BE1026032B1

BE1026032B1 - Inrichting voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van een persluchtnetwerk en het kalibreren van een meettoestel daarin gebruikt en werkwijze daarbij toegepast

Info

Publication number: BE1026032B1
Application number: BE20185105A
Authority: BE
Inventors: Bart Talboom
Original assignee: Atlas Copco Airpower Nv
Priority date: 2018-02-20
Filing date: 2018-02-20
Publication date: 2019-09-20
Also published as: EP3756005B1; WO2019162795A1; BE1026032A1; EP3756005A1

Abstract

Inrichting voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht in een aanvoerleiding en het kalibreren van een meettoestel voor het meten van een specifiek type (A, B, C) onzuiverheid in de perslucht, waarbij de inrichting is voorzien van : - een meetleiding (8, 8') aangesloten op de aanvoerleiding (5) met een afsluitkraan om de meetleiding (8, 8') van de aanvoerleiding te kunnen afsluiten; - een voornoemd meettoestel (11) met een inlaat voor gas die is aangesloten op de meetleiding; - middelen voor het leveren van een testgas met een gekende onzuiverheid van de specifieke onzuiverheid (A, B, C), welke middelen via een afsluitkraan (16) op de meetleiding (8, 8') zijn aangesloten om er het testgas doorheen te kunnen leiden; - een sturing (19) voor het sturen van deze afsluitkranen (10, 16) op zodanige manier dat, hetzij perslucht doorheen het meettoestel kan worden gestuurd voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht, hetzij een voornoemd testgas voor de kalibratie van het meettoestel.

Description

Inrichting voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van een persluchtnetwerk een meettoestel daarin gebruikt en het kalibreren van en werkwijze daarbij toegepast.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van een persluchtnetwerk en het kalibreren van een meettoestel daarin gebruikt.

Sommige, toepassingen in de industrie maken gebruik van perslucht die aan hoge kwaliteitseisen moet voldoen op gebied van zuiverheid waarbij meer bepaald slechts een lage concentratie van onzuiverheden vereist is.

Dergelijke kritieke toepassingen zijn typisch bekend uit de sector van de geneesmiddelen, de voedsel- en drankensector, in de elektronica-industrie, bij fabricage van hoogwaardige medische precisiegereedschappen en dergelijke meer.

Meer algemeen kan gesteld worden dat aan perslucht hoge kwaliteitseisen worden gesteld in elke industrietak waar het gebruik van onzuivere lucht een potentieel gevaar inhoudt voor het productieproces of contaminatie van het eindproduct.

Bekend is dat in deze kritieke sectoren geregeld kwaliteitsaudits worden uitgevoerd.

In sommige sectoren blijft er echter, zelfs bij frequente

BE2018/5105 audits, nog een belangrijk potentieel gevaar bestaan, bijvoorbeeld op gebied van aansprakelijkheid in geval producten op de markt terechtkomen die gecontamineerd zijn door het contact met onzuiverheden in de perslucht, of bij een hoog risico dat gecontamineerde producten moeten verschroot worden of teruggenomen worden uit de handel en dergelij ke.

In zulke gevallen dringt zich een continue bewaking op van de kwaliteit van de gebruikte perslucht door het meten van de al of niet aanwezigheid van specifieke onzuiverheden in de lucht.

In dit verband werd norm ISO 8573 in het leven geroepen om op een eenduidige en uniforme manier een kwaliteitsklasse te kunnen bepalen van perslucht door het meten van vaste deeltjes in de perslucht en/of door het meten van het drukdauwpunt als maat voor de aanwezigheid van water in de perslucht en/of door de meting van de aanwezigheid van olie in de vorm van druppels of van damp.

Meettoestellen voor het meten van deeltjes, dauwpunt en de aanwezigheid van olie kunnen worden gevonden in de handel, waarbij deze voornamelijk bedoeld zijn voor het meten in laboratoriumomstandigheden, maar die niet geschikt zijn voor industrieel gebruik zoals bedoeld in de hier beoogde toepassing.

Een van de vereisten in geval van industrieel gebruik is een regelmatige kalibratie van de meettoestellen, wat een uitdaging is in geval de persluchtkwaliteit doorlopend moet

BE2018/5105 gemonitord worden met de meettoestellen.

Een mogelijkheid is dat de meettoestellen geregeld naar de fabrikant of naar een servicecenter moeten teruggestuurd worden voor kalibratie. In dit geval is er een ruime periode gedurende dewelke geen meting van de persluchtkwaliteit kan plaatsvinden, tenzij een vervangtoestel wordt gebruikt tot wanneer het in kalibratie zijnde originele toestel terug is.

Voor deze reden wordt er door sommige leveranciers een omruildienst aangeboden waarbij het toestel dat een kalibratie vereist wordt vervangen door een gekalibreerd ruiltoestel dat dan in dienst kan blijven tot wanneer zich een kalibratie van dit ruiltoestel opdringt.

Tussentijds wordt het te kalibreren meettoestel naar de leverancier verzonden en, wanneer het gekalibreerd terugkeert, in een magazijn van wisseltoestellen ondergebracht.

Andere fabrikanten of serviceverleners hebben een dienst in het leven geroepen om op de plaats van het persluchtnetwerk in situ een kalibratie te kunnen uitvoeren waarbij een technicus ter plaatse wordt gezonden om een kalibratie uit te voeren. Voor dauwpunt en olie wordt deze kalibratie uitgevoerd met testgassen met een gekende onzuiverheidsgraad om de vereiste nauwkeurigheid van het meettoestel te bevestigen of om het toestel bij te regelen indien nodig.

BE2018/5105

Deze testgassen of zogenaamde kalibratiegassen of span gasses in het Engels, zijn gassen met een nauwkeurig gekende concentratie van een bepaalde onzuiverheid waarvoor het te kalibreren meettoestel bedoeld is en waarvan de concentratie in de buurt ligt van het maximum bereik van het te kalibreren meettoestel of bevatten ook een zogenaamd zerogas zonder enige vervuiling erin. '

Deze testgassen worden in gasflessen geleverd met een certificaat om er zeker van te zijn dat de gecertifieerde onzuiverheid juist binnen een vooropgestelde nauwkeurigheid.

