BE1024981B1 - Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage - Google Patents
Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage Download PDFInfo
- Publication number
- BE1024981B1 BE1024981B1 BE2017/5453A BE201705453A BE1024981B1 BE 1024981 B1 BE1024981 B1 BE 1024981B1 BE 2017/5453 A BE2017/5453 A BE 2017/5453A BE 201705453 A BE201705453 A BE 201705453A BE 1024981 B1 BE1024981 B1 BE 1024981B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- program product
- computer program
- platform
- car
- guide
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04H—BUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
- E04H6/00—Buildings for parking cars, rolling-stock, aircraft, vessels or like vehicles, e.g. garages
- E04H6/08—Garages for many vehicles
- E04H6/12—Garages for many vehicles with mechanical means for shifting or lifting vehicles
- E04H6/18—Garages for many vehicles with mechanical means for shifting or lifting vehicles with means for transport in vertical direction only or independently in vertical and horizontal directions
- E04H6/182—Garages for many vehicles with mechanical means for shifting or lifting vehicles with means for transport in vertical direction only or independently in vertical and horizontal directions using car-gripping transfer means
- E04H6/183—Garages for many vehicles with mechanical means for shifting or lifting vehicles with means for transport in vertical direction only or independently in vertical and horizontal directions using car-gripping transfer means without transverse movement of the car after leaving the transfer means
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04H—BUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
- E04H6/00—Buildings for parking cars, rolling-stock, aircraft, vessels or like vehicles, e.g. garages
- E04H6/42—Devices or arrangements peculiar to garages, not covered elsewhere, e.g. securing devices, safety devices, monitoring and operating schemes; centering devices
- E04H6/422—Automatically operated car-parks
- E04H6/424—Positioning devices
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Traffic Control Systems (AREA)
Abstract
De uitvinding betreft een computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage. Het computerprogrammaproduct omvat instructies voor het verplaatsen van de wagen van een inkomruimte naar een parkeerplaats met behulp van een verplaatsbaar plateau alsook instructies voor het aansturen van een centreerinrichting in de inkomruimte op basis van een door de wagen onderbroken optisch signaal. Bij voorkeur omvat het computerprogrammaproduct eveneens een gebruikersset van instructies geschikt voor een gebruikerstoestel voor het op afstand versturen van een aanvraag voor het klaarzetten van een geparkeerde wagen in de inkomruimte.
Description
(73) Houder(s) :
B-SI BVBA 2600, BERCHEM België (72) Uitvinder(s) :
SCHEPERS Johan 2600 BERCHEM België (54) Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage (57) De uitvinding betreft een computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage. Het computerprogrammaproduct omvat instructies voor het verplaatsen van de wagen van een inkomruimte naar een parkeerplaats met behulp van een verplaatsbaar plateau alsook instructies voor het aansturen van een centreerinrichting in de inkomruimte op basis van een door de wagen onderbroken optisch signaal. Bij voorkeur omvat het computerprogrammaproduct eveneens een gebruikersset van instructies geschikt voor een gebruikerstoestel voor het op afstand versturen van een aanvraag voor het klaarzetten van een geparkeerde wagen in de inkomruimte.
Fig- 1
G
BELGISCH UITVINDINGSOCTROOI
FOD Economie, K.M.O., Middenstand & Energie
Publicatienummer: 1024981 Nummer van indiening: BE2017/5453
Dienst voor de Intellectuele Eigendom
Internationale classificatie: E04H 6/18 E04H 6/42 Datum van verlening: 30/08/2018
De Minister van Economie,
Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;
Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;
Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 26/06/2017.
Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeid in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.
Besluit:
Artikel 1. - Er wordt aan
B-Sl BVBA, Grotesteenweg 602, 2600 BERCHEM België;
vertegenwoordigd door
BRANTS Johan Philippe Emile, Pauline Van Pottelsberghelaan 24, 9051, GENT;
CRABBE Ellen, Pauline van Pottelsberghelaan 24, 9051, GENT;
een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor:
Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage.
UITVINDER(S):
SCHEPERS Johan, Grotesteenweg 602, 2600, BERCHEM;
VOORRANG:
AFSPLITSING :
Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :
Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).
Brussel, 30/08/2018,
Bij bijzondere machtiging:
BE2017/5453
COMPUTERPROGRAMMAPRODUCT VOOR HET AUTOMATISCH PARKEREN VAN EEN WAGEN IN EEN PARKEERGARAGE
TECHNISCH DOMEI N
De uitvinding betreft een computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage. Het computerprogrammaproduct omvat instructies voor het verpiaatsen van de wagen van een inkomruimte naar een parkeerplaats met behulp van een verplaatsbaar plateau alsook instructies voor het aansturen van een centreerinrichting in de inkomruimte op basis van een door de wagen onderbroken optisch signaal. Bij voorkeur omvat het computerprogrammaproduct eveneens een gebruikersset van instructies geschikt voor een gebruikerstoestel voor het op afstand versturen van een aanvraag voor het klaarzetten van een geparkeerde wagen in de inkomruimte.
STAND DER TECHNI EK
In steden is de beschikbare parkeerruimte beperkt. In traditionele parkeergarages wordt bovendien veel plaats verloren door in- en uitritten, litten, veiligheidsmaatregelen voor personen, rijbanen, en ruimte tussen parkeerplaatsen voor het openen van deuren. Verder kunnen ondergrondse parkeergarages angst inboezemen bij gebruikers. Bovendien kunnen in traditionele parkeergarages personen vrij rondwandelen waardoor er kans op vandalisme of diefstal is. Verder kan via een ondergrondse parkeergarage vaak ook het gebouw erboven betreden worden, bv. via de traphal, ook al is dit niet de bedoeling. Verder verliezen chauffeurs veel tijd met het binnenrijden en buitenrijden in een parkeergarage en het zoeken naar een parkeerplaats in een parkeergarage.
BE 1 009 203 A7 beschrijft een geautomatiseerd parkeersysteem omvattende een hefplateau omvattende een geleiding voor het opheffen van een wagen. De wagen kan gecentreerd worden doordat de inrit van het parkeersysteem een beweegbare vloer uit twee of meerdere delen omvat en er uit de zijkanten evenwijdige baren naar het midden kunnen komen die de wagen kunnen detecteren. De geleiding omvat verschuifbare balken omvattende uitklapbare armpjes voor het optiiien van de banden. Per wiel zijn twee beweegbare armpjes nodig. De armpjes bestaan uit conische cilinders.
BE2017/5453
EP 1 108 833 beschrijft een procès voor het automatisch parkeren van een voertuig voornamelijk gekarakteriseerd door het registeren van het voertuig, het correct positioneren van het voertuig, het van de vloer tillen van het voertuig, het transporteren van het voertuig naar een transferstation, het verplaatsen van het voertuig door het transferstation naar een geschikte parkeerplaats, en het verwijderen van het voertuig van het transferstation naar de beoogde parkeerplaats. Verder beschrijft EP 1 108 833 een inrichting voor het automatisch parkeren van het voertuig omvattende een receptieruimte. De receptieruimte kan voelsensoren omvatten bevestigd aan telescopische armen aan beide zijden van een transportband voor het correct positioneren van het voertuig. Verder omvat de inrichting een onderstel met twee draaibare armen per wiel van het voertuig voor het optillen van het voertuig. Elk van de armen omvat één vrij roteerbare rol die tegen het wiel geduwd kan worden.
Robotic Parking Systems Inc. (http://www.roboticparking.com/) beschrijft een parkeergarage voor het automatisch parkeren van een wagen. Een bestuurder plaatst zijn/haar wagen op een platform. Sensoren geven aan de bestuurder aan of deze plaatsing correct gebeurt. De bestuurder beantwoordt na plaatsing vragen op een touchscreen. De bestuurder ontvangt verder een kaart van het parkeersysteem. Het parkeersysteem voert het plateau met de wagen weg. De website beschrijft eveneens een procedure voor het ophalen van de wagen. De wagen wordt voor het ophalen omgekeerd gepositioneerd t.o.v. het binnenrijden.
