus arvensis / 28 DNT 83 46 99 91
Hibiscus trionum / 28 DNT 81 79 100 96
Setaria viridis / 28 DNT 72 86 99 96
Amaranthus retroflexus / 49 DNT 50 10 70 55
Echinochloa / 29 DNT 35 57 81 72
* DNT = dagen na toepassing; ** w.v. = werkzame verbinding
Voor voorbeeld 2, waarvan de resultaten hieronder in tabel 2 worden getoond, is de 5 concentratie van de sproeivloeistof zodanig gekozen dat bepaalde gewenste hoeveelheden metobromuron en clomazon aanwezig zijn in een toepassingsvolume van 300 l water/ha. Op 42 tot 56 dagen na toepassing van de sproeivloeistof wordt de mate van schade aan de ongewenste plantengroei bepaald in % van planten van ongewenste plantengroei die gedood werden, wat werd beoordeeld door de planten 10 visueel te controleren. De proeven werden uitgevoerd op proefvelden (veldproeven).
Tabel 2 Proefresultaten van voorbeeld 2, die het herbicidewerkzaam effect (h.e.) tegen verschillende typen ongewenste plantengroei (OPL) laten zien van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de 15 onderhavige uitvinding, omvattende metobromuron (MTB) en clomazon (CLZ), genaamd 'MTB + CLZ', vergeleken met herbicidesamenstellingen omvattende MTB of CLZ op zichzelf. Synergetisch effect van 'MTB + CLZ'
BE2018/5460 wordt geëvalueerd door vergelijking met het verwachte h.e. van de combinatie van de werkzame verbindingen berekend volgens de hierboven gegeven rekenmethode van Colby
OPL / MTB MTB CLZ CLZ MTB + CLZ MTB Colby
DNT* (g w.v.** /ha) h.e. (%) (g w.v./ha) h.e. (%) (g w.v. MTB# + g w.v. CLZ4) + CLZ h.e. (%) h.e.(%)
CHEAL4 500 61 45 6 500# + 454 78 63,3
/ 42-56 1000 69 45 6 1000# + 454 81 70,9
DNT 1500 79 45 6 1500# + 454 100 80,3
1000 69 67,5 43 1000# + 99 82,3
1500 79 67,5 43 67,54 100 88,0
500 61 90 53 1500# + 96 81,7
1000 69 90 53 67,54 98 85,4
1500 79 90 53 500# + 904 1000# + 904 1500# + 904 100 90,1
SENVU4 500 18 45 5 500# + 454 80 22,1
4 1000 34 45 5 1000# + 454 88 37,3
/ 42-56 1500 35 45 5 1500# + 454 96 38,3
DNT 500 18 67,5 40 500# + 67,54 68 50,8
1000 34 67,5 40 1000# + 96 60,4
1500 35 67,5 40 67,54 97 61,0
500 18 90 39 1500# + 88 50,0
1000 34 90 39 67,54 95 59,7
1500 35 90 39 500# + 904 1000# + 904 1500# + 904 100 60,4
* DNT = dagen na toepassing; ** w.v. = werkzame verbind ing; 4 CHEAL =
Chenopodium album; 44 SENVU = Senecio vulgaris
Voor voorbeeld 3, waarvan de resultaten hieronder in tabel 3 worden getoond, is de concentratie van de sproeivloeistof zodanig gekozen dat bepaalde gewenste hoeveelheden metobromuron en clomazon aanwezig zijn in een toepassingsvolume 10 van 300 l water/ha. Op 42 tot 56 dagen na toepassing van de sproeivloeistof wordt de mate van schade aan de ongewenste plantengroei bepaald in % van planten van
BE2018/5460 ongewenste plantengroei die gedood werden, wat werd beoordeeld door de planten visueel te controleren. De proeven werden uitgevoerd op proefvelden (veldproeven).
Tabel 3 Proefresultaten van voorbeeld 3, die het herbicidewerkzaam effect (h.e.) tegen verschillende typen ongewenste plantengroei (OPL) laten zien van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding, omvattende metobromuron (MTB) en clomazon (CLZ), genaamd 'MTB + CLZ', vergeleken met herbicidesamenstellingen omvattende MTB of CLZ op zichzelf. Synergetisch effect van 'MTB + CLZ' 10 wordt geëvalueerd door vergelijking met het verwachte h.e. van de combinatie van de werkzame verbindingen berekend volgens de hierboven gegeven rekenmethode van Colby
