BE1025286B1

BE1025286B1 - PASTRY BOX

Info

Publication number: BE1025286B1
Application number: BE2017/0069A
Authority: BE
Inventors: Guy Vanhoutte
Original assignee: Guy Vanhoutte
Priority date: 2017-06-02
Filing date: 2017-06-02
Publication date: 2019-01-07
Also published as: EP3409606A1; BE1025286A1

Abstract

Gebaksdoos bevattende een eerste en een tweede tegenover elkaar staande zijden die een onder- en een bovenvlak vormen, een derde en een vierde tegenover elkaar staande zijden die eerste dwarszijden vormen en een vijfde en zesde tegenover elkaar staande zijden die tweede dwarszijden vormen, welke vijfde, respectievelijk zesde, zijde voorzien is van een tweede klep respectievelijk een derde klep, die scharnierbaar met hun respectievelijke zijde verbonden zijn zodanig dat in opgebouwde toestand van de gebaksdoos de tweede en derde klep tegenover hun respectievelijke zijde aan een binnenkant van de gebaksdoos opgesteld zijn, welke vijfde en zesde zijde telkens van een derde respectievelijk vierde insnijding zijn voorzien en waarbij de tweede en derde klep van een tweede respectievelijk derde sluitlip zijn voorzien één en ander zodanig dat in opgebouwde toestand van de gebaksdoos de tweede sluitlip in de derde insnijding en de derde sluitlip in de vierde insnijding insteekt.Pastry box comprising a first and a second opposite sides forming a bottom and a top surface, a third and a fourth opposite sides forming first transverse sides and a fifth and sixth opposite sides forming second transverse sides, which fifth, respectively, the sixth side is provided with a second valve and a third valve, respectively, which are hingedly connected to their respective side such that in the assembled state of the box, the second and third valves are arranged opposite their respective side on an inside of the box, which the fifth and sixth sides are each provided with a third and fourth incision and wherein the second and third valve are provided with a second and third closing lip, respectively, such that in the assembled state of the cake box the second closing lip in the third incision and the third closing lip insert into the fourth incision.

Description

De uitvinding heeft betrekking op een gebaksdoos bevattende een eerste en een tweede tegenover elkaar staande zijden die een onder- en een bovenvlak vormen, een derde en een vierde tegenover elkaar staande zijden die eerste dwarszijden van de gebaksdoos vormen en een vijfde en zesde tegenover elkaar staande zijden die tweede dwarszijden van de gebaksdoos vormen. Een dergelijke gebaksdoos is bekend en uit EP-A- 3 061 698 en wordt gebruikt om gebak op te slaan en te transporteren. De eerste zijde vormt meestal het ondervlak waarop het gebak geplaatst wordt en de tweede zijde vormt het bovenvlak en is onderdeel van het deksel. De bekende gebaksdoos is meestal vervaardigd uit karton of kunststof of een combinatie van beide. Bij voorkeur is de gebaksdoos opvouwbaar teneinde de lege dozen gemakkelijk en met weinig plaats gebruik te slokkeren. Met de eerste zijde is een verdere zijde vouwbaar verbonden zodat de verdere zijde kan kantelen tussen een eerste positie waarin zij in het verlengde van eerste zijde en een tweede positie waarin zij loodrecht staat op de eerste zijde en zich evenwijdig aan derde zijde uitstrekt in gesloten toestand van de doos. Dit is gunstig omdat zodoende mogelijk is om het gebak in de gebaksdoos te plaatsen vanaf deze verdere zijde en het naar de eerste zijde te schuiven. Het is dan niet meer nodig, zoals dat bij meer gebruikelijke gebaksdozen het geval is, om het gebak in de gebaksdoos vanaf de bovenkant in te brengen of eruit te halen.The invention relates to a pastry box comprising a first and a second opposite sides forming a bottom and an upper surface, a third and a fourth opposite sides forming first transverse sides of the pastry box and a fifth and sixth opposite each other sides that form second transverse sides of the pastry box. Such a pastry box is known from EP-A-3 061 698 and is used for storing and transporting cakes. The first side usually forms the bottom surface on which the pastry is placed and the second side forms the top surface and is part of the lid. The known pastry box is usually made from cardboard or plastic or a combination of both. The cake box is preferably foldable in order to smash the empty boxes easily and with little space. A further side is foldably connected to the first side so that the further side can tilt between a first position in which it is in line with the first side and a second position in which it is perpendicular to the first side and extends parallel to the third side in closed condition of the box. This is advantageous because it is thus possible to place the cake in the pastry box from this further side and to slide it to the first side. It is then no longer necessary, as is the case with more conventional cake boxes, to insert or remove the cake in the cake box from the top.

Een nadeel van de bekende gebaksdozen is dat derde, vijfde en zesde zijden, die de opstaande wanden vormen dubbel uitgevoerd zijn om de doos enige sterkte te geven. Immers zowel het deksel als de onderbouw van de doos zijn telkens van een derde, vijfde en zesde zijde voorzien. Bovendien zijn flappen voorzien om de vierde zijde met de vijfde en zesde zijde van de onderbouw met elkaar te verbinden en verdere flappen om de derde met de vijfde en zesde zijde van het deksel met elkaar te verbinden. Deze laatste verbindingen geschieden dan ookA drawback of the known pastry boxes is that third, fifth and sixth sides, which form the upright walls, are of double design to give the box some strength. After all, both the lid and the substructure of the box are each provided with a third, fifth and sixth side. In addition, flaps are provided to connect the fourth side with the fifth and sixth sides of the substructure and further flaps to connect the third side with the fifth and sixth sides of the cover. The latter connections are therefore made

BE2017/0069BE2017 / 0069

-2middels het aanbrengen van een lijm. Dit alles heeft als gevolg dat de constructie van zo’n doos omslachtig en duur is. Doordat bovendien de flappen slechts rond de vierde zijde van de onderbouw zijn aangebracht en de verdere flappen slechts rond de derde zijde van het deksel zijn aangebracht blijft er nog steeds een redelijke kans dat de vijfde en zesde zijde van de onderbouw zwak zijn en dus kunnen inklappen waardoor er een gevaar is dat het opgeslagen gebak beschadigde wordt.-2 the application of an adhesive. All this has the consequence that the construction of such a box is cumbersome and expensive. Moreover, since the flaps are only arranged around the fourth side of the substructure and the further flaps are arranged only around the third side of the lid, there still remains a reasonable chance that the fifth and sixth sides of the substructure are weak and can therefore collapse. therefore there is a risk that the stored pastry will be damaged.

De uitvinding heeft tot doel een opvouwbare gebaksdoos te realiseren waarbij het gebak rechtstreeks op een bodemvlak kan worden geplaatst of weggehaald en de opstaande wanden voldoende stevig zijn zodat zij niet al te gemakkelijk kunnen inklappen en het gebak beschadigen.The invention has for its object to realize a foldable cake box in which the cake can be placed directly on a bottom surface or removed and the upright walls are sufficiently strong that they cannot collapse too easily and damage the cake.

Een gebaksdoos volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk dat de vijfde respectievelijk de zesde zijde voorzien is van een tweede klep respectievelijk een derde klep die zich in lengte richting van de respectievelijke zijde waarop ze is aangebracht uitstrekt, welke tweede en derde klep scharnierbaar met hun respectievelijke zijde verbonden zijn zodanig dat in opgebouwde toestand van de gebaksdoos de tweede en derde klep tegenover hun respectievelijke zijde aan een binnenkant van de gebaksdoos opgesteld zijn, welke vijfde en zesde zijde telkens van een derde respectievelijk vierde insnijding zijn voorzien en waarbij de tweede en derde klep van een tweede respectievelijk derde sluitlip zijn voorzien één en ander zodanig dat in opgebouwde toestand van de gebaksdoos de tweede sluitlip in de derde insnijding en de derde sluitlip in de vierde insnijding insteekt. De aanwezigheid van de tweede en derde klep aan de vijfde en zesde zijde maken het mogelijk deze kleppen naar de binnenzijde van de gebaksdoos te plooien zodat ze tegen hun respectievelijke zijden komen te liggen en dus de vijfde en zesde zijde versterken. Door bovendien in de vijfde en zesde zijde een insnijding te voorzien in dewelke de respectievelijke tweede en derde sluitlip telkens kunnen worden ingestoken, worden de vijfde en zesde zijde met hunTo this end, a pastry box according to the invention is characterized in that the fifth and sixth sides respectively are provided with a second valve or a third valve which extends longitudinally from the respective side on which it is arranged, which second and third valves are hinged to their respective side are connected such that in the assembled state of the cake box the second and third flap are arranged opposite their respective side on an inside of the cake box, which fifth and sixth sides are each provided with a third and fourth incision and wherein the second and third flap the second closing lip is provided with a second and third closing lip, respectively, such that in the assembled state of the cake box, the second closing lip projects into the third incision and the third closing lip into the fourth incision. The presence of the second and third valves on the fifth and sixth sides makes it possible to fold these valves to the inside of the pastry box so that they come to lie against their respective sides and thus reinforce the fifth and sixth sides. Moreover, by providing an incision in the fifth and sixth sides into which the respective second and third closing lips can be inserted each time, the fifth and sixth sides with their

BE2017/0069BE2017 / 0069

-3respectievelijke tweede en derde klep verbonden waardoor de vijfde en zesde zijde een rigide structuur bekomen. Deze rigide structuur zorgt er dan ook voor dat het deksel stevig is en dat de kans dat het in de doos aanwezige gebak wordt beschadigd door het inklappen van het deksel aanzienlijk minder is.-3 respective second and third valves connected so that the fifth and sixth sides obtain a rigid structure. This rigid structure therefore ensures that the lid is firm and that the chance that the pastry present in the box is damaged by collapsing the lid is considerably less.

Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een gebaksdoos volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de derde respectievelijk de vierde insnijding gevormd zijn door een eerste respectievelijk tweede zich in hoofdzaak in lengte richting in de betreffende zijde uitstrekkende snede en door laterale sneden zich aan de uiteinden van die eerste respectievelijk tweede snede uitstrekken en daarmede een hoek gelegen tussen 90° en 135° maken. De eerste respectievelijk tweede snede maken de penetratie daarin van de tweede respectievelijk derde sluitlip eenvoudig en betrouwbaar terwijl de laterale sneden verdere lippen doen ontstaan zodat de verdere lip boven de insnijding naar binnen kan plooien en de verdere lip onder de insnijding naar buiten kan plooien zodat sluitlip er telkens tussen geklemd kan worden.A first preferred embodiment of a cake box according to the invention is characterized in that the third and fourth incisions are formed by a first or second cut extending substantially in the longitudinal direction in the relevant side and by lateral cuts at the ends of said first and extend the second cut and thereby make an angle between 90 ° and 135 °. The first and second cut make the penetration therein of the second and third closing lip simple and reliable, while the lateral cuts cause further lips to fold inwards so that the further lip above the incision can fold in and the further lip below the incision can fold out so that the closing lip can be clamped in between.

Bij voorkeur vertonen de tweede en derde klep een naar de tweede respectievelijk derde sluitlip oplopend profiel vertonen, waarbij de tweede respectievelijk derde sluitlip een uitsteeksel ten opzichte van de tweede respectievelijk derde klep vormen en aansluiten aan het profiel. Hierdoor zijn de sluitlippen duidelijk herkenbaar, wat het bedienen ervan eenvoudiger maakt.The second and third valves preferably have a profile that rises towards the second or third closing lip, wherein the second and third closing lip, respectively, form a protrusion with respect to the second and third valve and connect to the profile. This makes the closing lips clearly recognizable, which makes it easier to operate.

Bij een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een gebaksdoos volgens de uitvinding bevat de eerste zijde een eerste rand en een tweede rand, gelegen tegenover de eerste rand, welke tweede rand een scharnierbare verbinding vormt met de vierde zijde, welke eerste zijde verder een derde en vierde tegenover elkaar gelegen rand bevat die tezamen met de eerste en tweede rand een omtrek van de eerste zijde vormen, welke eerste rand met een eerste klep scharnierbaar verbonden is en welke eerste klep van een eerste sluitlip is voorzien, welke eersteIn a second preferred embodiment of a pastry box according to the invention, the first side comprises a first edge and a second edge, opposite the first edge, which second edge forms a hinged connection to the fourth side, which first side furthermore a third and fourth opposite each other contains an edge which together with the first and second edges form a circumference of the first side, which first edge is hingedly connected to a first valve and which first valve is provided with a first closing lip, which first

BE2017/0069BE2017 / 0069

-4sluitlip verder een tong bevat, welke derde zijde van een eerste insnijding en van een tweede insnijding is voorzien, één en ander zodanig dat in gesloten toestand van de gebaksdoos de eerste sluitlip in de eerste insnijding steekt en de tong in de tweede insnijding steekt. Deze tweede voorkeursuitvoeringsvorm heeft het kenmerk dat de eerste sluitlip zich aan één zijde van een as (ai) uitstrekt en scharnierbaar is ten opzichte van die as welke zich in de eerste klep uitstrekt, en waarbij de tong zich aan de andere zijde van die as uitstrekt, welke derde zijde verder voorzien is van een grendelorgaan dat gevormd is door een insnijding in het materiaal waaruit de gebaksdoos vervaardigd is om de eerste sluitlip die in de eerste insnijding steekt aldaar te vergrendelen. Bij deze gebaksdoos vormen de tweede tot en met zesde zijde het deksel en blijft, in de opengevouwen toestand van de gebaksdoos, de eerste zijde vrij toegankelijk. De aanwezigheid van de eerste klep, die scharnierbaar met de eerste rand van de eerste zijde verbonden is, maakt het mogelijk om die eerste klep van de eerste sluitlip te voorzien. De sluiting van de gebaksdoos geschiedt dan door de tong in de tweede insnijding te steken en de eerste sluitlip in de eerste insnijding te steken. Doordat eerste en tweede insnijding zich in de derde zijde bevinden, wordt door het sluiten van de doos de eerste zijde met de derde zijde, die tot het deksel behoort, verbonden en wordt de gebaksdoos zelfdragend. De aanwezigheid van het grendelorgaan, gevormd door een insnijding in het materiaal waaruit de gebaksdoos vervaardigd, draagt er zorg voor dat de verbinding tussen de eerste sluitlip en de derde zijde niet eenvoudig loskomt en er zodoende weinig gevaar is dat de gebaksdoos openvalt tijdens het transport. De vrije toegang tot de eerste zijde maakt het mogelijk om het gebak ongehinderd erop aan te brengen. Het gebruik van een tong en een sluitlip is bekend uit CH 699 946. Echter is in deze octrooiaanvrage geen gebaksdoos maar een archiefdoos beschreven. Verder is uit deze octrooiaanvrage het niet bekend om gebruik te maken van een grendelorgaan om de sluitlip te vergrendelen en aldus de doosThe closing lip further comprises a tongue, which third side is provided with a first incision and with a second incision, such that in the closed condition of the pastry box the first closing lip protrudes into the first incision and the tongue protrudes into the second incision. This second preferred embodiment is characterized in that the first closing lip extends on one side of an axis (ai) and is pivotable with respect to that axis which extends in the first valve, and wherein the tongue extends on the other side of that axis which third side is further provided with a locking member which is formed by an incision in the material from which the cake box is made to lock the first closing lip which protrudes into the first incision there. With this cake box, the second to sixth sides form the lid and, in the unfolded condition of the cake box, the first side remains freely accessible. The presence of the first valve, which is hingedly connected to the first edge of the first side, makes it possible to provide that first valve with the first closing lip. The pastry box is then closed by inserting the tongue into the second incision and inserting the first closing lip into the first incision. Because the first and second incisions are located in the third side, the first side is connected by closing the box to the third side that belongs to the lid and the cake box becomes self-supporting. The presence of the locking member, formed by an incision in the material from which the cake box is made, ensures that the connection between the first closing lip and the third side is not easily released and there is therefore little risk of the cake box falling open during transport. The free access to the first side makes it possible to place the cake on it unhindered. The use of a tongue and a closing lip is known from CH 699 946. However, this patent application does not describe a pastry box but an archive box. Furthermore, it is not known from this patent application to use a locking member to lock the closing lip and thus the box

BE2017/0069BE2017 / 0069

-5te versterken. Versterking van de archiefdoos is echter niet noodzakelijk daar de doos uit voldoende stevig materiaal gemaakt is. Dit laatste materiaal is echter niet geschikt voor gebaksdozen daar het te duur is voor dit doeleinde.-5. However, reinforcement of the archive box is not necessary since the box is made of sufficiently strong material. However, this latter material is not suitable for pastry boxes as it is too expensive for this purpose.

Een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een gebaksdoos volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de eerste sluitlip in hoofdzaak de vorm van een driehoek vertoont waarvan de as een eerste been vormt en andere benen een eerste hoek met elkaar vormen, en de eerste insnijding door een eerste en een tweede snede gevormd is die een tweede hoek met elkaar vormen, welke tweede hoek nagenoeg gelijk is aan de eerste hoek. Het gebruik van eerste en tweede hoeken voor de eerste sluitlip en de eerste insnijding maakt het insteken van de eerste sluitlip in de eerste insnijding eenvoudig.A third preferred embodiment of a pastry box according to the invention is characterized in that the first closing lip substantially has the shape of a triangle, the axis of which forms a first leg and other legs form a first angle with each other, and the first incision by a first and a first A second cut is formed which forms a second angle with each other, which second angle is substantially equal to the first angle. The use of first and second corners for the first closing lip and the first incision makes inserting the first closing lip into the first incision simple.

Een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van een gebaksdoos volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat het grendelorgaan in hoofdzaak de vorm heeft van een cirkelsegment. Het cirkelsegment kan zodoende de punt van de eerste sluitlip voldoende overlappen wanneer deze in de eerste insnijding steekt en aldus een gedegen vergrendeling vormen.A fourth preferred embodiment of a pastry box according to the invention is characterized in that the locking member is substantially in the form of a circle segment. The circle segment can thus sufficiently overlap the tip of the first closing lip when it protrudes into the first incision and thus forms a thorough locking.

