BE1021902B1 - Kussen voor het verzachten van rugpijn - Google Patents

Abstract

Kussen voor het verzachten van pijn in een onderrug van een gebruiker, waarbij het kussen een eerste en een tweede segment bevat die met elkaar verbonden zijn en die gevormd zijn om, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, het eerste segment ten minste de onderrug van de gebruiker ondersteunt, en het tweede segment benen van de gebruiker ondersteunt zodanig dat bovenbenen zich opwaarts en de onderbenen zich liggend uitstrekken, waarbij het tweede segment 10 een bovenvlak heeft met gootvormige uitsparingen die zich ter plaatse van de onderbenen uitstrekken om de onderbenen op een voorafbepaalde afstand van elkaar vast te houden.

Description

Kussen voor het verzachten van rugpijn

De uitvinding heeft betrekking op een kussen voor het verzachten van pijn in een onderrug en een bekken van een gebruiker.

Pijn in de onderrug komt vaak voor bij mensen met rugaandoeningen. Ook mensen zonder rugaandoeningen kunnen pijn in de onderrug krijgen door verkeerde of hoge belasting van de rug, bijvoorbeeld tijdens een zwangerschap. Het is bij medici algemeen bekend dat pijn in de onderrug verlicht kan worden door een liggende houding aan te nemen, waarbij de benen ondersteund worden in een opwaarts gehoekte positie. Onder de benen wordt dan typisch een kussen (in de praktijk vaak gevormd door een stapel hoofdkussens) gelegd zodanig dat de bovenbenen zich zodanig opwaarts uitstrekken en de onderbenen zich hoofdzakelijk liggend uitstrekken (om zo de gehoekte opwaartse positie te verkrijgen). Op deze manier worden de benen als het ware opgetild terwijl de gebruiker op zijn/haar rug ligt. Hierdoor worden wervels in de onderrug ontlast. Een nadeel van het ondersteunen van de benen door middel van een stapel hoofdkussens, is dat de benen niet stabiel ondersteund worden. Hierdoor zullen de bekkenbodemspieren een kracht uitoefenen in plaats van zich te ontspannen, aangezien het bekken als aanhechtpunt voor de buikspieren fungeert. Het bekken is via gewrichten verbonden met de wervelkolom en de beide dijbeenbotten. US 5,097,553 beschrijft een ondersteuningskassen voor het ondersteunen van de benen voor het verzachten van pijn in een onderrug. Omdat dit kussen specifiek vormgegeven is voor het ondersteunen van de onderbenen, zullen de benen stabieler ondersteund worden dan wanneer ze op een stapel hoofdkussens liggen. Een nadeel van het ondersteuningskussen uit US 5,097,553 is dat de ondersteuning niet optimaal is voor het bekomen van een ideale lighouding voor het verzachten van pijn in de onderrug. US 6,117,095 beschrijft ook een kussen voor het ondersteunen van de benen en van de onderrug voor het verzachten van pijn in de onderrug. Daarbij is het gedeelte van het kussen dat de benen ondersteunt, vastgemaakt aan het gedeelte van het kussen dat de rug ondersteunt. Hierdoor wordt de stabiliteit van de ondersteuning verbeterd. Een nadeel van het ondersteuningskussen uit US 6,117,095 is dat opblazen van het kussen het gebruiksgemak noemenswaardig vermindert. Ook zal de houding van de gebruiker afhankelijk zijn van de graad waarmee het kussen opgeblazen wordt. Hierdoor kan het kussen theoretisch de gebruiker in een goede houding ondersteunen, maar in de praktijk zal dit afhangen van de hoeveelheid lucht die in het kussen geblazen wordt. Hierdoor ondersteunt dit kussen de gebruiker in de praktijk zelden in een ideale en stabiele houding.

Het is een doel van de uitvinding een kussen te voorzien voor het verzachten van pijn in de onderrug van de gebruiker, waarbij het kussen voorzien is om een gebruiker in een optimale houding te ondersteunen.