Voor meting van vaste deeltjes kan geen homogeen mengsel van deeltjes in lucht bekomen worden. Om die reden wordt voor deeltj esmetingen gewerkt met een oplossing van vaste deeltjes in vloeistof. Deze vloeistof wordt verstoven, verdampt en vervolgens als homogeen gas-deeltjesmengsel aan de deeltjesteller aangeboden tijdens het kalibratieproces. In de verdere uitleg wordt geen onderscheid gemaakt tussen een testgas dat in flessen wordt toegevoerd of een testgas dat wordt bekomen het verstuiven en verdampen van een testvloeistof.

Een nadeel is dat zulke diensten ter plaatse duur zijn, aangezien een technicus ter plaatse moet worden gestuurd, toegang moet krijgen tot het persluchtnetwerk, het nodige materiaal moet opstellen en dergelijke. In vele gevallen is de extra kost van de verplaatsingen en voor de handelingen buiten het kalibreren veel groter dan de kost voor de kalibratie zelf.

BE2018/5105

De huidige uitvinding heeft tot doel aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.

Hiertoe betreft de uitvinding een inrichting voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht in een aanvoerleiding van een persluchtnetwerk en het kalibreren van een meettoestel daarvoor toegepast, meer bepaald een meettoestel voor het meten van de hoeveelheid van een

specifiek type onzuiverheid	in	de	perslucht,	waarbij	de
inrichting is voorzien	van :
- een meetleiding die	bedoeld	is	om	op de	aanvoerleiding	te
worden aangesloten en	die voorzien	is van	een	afsluitkraan

om de meetleiding van de aanvoerleiding te kunnen afsluiten;

- een voornoemd meettoestel met een inlaat voor gas die is aangesloten op de meetleiding en een afblaas;

- middelen voor het leveren van een debiet testgas met een gekende onzuiverheid, meer bepaald met een gekende concentratie of aantal deeltjes van de specifieke onzuiverheid, welke middelen via een stuurbare afsluitkraan (15) op de meetleiding (8, 8') zijn aangesloten om er het testgas doorheen te kunnen leiden;

- een sturing (19) waarmee de voornoemde afsluitkranen (10, 16) zijn verbonden voor het sturen van deze af sluit kranen (10, 16) op zodanige manier dat, hetzij perslucht doorheen het meettoestel kan worden gestuurd voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht, hetzij een voornoemd testgas doorheen het meettoestel kan worden gestuurd voor de kalibratie van het meettoestel.

BE2018/5105

Door dus de middelen voor het leveren van testgassen, zij het in de vorm van gasflessen met testgassen of in de vorm van een testvloeistof met verstuiver en verdamper, te integreren in de inrichting en de nodige afsluitkranen en sturing te voorzien om periodiek, of indien nodig geacht, een kalibratiecyclus uit te voeren met één of meer testgassen, kan het hele kalibratieproces volledig worden geautomatiseerd voor één of meer meettoestellen met een minimum aan tijdsverlies voor het doorlopend bewaken van de persluchtkwaliteit ten gevolge van de onbeschikbaarheid van één of meer meettoestellen.

De inrichting is makkelijk te installeren in elk bestaand persluchtnetwerk door de meetleiding aan te sluiten op een aanvoerleiding van de te bewaken perslucht van het persluchtnetwerk.

De sturing is bij voorkeur zodanig geprogrammeerd dat voor elke meting met een testgas de meetleiding eerst wordt gespoeld met een hoeveelheid zerogas en dan met een hoeveelheid van het betreffende testgas die erdoorheen worden geleid alvorens de meetleiding af te sluiten voor het uitvoeren van de kalibratie.

Door het spoelen is men ervan verzekerd dat er geen residuele onzuiverheden in de meetleiding overblijven van het testgas waarmee een vorige kalibratie werd uitgevoerd of van de te bewaken perslucht die er voordien doorheen werd geleid.

BE2018/5105

Praktisch gezien geniet het de voorkeur dat de inrichting middelen bevat om voor elke kalibratiemeting een gedoseerde hoeveelheid testgas naar de meetleiding door te laten.

Aldus weet men aan de hand van de inhoud van een nieuwe gasfles exact hoeveel kalibraties ermee kunnen worden uitgevoerd alvorens de gasfles leeg is en voorkomt ook verspilling van het dure testgas.

Volgens een voorkeurdragend kenmerk is de inrichting uitgerust met meerdere meettoestellen die aangesloten zijn op de meetleiding, waarbij elk meettoestel is bedoeld voor de meting van de concentratie van een specifiek type onzuiverheid, waaronder bijvoorbeeld minstens één van van de volgende meettoestellen of een combinatie ervan :

Met

— een meettoestel	voor	het	meten	van	de
concentratie vaste deeltjes	f
— een meettoestel	voor	het	meten	van	de
vochtigheid, bijvoorbeeld	in	de vorm	van	een
toestel om het drukdauwpunt	te	meten ;
- een meettoestel	voor	het	meten	van	de
concentratie aan	olie, zij	het	in vloeibare	vorm
of in dampvorm.
dergelijke inrichting	volgens	de	uitvinding	is	het

meetresultaten van de basis van de continue mogelijk om op gekalibreerde meettoestellen automatisch een kwaliteitsklasse aan de perslucht toe te kennen die bijvoorbeeld gebaseerd is op de toepassing van de norm

ISO

BE2018/5105

Door de inrichting te koppelen aan een monitoringssysteem voor het collecteren en bijhouden van de meetgegevens en van de kalibratiegegevens van ieder meettoestel en van andere gegevens zoals bijvoorbeeld het lotnummer van de gebruikte en van de in gebruik zijnde gasflessen en zoals druk en temperatuur kan deze te allen tijde geconsulteerd worden en kunnen er ook automatisch kwaliteitsattesten mee gegenereerd worden waarvoor anders beroep moet worden gedaan op de diensten van derden.