Bij voorkeur is de tweede insnijding in hoofdzaak rechthoekig en de tong in hoofdzaak trapeziumvormig en in het bijzonder gevormd door een insnijding in het materiaal waaruit de gebaksdoos vervaardigd is. Hierdoor sluiten de tong en de tweede insnijding goed bij elkaar aan en dragen bij tot een makkelijk te sluiten gebaksdoos.The second incision is preferably substantially rectangular and the tongue substantially trapezoidal and in particular formed by an incision in the material from which the cake box is made. As a result, the tongue and the second incision fit well together and contribute to an easy-to-close pastry box.

Een vijfde voorkeursuitvoeringsvorm van een gebaksdoos volgens de uitvinding heeft het kenmerk de derde en vierde zijde aan hun dwarsranden van vouwbare flappen voorzien zijn voor het verbinden van die derde en vierde zijde met de vijfde en zesde zijde. Hierdoor wordt een stevige verbinding gemaakt tussen derde en vierde, vijfde en zesde zijde van de gebaksdoos.A fifth preferred embodiment of a pastry box according to the invention is characterized in that the third and fourth sides are provided with foldable flaps at their transverse edges for connecting said third and fourth sides to the fifth and sixth sides. This creates a firm connection between the third and fourth, fifth and sixth sides of the pastry box.

BE2017/0069BE2017 / 0069

-6Een zesde voorkeursuitvoeringsvorm van een opvouwbare gebaksdoos volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de derde respectievelijk vierde rand van de eerste zijde telkens een vierde respectievelijk een vijfde klep bevat welke vierde en vijfde klep zich over een hoogte uitstrekken die kleiner is dan de helft van de hoogte van de vijfde en zesde zijde. De vierde en vijfde klep dragen verder bij aan versteviging van de eerste zijde en dus aan diegene van de gebaksdoos.A sixth preferred embodiment of a foldable cake box according to the invention is characterized in that the third and fourth edges of the first side each contain a fourth and a fifth valve, respectively, which fourth and fifth valve extend over a height that is smaller than half of the height from the fifth and sixth side. The fourth and fifth valves further contribute to reinforcement of the first side and thus to that of the pastry box.

De uitvinding zal nu nader aan de hand van in de tekening weergegeven voorbeelden nader worden beschreven. In de tekening laat:The invention will now be described in more detail with reference to examples shown in the drawing. In the drawing:

Figuur 1 een gebaksdoos volgens de uitvinding zien in open gevouwen toestand;Figure 1 shows a pastry box according to the invention in the open state;

Figuur 2 het resultaat zien van het naar boven toe kantelen van de eerste klep;Figure 2 shows the result of the first valve tilting upwards;

Figuur 3 de ingehaakte tong in de tweede insnijding zien en het vergrendelen van eerste sluitlip;Figure 3 shows the hooked tongue in the second incision and the locking of the first closing lip;

Figuur 4 de opbouw van de derde, vierde, vijfde en zesde zijde zien samen met de tweede en derde klep;Figure 4 shows the construction of the third, fourth, fifth and sixth side together with the second and third valve;

Figuur 5 de derde insnijding zien;Figure 5 shows the third incision;

Figuren 6 en 7 het verbinden van de tweede sluitlip met de vijfde zijde zien;Figures 6 and 7 show the connection of the second closing lip to the fifth side;

Figuur 8 de gebaksdoos in opgevouwen toestand zien klaar om opgezet te worden;Figure 8 shows the pastry box in the folded state ready to be set up;

Figuur 9 het opgebouwde deksel zien rustend op haar tweede zijde en klaar om naar boven gekanteld te worden;Figure 9 shows the built-up lid resting on its second side and ready to be tilted upwards;

Figuur 10 het naar boven toe gekantelde deksel van de gebaksdoos zien rustend op haar vierde zijde met vooraan de eerste zijde;Figure 10 shows the lid of the pastry box tilted upwards resting on its fourth side with the first side in front;

Figuur 11 de gebaksdoos met geopend deksel en de plaatsing van een gebak op de eerste zijde zien;Figure 11 shows the pastry box with the lid open and the placement of a pastry on the first side;

BE2017/0069BE2017 / 0069

-7Figuur 12 de sluiting zien van het deksel over de vierde en vijfde klep heen;Figure 12 shows the closure of the lid over the fourth and fifth valves;

Figuur 13 laat het totaal van de vier lagen materiaal zien die gevormd zijn wanneer het deksel van de gebaksdoos is opgebouwd;Figure 13 shows the total of the four layers of material that are formed when the lid of the pastry box is assembled;

Figuur 14 de gebaksdoos zien in gesloten toestand;Figure 14 shows the pastry box in the closed state;

Figuur 15 een tweede uitvoeringsvorm zien met transparant venster;Figure 15 shows a second embodiment with a transparent window;

Figuur 16 en een derde uitvoeringsvorm met dubbele sluiting voor een zwaar gebak; enFigure 16 and a third embodiment with double closure for a heavy pastry; and

Figuren 17, 18 en 19 een vierde uitvoeringsvorm van de doos zien met een kleefbare vergrendeling van de tweede en derde sluitlip;Figures 17, 18 and 19 show a fourth embodiment of the box with an adhesive lock of the second and third closing tab;

In de tekening is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde verwijzingscijfer toegekend.In the drawing, the same reference numeral is assigned to the same or analogous element.

Figuur 1 laat een gebaksdoos volgens de uitvinding zien in open gevouwen toestand. Bij voorkeur is de doos uit karton vervaardigd, daar dit voor een gebaksdoos bijzonder geschikt is, maar het zal duidelijk zijn dat ook andere materialen zoals kunststof of een combinatie van karton en kunststof kunnen worden gebruikt.Figure 1 shows a pastry box according to the invention in the open state. The box is preferably made of cardboard, since this is particularly suitable for a pastry box, but it will be clear that other materials such as plastic or a combination of cardboard and plastic can also be used.

De doos is opvouwbaar en bevat een eerste 1 en een tweede 2 zijde die tegenover elkaar staan wanneer de doos in opgebouwde toestand verkeert, zoals weergegeven in figuur 14. Die eerste en tweede zijde vormen een onder- en een bovenvlak van de doos. De doos bevat verder een derde 3 en een vierde 4 zijde welke, in opgebouwde toestand van de doos, tegenover elkaar staande eerste dwarszijden van de doos vormen. De doos bevat verder een vijfde 5 en een zesde 6 zijde welke, in opgebouwde toestand van de doos, tegenover elkaar staande tweede dwarszijden van de doos vormen. De eerste zijde 1 bevat een eerste rand li en een tweede rand I2, gelegen tegenover de eerste rand. Die tweede rand I2 vormt een scharnierbare verbinding met de vierde zijde 4, zodat bij het uitvouwen van de doos vanaf haar open gevouwen toestand, de vierde zijde ten opzichte van de eerste zijde omhoog kanThe box is foldable and contains a first 1 and a second 2 side that face each other when the box is in the assembled state, as shown in Figure 14. That first and second side form a bottom and a top surface of the box. The box further comprises a third 3 and a fourth 4 side which, in the assembled state of the box, form opposite first transverse sides of the box. The box further comprises a fifth and a sixth 6 sides which, in the assembled state of the box, form opposite second transverse sides of the box. The first side 1 comprises a first edge I 1 and a second edge I 2, opposite the first edge. Said second edge I2 forms a hinged connection with the fourth side 4, so that when the box is unfolded from its open position, the fourth side can be raised relative to the first side

BE2017/0069BE2017 / 0069

-8scharnieren. Die scharnierbare verbinding is bij voorkeur gevormd door het aanbrengen van een plooilijn in het materiaal waaruit de doos gevormd is. De eerste zijde 1 bevat verder een derde rand b en vierde rand k die tegenover elkaar gelegen zijn en die tezamen met de eerste en tweede rand een omtrek van de eerste zijde vormen. De eerste rand h is scharnierbaar verbonden met een eerste kiep 7.-8 hinges. Said hinged connection is preferably formed by providing a crease line in the material from which the box is formed. The first side 1 further comprises a third edge b and fourth edge k which are opposite each other and which together with the first and second edge form a circumference of the first side. The first edge h is hingedly connected to a first tip 7.

De eerste klep 7 is van een eerste sluitlip 21 voorzien. De eerste sluitlip 21 is aan één zijde van een as ai aangebracht. De eerste sluitlip 21 is kantelbaar ten opzichte van die as ai aangebracht, welke as in de eerste klep is aangebracht, zoals weergegeven in figuren 1, 2 en 3. Dit is bij voorkeur gerealiseerd door een plooilijn in het materiaal van de doos aan te brengen. De eerste sluitlip is verder voorzien van een tong 22 die zich aan de andere zijde van die as ai uitstrekt. De tong 22 is door insnijding in het materiaal van de eerste klep verkregen. De as a1 is tweeledig en strekt zich aan weerszijden van de tong uit.The first valve 7 is provided with a first closing lip 21. The first closing lip 21 is arranged on one side of an axis ai. The first closing lip 21 is arranged tiltably with respect to that axis ai, which axis is arranged in the first valve, as shown in figures 1, 2 and 3. This is preferably realized by providing a crease line in the material of the box . The first closing lip is furthermore provided with a tongue 22 which extends on the other side of said shaft ai. The tongue 22 is obtained through incision in the material of the first valve. The axis a1 is two-fold and extends on either side of the tongue.

