BE1024977A1 - Werkwijze voor het vervaardigen van een balk - Google Patents

Werkwijze voor het vervaardigen van een balk Download PDF

Info

Publication number
BE1024977A1
BE1024977A1 BE20175070A BE201705070A BE1024977A1 BE 1024977 A1 BE1024977 A1 BE 1024977A1 BE 20175070 A BE20175070 A BE 20175070A BE 201705070 A BE201705070 A BE 201705070A BE 1024977 A1 BE1024977 A1 BE 1024977A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
plank
planks
panel
planed
layer
Prior art date
Application number
BE20175070A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1024977B1 (nl
Inventor
Thibo Lidou
Original Assignee
Eksito Bvba
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Eksito Bvba filed Critical Eksito Bvba
Priority to BE20175070A priority Critical patent/BE1024977B1/nl
Publication of BE1024977A1 publication Critical patent/BE1024977A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1024977B1 publication Critical patent/BE1024977B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C3/00Structural elongated elements designed for load-supporting
    • E04C3/02Joists; Girders, trusses, or trusslike structures, e.g. prefabricated; Lintels; Transoms; Braces
    • E04C3/12Joists; Girders, trusses, or trusslike structures, e.g. prefabricated; Lintels; Transoms; Braces of wood, e.g. with reinforcements, with tensioning members
    • E04C3/122Laminated
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C2/00Building elements of relatively thin form for the construction of parts of buildings, e.g. sheet materials, slabs, or panels
    • E04C2/02Building elements of relatively thin form for the construction of parts of buildings, e.g. sheet materials, slabs, or panels characterised by specified materials
    • E04C2/10Building elements of relatively thin form for the construction of parts of buildings, e.g. sheet materials, slabs, or panels characterised by specified materials of wood, fibres, chips, vegetable stems, or the like; of plastics; of foamed products

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)

Abstract

Werkwijze voor het vervaardigen van balken (1) waarbij deze balken (1) gevormd worden uit kruisgelaagde panelen, en dat deze panelen gevormd worden door een kernplaat (2) en twee buitenlagen (3) omvattende één of meerdere buitenplanken (4), zo samen te voegen dat de kernplaat (2) zich tussen de buitenlagen (3) bevindt, waarbij ter vorming van een genoemde buitenplank (4) een balkvormige ongeschaafde houten plank wordt voorzien, waarbij, gezien volgens de lengterichting van de plank, minstens één zijvlak en hoogstens twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken van deze plank worden geschaafd, zodat de gevormde buitenplank (4), gezien volgens zijn lengterichting, een eerste stel van twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken omvat waarvan minstens één zijvlak geschaafd is en een tweede stel van twee tegenover elkaar gelegen ongeschaafde zijvlakken omvat.