US 2002/0 164 234 beschrijft een automatische parkeergarage. De garage omvat een gebouw met meerdere verdiepingen omvattende een meervoud van opslagrekken voor voertuigen in een opslagruimte voor het opslaan van een geladen of ongeladen palet. Een verdiep van het gebouw op ingangshoogte omvat een ingang/uitgang station (EES) voor het ontvangen van een voertuig. Het EES heeft een extérieure ingang waardoor het voertuig kan binnengereden worden en een tegenovergelegen ingang die toegang verschaff tot de opslagruimte en waardoor een geladen palet wordt getransporteerd. In een voorkeursuitvoering omvat de garage een centraal computercontrolesysteem voor het selecteren van één van het meervoud van opslagrekken en het aansturen van de draagmodule voor het verplaatsen van een geladen palet.
Robotic Parking Systems Inc. en US 2002/0 164 234 beschrijven het automatisch transporteren van paletten. Dit heeft als nadeel dat het parkeren van elke wagen
BE2017/5453 een vooraf bepaalde ruimte inhoudt bepaald door de afmetingen van het palet. Smalle voertuigen nemen echter minder ruimte in dan brede voertuigen. De twee bovenstaande documenten beschrijven geen voorzieningen om gebruik te maken van het verschil in ruimte ingenomen door een smal t.o.v. een breed voertuig.
Verder voorziet geen van bovenstaande documenten in een veilige geautomatiseerde sturing voor het centreren van een wagen in een inkomruimte van de parkeergarage. In Robotic Parking Systems Inc. dient de bestuurder zelf de wagen correct te positioneren. In BE 1 009 203 A7 en EP 1 108 833 wordt de positie van de wagen bepaald door middel van mechanische voelsensoren voor het aansturen van een centreerinrichting. De mechanische voelsensoren moeten hierbij noodgedwongen de wagen raken en kunnen daarbij beschadigingen aanbrengen. Bovendien zijn mechanisch beweegbare onderdelen ook vatbaar voor defecten.
De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor ten minste enkele van bovenvermelde Problemen.
SAMENVATTI NG VAN DE Ul TVI NDI NG
De uitvinding betreft een computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage volgens conclusie 1.
Het computerprogrammaproduct is voordelig omdat het instructies omvat om op basis van door de wagen onderbroken optische Signalen van de minstens één optische sensor de centreerinrichting aan te sturen. Optische sensoren kunnen eenvoudig, robuust, en goedkoop gemaakt worden en zijn veel minder vatbaar voor defecten dan bewegende onderdelen zoals bv. voelsensoren. Ze kunnen ook geen schade toebrengen aan de wagen.
In de voorkeursuitvoering van het computerprogrammaproduct volgens conclusie 2, waarbij de minstens één optische sensor minstens twee in de dwarsrichting gespatieerde groepen van in de dwarsrichting gespatieerde optische sensoren omvat, omvat het computerprogrammaproduct instructies voor het aansturen van de centreerinrichting op basis van het aantal door de wagen onderbroken optische Signalen in elk van de minstens twee groepen.
BE2017/5453
Doordat de optische sensoren in elke groep geplaatst zijn volgens vooraf gekende posities en afstanden, kan door het detecteren van de hoeveeiheid onderbroken optische Signalen, de positie en de breedte van de wagen volgens de dwarsrichting eenvoudig bepaald worden, en de wagen corresponderend gecentreerd worden.
BESCHRI JVI NG VAN DE Fl GUREN
Figuur 1 toont een schematische weergave van een inkomruimte en een plateau omvattende een geleiding volgens een voorkeursuitvoering van de huidige uitvinding.
Figuur 2 toont een schematische weergave van een geleiding volgens een voorkeursuitvoering van de huidige uitvinding.
Figuur 3 toont een schematische weergave van het werkingsprincipe van een corresponderend paar steunelementen voor het optillen van een wiel.
Figuur 4 toont een schematische weergave van een deel van de geleiding volgens een voorkeursuitvoering van de huidige uitvinding, omvattende wormen en wormwielen voor het röteren van de steunelementen.
Figuur 5 toont een schematische weergave van het werkingsprincipe van inklapbare plateauwielen van het plateau volgens een voorkeursuitvoering van de huidige uitvinding.
Figuur 6 toont een schematische weergave van een inrichting volgens een voorkeursuitvoering van de huidige uitvinding.
GEDETAI LLEERDE BESCHRI JVI NG
De uitvinding betreft een computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage. De uitvinding werd samengevat in de daartoe voorziene sectie. In wat volgt wordt de uitvinding in detail beschreven, worden voorkeursuitvoeringen toegeiicht, en worden voorbeelden ter illustratie gegeven.
BE2017/5453
Tenzij anders gedefinieerd hebben aile termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technisch en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.
“Een”, ”de” en “het” refereren in dit document naar zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “beheizen”, “beheizende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inciusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beietten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
De term “wagen” refereert in dit document naar elk type voertuig dat door middei van wielen stabiel contact kan maken met een vlakke ondergrond. Bij voorkeur worden gemotoriseerde voertuigen beoogd, maar de uitvinding is echter niet beperkt tot gemotoriseerde voertuigen. Een niet-limitatieve lijst van voorbeeiden van een wagen omvat een Personenwagen, een auto, een vrachtwagen, een bestelwagen, een camionette, een tractor, een bus, een ambulance, een brandweerwagen, een terreinwagen, een jeep, een bulldozer, een mobiele kraan, een hoogtewerker, een golfkar, een zitmaaier, een kinderwagen, een buggy, een quad, een vorkheftruck, een tankwagen, een koets, een hooiwagen en een vliegtuig.
De term “parkeerruimte” refereert in dit document naar een locatie waar een wagen tijdelijk of permanent gestald kan worden. Een parkeerruimte kan open zijn, bv. wanneer er geen tussenmuren tussen parkeerruimtes zijn. Een parkeerruimte kan ook gesloten zijn, bv. wanneer er tussenmuren tussen de parkeerruimtes zijn. Een niet-limitatieve lijst van voorbeeiden van parkeerruimtes omvat een parkeerplaats, een standplaats, een garage, een garagebox, een container en een laadruimte.
De term “gebruikerstoestei” refereert in dit document naar een draagbaar apparaat omvattende een processor geschikt voor het uitvoeren van instructies op de processor. Een niet-limitatieve lijst van voorbeeiden van gebruikerstoestellen omvat
BE2017/5453 een laptop, een smartphone, een tablet, een rekenmachine, een muziekspeler, een smartwatch en een telefoon.
De term “invoerapparaat” refereert in dit document naar een apparaat geschikt om input aan te leveren aan een gebruikerstoestel. Deze input is niet beperkt tot een bepaalde modaliteit en kan mechanische beweging, geluid, beeiden, en dergelijke omvatten. De input kan discreet en/of continu zijn. De input is ook niet beperkt door het aantal vrijheidsgraden. De input kan zowel directe als indirecte input betreffen. Bij het voorzien van input met betrekking tot een positie of de verandering daarvan, zoals bv. een indicator op een scherm, kan de input zowel absoluut als relatief zijn. Een niet-limitatieve lijst van voorbeelden van invoerapparaten omvat een toetsenbord, een computermuis, een touchpad, een touchscreen, een camera, een scanner, een joystick, een microfoon, een lichtpen, een trackball, een geprojecteerd keyboard, een spelcontroller, een smartcardlezer, een magneetkaartlezer en een RFI D-detector.
De term “draadloze communicatie” refereert in dit document naar eender welke technologie voor het draadioos overbrengen van data. Een niet-limitatieve lijst van voorbeelden van Signalen die kunnen verzonden en/of ontvangen worden met behulp van draadloze communicatie omvat mechanische golven, geluidsgolven, elektromagnetische golven, radiogolven en Iichtsignalen. Een niet-limitatieve lijst van voorbeelden van technologieën voor draadloze communicatie omvat 2G, 3G, 3G+, 3GPP, 4G, 4G+, 6LowPAN, Bluetooth, Bluetooth 4.0, Bluetooth 4.1, Bluetooth
4.2, Bluetooth 5, Bluetooth Low-Energy, CDMA, CDMA2000, Cellular, Dash7, EDGE, EDGE Evolution, EV-DO, Flash-OFDM, GPRS, GSM, HIPERMAN, HSPA, iBurst, IEEE 802.11a, IEEE 802.11ac, IEEE 802.11b, IEEE 802.11g, IEEE 802.11η, IEEE 802.15.4, IEEE 802.15.4-2006, IEEE 802.16, IEEE 802.16-2009, IEEE 802.16m, IEEE 802.20, IPv4, IPv6, LoRaWAN, Low Rate WPAN, LTE, NarrowBand-loT, Near Field Communication, Neul, RFID, RTT, Sigfox, Thread, UMTS, UMTS W-CDMA, UMTS-TDD, UWB, Weightless, Wi-Fi, WiMAX, Wireless USB, WLAN, WWAN, ZigBee en Z-Wave.