De derde zijde 3 is van een eerste insnijding 20 voorzien alsook van een tweede insnijding 24 voorzien. De tweede insnijding is bij voorkeur gevormd door een rechthoekige opening in de derde zijde en is onder de eerste insnijding gelegen gezien in gesloten toestand van de doos, die in die toestand op haar eerste zijde rust. De eerste sluitlip en de eerste insnijding zijn zodanig geplaatst dat in opgebouwde en gesloten toestand van de gebaksdoos de eerste sluitlip 21 in de eerste insnijding 20 steekt. De tong 22 en de tweede insnijding zijn zodanig geplaatst dat in opgebouwde en gesloten toestand van de gebaksdoos de tong in de tweede insnijding steekt. De derde zijde is verder van een grendelorgaan 23 voorzien om de eerste sluitlip 21, die in de eerste insnijding 20 steekt, aldaar te vergrendelen. Het grendelorgaan is gevormd door een insnijding in het materiaal waaruit de gebaksdoos vervaardigd is.The third side 3 is provided with a first incision 20 and also with a second incision 24. The second incision is preferably formed by a rectangular opening in the third side and is located below the first incision in the closed state of the box, which in that state rests on its first side. The first closing lip and the first incision are positioned such that, in the assembled and closed state of the pastry box, the first closing lip 21 protrudes into the first incision 20. The tongue 22 and the second incision are positioned such that the tongue protrudes into the second incision in the assembled and closed state of the pastry box. The third side is further provided with a locking member 23 for locking the first closing lip 21, which projects into the first incision 20, there. The locking member is formed by an incision in the material from which the pastry box is made.

De eerste sluitlip 21 bevindt zich bij voorkeur aan een uiteinde van de eerste klep 7. De eerste sluitlip heeft bij voorkeur nagenoeg de vormThe first closing lip 21 is preferably located at one end of the first valve 7. The first closing lip preferably has substantially the shape

BE2017/0069BE2017 / 0069

-9van een driehoek waarvan de as ai een eerste been vormt en andere benen een eerste hoek met elkaar vormen. De eerste insnijding 20 is door een eerste en een tweede snede gevormd die een tweede hoek met elkaar vormen. De tweede hoek is nagenoeg gelijk is aan de eerste hoek. De eerste hoek vormt een tophoek van de driehoekvormige eerste sluitlip. Het gebruik van dergelijke hoeken maakt het insteken van de eerste sluitlip in de eerste insnijding eenvoudiger doordat de hoeken vlot in elkaar kunnen schuiven. De eerste hoek van de eerste sluitlip is bij voorkeur afgerond en de straal van deze afronding kan variëren, bijvoorbeeld in functie van de waarde van de eerste hoek.-9 of a triangle whose axis ai forms a first leg and other legs form a first angle with each other. The first incision 20 is formed by a first and a second cut forming a second angle with each other. The second corner is almost the same as the first corner. The first corner forms a top angle of the triangular first closing lip. The use of such angles makes it easier to insert the first closing lip into the first incision because the angles can slide smoothly into each other. The first corner of the first closing lip is preferably rounded and the radius of this rounding can vary, for example depending on the value of the first corner.

Het grendelorgaan 23 heeft bij voorkeur in hoofdzaak de vorm van een cirkelsegment of een halve cirkel die gevormd is door een insnijding in het materiaal waaruit de gebaksdoos vervaardigd is. Het grendelorgaan strekt zich uit aan een bovenzijde van de eerste insnijding 20 wanneer de doos in gesloten toestand op haar eerste zijde rust. Andere uitvoeringsvormen van het grendelorgaan zijn bijvoorbeeld een driehoek of een trapezium. Doordat het grendelorgaan aansluit bij de eerste insnijding eindigen de sneden van de eerste insnijding ter hoogte van het grendelorgaan.The locking member 23 is preferably substantially in the form of a circle segment or a semicircle formed by an incision in the material from which the cake box is made. The locking member extends on an upper side of the first incision 20 when the box rests on its first side when closed. Other embodiments of the locking member are, for example, a triangle or a trapezium. Because the locking member connects to the first incision, the cuts of the first incision end at the level of the locking member.

De tweede insnijding 24 is in hoofdzaak rechthoekig en de tong is in hoofdzaak trapeziumvormig. De lange zijde van de trapezium valt samen met de as ai waardoor de korte zijde dan in de tweede insnijding kan worden gestoken en dus het insteken vereenvoudigd wordt. Beide zijn gevormd door een insnijding in het materiaal waaruit de gebaksdoos vervaardigd is. Het onderste uiteinde van de snijlijnen, die de eerste insnijding vormen, bereikt bij voorkeur niet de hoogte waarop de tweede insnijding zich bevindt om zodoende het materiaal waaruit de doos vervaardigd is aldaar niet te verzwakken.The second incision 24 is substantially rectangular and the tongue is substantially trapezoidal. The long side of the trapezium coincides with the axis ai, so that the short side can then be inserted into the second incision and thus the insertion is simplified. Both are formed by an incision in the material from which the pastry box is made. The lower end of the cut lines forming the first incision preferably does not reach the height at which the second incision is located so as not to weaken the material from which the box is made there.

De eerste en tweede insnijding strekken zich bij voorkeur uit in de bovenste helft van de derde zijde wanneer de doos in gesloten toestand op haar eerste zijde rust. De eerste klep heeft ter hoogte van het uiteindeThe first and second incisions preferably extend in the upper half of the third side when the box rests on its first side when closed. The first valve has at the height of the end

BE2017/0069BE2017 / 0069

- 10van de eerste sluitlip een hoogte die groter is dan de helft van de hoogte van de derde zijde. Wanneer de eerste klep 7 omhoog geplooid is en de tong 22 in de tweede insnijding gehaakt is, die zich in de bovenste helft van de derde zijde bevindt, en de eerste sluitlip achter het grendelorgaan 23 vergrendeld is, wordt een koppel verkregen dat een goede sluiting van de eerste sluitlip verzekert.- a height that is greater than half the height of the third side of the first closing lip. When the first valve 7 is folded up and the tongue 22 is hooked into the second incision, which is located in the upper half of the third side, and the first closing lip is locked behind the locking member 23, a torque is obtained which ensures a good closure of the first closing lip.

Door de hoge plaatsing van de tweede insnijding 24 in de derde zijde 3 wordt een hefboom gevormd tussen de tweede insnijding en de rand h van de eerste zijde 1 onderaan. De stevige verankering van de eerste sluitlip en de daarmee verbonden eerste klep 7 belet dat de daarmee verbonden eerste zijde 1 kan vervormen.Due to the high placement of the second incision 24 in the third side 3, a lever is formed between the second incision and the edge h of the first side 1 at the bottom. The firm anchoring of the first closing lip and the first valve 7 connected thereto prevents the first side 1 connected therewith from deforming.

Zoals weergegeven in de figuren 1 en 4, is de vijfde 5 respectievelijk de zesde 6 zijde voorzien van een tweede 14 respectievelijk een derde klep 15 die telkens scharnierbaar verbonden is met haar respectievelijke zijde. Die scharnierbare verbinding is bij voorkeur gevormd door het aanbrengen van een plooilijn lu, I14 in het materiaal waaruit de doos gevormd is. De scharnierbare verbinding is zodanig uitgevoerd dat in opgebouwde toestand van de doos de tweede en derde klep tegenover hun respectievelijk zijde aan een binnenkant van de doos opgesteld zijn. De tweede en derde klep strekken zich uit in lengte richting van de respectievelijke zijde waarop ze zijn aangebracht en bij voorkeur over de gehele lengte van de plooilijnen I13, respectievelijk I14.As shown in Figs. 1 and 4, the fifth and sixth 6 sides respectively are provided with a second 14 and third valve 15, respectively, which are pivotally connected to its respective side. Said pivotal connection is preferably formed by the provision of a bending line lu, I14 in the material from which the box is formed. The hinged connection is designed such that in the assembled state of the box the second and third valves are arranged opposite their respective side on an inside of the box. The second and third valves extend longitudinally from the respective side on which they are mounted and preferably over the entire length of the crease lines I13 and I14, respectively.

