BE1024736B1 - CONTINUOUS GROOVE - Google Patents
CONTINUOUS GROOVE Download PDFInfo
- Publication number
- BE1024736B1 BE1024736B1 BE20165860A BE201605860A BE1024736B1 BE 1024736 B1 BE1024736 B1 BE 1024736B1 BE 20165860 A BE20165860 A BE 20165860A BE 201605860 A BE201605860 A BE 201605860A BE 1024736 B1 BE1024736 B1 BE 1024736B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- mold
- clay
- upright
- brick
- open
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B28—WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
- B28B—SHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
- B28B7/00—Moulds; Cores; Mandrels
- B28B7/0064—Moulds characterised by special surfaces for producing a desired surface of a moulded article, e.g. profiled or polished moulding surfaces
- B28B7/0073—Moulds characterised by special surfaces for producing a desired surface of a moulded article, e.g. profiled or polished moulding surfaces with moulding surfaces simulating assembled bricks or blocks with mortar joints
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B28—WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
- B28B—SHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
- B28B13/00—Feeding the unshaped material to moulds or apparatus for producing shaped articles; Discharging shaped articles from such moulds or apparatus
- B28B13/02—Feeding the unshaped material to moulds or apparatus for producing shaped articles
- B28B13/0205—Feeding the unshaped material to moulds or apparatus for producing shaped articles supplied to the moulding device in form of a coherent mass of material, e.g. a lump or an already partially preshaped tablet, pastil or the like
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Manufacturing & Machinery (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Ceramic Engineering (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Finishing Walls (AREA)
- Devices For Post-Treatments, Processing, Supply, Discharge, And Other Processes (AREA)
Abstract
Werkwijze voor het produceren van een baksteen, waarbij de werkwijze volgende stappen bevat: - voorzien van een open mal die gedefinieerd is door een bodem en meerdere opstaande wanden; - inwerpen van een kleiklomp in de open mal zodat de kleiklomp de mal hoofdzakelijk vult; - afsnijden van overtollige klei ter plaatse van de open zijde van de open mal zodat in de mal een kleivorm ontstaat met een vorm gerelateerd aan de open mal; - verwijderen van de kleivorm uit de mal; - bakken van de kleivorm tot de baksteen; waarbij de open mal minstens één opstaande vin bevat aan zijn binnenzijde die zich doorlopend uitstrekt over de bodem en over minstens één van de opstaande wanden van de open mal.Method for producing a brick, the method comprising the following steps: - provided with an open mold defined by a bottom and several upright walls; - inserting a clay lump into the open mold so that the clay lump mainly fills the mold; - cutting off excess clay at the open side of the open mold so that a mold is formed in the mold with a shape related to the open mold; - removing the clay mold from the mold; - baking from the clay form to the brick; wherein the open mold contains at least one raised fin on its inner side which extends continuously over the bottom and over at least one of the raised walls of the open mold.
Description
(73) Houder(s) :(73) Holder (s):
NELISSEN STEENFABRIEKEN N.V.NELISSEN STONE FACTORY N.V.
3620, LANAKEN3620, LANAKEN
België (72) Uitvinder(s) :Belgium (72) Inventor (s):
VANDEBEEK Roel 3630 MAASMECHELEN België (54) DOORLOPENDE GROEF (57) Werkwijze voor het produceren van een baksteen, waarbij de werkwijze volgende stappen bevat: - voorzien van een open mal die gedefinieerd is door een bodem en meerdere opstaande wanden; - inwerpen van een kleiklomp in de open mal zodat de kleiklomp de mal hoofdzakelijk vult; - afsnijden van overtollige klei ter plaatse van de open zijde van de open mal zodat in de mal een kleivorm ontstaat met een vorm gerelateerd aan de open mal; verwijderen van de kleivorm uit de mal; - bakken van de kleivorm tot de baksteen; waarbij de open mal minstens één opstaande vin bevat aan zijn binnenzijde die zieh doorlopend uitstrekt over de bodem en over minstens één van de opstaande wanden van de open mal.VANDEBEEK Roel 3630 MAASMECHELEN Belgium (54) CONTINUOUS GROOVE (57) Method for producing a brick, the method comprising the following steps: - provided with an open mold defined by a bottom and several upright walls; - inserting a clay block into the open mold so that the clay block mainly fills the mold; - cutting off excess clay at the open side of the open mold so that a mold is formed in the mold with a shape related to the open mold; removing the clay mold from the mold; - firing from the clay mold to the brick; wherein the open mold contains at least one upright fin on its inner side which extends continuously over the bottom and over at least one of the upright walls of the open mold.
3a3a
BELGISCH UITVINDINGSOCTROOIBELGIAN INVENTION PATENT
FOD Economie, K.M.O., Middenstand & EnergieFPS Economy, K.M.O., Self-employed & Energy
Publicatienummer: 1024736 Nummer van indiening: BE2016/5860Publication number: 1024736 Filing number: BE2016 / 5860
Dienst voor de Intellectuele EigendomIntellectual Property Office
Internationale classificatie: B28B 7/00 B28B 13/02 Datum van verlening: 19/06/2018International classification: B28B 7/00 B28B 13/02 Date of issue: 06/19/2018
De Minister van Economie,The Minister of Economy,
Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;Having regard to the Paris Convention of 20 March 1883 for the Protection of Industrial Property;
Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;Having regard to the Law of March 28, 1984 on inventive patents, Article 22, for patent applications filed before September 22, 2014;
Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;Having regard to Title 1 Invention Patents of Book XI of the Economic Law Code, Article XI.24, for patent applications filed from September 22, 2014;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;Having regard to the Royal Decree of 2 December 1986 on the filing, granting and maintenance of inventive patents, Article 28;
Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 16/11/2016.Having regard to the application for an invention patent received by the Intellectual Property Office on 16/11/2016.
Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.Whereas for patent applications that fall within the scope of Title 1, Book XI, of the Code of Economic Law (hereinafter WER), in accordance with Article XI.19, § 4, second paragraph, of the WER, the granted patent will be limited. to the patent claims for which the novelty search report was prepared, when the patent application is the subject of a novelty search report indicating a lack of unity of invention as referred to in paragraph 1, and when the applicant does not limit his filing and does not file a divisional application in accordance with the search report.
Besluit:Decision:
Artikel 1. - Er wordt aanArticle 1
NELISSEN STEENFABRIEKEN N.V., Kiezelweg 458, 3620 LANAKEN België;NELISSEN STEENFABRIEKEN N.V., Kiezelweg 458, 3620 LANAKEN Belgium;
vertegenwoordigd doorrepresented by
PHILIPPAERTS Yannick, Meir 24 bus 17, 2000, ANTWERPEN;PHILIPPAERTS Yannick, Meir 24 box 17, 2000, ANTWERP;
een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor: DOORLOPENDE GROEF.a Belgian invention patent with a term of 20 years, subject to payment of the annual fees as referred to in Article XI.48, § 1 of the Economic Law Code, for: CONTINUOUS GROOVE.
UITVINDER(S):INVENTOR (S):
VANDEBEEK Roel, Langstraat 78, 3630, MAASMECHELEN;VANDEBEEK Roel, Langstraat 78, 3630, MAASMECHELEN;
VOORRANG:PRIORITY:
AFSPLITSING :BREAKDOWN:
Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :Split from basic application: Filing date of the basic application:
Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).Article 2. - This patent is granted without prior investigation into the patentability of the invention, without warranty of the Merit of the invention, nor of the accuracy of its description and at the risk of the applicant (s).
Brussel, 19/06/2018,Brussels, 19/06/2018,
Bij bijzondere machtiging:With special authorization:
2016/58602016/5860
BE2016/5860BE2016 / 5860
Doorlopende groefContinuous groove
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het produceren van een baksteen volgens het handvormprincipe.The invention relates to a method for producing a brick according to the hand-mold principle.
Het handvormprincipe voor het produceren van een baksteen heeft betrekking op een werkwijze met volgende stappen:The hand shape principle for producing a brick relates to a method with the following steps:
voorzien van een open mal die gedefinieerd is door een bodem en meerdere opstaande wanden;provided with an open mold defined by a bottom and several upright walls;
inwerpen van een kleiklomp in de open mal zodat de kleiklomp de mal hoofdzakelijk vult;inserting a clay lump into the open mold so that the clay lump mainly fills the mold;
afsnijden van overtollige klei ter plaatse van de open zijde van de open mal zodat in de mal een kleivorm ontstaat met een vorm gerelateerd aan de open mal;cutting off excess clay at the open side of the open mold so that a mold is formed in the mold with a shape related to the open mold;
verwijderen van de kleivorm uit de mal;removing the clay mold from the mold;
- bakken van de kleivorm tot de baksteen.- firing from the clay mold to the brick.