Het monitoringssysteem kan de data bijvoorbeeld ter beschikking stellen van de gebruiker en van de leverancier van het persluchtnetwerk via een clouddienst, zodat de kwaliteit van de geleverde perslucht gegarandeerd is, inclusief het genereren van de nodige certificaten zonder dat daarvoor om de zoveel maanden ter plaatse moet worden gegaan om een kalibratie uit te voeren. Een bezoek ter plaatse om de zoveel jaar zou voldoende moeten zijn.

Ook op gebied van bewijs van aansprakelijkheden is het nuttig om de gegevens van het verleden te kunnen traceren.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een persluchtnetwerk dat een inrichting volgens de uitvinding bevat voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van het persluchtnetwerk en voor het automatisch kalibreren van een meettoestel daarbij toegepast.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van een persluchtnetwerk, gebruikmakend van minstens één

BE2018/5105 meettoestel voor het meten van de concentratie van een specifieke onzuiverheid en voor het periodiek kalibreren van het gebruikte meettoestel aangesloten op een meetleiding, daardoor gekenmerkt dat de werkwijze de volgende stappen bevat:

- tijdens de periodes van bewaking van de kwaliteit van de perslucht, het via de meetleiding aftakken van een debiet van de te bewaken perslucht om deze doorheen het meettoestel te leiden en het continu of periodiek meten van de concentratie van de betreffende onzuiverheid in de te bewaken perslucht;

- tijdens de periodes van het periodiek kalibreren van het gebruikte meettoestel het isoleren van de meetleiding met het meettoestel van de persluchtinstallatie en het uitvoeren van de volgende stappen:

• het voorzien van een testgas met een gekende concentratie waarvoor het voorzien van van de specifieke onzuiverheid meettoestel is voorzien en het een debiet testgas dat via de meetleiding doorheen het te kalibreren meettoestel wordt geleid;

• het meten van de concentratie van dit testgas en het bepalen van de afwijking van de gemeten waarde ten opzichte van de gekende waarde van het betreffende testgas;

• het desgevallend corrigeren van de meetwaarde van het meettoestel in functie van de vastgestelde afwijkingen en/of het bijhouden van de kalibratiegegevens in een monitoringssysteem.

BE2018/5105

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een inrichting volgens de uitvinding voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van een persluchtnetwerk en het kalibreren van een meettoestel

daarin gebruikt verwijzing naar	en de	van een werkwijze daarbij toegepast,	met
bij gaande	tekeningen, waarin:
figuur 1	schematisch	een inrichting volgens	de
uitvinding		weergeeft	geïntegreerd in	een

persluchtnetwerk;

figuur 2 een flowdiagram weergeeft van een werkwijze volgens de uitvinding;

de figuren 3 en 4 elk een variante weergeven van een inrichting volgens de uitvinding.

Het in figuur 1 weergegeven persluchtnetwerk 1 bevat zoals

gebruikelij k	een	compressor 2	met	een inlaat 3	en een
uitlaat 4 en	een	daarop aangesloten	aanvoerleiding	5 voor
het leveren	van	perslucht aan	een	verbruikersnet	6 met

specifieke kwaliteitseisen van de geleverde perslucht.

Het persluchtnetwerk 1 bevat een inrichting 7 volgens de uitvinding voor het permanent of periodiek bewaken van de kwaliteit van de geleverde perslucht.

Hiertoe bevat de inrichting 7 een meetleiding 8 met een ingang 9 die in een aftakpunt is aangesloten op de voornoemde aanvoerleiding 5 om een lekdebiet van de te bewaken perslucht af tetakken en die daartoe voorzien is

BE2018/5105 van middelen om het afgetakte debiet te beperken of te controleren, bijvoorbeeld middelen 9' in de vorm van een gekalibreerde doorgang.

De meetleiding 8 is tevens voorzien van een gestuurde afsluitkraan 10 stroomafwaarts van zijn ingang 9, waarmee

de meetleiding	8	kan	worden	afgesloten	van	de
aanvoerleiding 5.

In de meetleiding 8 is stroomafwaarts van de afsluitkraan 10 een meettoestel 11 opgenomen, althans de sensor van zulk meettoestel 11, met een inlaat 12 en een afblaas 13 die tevens een uitlaat vormt van de meetleiding 8 die, in het geval van de figuren, uitmondt in de omgeving.

Het meettoestel 11 is bedoeld voor het meten van de concentratie van een specifieke onzuiverheid die in de perslucht aanwezig zou zijn die via de meetleiding 8 doorheen het meettoestel 11 wordt geleid om er de kwaliteit continu of periodiek van te bewaken.

De sensor van het meettoestel is niet apart weergegeven maar vormt een onderdeel van het meettoestel 11.

Het meettoestel 11 is bijvoorbeeld een meettoestel voor de meting van het aantal vaste deeltjes of voor de meting van het drukdauwpunt met betrekking tot de vochtigheid van de perslucht of voor de meting van de concentratie olie in druppelvorm of in dampvorm.

BE2018/5105

De gemeten waarden kunnen toelaten om aan de geleverde perslucht een kwaliteitsklasse toe te kennen, bijvoorbeeld op basis van de TSO norm 8573.

De kwaliteitsklasse in ISO 8573 wordt uitgedrukt als ISO8573 [A:B:C], waarin A de klasse preciseert van het maximum aantal vaste deeltjes per volume-eenheid in functie van de deeltjesgrootte, B de klasse preciseert met betrekking tot het drukdauwpunt en dus met betrekking tot 10 de vochtigheid en C de klasse preciseert voor de olieconcentratie in de perslucht.

De waarde van A, B en C wordt uitgedrukt met een getal waarvan de waarde des te kleiner is dat de kwaliteit van de 15 perslucht beter is.

Naargelang welke industriële toepassing van de perslucht die wordt beoogd, worden niet alle drie de waarden A, B en C geëvalueerd, maar kan het volstaan dat slechts één of 20 twee waarden de kwaliteit van de perslucht bepalen voor die toepassing.