De vijfde respectievelijk zesde zijde is telkens van een derde 25 respectievelijk vierde 26 insnijding voorzien. Zoals weergegeven in de figuren 1, 4 en 5, zijn de derde 25 respectievelijk vierde 26 insnijding bij voorkeur gevormd door een eerste 16 respectievelijk een tweede 17, zich in hoofdzaak in lengte richting uitstrekkende, snede in de vijfde 5 respectievelijk de zesde 6 zijde. De eerste en tweede snede strekken zich bij voorkeur uit over een lengte van ten minste 1,5 cm. De derde 25 respectievelijk vierde 26 insnijding is verder gevormd door lateraleThe fifth and sixth sides respectively are provided with a third and fourth 26 incisions. As shown in Figs. 1, 4 and 5, the third 25 and fourth 26 incisions, respectively, are preferably formed by a first 16 and a second 17, substantially longitudinally extending, cut in the fifth and sixth 6 sides respectively. The first and second cut preferably extend over a length of at least 1.5 cm. The third 25 and fourth 26 incisions are furthermore formed by lateral

BE2017/0069BE2017 / 0069

-11 sneden 30, 31 respectievelijk 32, 33 die zich aan de uiteinden van die eerste 16 respectievelijk tweede 17 snede uitstrekken en daarmede een hoek gelegen tussen 90° en 135° maken. De laterale sneden vertonen bij voorkeur een trechtervormig profiel. De laterale sneden vormen onder elkaar een verdere hoek. De laterale sneden strekken zich uit tot 1cm boven en tot 1cm onder de sneden 16 respectievelijk 17.-11 cuts 30, 31 and 32, 33, respectively, which extend at the ends of said first 16 and second 17 cuts and thereby make an angle between 90 ° and 135 °. The lateral cuts preferably have a funnel-shaped profile. The lateral cuts form a further angle below each other. The lateral cuts extend to 1 cm above and to 1 cm below the cuts 16 and 17, respectively.

Zoals weergegeven in de figuren 4 en 5, zullen door de aanwezigheid van de sneden 16 en 17, samen met de laterale sneden 30, 31 en 32, 33, een eerste plooibaar lid 16-a, 17-a en een tweede plooibaar lid 16-b, 17-b worden gevormd. Het eerste plooibaar lid 16-a, 17-a kan dan rond de as a2 plooien en het tweede plooibaar lid 16-b, 17b rond de as a3. De as a2 strekt zich uit in het materiaal van de doos tussen onderste uiteinden van de laterale sneden 30,31 respectievelijk 32,33, terwijl de as a3 zich eveneens in het materiaal van de doos tussen de bovenste uiteinden van de laterale sneden 30,31 respectievelijk 32,33 uitstrekt wanneer de doos in gesloten toestand op haar eerste zijde rust. In een andere uitvoeringsvorm, die niet in de tekening is weergegeven, kan het eerste plooibaar lid 16a, 17a aan de rand van de sneden 16 en 17 een opening vertonen.As shown in Figures 4 and 5, the presence of the cuts 16 and 17, together with the lateral cuts 30, 31 and 32, 33, will make a first foldable member 16-a, 17-a and a second foldable member 16 -b, 17-b are formed. The first pliable member 16-a, 17-a can then fold around the axis a2 and the second pliable member 16-b, 17b around the axis a3. The axis a2 extends into the material of the box between lower ends of the lateral cuts 30, 31 and 32.33, while the axis a3 also extends into the material of the box between the upper ends of the lateral cuts 30, 31 and 32.33 respectively when the box rests on its first side when closed. In another embodiment, which is not shown in the drawing, the first foldable member 16a, 17a may have an opening at the edge of the cuts 16 and 17.

De tweede 14 en derde 15 klep zijn van een tweede 18 respectievelijk derde sluitlip 19 voorzien die een geheel vormt met de klep waarop ze is aangebracht. De tweede en derde klep vertonen bij voorkeur een naar de tweede 18 respectievelijk derde sluitlip 19 oplopend profiel, waarbij de tweede respectievelijk derde sluitlip een uitsteeksel op dat profiel vormen. De sluitlippen 18 en 19 vormen zodoende het uiteinde van de tweede en derde klep. De sluitlippen 18 en 19 en de insnijdingen 25 en 26 zijn zodanig aangebracht en gedimensioneerd dat in opgebouwde toestand van de doos de tweede sluitlip in de derde insnijding en de derde sluitlip in de vierde insnijding insteekt. De insnijdingen 25 en 26 zijn bij voorkeur in het midden van de vijfde en zesde zijde aangebracht en de sluitlippen 18 en 19 rond hetThe second 14 and third 15 valves are provided with a second 18 and third closing lip 19, respectively, which is integral with the valve on which it is mounted. The second and third flap preferably have a profile rising towards the second 18 and third closing lip 19, wherein the second and third closing lip, respectively, form a protrusion on that profile. The closing lips 18 and 19 thus form the end of the second and third valve. The closing lips 18 and 19 and the incisions 25 and 26 are arranged and dimensioned such that, in the assembled state of the box, the second closing lip projects into the third incision and the third closing lip into the fourth incision. The incisions 25 and 26 are preferably arranged in the middle of the fifth and sixth sides and the closing lips 18 and 19 around the

BE2017/0069BE2017 / 0069

-12midden van de tweede en derde klep aangebracht. De tweede en derde sluitlippen hebben bij voorkeur een trapezium vorm wat het insteken in de derde en vierde insnijding makkelijker maakt.Arranged in the middle of the second and third valves. The second and third closing lips preferably have a trapezoidal shape which makes it easier to insert into the third and fourth incision.

De derde b, respectievelijk vierde U, rand van de eerste zijde 1 is met een vierde 8, respectievelijk een vijfde 9, klep scharnierbaar verbonden zodat zij opstaande kleppen kunnen vormen in de opgebouwde toestand van de doos. Die scharnierbare verbinding is bij voorkeur gevormd door het aanbrengen van een plooilijn in het materiaal waaruit de doos gevormd is. Deze plooilijnen zijn ter hoogte van de randen b en k aangebracht. De vierde en vijfde klep strekken zich over een hoogte uit die kleiner is dan de helft van de hoogte van de vijfde 5 en zesde 6 zijde.The third b, or fourth U, edge of the first side 1 is pivotally connected to a fourth 8 and a fifth 9, respectively, so that they can form upright valves in the assembled state of the box. Said hinged connection is preferably formed by providing a crease line in the material from which the box is formed. These fold lines are arranged at the height of the edges b and k. The fourth and fifth valves extend over a height that is less than half the height of the fifth and sixth sides.

Figuur 1 laat verder zien dat de derde 3 en vierde 4 zijden aan hun dwarsranden van vouwbare flappen 10-1, 10-2, 11-1, 11-2, 12-1, 122, 13-1 en 13-2 voorzien zijn. Deze vouwbare flappen dienen voor het verbinden van de derde en vierde zijde met de vijfde en zesde zijde. De vouwbare flappen hebben bij voorkeur een iets geringe, bijvoorbeeld 2 mm, hoogte als diegene van de zijde waarop ze zijn aangebracht. Deze iets geringere hoogte vereenvoudigt het opbouwen van de doos. De vouwbare flappen zijn telkens gevormd in het materiaal van de doos. Ze bevatten een driehoekvormig deel 10-1, 11-1, 12-1 en 13-1 met daaraan aangesloten een vierhoekvomige deel 10-2, 11-2, 12-2 en 13-2, Het vierhoekvomige deel is verkregen door uit te gaan van een driehoekvormig deel waarbij aan een vrije rand, namelijk diegene die een buitenrand vormt, een hoek uit het materiaal te snijden. Volgens een andere uitvoeringsvorm, die in de tekening niet is weergegeven, zijn de vouwbare flappen door twee driehoekvormige delen gevormd.Figure 1 further shows that the third 3 and fourth 4 sides are provided with foldable flaps 10-1, 10-2, 11-1, 11-2, 12-1, 122, 13-1 and 13-2 on their transverse edges. . These foldable flaps serve to connect the third and fourth sides with the fifth and sixth sides. The foldable flaps preferably have a slightly small, for example 2 mm, height as that of the side on which they are arranged. This slightly lower height simplifies the construction of the box. The foldable flaps are each formed in the material of the box. They contain a triangular part 10-1, 11-1, 12-1 and 13-1 with a quadrangular part 10-2, 11-2, 12-2 and 13-2 connected to it. The quadrangular part is obtained by starting from a triangular part where at a free edge, namely the one forming an outer edge, an angle is cut out of the material. According to another embodiment, which is not shown in the drawing, the foldable flaps are formed by two triangular parts.

