BE1025577A1 - Inrichting voor thermische buitengevelisolatie - Google Patents
Inrichting voor thermische buitengevelisolatie Download PDFInfo
- Publication number
- BE1025577A1 BE1025577A1 BE20175682A BE201705682A BE1025577A1 BE 1025577 A1 BE1025577 A1 BE 1025577A1 BE 20175682 A BE20175682 A BE 20175682A BE 201705682 A BE201705682 A BE 201705682A BE 1025577 A1 BE1025577 A1 BE 1025577A1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- wall
- roof
- insulation
- etics
- roof edge
- Prior art date
Links
- 238000009413 insulation Methods 0.000 title claims abstract description 68
- 238000007789 sealing Methods 0.000 claims description 28
- 239000012528 membrane Substances 0.000 claims description 11
- 238000010276 construction Methods 0.000 claims description 9
- 239000004570 mortar (masonry) Substances 0.000 claims description 8
- 230000002787 reinforcement Effects 0.000 claims description 8
- 239000003973 paint Substances 0.000 claims description 7
- 238000000034 method Methods 0.000 claims description 5
- 244000025254 Cannabis sativa Species 0.000 claims description 4
- 235000012766 Cannabis sativa ssp. sativa var. sativa Nutrition 0.000 claims description 4
- 235000012765 Cannabis sativa ssp. sativa var. spontanea Nutrition 0.000 claims description 4
- 235000009120 camo Nutrition 0.000 claims description 4
- 235000005607 chanvre indien Nutrition 0.000 claims description 4
- 239000004794 expanded polystyrene Substances 0.000 claims description 4
- 239000011487 hemp Substances 0.000 claims description 4
- 239000011490 mineral wool Substances 0.000 claims description 4
- 229920000582 polyisocyanurate Polymers 0.000 claims description 4
- 239000011495 polyisocyanurate Substances 0.000 claims description 4
- 229920002635 polyurethane Polymers 0.000 claims description 4
- 239000004814 polyurethane Substances 0.000 claims description 4
- 239000004567 concrete Substances 0.000 claims description 3
- 229920002522 Wood fibre Polymers 0.000 claims description 2
- 239000011521 glass Substances 0.000 claims description 2
- -1 masonry Substances 0.000 claims description 2
- 239000011505 plaster Substances 0.000 claims description 2
- 239000002025 wood fiber Substances 0.000 claims description 2
- 230000000284 resting effect Effects 0.000 claims 1
- XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N water Substances O XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 8
- 230000000295 complement effect Effects 0.000 description 3
- 230000008878 coupling Effects 0.000 description 3
- 238000010168 coupling process Methods 0.000 description 3
- 238000005859 coupling reaction Methods 0.000 description 3
- 230000008595 infiltration Effects 0.000 description 3
- 238000001764 infiltration Methods 0.000 description 3
- 239000002184 metal Substances 0.000 description 3
- 229910052751 metal Inorganic materials 0.000 description 3
- 230000035515 penetration Effects 0.000 description 3
- 239000002131 composite material Substances 0.000 description 2
- 230000007797 corrosion Effects 0.000 description 2
- 238000005260 corrosion Methods 0.000 description 2
- 238000009434 installation Methods 0.000 description 2
- 239000000463 material Substances 0.000 description 2
- 239000004033 plastic Substances 0.000 description 2
- 229920003023 plastic Polymers 0.000 description 2
- 239000004575 stone Substances 0.000 description 2
- 238000004078 waterproofing Methods 0.000 description 2
- 238000004026 adhesive bonding Methods 0.000 description 1
- 229910052782 aluminium Inorganic materials 0.000 description 1
- XAGFODPZIPBFFR-UHFFFAOYSA-N aluminium Chemical compound [Al] XAGFODPZIPBFFR-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 1
- 239000002969 artificial stone Substances 0.000 description 1
- 230000004888 barrier function Effects 0.000 description 1
- 239000011449 brick Substances 0.000 description 1
- 238000005253 cladding Methods 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 239000011152 fibreglass Substances 0.000 description 1
- 239000011888 foil Substances 0.000 description 1
- 239000003365 glass fiber Substances 0.000 description 1
- 238000010438 heat treatment Methods 0.000 description 1
- 239000011810 insulating material Substances 0.000 description 1
- 239000012774 insulation material Substances 0.000 description 1
- 229920000728 polyester Polymers 0.000 description 1
- AAEVYOVXGOFMJO-UHFFFAOYSA-N prometryn Chemical compound CSC1=NC(NC(C)C)=NC(NC(C)C)=N1 AAEVYOVXGOFMJO-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 1
- 230000008646 thermal stress Effects 0.000 description 1
- 229920001169 thermoplastic Polymers 0.000 description 1
- 239000004416 thermosoftening plastic Substances 0.000 description 1
- 230000007704 transition Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D13/00—Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
- E04D13/14—Junctions of roof sheathings to chimneys or other parts extending above the roof
- E04D13/1407—Junctions of roof sheathings to chimneys or other parts extending above the roof for flat roofs