Mechanische aspecten van de automatische oarkeergarage
In wat voigt, wordt eerst een niet-limiterend voorbeeld van een voorkeursuitvoering van de mechanische aspecten van een automatische parkeergarage aan de hand van figuren geïllustreerd. Het niet-limiterend voorbeeld is niet bedoeld en mag niet geïnterpreteerd worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
BE2017/5453
Figuur 1 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een inkomruimte en een verplaatsbaar plateau van een automatische parkeergarage. De inkomruimte omvat een inrijgedeelte (1) waar een wagen in essentie volgens de inrijrichting (6) kan binnengereden worden. Het inrijgedeelte (1) omvat twee verplaatsbare platen (5a, 5b) voor het transleren van de voor- en/of achterwielen van de wagen in essentie volgens een dwarsrichting. Deze dwarsrichting Staat Ioodrecht op de inrijrichting. Verder omvat de inkomruimte een achterwand met twee groepen (4a, 4b) van optische sensoren gespatieerd volgens de dwarsrichting. De groepen omvatten bij voorkeur een gelijk aantal sensoren en de sensoren in een groep zijn bij voorkeur gespatieerd volgens eenzelfde afstand, i.e. het zijn gelijk gespatieerde sensoren. De optische sensoren (4a, 4b) kunnen optische Signalen genereren volgens de inrijrichting (6). Reflectoren (8) aangebracht op een garagepoort (7) (niet getoond in figuur 1, zie figuur 6) kunnen deze optische Signalen terug reflecteren naar de optische sensoren (4a, 4b) indien deze niet door een wagen onderbroken worden. Op basis van de door de wagen onderbroken optische Signalen kunnen één of twee van de verplaatsbare platen (5a, 5b) verplaatst worden volgens de dwarsrichting voor het centraal positioneren van de wagen. Tussen de achterwand en het inrijgedeelte (1) omvat de inkomruimte een opening in de vloer waar het plateau (2) kan gepositioneerd worden grenzend aan het inrijgedeelte (1) van de inkomruimte. Het plateau (2) omvat een geleiding (3) die onder de centraal geplaatste wagen kan geschoven worden voor het optillen en dragen van de wagen. De geleiding (3) wordt daarbij van het plateau (2) afgerold en onder de wagen geplaatst in het inrijgedeelte (1), de wagen wordt in het inrijgedeelte (1) opgeheven door de geleiding (3), de geleiding (3) dragende de wagen wordt vervolgens terug op het plateau gebracht. De hoogte van het plateau (2) kan gewijzigd worden om zo de geleiding (3) dragende de wagen naar een lager gelegen verdieping te brengen. Verder omvat de inkomruimte een tussenpoort (9) voor het afschermen van het inrijgedeelte (1) van de opening in de vloer waar het plateau (2) kan gepositioneerd worden.
Figuur 2 toont een schematische voorstelling van de geleiding (3) uit figuur 1. De geleiding (3) omvat een eerste deel (10a) en een tweede deel (10b). Tussen de twee delen (10a, 10b) omvat de geleiding (3) een scharnierbare knikarm (11) voor het instellen van de afstand tussen de twee delen (10a, 10b). Elk van de delen omvat twee paren van corresponderende steunelementen (12). Elk steunelement (12) omvat een wiel (20) ter ondersteuning, een eerste vrij roteerbare roi (21), een
BE2017/5453 tweede vrij roteerbare rol (22), en een stang (23) waarrond de twee vrij roteerbare rollen (21, 22) kunnen röteren. Verder omvat elk deel ook twee aandrijfbare wielen (13) voor het verrollen van de geleiding.
Figuur 3 illustreert het werkingsprincipe van een paar corresponderende steunelementen. In Fig. 3A is het paar corresponderende steunelementen centraal gepositioneerd ten opzichte van het wiel (30) dat op de vloer (31) steunt. Het wiel (30) is hierbij voor de steunelementen geplaatst. De twee steunelementen zijn scharnierend bevestigd aan een draagbasis. Door het naar elkaar toe röteren van de steunelementen rond rotatieassen bepaald door de scharnierbare bevestigingen komen beide rollen (21, 22) van beide steunelementen in contact met het wiel (30) en wordt het wiel (30) opgeduwd en opgetild (32) van de vloer (31), zie Fig. 3B. De steunelementen worden ondersteund door wieltjes (20). Verder omvat elk steunelement een stang (23) waarrond de rollen (21, 22) van het steunelement kunnen röteren. Door deze rotatievrijheid kan ervoor gezorgd worden dat voor wielen van verschillende groottes steeds met de vier rollen (21, 22) van een paar corresponderende steunelementen contact gemaakt wordt met het wiel. Het paar steunelementen omvat lager gepositioneerde rollen (22) en hogere gepositioneerde rollen (21). Door de hoger gepositioneerde rollen (21) wordt de mogelijkheid dat het wiel (30) aan één zijde van beide uitgeklapte steunelementen komt, sterk tegengehouden. Het wiel (30) moet immers over een hoger gelegen rol (21) getild worden voor dit kan gebeuren.
Figuur 4 toont een schematische voorstelling van een deel (10a) van de geleiding waarvan de bovenplaat verwijderd werd. Per steunelement omvat de geleiding een elektrische actuator (42) voor het röteren van een worm (41) die ingehaakt is in een ten minste gedeeltelijk wormwiel (40). Het steunelement is star bevestigd aan het ten minste gedeeltelijk wormwiel (40). Het geheel van het steunelement (20, 21, 22, 23) en het ten minste gedeeltelijk wormwiel (40) omvat een scharnierbare bevestiging (43) waarrond het steunelement kan röteren. Verder omvat het deel (10a) van de geleiding een actuator (47) voor het aandrijven van de wielas (46) omvattende wielen (13) via een paar conische tandwielen (44, 45).
Figuur 5 toont een schematische detailvoorstelling van een voorkeursuitvoering van het plateau. Het plateau omvat minstens vier inklapbare plateauwielen, waarvan één plateauwiel in detail getoond wordt in figuur 5. Aan een vloerplaat is een rail (54) bevestigd, waarop het inklapbaar plateauwiel (57) kan steunen. Het plateau (2)
BE2017/5453 omvat een steunelement (58) en een draagelement (55) voor het plateauwiel (57). Het draagelement (55) is schamierbaar bevestigd (59) aan het plateau (2). In Fig. 5A steunt het plateauwiel (57) op de rail (54) ter ondersteuning van het plateau (2) en voor het verplaatsen van het plateau volgens de railrichting (diepterichting van figuur 5). Om het plateau naar een lager gelegen verdieping te brengen, wordt het plateau (2) eerst opgeheven, zie Fig. 5B. Vervolgens worden de minstens vier plateauwielen (57) ingeklapt, zie Fig. 5C, en kan het plateau (2) tussen de rails (54) worden gezakt.
De inkomruimte, het plateau, en de geleiding zoals besproken in figuren 1 tot en met 5 worden gebruikt in een parkeergarage met meerdere verdiepingen, zoals schematisch weergegeven in figuur 6. Wagens kunnen in de hoogte gestapeld worden. De inkomruimte omvat een poort (7) met twee groepen van in de dwarsrichting gespatieerde reflectoren (8) voor het reflecteren van optische Signalen gegenereerd door de twee groepen van optische sensoren (4a, 4b). De parkeergarage omvat een meervoud van standplaatsen (66). Verder omvat de parkeergarage een hoogtetransportsysteem omvattende minstens twee vorken (61) voor het dragen en volgens de hoogterichting verplaatsen van het plateau. Bij voorkeur omvat het hoogtetransportsysteem hoogterails (60) voor het in de hoogte verplaatsen van de minstens twee vorken (61). Bij voorkeur omvat het hoogtetransportsysteem één of meerdere staalkabels en katrollen voor het hijsen en vieren van de minstens twee vorken (2). Bij voorkeur omvat het hoogtetransportsysteem twee staalkabels.