OPL / MTB MTB CLZ CLZ MTB + CLZ MTB Colby
DNT* (g w.v.** /ha) h.e. (%) (g w.v./ha) h.e. (%) (g w.v. MTB# + g w.v. CLZ+) + CLZ h.e. (%) h.e.(%)
CHEAL* 600 69,3 54 46,7 600# + 54+ 96,7 83,6
/ 42-56 1200 93 54 46,7 1200#+ 54+ 96,7 96,3
DNT 600 69,3 72 56,7 600# + 72+ 91,7 86,7
1200 93 72 56,7 1200# + 72+ 100,0 97,0
600 69,3 90 63,3 600# + 90+ 93,3 88,7
1200 93 90 63,3 1200# + 90+ 98,3 97,4
1800 98,3 90 63,3 1800# + 90+ 100,0 99,4
MERANT 600 10 54 43,3 600# + 54+ 76,7 49,0
/ 42-56 1200 78,3 54 43,3 1200#+ 54+ 97,0 87,7
DNT 1800 91 54 43,3 1800# + 54+ 97,0 94,9
600 10 72 50 600# + 72+ 91,7 55,0
1200 78,3 72 50 1200# + 72+ 96,0 89,2
600 10 90 23,3 600# + 90+ 91,7 31,0
1200 78,3 90 23,3 1200# + 90+ 97,3 83,4
1800 91 90 23,3 1800# + 90+ 100,0 93,1
VERSSTT 600 20 54 43,3 600# + 54+ 76,7 54,6
/ 42-56 1200 35 54 43,3 1200#+ 54+ 80,0 63,1
DNT 600 20 72 60 600# + 72+ 76,7 68,0
1200 35 72 60 1200# + 72+ 86,3 74,0
600 20 90 16,7 600# + 90+ 99,3 33,4
BE2018/5460
1200 35 90 16,7 1200# + 90+ 99,3 45,9
1800 97 90 16,7 1800# + 90+ 100,0 97,5
* DNT = dagen na toepassing; ** w.v. = werkzame verbinding; 4 CHEAL =
Chenopodium album; τ MERAN = Merculiaris annua; ττ VERSS = Veronica sp.
Voor voorbeeld 4, waarvan de resultaten hieronder in tabel 4 worden getoond, is de concentratie van de sproeivloeistof zodanig gekozen dat bepaalde gewenste hoeveelheden metobromuron en clomazon aanwezig zijn in een toepassingsvolume van 300 l water/ha. Op 22 tot 55 dagen na toepassing van de sproeivloeistof wordt de mate van schade aan de ongewenste plantengroei bepaald in % van planten van ongewenste plantengroei die gedood werden, wat werd beoordeeld door de planten visueel te controleren. De proeven werden uitgevoerd op proefvelden (veldproeven).
Tabel 4 Proefresultaten van voorbeeld 4, die het herbicidewerkzaam effect (h.e.) tegen verschillende typen ongewenste plantengroei (OPL) laten zien van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding, omvattende metobromuron (MTB) en clomazon (CLZ), genaamd 'MTB + CLZ', vergeleken met herbicidesamenstellingen omvattende MTB of CLZ op zichzelf. Synergetisch effect van 'MTB + CLZ' wordt geëvalueerd door vergelijking met het verwachte h.e. van de combinatie van de werkzame verbindingen berekend volgens de hierboven gegeven rekenmethode van Colby
OPL / DNT* MTB (400 g w.v.**/ha) CLZ (36 g w.v.**/ha) MTB + CLZ (400 g w.v. MTB/ha + 36 g w.v. CLZ/ha) Colby h.e. (%)
h.e. (%) h.e. (%) h.e. (%)
Convolvolus arvensis / 44 DNT 18 30 78 43
Cypurus / 35 DNT 50 67 85 84
Solanum nigrum / 35 DNT 76 52 100 88
BE2018/5460
Persicaria maculosa / 35 DNT 79 28 91 85
Echinochloa crus galli / 35 DNT 68 63 96 88
Urtica urens / 22 DNT 37 0 62 37
Veronica persica / 55 DNT 25 0 40 25
* DNT = dagen na toepassing; ** w.v. = werkzame verbinding
Voor voorbeeld 5, waarvan de resultaten hieronder in tabel 5 worden getoond, is de concentratie van de sproeivloeistof zodanig gekozen dat bepaalde gewenste hoeveelheden metobromuron en clomazon aanwezig zijn in een toepassingsvolume van 300 l water/ha. Op 25 tot 41 dagen na toepassing van de sproeivloeistof wordt de mate van schade aan de ongewenste plantengroei bepaald in % van planten van ongewenste plantengroei die gedood werden, wat werd beoordeeld door de planten visueel te controleren. De proeven werden uitgevoerd op proefvelden (veldproeven).