- E04D13/1415—Junctions to walls extending above the perimeter of the roof
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D13/00—Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
- E04D13/16—Insulating devices or arrangements in so far as the roof covering is concerned, e.g. characterised by the material or composition of the roof insulating material or its integration in the roof structure
- E04D13/1606—Insulation of the roof covering characterised by its integration in the roof structure
- E04D13/1662—Inverted roofs or exteriorly insulated roofs
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D3/00—Roof covering by making use of flat or curved slabs or stiff sheets
- E04D3/40—Slabs or sheets locally modified for auxiliary purposes, e.g. for resting on walls, for serving as guttering; Elements for particular purposes, e.g. ridge elements, specially designed for use in conjunction with slabs or sheets
- E04D3/405—Wall copings
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D13/00—Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
- E04D13/14—Junctions of roof sheathings to chimneys or other parts extending above the roof
- E04D2013/1422—Parapet building elements for retaining the roof flashing
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Sustainable Development (AREA)
- Building Environments (AREA)
Abstract
De uitvinding betreft een inrichting voor het thermisch en waterdicht afwerken van dakranden van gebouwen met een plat of licht hellend dakvlak, waarbij tussen een steunmuur en een buitengevel een Etics buitengevelisolatie is voorzien, waarbij de dakrand eventueel is voorzien van een opstand, waarbij de inrichting ter hoogte van de dakrand één of meerdere aaneensluitende L-vormige Etics isolatie elementen omvat bestaande uit een verticaal been voorzien voor in de ruimte tussen de steunmuur (of optionele opstand) en de buitengevel en een horizontaal been voorzien voor op de steunmuur of de optionele dakrand.
Description
Inrichting voor thermische buitengevelisolatie.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor thermische buitengevelisolatie of een ETICS systeem (External Thermal Insulation Composite System), meer specifiek op een ETICS systeem voor dakranden.
Gevelisolatie is het aanbrengen van isolatiemateriaal, tussen de dragende muur van een gebouw en de buitenmuur. Isolatie is verkrijgbaar in de vorm van stijve voorgevormde panelen. De randen zijn voorzien van een sponning {met overkraging), van tand en groef of van rechte randen. Het plaatoppervlak kan geprofileerd of vlak zijn.
Ter hoogte van de dakrand van een plat of licht hellend dak stellen zich specifieke eisen betreffende de gevelisolatie en de afdichting daarvan.
De dakrand moet uitgevoerd worden met inachtname van bepaalde regels: de overloop van regenwater van het dakvlak naar de dakrand beletten, het afdruipende regenwater wegleiden van de gevel, waterindringing aan de dakomtrek (de plaats waar de afdichting eindigt) vermijden.
De afwerking van de dakrand dient hoger te liggen dan het dakvlak. De dakrand moet naar het dakvlak afwateren. Daarom wordt de dakrand van platte en licht hellende daken, of daken zonder overhangende dakrand, wordt afgewerkt met een opstand.
Onder de term "opstand" verstaat men een geheel waarbij de dakafdichting waterdicht aangesloten wordt tegen een opkant, zoals een opgaande muur, een dakrand of een dakdoorbreking (bv. schouwen, koepels, dorpels, ...) . Voor wat betreft de uitvinding wordt de term "opstand" specifiek toegepast op een dakrand, dus daar waar het dak overgaat in een onderstaande muur.
Voor platte daken met een hellingsgraad van 2 tot 5% moet aan de dakrand een opstand van minimum 150 mm boven het afgewerkte dak verwezenlijkt worden. Bij dakhellingen tussen 5 % en 10 % gaat men ervan uit dat er geen waterstagnatie bij de dakrand kan voorkomen. Om ook wateroverloop uit te sluiten, volstaat het om een kleine opstand (minimum 25 mm) te voorzien. Bij dakhellingen van meer dan 10 % kan er noch wateroverloop noch waterstagnatie voorkomen en moet er geen opstand voorzien worden.
Het waterdicht maken van een opstand omvat twee stappen: de afdichting van de kim, d.i. de overgang tussen het platte dak en de verticale wand, en de afwerking van de opstand.
De afdichting van de dakrand dient volledig tot op de kopse kant van de opstand doorgetrokken te worden.
De dakrand moet steeds van een afwerking voorzien worden. Hierbij dient men erop toe te zien dat deze afwerking duurzaam aangesloten kan worden op de dakafdichting. Onder de gekende manieren om de dakrand af te werken onderscheidt men drie groepen afwerkingen.
Een eerste groep zijn de profielen die rechtstreeks met de afdichting verbonden worden, zoals bijvoorbeeld metalen kragen (nog zelden gebruikt bij nieuwbouw) en dakrandprofielen in aluminium, kunststof of metaalfolieplaten. Een nadeel bij dergelijke profielen is dat ze zichtbaar zijn op de top van de buitengevel en tevens een aparte afdichint vereisen om aan te sluiten op de dakafdichting.