.De inrichting 7 volgens de uitvinding bevat verder in het weergegeven voorbeeld van figuur 1 middelen 14 om een 25 debiet van een bepaald testgas te kunnen leveren, respectievelij k:

“ middelen 14o voor het leveren van een testgas in de vorm van een zogenaamd zuiver zerogas dat vrij is van onzuiverheden van het type A waarvoor het meettoestel 11 is bedoeld, in het bijzonder vrij is van elke onzuiverheid van elk type A, B en C zoals

BE2018/5105 bepaald in de ISO norm 8573; en,

middelen 14a	voor het	leveren van	een	on zuiver
testgas met	een gekende	concentratie	van	het type
onzuiverheid	A, meer bepaald in de vorm	van vaste
deeltjes.

Voor de duidelijkheid wordt verondersteld dat het meettoestel van figuur 1 bedoeld is om onzuiverheden A in de vorm van vaste deeltjes te meten.

In het weergegeven voorbeeld van figuur 1 worden de middelen 14o en 14a gevormd door een gasfles 15, respectievelijk 15o en 15a, gevuld met het betreffende testgas, die via een afsluitkraan 16, respectievelijk 16o en 16a, en een leiding 17 is aangesloten op de meetleiding, meer bepaald in een punt tussen de afsluitkraan 10 en het meettoestel 11 om een debiet van dit testgas doorheen het meettoestel 11 te kunnen leiden bij een gesloten afsluitkraan 10.

De middelen 14 kunnen verder voorzien zijn van middelen 18, respectievelijk 18o en 18a, om het geleverde debiet testgas te kunnen controleren, bijvoorbeeld in de vorm van een debietregelaar, een gekalibreerde doorgang of ieder ander daarvoor geschikt alternatief.

In plaats van een gasfles 15 gevuld met testgas kan bijvoorbeeld ook gebruik gemaakt worden van een recipiënt met een testvloeistof gecombineerd met een verdamper om de testvloeistof te een verstuiver of verstuiven of te verdampen in een geleverd debiet zerogas.

BE2018/5105

De inrichting 7 bevat verder een sturing 19 waarmee de voornoemde afsluitkranen 10 en 16 zijn verbonden voor het automatisch sturen van deze afsluitkranen 10 en 16, waarbij de sturing zodanig is geprogrammeerd dat:

• tijdens de periodes van bewaking van de kwaliteit van de perslucht, de meetleiding 8 door de sturing van de afsluitkranen 10 wordt opengesteld bij gesloten afsluitkranen 16 om de te bewaken perslucht doorheen het meettoestel 11 te laten stromen voor het continu of periodiek meten van de zuiverheid van de perslucht met gesloten afsluitkranen 16 ; of, • tijdens een kalibratie van het meettoestel 11, de meetleiding 8 selectief en afwisselend te voorzien van een testgas uit één van de gasflessen 15o of 15a om na te gaan of er een afwijking is tussen de gemeten waarde met het meettoestel 11 en de gekende waarde van de concentratie van de onzuiverheid A van het zerogas 0 of van het testgas.

Het meettoestel 11 is er bij voorkeur een waarvan het meetresultaat voor redenen van kalibratie corrigeerbaar is en is de sturing 19 zo geprogrammeerd dat zij de meetresultaten van het meettoestel 11 kan corrigeren in functie van een vastgestelde afwijking van het meetresultaat ten opzichte van de gekende waarde van de concentratie van de onzuiverheid A in het gemeten testgas.

Het meettoestel 11 dient in dat geval in staat te zijn om in twee richtingen te communiceren met de sturing 19,

BE2018/5105 namelijk in één richting voor het uitlezen van de meetresultaten en in de andere richting om deze meetwaarden te kunnen corrigeren voor kalibratiedoeleinden.

De inrichting 7 is verder voorzien van doseermiddelen 20 om voor elke kalibratiemeting een gedoseerde hoeveelheid testgas naar de meetleiding 8 door te laten, bijvoorbeeld in de vorm van een debietmeter 21 in combinatie met de sturing 19 die daartoe geprogrammeerd is om de afsluitkraan 16 van een betreffende gasfles 15 met testgas gedoseerd te openen en te sluiten.

Alternatief kan dit ook worden gerealiseerd door een drukmeting van het testgas met een drukmeter 21 ' of ieder ander alternatief.

Een temperatuurmeter 22 laat toe van de temperatuur van het testgas te bepalen, aangezien deze ook een invloed kan hebben op de dosering van het testgas.

De inrichting 7 bevat verder een monitoringssysteem 23 met een data-acquisitiesysteem 24 voor het collecteren en bijhouden van de meetgegevens en kalibratiegegevens van het meettoestel 11.

Het data-acquisitiesysteem 24 kan deel uitmaken van het managementsysteem 25 van de gebruiker voor permanente toegang tot de opgeslagen data of kan deel uitmaken van een clouddienst.

BE2018/5105

In het monitoringssysteem 23 worden tevens de gegevens bijgehouden aangaande de gebruikte en in gebruik zijnde testgasflessen, bijvoorbeeld met hun lotnummer en de periode dat zij in gebruik geweest zijn, dit in het kader van de vereiste traceerbaarheid.

De gegevens van het monitoringssysteem 23 kunnen te allen tijde geconsulteerd worden door de gebruiker van het persluchtnet of door de leverancier van dit persluchtnetwerk of door iedere derde die daartoe de machtiging krijgt.

Het gebruik van de hiervoor beschreven inrichting 7 volgens de uitvinding is eenvoudig en volgt.

Voor de bewaking van de perslucht van het persluchtnetwerk 1 wordt de afsluitkraan 10 opengesteld terwijl de afsluitkranen 16 gesloten zijn, een en ander om een lekdebiet van de te bewaken perslucht doorheen het meettoestel 11 te laten stromen, welk lekdebiet in de vrije atmosfeer wordt afgeblazen.

Het meettoestel 11 wordt dan gebruikt om permanent of periodiek de concentratie aan onzuiverheid A in de perslucht te meten en te registreren.

Op basis van de meetresultaten kan een kwaliteitsklasse worden toegekend, bijvoorbeeld gebaseerd op de norm ISO 8573. .