Description

(30) Voorrangsgegevens :
(71) Aanvrager(s) :
EKSITO BVBA
9790, WORTEGEM-PETEGEM België (72) Uitvinder(s) :
LIDOU Thibo
9790 WORTEGEM-PETEGEM België (54) WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN EEN BALK (57) Werkwijze voor het vervaardigen van balken (1) waarbij deze balken (1) gevormd worden uit kruisgelaagde panelen, en dat deze panelen gevormd worden door een kernplaat (2) en twee buitenlagen (3) omvattende één of meerdere buitenplanken (4), zo samen te voegen dat de kernplaat (2) zieh tussen de buitenlagen (3) bevindt, waarbij ter vorming van een genoemde buitenplank (4) een balkvormige ongeschaafde houten plank 6 wordt voorzien, waarbij, gezien volgens de lengterichting van de plank, minstens één zijvlak en hoogstens twee tegenover elkaar gelegen zijviakken van deze plank worden geschaafd, zodat de gevormde buitenplank (4), gezien volgens zijn lengterichting, een eerste stel van twee tegenover elkaar gelegen zijviakken omvat waarvan minstens één zijvlak geschaafd is en een tweede stel van twee tegenover elkaar gelegen ongeschaafde zijviakken omvat.
Figure BE1024977A1_D0001
Fig. 2
BE2017/5070
WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN EEN BALK
Werkwijze voor het vervaardigen van één of meerdere kruisgelaagde balken voor massieve houtbouw, waarbij deze werkwijze omvat, het vormen van een kruisgelaagd paneel omvattende meerdere lagen, waarbij deze lagen omvatten • minstens een kernlaag omvattende houtdelen, waarbij meerdere van deze houtdelen zieh uitstrekken volgens nagenoeg een eerste richting, • twee buitenlagen, elk omvattende één buitenplank of omvattende meerdere evenwijdig naast elkaar uitstrekkende buitenplanken, en waarbij • de kernlaag zieh tussen de buitenlagen bevindt, • de één of meerdere buitenplanken van elke buitenlaag zieh nagenoeg volgens eenzelfde tweede richting uitstrekken, • de eerste richting zieh nagenoeg loodrecht uitstrekt op de tweede richting.
Massieve houtbouw is de benaming voor een bouwmethode waarbij houten balken op elkaar worden gestapeld om tot een gebouw te komen. Hout is echter gevoelig aan uitzetting en krimp. Om uitzetting en krimp te vermijden maakt men gebruik van kruisgelaagde balken die verzaagd worden uit kruisgelaagde panelen (cross laminated timber of CLT), daar deze minder gevoelig zijn aan uitzetting en krimp.
Kruisgelaagde panelen zijn samengesteld uit een oneven aantal houtlagen. Elke houtlaag is gevormd uit een aantal met elkaar verbonden houten planken die zieh uitstrekken volgens nagenoeg dezelfde richting. In het paneel zijn deze houtlagen kruiselings geplaatst zodat de houten planken van een laag en de houten planken van een opeenvolgende laag van het paneel, nagenoeg loodrecht staan op elkaar. Door deze opbouw van de panelen hebben deze panelen een hoge sterkte, een hoge stabiliteit en een hoge stijfheid. Hierdoor hebben de balken die gezaagd worden uit deze panelen, ook een hoge sterkte, een hoge stabiliteit en een hoge stijfheid.
BE2017/5070
Het nadeel is dat er veel houtverlies is tijdens het productieproces van deze balken. Om een balk met bepaalde afmetingen te maken, heeft men dus relatief veel hout nodig. Om kruisgelaagde panelen te vormen start men van ongeschaafde planken met bepaalde afmetingen. Om deze panelen te kunnen vormen, worden alle zijviakken van deze planken, die zieh uitstrekken volgens de lengterichtingen van deze planken, eerst geschaafd. Tijdens het productieproces van deze kruisgelaagde panelen wordt er dus een deel hout van deze planken wegnomen. Ook tijdens het verzagen van deze panelen is er verlies van hout door zagen. De afmetingen van de bekomen balken zijn hierdoor steeds beperkt in vergelijking met de startafmetingen van de ongeschaafde planken.
Het is dan ook een doel van de uitvinding om een werkwijze voor het vervaardigen van kruisgelaagde balken te ontwikkelen, waarbij het houtverlies beperkter is en er dus minder ongeschaafde planken nodig zijn.
Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het vervaardigen van één of meerdere kruisgelaagde balken voor massieve houtbouw, met de in de eerste paragraaf van deze beschrijving aangeduide kenmerken waarbij, ter vorming van een genoemde buitenplank, een balkvormige ongeschaafde houten plank wordt voorzien, waarbij, gezien volgens de lengterichting van deze plank, minstens één zijvlak en hoogstens twee tegenover elkaar gelegen zijviakken van deze plank worden geschaafd, zodat de gevormde buitenplank balkvormig is en, gezien volgens zijn lengterichting, een eerste stel van twee tegenover elkaar gelegen zijviakken omvat waarvan minstens één zijvlak geschaafd is en een tweede stel van twee tegenover elkaar gelegen ongeschaafde zijviakken omvat, en dat, ter vorming van het paneel, elke buitenplank van elke buitenlaag zo wordt verbonden met een aanliggende laag, dat het minstens ene geschaafde zijvlak van elke buitenplank van de buitenlaag tegenaan deze aanliggende laag ligt.
Deze genoemde aanliggende laag is bijvoorbeeld de kemlaag. Zo kan dan bijvoorbeeld een paneel gevormd worden waar beide buitenlagen tegenaan de
BE2017/5070 kernlaag liggen en zieh aan weerszijden van de kemlaag bevinden. De buitenplanken worden dan verbonden met de houtdelen van de kemlaag.
Voor het verbinden van de buitenplanken met de genoemde aanliggende laag kan er gebruik worden gemaakt van lijm.
De houtdelen kunnen bijvoorbeeld houten pianken zijn. De kemlaag kan dan bijvoorbeeld bestaan uit meerdere kemplanken die zieh nagenoeg evenwijdig naast elkaar uitstrekken. Alle houtdelen strekken zieh hier dan uit volgens de genoemde eerste richting. De kemlaag kan ook een multiplexplaat of dergelijke zijn.
Een ongeschaafde houten plank is langwerpig en balkvormig. Een plank heeft een lengterichting, een hoogterichting en een breedterichting. Bij de gebmikelijke pianken is de breedte groter dan de hoogte en is de lengte groter dan de breedte. Met ongeschaafd wordt aangeduid dat de vlakken van de plank nog geen schaafbehandeling of dergelijke hebben ondergaan om de vlakken glad en effen te maken. De vlakken omvatten hierdoor nog wat oneffenheden.