De vouwbare flappen zijn verbonden met de respectievelijke zijde aan dewelke ze aansluiten doordat ze vervaardigd zijn uit het materiaal waaruit de doos vervaardigd is. De verbinding tussen de vouwbare flappen en de zijden waarmee ze verbonden zijn is gevormd door eenThe foldable flaps are connected to the respective side on which they connect because they are made from the material from which the box is made. The connection between the foldable flaps and the sides to which they are connected is formed by a

BE2017/0069BE2017 / 0069

-13plooilijn. Tussen telkens het driehoekvormig deel en het vierhoekvomige deel strekt zich een respectievelijke plooilijn b, le, I9 en I10 uit. Deze laatste plooilijnen strekken zich telkens diagonaal uit vanaf een hoekpunt van de tweede zijde. De aanwezigheid van die plooilijnen in de vouwbare flappen maken het mogelijk dat bij het opbouwen van de doos, zoals weergegeven in figuur 4, de flappen zich langs die plooilijnen kunnen vouwen en zodoende in gevouwen toestand tegen de vijfde, respectievelijk zesde, zijde gaan aanliggen. Bij voorkeur zijn de vierhoekvormige delen bij een gebruiksklare doos reeds tegen de vijfde respectievelijk zesde zijde gekleefd wat de rigiditeit van de doos ten goede komt.-13 pleated line. Between the triangular-shaped part and the quadrangular-shaped part in each case, a respective bending line b, le, I9 and I10 extends. These last crease lines each extend diagonally from a corner point of the second side. The presence of those fold lines in the foldable flaps make it possible for the flaps, when shown in Figure 4, to fold along those fold lines and thus lie against the fifth or sixth side when folded. The quadrangular parts are preferably already adhered to the fifth and sixth sides when the box is ready for use, which benefits the rigidity of the box.

De lengte en de vorm van de vouwbare flappen zijn zo dat ze ten opzichte van de vijfde en zesde zijden altijd de nodige ruimte bieden aan de derde 25 en vierde 26 insnijding die zich uitstrekken tussen die vouwbare flappen wanneer deze zich tegen de vijfde en zesde zijde uitstrekken, zoals weergegeven in figuur 4. Hierdoor zullen die flappen de werking van de tweede en derde sluitlip niet storen. De aanwezigheid van de uitsnijding volgens de hoek in het vierhoekvormige deel draagt verder bij om bij kleinere gebaksdozen voldoende ruimte te bieden aan de tweede 18 en derde 19 sluitlip wanneer de tweede 14 en derde 15 klep zich in het inwendige van de doos bevinden.The length and shape of the foldable flaps are such that, relative to the fifth and sixth sides, they always provide the necessary space for the third 25 and fourth 26 incisions that extend between those foldable flaps when they are against the fifth and sixth sides extend, as shown in Figure 4. As a result, these flaps will not interfere with the operation of the second and third closing tab. The presence of the corner cut-out in the quadrilateral part further contributes to provide sufficient space for the second 18 and third 19 closing lip for smaller cake boxes when the second 14 and third flap are located inside the box.

Het zal duidelijk zijn dat de in de figuur 1 weergegeven uitvoeringsvorm van de opvouwbare flappen een voorkeursuitvoering vormt en dat andere uitvoeringen ook mogelijk zijn zoals bijvoorbeeld twee driehoeken zonder een hoekinsnijding of twee gelijkbenige driehoeken.It will be clear that the embodiment of the foldable flaps shown in Figure 1 constitutes a preferred embodiment and that other embodiments are also possible such as, for example, two triangles without an angle incision or two isosceles triangles.

De doos volgens de uitvinding wordt in gevouwen toestand opgeslagen, zoals weergeven in figuur 8, teneinde de opslagruimte efficiënt te gebruiken. In deze gevouwen toestand liggen de derde 3 en vierde 4 zijde op de tweede 2 zijde en strekken de vijfde 5 en zesde 6 zijde zich aan weerszijden van de tweede zijde uit. De tweede 14 enThe box according to the invention is stored in a folded state, as shown in Figure 8, in order to use the storage space efficiently. In this folded state, the third 3 and fourth 4 sides lie on the second 2 side and the fifth 5 and sixth 6 sides extend on either side of the second side. The second 14 and

BE2017/0069BE2017 / 0069

- 14derde 15 klep zijn tegen de vijfde respectievelijk zesde zijde gevouwen en rusten daarop. De opvouwbare flappen zijn in opgevouwen toestand. De eerste zijde is over 180° gevouwen ten opzichte van de vierde zijde en rust daarop. De vierde 8 en vijfde 9 klep liggen niet gevouwen in hetzelfde vlak als de eerste zijde. De eerste klep ligt eveneens niet gevouwen in hetzelfde vlak als de eerste zijde.14th valve are folded against the fifth and sixth sides respectively and rest on it. The foldable flaps are in the folded state. The first side is folded through 180 ° with respect to the fourth side and rests on it. The fourth 8 and fifth 9 valves are not folded in the same plane as the first side. The first valve is also not folded in the same plane as the first side.

Alvorens één of meer gebaksstukken in de doos op te slaan, zal de doos worden opgebouwd vertrekkende van de gevouwen toestand, zoals weergegeven in figuur 8, waarbij de op te bouwen doos op haar tweede zijde rust. Met beide handen tilt de gebruiker de vijfde 5 en zesde zijde 6 op zodat deze langs de respectievelijke randen lu en I12 vouwen ten opzichte van de tweede zijde en omhoogkomen. Hierbij worden de reeds tegen de vijfde en zesde zijde gevouwen en daarmee verbonden tweede 14 en derde 15 klep mee opgetild waardoor deze aan de binnenkant van het deksel van de doos komen te staan.Before storing one or more pastry pieces in the box, the box will be constructed starting from the folded condition, as shown in Figure 8, the box to be built resting on its second side. With both hands the user lifts the fifth and sixth sides 6 so that they fold along the respective edges lu and I12 relative to the second side and come up. The second 14 and third flap, which is already folded against the fifth and sixth sides and connected thereto, is thereby lifted, so that these end up on the inside of the lid of the box.

Het recht opkomen van de vijfde en zesde zijde heeft tot gevolg dat de daarmee verbonden vouwbare flappen 10-2, 12-2 en 11-2, 13-2, langs hun respectievelijke plooilijnen I7, h en h, I10 en ten opzichte van de zijden waarmee ze verbonden zich openvouwen, zodat ze in vlakke toestand tegen de vijfde respectievelijk zesde zijde zullen aanleunen. De derde 3 en vierde zijde 4, die verbonden zijn met de vouwbare flappen 10-1, 12-1 en 11-1, 13-1, zullen hierdoor langs de randen I5, Ie en ten opzichte van de tweede zijde 2, mee rechtop komen te staan. Zoals weergegeven in figuur 9, scharniert de eerste zijde 1, langs rand I2, mee naar boven en komt schuin ten opzichte van het deksel te staan. Vervolgens worden, zoals weergegeven in figuur 4, de tweede 14 en derde 15 klep verder geplooid langs de plooilijnen I13 en I14 tot deze evenwijdig met de respectievelijk vijfde en zesde zijde komen te staan. Het naar de binnenkant van de doos scharnieren van de tweede en de derde klep heeft als gevolg dat de tweede 18 en derde 19 sluitlip zich naar de derde 25 respectievelijk vierde 26 insnijding gaan begeven.The right rise of the fifth and sixth side has the result that the foldable flaps 10-2, 12-2 and 11-2, 13-2 connected thereto, along their respective fold lines I7, h and h, I10 and with respect to the sides with which they are connected unfold, so that they will lean against the fifth and sixth sides in a flat state. The third 3 and fourth side 4, which are connected to the foldable flaps 10-1, 12-1 and 11-1, 13-1, will hereby also upright along the edges I5, Ie and with respect to the second side 2 come to stand. As shown in Figure 9, the first side 1, along edge I2, also hinges upwards and comes to be inclined with respect to the cover. Next, as shown in Figure 4, the second 14 and third 15 valves are further pleated along the crease lines I13 and I14 until they come to lie parallel to the fifth and sixth sides, respectively. The hinging of the second and third flap to the inside of the box results in the second 18 and third 19 closing lips moving towards the third and fourth 26 incisions, respectively.

BE2017/0069BE2017 / 0069

-15Zoals weergegeven in de figuur 5 kunnen de stuitlippen dan penetreren in de respectievelijke insnijdingen.As shown in Figure 5, the tail tabs can then penetrate into the respective incisions.

Daar de op te bouwen gebaksdoos op de tweede zijde rust, kan de gebruiker, zoals te zien is in figuren 6 en 7, en mede dankzij de soepelheid van het materiaal en de aanwezigheid van de snede 16, handmatig de tweede klep 14, die zich boven de as a2 bevindt, naar de binnenkant van het deksel kantelen. Hierdoor kan de tweede sluitlip 18, die zich onder de as 32 bevindt, tussen duim en wijsvinger gemakkelijk buitenwaarts gekanteld worden, door de derde insnijding 25 heen. Vervolgens wordt deze handeling herhaald voor de vergrendeling van de derde sluitlip 19 in de vierde insnijding 26 van de zesde zijde 6.Since the cake box to be built up rests on the second side, the user can, as can be seen in figures 6 and 7, and partly thanks to the flexibility of the material and the presence of the cut 16, manually open the second valve 14, which above the axis a2, tilt to the inside of the cover. As a result, the second closing lip 18, which is located under the shaft 32, can easily be tilted outwards between the thumb and forefinger, through the third incision 25. This operation is then repeated for locking the third closing lip 19 in the fourth incision 26 of the sixth side 6.