Bij het uitklappen van de plateauwielen (57), kan deze uitklapping gedeeltelijk worden uitgevoerd voor steun van de plateauwielen (57) op de rails (54). Na deze gedeeltelijke uitklapping kan het plateau (2) op de rails (54) gezet worden, waarna door het gewicht van het plateau (2) de plateauwielen (57) voiledig uitgeklapt worden en daarbij het plateau (2) zieh door zijn eigen gewicht correct positioneert op het paar rails (54).
De inrichting kan een veelheid van plateau’s omvatten. Dit laat toe om meerdere wagens tegelijkertijd te transporteren. De inrichting kan meerdere inkomruimtes en/of meerdere hoogtetransportsystemen omvatten. Dit laat toe om meerdere wagens tegelijkertijd aan te bieden om te parkeren/op te pikken.
BE2017/5453
Computerprogrammaproduct
De huidige uitvinding betreft een computerprogrammaproduct (CPP) voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage. De parkeergarage omvat een inkomruimte, een plateau en een meervoud van parkeerplaatsen. De inkomruimte omvat een inrijrichting, een dwarsrichting Ioodrecht op de inrijrichting, een hoogterichting Ioodrecht op de inrijrichting en de dwarsrichting, en een centreerinrichting voor het verplaatsen van de wagen volgens de dwarsrichting. Verder omvat de inkomruimte minstens één optische sensor in communicatie met een computer. Het CPP omvat instructies geschikt voor executie op de computer. Hierbij omvat de computer een processor en een tastbaar niet-transitoir opslagmedium. Het CPP is bij voorkeur ten minste gedeeitelijk opgeslagen op het tastbaar niet-transitoir opslagmedium. Het CPP omvat instructies voor het verplaatsen van de wagen van de inkomruimte naar een parkeerplaats van het meervoud van parkeerplaatsen met behulp van het plateau. Verder omvat het CPP ook instructies voor het aansturen van de centreerinrichting op basis van meetdata afkomstig van de minstens één optische sensor voor het automatisch centreren van de wagen in de inkomruimte.
Het CPP is voordelig omdat het instructies omvat om op basis van door de wagen onderbroken optische Signalen van de minstens één optische sensor de centreerinrichting aan te sturen. Optische sensoren kunnen eenvoudig, robuust, en goedkoop gemaakt worden en zijn veel minder vatbaar voor defecten dan bewegende onderdelen zoals voelsensoren. Ze kunnen ook geen schade toebrengen aan de wagen.
In een voorkeursuitvoering van de parkeergarage omvat de minstens één optische sensor minstens twee in de dwarsrichting gespatieerde groepen van optische sensoren. De optische sensoren van een groep zijn eveneens in de dwarsrichting gespatieerd. Bij voorkeur zijn de optische sensoren van een groep gelijkmatig gespatieerd, i.e. volgens eenzelfde afmeting. De optische sensoren zijn ingericht voor het genereren van optische Signalen in de inkomruimte in essentie volgens de inrijrichting. Het CPP omvat instructies voor het bepalen van het aantal door de wagen onderbroken optische Signalen in elk van de minstens twee groepen van optische sensoren. Het CPP omvat eveneens instructies voor het aansturen van de centreerinrichting op basis van genoemde aantallen.
BE2017/5453
Doordat de optische sensoren in elke groep geplaatst zijn volgens vooraf gekende posities en afstanden, kan door het detecteren van de hoeveeiheid onderbroken optische Signalen, de positie en de breedte van de wagen volgens de dwarsrichting eenvoudig bepaald worden, en de wagen corresponderend gecentreerd worden. Bovendien kan door de veelheid van in de dwarsrichting gespatieerde optische sensoren in een groep het aansturen van de centreerinrichting meteen en continu gebeuren. Indien gewerkt wordt met voelsensoren moet minstens één voelsensor tegen de wagen gebracht worden vooraleer het centreren kan starten. De geautomatiseerde centrering met behulp van het CPP en de minstens twee groepen van optische sensoren is bijgevolg niet alleen veiliger en robuuster, maar eveneens veel sneller.
In een voorkeursuitvoering omvat het plateau een verplaatsbare geleiding voor het opheffen van de wagen. Het CPP omvat in deze voorkeursuitvoering instructies voor het aansturen van de het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding ten minste gedeeltelijk onder de gecentreerde wagen in de inkomruimte; het aansturen van de geleiding voor het opheffen van de wagen; het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding dragende de wagen op het plateau; het verplaatsen van het plateau voor positionering van het plateau aan de parkeerplaats; het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding dragende de wagen in de parkeerplaats; het aansturen van de geleiding voor het afzetten van de wagen in de parkeerplaats; en het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding terug op het plateau.
Dit is voordeiig omdat de geautomatiseerde parkeerprocedure meerdere wagens met een enkel plateau kan positioneren in parkeerplaatsen. Bij stalling van een wagen in een parkeerplaats kan het plateau waarmee de wagen naar de parkeerplaats werd gebracht gebruikt worden voor het transporteren van een andere wagen.
In een voorkeursuitvoering omvat de geleiding per paar wielen van de wagen een deel. Voor een wagen met twee voorwielen en twee achterwielen omvat de geleiding bijgevolg twee delen. Elk deel van de geleiding omvat minstens één wielsensor voor het detecteren van de nabijheid van een wiel. De computer is in communicatie met de minstens één wielsensor van elk deel van de geleiding. Het CPP omvat instructies voor het aansturen van de geleiding voor het positioneren van een deel van de geleiding ten minste gedeeltelijk tussen een paar wielen op basis van Signalen afkomstig van de minstens één wielsensor van het deel. Bij voorkeur wordt hierbij
BE2017/5453 eerst een deel van de geleiding tussen het verst verwijderde paar wielen geplaatst, vervolgens een deel van de geleiding tussen het op één na verst verwijderde paar wielen geplaatst, enz.
Dit is voordeiig omdat deze uitvoeringsvorm een automatische correcte positionering van de geleiding toelaat bij voertuigen met een verschillende afstand tussen de paren van wielen.
In een voorkeursuitvoering omvat elk deel van de geleiding een paar ophefelementen. Elk ophefelement omvat hierbij een draagbasis en twee langwerpige steunelementen. Elk van de steunelementen is hierbij aan één uiteinde schamierbaar bevestigd aan de draagbasis. Elk van de steunelementen omvat twee langwerpige en in essentie evenwijdige vrij roteerbare rollen voor contact met een wiel. De geleiding omvat verder actuatoren voor het voor elk ophefelement naar elkaar toe röteren van de steunelementen. Het CPP omvat instructies voor het aansturen van de actuatoren voor het naar elkaar toe röteren van de steunelementen. Bij voorkeur vergt het aanroepen van de instructies voor het aansturen van de actuatoren een bevestiging van de correcte positionering van de delen van de geleiding op basis van de minstens één wielsensor per deel.
Dit is voordeiig omdat het toelaat na positioneren van de delen van de geleiding tussen de paren van wielen, om de wagen door middel van contact met de wielen van de wagen op te tillen.
In een voorkeursuitvoering omvat de inkomruimte een hoogtegroep van optische sensoren gespatieerd in essentie volgens de hoogterichting. De inrichting omvat verder een lengtesensor voor het genereren van een optisch signaal in essentie orthogonaal op de inrijrichting. Het CPP omvat in deze voorkeursuitvoering instructies voor het bepalen van een lengte van de wagen op basis van een door de geleiding uitgevoerde verplaatsing in essentie volgens de inrijrichting tijdens een door de wagen veroorzaakte onderbreking van het optische signaal van de lengtesensor; het bepalen van een breedte op basis van de door de wagen onderbroken optische Signalen van de minstens twee groepen van optische sensoren; en het bepalen van een hoogte op basis van de door de wagen onderbroken optische Signalen van de hoogtegroep.