BE2018/5105

In dit geval wordt bijvoorbeeld enkel het aantal vaste deeltjes gemeten en zal de kwaliteitsklasse enkel in functie hiervan worden bepaald als klasse ISO8573 [A:-.

De sturing 19 is zo geprogrammeerd dat automatisch periodiek een kalibratie van het meettoestel 11 wordt uitgevoerd.

In dat geval wordt de afsluitkraan 10 aan de ingang 9 van de meetleiding 8 gesloten zodat de meetleiding van het persluchtnetwerk 1 is geïsoleerd.

Vervolgens wordt de meetleiding gespoeld met een gedoseerde hoeveelheid zerogas, waartoe de afsluitkraan 16o wordt opengezet gedurende een bepaalde tijd. Het zerogas stroomt dan door het meettoestel 11 en wordt in de vrije atmosfeer afgeblazen.

Er wordt dan een kalibratiemeting uitgevoerd met het meettoestel 11.

Indien het meettoestel 11 correct werkt, zou het meetresultaat moeten aangeven dat er geen vaste deeltjes worden gemeten, aangezien geweten is dat het zerogas gegarandeerd geen vaste deeltjes bevat.

Indien het meetresultaat hiervan afwijkt, kan het meettoestel 11 gecorrigeerd worden om een meetwaarde nul te bekomen, tenminste indien het meettoestel daartoe geschikt is. De gemeten afwijking en de toegepaste correctie worden geregistreerd.

BE2018/5105

Vervolgens wordt een kalibratie uitgevoerd met het testgas A en dit op de volgende manier.

Eerst wordt de afsluitkraan 16a opengezet om de meetleiding 8 te spoelen met testgas A om er zeker van te zijn dat er geen zerogas meer in de meetleiding 8 aanwezig is.

Vervolgens wordt een meting uitgevoerd met het testtoestel 11 waarvan het resultaat bij een correcte werking van het meettoestel 11, een waarde zou moeten aangeven overeenstemmend met het gekende aantal vaste deeltjes van het testgas A.

Indien er een afwijking wordt vastgesteld wordt het meettoestel 11 bijgesteld indien daartoe uitgerust.

De meetresultaten en mogelijke correcties worden geregistreerd om de kalibratie af te ronden.

Vervolgens kan terug op de normale werking worden overgeschakeld door de afsluitkraan 16a terug te sluiten en de kraan 10 van de meetleiding 8 open te stellen om de perslucht opnieuw doorheen de meetleiding 8 te sturen om op continue of periodieke wijze de concentratie vaste deeltjes te meten die in de perslucht aanwezig zijn.

De metingen worden pas gestart wanneer er voldoende perslucht doorheen de meetleiding is gestroomd om er zeker van te zijn dat het testgas van een vorige kalibratiemeting volledig uit de meetleiding 8 is weggespoeld om een stabiele meting te kunnen garanderen. Het uitstel van het herstarten van de bewaking is afhankelijk van de

BE2018/5105 uitvoeringswijze van de inrichting l_r 'onder andere van de diameter en lengte van de leidingen tussen de gasflessen 15

en het meettoestel 11,	van	het	debiet	van een testgas naar
het meettoestel 11, het	debiet	van	de	te bewaken perslucht
en dergelijke.
Het monitoringssysteem	23	kan	er	op	voorzien zijn om op

basis van alle meetgegevens, kalibratiegegevens zoals afwijkingen en correcties en gegevens met betrekking tot de traceerbaarheid van de gebruikte testgassen een kwaliteitscertificaat te genereren. Dit laat toe om een integraal kwaliteitsbeleid er op na te streven.

In figuur 2 is schematisch het flowdiagram weergegeven van de hierboven beschreven werkwijze, met de volgende stappen:

- in stap 100 nagaan of er een periodieke kalibratie nodig is of niet;

- indien in stap 100 geen kalibratie nodig is, het voortzetten van de bewaking 100 met de volgende stappen :

o stap 200: het sturen van een debiet te bewaken perslucht doorheen het meettoestel 11;

o stap 201: het meten van de onzuiverheid A;

o stap 202: het registreren van het meetresultaat ;

- indien in stap 100 wel een kalibratie nodig is, het uitvoeren van een kalibratiecyclus met de volgende stappen :

o stap 300: het isoleren van het meettoestel 11 van het persluchtnetwerk;

BE2018/5105 o stap 301: het sturen van een debiet testgas doorheen het meettoestel;

o stap 302: het uitvoeren van een meting met het testtoestel 11;

- stap 303: het vaststellen of er een afwijking is tussen de gemeten onzuiverheid en de gekende

onzuiverheid van	het testgas;
o indien in	stap 303 een	afwij king	wordt
vastgesteld,	het eventueel	bijregelen van het
meettoestel	in stap 304;
stap 305:	het registreren van	de

kalibrat iegegevens;

stap 306: eventueel de stappen 302 tot en met 305 herhalen met een ander testgas en in dit geval het spoelen van het meettoestel 11 met zerogas;

stap 307: het genereren van een kwaliteitscertificaat en het terugkeren naar stap 100 .

In figuur 3 is een variante uitvoeringsvorm weergegeven van de inrichting volgens de uitvinding, die verschilt van de inrichting van figuur 1 in dat zij voorzien is van middelen om in stap 203 een alarmsignaal te genereren, zij het bijvoorbeeld visueel of akoestisch, wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten van een voornoemd meettoestel 11 een ingestelde drempelwaarde bereiken of overschrijden.

Verder is het persluchtnetwerk 1 van figuur stroomafwaarts van de meetleiding 8 bijkomend voorzien van

BE2018/5105 een zuiveringsapparaat 29 waarmee onzuiverheden uit de perslucht kunnen worden tegengehouden en dat kan ingeschakeld of ingesteld worden in het geval zich een alarmsituatie voordoet. Dit wordt bij voorkeur automatisch geïnitieerd door de sturing 19 wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten een ingestelde waarde bereiken of overschrijden.