Bij het doordrukken van de stuitlippen worden, rond de assen a2 en a3, het eerste en tweede plooibaar lid 16-a, 16-b, respectievelijk 17-a, 17-b naar buiten gedrukt en bieden zodoende de nodige ruimte om de tweede sluitlip 18 respectievelijk derde sluitlip 19 in de derde insnijding 25 respectievelijk vierde insnijding 26 te laten penetreren. De sluitlip steekt hierbij een viertal mm door de snede 16 respectievelijk snede 17. Zoals te zien is in figuur 7 staat dan het eerste plooibaar lid 16-a respectievelijk 17-a voor, en het tweede plooibaar lid 16-b respectievelijk 17-b achter de tweede 18 respectievelijk derde sluitlip 19. Het tweede plooibaar lid 16-b respectievelijk 17-b belet dat de tweede sluitlip 18 respectievelijk derde sluitlip 19 binnen het deksel terug kan klappen.When the butt lips are pressed through, the first and second foldable members 16-a, 16-b, 17-a, 17-b, respectively, are pressed outwards around the axes a2 and a3 and thus offer the necessary space around the second closing lip 18 or third closure lip 19, respectively, to penetrate into the third incision 25 and fourth incision 26, respectively. The closing lip protrudes four mm through the cut 16 and cut 17. In this case, as can be seen in Figure 7, the first foldable member 16-a and 17-a respectively, and the second foldable member 16-b and 17-b respectively the second 18 respectively third closing lip 19. The second foldable member 16-b and 17-b respectively prevents the second closing lip 18 or third closing lip 19 from folding back inside the cover.

Doordat de vouwbare flappen 10, 11, 12 en 13 zodanig zijn gedimensioneerd dat de derde 25 en vierde 26 insnijding zich uitstrekken tussen die vouwbare flappen wanneer deze zich tegen de vijfde en zesde zijde uitstrekken, zullen deze vouwbare flappen de samenwerking tussen de sluitlippen en de insnijdingen niet hinderen. De rol van de vouwbare flappen is de verbinding tussen de derde, vierde, vijfde en zesde zijden te realiseren. Doordat de tweede 14 en respectievelijk derde klep 15 over de vouwbare flappen 10, 12 en respectievelijk 11 en 13 heen geplooid zijn, worden de vouwbare flappen tussen de tweede respectievelijk derdeBecause the foldable flaps 10, 11, 12 and 13 are dimensioned such that the third 25 and fourth 26 incisions extend between those foldable flaps when they extend against the fifth and sixth sides, these foldable flaps will enhance the cooperation between the closing lips and the do not interfere with incisions. The role of the foldable flaps is to realize the connection between the third, fourth, fifth and sixth sides. Because the second 14 and third valve 15, respectively, are folded over the foldable flaps 10, 12 and 11 and 13 respectively, the foldable flaps between the second and third

BE2017/0069BE2017 / 0069

- 16klep en de vijfde respectievelijk zesde zijde van het deksel vastgeklemd. Zodoende wordt een stevige verbinding tot stand gebracht tussen de vouwbare flappen en de opstaande zijden van het deksel. Zoals weergegeven in figuur 9 is het deksel van de doos nu gemonteerd.- 16 valve and the fifth and sixth sides of the lid clamped. Thus, a firm connection is established between the foldable flaps and the upstanding sides of the lid. As shown in Figure 9, the lid of the box is now mounted.

Het deksel dat nog op haar tweede zijde 2 rust wordt dan naar boven toe gekanteld langs de rand Ie, zoals weergegeven in figuren 9 en 10, zodat de vierde zijde 4 horizontaal en in hetzelfde vlak komt te liggen dan de eerste zijde 1. Zoals weergegeven in figuur 11 kan het gebak op de vlakke eerste zijde geplaatst worden. De eerste, tweede, derde, vierde, vijfde en zesde zijde vormen het deksel van de doos. Doordat de eerste 7, vierde 8 en vijfde 9 klep in hetzelfde vlak liggen als de eerste zijde 1 zullen zij het neerzetten van het gebak op de eerste zijde niet hinderen. De laterale ruimte rond de eerste zijde wordt dus nauwelijks gehinderd door het deksel en is ruimschoots voldoende voor het gebak ongehinderd op de eerste zijde te plaatsen. De gebruiker hoeft het gebak niet meer in een doos te laten zakken of uit te halen, wat bij de gebruikelijke dozen wel het geval is. Het gebak kan achteraf door de gebruiker eenvoudig van zijde 1 uitgeschoven worden. Sommige gebakken, zoals cakes, kunnen ook ter plaatse versneden worden. Nadat het gebak op de eerste zijde is geplaatst worden de vierde 8 en vijfde klep 9 ten opzichte van rand b en I k iets over de 90° naar omhoog geplooid ten opzichte van de eerste zijde.The lid still resting on its second side 2 is then tilted upwards along the edge Ie, as shown in figures 9 and 10, so that the fourth side 4 comes to lie horizontally and in the same plane as the first side 1. As shown in figure 11 the pastry can be placed on the flat first side. The first, second, third, fourth, fifth and sixth sides form the lid of the box. Because the first 7, fourth 8 and fifth 9 valves are in the same plane as the first side 1, they will not prevent the cake from being deposited on the first side. The lateral space around the first side is therefore hardly impeded by the lid and is more than sufficient for the pastry to be placed on the first side without hindrance. The user no longer has to lower or remove the cake in a box, which is the case with the usual boxes. Afterwards the user can easily slide the cake from side 1. Some baked goods, such as cakes, can also be cut on the spot. After the cake has been placed on the first side, the fourth 8 and fifth valve 9 are folded up slightly over 90 ° with respect to edge b and Ik relative to the first side.

Om het deksel te sluiten, gevormd door de tweede tot en met de zesde zijde die met elkaar verbonden zijn in de opgebouwde toestand van de doos, zal de gebruiker het deksel naar beneden kantelen zoals aangegeven door de pijl 36 in figuur 12. De gebruiker zal het deksel over de vierde 8 en vijfde klep 9 heen sluiten. Zodoende komen de binnenin geplaatste vierde 8 en vijfde klep 9 tegen de tweede 14 en derde klep 15 te liggen. Wanneer het deksel zich volledig over de eerste zijde 1 uitstrekt staat de derde zijde 3 ter hoogte van de eerste rand h met dewelke de eerste klep 7 verbonden is. Ter hoogte van de vierde 8 enTo close the lid formed by the second to sixth sides connected together in the assembled state of the box, the user will tilt the lid down as indicated by the arrow 36 in Figure 12. The user will close the lid over the fourth 8 and fifth valve 9. Thus, the fourth 8 and fifth valve 9 placed inside lie against the second 14 and third valve 15. When the cover extends completely over the first side 1, the third side 3 is at the level of the first edge h to which the first valve 7 is connected. At the level of the fourth 8 and

BE2017/0069BE2017 / 0069

-17vijfde klep 9 bevinden zich nu ook, zoals weergegeven in figuur 13, een deel van de tweede 14 en derde 15 klep, een deel van de opvouwbare flappen en de vijfde respectievelijk zesde zijde waardoor vier naast elkaar geplaatste lagen materiaal van de doos voor een grote stijfheid van de zijwanden zorgen.As shown in Fig. 13, fifth valve 9 is now also a part of the second 14 and third valve, a part of the foldable flaps and the fifth and sixth sides respectively, whereby four adjacent layers of material of the box for a high stiffness of the side walls.

Om de doos te sluiten wordt, zoals te zien is in figuren 2 en 3, de eerste klep 7 waarop zich de eerste sluitlip bevindt handmatig naar boven toe gekanteld totdat ze tegen de derde zijde komt te staan. De eerste sluitlip 21 komt zodoende juist tegenover de eerste insnijding 20 te staan en de tong tegenover de tweede insnijding 24 te staan. De tong 22 wordt dan in de tweede insnijding 24 gestoken, De trapeziumvorm van de tong maakt het insteken ervan in de tweede insnijding eenvoudiger. Daarna zal de gebruiker op de eerste sluitlip 21 ten opzichte van de as ai verder laten kantelen totdat deze zich tegen de derde zijde uitstrekt. Hierdoor draait de tong inwaarts in de tweede insnijding en zal zich inhaken in deze tweede insnijding. De randen van de eerste sluitlip gaan nu aansluiten aan de sneden van de eerste insnijding. De afgeronde hoek van de eerste sluitlip bevindt zich dan juist tegenover het grendelorgaan. De gebruiker drukt met zijn vinger de eerste sluitlip door de eerste insnijding 20 zodat deze in het inwendige van de doos penetreert. Bij deze handeling drukt de gebruiker de eerste sluitlip over het grendelorgaan 23 heen. Het terugveren van het grendelorgaan zorgt ervoor dat de eerste sluitlip nu in de eerste insnijding vergrendeld is.To close the box, as can be seen in figures 2 and 3, the first valve 7 on which the first closing lip is located is manually tilted upwards until it comes to rest against the third side. The first closing lip 21 thus comes to be just opposite the first incision 20 and the tongue opposite the second incision 24. The tongue 22 is then inserted into the second incision 24. The trapezoidal shape of the tongue makes it easier to insert it into the second incision. The user will then allow the first closing lip 21 to tilt further relative to the axis ai until it extends against the third side. This causes the tongue to turn inwards into the second incision and will hook into this second incision. The edges of the first closing lip will now connect to the cuts of the first incision. The rounded corner of the first closing lip is then just opposite the locking member. The user pushes the first closing lip through the first incision 20 with his finger so that it penetrates into the interior of the box. In this operation, the user presses the first closing lip over the locking member 23. Springing back the locking member ensures that the first closing lip is now locked in the first incision.