Bakstenen die gevormd worden door middel van het handvormprincipe worden handvormbakstenen genoemd. Handvormbakstenen worden typisch gebruikt als gevelstenen voor het maken van huizen. Handvormbakstenen zijn bekend om een specifieke visuele indruk te wekken die voornamelijk ontstaat doordat elke baksteen uniek is. De manier waarop de mal zieh vult met de klei ten gevolge van het inwerpen van de kleiklomp is steeds verschillend zodat het buitenoppervlak van de handvormbaksteen steeds onvolkomenheden vertoont. Deze onvolkomenheden zijn gewenst en zorgen voor een uniek karakter van de baksteen.Bricks that are formed using the hand shape principle are called hand shape bricks. Hand shape bricks are typically used as facing bricks for house making. Hand-molded bricks are known to create a specific visual impression that is mainly caused by the fact that each brick is unique. The way in which the mold fills with the clay as a result of the insertion of the clay lump is always different, so that the outer surface of the hand-molded brick always shows imperfections. These imperfections are desirable and give the brick a unique character.
Vroeger werden handvormbakstenen volledig manueel gemaakt. De open mal werd meestal uit hout gemaakt. Bij gebruik werd de mal aan een binnenzijde met zand bestrooid.In the past, hand-molded bricks were made entirely manually. The open mold was usually made of wood. During use, the mold was sprinkled with sand on the inside.
Daarna wordt een kleiklomp gevormd die typisch ook in zand gerold wordt alvorens de kleiklomp met een vooraf bepaaide kracht en/of snelheid in de houten mal te werpen. Door de kracht en/of snelheid van de kleiklomp, zal de klei met een vooraf bepaaide impact op de mal terechtkomen, waardoor de klei vervormt en de mal hoofdzakelijk vult. De kleiklomp heeft typisch een massa die noemenswaardig groter is dan de massa die nodig is om de mal te vullen. Boven de mal, aan de open zijde, zal daarom een overschot aan kleimateriaal uitsteken. In een volgende stap wordt de overtollige klei afgesneden ter plaatse van de open zijde zodat in de mal een kleivorm biijft zitten met een vorm die gerelateerd is aan de vorm van de mal. De vakman zal begrijpen dat de mal gevormd is als negatief van de gewenste baksteen. In een verdere stap wordt de kleivorm uit de mal verwijderd, typisch door het omkeren van de mal zodat de zwaartekracht de kleivorm uit de mal duwt. Doordat de mal en de buitenzijde van de kleiklomp met zand bestrooid zijn, plakt deThen, a clay lump is formed which is typically also rolled in sand before throwing the clay lump into the wooden mold with a predetermined force and / or speed. Due to the force and / or speed of the clay clump, the clay will end up with a predetermined impact on the mold, causing the clay to deform and mainly fill the mold. The clay lump typically has a mass that is significantly greater than the mass required to fill the mold. A surplus of clay material will therefore protrude above the mold, on the open side. In a next step, the excess clay is cut at the open side so that the mold contains a clay shape with a shape that is related to the shape of the mold. The skilled person will understand that the mold is formed as a negative of the desired brick. In a further step, the clay mold is removed from the mold, typically by inverting the mold so that gravity pushes the clay mold out of the mold. Because the mold and the outside of the clay lump are sprinkled with sand, the
2016/58602016/5860
BE2016/5860 klei niet noemenswaardig aan de mal, en kan ze gemakkelijk daaruit verwijderd worden. De zo verkregen kleivorm wordt dan gebakken tot een baksteen in een vorm die vooraf bepaald is en gerelateerd is aan de vorm van de mal.BE2016 / 5860 clay is not worth mentioning on the mold, and can easily be removed from it. The clay shape thus obtained is then baked into a brick in a shape that is predetermined and related to the shape of the mold.
Reeds vele jaren is dit procès minstens gedeeltelijk geautomatiseerd waarbij 5 kleiklompen automatisch gevormd worden en machinaal ingeworpen worden in een open mal. De open mallen worden typisch uit metaal of uit een harde kunststof vervaardigd om de levensduur van de mallen te optimaliseren. Voor kleine oplages van bakstenen met spéciale vormen wordt nog steeds een houten mal gemaakt, waarin kleiklompen manueel ingeworpen worden.For many years, this process has been at least partially automated, with 5 clay clogs being automatically formed and machine-cast in an open mold. The open molds are typically made of metal or a hard plastic to optimize the life of the molds. For small runs of bricks with special shapes, a wooden mold is still made, in which clay clogs are manually inserted.
De laatste jaren wordt veel geëxperimenteerd met alternatieve werkwijzen voor 10 traditioneel metselwerk. Vroeger werd een gevel opgebouwd door bakstenen in rijen op elkaar te plaatsen en met elkaar te verbinden door middel van een laag mortel. De bakstenen hebben dan typisch een hoogte tussen 5 cm en 8 cm, en de mortel wordt aangebracht met een laagdikte tussen 0,5 cm en 1,5 cm. De laatste jaren wordt geëxperimenteerd met lijm ter vervanging van mortel, waarbij de laagdikte van de lijm slechts enkele millimeters is.In recent years, much has been experimented with alternative methods for traditional masonry. In the past, a facade was built by placing bricks in rows on top of each other and connecting them by means of a layer of mortar. The bricks then typically have a height between 5 cm and 8 cm, and the mortar is applied with a layer thickness between 0.5 cm and 1.5 cm. In recent years, experiments have been conducted with glue to replace mortar, with the layer thickness of the glue being only a few millimeters.
Architecten experimenteren verder met bakstenen waarbij in de hoofdzichtzijde patronen aangebracht zijn. Dergelijke patronen kunnen op verschillende manieren in de baksteen verkregen worden. De mogelijkheden voor dergelijke patronen zijn echter beperkt omdat de patronen zieh binnen het oppervlak van de hoofdzichtzijde moeten bevinden. Wanneer het patroon tot aan de rand van de hoofdzichtzijde uitstrekt, ontstaat een praktisch probleem wanneer de hoek van een gevel bereikt wordt met een dergelijke baksteen.Architects are experimenting further with bricks with patterns in the main view side. Such patterns can be obtained in the brick in various ways. However, the possibilities for such patterns are limited because the patterns must be within the surface of the main viewing side. When the pattern extends to the edge of the main view side, a practical problem arises when the corner of a facade is reached with such a brick.
Het is een doel van de uitvinding om een werkwijze voor het produceren van een baksteen volgens het handvormprincipe te voorzien, waarbij de baksteen met grotere vrijheid kan ontworpen worden en gebruikt worden in een gevel.It is an object of the invention to provide a method for producing a brick according to the hand-mold principle, whereby the brick can be designed and used in a facade with greater freedom.
Hiertoe is de werkwijze voor het produceren van een baksteen gekenmerkt dat de 25 open mal minstens één opstaande vin bevat aan zijn binnenzijde die zieh doorlopend uitstrekt over de bodem en over minstens één van de opstaande wanden van de open mal.To this end, the method of producing a brick is characterized in that the open mold contains at least one upright fin on its inner side which extends continuously over the bottom and over at least one of the upright walls of the open mold.
Het effect van het doorlopend voorzien van een opstaande vin in de bodem en minstens één opstaande wand van een open mal is onverwacht en atypisch voor handvormbakstenen. Bij het traditioneel uitvoeren van de werkwijze volgens het handvormprincipe, en daarop volgend gebruiken van de handvormbakstenen bij het metsen van een gevel, vormt de afgesneden zijde van de kleivorm de uiteindelijke onderzijde van de baksteen.The effect of continuously providing an upright fin in the bottom and at least one upright wall of an open mold is unexpected and atypical for hand-molded bricks. In the traditional practice of the method according to the hand-mold principle, and subsequent use of the hand-mold bricks when bricking a facade, the cut side of the clay form the final bottom side of the brick.