Het zuiveringsapparaat 29 is bijvoorbeeld een filter of een droger die in een bypassleiding 30 van de aanvoerleiding 5 is opgenomen en die door de sturing 19 automatisch kan worden ingeschakeld door een bypasskraan 31 in de aanvoerleiding 5 dicht te sturen.

De inrichting 1 van figuur 3 is in de aanvoerleiding 5 nog bijkomend voorzien van een apparaat 32 stroomopwaarts van de aftakking van de meetleiding 5 om onzuiverheden tegen te houden, bijvoorbeeld in de vorm van een filter of van een droger, welk apparaat 32 bij voorkeur automatisch door de sturing kan worden bijgestuurd in het geval van een droger of worden gewisseld met een vervangapparaat in het geval van een filter om tijdens de bewaking de onzuiverheden te doen dalen.

In figuur 4 is een inrichting 7 volgens de uitvinding weergegeven voor het bewaken van in dit geval drie verschillende types onzuiverheid, bijvoorbeeld:

- type A zijnde de concentratie vaste deeltjes;

- type B zijnde de vochtigheid; en

- type C zijnde de concentratie aan olie, zij het in vloeibare vorm of in dampvorm.

BE2018/5105

Voor elk type onzuiverheid is er naast een gasfles 15o met zerogas ook een gasfles 15a, 15b en 15c voorzien met een testgas met een gekende concentratie van het betreffende type onzuiverheid.

Tevens is er voor elk type te bewaken onzuiverheid een meettoestel 11, respectievelijk 11a, 11b en 11c, voorzien in de meetleiding 8 die elk van een selectieventiel 33 zijn voorzien om selectief een betreffend meettoestel 11 met zijn inlaat op de meetleiding 8 te kunnen aansluiten en het gasdebiet in de meetleiding 8 selectief doorheen één van de meettoestellen 11a of 11b of 11c te leiden naar de vrije atmosfeer.

Dergelijke inrichting 7 laat toe om de te bewaken perslucht doorheen de meetleiding 8 te sturen om er continu of periodiek de kwaliteit ervan te bewaken door continu gelijktijdig de concentratie van de drie types onzuiverheden te meten en door periodiek elk van de drie meettoestellen 11b, 11c en lid te kalibreren, hetzij in sequentie of gelijktijdig.

In het voorbeeld bevat elke gasfles 15 een testgas met slechts één enkele gekende onzuiverheid. Het is echter niet uitgesloten dat twee of drie gasflessen 15 met testgas worden vervangen door één gasfles met een testgas met twee

onzuiverheden,	bijvoorbeeld van het	type A	en B, elk met
een gekende concentratie.
Het is niet	uitgesloten dat voor	een	bepaald	type
onzuiverheid er	meerdere gasflessen	15	met	testgassen	voor

BE2018/5105 dat type onzuiverheid aanwezig zijn, waarbij elk van deze gasflessen 15 dan een andere concentratie van de betreffende onzuiverheid bevat.

Het is duidelijk dat in plaats van een continue meting ook discrete metingen mogelijk zijn uitgevoerd met een hoge frequentie voor de bewaking van de persluchtkwaliteit.

De huidige uitvinding	is	geenszins	beperkt tot	de	als
10 voorbeeld beschreven	en	in de	figuren weergegeven
uitvoeringsvormen, doch	een	dergelij ke	inrichting	voor	het
bewaken van de kwaliteit	van de	perslucht	van	een

persluchtnetwerk en het kalibreren van een meettoestel daarin gebruikt en van een werkwijze daarbij toegepast 15 kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

1.- Inrichting voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht in een aanvoerleiding van een persluchtnetwerk en het kalibreren van een meettoestel daarvoor toegepast, meer bepaald een meettoestel (11) voor het meten van de hoeveelheid van een specifiek type (A, B, C) onzuiverheid in de perslucht, daardoor gekenmerkt dat de inrichting is voorzien van:

die bedoeld is om op de aangesloten en die voorzien is van een afsluitkraan om de meetleiding de aanvoerleiding te kunnen afsluiten;

een voornoemd meettoestel (11) met een inlaat voor gas die is aangesloten op de meetleiding en een a fblaas;

middelen voor het leveren van een debiet testgas met een gekende onzuiverheid, meer bepaald met een gekende concentratie of aantal deeltjes van de speci f ie ke onzuiverheid stuurbare afsluitkraan op de zijn aangesloten om er het testgas doorheen te kunnen leiden ;

voornoemde

2. - Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van een debiet testgas middelen bevat voor het leveren van een zogenaamd zuiver zerogas waarin de specifieke onzuiverheid waarvoor het meettoestel moet gekalibreerd worden, niet aanwezig is.

3. - Inrichting volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van een debiet testgas middelen bevat voor het leveren van minstens één onzuiver testgas waarin de specifieke onzuiverheid waarvoor het meettoestel moet gekalibreerd worden, aanwezig is.

4. - Inrichting volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van een debiet testgas middelen bevat voor het leveren van minstens één testgas waarin de specifieke onzuiverheid, waarvoor het meettoestel moet gekalibreerd worden, aanwezig is in een hoeveelheid van de grootteorde van het maximum meetbereik van het meettoestel.

5.- Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de sturing zodanig is geprogrammeerd dat :

tijdens de periodes van bewaking van de kwaliteit van de perslucht de meetleiding door de sturing de afsluitkranen (10,

6.- Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het meettoestel (11) een meettoestel is waarvan het meetresultaat corrigeerbaar is en dat het meettoestel (11) is verbonden met de sturing (19) die voor de kalibratie van het meettoestel (11) is geprogrammeerd om het meetresultaat van het meettoestel (11) te corrigeren in functie van een vastgestelde afwijking van het meetresultaat ten opzichte van de gekende waarde van de zuiverheid van het gemeten testgas.

7.- Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de zodanig is geprogrammeerd dat voor elke meting met een testgas de meetleiding eerst wordt gespoeld met een hoeveelheid zerogas en dan met een hoeveelheid van het betreffende testgas die er doorheen worden geleid alvorens de meetleiding (

8, 8') af te sluiten voor het uitvoeren van de kalibratie.