Hiertoe voorziet de uitvinding in een kussen voor het verzachten van pijn in een onderrug van een gebruiker, waarbij het kussen een eerste segment en een tweede segment bevat die met elkaar verbonden zijn, en die zodanig gevormd zijn dat, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, het eerste segment tën minste de onderrug en het bekken van de gebruiker ondersteunt en het tweede segment de benen van de gebruiker ondersteunt, zodanig dat de bovenbenen zich opwaarts en de onderbenen zich liggend uitstrekken, waarbij het tweede segment een bovenvlak heeft met gootvormige uitsparingen die zich, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, ter plaatse van de onderbenen uitstrekken, om de onderbenen op een vooraf bepaalde afstand van elkaar vast te houden.

Het kussen volgens de uitvinding bevat verschillende technische kenmerken die synergetisch samenwerken om de gebruiker te ondersteunen in een ideale houding. Enerzijds zijn het eerste segment en het tweede segment met elkaar verbonden. Hierdoor kan het tweede segment niet weggeduwd worden van het eerste segment wanneer de benen op het tweede segment rusten. Namelijk door de hoek van de bovenbenen ten opzichte van de onderbenen en door de hoek van de bovenbenen ten opzichte van de romp (de gebruiker ligt op het kussen, terwijl de bovenbenen zich opwaarts uitstrekken) hebben de bovenbenen steeds de neiging om het tweede segment weg te duwen van de romp van de gebruiker. Echter, omdat het tweede segment verbonden is met het eerste segment, en omdat het eerste segment de onderrug van de gebruikers ondersteunt (en hierdoor dus vast gepositioneerd is ten opzichte van de romp van de gebruiker), wordt wegschuiven van het tweede segment tegengehouden, zodanig dat de benen, ten minste voor wat betreft de hoek ten opzichte van romp en onderbenen, in een optimale positie kunnen vastgehouden worden. De onderbenen liggen ingenesteld in het kussen. Verder hebben tests uitgewezen dat de afstand tussen de onderbenen cruciaal is voor het goed kunnen ontspannen van de onderrug en het bekken, en voor het verzachten van de pijn in de onderrug. Door in een bovenvlak van het tweede segment gootvormige uitsparingen te voorzien, kan de afstand tussen de onderbenen vooraf bepaald worden. Namelijk doordat de onderbenen ingebed/ingenesteld liggen in de respectievelijke goten wordt door middel van de zwaartekracht een spanning uitgeoefend via de knieën en de bovenbenen van de gebruiker op de bekkenbodemspieren, zodat pijn in de onderrug van de gebruiker op een efficiënte manier wordt verzacht.

Bij voorkeur vertoont het eerste segment in een langsrichting en in een dwarsrichting een voorgevormde deuk, zodanig dat, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, de onderrug in de deuk vastgehouden is. Door de voorgevormde deuk, en met name de innestelling van de onderrug en het bekken, heeft de onderrug steeds een vooraf bepaalde stabiele positie op het eerste segment. Hierdoor zal de onderrug vast gepositioneerd worden ten opzichte van het kussen, zodanig dat het kussen ook minder neiging heeft om alsnog weg te schuiven van de gebruiker (door de krachten van de benen die uitgeoefend worden op het tweede segment zoals hierboven beschreven is). Verder zullen, omdat het eerste segment en het tweede segment verbonden zijn, de posities van de gootvormige uitsparingen ten opzichte van de positie van de deuk vooraf bepaald zijn. Op die manier zal niet enkel de tussenafstand tussen de benen, maar tevens de relatieve positie van het onderlichaam ten opzichte van de onderbenen bepaald worden door de vorm van het kussen. Hiermee kan het lichaam in een symmetrische houding vastgehouden worden, zodanig dat de gebruiker door de deuk en de uitsparingen steeds in een vooraf bepaalde symmetrische houding op het kussen komt te liggen. Deze symmetrische houding, die bekomen wordt door de combinatie van de deuk en de gootvormige uitsparing, is in het bijzonder geschikt voor het verzachten van pijn in de onderrug.

Bij voorkeur is de deuk zodanig gevormd dat een onderste lumbale deel van de rug ergonomisch ondersteund is. Door het ergonomisch ondersteunen van een onderste lumbale deel van de rug, wordt een optimale ontlasting en ontspanning van de onderrug bekomen, waardoor pijn optimaal verzacht wordt.