BE2017/5453
Dit is voordelig omdat het CPP door middel van de sensoren in communicatie met de computer de afmetingen van de wagen kan bepalen. Deze afmetingen laten toe om een geschikte en afmetingsafhankelijke parkeerplaats te selecteren uit het meervoud van parkeerplaatsen. Op deze manier wordt een onderscheid gemaakt tussen bv. smalle en brede voertuigen, waarbij er van het eerste type meer naast elkaar kunnen geplaatst worden. In een voorkeursuitvoering kan het CPP instructies omvatten voor het dynamisch opdelen van een open parkeerruimte in standplaatsen op basis van de lengte.
In een voorkeursuitvoering omvat het CPP instructies voor het beheren van een databank op het tastbaar niet-transitoir opslagmedium van de computer. De databank omvat de lengte, de breedte en de hoogte van de wagen. Dit is voordelig omdat het CPP instructies kan omvatten om voor herhaaldelijke gebruikers van de parkeergarage te bepalen met behuip van de databank of er een beschikbare geschikte parkeerplaats voorhanden is, zonder dat hun wagens opnieuw moeten uitgemeten worden.
In een voorkeursuitvoering omvat de computer een aanmeldmodule omvattende een scherm, een invoerapparaat en een smartcardlezer. Het CPP omvat in deze voorkeursuitvoering instructies voor het aansturen van de aanmeldmodule voor het weergeven van instructies op het scherm van de aanmeldmodule voor het invoeren van een smartcard. Bij voorkeur is de smartcard eigendom van de bestuurder, zoals een betaalkaart, een elektronische identiteitskaart of een elektronisch rijbewijs. Verder omvat het CPP instructies voor het weergeven van aanmeldvragen op het scherm van de aanmeldmodule en het verwerken van Signalen afkomstig van het invoerapparaat van de aanmeldmodule voor het associëren van antwoorden met de aanmeldvragen. Bij voorkeur omvat het CPP ook instructies voor het opslaan van gegevens met betrekking tot genoemde ingevoerde smartcard en de parkeerplaats in de databank, alsook instructies voor het aansturen van de aanmeldmodule voor het teruggeven van genoemde ingevoerde smartcard nadat genoemde gegevens opgeslagen werden in de databank.
Dit is voordelig omdat het een bestuurder toelaat zieh te identificeren aan de hand van een smartcard die hij/zij altijd bijheeft zoals een bankkaart (debietkaart, kredietkaart), identiteitskaart of elektronisch rijbewijs. Het CPP kan naast de afmetingen van de wagen ook andere gegevens opslaan in de databank, met name gegevens met betrekking tot de smartcard en de parkeerplaats. Dit laat toe om de
BE2017/5453 geparkeerde wagen eenvoudig terug op te vragen door middel van het invoeren van dezelfde smartcard. De smartcard vervult dus de functie van uniek identificatiemiddel. Verder maakt het geen verschil of de wagen afgesloten is of niet voor het parkeren van de wagen door de automatische parkeergarage, zodat een bestuurder zonder Problemen zijn autosleutel kan meenemen en bijhouden. Dit vormt een geruststelling voor deze autobestuurder. Bij zogenaamd valet-parkeren blijft de sleutel achter bij de behandelaar van het voertuig.
In een voorkeursuitvoering omvat het CPP ook een gebruikersset van instructies geschikt voor executie op een gebruikerstoestel omvattende een scherm, een invoerapparaat, een processor en een communicatiemodule. Bij voorkeur is de communicatiemodule een module voor draadloze communicatie. Een voorbeeld van een gebruikerstoestel is een smartphone met touchscreen (scherm en invoerapparaat) en een Wi-Fi module. De gebruikersset omvat instructies voor het verwerken van Signalen afkomstig van het invoerapparaat van het gebruikerstoestel voor het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte en het verzenden van informatie via de communicatiemodule van het gebruikerstoestel naar de computer voor het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte. Verder omvat het CPP instructies geschikt voor executie op de computer van de parkeergarage voor het ontvangen van de informatie alsook voor het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte. Verder omvat de computer ook een communicatiemodule. Een voorbeeld is een internetverbinding.
Dit is voordelig omdat het een bestuurder toelaat om zijn/haar wagen te laten klaarzetten vanop afstand. Een bewoner van een appartement of een bezoeker van een restaurant kan zo zijn/haar wagen laten klaarzetten in de inkomruimte van de parkeergarage zonder dat hij/zij het appartement/het restaurant hoeft te verlaten. Bij voorkeur omvat de gebruikersset instructies voor het weergeven op het scherm van het gebruikerstoestel van een indicatie van de resterende tijdsduur voor het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte. De gebruikersset kan ook instructies omvatten voor het weergeven op het scherm van het gebruikerstoestel van het aantal nog lopende aanvragen voor het klaarzetten van andere wagens in de inkomruimte. Dit is voordelig omdat een bestuurder dan nog thuis/in het restaurant kan blijven en niet bij de parkeergarage hoeft te wachten. De gebruikersset kan instructies omvatten voor het aanmaken van een gebruikersprofiel omvattende een gebruikersnaam en een paswoord. De gebruikersset kan instructies omvatten voor
BE2017/5453 het associëren van gegevens met betrekking tot de smartcard met het gebruikersprofiel.
In een voorkeursuitvoering kan de gebruikersset instructies omvatten voor het weergeven op het scherm van het gebruikerstoestel van een indicatie met betrekking tot een beschikbaarheid van een parkeerplaats van het meervoud van parkeerplaatsen. De gebruikersset kan daartoe instructies omvatten voor het opvragen van beschikbaarheidsgegevens via de communicatiemoduie van het gebruikerstoestel aan de computer van de parkeergarage.
In een voorkeursuitvoering is de geleiding verschuifbaar van het plateau in twee lijnrecht tegenovergestelde richtingen. Bij voorkeur omvat het plateau een roteerbare draaischijf. Bij voorkeur is de draaischijf roteerbaar over minimaal 180 graden. Een parkeercyclus omvat het verplaatsen van een wagen van de inkomruimte naar een parkeerruimte door het plateau en het verplaatsen van de wagen van de parkeerruimte naar de inkomruimte door het plateau. De draaischijf kan röteren voor of na het stallen van de wagen in de parkeerruimte. Dit heeft als voordeel dat de wagen die in de inkomruimte vooruit binnenrijdt voor de parkeercyclus, na de parkeercyclus gedraaid Staat, en dat de wagen bijgevolg ook gemakkelijk de inkomruimte weer vooruit kan buitenrijden. Het CPP omvat instructies voor het aansturen van een actuator voor het röteren van de draaischijf.
In een voorkeursuitvoering omvat de parkeergarage meerdere verdiepingen. De parkeergarage omvat verder een hoogtetransportsysteem voor het in de hoogte verplaatsen van het plateau. Het CPP omvat instructies voor het aansturen van het hoogtetransportsysteem.
In een voorkeursuitvoering omvat een verdieping een paar rails. De rails zijn in essentie evenwijdig en onderling gespatieerd. Verder staan de rails in essentie orthogonaai op de hoogterichting. Bij voorkeur omvat elke verdieping minstens één dergelijk paar rails. Het plateau omvat minstens vier inklapbare plateauwielen schamierbaar bevestigd aan het plateau. De minstens vier plateauwielen omvatten een ingeklapte toestand waarbij het plateau tussen de gespatieerde rails volgens de hoogterichting verpiaatst kan worden waarbij het plateau in essentie orthogonaai aan de hoogterichting blijft. Verder omvatten de vier plateauwielen een uitgeklapte toestand voor steun van het plateau op de rails. Het plateau omvat minstens één plateauwielactuator voor het in- en uitklappen van de minstens vier plateauwielen.
BE2017/5453
Het CPP omvat instructies voor het dalen van het plateau van een eerste verdieping naar een tweede lager gelegen verdieping. Deze instructies voor het dalen omvatten instructies voor het aansturen van het hoogtetransportsysteem voor het optillen van het plateau van de rails van de eerste verdieping; het aansturen van de minstens één plateauwielactuator voor het inklappen van de minstens vier plateauwielen; het aansturen van het hoogtetransportsysteem voor het neerlaten van het plateau tussen de rails van de eerste verdieping en tot boven de rails van de tweede verdieping; het aansturen van de minstens één plateauwielactuator voor het uitklappen van de minstens vier plateauwielen; en het aansturen van het hoogtetransportsysteem voor het verder neerlaten van het plateau tot op de rails van de tweede verdieping.