BE2018/5105

Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de afblaas van het meettoestel uitmondt in de omgeving.

9,- Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de sturing (19) zodanig is geprogrammeerd dat na elke kalibratie de meetleiding (8,8') eerst wordt geventileerd naar de atmosfeer alvorens de te bewaken perslucht er doorheen te leiden voor de bewaking van de zuiverheid ervan.

10.“ Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat zij is voorzien van doseermiddelen (20) om voor elke kalibratiemet ing een gedoseerde hoeveelheid testgas naar de meetleiding (8, 8') door te laten.

11. - Inrichting volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat de doseermiddelen (20) worden gevormd door middelen (18) om het geleverd gasdebiet van het testgas naar de meetleiding (8, 8') te bepalen en door de sturing (19) die geprogrammeerd is om de afsluitkraan (16) van de betreffende middelen van het testgas gedoseerd te openen.

12. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van een debiet van een bepaald testgas worden gevormd door een gasfles gevuld met dergelijk testgas onder druk.

13. - Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 11, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van

BE2018/5105 een debiet van een bepaald testgas worden gevormd door een gasfles gevuld met zerogas en een recipiënt met een testvloeistof met onzuiverheden van het te kalibreren meettoestel (11) en door middelen om de testvloeistof in het zerogas te dispergeren, bijvoorbeeld door verstuiven of verdampen.

14.- Inrichting volgens één daardoor gekenmerkt dat zij bevat die aangesloten zijn waarbij elk meettoestel (11) de concentratie van een C) .

van de voorgaande conclusies, meerdere meettoestellen (11) op de meetleiding (8, 8'), is bedoeld voor de meting van onzuiverheid (A, B, verschillende

15. Inrichting volgens conclusie 14, daardoor gekenmerkt dat zij minstens één meettoestel of een combinatie ervan gekozen uit de volgende reeks:

een meettoestel voor het meten van een concentratie vaste deeltjes;

een meettoestel voor het meten van de vochtigheid, bijvoorbeeld in de vorm van een toestel om het drukdauwpunt te meten;

een meettoestel (Hd) voor het meten van de concentratie aan olie, zij het in vloeibare vorm of in dampvorm.

16.- Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van een testgas middelen zijn om een testgas te leveren met slechts één enkele onzuiverheid, specifiek bedoeld voor het

BE2018/5105 kalibreren van een meettoestel (11) bedoeld voor de meting van deze specifieke onzuiverheid.

16) kan opengesteld worden om er de te bewaken perslucht doorheen te laten stromen voor het continu of periodiek meten van de zuiverheid van de perslucht terwij1 de middelen voor het leveren van een testgas zijn uitgeschakeld; en

BE2018/5105 • tijdens de kalibratie van het meettoestel (11) de meetleiding af te sluiten van het persluchtnetwerk en meetleiding (8, 8') selectief en, in geval van meerdere testgassen, afwisselend te voorzien van een testgas uit een betreffende gasfles (15) voor het kalibreren van het meettoestel (11) door het bepalen van de afwijking tussen de gemeten waarde en de gekende waarde van de concentratie van de onzuiverheid van het betreffende testgas.

16) zijn verbonden voor het sturen van deze afsluitkranen perslucht doorheen het meettoestel kan worden gestuurd voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht, hetzij een voornoemd testgas doorheen het meettoestel kan worden gestuurd voor de kalibratie van het meettoestel.

BE2018/5105

17. - Inrichting .volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat zij middelen bevat voor het leveren van verschillende testgassen, eik voor een verschillende specifieke onzuiverheid.

18. - Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 15, daardoor gekenmerkt dat de middelen voor het leveren van een testgas middelen zijn voor het leveren van een testgas met gekende concentraties van verschillende specifieke onzuiverheden.

19. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de sturing (19) is geprogrammeerd om voor elk meettoestel (11) periodiek een kalibratie uit te voeren.

20. - Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat zij is gekoppeld aan een monitoringssysteem (23) voor het collecteren en bijhouden van de meetgegevens en kalibratiegegevens van het meettoestel (11) of van de meettoestellen.

21. - Inrichting volgens conclusie 20, daardoor gekenmerkt dat het monitoringssysteem (23) tevens is voorzien om de gegevens bij te houden van de gebruikte en in gebruik zijnde middelen voor testgassen.

BE2018/5105

22. - Inrichting volgens conclusie 20 of 21, daardoor gekenmerkt dat zij middelen (21, 22) bevat om de druk en/of temperatuur te bepalen en terug te koppelen naar het monitoringssysteem (23).

23. - Inrichting volgens één van de conclusies 20 tot 22, daardoor gekenmerkt dat zij een server bevat waarin de gegevens van het monitoringssysteem (23) worden bij gehouden.

24. - Inrichting volgens één van de conclusies 20 tot 23, daardoor gekenmerkt dat zij geconnecteerd is met een clouddienst (26) waarmee de gegevens van het monitoringssysteem (23) kunnen worden bijgehouden.

25. - Inrichting volgens één van de conclusies 20 tot 24, daardoor gekenmerkt dat het monitoringssysteem (23) zodanig is dat de gegevens ervan ten allen tijde consulteerbaar zijn.

26. - Inrichting volgens één van de conclusies 20 tot 25, daardoor gekenmerkt dat het monitoringssysteem (23) geprogrammeerd is om, in functie van de meetgegevens van de één of meer meettoestellen (11) die verzameld worden tijdens het bewaken van de kwaliteit van de perslucht, een kwaliteitsklasse aan de perslucht toe te kennen die gebaseerd is op toepassing van de norm ISO 8573 en een overeenkomstig kwaliteitscertificaat (27) te genereren.

27. - Persluchtnetwerk, daardoor gekenmerkt dat het een inrichting bevat volgens één van de voorgaande conclusies

BE2018/5105 voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van het persluchtnetwerk (1) en voor het automatisch kalibreren van een meettoestel (11) daarbij toegepast.

28.- Persluchtnetwerk volgens conclusie 27 , daardoor gekenmerkt dat zij voorzien is van middelen om aan te geven wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten van een voornoemd meettoestel een ingestelde drempelwaarde bereiken of overschrijden.