Een tweede groep zijn de samengestelde profielen, waarbij de afdichting of een strook afdichting ingeklemd wordt. Deze profielen werden ontwikkeld voor gebruik bij kunststofafdichtingen. In principe wordt de dakafdichting eerst onder het profiel aangebracht, waarna het profiel op de structuur bevestigd wordt. Vervolgens wordt de in het profiel ingeklemde afdichtingsstrook met de dakafdichting verbonden. De samengestelde hulpstukken worden vastgeschroefd en de aansluiting op de afdichting gebeurt volgens de richtlijnen van de fabrikant. De hoeken worden uitgevoerd met voorgelaste hoekstukken. Een nadeel van dergelijke profielen is de complexe structuur en montage.
Een derde groep zijn de dekstenen (uit beton of natuursteen) of muurkappen (uit metaal). De afdichting wordt in beide gevallen over de volledige muurbreedte en muurlengte doorgetrokken, en moet breder zijn dan de muur. Deze worden op de afdichting (ongeacht het type) geplaatst, zonder er rechtstreeks mee verbonden te zijn. Een deksteen wordt minder aangeraden omdat er hier uiteindelijk geen verticale bescherming aanwezig in de zone direct onder de deksteen.
Naast de afdichting en afwerking is de isolatie van de dakrand bijzonder belangrijk.
Om te vermijden dat er koudebruggen zouden ontstaan, wordt de opstand thermisch geïsoleerd. De continuïteit van de thermische isolatielagen mag ter hoogte van de dakrand niet onderbroken worden. Een gekende manier van isoleren is door middel van een isolatieplaat die horizontaal op de opstand en verticaal tegen de opstand wordt gelegd. Nadeel is dat dit een eerder omslachtige methode is waar nauw moet gelet worden op het aaneensluiten van de isolatie ter hoogte van de opstand.
De afwerking, afdichting en isolatie van dakranden stelt dus een aantal problemen. Voor moderne gebouwen wordt de dakrand meestal afgewerkt met een L~profiel dat deels over het dak en deels over de muur reikt. Een nadeel is echter dat dit dakprofiel esthetisch storend is. Nog een belangrijk nadeel is dat de isolatie van de dakrand niet optimaal is ter hoogte van het dakprofiel en koude bruggen toelaat.
Beschadigde dakranden zijn tevens een groot probleem, met delen aangetast door thermische spanning, corrosie, atmosferische pollutie, vlekken, indringing van regenwater en koude penetratie.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden. Meer bepaald biedt de huidige uitvinding een oplossing aan het gecombineerd probleem van afwerking, afdichting en isolatie van dakranden.
Hiertoe betreft de uitvinding een inrichting voor het thermisch en waterdicht afwerken van dakranden van gebouwen met een plat of licht hellend dakvlak, waarbij tussen een steunmuur en een buitengevel een Etics buitengevelisolatie is voorzien, waarbij de dakrand eventueel is voorzien van een opstand, waarbij de inrichting ter hoogte van de dakrand één of meerdere L-vormige Etics isolatie elementen omvat bestaande uit een verticaal been voorzien voor in de ruimte tussen de steunmuur (of optionele opstand) en de buitengevel en een horizontaal been voorzien voor op de steunmuur of de optionele dakrand. De één of meerdere L-vormige Etics isolatie elementen worden aaneensluitend aan elkaar of tegen elkaar geplaatst zodat er geen koudebruggen ontstaan.
Voordelen zijn: geen koudebruggen, geen speciale vereisten in de constructie, geen tussenkomst van een dakafwerker ook niet na plaatsen, Etics compatibel, toepasbaar voor alle geveldiktes, geen mechanische bevestiging nodig,
De isolatie elementen worden terplaatse ingeschoven en moeten niet mechanisch bevestigd worden, hierdoor ontstaan ook geen extra koudebruggen of corrosie van schroeven en dergelij ke.
In geplaatste toestand, is er een aaneensluiting tussen het verticaal been van het isolatie element met de Etics buitengevelisolatie die zich bevindt tussen de steunmuur en de buitengevel, en overbrugt het horizontaal been minstens de dikte van de steunmuur of de optionele dakrand.
Door de aaneensluiting van isolatie elementen worden koudebruggen vermeden. Het Etics isolatie element van de uitvinding maakt deel uit van een all-in-one Etics systeem.
Doordat de lengte van het horizontaal been van het isolatie element minstens gelijk is aan de dikte van de steunmuur of de optionele opstand, is de steunmuur of opstand volledig afgewerkt. De lengte van het horizontaal been van het isolatie element is bij voorkeur groter dan de dikte van de steunmuur of de optionele opstand, zodat een zekere marge van afdichting wordt bekomen.
De isolatie elementen zijn bij voorkeur aan de vrije bovenzijde licht hellend voor afvoer van regenwater naar het dakvlak. Eventueel kan slechts een deel van de bovenzijde licht hellend zijn.