Een buitenlaag omvat hier één of meerdere buitenplanken. Wanneer een buitenlaag slechts één buitenplank omvat, dan vormt deze buitenplank op zieh de buitenlaag. Hier hoeft men het paneel niet te verzagen om tot een genoemde balk te komen. Wanneer de buitenlagen elk uit meerdere buitenplanken bestaan, worden de gevormde panelen normaal gezien verzaagd ter vorming van de balken.
De gebruikte buitenplank omvat een tweede stel van ongeschaafde zijvlakken. Het minstens ene geschaafde zijviak is hier voorzien om tegenaan een aanliggende laag te liggen. Daar dit geschaafde zijviak glad en effen is, kan men de één of meerdere buitenplanken, en dus de buitenlaag, eenvoudig en goed gaan verbinden met een andere laag zoals bijvoorbeeld de kernlaag. Het is belangrijk dat bij de vorming van het paneel de te verbinden lagen goed tegen elkaar aansluiten over hun volledige
BE2017/5070 oppervlak zodat een stevig en sterk paneel wordt bekomen. Het verbinden tot een paneel kan met behulp van lijm en persen plaatsvinden.
Door het niet schaven van het tweede stel zijvlakken is er hier geen houtverlies bij deze zijvlakken waardoor de afmeting van de balken verkregen volgens deze werkwijze, in de richting Ioodrecht op deze zijvlakken, groter kan zijn dan bij de bestaande werkwijzen. Bij de bestaande werkwijzen zal men namelijk enkel met geschaafde vlakken gaan werken ter vorming van een laag en ter vorming van een paneel. Hoe groter de balken hoe minder balken men nodig heeft om een muur van een bepaalde hoogte op te trekken en dus hoe minder ongeschaafde planken men nodig heeft per muur.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden, ter vorming van een genoemde buitenlaag, minstens twee buitenplanken en hoogstens zes buitenplanken opeenvolgend tegen elkaar geplaatst en wordt het gevormde paneel verzaagd. Hier vormen dan de zijvlakken van het eerste stel zijvlakken van elke buitenplank van de buitenlaag alien samen twee tegenover elkaar gelegen buitenvlakken van de buitenlaag, waarbij minstens één van deze buitenvlakken gevormd wordt uit geschaafde zijvlakken. Bij het gevormde paneel, ligt dit laatstgenoemde minstens ene buitenvlak dan tegenaan de genoemde aanliggende laag. Bij voorkeur worden er hoogstens 4 buitenplanken opeenvolgend tegen elkaar geplaatst ter vorming van een genoemde buitenlaag. Het tegen elkaar plaatsen van de buitenplanken kan plaatsvinden voorafgaand aan het verbinden van de buitenplanken met de aanliggende laag en/of dit kan plaatsvinden tijdens het verbinden van de buitenplanken met de aanliggende laag. Zo kan bijvoorbeeld de ene buitenlaag gevormd worden door de buitenplanken tegenaan elkaar te plaatsen, waarna de houtdelen van de kemlaag verbonden worden met deze buitenlaag. De andere buitenlaag kan dan bijvoorbeeld gevormd worden door de buitenplanken van deze buitenlaag één voor één of tegeiijkertijd te verbinden met de kernlaag. Het verbinden van de buitenplanken met de genoemde aanliggende laag, gebeurt bij voorkeur met behulp van lijm.
BE2017/5070
De gebruikte buitenplanken hebben hier een tweede stel van ongeschaafde zijvlakken, waarbij buitenplanken zo aaneengesloten worden tot een paneel dat de zijvlakken van het eerste stel zijvlakken van elke buitenplank allen samen twee tegenover elkaar gelegen buitenvlakken van de buitenlaag vormen en dat minstens één van deze buitenvlakken gevormd wordt uit geschaafde zijvlakken. Een ongeschaafd zijvlak van het tweede stel zijvlakken van een genoemde buitenplank, wordt hier dus tegenaan een ongeschaafd zijvlak van het tweede stel zijvlakken van een andere genoemde buitenplank aangebracht ter vorming van het paneel. Doordat er hier ongeschaafde zijvlakken tegen elkaar aanliggen, zullen deze zijvlakken over hun volledige lengte niet steeds volledig tegen elkaar aansluiten. Echter doordat er hier slechts een beperkt aantal buitenplanken zijn, zijn de hierdoor ontstane afwijkingen beperkt en is de aaneensluiting tussen twee aanpalende buitenplanken nog voldoende.
Door het niet schaven van het tweede stel zijvlakken is er hier geen houtverlies bij deze zijvlakken waardoor de afmeting van de uit de panelen verzaagde balken, in de richting loodrecht op deze zijvlakken, groter kan zijn dan bij de bestaande werkwijzen. Bij de bestaande werkwijzen zal men namelijk enkel met geschaafde vlakken gaan werken ter vorming van een laag en ter vorming van een paneel. Hoe groter de balken, hoe minder balken men nodig heeft om éénzelfde muur met een bepaalde afmeting op te trekken en dus hoe minder ongeschaafde planken men nodig heeft per muur.
Verder bij voorkeur, wordt het verzagen van het paneel uitgevoerd met behulp van een lintzaag. Door te werken met een lintzaag in plaats van met een zaag met een zaagblad, is er hier minder houtverlies. Men kan dit paneel verzagen met een lintzaag, daar de afmetingen van het paneel beperkt zijn doordat de buitenlagen niet te veel buitenplanken omvatten.
BE2017/5070
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvatten de gevormde balken tanden en groeven en omvat deze werkwijze, na de vorming van het paneel en het eventuele verzagen van het paneel, het voorzien van tanden en groeven. Het is eenvoudig om balken, voorzien van tanden en groeven, op elkaar te stapelen ter vorming van een wand.
Bij voorkeur zijn de kruisgelaagde balken drielagige balken en zijn de kruisgelaagde panelen drielagige panelen. Deze panelen omvatten dan slechts drie lagen namelijk twee buitenlagen en een kernlaag die zieh tussen de buitenlagen bevindt. Drielagige balken zijn zeer geschikt om wanden van huizen of dergelijke op te trekken. Men kan de balken zo vormen dat de kemlaag de dragende laag is die uit meerdere delen hout bestaat. De balken kunnen dan zo geplaatst worden dat het kopse hout van de kernlaag zieh uitstrekt volgens de verticale richting.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt ter vorming van het paneel, elke buitenplank van elke buitenlaag zo verbonden met de houtdelen van de kernlaag, dat het minstens ene geschaafde zijvlak van elke buitenplank van de buitenlaag tegenaan deze kernlaag ligt. Met behulp van dit minstens ene geschaafde zijvlak kan elke buitenplank eenvoudig en goed verbonden worden met de kernlaag. Het is belangrijk dat bij het paneel de verbonden lagen goed tegen elkaar aansluiten over hun volledige oppervlak, zodat paneel sterk en stevig is. Het verbinden tot een paneel kan bijvoorbeeld met behulp van lijm en persen plaatsvinden.