29.- Persluchtnetwerk volgens conclusie 28, daardoor gekenmerkt dat het persluchtnetwerk stroomafwaarts van de meetleiding is voorzien van een zuiveringsapparaat (29) waarmee onzuiverheden in de perslucht kunnen worden tegengehouden en dat de sturing zodanig is dat, wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten een ingestelde waarde bereiken of overschrijden, het apparaat automatisch wordt ingeschakeld.

30.- Persluchtnetwerk volgens conclusie 28 of 29, daardoor gekenmerkt dat het persluchtnetwerk stroomopwaarts van de meetleiding is voorzien van een apparaat waarvan de goede werking moet bewaakt worden en dat de sturing zodanig is dat, wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten overschrijden, een ingestelde waarde bereiken of het zuiveringsapparaat automatisch wordt bijgestuurd of gewisseld met een vervangapparaat.

31.- Werkwijze voor het bewaken van de kwaliteit van de perslucht van een persluchtnetwerk (1) gebruikmakend van minstens één meettoestel (11) voor het meten van de

BE2018/5105 concentratie van een specifieke onzuiverheid en voor het periodiek kalibreren van het gebruikte meettoestel (11) aangesloten op een meetleiding, daardoor gekenmerkt dat de werkwijze de volgende stappen bevat:

- tijdens de periodes van het periodiek kalibreren van het gebruikte meettoestel (11), het isoleren van de meetleiding met het meettoestel van de persluchtinstallatie en het uitvoeren van de volgende stappen:

• het voorzien van een testgas met een gekende concentratie van de specifieke onzuiverheid waarvoor het meettoestel en het voorzien van een debiet testgas dat via de meetleiding doorheen het te kalibreren meettoestel (11) wordt geleid;

• het desgevallend corrigeren van de meetwaarde van het meettoestel (11) in functie van de vastgestelde afwijkingen en/of het bijhouden van de kalibratiegegevens in een monitoringssysteem (23) .

BE2018/5105

32, - Werkwijze volgens conclusie 31, daardoor gekenmerkt dat zij de stappen omvat om achtereenvolgens te kalibreren met minstens twee testgassen, namelijk minstens met één onzuiver testgas dat onzuiverheden bevat met een gekende concentratie of met een gekend aantal deeltjes van de specifieke onzuiverheid (A, B, C) en met een zuiver zerogas zonder deze onzuiverheid.

33. - Werkwijze volgens conclusie 32, daardoor gekenmerkt dat bij het overschakelen van een periode van bewaking van

de perslucht en een periode van kalibratie van het meettoestel de voornoemde meetleiding wordt gespoeld met zerogas. 34 . - Werkwij ze volgens conclusie 32, daardoor gekenmerkt

dat voor de bewaking van de perslucht gebruik wordt gemaakt van meerdere meettoestellen aangesloten op dezelfde meetleiding, elk meettoestel bedoeld voor de bewaking van een specifieke onzuiverheid, waarbij voor de kalibratie van elk meettoestel gebruik wordt gemaakt van een onzuiver testgas met daarin een onzuiverheid van het betreffende type, waarbij tussen de kalibratie met twee verschillende testgassen de meetleiding wordt gespoeld met zerogas.

35.- Werkwijze volgens één van de conclusies 31 tot 34, daardoor gekenmerkt dat zij de stap omvat van het collecteren en bijhouden van de meetgegevens van de bewaking en van de kalibratiegegevens van het meettoestel (11) of van de meettoestellen in een monitoringsysteem.

BE2018/5105

36. - Werkwijze volgens één van de conclusie 31 tot 35, daardoor gekenmerkt dat zij tevens de stap omvat van het bijhouden van de gegevens van de gebruikte en in gebruik zijnde middelen voor het leveren van testgassen.

37, - Werkwijze volgens één van de conclusies 31 tot 36, daardoor gekenmerkt dat zij de stap omvat om uitgaande van de meetgegevens van de één of meer meettoestellen (11) die verzameld worden tijdens het bewaken van de kwaliteit van de perslucht, een kwaliteitsklasse toe te kennen aan de perslucht die gebaseerd is op de toepassing van de norm ISO 8573 en om een overeenkomstig kwaliteitscertificaat (27) te genereren.

38. - Werkwijze volgens één van de conclusies 31 tot 37, daardoor gekenmerkt dat zij de stap omvat van het aangeven van een alarmsituatie wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten van een voornoemd meettoestel een ingestelde drempelwaarde bereiken of overschrijden.

39. - Werkwijze volgens conclusie 38, daardoor gekenmerkt dat wanneer tijdens een periode van bewaking de meetresultaten van een voornoemd meettoestel een ingestelde drempelwaarde bereiken of overschrijden, wordt ingegrepen op het persluchtnetwerk stroomopwaarts van het meettoestel om de meetwaarden tijdens de bewaking te doen dalen, bijvoorbeeld door het vervangen van een filter of door het regelen van een droger of dergelijke.

40. - Werkwijze volgens één van de conclusie 31 tot 39, daardoor gekenmerkt dat wanneer tijdens een periode van

BE2018/5105 bewaking de meetresultaten van een voornoemd meettoestel een ingestelde drempelwaarde bereiken of overschrijden, wordt ingegrepen op het persluchtnetwerk stroomafwaarts om de onzuiverheid waarvan de drempelwaarde is bereikt of is overschreden op te vangen of uit te filteren, bijvoorbeeld door het inschakelen van een filter of van een droger of dergelij ke.

41. Werkwijze volgens één van de conclusies

31 tot 40, daardoor gekenmerkt dat voor de bewaking en kalibratie minstens één van de meettoestellen uit de volgende reeks of een combinatie ervan wordt gebruikt:

- een meettoestel (11b) voor het meten van een concentratie vaste deeltj es ; - een meettoestel (11c) voor het meten van de vochtigheid, bij voorbeeld in de vorm van een toestel om het drukdauwpunt te meten; - een meettoestel (Hd) voor het meten van de concentratie aan olie, zij het in vloeibare vorm of in

dampvorm.