De eerste insnijding die verbonden is met het grendelorgaan maakt het mogelijk dat het tussenliggende materiaal van de derde zijde doorbuigt waardoor de sluitlip achter het grendelorgaan vergrendeld wordt. Doordat de eerste klep, die verbonden is met de eerste zijde, nu met de derde zijde verbonden is, is ook de eerste zijde met de derde verbonden en is de doos geheel gesloten. Hierdoor wordt de doos zelfdragend.The first incision that is connected to the locking member allows the intermediate material to bend from the third side, thereby locking the locking tab behind the locking member. Because the first valve, which is connected to the first side, is now connected to the third side, the first side is also connected to the third side and the box is completely closed. This makes the box self-supporting.

BE2017/0069BE2017 / 0069

-18Om de eerste sluitlip te ontgrendelen en de doos te openen zal de consument eenvoudigweg, langs één van haar zijranden, de eerste sluitlip 21 vanachter het grendelorgaan 23 wegtrekken en naar beneden toe laten scharnieren rond de as ai waardoor de eerste sluitlip 21 uit de eerste insnijding 20 losgehaakt kan worden. Door het scharnieren van de eerste sluitlip zal ook de tong uit de tweede insnijding naar buiten komen. Door nu de eerste klep naar beneden te laten kantelen rond de rand h wordt de tong uit de tweede insnijding verwijderd en komt het deksel vrij van de eerste zijde. Daarna hoeft de gebruiker slechts nog het deksel omhoog te kantelen om toegang tot het gebak te verkrijgen.To unlock the first closing lip and open the box, the consumer will simply, along one of its side edges, pull the first closing lip 21 from behind the locking member 23 and pivot downwards about the axis ai, whereby the first closing lip 21 emerges from the first incision 20 can be detached. By pivoting the first closing lip, the tongue will also come out of the second incision. By now tilting the first valve downwards around the edge h, the tongue is removed from the second incision and the lid is released from the first side. The user then only has to tilt the lid upwards to gain access to the cake.

Figuur 15 laat en andere uitvoeringsvorm zien van de doos volgens de uitvinding. De tweede zijde 2 en de vierde zijde 4 zijn voorzien van een doorschijnend venster in kunststoffolie met een zicht op de verschillende interne kleppen en insnijdingen.Figure 15 shows another embodiment of the box according to the invention. The second side 2 and the fourth side 4 are provided with a translucent plastic film window with a view of the various internal valves and incisions.

Figuur 16 laat nog een andere uitvoeringsvorm zien waarbij de derde zijde 3 en de eerste klep 7 van twee eerste sluitlippen 21 en twee eerste 20 en tweede 24 insnijdingen is voorzien. Deze doos is in het bijzonder geschikt voor grote taarten die een gewicht van meer dan 750g hebben en dus een grotere kracht op de eerste zijde uitoefenen. De beide eerste sluitlippen en eerste en tweede insnijdingen zijn identiek uitgevoerd aan de hiervoor beschreven eerste sluitlip en eerste en tweede insnijdingen.Figure 16 shows yet another embodiment in which the third side 3 and the first valve 7 are provided with two first closing lips 21 and two first 20 and second 24 incisions. This box is particularly suitable for large cakes that have a weight of more than 750 g and therefore exert a greater force on the first side. The two first closing lips and first and second incisions are of identical design to the first closing lip and first and second incisions described above.

De figuren 17, 18 en 19 laten nog een andere uitvoeringsvorm van de doos volgens de uitvinding zien. Deze uitvoeringsvorm onderscheidt zich van diegene weergegeven in figuur 1 doordat de tweede 18’ en derde 19’ sluitlip voorzien zijn van een laag kleefstof 40 bekleed met een schutvel 41. De doos is niet voorzien van een derde en vierde insnijding in de vijfde en zesde zijde. Bij het opbouwen van de doos zal het schutvel verwijderd worden en zullen de tweede 18’ en derde 19’ sluitlip tegen de vijfde respectievelijk zesde zijde aan de binnenwand van deFigures 17, 18 and 19 show yet another embodiment of the box according to the invention. This embodiment differs from the one shown in Figure 1 in that the second 18 'and third 19' closing tabs are provided with a layer of adhesive 40 covered with a protective sheet 41. The box is not provided with a third and fourth incision in the fifth and sixth side . When assembling the box, the protective sheet will be removed and the second 18 "and third 19" closing tabs will be against the fifth and sixth sides respectively on the inner wall of the box.

BE2017/0069BE2017 / 0069

-19doos gekleefd worden. De sluiting van de doos geschiedt op analoge wijze is diegene hiervoor beschreven.-19 box can be stuck. The closure of the box takes place in an analogous manner as described above.

Claims

A cake box comprising a first (1) and a second (2) opposite sides forming a bottom and an upper surface, a third (3) and a fourth (4) opposite sides forming first transverse sides of the cake box and a fifth (5) and sixth (6) opposite sides forming second transverse sides of the pastry box, characterized in that the fifth (5) and the sixth (6) side respectively are provided with a second valve (14) and a third flap (15) extending longitudinally from the respective side on which it is mounted, which second and third flap are hingedly connected to their respective side such that in the assembled state of the box the second and third flap opposite their respective side on a are arranged inside of the pastry box, which fifth and sixth sides are each provided with a third (25) and fourth incision (26) and wherein the second and third valve have a second (18) and third closing lip (19) are all provided such that in the assembled state of the cake box the second closing lip protrudes into the third incision and the third closing lip into the fourth incision.

A cake box according to claim 1, characterized in that the third (25) and fourth (26) incisions are formed by a first (16) or second (17) cut extending substantially in the longitudinal direction in the relevant side and by lateral cuts (30, 31 and 32.33) extend at the ends of said first and second cuts respectively, making an angle between 90 ° and 135 °.

Cake box according to claim 2, characterized in that the lateral cuts form a further angle below each other.

A pastry box according to claim 2 or 3, characterized in that the second and third flap have a profile that extends towards the second (18) and third closing lip (19), wherein the

BE2017 / 0069

-21 second (18) or third closing lip (19), respectively, form a protrusion with respect to the second and third valve and connect to the rising profile.

A cake box according to any one of claims 1 to 4, wherein the first side comprises a first edge (11) and a second edge (I2), opposite the first edge, which second edge forms a hinged connection to the fourth side , which first side further comprises a third (I3) and fourth (I4) opposite edge which together with the first and second edge form a circumference of the first side, which first edge is hingedly connected to a first valve (7) and which first valve is provided with a first closing lip (21), which first closing lip further comprises a tongue (22), which third side is provided with a first incision (20) and with a second incision (24), such that in the closed condition of the box, the first closing lip extends into the first incision and the tongue extends into the second incision, characterized in that the first closing lip extends on one side of an axis (ai) and is pivotable with respect to that axis which z extending in the first valve, and wherein the tongue extends on the other side of that shaft, which third side is further provided with a locking member (23) formed by an incision in the material from which the box is made around the first locking lip that protrudes into the first incision there.

Pastry box according to claim 5, characterized in that the first closing lip (21) has substantially the shape of a triangle, the axis (ai) of which forms a first leg and other legs form a first angle with each other, and the first incision (20) is formed by a first and a second cut forming a second angle with each other, which second angle is substantially equal to the first angle.

Cake box according to claim 5 or 6, characterized in that the locking element is substantially in the form of a circle segment.

BE2017 / 0069

Cake box according to one of claims 5 to 7, characterized in that the locking member connects to the first incision.

Cake box according to one of claims 5 to 8, characterized in that the second incision (24) is substantially rectangular and the tongue is substantially trapezoidal and in particular formed by an incision in the material from which the first valve is made is.

A cake box according to any one of claims 1 to 9, characterized in that the second and third closing tabs are provided with a layer of adhesive such that in the assembled state of the cake box the second closing tabs can be glued against the fifth side and the third sealing lip is adhesive to the sixth side.

A pastry box according to any one of claims 1 to

10, characterized in that the third and fourth sides are provided with foldable flaps (10, 11, and 12, 13) at their transverse edges for connecting said third and fourth sides to the fifth and sixth sides.

A pastry box according to claim 11, characterized in that the foldable flaps extend on either side of the third and fourth incision, respectively, when they extend against the fifth and sixth sides.

Pastry box according to one of claims 1 to 12, characterized in that the third (h) or fourth (k) edge of the first side (1) in each case comprises a fourth (8) and a fifth (9) valve, respectively, which fourth and fifth valve extending over a height that is less than half the height of the fifth and sixth sides.