Bij voorkeur, ter vorming van een genoemde buitenplank, wordt de ongeschaafde plank tweezijdig geschaafd, zodat beide zijviakken van het genoemde eerste stel zijviakken, geschaafd zijn en dat de zijviakken van het genoemde tweede stel zijviakken, ongeschaafd zijn. Deze buitenplanken worden dan gebruikt om genoemde buitenlagen te vormen, zodat deze buitenlagen dan twee tegenover elkaar gelegen buitenvlakken hebben die gevormd zijn uit geschaafde zijviakken. Deze planken omvatten dan twee effen en vlakke zijviakken, waardoor deze buitenplanken uiterst geschikt zijn om verbonden te zijn met andere lagen. Ook zijn deze
BE2017/5070 buitenplanken beter geschikt om samen met andere lagen geperst te worden tot een paneel. Bovendien is het ook eenvoudig om machinaal twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken van een plank te schaven, waardoor dit zeer snel kan plaatsvinden.
In een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de breedte van de buitenplank groter dan de hoogte van de buitenplank en strekken de zijvlakken van het eerste stel zijvlakken, zieh ook uit volgens de breedterichting van de buitenplank. Hier bekomt men dan een buitenlaag met een hoogte die overeenkomt met de hoogte van de buitenplanken, een breedte die overeenkomt met de som van de breedtes van buitenplanken aanwezig in het paneel en een lengte die overeenkomt met de lengte van de buitenplanken. Dergeiijke buitenlagen zijn zeer geschikt om met andere lagen samengeperst te worden tot een paneel. Uit deze panelen kan men dan esthetische balken vormen.
De houtdelen van de kernlaag zijn bij voorkeur kemplanken. Verder bij voorkeur strekken, bij het gevormde paneel, de kernplanken zieh allen nagenoeg uit volgens dezelfde eerste richting. Hiermee kunnen zeer sterke balken verkregen worden. De lengte van elke kemplank komt dan bij voorkeur nagenoeg overeen met de som van de breedtes van alle buitenplanken van de buitenlaag. Hierdoor zullen de tegen elkaar geplaatste oppervlakken van de lagen van het paneel, dezelfde afmetingen hebben, waardoor eenvoudig en snel een nagenoeg balkvormig paneel kan worden gevormd. Dit paneel heeft dan bij voorkeur een hoogte die overeenkomt met tweemaal de hoogte van een genoemde buitenplank vermeerderd met de hoogte van een genoemde kernplank, een lengte die overeenkomt de met de lengte van een genoemde buitenplank en een breedte die overeenkomt met de lengte van een genoemde kernplank.
Verder bij voorkeur, wanneer elke buitenlaag uit minstens twee buitenplanken wordt gevormd en het paneel wordt verzaagd ter vorming van balken, worden deze panelen dan verzaagd volgens één of meerdere zaagvlakken die zieh nagenoeg loodrecht
BE2017/5070 uitstrekken op de eerste richting. Hierdoor verkrijgt men balken met een kernplaat die gelegen is tussen twee buitenplaten, waarbij de kernplaat gevormd wordt uit de kernlaag van het paneel en de twee buitenplaten gevormd worden uit de twee buitenlagen van het paneel. De kernplaat omvat hier dan steeds meerdere stukjes houtdelen, zoals bijvoorbeeld kernplanken. Men kan de balken hier zo plaatsen om een wand te vormen, dat de genoemde tweede richting zieh horizontaal uitstrekt en de genoemde eerste richting zieh verticaal uitstrekt. De breedterichting van de buitenplanken komt dan verticaal te staan. De kernplaat vormt hier dan een stevige dragende stmetuur. Nog meer bij voorkeur strekken deze zaagvlakken zieh uit ter hoogte van de overgang tussen twee aanpalende buitenplanken, zodat de buitenplaten van de balken elk gevormd worden uit één buitenplank. De bekomen balken zijn hierdoor esthetisch. De hoogte van de balken wordt dan bepaald door de breedte van de gebmikte buitenplanken.
In een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden, ter vorming van een genoemde buitenlaag, exact twee buitenplanken tegen elkaar geplaatst. Doordat er hier slechts twee ongeschaafde zijvlakken tegen elkaar aanliggen, zal de gevormde buitenlaag nagenoeg perfect balkvormig zijn, waardoor deze uiterste geschikt is om met een kernlaag en een andere buitenlaag verbonden te worden tot een paneel.
Verder bij voorkeur wordt het paneel slechts éénmaal doormidden gezaagd volgens een genoemd zaagvlak. Hierdoor worden er dan twee balken gevormd per paneel. Hier hoeft men slechts éénmaal met bijvoorbeeld een zaagblad doorheen het paneel te zagen, waardoor het houtverlies per gevormde balk gering is. Nog meer bij voorkeur strekt dit zaagvlak zieh uit ter hoogte van de overgang tussen de twee buitenplanken. Doordat er hier slechts éénmaal doormidden wordt gezaagd, kan men bovendien gebruik maken van een lintzaag. Met een lintzaag wordt het houtverlies bij het verzagen beperkt.
De ongeschaafde pianken die voorzien zijn om geschaafd te worden ter vorming van een genoemde buitenplank, worden bij voorkeur verkregen door een ongeschaafde
BE2017/5070 basisplank doormidden te zagen gezien volgens een vlak loodrecht op zijn hoogterichting. Standaard ongeschaafde planken zijn beschikbaar in een aantal standaardafmetingen van breedte en hoogte, met de breedte groter dan de hoogte. Gezien de kernlaag normaal gezien dienst doet als dragende laag, is een beperkte afmeting van een genoemde buitenlaag, gezien volgens een richting loodrecht op de genoemde geschaafde zijvlakken van de buitenplanken die tegenaan de kernlaag liggen, voldoende. Ongeveer de helft van de hoogte van de standaard ongeschaafde planken is vaak reeds voldoende, waardoor men eerst deze basisplank doormidden zal zagen om de hoogte van de ongeschaafde planken te verminderen. Wanden opgebouwd uit deze balken nemen bovendien een kleiner volume in, waardoor het ruimteverlies door deze wanden beperkt is.
De houtdelen die gebruikt worden om de kernlaag te vormen zijn bij voorkeur uit den vervaardigd. De houten planken die gebruikt worden om de buitenplanken te vormen zijn bij voorkeur uit den vervaardigd.