Bij voorkeur heeft het tweede segment een opwaarts vlak voor het ondersteunen van de bovenbenen, welk opwaarts vlak zich tussen het eerste segment en het bovenvlak van het tweede segment uitstrekt. Wanneer de gebruiker op het kussen ligt, zullen de bovenbenen leunen tegen het opwaartse vlak. Het opwaartse vlak heeft daarom bij voorkeur een lengte die hoofdzakelijk gelijk is aan de lengte van de bovenbenen. Het opwaartse vlak strekt zich uit tussen het eerste segment en het bovenvlak van het tweede segment, en verhindert dat het bovenste vlak van het tweede segment weggeduwd wordt van het eerste segment.

Bij voorkeur vertoont het opwaarts vlak een hoek met een grondvlak van ongeveer 90 graden. Tests hebben uitgewezen dat een hoek van 90 graden optimaal is voor het verzachten van pijn in een onderrug van een gebruiker. Verder bij voorkeur vertoont het opwaarts vlak een hoek met het liggend vlak van ook ongeveer 90 graden. Tests hebben uitgewezen dat ook deze verdere hoek van 90 graden optimaal is voor het verzachten van pijn in een onderrug.

Bij voorkeur zijn het eerste segment en het tweede segment uit één stuk vervaardigd. Wanneer het eerste segment en het tweede segment uit één stuk vervaardigd zijn, wordt gebruik van het kussen verder vereenvoudigd omdat de segmenten niet meer aan elkaar bevestigd moeten worden door de gebruiker. Verder vermindert de kans op foutief gebruik van het kussen door foutief bevestigen van het eerste segment aan het tweede segment. Wanneer het eerste segment en het tweede segment integraal uit één stuk vervaardigd zijn, kan het tweede segment niet van het eerste segment weggeduwd worden wanneer de gebruiker op het kussen ligt.

Bij voorkeur is het kussen vervaardigd uit een schuimmateriaal. Schuimmateriaal is bekend voor het vervaardigen van kussens, en is in het bijzonder geschikt voor het vormen van een kussen met een vooraf bepaalde vorm. Daarbij bepaalt de vorm van het schuim de vorm van het kussen.

Bij voorkeur heeft het kussen een hoes die het eerste en het tweede segment omsluit. Zelfs wanneer het eerste segment en tweede segment niet uit één stuk vervaardigd zijn, zullen het eerste segment en het tweede segment wel met elkaar verbonden zijn door de hoes, wanneer de hoes het eerste en tweede segment omsluit. Een verder voordeel van de hoes is dat de hoes het eerste segment en het tweede segment (bijvoorbeeld elk vervaardigd uit schuim) beschermt tegen vuil. Daarbij is de hoes bij voorkeur uit een wasbaar materiaal gemaakt.

Bij voorkeur heeft het kussen ten minste één handvat ter plaatse van een zijkant van het kussen. Door het handvat kan de gebruiker het kussen op eenvoudige wijze manipuleren wanneer de gebruiker op het kussen wil gaan liggen, of wanneer de gebruiker van het kussen wil afkomen.

Bij voorkeur heeft het tweede segment verder verstevigingselementen voor het ondersteunen van de benen. De verstevigingselementen helpen om de benen te ondersteunen, in het bijzonder om het gewicht van de benen te dragen. Door de verstevigingselementen kan het schuim lichter uitgevoerd worden, dit wil zeggen met een hogere samendrukbaarheid, zonder dat dit de werking van het kussen nadelig beïnvloedt. Door een lichter schuim te gebruiken, wordt het comfort van het kussen verder verhoogd omdat een lichter schuim typisch als zachter ervaren wordt door een gebruiker.

Bij voorkeur is een warmte-element voorzien in het eerste segment voor het warmen van de onderrug. Door warmte kan de onderrug verder ontspannen, waardoor pijn efficiënter verzacht kan worden.

Bij voorkeur vertoont het tweede segment een uitsparing, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, ter plaatse van de knieholte. Wanneer bovenbenen en onderbenen ten opzichte van elkaar geplaatst zijn in een hoek van 90 graden, bevinden zich in de knieholte typisch spieren en/of pezen, die de binnenhoek tussen bovenbenen en onderbenen afronden. Door een uitsparing te voorzien aan het tweede segment ter plaatse van de knieholte, kunnen onderbenen en bovenbenen zonder noemenswaardige drukpunten ter plaatse van de knieholte in een hoek van 90 graden ten opzichte van elkaar geplaatst worden. Dit verhoogt het comfort van het kussen.