Dit is voordelig omdat het toelaat dat het plateau horizontaal op een verdieping verplaatst kan worden door middel van de rails en de plateauwielen. Bij voorkeur is het plateau ook ingericht om automatisch te rijden over de rails. Het plateau kan hiervoor minstens één rijactuator omvatten voor het aandrijven van minstens twee van de plateauwielen. Het plateau kan hiervoor echter ook minstens één aandrijfactuator omvatten voor het aandrijven van een ander voortbewegingsmechanisme zoals bv. twee wielen die zijdelings tegen de rails gebracht worden. Op deze manier kan het plateau transleren tussen een meervoud van horizontaal (i.e. loodrecht op de hoogterichting) gespatieerde parkeerruimtes.
In een voorkeursuitvoering omvat het CPP ook instructies voor het simultaan röteren van de draaischijf en het met behulp van de plateauwielen rijden over een paar rails. Dit is voordelig omdat het simultaan uitvoeren van meerdere bewegingen tijdsbesparend is in vergelijking met het sequentieel uitvoeren van deze bewegingen.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. een niet-limiterend voorbeeid dat de uitvinding illustreert, en dat niet bedoeld is of gei'nterpreteerd mag worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
BE2017/5453
VOORBEELD
Een persoon met standaard vakkennis in het gebied zal appreciëren dat het CPP instructies omvat voor het uitlezen van sensoren, interpreteren van uitgelezen sensordata, en aansturen van actuatoren op basis van de geïnterpreteerde sensordata voor eender welke automatisch uitgevoerde beweging voor het parkeren van een wagen door actuatoren en gecontroleerd door sensoren. Het onderstaande voorbeeld dient in het licht van deze informatie gelezen te worden.
Een bestuurder komt met zijn wagen aan bij de parkeergarage die deel uitmaakt van een flatgebouw. Met een afstandsbediening geeft hij aan dat hij willen binnen rijden. De afstandsbediening kan een smartphone met een app (gebruikersset van instructies) betreffen of een apart speciaai daarvoor ontworpen toestel. Er wordt gecontroleerd dat het plateau aan de inkomruimte gepositioneerd is. Indien dit niet het geval is, wordt het plateau aan de inkomruimte gepositioneerd. Verder wordt ook gecontroleerd met behulp van één of meerdere sensoren dat het inrijgedeelte vrij is. Er worden dan instructies aangeroepen om de buitenpoort te openen. De bestuurder kan binnenrijden in het inrijgedeelte. Op een signalisatie wordt aangegeven of de wagen goed, verder of terug moet, zodat de voorwielen van de wagen op een eerste centreerplaat staan en de achterwielen op een tweede centreerplaat. Bij voorkeur omvat de signalisatie een voorwaartse pijl en een achterwaartse pijl, die afzonderlijk kunnen opgelicht worden. De Chauffeur stapf uit en voert zijn bankkaart in de smartcardlezer van de aanmeldmodule in. De buitenpoort sluit. Met behulp van de aanmeldmodule (scherm, invoerapparaat) beantwoordt de bestuurder vragen. Er worden gegevens met betrekking tot de wagen en de parkeerplaats uit de database opgevraagd. Deze gegevens omvatten de lengte, de breedte en de hoogte van de parkeerplaats alsook of de parkeerplaats van de bestuurder al dan niet bezet is. Verder wordt er ook nagegaan of er nog personen in de inkomruimte aanwezig zijn. Dit kan gebeuren met behulp van bewegings- of infrarooddetectoren.
Vervolgens gaat de binnenpoort in de inkomruimte open. Met behulp van de optische sensoren op de achterwand van de inkomruimte en reflectoren aan de binnenzijde van de buitenpoort wordt de wagen met de eerste en de tweede centreerplaat gecentreerd. De centrering wordt uitgevoerd tot de wagen een nagenoeg gelijk aantal optische Signalen onderbreekt in twee groepen van in de dwarsrichting gespatieerde optische sensoren die optische Signalen in essentie volgens de
BE2017/5453 inrijrichting genereren. Verder wordt er gecontroleerd dat de geleiding zieh niet in het inrijgedeelte bevindt.
Er wordt nagegaan of de parkeerplaats van de bestuurder leeg is. Indien niet, wordt op het scherm van de aanmeldmodule een melding gegeven, gaat de binnenpoort toe, gaat de buitenpoort open, en krijgt de bestuurder zijn bankkaart terug eens de wagen uit de inkomruimte is gereden. Indien wel, wordt de geleiding onder de wagen gepositioneerd. Hierbij wordt een deel van de geleiding centraal tussen de achterwielen van de wagen gepositioneerd en een ander deel van de geleiding centraal tussen de voorwielen. De geleiding omvat sensoren voor het bepalen van de breedte (voigens de inrijrichting) van een wiel en het centraal positioneren (voigens de inrijrichting) van een deel van de geleiding ten opzichte van de voor- of achterwielen. De steunelementen worden uitgeklapt en duwen de wieien omhoog. De geleiding draagt nu de wagen. De geleiding rijdt de wagen tot op het plateau. Bij het rijden passeert de wagen een optische lengtesensor. Op basis van de door de geleiding afgelegde afstand tijdens een door de wagen onderbroken optisch signaal uitgezonden door de lengtesensor wordt de lengte van de wagen bepaald. Verder kan ook de breedte van de wagen bepaald wordt door het aantal door de wagen onderbroken optische Signalen van de twee groepen van in de dwarsrichting gespatieerde optische sensoren. Verder kan ook de hoogte van de wagen bepaald worden door een hoogtegroep van in de hoogte gespatieerde sensoren. Als de wagen te lang, te breed of te hoog is, wordt hiervan een melding gegeven op het scherm van de aanmeldmodule, wordt de wagen terug in het inrijgedeelte gebracht, wordt de binnenpoort gesloten, wordt de buitenpoort geopend, en krijgt de bestuurder de bankkaart terug eens de wagen uit de inkomruimte is gereden. Als de wagen in de parkeerplaats past, wordt de wagen op het midden van het plateau gezet, wordt de binnenpoort gesloten, en wordt de centreerinrichting terug naar zijn oorspronkelijke stand gebracht.
Het plateau wordt vervolgens ontgrendeld, met behulp van het hoogtetransportsysteem over een vooraf bepaalde afstand naar boven verplaatst, en de plateauwielen worden ingeklapt. Het plateau wordt vervolgens door het hoogtetransportsysteem naar de gewenste verdieping getransporteerd, i.e. de verdieping omvattende de parkeerplaats. Het plateau wordt gebracht tot een hoogte tussen deze verdieping en (indien aanwezig) de verdieping daar net boven. Daartoe kan de hoogtepositie van het plateau gemeten worden. De plateauwielen worden
BE2017/5453 vervolgens uitgeklapt en op de rails van de gewenste verdieping gezet. Het contact en de hoogte worden hierna gecontroleerd.
De draaischijf op het plateau wordt vervolgens gedraaid. Vooreerst wordt er bepaald in welke richting de draaischijf moet draaien, vervolgens draait de draaischijf, en tot slot wordt de draaischijf vergrendeld. Het plateau rijdt over de rails naar de gewenste positie, i.e. voor de parkeerplaats. Bij voorkeur wordt het draaien uitgevoerd tijdens het rijden, in zoverre de beschikbare ruimte het draaien toelaat. Om naar de gewenste positie over de rails te rijden, worden eerst de coôrdinaten van de plaats bepaald, rijdt het plateau naar de bepaalde coôrdinaten, wordt een contrôle van de positie van het plateau uitgevoerd, en wordt het plateau exact gepositioneerd door het uitbrengen van pinnen in uitsparingen aan de bodemplaat van de parkeerplaats.
De geleiding rijdt de wagen van het plateau tot in de parkeerplaats. Met behulp van een optische sensor wordt nagegaan dat de wagen voiledig in de parkeerplaats gebracht is. Er wordt nog een vooraf bepaalde afstand verder gereden. Vervolgens klappen de steunelementen van de geleiding in en wordt de wagen afgezet. De database wordt aangepast, met name de bezetting van de parkeerplaats en gegevens met betrekking tot de geparkeerde wagen. Deze laatste gegevens kunnen informatie met betrekking tot de bankkaart omvatten. De geleiding wordt vervolgens terug op het plateau gereden.