Dit wil zeggen dat de zichtzijdes van de baksteen, die in een gevel zichtbaar zijn wanneer de baksteen met een afgesneden zijde van de kleivorm naar beneden geplaatst is, gevormd worden door de zijden van de baksteen die in de open mal grenzen aan de opstaande wanden. De werkwijze voor het produceren van een baksteen volgens de uitvinding beoogt expliciet af teThis means that the visible sides of the brick, which are visible in a facade when the brick is placed with a cut side of the clay shape downwards, are formed by the sides of the brick that adjoin the upright walls in the open mold. The method for producing a brick according to the invention aims explicitly
2016/58602016/5860
BE2016/5860 stappen van deze traditie, en heeft als doel om de hoofdzichtzijde van de baksteen te vormen via de bodem van de open mal. In het domein van handgevormde bakstenen is dit atypisch.BE2016 / 5860 follows this tradition, and aims to form the main facing side of the brick through the bottom of the open mold. This is atypical in the field of hand-formed bricks.
In théorie zou het mogelijk zijn om extra stappen toe te voegen aan de werkwijze waarbij bijvoorbeeld tussen het verwijderen van de kleivorm uit de mal en het bakken van de kleivorm vooraf bepaalde patronen aangebracht worden in de zichtzijde en kopzijde van de baksteen. Dit zou echter omslachtig en arbeidsintensief zijn, en zou een noemenswaardige ingreep vragen in de bestaande Systemen. Doordat volgens de uitvinding een doorlopend patroon voorzien is in de bodem en in één van de opstaande zijwanden, en doordat de bodem van de mal overeenstemt met de hoofdzichtzijde van de baksteen, kan op voordelige wijze een patroon gevormd worden in de hoofdzichtzijde en in de kopse zijde van de baksteen. Dit laat toe om de bakstenen waarbij een patroon in de hoofdzichtzijde gevormd is dat doorloopt in minstens één kopse zijde te vormen op een traditionele machine met een traditionele opeenvolging van stappen zonder dat nabewerkingen of extra stappen nodig zijn. Hierdoor kan een dergelijke baksteen op economische wijze gefabriceerd worden.In theory, it would be possible to add additional steps to the method in which, for example, between the removal of the clay mold from the mold and the baking of the clay mold, predetermined patterns are applied in the visible side and the front side of the brick. However, this would be cumbersome and labor-intensive, and would require significant intervention in existing systems. Because according to the invention a continuous pattern is provided in the bottom and in one of the upright side walls, and because the bottom of the mold corresponds to the main facing side of the brick, a pattern can advantageously be formed in the main facing side and in the front side of the brick. This allows to form the bricks with a pattern in the main face side that continues in at least one end face on a traditional machine with a traditional sequence of steps without the need for post-processing or additional steps. As a result, such a brick can be manufactured economically.
Bij voorkeur is de minstens één opstaande vin volgens een visueel patroon aangebracht in de bodem van de mal, welk visueel patroon doorloopt in minstens één opstaande wand van de mal. Door het visueel patroon te laten doorlopen van de bodem van de mal in minstens één opstaande wand van de mal, zal het visueel patroon dat zieh vormt in de baksteen ook doorlopen van de hoofdzichtzijde van de baksteen naar de zijzichtzijde van de baksteen. Dit laat gebruik van de baksteen op een hoek van een muur toe terwijl de optische effecten die het gevolg zijn van de groeven doorlopen van de voorzijde naar de zijkant van de gevel. Met andere woorden zal het visuele effect hoek-om doorlopen. De mogelijkheden voor het ontwerpen van dergelijke patronen zijn daardoor noemenswaardig groter omdat de patronen zieh, in tegenstelling tot voorheen, niet meer binnen het opperviak van de hoofdzichtzijde moeten bevinden. Het patroon mag zieh tot aan de rand van de hoofdzichtzijde uitstrekken, en zieh vandaar doorlopend naar de zijzichtzijde uitstrekken.Preferably, the at least one upright fin is arranged in a visual pattern in the bottom of the mold, which visual pattern continues into at least one upright wall of the mold. By passing the visual pattern from the bottom of the mold into at least one upright wall of the mold, the visual pattern that forms in the brick will also extend from the main face side of the brick to the side face of the brick. This allows use of the brick on a corner of a wall while the optical effects resulting from the grooves run from the front to the side of the facade. In other words, the visual effect will run around the corner. The possibilities for designing such patterns are therefore considerably greater because, unlike before, the patterns no longer have to be within the surface of the main view side. The pattern may extend to the edge of the main view side, and from there extend continuously to the side view side.
Bij voorkeur strekt de minstens één opstaande vin zieh uit vanaf de binnenzijde van de mal tot een hoogte van minstens 2 mm boven de binnenzijde. Door de opstaande vin omhoog te laten uitstrekken met minstens 2 mm, zal de groef in de baksteen gevormd worden die hiermee overeenstemt, welke groef doorloopt van de hoofdzichtzijde naar de zijzichtzijde van de baksteen. Verder bij voorkeur heeft de vin een hoogte die kleiner is dan 7 mm. Tests hebben uitgewezen dat de hoogte van de vin, die de diepte van de groef bepaalt, invloed heeft op de perceptie van een persoon die de zichtzijde van de baksteen beschouwt. Door de vinnen een hoogte te geven van meer dan 2 mm, wordt de groef typisch waargenomen als een onderverdelingPreferably, the at least one upright fin extends from the inside of the mold to a height of at least 2 mm above the inside. By extending the upright fin upward by at least 2 mm, the groove will be formed in the brick corresponding to it, which groove extends from the main face side to the side face of the brick. Furthermore, the fin preferably has a height which is less than 7 mm. Tests have shown that the height of the fin, which determines the depth of the groove, affects the perception of a person who is looking at the exposed side of the brick. By giving the fins a height of more than 2 mm, the groove is typically perceived as a subdivision
2016/58602016/5860
BE2016/5860 van de steen. Door de groef kleiner dan 7 mm te vervaardigen, kan eenvoudige realisatie bekomen worden zonder technische complicaties terwijl de optische illusie maximaal is.BE2016 / 5860 of the stone. By manufacturing the groove smaller than 7 mm, simple realization can be achieved without technical complications while the optical illusion is maximized.
Bij voorkeur bestaat de minstens één van de opstaande wanden uit één opstaande wand, waarbij overige van de meerdere opstaande wanden vlak gevormd zijn. Door slechts één van de opstaande wanden te voorzien van het patroon, zal verwijderen van de baksteen uit de mal noemenswaardig eenvoudiger zijn. De kleivorm kan dan door een translatiebeweging of door een gecombineerde translatie- en rotatiebeweging uit de mal bewegen, weg van de opstaande wand met het patroon, zodat het patroon optimaal in de kleivorm gereflecteerd blijft.Preferably, the at least one of the upright walls consists of one upright wall, the other of the multiple upright walls being flat. By patterning only one of the upright walls, removing the brick from the mold will be noticeably easier. The clay shape can then move out of the mold away from the upright wall with the pattern by a translation movement or by a combined translation and rotation movement, so that the pattern remains optimally reflected in the clay shape.
Bij voorkeur is de bodem van de mal hoofdzakelijk rechthoekig en de minstens 10 één opstaande vin strekt zieh uit volgens de lange zijde van de rechthoek. Bakstenen worden typisch gebruikt in een gevel met hun lange zijde volgens de richting van de rijen, dit is de hoofdzakelijk horizontale richting van de gevel. Door de vinnen ook in deze richting te vormen, wordt de hoogte van de steen optisch gereduceerd. Bijvoorbeeld wanneer een vin in het midden van de rechthoek gevormd is, geeft de steen de indruk twee stenen met gelijke hoogte te zijn die op elkaar geplaatst zijn. De vakman zal begrijpen dat de vin op verschillende posities kan gevormd worden, om de indruk te wekken stenen met verschillende hoogtes te zijn.Preferably, the bottom of the mold is substantially rectangular and the at least one upright fin extends along the long side of the rectangle. Bricks are typically used in a facade with their long side according to the direction of the rows, which is the mainly horizontal direction of the facade. By also shaping the fins in this direction, the height of the stone is optically reduced. For example, when a fin is formed in the center of the rectangle, the stone gives the appearance of two stones of equal height placed on top of each other. Those skilled in the art will understand that the fin can be formed at different positions to give the impression of being stones of different heights.