Tabel 5 Proefresultaten van voorbeeld 5, die het herbicidewerkzaam effect (h.e.) tegen verschillende typen ongewenste plantengroei (OPL) laten zien van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding, omvattende metobromuron (MTB) en clomazon (CLZ), genaamd 'MTB + CLZ', vergeleken met herbicidesamenstellingen omvattende MTB of CLZ op zichzelf. Synergetisch effect van 'MTB + CLZ' wordt geëvalueerd door vergelijking met het verwachte h.e. van de combinatie van de werkzame verbindingen berekend volgens de hierboven gegeven rekenmethode van Colby
BE2018/5460
OPL / DNT* MTB (1000 g w.v.**/ha) CLZ (90 g w.v.**/ha) MTB + CLZ (1000 g w.v. MTB/ha + 90 g w.v. CLZ/ha) Colby h.e. (%)
h.e. (%) h.e. (%) h.e. (%)
Chenopodium album / 41 DNT 75 28 100 82
Galium aparine / 25 DNT 28 33 68 52
Amaranthus retroflexus / 25 DNT 70 10 93 73
Merculiaris annua / 41 DNT 49 50 85 75
Polygonum aviculare / 38 DNT 66 78 100 93
Solanum physalifolium / 38 DNT 65 61 91 86
Persicaria maculate / 28 DNT 43 80 96 89
* DNT = dagen na toepassing; ** w.v. = werkzame verbinding
Voor voorbeeld 6, waarvan de resultaten hieronder in tabel 6 worden getoond, is de concentratie van de sproeivloeistof zodanig gekozen dat bepaalde gewenste 5 hoeveelheden metobromuron en clomazon aanwezig zijn in een toepassingsvolume van 300 l water/ha. Op 18 tot 42 dagen na toepassing van de sproeivloeistof wordt de mate van schade aan de ongewenste plantengroei bepaald in % van planten van ongewenste plantengroei die gedood werden, wat werd beoordeeld door de planten visueel te controleren. De proeven werden uitgevoerd op proefvelden (veldproeven).
BE2018/5460
Tabel 6 Proefresultaten van voorbeeld 6, die het herbicidewerkzaam effect (h.e.) tegen verschillende typen ongewenste plantengroei (OPL) laten zien van een herbicidesamenstelling volgens het eerste aspect van de 5 onderhavige uitvinding, omvattende metobromuron (MTB) en clomazon (CLZ), genaamd 'MTB + CLZ', vergeleken met herbicidesamenstellingen omvattende MTB of CLZ op zichzelf. Synergetisch effect van 'MTB + CLZ' wordt geëvalueerd door vergelijking met het verwachte h.e. van de combinatie van de werkzame verbindingen berekend volgens de hierboven 10 gegeven rekenmethode van Colby
OPL / DNT* MTB (1200 g w.v.**/ha) CLZ (72 g w.v.**/ha) MTB + CLZ (1200 g w.v. MTB/ha + 72 g w.v. CLZ/ha) Colby h.e. (%)
h.e. (%) h.e. (%) h.e. (%)
Amaranthus retroflexus / 18 DNT 43 77 92 87
Merculiaris annua / 18 DNT 40 60 91 76
Persicaria laphatipholium / 25 DNT 21 34 73 48
Solanum nigrum / 18 DNT 31 66 84 77
Panonicum ulmi / 42 DNT 89 0 97 89
* DNT = dagen na toepassing; ** w.v. = werkzame verbinding
Er worden synergetische werkingen waargenomen voor de herbicidecombinaties van voorbeelden 1-6, zoals getoond in tabellen 1-6. Wanneer de waargenomen 15 synergetische werkingen in aanmerking worden genomen, zal de belasting van het milieu minder zijn wanneer tankmengsels van metobromuron en clomazon of
BE2018/5460 gebruiksklare formuleringen omvattende beide herbiciden worden toegepast, in vergelijking met het toepassen van individuele samenstellingen omvattende slechts een van de herbiciden.