In een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de vorming van de buitenplanken de volgende stappen • het voorzien van een genoemde basisplank met een hoogte van nagenoeg 50 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm;
• het doormidden zagen van deze basisplank, gezien volgens een vlak loodrecht op zijn hoogterichting, met behuip van een zaagblad van nagenoeg 4 mm, zodat twee ongeschaafde planken worden bekomen met een hoogte van nagenoeg 23 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm;
• het schaven van de twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken van de plank, die zieh uitstrekken volgens de lengterichting en de breedterichting van de plank, zodat een buitenplank met een hoogte van nagenoeg 21,5 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm wordt verkregen;
en omvat de vorming van het paneel de volgende stappen, het voorzien van houtdelen en vier buitenplanken en het zo met elkaar verbinden en persen van deze houtdelen en buitenplanken dat;
BE2017/5070 • een drielagig paneel wordt bekomen omvattende twee buitenlagen met elk twee buitenplanken en omvattende een kemlaag omvattende houtdelen;
en dat daarna, ter vorming van twee balken, dit paneel doormidden wordt gezaagd volgens een vlak dat zieh Ioodrecht uitstrekt op de eerste richting, met behulp van een lintzaag met een zaagsnede van nagenoeg 3 mm, zodat twee stukken met een breedte van nagenoeg 173,5 mm worden bekomen, waarna deze stukken verder geprofileerd worden en voorzien worden van tanden en groeven.
De bekomen balken zijn voorzien om zo geplaatst te worden bij het vormen van een wand met deze balken, dat de eerste richting en dus de breedterichting van de buitenplanken, zieh nagenoeg verticaal uitstrekt. Deze richting wordt bij de balken dan ook aangeduid met de hoogterichting. De hoogte van de balken is hier dan nagenoeg 169 mm (173,5 mm verminderd met het houtverlies door profileren). De nuttige hoogte, zijnde de hoogte verminderd met de hoogte van de groef, is hier dan bijvoorbeeld nagenoeg 160 mm. De groef is hier dan 9 mm hoog. Om een wand te vormen met een hoogte van nagenoeg 2560 mm heeft men hier slechts 16 balken nodig. Om een buitenvlak van een dergelijke wand te vormen heeft men dus slechts 16 van bovenstaande ongeschaafde planken nodig.
Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hiema volgende gedetailleerde beschrijving van voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een werkwijze volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middei van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij
BE2017/5070
-figuur 1 de onderdelen van een paneel weergeeft van een bestaande werkwijze voor het vormen van balken, waarbij figuur 1 een bovenaanzicht is van twee buitenlagen en één kernlaag, die samen het kruisgelaagd paneel vormen;
-figuur 2 een zijaanzicht is van balk gevormd volgens een werkwijze volgens de uitvinding;
-figuur 3 een dwarsdoorsnede weergeeft van een ongeschaafde basisplank gebruikt in de werkwijze volgens de uitvinding;
-figuur 4 een dwarsdoorsnede weergeeft van een buitenplank gebruikt in de werkwijze volgens de uitvinding;
-figuur 5 een bovenaanzicht is van de onderdelen van een paneel, namelijk twee buitenlagen en één kernlaag, waarbij dit paneel gebruikt wordt in de werkwijze volgens de uitvinding.
In de figuren duidt ‘h’ op de hoogte, ‘b’ op de breedte en T op de lengte.
Stand van de techniek:
Figuur 1 geeft de onderdelen van een paneel weer die gebruikt worden bij een bestaande productie wijze om zeven balken te vormen. 17 van deze gevormde balken kunnen worden gebruikt om muren van 2560 mm hoog te vormen.
In deze bestaande werkwijze start men met het vormen van achtereenvolgens één buitenlaag (30), een kernlaag (20) en terug een buitenlaag (30).
De vorming van een genoemde buitenlaag (30) gaat als volgt:
• het voorzien van houten ongeschaafde planken met een hoogte van 50 mm, een breedte van 175 mm en een lengte van maximaal 4,5 m;
• het doormidden zagen van elke plank volgens een zaagvlak loodrecht op de hoogterichting van deze plank, met een zaagblad van 4 mm, zodat twee ongeschaafde planken worden bekomen met een hoogte van nagenoeg 23 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm;
• het schaven van de vier zijvlakken van de plank, die zieh uitstrekken volgens de lengterichting (B) van de plank, zodat een buitenplank (40) met een hoogte
BE2017/5070 van nagenoeg 21,5 mm en een breedte van nagenoeg 171 mm wordt verkregen;
• het zo tegen elkaar plaatsen van zeven buitenplanken (40) dat de genoemde zijviakken van de buitenplanken (40) die zieh uitstrekken volgens de breedterichting, samen twee wanden van de laag vormen.
Hierdoor bekomt men dan een vlakke buitenlaag (30) met een hoogte van 21,5 mm, een breedte van nagenoeg 1197 mm (7 maal 171 mm) en een lengte van maximaal 4,5m.
Het vormen van de kernlaag (20) gebeurt als volgt:
• het voorzien van kernplanken met een lengte van nagenoeg 1197 mm, waarvan de zijviakken die zieh uitstrekken volgens de lengterichting (A) van de kemplank, geschaafd zijn, • het zo tegen elkaar plaatsen van kernplanken dat de zijviakken van de buitenplanken (40) die zieh uitstrekken volgens de breedterichting en de lengterichting (A), samen twee wanden van de kernlaag (20) vormen.
Hierdoor bekomt men dan een vlakke kernlaag (20) met een hoogte van 22 mm, een breedte van nagenoeg 1197 mm en een lengte van maximaal 4,5 m.
De kemlaag (20) wordt gevormd op de eerst gevormde buitenlaag (30) en de tweede gevormde buitenlaag (30) wordt gevormd op de kemlaag (20) zodat de kernlaag (20) zieh tussen de buitenlagen (30) bevindt. De verschillende lagen (20, 30) zijn verlijmd met elkaar. De vorming van de lagen (20, 30) is verder zo dat de lengterichting (B) van de buitenplanken (40) van beide buitenlagen (30) overeenkomen en de lengterichting (A) van de kernplanken Ioodrecht Staat op lengterichting (B) van de buitenplanken (40), en deze lagen (20, 30) bovenop elkaar gestapeld zijn gezien volgens de hoogterichtingen van deze lagen (20, 30). Dit geheel wordt geperst tot een paneel. In figuur 1 worden twee buitenlagen (30) en een dergelijke kernlaag (20) weergegeven.