Bij voorkeur strekt de opstaande vin zieh volgens minstens één lijn uit van de korte zijde van de rechthoek naar een overstaande korte zijde van de rechthoek, waarbij de minstens één van de opstaande wanden gevormd is door een wand die grenst aan de minstens één van de korte zijden van de rechthoek. Bij voorkeur is de minstens één lijn recht. Tests hebben uitgewezen dat dit enerzijds goed realiseerbaar is bij het vormen van de handvormbaksteen en anderzijds een optimaal visueel effect creëert wanneer met de bakstenen een gevel gemaakt wordt.Preferably, the upright fin extends along at least one line from the short side of the rectangle to an opposite short side of the rectangle, the at least one of the upright walls being formed by a wall adjacent to the at least one of the short sides of the rectangle. Preferably the at least one line is straight. Tests have shown that on the one hand this is easily achievable when forming the hand-molded brick and on the other hand it creates an optimal visual effect when a facade is made with the bricks.
Bij voorkeur loopt de lijn door over minstens één van de opstaande wanden in een richting hoofdzakelijk loodrecht op de bodem van de mal. Door de opstaande vin hoofdzakelijk loodrecht op de bodem van de mal te laten lopen over de opstaande wand, zal verwijderen van de kleivorm uit de mal noemenswaardig vereenvoudigen. Namelijk de kleivorm wordt in een ideale situatie verwijderd door een beweging die hoofdzakelijk loodrecht is op de bodem van de mal.Preferably, the line continues across at least one of the upright walls in a direction substantially perpendicular to the bottom of the mold. By running the upright fin substantially perpendicular to the bottom of the mold over the upright wall, removal of the clay form from the mold will simplify considerably. Namely, the clay shape is ideally removed by a movement that is essentially perpendicular to the bottom of the mold.
Door de opstaande vin in de zijwand te laten uitstrekken evenwijdig met de verwijderrichting voor het verwijderen van de kleivorm uit de mal, zal de kleivorm geen hinder ondervinden van de opstaande vin in de zijwand bij het bewegen uit de mal. Namelijk de beweegrichting en de richting van de opstaande vin zijn gelijk.By allowing the upright fin to extend in the side wall parallel to the removal direction for removing the clay mold from the mold, the clay mold will not be affected by the upright fin in the side wall when moving out of the mold. Namely, the direction of movement and the direction of the upright fin are the same.
De uitvinding heeft verder betrekking op een baksteen verkregen door het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding.The invention further relates to a brick obtained by carrying out the method according to the invention.
De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.The invention will now be described in more detail with reference to an exemplary embodiment shown in the drawing.
2016/58602016/5860
BE2016/5860BE2016 / 5860
In de tekening laat :In the drawing:
figuur 1 de stappen zien voor het handvormen van een baksteen; figuur 2 een open mal zien uit de werkwijze volgens de uitvinding; figuur 3 een doorsnede zien van een opstaande vin; en figuur 4 enkele uitvoeringsvoorbeelden zien van de uitvinding.Figure 1 shows the steps for hand-molding a brick; figure 2 shows an open mold from the method according to the invention; figure 3 shows a section of an upright fin; and figure 4 shows some exemplary embodiments of the invention.
In de tekening is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde verwijzingscijfer toegekend.In the drawing, the same or analogous element is assigned the same reference numeral.
Figuur 1 illustreert de basisstappen van de werkwijze voor het handvormen van een baksteen. Zoals hierboven reeds toegelicht, is de huidige uitvinding in het bijzonder toepasbaar in een dergelijke werkwijze voor het produceren van handvorm bakstenen. In eerste instantie zal aan de hand van figuur 1 de traditionele werkwijze voor het handvormen van bakstenen uitgelegd worden. Aan de hand van de verdere figuren zal dan de uitvinding toegelicht worden, en zal uitgelegd worden hoe de uitvinding op verrassende wijze compatibel is met de traditionele werkwijze voor het handvormen van stenen. Tenzij anders vermeld, zullen de kenmerken en stappen voor het traditioneel handvormen van bakstenen, uitgelegd aan de hand van figuur 1, integraal deel uitmaken van de werkwijze volgens de uitvinding.Figure 1 illustrates the basic steps of the brick hand molding method. As already explained above, the present invention is particularly applicable in such a method for producing hand-molded bricks. In the first instance, the traditional method for hand-shaping bricks will be explained with reference to figure 1. The invention will then be explained with reference to the further figures, and it will be explained how the invention is surprisingly compatible with the traditional method for hand-forming stones. Unless otherwise stated, the features and steps for the traditional hand-molding of bricks explained with reference to Figure 1 will be an integral part of the method of the invention.
Figuur 1A toont een open mal 1. De open mal 1 bevat minstens een bodem 2 en meerdere zijwanden 3 die opstaan ten opzichte van de bodem om een open caviteit te vormen. In figuur 1A is een mal 1 getoond in de vorm van een traditionele baksteen. De open mal 1 uit figuurFigure 1A shows an open mold 1. The open mold 1 contains at least a bottom 2 and a plurality of side walls 3 that rise up from the bottom to form an open cavity. In figure 1A, a mold 1 is shown in the form of a traditional brick. The open mold 1 from figure
1A toont daarom een hoofdzakelijk rechthoekige bodem 2 waarbij ter plaatse van elke zijde van de rechthoek een opstaande zijwand 3A, 3B, 3C en 3D gevormd is. Daarbij zijn de zijwanden 3A en 3D gevormd ter plaatse van de korte zij des van de rechthoek van de bodem 2. De zijwanden 3B en 3C zijn gevormd ter plaatse van de lange zijdes van de rechthoekige bodem 2. Het zal voor een vakman duidelijk zijn dat de open mal 1 verschillende maten en vormen kan hebben, waarbij de maten en vormen van de open mal 1 de uiteindelijke vormen en maten van de bakstenen zullen bepalen die daarin gevormd worden. Zoals de vakman zal begrijpen is bij voorkeur één hoofdvoorwaarde vervuld bij het ontwerpen van de open mal, dit is dat de opening ter plaatse van de open zijde een vorm en afmetingen heeft die toelaat dat de gehele kleivorm via de opening uit de open mal 1 kan verwijderd worden. In het verlengde van deze voorwaarde, worden ook de zijwanden 3 bij voorkeur gevormd om verwijderen van de baksteen uit de open mal via de open zijde daarvan toe te laten. De stap van het verwijderen is geïllustreerd in figuur ID.1A therefore shows a substantially rectangular bottom 2, where an upright side wall 3A, 3B, 3C and 3D is formed at each side of the rectangle. Thereby the side walls 3A and 3D are formed at the short sides of the rectangle of the bottom 2. The side walls 3B and 3C are formed at the long sides of the rectangular bottom 2. It will be clear to a skilled person that the open mold 1 may have different sizes and shapes, the sizes and shapes of the open mold 1 determining the final shapes and sizes of the bricks formed therein. As one skilled in the art will understand, one main condition is preferably fulfilled in the design of the open mold, this is that the opening at the location of the open side has a shape and dimensions which allows the entire clay shape to be able to escape from the open mold 1 via the opening. be removed. In line with this condition, the side walls 3 are also preferably formed to allow removal of the brick from the open mold through the open side thereof. The removal step is illustrated in Figure ID.