Claims (15)

  1. CONCLUSIES
    1. Een synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende als bestanddeel (A) een herbicidewerkzame hoeveelheid metobromuron en als bestanddeel (B) clomazon, waarbij een gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik tot 1000:1 ligt.
  2. 2. De herbicidesamenstelling volgens conclusie 1, waarbij de gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik tot 100:1 ligt.
  3. 3. De herbicidesamenstelling volgens conclusie 2, waarbij de gewichtsverhouding van bestanddelen (A) en (B) in een bereik van 2:1 tot 38:1 ligt.
  4. 4. De herbicidesamenstelling volgens een van de conclusies 1 tot 3, verder omvattende een of meer aanvullende bestanddelen gekozen uit de groep omvattende andere pesticiden zoals herbiciden, insecticiden, fungiciden, biociden of andere werkzame pesticide-ingrediënten, beschermstoffen, antioxidanten, chemische stabilisatoren, kleefstoffen, meststoffen, geurstoffen, kleurstoffen, vloeibare dragers, vaste dragers, oppervlakteactieve middelen, kristallisatieremmers, viscositeit-aanpassende middelen, suspendeermiddelen, sproeidruppel-modificerende middelen, pigmenten, schuimmiddelen, lichtblokkerende middelen, compatibiliteitsmiddelen, antischuimmiddelen, sekwestreermiddelen, neutraliseermiddelen en buffers, bevochtigings- en dispergeermiddelen, conserveermiddelen, verdikkingsmiddelen, corrosieremmers, vriespuntverlagers, odoranten, verspreidingsmiddelen, doordringingshulpmiddelen, micronutriënten, verzachtende middelen, smeermiddelen, kleefmiddelen en bevochtigingsmiddelen.
  5. 5. Kit omvattende een of meer ruimtelijk gescheiden bestanddelen voor gebruik als een herbicidesamenstelling, omvattende als bestanddeel (A) een herbicidewerkzame hoeveelheid metobromuron en als bestanddeel (B) clomazon, welke bestanddelen voor gelijktijdig, afzonderlijk of achtereenvolgend gebruik zijn.
  6. 6. Kit volgens conclusie 5, omvattende een of meer ruimtelijk gescheiden bestanddelen volgens de herbicidesamenstelling volgens een van de conclusies 1 tot 4.
  7. 7. Gebruik van een herbicidesamenstelling volgens een van de conclusies 1 tot 4 in een hoeveelheid die doeltreffend is voor het controleren van een of meer typen ongewenste plantengroei door middel van het toepassen van de
    BE2018/5460 herbicidesamenstelling op de ongewenste plantengroei en/of een leefgebied daarvan.
  8. 8. Gebruik volgens conclusie 7, waarbij de een of meer typen ongewenste plantengroei zijn gekozen uit een of meer soorten uit een of meer families gekozen uit de groep omvattende Cyperaceae, Gramineae, Scrophulariaceae, Caryophyllaceae, Euphorbiaceae, Plantaginaceae, Violaceae, Geraniaceae, Malvaceae, Convolvulaceae, Chenopodiaceae, Portulacaceae, Amaranthaceae, Solanaceae, Polygonaceae, Cruciferae, Cucurbitaceae, Molluginacea en Rubiaceae.
  9. 9. Gebruik volgens conclusie 7 of 8, waarbij de herbicidesamenstelling wordt toegepast op de een of meer typen ongewenste plantengroei kort vóór of rond de opkomst van een of meer gewastypen in de nabijheid van de ongewenste plantengroei, waarbij de herbicidesamenstelling opnieuw wordt toegepast na een gespecificeerd tijdsbestek van 3 dagen tot 10 dagen tot de oogst van de een of meer gewastypen.
  10. 10. Gebruik volgens conclusie 9, waarbij aardappel als gewas is gekozen.
  11. 11. Gebruik volgens een van de conclusies 7 tot 10, waarbij de herbicidesamenstelling wordt toegepast door middel van sproeien, sprenkelen, beregenen, spuiten, verspreiden in druppeltjes, bewateren, vernevelen, spatten, dispergeren, diffunderen, breedwerpig verspreiden en/of douchen.
  12. 12. Gebruik volgens een van de conclusies 7 tot 11, waarbij de herbicidesamenstelling wordt toegepast in een doeldosering van 200 tot 2000 g metobromuron en 10 tot 180 g clomazon per hectare land.
  13. 13. Gebruik volgens een van de conclusies 7 tot 12, waarbij de herbicidesamenstelling wordt toegepast als een tankmengsel, waarbij metobromuron en clomazon voorafgaand aan gebruik worden gecombineerd.
  14. 14. Gebruik volgens een van de conclusies 7 tot 12, waarbij de herbicidesamenstelling wordt toegepast als een gebruiksklare formulering.
  15. 15. Gebruik volgens een van de conclusies 7 tot 14, waarbij de herbicidesamenstelling wordt toegepast door het toepassen van metobromuron in een concentratie van 0,5 tot 60 g/l water in een doeldosering van 30 tot 600 l per hectare land en door het toepassen van clomazon in een concentratie van 0,05 tot 3 g/l water in een doeldosering van 30 tot 600 l per hectare land.
    SAMENWERKINGSVERDRAG INZAKE OCTROOIEN
BE20185460A 2018-07-02 2018-07-02 Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon BE1026422B1 (nl)