Dit paneel wordt dan in 7 gelijke stukken verzaagd met een zaagblad van 4 mm volgens zaagvlakken die zieh Ioodrecht uitstrekken op de lengterichting (A) van de
BE2017/5070 kernplanken en dit ter hoogte van de overgang tussen telkens twee aanpalende buitenplanken (40), zodat 7 drielagige stukken met een breedte van nagenoeg 167 mm en een hoogte van nagenoeg 65 mm worden bekomen. Om deze stukken om te vormen tot balken die men met tand en groef op elkaar kan stapelen, worden deze stukken nog geprofileerd zodat de totale breedte van de bekomen balk 161 mm is. Deze balken zijn voorzien om zo geplaatst te worden dat de breedterichting verticaal wordt geplaatst, waardoor het correcter is om te spreken over balken met een totale hoogte van 161 mm. Door de aanwezige tand en groef, om deze balken op elkaar te kunnen stapelen, is de nuttige hoogte echter slechts een 151-tal mm, vermits de tand en groef hier 10 mm bedraagt. Met andere woorden indien men een muur met een hoogte van nagenoeg 2560 mm wenst op te bouwen, heeft men 17 dergeiijke balken nodig. Per buitenste oppervlak heeft men dan 17 ongeschaafde planken nodig. In vergelijking, wanneer men ongeschaafde planken met een breedte van 175 mm rechtstreeks zo op elkaar zou stapelen dat de breedterichting zieh verticaal uitstrekt, heeft men in principe slechts 15 dergeiijke planken nodig om een hoogte van 2560 mm te bekomen (2560 mm /175 mm). Er gaat met andere woorden nagenoeg 12% hout verloren tijdens het productieproces.
Uitvinding:
Een werkwijze voor het vervaardigen van balken (1) volgens de uitvinding gaat als volgt: Men start met het vormen van achtereenvolgens één buitenlaag (3), een kernlaag (2) en terug een buitenlaag (3).
De vorming van een genoemde buitenlaag (3) gaat als volgt:
• het voorzien van een houten ongeschaafde basisplank (9) (zie figuur 3) met een hoogte van 50 mm, een breedte van 175 mm en een lengte van 3 à 6 m;
• het doormidden zagen van deze basisplank (9) volgens een zaagvlak loodrecht op de hoogterichting met een zaagblad van 4 mm, zodat twee ongeschaafde planken worden bekomen met een hoogte van nagenoeg 23 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm;
• het schaven van uitsluitend de twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken van elke plank, die zieh uitstrekken volgens de lengterichting (B) en de
BE2017/5070 breedterichting van de plank, zodat een buitenplank (4) (zie figuur 4) met een hoogte van nagenoeg 21,5 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm wordt verkregen;
• het zo tegen elkaar plaatsen van twee buitenplanken (4) dat een ongeschaafd zijvlak van de ene buitenplank (4) tegenaan een ongeschaafd zijvlak van een andere buitenplank (4) komt te liggen en de geschaafde zijvlakken van de buitenplanken (4) samen twee buitenvlakken van de buitenlaag (3) vormen,
Hierdoor bekomt men dan een vlakke buitenlaag (3) (zie figuur 5) met een hoogte van 21,5 m, een breedte van nagenoeg 350 mm (2 maal 175 mm) en een lengte van 3 à 6m.
Het vormen van de kernlaag (2) gebeurt als volgt:
• het voorzien van kernplanken met een lengte van nagenoeg 350 mm, waarvan de zijvlakken die zieh uitstrekken volgens de lengterichting (A) van de kernplank, glad zijn, • het zo tegen elkaar plaatsen van kernplanken dat de zijvlakken van de kernplanken die zieh uitstrekken volgens de breedterichting en de lengterichting (A), samen twee wanden van de kernlaag (2) vormen.
Hierdoor bekomt men dan een vlakke kernlaag (2) (zie figuur 5) met een hoogte van
21,5 mm, een breedte van nagenoeg 350 mm en een lengte van 3 à 6m.
De kernlaag (2) wordt gevormd op de eerst gevormde buitenlaag (3) en de tweede gevormde buitenlaag (3) wordt gevormd op de kernlaag (2) zodat de kernlaag (2) zieh tussen de buitenlagen (3) bevindt. De lagen (2,3) zijn verlijmd met elkaar. De vorming van de lagen (2, 3) is verder zo dat de lengterichting (B) van de buitenplanken (4) van beide buitenlagen (3) overeenkomen en de lengterichting (A) van de kernplanken loodrecht Staat op lengterichting (B) van de buitenplanken (4), en dat deze lagen (2, 3) bovenop elkaar gestapeld zijn gezien volgens de hoogterichtingen van deze lagen (2, 3). Dit geheel wordt dan geperst tot een paneel. In figuur 5 worden twee buitenlagen (3) en een dergelijke kernlaag (2) weergegeven.
BE2017/5070
Dit paneel wordt dan in 2 gelijke stukken verzaagd met een lintzaag volgens een zaagvlak dat zieh loodrecht uitstrekt op de lengterichting (A) van de kemplanken en dit ter hoogte van de overgang tussen de tegen elkaar gelegen ongeschaafde zijvlakken van de twee buitenplanken (4). Men bekomt hierdoor 2 drielagige stukken. De lintzaag zorgt voor een zaagverlies van 3 mm, waardoor de breedte van deze stukken 173,5 mm (175 mm - 3/2 mm) is. Om deze stukken om te vormen tot balken (1), die men met tand (7) en groef (8) op elkaar kan stapelen, worden deze stukken nog geprofileerd zodat de totale breedte van de bekomen balk (1) ongeveer 169 mm is. Deze balken (1) zijn voorzien om zo geplaatst te worden dat de breedterichting verticaal wordt geplaatst, waardoor we hier beter kunnen spreken over balken (1) met een totale hoogte (Hl) van 169 mm. Door de aanwezige tand (7) een groef (8) van 9 mm om deze balken (1) op elkaar te kunnen stapelen, is de nuttige hoogte (H2) echter slechts een 160-tal mm. Met andere woorden indien men een muur met een hoogte van nagenoeg 2560 mm wenst op te bouwen, heeft men 16 dergelijke balken (1) nodig (16 maal 160), wat één minder is dan bij de genoemde werkwijze volgens de stand van de techniek. Per buitenste oppervlak heeft men dus slechts 16 ongeschaafde planken nodig.
Elke balk (1) omvat hier dan twee buitenste buitenplaten (6), die elk gevormd zijn uit
1 oorspronkelijke ongeschaafde plank met een hoogte van 23 mm en een breedte van
175 mm. Elke balk (1) omvat ook een kernplaat (5) die zieh tussen de buitenplaten (6) uitstrekt, waarbij de kernplaat (5) uit meerdere stukjes kernplanken bestaat. De lengterichting (A) van de kemplanken strekt zieh loodrecht uit op de lengterichting (B) van de buitenplanken (4) waaruit de buitenplaat (6) gevormd is.
BE2017/5070