Figuur 1A illustreert verder een kleiklomp 4. Een klomp is gedefinieerd als een vormloze massa. Daarmee is een kleiklomp 4 gedefinieerd als een vormloze massa waarbij de massa hoofdzakelijk klei bevat. De kleiklomp 4 heeft bij voorkeur een volume dat noemenswaardig groter is dan het volume dat nodig is om de open mal voiiedig te vullen. DeFigure 1A further illustrates a clay lump 4. A lump is defined as a shapeless mass. A clay lump 4 is thus defined as a formless mass in which the mass mainly contains clay. The clay block 4 preferably has a volume which is noticeably larger than the volume required to fill the open mold properly. The
2016/58602016/5860
BE2016/5860 kleiklomp 4 wordt traditioneel in de open mal 1 geworpen, manueel of machinaal. Inwerpen is gedefinieerd als het met een vooraf bepaalde minimale kracht en/of snelheid bewegen van de kleiklomp 4 naar de open mal 1 zodanig dat de kleiklomp 4 de open mal 1 minstens gedeeltelijk vult. De vooraf bepaalde kracht is in figuur IA geïllustreerd met pijl F. dit is in de praktijk gemakkelijk realiseerbaar door de kleiklomp 4 tot op een vooraf bepaalde hoogte h te brengen boven de open zijde van de open mal 1, waarna de kleiklomp losgelaten wordt zodat ze vanop de vooraf bepaalde hoogte h in de open mal 1 valt. Daarbij kan de kleiklomp 4 tijdens de valbeweging begeleid worden om bijvoorbeeld de val richting en/of het valtraject te optimaliseren voor het vullen van de open mal 1. Verder kan de kleiklomp tijdens de valbeweging afgeremd worden of versneld worden om het vullen van de open mal 1 te optimaliseren.BE2016 / 5860 clay clog 4 is traditionally thrown into the open mold 1, manually or by machine. Insertion is defined as moving the clay lump 4 to the open mold 1 with a predetermined minimum force and / or speed such that the clay lump 4 at least partially fills the open mold 1. The predetermined force is illustrated with arrow F in figure 1A. This is easily achievable in practice by bringing the clay lump 4 to a predetermined height h above the open side of the open mold 1, after which the clay lump is released so that it falls into the open mold 1 from the predetermined height h. In addition, the clay lump 4 can be guided during the fall movement to optimize, for example, the fall direction and / or the fall trajectory for filling the open mold 1. Furthermore, the clay lump can be slowed or accelerated during the fall movement to fill the open mold. 1.
Figuur IB toont een doorsnede van een open mal en een kleiklomp 4, nadat de kleiklomp in de open mal geworpen is. Bij voorkeur bevat de werkwijze tussen de stap uit figuur IA en de stap uit figuur IB verder het aanbrengen van een zandlaag aan de binnenzijde van de open mal 1 en/of aan een buitenzijde van de kleivorm 4. Het zand heeft meerdere functies. Door het inwerpen van de kleiklomp 4 in de open mal 1, wordt het zand minstens gedeeltelijk in de klei gedrukt, zodat het deel uitmaakt van de uiteindelijke baksteen. In het bijzonder wanneer de klei een eerste kleur heeft, en het zand een tweede kleur heeft die afwijkt van de eerste kleur, wordt een unieke visuele indruk verkregen. Een tweede effect heeft betrekking op het verwijderen van de klei uit de open mal 1, waarbij het zand de wrijving tussen de open mal 1 en de klei noemenswaardig vermindert. Zonder een zandlaag aan de buitenzijde van de kleiklomp 4 en/of aan de binnenzijde van de open mal 1, heeft klei sterk de neiging om te kleven aan de bodem 2 en wanden 3 van de open mal 1, zodat het verwijderen van de klei uit de mal 1 moeilijk is.Figure IB shows a cross section of an open mold and a clay lump 4 after the clay lump has been thrown into the open mold. Preferably, the method between the step of figure 1A and the step of figure 1b further comprises applying a sand layer on the inside of the open mold 1 and / or on an outside of the clay mold 4. The sand has several functions. By inserting the clay block 4 into the open mold 1, the sand is pressed at least partly into the clay, so that it forms part of the final brick. In particular, when the clay has a first color, and the sand has a second color different from the first color, a unique visual impression is obtained. A second effect relates to the removal of the clay from the open mold 1, wherein the sand significantly reduces the friction between the open mold 1 and the clay. Without a sand layer on the outside of the clay clump 4 and / or on the inside of the open mold 1, clay has a strong tendency to stick to the bottom 2 and walls 3 of the open mold 1, so that the clay is removed from the mold 1 is difficult.
In figuur IB is de kleiklomp 4 aangeduid met referentiecijfer 4’. Daarbij illustreert figuur IB dat de kleivorm 4’ in vorm gewijzigd is ten opzichte van de kleivorm 4 uit figuur IA.In figure IB, the clay block 4 is indicated with reference number 4 '. In addition, Figure IB illustrates that the clay shape 4 'has changed in shape relative to the clay shape 4 of Figure 1A.
Dit is het gevolg van enerzijds de vervormbaarheid van de klei en anderzijds de kracht F en/of snelheid waarmee de kleiklomp 4 in de open mal 1 geworpen wordt. Door het inwerpen van de kleiklomp 4 ontstaat een impact tussen de klei en de open mal 1 die als gevolg heeft dat de kleiklomp 4’ vervormt. Door het vervormen vult de kleiklomp nagenoeg de volledige open mal 1.This is the result of the deformability of the clay on the one hand and the force F and / or speed with which the clay clump 4 is thrown into the open mold 1 on the other. By inserting the clay block 4, an impact is created between the clay and the open mold 1, which results in the clay block 4 deforming. By deforming, the clay block fills almost the entire open mold 1.
Daarbij illustreert figuur IB hoe de kleiklomp 4’ een eerste segment 5 en een tweede segment 6 heeft. Met het eerste segment 5 vult de klei de open mal 1. Dit eerste segment 5 wordt ook de kleivorm genoemd omdat dit het gedeelte van de kleiklomp 4 is die de vorm van de open mal 1 aanneemt. Het tweede segment 6 is het gedeelte van de kleiklomp 4’ dat zieh boven de open mal 1 uitstrekt. De klei uit het tweede segment 6 wordt ook de overtollige klei genoemd, en is het rechtstreekse gevolg van de kleiklomp 4 die in volume noemenswaardig groter is dan de inhoud van de open mal 1.Thereby figure IB illustrates how the clay lump 4 has a first segment 5 and a second segment 6. With the first segment 5, the clay fills the open mold 1. This first segment 5 is also called the clay mold because it is the part of the clay lump 4 that takes the form of the open mold 1. The second segment 6 is the part of the clay block 4 which extends above the open mold 1. The clay from the second segment 6 is also called the surplus clay, and is the direct result of the clay lump 4, which is considerably larger in volume than the content of the open mold 1.
2016/58602016/5860
BE2016/5860BE2016 / 5860
Figuur IB illustreert hoe de klei 5 tegen de bodem 2 en de zijwanden 3B en 3C gedrukt zijn. Daarbij zit tussen de bodem 2 en de klei en tussen de zijwanden 3B en 3C en de klei typisch zand. Ook sluit de klei niet overal foutloos aan tegen de bodem 2 en de zijwanden 3, ten gevolge van het inwerpen van de kleiklomp 4. Dit komt omdat de kleiklomp 4 geen gecontroleerde vorm heeft, en omdat inwerpen impliceert dat er geen volledige contrôle is over het vullen van de mal 1. Dit onregelmatige en ongecontroleerde aspect van het vullen van de mal 1 is gewenst, en geeft aan de handvormbaksteen een uniek karakter.Figure IB illustrates how the clay 5 is pressed against the bottom 2 and the side walls 3B and 3C. There is typically sand between the bottom 2 and the clay and between the side walls 3B and 3C and the clay. Also, the clay does not adhere flawlessly everywhere to the bottom 2 and the side walls 3, due to the insertion of the clay lump 4. This is because the clay lump 4 does not have a controlled shape, and because insertion implies that there is no complete control over the filling the mold 1. This irregular and uncontrolled aspect of the filling of the mold 1 is desirable, and gives the hand-molded brick a unique character.
Figuur 1C illustreert het afsnijden van de overtollige klei, aangeduid met pijl 10.Figure 1C illustrates cutting off the excess clay, indicated by arrow 10.