Priority Applications (8)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20185460A BE1026422B1 (nl) 2018-07-02 2018-07-02 Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon
KR1020217002728A KR20210028213A (ko) 2018-07-02 2019-07-01 메토브로뮤론(metobromuron) 및 클로마존(clomazone)을 포함하는 시너지 효과를 갖는 제초제 조성물
JP2020573482A JP2021529788A (ja) 2018-07-02 2019-07-01 メトブロムロンおよびクロマゾンを含む相乗的に有効な除草剤組成物
PCT/EP2019/067636 WO2020007810A1 (en) 2018-07-02 2019-07-01 Synergistically effective herbicide composition comprising metobromuron and clomazone
CA3104961A CA3104961A1 (en) 2018-07-02 2019-07-01 Synergistically effective herbicide composition comprising metobromuron and clomazone
EP19733534.2A EP3817554A1 (en) 2018-07-02 2019-07-01 Synergistically effective herbicide composition comprising metobromuron and clomazone
US17/256,397 US20210267206A1 (en) 2018-07-02 2019-07-01 Synergistically effective herbicide composition comprising metobromuron and clomazone
ZA2021/00377A ZA202100377B (en) 2018-07-02 2021-01-19 Synergistically effective herbicide composition comprising metobromuron and clomazone

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20185460A BE1026422B1 (nl) 2018-07-02 2018-07-02 Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1026422A1 true BE1026422A1 (nl) 2020-01-27
BE1026422B1 BE1026422B1 (nl) 2020-02-03