Claims (15)

  1. CONCLUSIES
    1. Werkwijze voor het vervaardigen van één of meerdere kruisgelaagde balken (1) voor massieve houtbouw, waarbij deze werkwijze omvat, het vormen van een kruisgelaagd paneel omvattende meerdere lagen, waarbij deze lagen omvatten • minstens een kemlaag (2) omvattende houtdelen, waarbij meerdere van deze houtdelen zieh uitstrekken volgens nagenoeg een eerste richting (A);
    • twee buitenlagen (3), elk omvattende één buitenplank (4) of omvattende meerdere evenwijdig naast elkaar uitstrekkende buitenplanken (4);
    en waarbij • de kemlaag (2) zieh tussen de buitenlagen (3) bevindt;
    • de één of meerdere buitenplanken (4) van elke buitenlaag (3) zieh nagenoeg volgens eenzelfde tweede richting (B) uitstrekken;
    • de eerste richting (A) zieh nagenoeg Ioodrecht uitstrekt op de tweede richting (B);
    met het kenmerk dat, ter vorming van een genoemde buitenplank (4), een balkvormige ongeschaafde houten plank wordt voorzien, waarbij, gezien volgens de lengterichting van deze plank, minstens één zijviak en hoogstens twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken van deze plank worden geschaafd, zodat de gevormde buitenplank (4) balkvormig is en, gezien volgens zijn lengterichting, een eerste stel van twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken omvat waarvan minstens één zijviak geschaafd is en een tweede stel van twee tegenover elkaar gelegen ongeschaafde zijvlakken omvat, en dat, ter vorming van het paneel, elke buitenplank (4) van elke buitenlaag (3) zo wordt verbonden met een aanliggende laag, dat het minstens ene geschaafde zijviak van elke buitenplank (4) van de buitenlaag (3) tegenaan deze aanliggende laag ligt.
  2. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat ter vorming van een genoemde buitenlaag (3), minstens twee buitenplanken (4) en hoogstens zes
    BE2017/5070 buitenplanken (4) opeenvolgend tegen elkaar geplaatst worden en dat het gevormde paneel verzaagd wordt.
  3. 3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het verzagen van het paneel wordt uitgevoerd met behulp van een lintzaag.
  4. 4. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de gevormde balken (1) tanden (7) en groeven (8) omvatten en dat na de vorming van het paneel en het eventuele verzagen van het paneel, deze werkwijze het voorzien van tanden (7) en groeven (8) omvat.
  5. 5. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de kruisgelaagde balken (1) drielagige balken (1) zijn en de kruisgelaagde panelen drielagige panelen zijn.
  6. 6. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat ter vorming van het paneel, elke buitenplank (4) van elke buitenlaag (3) zo wordt verbonden met de houtdelen van de kernlaag (2), dat het minstens ene geschaafde zij vlak van elke buitenplank (4) van de buitenlaag (3) tegenaan deze kernlaag ligt.
  7. 7. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat ter vorming van een genoemde buitenplank (4), de ongeschaafde plank tweezijdig geschaafd wordt, zodat beide zijvlakken van het genoemde eerste stel zijvlakken geschaafd zijn en de zijvlakken van het genoemde tweede stel zijvlakken ongeschaafd zijn.
  8. 8. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de breedte van de buitenplank (4) groter is dan de hoogte van de buitenplank (4) en dat de zijvlakken van het eerste stel zijvlakken, zieh ook uitstrekken volgens de breedterichting van de buitenplank (4).
    BE2017/5070
  9. 9. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de houtdelen van de kernlaag kemplanken zijn.
  10. 10. Werkwijze volgens conclusie 9, met het kenmerk dat bij het gevormde paneel de kernplanken zieh allen nagenoeg volgens dezelfde eerste richting (A) uitstrekken.
  11. 11. Werkwijze volgens conclusie 2 of volgens conclusie 2 en één of meerdere van de voorgaande conclusies 3 tot 10, met het kenmerk dat het paneel wordt verzaagd volgens één of meerdere zaagvlakken die zieh nagenoeg loodrecht uitstrekken op de eerste richting (A).
  12. 12. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat ter vorming van een genoemde buitenlaag (3) exact twee buitenplanken (4) tegen elkaar geplaatst worden.
  13. 13. Werkwijze volgens conclusie 11 en 12, met het kenmerk dat het paneel slechts éénmaal doormidden wordt gezaagd volgens een genoemd zaagvlak.
  14. 14. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de ongeschaafde planken die voorzien zijn om geschaafd te worden ter vorming van een genoemde buitenplank (4), verkregen worden door een ongeschaafde basisplank (9) doormidden te zagen gezien volgens een vlak loodrecht op zijn hoogterichting.
  15. 15. Werkwijze volgens de conclusies 1 tot 14, met het kenmerk dat de vorming van de buitenplanken (4) de volgende stappen omvat • het voorzien van een genoemde basisplank (9) met een hoogte van nagenoeg 50 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm;
    • het doormidden zagen van deze basisplank (9), gezien volgens een vlak loodrecht op zijn hoogterichting, met behuip van een zaagblad van nagenoeg
    BE2017/5070
    4 mm, zodat twee ongeschaafde planken worden bekomen met een hoogte van nagenoeg 23 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm;
    • het schaven van de twee tegenover elkaar gelegen zijvlakken van de piank, die zieh uitstrekken volgens de lengterichting en de breedterichting van de
    5 piank, zodat een buitenplank (4) met een hoogte van nagenoeg 21,5 mm en een breedte van nagenoeg 175 mm wordt verkregen;
    en dat de vorming van het paneel de volgende stappen omvat, het voorzien van houtdelen en vier buitenplanken en het zo met elkaar verbinden en persen van deze houtdelen en buitenplanken (4) dat;
    10 · een drielagig paneel wordt bekomen omvattende twee buitenlagen met eik twee buitenplanken en omvattende een kemlaag omvattende houtdelen;
    en dat daama, ter vorming van twee balken, dit paneel doormidden wordt gezaagd volgens een vlak dat zieh Ioodrecht uitstrekt op de eerste richting (A), met behulp van een lintzaag met een zaagsnede van nagenoeg 3 mm, zodat twee
    15 stukken met een breedte van nagenoeg 173,5 mm worden bekomen, waarna deze stukken verder geprofileerd worden en voorzien worden van tanden (7) en groeven (8).
    BE2017/5070
BE20175070A 2017-02-03 2017-02-03 Werkwijze voor het vervaardigen van een balk BE1024977B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20175070A BE1024977B1 (nl) 2017-02-03 2017-02-03 Werkwijze voor het vervaardigen van een balk