De term afsnijden wordt in de context van deze uitvinding ruim geïnterpreteerd, en omvat snijden, zagen, slijpen, scheuren of elke andere manier voor het scheiden van het eerste segment 5 en het tweede segment 6 van de kleiklomp 4’. In figuur 1C is de klei vorm aangeduid met referentiecijfer 8, en is de overtollige klei aangeduid met referentiecijfer 9. De snijlijn is in figuur 1C aangeduid met referentiecijfer 7. Zoals hierboven beschreven is de kleivorm 8 ter plaatse van de bodem 2 en de zijwanden 3 uniek gevormd door het zand en door het inwerpen. Ter plaatse van de open zijdeThe term cut is broadly interpreted in the context of this invention, and includes cutting, sawing, grinding, tearing or any other way of separating the first segment 5 and the second segment 6 from the clay lump 4 ". In figure 1C the clay shape is indicated with reference number 8, and the surplus clay is indicated with reference number 9. The cutting line is indicated in figure 1C with reference number 7. As described above, the clay shape 8 is at the bottom 2 and the side walls 3 uniquely shaped by the sand and by insertion. At the location of the open side
7 heeft de kleivorm 8 geen noemenswaardige unieke vorm. In de praktijk vormt de snijlijn 7 een regelmatig, typisch glad oppervlak waarbij geen zand in de klei gedrukt is. Deze zijde 7 vormt typisch een baksteenzijde met een ongewenst visueel karakter. De afgesneden zijde 7 van de kleivorm 8 wordt daarom in de praktijk typisch gebruikt als onderkant van de baksteen. In dit aspect verschilt de werkwijze volgens de uitvinding van de traditionele werkwijze, zoals hieronder zal worden toegelicht.7, the clay shape 8 does not have a notably unique shape. In practice, the cutting line 7 forms a regular, typically smooth surface with no sand pressed into the clay. This side 7 typically forms a brick side with an undesired visual character. The cut side 7 of the clay mold 8 is therefore typically used in practice as the bottom of the brick. In this aspect, the method of the invention differs from the traditional method, as will be explained below.
Figuur ID illustreert met pijl 11 het verwijderen van de kleivorm 8 uit de open mal 1. In de praktijk wordt de open mal 1 met de kleivorm 8 uit figuur 1C omgedraaid, waarna de open mal 1 omhoog geheven wordt, terwijl de kleivorm 8 door de zwaartekracht blijft liggen. Door het omdraaien komt de afgesneden zijde 7 van de kleivorm 8 onderaan te liggen, in figuur 1 aangeduid met baksteenzijde 12F. In deze positie kan de kleivorm 8 gebakken worden tot een baksteen.Figure ID illustrates with arrow 11 the removal of the clay mold 8 from the open mold 1. In practice, the open mold 1 with the clay mold 8 of figure 1C is turned over, after which the open mold 1 is lifted up, while the clay mold 8 is lifted by the gravity remains. By turning the cut side 7 of the clay mold 8 comes to lie at the bottom, indicated in figure 1 by brick side 12F. In this position, the clay mold 8 can be baked into a brick.
Omdat de kleivorm 8 met zijn afgesneden zijde 12F naar onder ligt, zal tijdens het bakken geen noemenswaardige druk uitgeoefend worden op de unieke zijdes van de baksteen, zijnde zijde 12A die gerelateerd is aan de bodem van de open mal, zijnde zijdes 12E, 12D, 12C en 12B die respectievelijk gerelateerd zijn aan de opstaande zijwanden 3A, 3B, 3D en 3C van de open mal 1.Since the clay mold 8 is with its cut side 12F down, no significant pressure will be exerted during firing on the unique sides of the brick, being side 12A which is related to the bottom of the open mold, being sides 12E, 12D, 12C and 12B which are respectively related to the upright side walls 3A, 3B, 3D and 3C of the open mold 1.
Zoals hierboven reeds uitgelegd zijn deze zijwanden van de baksteen 1 gevormd met een uniek karakter waardoor het voordelig is om tijdens het bakken geen verdere kracht uit te oefenen op deze zijdes.As already explained above, these side walls of the brick 1 are formed with a unique character, so that it is advantageous not to exert any further force on these sides during baking.
Figuur IE toont een gevel 13 die opgebouwd is met meerdere bakstenen die volgens de hierboven beschreven werkwijze gevormd zijn. Daarbij illustreert figuur IE in het bijzonder een hoek van een gevel 13, die inzichtelijk maakt dat twee zijdes van de baksteenFigure IE shows a facade 13 that is built up with several bricks that have been formed according to the method described above. Figure IE particularly illustrates a corner of a facade 13, which shows that two sides of the brick
2016/58602016/5860
BE2016/5860 zichtbaar zijn ter plaatse van een hoek. Meer bepaald zal de langszijde 12B en een kopzijde 12C zichtbaar zijn. Volgens de traditionele werkwijze komt de langszijde 12B die de hoofdzichtzijde van de baksteen vormt, overeen met een zijde die aanligt tegen een lange zijwand 3B of 3C van de open mal 1 uit figuur IA. De kopse zichtzijde komt overeen met een zijde die aanligt tegen een korte zijwand 3A of 3D van de open mal 1 uit figuur IA. Zoals hieronder duidelijk wordt wijkt de uitvinding hierin af van de traditionele werkwijze.BE2016 / 5860 are visible at the corner. More specifically, the longitudinal side 12B and a front side 12C will be visible. According to the traditional method, the longitudinal side 12B which forms the main visible side of the brick corresponds to a side which abuts a long side wall 3B or 3C of the open mold 1 of figure 1A. The face end face corresponds to a side that abuts a short side wall 3A or 3D of the open mold 1 of figure 1A. As will become clear below, the invention herein deviates from the traditional method.
Figuur 2 toont een uitvoeringsvorm van een open mal die gebruikt wordt in de werkwijze volgens de uitvinding. De open mal 1 uit figuur 2 stemt in vele opzichten overeen met de open mal uit figuur IA zodanig dat de open mal uit figuur 2 compatibel is met de hierboven beschreven werkwijze. De open mal 1 uit figuur 2 verschilt doordat de bodem 2 voorzien is van minstens één opstaande vin 14. Bij voorkeur loopt de opstaande vin 14 in één stuk door naar een overeenstemmende opstaande vin 14 ter plaatse van minstens één zijwand 3. In het geval van figuur 2 lopen twee opstaande vinnen 14 van de bodem 2 door naar één opstaande wand 3A.Figure 2 shows an embodiment of an open mold used in the method according to the invention. The open mold 1 of Figure 2 corresponds in many respects to the open mold of Figure 1A such that the open mold of Figure 2 is compatible with the method described above. The open mold 1 of figure 2 differs in that the bottom 2 is provided with at least one upright fin 14. Preferably, the upright fin 14 extends in one piece to a corresponding upright fin 14 at the location of at least one side wall 3. In the case of Figure 2, two upright fins 14 run from the bottom 2 to one upright wall 3A.
Daarbij zal duidelijk zijn dat het in één stuk doorlopen een functioneel kenmerk is en niet noodzakelijk een fysiek kenmerk van de mal 1. De opstaande vin 14 kan uit meerdere onderdelen vervaardigd zijn die op zodanige wijze met elkaar verbonden zijn en/of samenwerken dat de onderdelen functioneel als één opstaande vin 14 kunnen beschouwd worden.It will be clear that the continuous passage is a functional characteristic and not necessarily a physical characteristic of the mold 1. The upright fin 14 can be made of several parts which are interconnected and / or cooperate in such a way that the parts functionally as one upright fin 14 can be considered.
De opstaande vinnen 14 hebben als doel een groef te vormen in de kleivorm 8 ter plaatse van de bodem en de zijwand 3A. Zoals hierboven beschreven wekt deze groef de optische illusie dat de gevormde baksteen uit meerdere afzonderlijk gevormde bakstenen bestaat. De open mal 1 uit figuur 2 wijkt verder af van de open mal uit figuur 1 in zijn gebruiksdoel. In de open mal uit figuur 2 is de bodem 2 van de mal 1 gevormd, dit wil zeggen voorzien van een buitenvorm en afmetingen, om de hoofdzichtzijde van de uiteindelijk gevormde baksteen te vormen. Daarentegen is de bodem 2 uit de open mal uit figuur IA gevormd om de bovenzijde van de uiteindelijk gevormde baksteen te vormen. Het effect hiervan wordt verdere toegelicht aan de hand van figuur 4.The upright fins 14 aim to form a groove in the clay mold 8 at the bottom and the side wall 3A. As described above, this groove creates the optical illusion that the brick formed consists of several individually formed bricks. The open mold 1 from figure 2 differs further from the open mold from figure 1 in its intended use. In the open mold of figure 2, the bottom 2 of the mold 1 is formed, i.e. provided with an outer shape and dimensions, to form the main visible side of the finally formed brick. In contrast, the bottom 2 from the open mold of Figure 1A is formed to form the top of the final brick formed. The effect of this is further explained with reference to figure 4.