Het voordeel is dat dit de waterafvoer naar het dakvlak bevordert.
In geplaatste toestand heeft het isolatie element twee vrije 2ijden, de bovenzijde en de kopse zijde van het horizontaal been.
Het isolatie element wordt uitgevoerd in een aantal standaard afmetingen, maar kan op alle mogelijke wijzen versneden worden om te passen in bestaande afmetingen. Het verticaal been van het isolatie element is standaard 10 cm dik.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding heeft het verticaal been een dikte gelijk aan de dikte van de Etics gevelisolatie tussen de steunmuur en de buitengevel indien er zich ter hoogte van het verticaal been geen gevelisolatie bevindt, of een kleinere dikte heeft indien er zich ter hoogte van het verticaal been een smaller deel gevelisolatie bevindt.
Het isolatie element is volledig compatibel met alle Etics facade systemen. De dikte van het verticaal been van het isolatie element kan overeenkomen met de ruimte tussen de steunmuur en de buitengevel. In dat geval sluit het kopse einde van het verticaal been aan aan de onderliggende Etics buitengevelisolatie die zich tussen de steunmuur en de buitengevel bevindt.
Het kan ook voorkomen dat de dikte van het verticaal been kleiner is dan de ruimte tussen de steunmuur en de buitengevel. In dat geval wordt nog een extra deel Etics buitengevelisolatie aangebracht tussen het verticaal been en de steunmuur. Het verticaal been van het isolatie element sluit bij voorkeur aan tegen de buitengevel om een aldus een volledige afwerking van de ruimte tussen de buitengevel en de dakrand te bekomen.
In geplaatste toestand komt de bovenzijde van het isolatie element bij voorkeur tot net onder de top van de buitengevel. Het isolatie element mag zeker niet boven de buitengevel uitkomen.
Daar waar het Etics isolatie element van de huidige uitvinding aansluit op andere Etics isolatie kan een complementaire uitsnijding voorzien zijn om beide isolatie in elkaar te schuiven of te klikken. Dit kan eveneens het geval zijn tussen twee aansluitende isolatie elementen waar op de korte zijden van het isolatie element complementaire uitsnijdingen worden voorzien, bijvoorbeeld tand en groef. Dit kan eveneens het geval voor het uiteinde van het verticaal element dat kan voorzien worden van complementaire uitsnijdingen.
Het uiteinde van het horizontaal element kan recht of schuin zijn afgewerkt.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van een isolatie element volgens de uitvinding kan het uiteinde van het horizontaal element nog een verticaal deel bevatten dat over de opstand "haakt".
Waar een dakrand een hoek maakt, van bijvoorbeeld 90°, wordt het isolatie element in verstek (45°) gesneden. Het isolatie element kan tevens in de juiste hoek worden gesneden voor een passende aansluiting met een gevel onder een bepaalde hoek.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding zijn de isolatie elementen minstens aan de vrije bovenzijde, bij voorkeur ook aan de vrije kopse zijde, naadloos behandeld met een Etics wapeningsmortel.
Hierdoor wordt het isolatiemateriaal versterkt tegen invloeden van buitenaf.
In nog een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding zijn de isolatie elementen minstens aan de vrije bovenzijde, bij voorkeur ook aan de vrije kopse zijde, behandeld zijn met een UV-resistente dakverf, bij voorkeur in een witte kleur.
De dakverf is bij voorkeur aangebracht op de wapeningsmortel.
De inrichting omvat verder ter hoogte van de top van de buitengevel en de één of meerdere aansluitende isolatie elementen een Etics dakrandprofiel voor het afwerken van de dakrand, waarbij het dakrandprofiel zodanig geproportioneerd is dat het niet zichtbaar is op de buitengevel.
In tegenstelling tot gekende dakrandafwerkingen is het dakrandprofiel van de uitvinding naadloos geïntegreerd in de buitengevel en zijn er geen uitstekende profielen zichtbaar. Dit houdt in dat het dakrandprofiel volledig weggewerkt is en een profielloos uitzicht geeft op de buitengevel, waarbij de dakrand en de facade één geheel vormen. Dit beantwoordt aan de hedendaagse noden van moderne gebouwen.
Andere voordelen zijn: geen pollutie onder het profiel, geen lawaai of schade door regen of hagel.
Hiertoe strekt het dakrandprofiel zich uit van het isolatie element tot de buitengevel, waarbij het dakrandprofiel twee geprofileerde uiteinden omvat, waarbij het ene uiteinde aanleunt tegen de bovenzijde van de buitengevel tot voor of net aan de uiterste rand van de buitengevel en het andere uiteinde minstens aanleunt tegen de hellende zijde van het isolatie element.
Het dakrandprofiel is bij voorkeur een pultrusie of glasvezelversterkt polyester profiel. De thermische expansie van deze profielen is zeer klein, in tegenstelling tot pvc profielen.