Vervolgens controleert de computer met behulp van instructies in het CPP of er aanvragen in het systeem aanwezig zijn voor het teruggeven van een geparkeerde wagen op de huidige verdieping. Indien wel, wordt de geparkeerde wagen teruggegeven. Indien niet, wordt er gecontroleerd of er aanvragen aanwezig zijn voor het teruggeven van een geparkeerde wagen op een andere verdieping. Indien wel, wordt de geparkeerde wagen teruggegeven. Indien niet, wordt er gecontroleerd of er een nieuwe aanvraag tot parkeren is. Indien wel, wordt de desbetreffende wagen geparkeerd. Indien niet, wordt er geen verdere actie ondernomen.
Om een wagen terug te geven, wordt de parkeerplaats van de desbetreffende wagen bepaald. Met name worden de coôrdinaten van die parkeerplaats bepaald en wordt het plateau naar deze parkeerplaats gebracht op basis van de coôrdinaten. De positie van het plateau wordt gecontroleerd, en het plateau wordt exact gepositioneerd door het uitbrengen van pinnen in uitsparingen aan de bodemplaat van de parkeerplaats. De geleiding wordt onder de wagen gebracht, de steunelementen uitgeklapt voor het
BE2017/5453 optillen van de wagen, en de geleiding dragende de wagen wordt terug tot op het plateau gereden. Het plateau wordt vervoigens ontgrendeld. Het plateau wordt naar het hoogtetransportsysteem gereden. Het hoogtetransportsysteem brengt het plateau tot aan de inkomruimte. Daarvoor tilt het hoogtetransportsysteem het plateau op, de plateauwielen worden ingeklapt, het plateau wordt tot in de inkomruimte gebracht tot een vooraf bepaalde hoogte boven de rails van de inkomruimte, de plateauwielen worden uitgeklapt, en het plateau wordt op de rails van de inkomruimte gezet. Er wordt hierbij gecontroleerd dat de wielen tijdig zijn ingeklapt zodat ze niet tegen rails van andere verdiepingen botsen.
De binnenpoort wordt geopend, de geleiding rijdt de wagen tot in het inrijgedeelte, de steunelementen worden ingeklapt voor het afzetten van de wagen, en de geleiding wordt terug op het plateau gereden. Er wordt hierbij nagegaan met behulp van de optische lengtesensor dat de wagen zieh volledig in het inrijgedeelte bevindt. Dan wordt de wagen nog over een vooraf bepaalde afstand verder gereden in het inrijgedeelte vooraleer de wagen wordt afgezet in het inrijgedeelte. De databank wordt hierbij ook aangepast, met name dat de parkeerplaats terug leeg is. De binnenpoort wordt gesloten en de buitenpoort wordt geopend. De bestuurder kan zijn wagen buiten rijden. Door de rotatie van de draaischijf van het plateau bij het naar de parkeerplaats brengen van de wagen Staat de wagen nu omgekeerd ten opzichte van de positie net na het binnenrijden, i.e. waar de wagen met de voorzijde naar de binnenpoort gericht stond net na het binnenrijden, Staat de wagen nu met de voorzijde naar de geopende buitenpoort gericht. Na het buitenrijden worden de buitenpoort gesloten.
BE2017/5453
Claims (15)
- CONCLUSI ES1. Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage, de parkeergarage omvattende een inkomruimte, een plateau en een meervoud van parkeerplaatsen, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het verplaatsen van de wagen van de inkomruimte naar een parkeerplaats van het meervoud van parkeerplaatsen met behulp van het plateau, de inkomruimte omvattende een inrijrichting en een centreerinrichting voor het verplaatsen van de wagen in de inkomruimte in een dwarsrichting in essentie Ioodrecht op de inrijrichting, de inkomruimte verder omvattende een hoogterichting orthogonaal op de inrijrichting en de dwarsrichting, met het kenmerk, dat het computerprogrammaproduct instructies omvat geschikt voor executie op een computer in communicatie met minstens één optische sensor, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het aansturen van de centreerinrichting op basis van data gecommuniceerd door de minstens één optische sensor voor het automatisch centreren van de wagen in de inkomruimte.
- 2. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conclusie 1, met het kenmerk, dat de minstens één optische sensor minstens twee in de dwarsrichting gespatieerde groepen van in de dwarsrichting gespatieerde optische sensoren omvat voor het genereren van optische Signalen in de inkomruimte in essentie volgens de inrijrichting, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het bepalen van het aantal door de wagen onderbroken optische Signalen in elk van de minstens twee groepen van optische sensoren en het aansturen van de centreerinrichting op basis van genoemde aantallen.
- 3. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat het plateau een verplaatsbare geleiding omvat voor het opheffen van de wagen, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor:- het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding ten minste gedeeitelijk onder de gecentreerde wagen in de inkomruimte;- het aansturen van de geleiding voor het opheffen van de wagen;- het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding dragende de wagen op het plateau;BE2017/5453- het verplaatsen van het plateau voor positionering van het plateau aan de parkeerplaats;- het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding dragende de wagen in de parkeerplaats;- het aansturen van de geleiding voor het afzetten van de wagen in de parkeerplaats; en- het aansturen van de geleiding voor positionering van de geleiding op het plateau.
- 4. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conclusie 3, met het kenmerk, dat de wagen twee voorwielen en twee achterwielen omvat, de geleiding omvattende twee delen, elk deel van de geleiding omvattende minstens één wielsensor voor het detecteren van de nabijheid van een wiel, de computer in communicatie met de minstens één wielsensor van elk deel van de geleiding, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor:- het aansturen van de geleiding voor het positioneren van een eerste deel van de geleiding ten minste gedeeltelijk tussen de twee wielen het verst verwijderd van het plateau op basis van Signalen van de minstens één wielsensor van het eerste deel; en- het aansturen van de geleiding voor het positioneren van een tweede deel van de geleiding ten minste gedeeltelijk tussen de twee wielen het minst ver verwijderd van het plateau op basis van Signalen van de minstens één wielsensor van het tweede deel.
- 5. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conclusie 4, met het kenmerk, dat elk deel van de geleiding een paar ophefelementen omvat, elk ophefelement omvattende een draagbasis en twee langwerpige steunelementen, elk van de steunelementen aan één uiteinde scharnierbaar bevestigd aan de draagbasis, elk van de steunelementen omvattende twee langwerpige en in essentie evenwijdige vrij roteerbare cilindervormige rollen voor contact met een wiel, de geleiding verder omvattende actuatoren voor het voor elk ophefelement naar elkaar toe röteren van de steunelementen, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het aansturen van de actuatoren voor het naar elkaar toe röteren van de steunelementen.BE2017/5453
- 6. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 3 tot en met 5, met het kenmerk, dat de inkomruimte een hoogtegroep van optische sensoren gespatieerd in essentie volgens de hoogterichting omvat, de inrichting verder omvattende een lengtesensor voor het genereren van een optisch signaal in essentie orthogonaal op de inrijrichting, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor:- het bepalen van een lengte van de wagen op basis van een door de geleiding uitgevoerde verplaatsing in essentie volgens de inrijrichting tijdens een door de wagen veroorzaakte onderbreking van het optische signaal van de lengtesensor;- het bepalen van een breedte op basis van de door de wagen onderbroken optische Signalen van de minstens twee groepen van optische sensoren; en- het bepalen van een hoogte op basis van de door de wagen onderbroken optische Signalen van de hoogtegroep.
- 7. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conclusie 6, met het kenmerk, dat het computerprogrammaproduct instructies omvat voor het selecteren van een parkeerruimte uit het meervoud van parkeerruimtes voor het parkeren van de wagen op basis van de lengte, de breedte en de hoogte.
- 8. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 6 en 7, met het kenmerk, dat de computer een tastbaar niet-transitoir opslagmedium omvat, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het beheren van een databank op het tastbaar niet-transitoir opslagmedium, de databank omvattende de lengte, de breedte en de hoogte van de wagen.