Figuur 3 toont een doorsnede van een voorkeursuitvoeringsvorm van een opstaande vin 14. Daarbij illustreert figuur 3 dat de opstaande vin 14 zieh uitstrekt boven de bodem 2 met een hoogte 15. De hoogte 15 is bij voorkeur minimum 2 mm, meer bij voorkeur minimum 3 mm, en is bij voorkeur maximum 7 mm, meer bij voorkeur maximum 6 mm. Meest bij voorkeur is de hoogte 15 ongeveer 4 mm. Figuur 3 illustreert verder dat de opstaande vin taps naar boven toeloopt. Ter plaatse van de bodem 2 heeft de opstaande vin 14 een breedte 16 die groter is dan de breedte 17 ter plaatse van de top van de vin 14. Bij voorkeur is de breedte 16 ongeveer 3 mm, terwijl de breedte 17 ter plaatse van de top bij voorkeur ongeveer 2 mm is. Dit is een voorkeursuitvoeringsvorm, en het zal duidelijk zijn dat de opstaande vin 14 in zijn breeds teFigure 3 shows a cross-section of a preferred embodiment of an upright fin 14. Figure 3 illustrates that the upright fin 14 extends above the bottom 2 with a height 15. The height 15 is preferably at least 2 mm, more preferably at least 3 mm , and is preferably maximum 7 mm, more preferably maximum 6 mm. Most preferably, the height is about 4 mm. Figure 3 further illustrates that the upright fin tapers upward. At the bottom 2, the upright fin 14 has a width 16 greater than the width 17 at the top of the fin 14. Preferably, the width 16 is about 3 mm, while the width 17 at the top preferably is about 2 mm. This is a preferred embodiment, and it will be appreciated that the upstanding fin 14 is broad in width
2016/58602016/5860
BE2016/5860 uitvoeringsvorm niet beperkt is in afmetingen. Bij voorkeur heeft de opstaande vin 14 een gemiddelde breedte over zijn hoogte die kleiner is dan 7 mm, meer bij voorkeur kleiner dan 5 mm.BE2016 / 5860 embodiment is not limited in dimensions. Preferably, the upright fin 14 has an average width over its height of less than 7 mm, more preferably less than 5 mm.
In figuur 3 is de opstaande vin 14 getoond met de bodem 2 als basis voor de opstaande vin 14. De vakman zal begrijpen dat de opstaande vin 14 ter plaatse van de zijwand 3 analoog gevormd is.In figure 3, the upright fin 14 is shown with the bottom 2 as the basis for the upright fin 14. The person skilled in the art will understand that the upright fin 14 at the side wall 3 is analogously formed.
De opstaande vin 14 is bij voorkeur gevormd uit metaal. Tests hebben uitgewezen dat wanneer de opstaande vin 14 uit metaal gevormd is, een hoge weerstand tegen slijtage kan bekomen worden. Ook kan de vin 14 met de hierboven vermelde afmetingen gevormd zijn met voldoende hoge sterkte. De metalen vin 14 kan integraal gevormd zijn met een metalen bodem 2 of een metalen wand 3. Altematief is de metalen vin 14 ingebed in een harde kunststoflaag, die als bodem 2 of als wand 3 fungeert.The upright fin 14 is preferably formed from metal. Tests have shown that when the upright fin 14 is formed of metal, a high resistance to wear can be obtained. Also, the fin 14 of the above-mentioned dimensions may be formed with sufficiently high strength. The metal fin 14 can be integrally formed with a metal bottom 2 or a metal wall 3. Alternatively, the metal fin 14 is embedded in a hard plastic layer, which functions as bottom 2 or as wall 3.
Figuur 4 toont drie verschillende uitvoeringsvormen van de open mal, en toont de effecten daarvan op de baksteen die met de mal gevormd wordt. Daarbij is de baksteen aangeduid met referentiecijfer 21. De baksteen 21 heeft steeds een hoofdzichtzijde 18 en een kopzichtzijde 19 die respectievelijk overeenstemmen met de baksteenzichtzijdes 12B en 12C uit figuur IE.Figure 4 shows three different embodiments of the open mold, showing its effects on the brick formed with the mold. The brick is then indicated with reference numeral 21. The brick 21 always has a main view side 18 and a front view side 19, which correspond respectively to the brick view sides 12B and 12C of figure IE.
Figuur 4A toont een uitvoeringsvorm waarbij de bodem 2 twee evenwijdige opstaande vinnen 14 heeft die in de langszijde van de bodem 2 lopen. Deze vinnen 14 lopen in één stuk door in een korte zijwand 3. Het effect hiervan is dat een baksteen 21 kan gevormd worden waarbij groeven 20 zieh doorlopend uitstrekken van een hoofdzichtzijde 18 naar een kopzichtzijde 19. Zoals hierboven beschreven wordt de optische illusie gewekt dat baksteen 21 uit figuur 4A uit drie op elkaar gestapelde bakstenen bestaat. Door het positioneren van de opstaande vinnen 14 zoals geillustreerd in figuur 4A, is het verwijderen van de kleivorm 8 uit een open mal 1 (zoals getoond in figuur ID) eenvoudig omdat de verwijderrichting parallel loopt met de opstaande vinnen 14, in het bijzonder ter plaatse van de zijwand 3. Verder zijn de vinnen 14 uit figuur 4A hoofdzakelijk evenwijdig gevormd met de inwerprichting van de kleiklomp 4 in de open mal, zodat de opstaande vinnen 14 hoofdzakelijk recht en gelijkmatig belast worden. Dit verhoogt noemenswaardig de levensduur van de mal 1. Het zal duidelijk zijn dat de opstaande vinnen 14 zieh verder doorlopend kunnen uitstrekken over de zijwand die over staat aan de getoonde zijwand, zodat de twee kopzichtzijdes van de baksteen de groeven vertoont.Figure 4A shows an embodiment in which the bottom 2 has two parallel upright fins 14 running in the longitudinal side of the bottom 2. These fins 14 are continuous in one short side wall 3. The effect of this is that a brick 21 can be formed with grooves 20 extending continuously from a main face side 18 to a front face side 19. As described above, the optical illusion is created that brick 21 of Figure 4A consists of three bricks stacked one on top of the other. By positioning the upright fins 14 as illustrated in Figure 4A, removal of the clay mold 8 from an open mold 1 (as shown in Figure ID) is simple because the removal direction is parallel to the upright fins 14, especially on site of the side wall 3. Furthermore, the fins 14 of figure 4A are formed substantially parallel to the insertion direction of the clay lump 4 in the open mold, so that the upright fins 14 are loaded substantially straight and evenly. This noticeably increases the life of the mold 1. It will be appreciated that the upright fins 14 can continue to extend continuously across the sidewall overhanging the sidewall shown, so that the two front face sides of the brick have the grooves.
In dit kader wordt opgemerkt dat wanneer opstaande vinnen zouden geplaatst worden in de mal uit figuur IA ter plaatse van de zijdes die de hoofdzichtzijde en de kopzichtzijde vormen, dit zijn de zijdes 3B en 3A, enerzijds verwijderen van de kleivorm uit de mal nagenoeg onmogelijk zou zijn en anderzijds het vullen van de mal door het inwerpen van de klei moeilijk zou zijn omdat de vinnen dwars op de werprichting gevormd zouden zijn.In this context, it is noted that if upright fins were to be placed in the mold of Figure 1A at the sides that form the main face side and the front face side, these are the sides 3B and 3A, on the one hand removing the clay mold from the mold would be virtually impossible and, on the other hand, filling the mold by inserting the clay would be difficult because the fins would be formed transverse to the throwing direction.
Figuur 4B toont een alternatieve uitvoeringsvorm waarbij een opstaande vin 14 zieh diagonaal over de bodem uitstrekt en diagonaal over een zijwand. Bij het uitwerpen van deFigure 4B shows an alternative embodiment in which an upright fin 14 extends diagonally across the bottom and diagonally across a side wall. When ejecting the
2016/58602016/5860
BE2016/5860 kleivorm uit een dergelijke mal, zal de kleivorm minstens gedeeltelijk een rotatiebeweging maken weg van de zijwand 3 met de diagonale vin 14. Met deze mal kan een baksteen 21 bekomen worden die een visuele indruk genereert uit meerdere piramidevormige bakstenen te bestaan.BE2016 / 5860 clay mold from such a mold, the clay mold will at least partially make a rotational movement away from the side wall 3 with the diagonal fin 14. With this mold, a brick 21 can be obtained which generates a visual impression consisting of several pyramidal bricks.