De dakrandprofielen hebben bij voorkeur een specifieke vorm naargelang het materiaal van de buitengevel.
De isolatie elementen zijn bij voorkeur samengesteld uit geëxpandeerd polystyreen (EPS, XPS), minerale wol (MW) , polyisocyanuraat (PIR), polyurethaan (PUR), hennep (HEMP), houtvezel (Woodwool), cellenglas.
De muurbekleding van de buitengevel bestaat bij voorkeur uit sierpleister, metselwerk, beton of ander.
De uitvinding betreft ook een L-vormig isolatie element voor gebruik in een inrichting zoals hiervoor beschreven.
De uitvinding betreft verder een dakrandprofiel voor gebruik in een inrichting zoals hiervoor beschreven.
De uitvinding betreft eveneens het gebruik van een Etics systeem zoals hiervoor beschreven voor het thermisch isoleren en/of het naadloos afwerken van een dakrand.
De uitvinding betreft tevens een dakconstructie of gevelconstructie omvattende Etics isolatie elementen en/of dakrandprofielen volgens één van de conclusies 1 tot 12 bevat.
Tenslotte betreft de uitvinding een werkwijze voor het thermisch isoleren van een dakrand van een constructie omvattende een steunmuur, een dakplaat voorzien van een isolatie laag, een opstand voorzien van een isolatielaag tegen de binnenste wand, een afdichtingsmembraan op beide voorgaande isolatielagen en de opstand, een Etics spouwisolatie tussen de steunmuur en buitengevel, de werkwijze omvattende de volgende stappen: a) plaatsen van een isolatie element bovenop het afdichtingsmembraan met het verticale been in de resterende ruimte van de spouw tussen de steunmuur en de buitengevel, b) plaatsen van een dakrandprofiel tussen het isolatie element en de bovenzijde van de buitengevel tot net tegen de uiterste rand van de gevel, c} aanbrengen van een afdichtingsmembraan en een Etics wapeningsmortel bovenop het isolatie element en de vrije zijkant, en d) anbrengen van één of meerdere lagen UV-resistente dakverf op de hellende zijde van het isolatie element en op de vrije zijkant.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een inrichting volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekening, waarin: figuur 1 een bestaande uitvoering voor thermische isolatie van een dakrand weergeeft; figuur 2 een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding weergeeft; figuur 3 a-b een L-vormig isolatie element 16 volgens de uitvinding weergeeft; en figuur 4 a-c enkele uitvoeringsvormen van een Etics dakrandprofiel 18 volgens de uitvinding weergeeft.
Figuur 1 toont een voorbeeld van een bestaande uitvoering voor thermische isolatie van een dakrand.
Om te vermijden dat er koudebruggen zouden ontstaan, mag de continuïteit van de thermische isolatielagen ter hoogte van de dakrand niet onderbroken worden.
De constructie van de dakrand is als volgt. Op het dragend metselwerk {steunmuur) 1 en de draagvloer 4 komt een opstand 5 uit metselwerk. In de ruimte tussen enerzijds de steunmuur 1 en de opstand 5 en anderzijds het gevelmetselwerk (buitengevel) 2 wordt een spouwisolatie 3 (waarvan de dikte afgestemd dient te worden op de geldende thermische regelgeving) voorzien. Op de draagvloer 4 is een hellingslaag 6 aangebracht en een dampscherm 7. Daarboven komt een isolatielaag 8 om het dakvlak te isoleren. De verticale wand van de opstand 5 wordt eveneens voorzien van een isolatielaag 8.
Tegen de verticale wand van de opstand 5 wordt een isolatielaag aangebracht. Voor het isoleren van de bovenzijde van de opstand 5 worden houten keepers 9 in de opstand bevestigd met een tussenafstand. Tussen de keepers 9 komt een isolatielaag 10, een spouwaf dekking 11 en een afdichtingsmembraan 12. Het afdichtingsmembraan 12 strekt zich uit van de uiterste buitenrand van de buitengevel 2 tot op de dakvlakisolatie 8. Vervolgens wordt de dakrand afgewerkt met een dakrandprofiel 13 en een randstrook 14. Het geheel wordt afgedicht met kit 15.
Figuur 2 geeft een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding weer.
Zoals gekend komt op het dragend metselwerk (steunmuur) 1 en de draagvloer 4 een opstand 5 uit metselwerk. Op de draagvloer 4 is een hellingslaag 6 aangebracht en een isolatielaag 8 om het dakvlak te isoleren. De verticale wand van de opstand 5 wordt eveneens voorzien van een isolatielaag 8.
In de ruimte tussen de steunmuur 1 en het gevelmetselwerk (buitengevel) 2 is een Etics spouwisolatie 3 voorzien. Daar waar het isolatie element 16 komt heeft de Etics spouwisolatie 3 een kleinere dikte.
Op deze spouwisolatie 3 wordt een universeel afdichtingsmembraan 17 voorzien dat doorgelegd wordt over de opstand 5, en de isolatielagen 8 van de verticale wand van de opstand 5 tot op het dakvlak.