- 9. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conclusie 8, met het kenmerk, dat de computer een aanmeldmodule omvattende een scherm, een invoerapparaat en een smartcardlezer omvat, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor:- het aansturen van de aanmeldmodule voor het weergeven van instructies op het scherm van de aanmeldmodule voor het invoeren van een smartcard, de smartcard bij voorkeur een betaalkaart, een identiteitskaart of een rijbewijs;BE2017/5453- het weergeven van aanmeldvragen op het scherm van de aanmeldmodule;- het verwerken van Signalen afkomstig van het invoerapparaat van de aanmeldmodule voor het associëren van antwoorden met de aanmeldvragen;- het opslaan van gegevens met betrekking tot genoemde ingevoerde smartcard en de parkeerplaats in de databank; en- het aansturen van de aanmeldmodule voor het teruggeven van genoemde ingevoerde smartcard na het opslaan genoemde gegevens in de databank.
- 10. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 9, met het kenmerk, dat het computerprogrammaproduct een gebruikersset van instructies omvat geschikt voor executie op een gebruikerstoestel omvattende een scherm, een invoerapparaat, een processor en een communicatiemodule, de gebruikersset omvattende instructies voor het verwerken van Signalen afkomstig van het invoerapparaat van het gebruikerstoestel en het verzenden van informatie via de communicatiemodule van het gebruikerstoestel naar de computer voor het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte, het computerprogrammaproduct verder omvattende instructies geschikt voor executie op de computer voor het ontvangen van de informatie en het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte.
- 11. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conciusie 10, met het kenmerk, dat de gebruikersset instructies omvat voor het weergeven op het scherm van het gebruikerstoestel van een indicatie van de resterende tijdsduur voor het klaarzetten van de wagen in de inkomruimte.
- 12. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 10 en 11, met het kenmerk, dat de gebruikersset instructies omvat voor het weergeven op het scherm van het gebruikerstoestel van een aantal lopende aanvragen voor het klaarzetten van andere wagens in de inkomruimte.
- 13. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 10 tot en met 12, met het kenmerk, dat de gebruikersset instructies omvat voor het weergeven op het scherm van het gebruikerstoestel van een indicatie metBE2017/5453 betrekking tot een beschikbaarheid van een parkeerplaats van het meervoud van parkeerplaatsen.
- 14. Computerprogrammaproduct volgens één der voorgaande conclusies 1 tot en met 13, met het kenmerk, dat de parkeergarage verschillende verdiepingen omvat, de parkeergarage verder omvattende een hoogtetransportsysteem voor het in de hoogte verplaatsen van het plateau, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het aansturen van het hoogtetransportsysteem.
- 15. Computerprogrammaproduct volgens voorgaande conclusie 14, met het kenmerk, dat een verdieping een paar in essentie evenwijdige en onderling gespatieerde rails omvat, de rails in essentie orthogonaal op de hoogterichting, het plateau omvattende minstens vier inklapbare plateauwielen scharnierbaar bevestigd aan het plateau, de minstens vier plateauwielen omvattende een ingeklapte toestand waarbij het plateau tussen de gespatieerde rails volgens de hoogterichting verplaatst kan worden waarbij het plateau in essentie orthogonaal aan de hoogterichting blijft, de minstens vier plateauwielen verder omvattende een uitgeklapte toestand voor steun van het plateau op de rails, het plateau omvattende minstens één plateauwielactuator voor het in- en uitklappen van de minstens vier plateauwielen, het computerprogrammaproduct omvattende instructies voor het dalen van het plateau van een eerste verdieping naar een tweede verdieping, omvattende instructies voor:- het aansturen van het hoogtetransportsysteem voor het optillen van het plateau van de rails van de eerste verdieping;- het aansturen van de minstens één plateauwielactuator voor het inklappen van de minstens vier plateauwielen;- het aansturen van het hoogtetransportsysteem voor het neerlaten van het plateau tussen de rails van de eerste verdieping en tot boven de rails van de tweede verdieping;- het aansturen van de minstens één plateauwielactuator voor het uitklappen van de minstens vier plateauwielen; en- het aansturen van het hoogtetransportsysteem voor het verder neerlaten van het plateau tot op de rails van de tweede verdieping.BE2017/5453
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2017/5453A BE1024981B1 (nl) | 2017-06-26 | 2017-06-26 | Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2017/5453A BE1024981B1 (nl) | 2017-06-26 | 2017-06-26 | Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1024981B1 true BE1024981B1 (nl) | 2018-08-30 |
Family
ID=59294879
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2017/5453A BE1024981B1 (nl) | 2017-06-26 | 2017-06-26 | Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1024981B1 (nl) |
Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1271367B (de) * | 1964-02-25 | 1968-06-27 | Mohr & Federhaff Ag | Transportwagen fuer Parkgaragen |
WO1989009866A1 (en) * | 1988-04-14 | 1989-10-19 | Sky Park Ab | Vehicle elevator and conveyor arrangement |
GB2267903A (en) * | 1992-06-19 | 1993-12-22 | Nippon Kokan Kk | Multistorey vehicle parking. |
EP1108833A2 (en) * | 1999-12-14 | 2001-06-20 | Johan Henri Schepers | Process to park vehicles automatically and construction making use of this process |
US20030069665A1 (en) * | 1999-07-30 | 2003-04-10 | Gerhard Haag | Architecture for presenting and managing information in an automated parking and storage facility |
-
2017
- 2017-06-26 BE BE2017/5453A patent/BE1024981B1/nl active IP Right Grant
Patent Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1271367B (de) * | 1964-02-25 | 1968-06-27 | Mohr & Federhaff Ag | Transportwagen fuer Parkgaragen |
WO1989009866A1 (en) * | 1988-04-14 | 1989-10-19 | Sky Park Ab | Vehicle elevator and conveyor arrangement |
GB2267903A (en) * | 1992-06-19 | 1993-12-22 | Nippon Kokan Kk | Multistorey vehicle parking. |
US20030069665A1 (en) * | 1999-07-30 | 2003-04-10 | Gerhard Haag | Architecture for presenting and managing information in an automated parking and storage facility |
EP1108833A2 (en) * | 1999-12-14 | 2001-06-20 | Johan Henri Schepers | Process to park vehicles automatically and construction making use of this process |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US10273704B2 (en) | Automated parking garage/self-storage apparatus | |
NL2012299C2 (nl) | Systeem voor het opslaan van producten, werkwijze voor het toepassen van een dergelijk systeem alsmede een centraal besturingsorgaan ingericht om werkzaam te zijn in een dergelijk systeem. | |
JP2017505271A (ja) | 保管システム | |
KR20190007499A (ko) | 수직 승강식 밀집형 입체 차고의 배치 방법 | |
JP2022528848A (ja) | 相互作用領域を介した個人用格納コンテナの確実な格納および回収を提供するためのシステム | |
US10472843B2 (en) | Vehicle vending machine | |
JPH02503812A (ja) | 自動車のエレベータおよびコンベア装置 | |
US9534409B2 (en) | Automatic multiprocessing car storing and retrieving system for multilevel car park | |
CA2859036C (en) | Automated parking garage/self-storage apparatus | |
JP7096874B2 (ja) | 図書取扱装置 | |
CN111852126A (zh) | 多层载车装置以及智能车库 | |
CN111852125A (zh) | 智能升降车库管理系统 | |
BE1024981B1 (nl) | Computerprogrammaproduct voor het automatisch parkeren van een wagen in een parkeergarage | |
CN116424757A (zh) | 行李管理系统和行李管理方法 | |
WO2008061253A2 (en) | Storage, inventory control and security system and method | |
JP4656026B2 (ja) | 機械式自転車駐輪設備 | |
BE1024979B1 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het automatisch parkeren van een wagen | |
WO2016068314A1 (ja) | 図書取扱装置及び図書返却装置 | |
JP6494247B2 (ja) | 図書返却装置 | |
US11781335B1 (en) | Apparatus and system for multi-level parking | |
CN211365854U (zh) | 一种仓储管理装置 | |
CN117703147A (zh) | 一种自动搬运入库的停车设备及搬运方法 | |
JP2022128197A (ja) | 移動体、及び移動体制御方法 | |
JP2009542945A (ja) | 車両保管システム | |
WO2022146413A1 (en) | Automated vehicle storage system and method for non-sequential vehicle retrieval |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
FG | Patent granted |
Effective date: 20180830 |