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20175070A BE1024977B1 (nl) 2017-02-03 2017-02-03 Werkwijze voor het vervaardigen van een balk

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1024977A1 true BE1024977A1 (nl) 2018-08-30
BE1024977B1 BE1024977B1 (nl) 2018-09-04

Family

ID=58017868

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20175070A BE1024977B1 (nl) 2017-02-03 2017-02-03 Werkwijze voor het vervaardigen van een balk

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1024977B1 (nl)

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102009006971B4 (de) * 2009-01-30 2011-01-20 Fritz Egger Gmbh & Co. Verfahren zur Herstellung eines BSH-Lamellenträgers
US20130056132A1 (en) * 2010-05-12 2013-03-07 Akzo Nobel Coatings International B.V. Method of manufacturing a composite product
BE1019343A3 (fr) * 2010-05-21 2012-06-05 Haute Ecole Leonard De Vinci Produit de construction a base de bambou ou de bois de haute performance et procede de fabrication.

Also Published As

Publication number Publication date
BE1024977B1 (nl) 2018-09-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR20080106591A (ko) 건축용 목재 격자보
US20180250920A1 (en) Wood panel assemblies and methods of production
RU2391468C2 (ru) Сборный строительный элемент в форме балки, а также способ и устройство для изготовления этого строительного элемента
CN105473293A (zh) 用于生产层板芯部的方法
CA2993494C (en) Web, sandwich plate, sandwich block and methods for producing same
US6318046B1 (en) Engineered wood member
PL228156B1 (pl) Sposób wytwarzania drewnianej warstwy rdzeniowej dla płyt podłogowych
FI105790B (sv) Förfarande för tillverkning av reglar och regelsystem
JP5443850B2 (ja) 軽量棚板及びこの棚板に用いられる木質芯材
RU2624212C2 (ru) Внутренний слой из ламелей и способ его изготовления
JP6901884B2 (ja) 集成材の製造方法
NL8203662A (nl) Bekistingsdrager van hout alsmede werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke houten bekistingsdrager.
BE1024977A1 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een balk
US11346104B2 (en) Trussed girder for the construction industry and method for producing a trussed girder of this kind
JP6150480B2 (ja) 木製梁
JP2019031778A (ja) 木質床版の接合構造
RU58069U1 (ru) Клееная деревянная конструкция
CN211808239U (zh) 一种重组竹结构材
JP4699627B2 (ja) 集成材の製造方法及びこの製造方法により形成された集成材
US20230364886A1 (en) Lightly modified bamboo composite systems
BE1025942A1 (nl) Werkwijze voor het verbinden van twee balken
CN210713511U (zh) 一种复合加固胶合木
WO2006005176A1 (en) Variable dimension engineered timber system
EP0014771A1 (en) A method of manufacturing wooden laminates by gluing together sawn wood
PL431283A1 (pl) Warstwa wierzchnia okładzin podłogowych, ściennych i meblowych oraz sposób wykonania takiej warstwy wierzchniej

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20180904