Family

ID=63713559

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20185460A BE1026422B1 (nl) 2018-07-02 2018-07-02 Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon

Country Status (8)

Country Link
US (1) US20210267206A1 (nl)
EP (1) EP3817554A1 (nl)
JP (1) JP2021529788A (nl)
KR (1) KR20210028213A (nl)
BE (1) BE1026422B1 (nl)
CA (1) CA3104961A1 (nl)
WO (1) WO2020007810A1 (nl)
ZA (1) ZA202100377B (nl)

Family Cites Families (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH398543A (de) 1961-05-06 1966-03-15 Ciba Geigy Verfahren zur Herstellung von Harnstoffderivaten
US3901687A (en) 1973-08-31 1975-08-26 Scott & Sons Co O M Process for the selective control of weeds in kentucky bluegrass
CH649078A5 (de) 1980-01-25 1985-04-30 Reanal Finomvegyszergyar Verfahren zur herstellung von n-mono- oder disubstituierten n-aryl-harnstoff-derivaten.
US4405357A (en) 1980-06-02 1983-09-20 Fmc Corporation Herbicidal 3-isoxazolidinones and hydroxamic acids
MA19709A1 (fr) 1982-02-17 1983-10-01 Ciba Geigy Ag Application de derives de quinoleine a la protection des plantes cultivees .
EP0094349B1 (de) 1982-05-07 1994-04-06 Ciba-Geigy Ag Verwendung von Chinolinderivaten zum Schützen von Kulturpflanzen
DE3525205A1 (de) 1984-09-11 1986-03-20 Hoechst Ag, 6230 Frankfurt Pflanzenschuetzende mittel auf basis von 1,2,4-triazolderivaten sowie neue derivate des 1,2,4-triazols
DE3680212D1 (de) 1985-02-14 1991-08-22 Ciba Geigy Ag Verwendung von chinolinderivaten zum schuetzen von kulturpflanzen.
DE3633840A1 (de) 1986-10-04 1988-04-14 Hoechst Ag Phenylpyrazolcarbonsaeurederivate, ihre herstellung und verwendung als pflanzenwachstumsregulatoren und safener
US4822401A (en) 1988-01-05 1989-04-18 Fmc Corporation Safening of herbicidal clomazone applications with organophosphorus compounds
DE3808896A1 (de) 1988-03-17 1989-09-28 Hoechst Ag Pflanzenschuetzende mittel auf basis von pyrazolcarbonsaeurederivaten
DE3817192A1 (de) 1988-05-20 1989-11-30 Hoechst Ag 1,2,4-triazolderivate enthaltende pflanzenschuetzende mittel sowie neue derivate des 1,2,4-triazols
DE3939010A1 (de) 1989-11-25 1991-05-29 Hoechst Ag Isoxazoline, verfahren zu ihrer herstellung und ihre verwendung als pflanzenschuetzende mittel
DE3939503A1 (de) 1989-11-30 1991-06-06 Hoechst Ag Neue pyrazoline zum schutz von kulturpflanzen gegenueber herbiziden
EP0492366B1 (de) 1990-12-21 1997-03-26 Hoechst Schering AgrEvo GmbH Neue 5-Chlorchinolin-8-oxyalkancarbonsäurederivate, Verfahren zu ihrer Herstellung und ihre Verwendung als Antidots von Herbiziden
TW259690B (nl) 1992-08-01 1995-10-11 Hoechst Ag
US5407897A (en) 1993-03-03 1995-04-18 American Cyanamid Company Method for safening herbicides in crops using substituted benzopyran and tetrahydronaphthalene compounds
DE4331448A1 (de) 1993-09-16 1995-03-23 Hoechst Schering Agrevo Gmbh Substituierte Isoxazoline, Verfahren zu deren Herstellung, diese enthaltende Mittel und deren Verwendung als Safener
US5583090A (en) 1995-06-26 1996-12-10 Monsanto Company Herbicidal microencapsulated clomazone compositions with reduced vapor transfer
GB2515783B (en) 2013-07-03 2018-07-11 Rotam Agrochem Int Co Ltd Process for preparing clomazone, a form and use of the same