Het L-vormig isolatie element 16 wordt voorzien bovenop het universeel afdichtingsmembraan met het verticale been in de resterende ruimte van de spouw. Het isolatie element 16 komt tot net onder het gevelmetselwerk 2, waar een dakrandprofiel 18 wordt voorzien.
Het dakrandprofiel 18 dekt de bovenrand van de buitengevel 2 af en komt tot net tegen de uiterste rand van de gevel. Het dakrandprofiel 18 is zodanig weggewerkt dat het niet zichtbaar is vanop de buitengevel. Hierdoor wordt de Etics isolatie naadloos geïntegreerd in de gevel en lijkt het geheel profielloos, dit in tegenstelling tot gekende dakafwerkingen.
Bovenop het isolatie element 16 komt een afdichtingsmembraan 19 en een Etics wapeningsmortel 20. Het geheel wordt afgewerkt met één of meerdere lagen UV-resistente dakverf 21.
De waterafdichting bestaat uit een 5-traps afdichting. Hierdoor wordt waterinfiltratie totaal vermeden. Een eerste trap afdichting bestaat uit een isolatielaag op de dakplaat en één tegen de opstand (dakrand) . Een tweede trap afdichting bestaat uit een L-vormig isolatieblok volgens de uitvinding, geïntegreerd in een Etics facade systeem, als buffer tegen koude bruggen. Het isolatieblok werkt als een paraplu over de dakrand. Een derde trap afdichting omvat een Etics wapeningsmortel versterkt met glasvezel die op de vrije delen van het isolatieblok wordt toegepast, d.i. op de bovenkant en de vrije verticale kant. Een vierde trap afdichting omvat een dakverf, UV-resistent, milieuvriendelijk, koud elastisch, weinig opwarming (witte kleur}. Een vijfde trap afdichting omvat een afdichting van de bewegingsvoegen met bijvoorbeeld Fugendichtband van Caparol.
Figuur 3 a en b toont een L-vormig isolatie element 16 volgens de uitvinding. De hellingsgraad van de bovenzijde is bij voorkeur 8°. Het verticaal been 16' heeft standaard een dikte van 10 cm. Het horizontaal been 16" is standaard 40 cm (figuur 3a) of 60 cm (figuur 3b) en kan ingekort worden volgens de totale dikte van de facade.
Figuur 4 toont enkele uitvoeringsvormen van een dakrandprofiel 18 volgens de uitvinding. De dakrandprofielen zijn bij voorkeur pultrusieprofielen. De thermische uitzettingscoefficiënt is zeer laag (6) vergeleken met thermoplastische profielen (70).
Het dakrandprofiel 18 wordt wordt met een vezelversterkte mortel vastgemaakt aan het isolatie element.
Figuur 4a toont een dakrandprofiel voor decoratieve pleisters, figuur 4b een dakrandprofiel voor bakstenen en figuur 4c een dakrandprofiel voor artificiële steen.
Elk dakrandprofiel 18 heeft in overeenstemming met het isolatie element 16 een verticaal been en een hellend been. Beide benen volgen de lijnen van het isolatie element. Er is een minimale verlijming nodig op de isolatie element waardoor de versteviging van dit profiel vergroot en de thermische lineaire spanning tussen de twee materialen verkleint.
Bovendien heeft elk dakrandprofiel 18 een specifieke opstand voorzien van een neus waartegen de gevelbekleding aan de voorzijde (gevelvlak) naadloos kan aansluiten.
Het dakrandprof iel 18 kan tevens voorzien zijn van een horizontale afdichtingsneus tegen hemelwater infiltratie.
Tussen twee uiteinden van een dakrandprof iel 18 is een pultrusie koppelstuk 23 voorzien dat aan de gevelzijde tussen twee profielen wordt ingeschoven. Door deze verbinding kunnen verschillende profielen aan elkaar gekoppeld worden waardoor een horizontale en waterpaslijn kan bekomen worden. Bijkomend voordeel van dit koppelstuk 23 is dat het aan de voorzijde lineair met het profiel wordt geplaatst, waardoor de bovenzijde tussen twee profielen wordt afgedicht. Het koppelstuk 23 werkt ook extra verstevigend. Gezien de zeer geringe thermische lineaire uitzetting van de profielen is hemelwaterinfiltratie onbestaande.
Voor de afdichting van het isolatie element ter hoogte van de isolatielaag 8 van de opstand kan een pultrusie thermoprofiel 22 gebruikt worden. Dit thermoprofiel wordt eerst geplaatst en nadien het isolatie element.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een inrichting volgens de uitvinding zoals gedefinieerd door de conclusies, kunnen volgens allerlei varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
Claims (15)
1. Inrichting voor het thermisch en waterdicht afwerken van dakranden van gebouwen met een plat of licht hellend dakvlak, waarbij tussen een steunmuur (1) en een buitengevel (2) een Etics buitengevelisolatie (3) is voorzien, waarbij de dakrand eventueel is voorzien van een opstand (5), daardoor gekenmerkt dat de inrichting ter hoogte van de dakrand één of meerdere L-vormige Etics isolatie elementen (16) omvat bestaande uit een verticaal been (16') voorzien voor in de ruimte tussen de steunmuur (1) of optionele opstand (5) en de buitengevel (2), en een horizontaal been (16") voorzien voor op de steunmuur (1) of de optionele opstand (5).
2. Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat, in geplaatste toestand, het verticaal been (16') aaneensluit met de Etics buitengevelisolatie (3) tussen de steunmuur (1) en de buitengevel (2), en het horizontaal been (16") minstens de dikte van de steunmuur (1) of de optionele opstand (5) overbrugt.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de isolatie elementen (16) aan de vrije bovenzijde licht hellend zijn voor afvoer van regenwater naar het dakvlak.
4. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verticaal been (16") een dikte heeft gelijk aan de dikte van de Etics gevelisolatie (3) tussen de steunmuur (1) en de buitengevel (2) indien er zich ter hoogte van het verticaal been geen gevelisolatie bevindt, of een kleinere dikte heeft indien er zich ter hoogte van het verticaal been een smaller deel gevelisolatie (3} bevindt.
5. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de isolatie elementen (16) minstens aan de vrije bovenzijde, bij voorkeur ook aan de vrije zijkant, behandeld zijn met een Etics wapeningsmortel (20) .
6. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de isolatie elementen (16) minstens aan de vrije bovenzijde, bij voorkeur ook aan de vrije zijkant, behandeld zijn met een UV-resistente dakverf (21) .
7. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de inrichting ter hoogte van de top van de buitengevel (2) en de één of meerdere aansluitende isolatie elementen (16) een Etics dakrandprofiel (18) omvat voor het afwerken van de dakrand, waarbij het dakrandprofiel (18) zodanig geproportioneerd is dat het niet zichtbaar is op de buitengevel (2).
8. Inrichting volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat het dakrandprof iel (18) zich uitstrekt van het isolatie element (16) tot de buitengevel (2), waarbij het dakrandprofiel (18) twee geprofileerde uiteinden omvat, waarbij het ene uiteinde aanleunt tegen de bovenzijde van de buitengevel (2) tot voor of net aan de uiterste rand van de buitengevel (2) en het andere uiteinde minstens aanleunt tegen de hellende zijde van het isolatie element (16).
9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, daardoor gekenmerkt dat het dakrandprofiel (18) een pultrusieprofiel is.
10. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de isolatie elementen (16) zijn samengesteld uit geëxpandeerd polystyreen (EPS, XPS), minerale wol (MW) , polyisocyanuraat (PIR), polyurethaan (PUR), hennep (HEMP), houtvezel (Woodwool), cellenglas.
11. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de muurbekleding van de buitengevel (2) bestaat uit sierpleister, metselwerk, beton of ander.
12. L-vormig isolatie element (16) voor gebruik in een inrichting volgens één van conclusies 1 tot 11 voor het thermisch isoleren en/of het naadloos afwerken van een dakrand.
13. Dakrandprofiel (18) voor gebruik in een inrichting volgens één van conclusies 7 tot 11 voor het thermisch isoleren en/of het naadloos afwerken van een dakrand.
14. Dakconstructie of gevelconstructie omvattende Etics isolatie elementen (16) en/of dakrandprofielen (18) volgens één van de conclusies 1 tot 13.
15. Werkwijze voor het thermisch isoleren van een dakrand van een constructie omvattende een steunmuur (1), een dakplaat (4) voorzien van een isolatie laag (8), een opstand (5) voorzien van een isolatielaag (8) tegen de binnenste wand, een afdichtingsmembraan (12) op beide voorgaande isolatielagen (8) en de opstand (5), een Etics spouwisolatie (3) tussen de steunmuur (1) en buitengevel (2), de werkwijze omvattende de volgende stappen: a. plaatsen van een isolatie element (16) bovenop het afdichtingsmembraan (12) met het verticale been (16') in de resterende ruimte van de spouw tussen de steunmuur (1) en de buitengevel (2), b. plaatsen van een dakrandprofiel (18) tussen het isolatie element (16) en de bovenzijde van de buitengevel (2) tot net tegen de uiterste rand van de gevel (2) , c. aanbrengen van een afdichtingsmembraan (19) en een Etics wapeningsmortel (20) bovenop het isolatie element (16) en de vrije zijkant, d. aanbrengen van één of meerdere lagen UV- resistente dakverf (21) op de hellende zijde van het isolatie element (16) en op de vrije zijkant.