Bij voorkeur zijn de uitsparingen evenwijdig gepositioneerd met een centrum tot centrum tussenafstand van minstens 10 cm, bij voorkeur minstens 20 cm. Hierdoor worden de onderbenen ondersteund parallel aan elkaar met een tussenafstand van 10 cm, bij voorkeur minstens 20 cm. Tests hebben uitgewezen dat deze houding optimaal is voor het verzachten van pijn in een onderrug van een gebruiker.

De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

In de tekening laat: figuur 1 een zijaanzicht zien van een gebruiker die op een kussen volgens de uitvinding ligt; en figuur 2 een zijaanzicht en een doorsnede zien van een kussen volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding.

In de tekening is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde verwijzingscijfer toegekend.

Figuur 1 toont een perspectiefaanzicht van een kussen 1 volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Daarbij toont figuur 1 een gebruiker 2 die op het kussen 1 ligt. Liggen op het kussen is gedefinieerd als een houding aannemen waarbij de gebruiker in een hoofdzakelijk horizontale positie op een vlak rust. Daarbij is liggen bij voorkeur gedefinieerd als een houding aannemen waarbij minstens de romp en de onderbenen van de gebruiker hoofdzakelijk horizontaal op een vlak liggen.

Het kussen 1 volgens de uitvinding bevat technische kenmerken, die hieronder verder in detail beschreven zijn, om een gebruiker optimaal te ondersteunen in een zogenaamde psoas-houding. De psoas-houding is een houding waarbij zowel heupen als knieën een hoek maken van 90 graden. In deze houding wordt druk weggenomen van wervels, botstructuren, pezen en spieren in de onderrug. Daarmee is deze houding zeer ontspannend, en uitermate geschikt voor het verzachten van pijn in een onderrug van een gebruiker.

Het kussen 1 heeft een eerste segment 3 en een tweede segment 4. Het eerste segment 3 is verbonden met het tweede segment 4. Bij voorkeur zijn het eerste segment 3 en het tweede segment 4 uit één stuk vervaardigd. Wanneer het eerste segment 3 en het tweede segment 4 niet uit één stuk vervaardigd zijn, kunnen ze op verschillende wijzen verbonden worden. Zo kan het eerste segment 3 gekleefd worden aan het tweede segment 4. Alternatief kan het eerste segment 3 via klemmen verbonden worden met tweede segment 4. Verder alternatief kunnen het eerste segment 3 en een tweede segment 4 in een hoes (ook kussensloop genoemd) geplaatst worden, waarbij de hoes de onderlinge positie van het eerste segment 3 en het tweede segment 4 bepaalt en vasthoudt. Bij voorkeur zijn het eerste segment 3 en tweede segment 4 vervaardigd uit een schuim materiaal dat geschikt is voor het vervaardigen van kussens zoals ondersteuningskussens.