Also Published As

Publication number Publication date
BE1026422B1 (nl) 2020-02-03
ZA202100377B (en) 2021-09-29
US20210267206A1 (en) 2021-09-02
JP2021529788A (ja) 2021-11-04
CA3104961A1 (en) 2020-01-09
WO2020007810A1 (en) 2020-01-09
EP3817554A1 (en) 2021-05-12
KR20210028213A (ko) 2021-03-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
RU2235466C2 (ru) Гербицидное средство и способ борьбы с нежелательными растениями на его основе
RU2639885C2 (ru) Гербицидные композиции, содержащие 4-амино-3-хлор-5-фтор-6-(4-хлор-2-фтор-3-метоксифенил)пиридин-2-карбоновую кислоту или ее производное и некоторые ингибиторы ps ii
US7531187B2 (en) Synergistic insecticidal composition containing chloronicotynyle and pyrethroids compounds
RU2489000C2 (ru) Гербицидные композиции и их применение для борьбы с сорняками
JP7454647B2 (ja) 除草剤の組み合わせ
JP2021193085A (ja) 殺有害生物組成物
US20200275652A1 (en) Synergistically Effective Herbicide Composition Comprising Pelargonic Acid and Flazasulfuron
SK287131B6 (sk) Herbicídny prostriedok, spôsob jeho výroby, použitie a spôsob ničenia škodlivých rastlín
MX2012014650A (es) Composicion herbicida.
JP2023533554A (ja) 殺菌・殺カビ性混合物
BE1026422B1 (nl) Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en clomazon
JPWO2014129512A1 (ja) 除草組成物
BE1026451B1 (nl) Synergetisch werkzame herbicidesamenstelling omvattende metobromuron en pyraflufen-ethyl
WO2020025619A1 (en) Synergistically effective herbicide composition comprising pyridate and at least one defined 4-hppd inhibitor
US20230320360A1 (en) Formulations and methods for regulating and stimulating plant growth
RU2803120C2 (ru) Синергетически эффективная гербицидная композиция, содержащая пиридат и мезотрион
UA125170C2 (uk) Спосіб боротьби з блішками сімейства chrysomelidae в культурах brassica
US9872498B2 (en) Process for preparing a novel formulation of rimsulfuron and use of the same
RU2820922C2 (ru) Гербицидная комбинация
US20220225613A1 (en) Synergistically effective fungicide composition comprising choline phosphonate and at least one additional fungicide
US10264790B2 (en) Use of certain herbicide combinations based on iodosulfuron in teff plants
TW202215963A (zh) 增效除草劑組合、組成物及其用途
UA151405U (uk) Спосіб боротьби з небажаним бур&#39;яном
OA19083A (en) Use of certain active ingredient combinations in tuberous root crop plants.
UA114184C2 (uk) Застосування та агрохімічна композиція дибутиламідів карбонової кислоти

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20200203