Priority Applications (5)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2017/5682A BE1025577B1 (nl) | 2017-09-26 | 2017-09-26 | Inrichting voor thermische buitengevelisolatie |
PCT/IB2018/057383 WO2019064167A1 (en) | 2017-09-26 | 2018-09-25 | EXTERNAL THERMAL INSULATION DEVICE OF ROOF EDGE FACADES |
SI201830552T SI3688247T1 (sl) | 2017-09-26 | 2018-09-25 | Naprava za zunanje fasadno toplotno izoliranje strešnih robov |
EP18782211.9A EP3688247B1 (en) | 2017-09-26 | 2018-09-25 | Device for thermal external facade insulation of roof edges |
PL18782211T PL3688247T3 (pl) | 2017-09-26 | 2018-09-25 | Urządzenie do izolacji termicznej krawędzi dachu zewnętrznej elewacji |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2017/5682A BE1025577B1 (nl) | 2017-09-26 | 2017-09-26 | Inrichting voor thermische buitengevelisolatie |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1025577A1 true BE1025577A1 (nl) | 2019-04-17 |
BE1025577B1 BE1025577B1 (nl) | 2019-04-24 |
Family
ID=60019650
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2017/5682A BE1025577B1 (nl) | 2017-09-26 | 2017-09-26 | Inrichting voor thermische buitengevelisolatie |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP3688247B1 (nl) |
BE (1) | BE1025577B1 (nl) |
PL (1) | PL3688247T3 (nl) |
SI (1) | SI3688247T1 (nl) |
WO (1) | WO2019064167A1 (nl) |
Families Citing this family (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN115387546B (zh) * | 2022-08-26 | 2023-11-24 | 中建八局第一建设有限公司 | 一种立面卷材压边装置 |
CN115897913B (zh) * | 2022-10-14 | 2024-10-22 | 中国建筑第六工程局有限公司 | 一种预制装配式女儿墙保温装饰防水盖板 |
Family Cites Families (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPH06146509A (ja) * | 1992-11-13 | 1994-05-27 | Sekisui House Ltd | 笠木を備えたパラペットの防水装置 |
DE502006000477D1 (de) * | 2005-06-22 | 2008-04-30 | Ulrich Maag | Dachrandeement |
AT12710U3 (de) * | 2012-01-12 | 2013-03-15 | Flachdachtechnik Doering Gbr | Attika-dichtungs- und unterkonstruktionsprofil |
-
2017
- 2017-09-26 BE BE2017/5682A patent/BE1025577B1/nl active IP Right Grant
-
2018
- 2018-09-25 WO PCT/IB2018/057383 patent/WO2019064167A1/en active Search and Examination
- 2018-09-25 SI SI201830552T patent/SI3688247T1/sl unknown
- 2018-09-25 EP EP18782211.9A patent/EP3688247B1/en active Active
- 2018-09-25 PL PL18782211T patent/PL3688247T3/pl unknown
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP3688247B1 (en) | 2021-11-24 |
SI3688247T1 (sl) | 2022-04-29 |
WO2019064167A1 (en) | 2019-04-04 |
BE1025577B1 (nl) | 2019-04-24 |
EP3688247A1 (en) | 2020-08-05 |
PL3688247T3 (pl) | 2022-03-14 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US9765515B2 (en) | Bracket, a building module, a method for making the module, and a method for using the module to construct a building | |
KR101709253B1 (ko) | 이중결합형 마감패널 및 이를 이용한 벽체 구조 | |
BE1025577B1 (nl) | Inrichting voor thermische buitengevelisolatie | |
US9863139B2 (en) | Building module, a method for making same, and a method for using same to construct a building | |
KR102239566B1 (ko) | 방수구조 | |
CN106381959A (zh) | 外露式钢结构屋面防水结构的施工工艺 | |
US8413386B2 (en) | Building protection structures and methods for making and using the protection structures | |
JP2020094369A (ja) | エキスパンションジョイント構造 | |
JP6169441B2 (ja) | 腰壁・土間構造 | |
CN110725424A (zh) | 被动式钢结构房屋 | |
RU222387U1 (ru) | Формованная плита для систем утепления фундаментов и цоколей с формированием пристенного дренажа | |
JP2015121081A (ja) | 断熱屋根構造 | |
US3228155A (en) | Pre-cut stone building construction | |
CN209924358U (zh) | 一种地面变形缝防水结构 | |
EP2862985A2 (en) | Insulated roof edge | |
TWI627332B (zh) | 乾式施工窗結構 | |
BE1023535B1 (nl) | Constructiemodule en modulair bouwsysteem omvattende één of meerdere van dergelijke constructiemodules | |
JP3129664B2 (ja) | 縦葺屋根板の接続構造 | |
Bludau et al. | Flat roof construction | |
Blanc | 28 Decking and built up roofing | |
Fronapfel et al. | Synthetic Stone Veneer: Why Problems Occur and How to Avoid Them | |
TWM652942U (zh) | 建築物斜頂片所構脊部之固定器 | |
JPS6224659Y2 (nl) | ||
JPH0345474Y2 (nl) | ||
Barrett et al. | Balcony View |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
FG | Patent granted |
Effective date: 20190424 |