Het eerste segment 3 is gevormd voor het ondersteunen van ten minste een onderrug van de gebruiker 2. In de uitvoeringsvorm die weergegeven is in figuur 1, is het eerste segment 3 gevormd om de gehele romp (onderrug, middenrug en bovenrug) van de gebruiker te ondersteunen. Volgens een verdere alternatieve uitvoeringsvorm kan de gehele romp en het hoofd van de gebruiker 2 ondersteund worden door het eerste segment 3. Het onderste segment 3 bevat bij voorkeur een voorgevormde deuk 11 ter plaatse van de onderrug. Deze deuk 11 is bij voorkeur zowel in de langsrichting als in de dwarsrichting van het kussen 1 gevormd. De deuk 11, de innestelingsplaats van de onderrug en het bekken, fungeert als ondersteuning van de optimale houding wanneer de gebruiker op het kussen ligt. De gebruiker ligt met het bekken in de deuk zodat een blijvende en stabiele hoek gevormd wordt tussen de onderrug en de bovenbenen. Tevens benadrukt deze innestelingsplaats dat het product een anatomisch opgebouwd kussen is en dus de natuurlijke houding van de onderrug met name de lordose of normale holling van de lendenwervels volgt. Aangezien de deuk ingebed is in het kussen zal de onderrug van de gebruiker een vaste, stabiele plaats innemen. . Hierdoor wordt de onderrug van de gebruiker, door de vorm van het kussen, gestuurd naar een ideale positie. Deze functie van de deuk 11 kan ook innesteling genoemd worden. De deuk 11 ter plaatse van de onderrug van de gebruiker 2 heeft als verder voordeel dat de onderrug ten minste gedeeltelijk lager ondersteund is dan andere delen van de rug (bijvoorbeeld het gedeelte van de onderrug dat grenst aan de middenrug). Hierdoor is de onderrug ondersteund in een natuurlijk gekromde houding. Tests hebben uitgewezen dat deze natuurlijk gekromde houding een positief effect heeft bij het ontspannen van de onderrug, en hierdoor ook positief is voor het verzachten van pijn. Daarbij is de deuk 11 bij voorkeur zodanig gevormd dat de onderrug in een ergonomische kromming ondersteund is. De deuk 11 heeft als verder effect dat het de bovenbenen van de gebruiker aanzet tot de opwaartse houding en aanleiding geeft tot vormen van de hoek van 90 graden met de romp. Het eerste segment 3 van het kussen 1 heeft typisch een dikte die groter is dan 5 cm, bij voorkeur groter dan 7 cm, meer bij voorkeur groter dan 9 cm. Verder is de dikte van het eerste segment 3 bij voorkeur kleiner dan 40 cm, meer bij voorkeur kleiner dan 30 cm.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is het eerste segment 3 voorzien, bij voorbeeld ter plaatse van de deukvormige uitsparing 11, verwarmingsmiddelen (niet weergegeven) voor het opwarmen van de onderrug van de gebruiker. Deze verwarmingsmiddelen kunnen op verschillende manieren uitgevoerd worden. Zo kan bijvoorbeeld een elektrische weerstand geplaatst worden in of op het materiaal van het kussen. Alternatief kan een warmtewisselaar voorzien worden in of op het materiaal van het kussen, welke warmtewisselaar dan voorzien is voor het afgeven van warmte aan de onderrug. Bij voorkeur is een warmte-element voorzien in het eerste segment zodat een transcutane elektrische stimulatie van de onderrug door middel van warmte plaatsvindt. Door de warmte kan de onderrug optimaal ontspannen, waardoor pijn verzacht wordt.

Het tweede segment 4 van het kussen 1 heeft een dikte die noemenswaardig groter is dan de dikte van het eerste segment 3. Ideaal is de dikte van het tweede segment 4 gelijk aan de dikte van het eerste segment 3 vermeerderd met de lengte van het bovenbeen van de gebruiker 2. De vakman zal begrijpen dat verschillende gebruikers ook verschillende lengtes van bovenbenen hebben, en dat deze ideale dikte in de praktijk daarom zelden bereikt wordt. Echter, de vakman zal ook begrijpen dat afwijkingen van deze ideale dikte, mits deze afwijkingen binnen bepaalde grenzen liggen, weinig of geen invloed hebben op het effect van het kussen 1. Hierdoor zal de vakman begrijpen dat de dikte van het tweede segment 4 van het kussen 1 bij voorkeur groter is dan 30 cm, volgens een andere uitvoeringsvorm bij voorkeur groter is dan 50 cm, en bij voorkeur kleiner is dan 90 cm, en volgens een andere uitvoeringsvorm bij voorkeur kleiner dan 65 cm. Op basis van de uitleg hierboven zal de vakman begrijpen dat de verschillende diktes en dikteverhoudingen van het eerste segment 3 en tweede segment 4 mogelijk zijn, rekening houdend met de anatomische eigenschappen van de beoogde gebruiker(s) 2 van het kussen 1.