Figuur 4C toont een verdere alternatieve uitvoeringsvorm, waarbij niet enkel 5 opstaande vinnen 14 in de langsrichting, maar ook in de dwarsrichting geplaatst zijn, minstens ter plaatse van de bodem 2. Hierdoor kan een baksteen 21 bekomen worden waarbij de hoofdzichtzijde een patroon vertoont, in dit voorbeeld in meerdere Segmenten, zowel horizontaal als vertieaal, onderverdeeld is.Figure 4C shows a further alternative embodiment, in which not only 5 upright fins 14 are placed in the longitudinal direction, but also in the transverse direction, at least at the location of the bottom 2. As a result, a brick 21 can be obtained in which the main view side has a pattern, in this example is divided into several Segments, both horizontal and vertical.
De voorbeelden uit figuur 4 zijn slechts toegevoegd ter illustratie, en zullen 10 duidelijk maken aan de vakman dat vele mogelijkheden bestaan voor het ontwerpen en wekken van visuele indrukken in handvormbaksteen. Daarbij kunnen horizontale, verticale en dwarse vinnen 14 gecombineerd worden afhankelijk van het beoogde visuele effect. Omdat de bodem 2 van de open mal de hoofdzichtzijde vormt, hetgeen atypisch is in de werkwijze voor het handvormen van bakstenen, kunnen deze optische effecten verkregen worden zonder dat de efficiëntie van de werkwijze voor het vormen van bakstenen, geïllustreerd in figuren IA tot ID, verminderd wordt. Meer bepaald zullen geen noemenswaardige nabewerkingen of tussenstappen nodig zijn. Mits het voorzien van een aangepaste mal zoals geïllustreerd in figuur 2 en in figuren 4A-4C, kunnen bestaande machines gebruikt worden voor het fabriceren van bakstenen volgens de uitvinding.The examples of Figure 4 have been added for illustrative purposes only, and will demonstrate to those skilled in the art that many possibilities exist for designing and creating visual impressions in hand-molded brick. In addition, horizontal, vertical and transverse fins 14 can be combined depending on the intended visual effect. Since the bottom 2 of the open mold forms the main face side, which is atypical in the brick hand molding process, these optical effects can be obtained without the efficiency of the brick molding process illustrated in Figures 1A to ID, is reduced. In particular, no significant post-processing or intermediate steps will be required. Provided it is provided with an adapted mold as illustrated in Figure 2 and in Figures 4A-4C, existing machines can be used for the manufacture of bricks according to the invention.
Op basis van de beschrijving hierboven zal de vakman begrijpen dat de uitvinding op verschillende manieren en op basis van verschillende principes kan uitgevoerd worden. Daarbij is de uitvinding niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen. De hierboven beschreven uitvoeringsvormen, alsook de figuren zijn louter illustratief en dienen enkel om het begrip van de uitvinding te vergroten. De uitvinding zal daarom niet beperkt zijn tot de uitvoeringsvormen die hierin beschreven zijn, maar wordt gedefinieerd in de conclusies.Based on the description above, those skilled in the art will understand that the invention can be practiced in different ways and on different principles. In addition, the invention is not limited to the above-described embodiments. The above-described embodiments, as well as the figures, are merely illustrative and serve only to enhance the understanding of the invention. Therefore, the invention will not be limited to the embodiments described herein, but is defined in the claims.
2016/58602016/5860
BE2016/5860BE2016 / 5860
Legende van de figurenLegend of the figures
1. open mal1. open mold
2. bodem2. bottom
3. zijwanden3. side walls
4. kleiklomp4. clay clog
5. eerste segment kleiklomp5. first segment clay block
6. tweede segment kleiklompSecond segment clay block
7. afgesneden zijde7. cut side
8. kleivorm8. clay mold
9. overtollige klei9. excess clay
10. afsnijden10. cut
11. verwijderen11. Delete
12. zij des baksteen12. she of the brick
13. ge vel13. facade
14. opstaande vinUpright fin
15. hoogte opstaande vin15. height of upright fin
16. breedte basis opstaande vin16. width of base upright fin
17. breedte top opstaande vin17. width top upright fin
18. hoofdzichtzijde18. main view side
19. kopzichtzijde19. front view side
20. groeven20. grooves
21. baksteen21. brick
2016/58602016/5860
BE2016/5860BE2016 / 5860
Claims (13)
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20165860A BE1024736B1 (en) | 2016-11-16 | 2016-11-16 | CONTINUOUS GROOVE |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20165860A BE1024736B1 (en) | 2016-11-16 | 2016-11-16 | CONTINUOUS GROOVE |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1024736A1 BE1024736A1 (en) | 2018-06-11 |
BE1024736B1 true BE1024736B1 (en) | 2018-06-19 |
Family
ID=57391711
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE20165860A BE1024736B1 (en) | 2016-11-16 | 2016-11-16 | CONTINUOUS GROOVE |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1024736B1 (en) |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1408515A (en) * | 1920-03-24 | 1922-03-07 | Robert M Jones | Molding apparatus |
US1426761A (en) * | 1921-05-24 | 1922-08-22 | Refractories Machinery Mfg Com | Machine for molding brick shapes |
GB2107637A (en) * | 1981-10-19 | 1983-05-05 | John Guard | Moulding fired clay or ceramic articles |
NL2013930B1 (en) * | 2014-05-28 | 2016-05-03 | Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B V | Mold container part for the manufacture of brick slips, mold container press device and method for the use thereof. |
-
2016
- 2016-11-16 BE BE20165860A patent/BE1024736B1/en active IP Right Grant
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1408515A (en) * | 1920-03-24 | 1922-03-07 | Robert M Jones | Molding apparatus |
US1426761A (en) * | 1921-05-24 | 1922-08-22 | Refractories Machinery Mfg Com | Machine for molding brick shapes |
GB2107637A (en) * | 1981-10-19 | 1983-05-05 | John Guard | Moulding fired clay or ceramic articles |
NL2013930B1 (en) * | 2014-05-28 | 2016-05-03 | Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B V | Mold container part for the manufacture of brick slips, mold container press device and method for the use thereof. |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
BE1024736A1 (en) | 2018-06-11 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US8101113B2 (en) | Molding apparatus for producing dry cast products having textured side surfaces | |
US3940229A (en) | Apparatus for manufacturing rough faced bricks | |
US6464199B1 (en) | Molds for producing masonry units with roughened surface | |
US7100886B2 (en) | Apparatus and methods for making a masonry block with a roughened surface | |
AU2008203039B8 (en) | Masonry block and method of making same | |
US10760267B2 (en) | Method and mold for manufacturing an interlocking concrete retaining wall block | |
BE1024736B1 (en) | CONTINUOUS GROOVE | |
BE1024739B1 (en) | Thin groove | |
US20190360201A1 (en) | Method and mold for manufacturing an interlocking concrete retaining wall block | |
US20070193181A1 (en) | Dry-cast concrete block | |
NL2020611B1 (en) | Continuous groove | |
US969435A (en) | Facing-mold. | |
NL2020610B1 (en) | Thin groove | |
KR101068871B1 (en) | Crack art tile and manufacturing method thereof | |
US769771A (en) | Brick-mold. | |
CN1141196C (en) | Technology for casting grooved side wall of shovel plate | |
BE1026888B1 (en) | Hand-molded brick strip | |
US11780114B2 (en) | Device for pressing a non-hardened concrete composition and method for the manufacture of concrete articles | |
US6991206B1 (en) | Concrete block mold with improved stripping ability | |
US820759A (en) | Sewer and culvert mold. | |
US219579A (en) | Improvement in the manufacture of tiles and slabs | |
BE1024202B1 (en) | DEVICE FOR PRESSING A NON-CURED CONCRETE COMPOSITION AND METHOD FOR MANUFACTURING CONCRETE ARTICLES | |
EP2781654A1 (en) | Paver block | |
BE1007707A3 (en) | Method for making concrete blocks with smooth faced central areas - involves block being formed in mould and being vibrated by oscillating device while setting | |
US490160A (en) | Brick-mold |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
FG | Patent granted |
Effective date: 20180619 |