Het tweede segment 4 heeft een bovenvlak 7 dat zich bij voorkeur hoofdzakelijk horizontaal uitstrekt. Het bovenvlak 7 is gevormd voor het ondersteunen van de onderbenen van de gebruiker 2. Hiertoe heeft het bovenvlak 7 bij voorkeur twee gootvormige uitsparingen 8, 9. De twee gootvormige uitsparingen 8, 9 strekken zich parallel uit aan elkaar, in een lengterichting van het kussen 1, en zijn geplaatst op een afstand van elkaar. Bij voorkeur is de centrum-tot-centrum afstand 10 tussen de gootvormige uitsparingen groter dan 10 cm, meer bij voorkeur groter dan 20 cm, meest bij voorkeur groter dan 30 cm. De gootvormige uitsparingen zijn verder bij voorkeur symmetrisch geplaatst op het kussen 1. De gootvormige uitsparingen hebben als effect, dat wanneer een gebruiker 2 op het kussen 1 ligt, de onderbenen van de gebruiker ten gevolge van de zwaartekracht de neiging zullen hebben om naar het diepste punt van de gootvormige uitsparingen te zakken (en daar te blijven liggen). Aldus worden via de gootvormige uitsparingen de onderbenen op een vaste positie (en dus ook op een vaste onderlinge positie) vastgehouden door het kussen 1. Tests hebben uitgewezen dat de onderrug van de gebruiker noemenswaardig beter kan ontspannen wanneer de onderbenen symmetrisch op een afstand van elkaar geplaatst zijn. Een verder voordeel van de gootvormige uitsparingen is dat de gebruiker geen spierkracht moet gebruiken om de onderbenen in de ideale houding te houden, namelijk de onderbenen zullen door de zwaartekracht in deze ideale houding stabiel blijven liggen. Dit gegeven bevordert het ontspannen van de onderrug en het bekken, en bijgevolg het verzachten van pijn aan de onderrug wanneer een gebruiker op het kussen ligt. Doordat de benen in de gootvormige uitsparingen ontspannen liggen, zal de zwaartekracht via de knieën (die in een hoek van 90 graden geplooid zijn) en onderbenen haar rol vervullen naar de onderrug.

Het tweede segment 4 toont verder een opwaarts vlak dat zich uitstrekt tussen het bovenvlak 7 en het eerste segment 3. Dit opwaartse vlak vertoont een hoek 5 van ongeveer 90 graden met het bovenvlak van het eerste segment 3. Dit opwaartse vlak vertoont verder ter plaatse van het bovenvlak 7 een hoek 6 van ongeveer 90 graden met het bovenvlak 7. Daarmee strekt het opwaartse vlak zich hoofdzakelijk verticaal uit. Het opwaartse vlak heeft een lengte (gemeten in de hoogterichting van het kussen 1) die hoofdzakelijk gelijk is aan de lengte van de bovenbenen van de gebruiker 2. Het opwaartse vlak is geschikt voor het ondersteunen van de bovenbenen in een opwaartse positie. Daarbij zal duidelijk zijn voor de vakman dat, wanneer de gebruiker 2 op het kussen 1 ligt, de benen (en in het bijzonder de bovenbenen) de neiging zullen hebben om zich naar een gestrekte positie te bewegen. Hierdoor zullen de bovenbenen van de gebruiker 2 het tweede segment 4 van het kussen 1 wegduwen van het eerste segment 3 van het kussen 1. Hiertoe oefenen de bovenbenen een kracht uit tegen het opwaartse vlak van het tweede segment 4, welke kracht tegengehouden wordt door het opwaartse vlak van het tweede segment 4. Daarbij kan het kussen 1, in het bijzonder het tweede segment 4 van het kussen 1, voorzien zijn van extra verstevigingselementen voor het tegenwerken van deze kracht van de bovenbenen. Zo kan een verstevigingselement zich uitstrekken, in de uitvoeringsvorm weergegeven in figuur 1, vanaf een linkeronderzijde van het tweede segment (zijnde een meest distale onderste hoek van het tweede segment van het kussen) in een richting van de knieholtes van de gebruiker. Door de innesteling van de onderrug en het bekken in de deuk 11, zal deze ervoor zorgen dat bovenbenen in een goede opwaartse positie liggen zodat er slechts een minimale druk ontstaat tegen het opwaartse vlak van het kussen. De vakman zal begrijpen dat alternatieve verstevigingen eveneens toegevoegd kunnen worden aan het kussen waardoor het kussen op efficiënte wijze zijn vorm kan behouden.

Het kussen 1 volgens de uitvinding is bij voorkeur aan één of meerdere van zijn laterale zijden voorzien van een handvat 12. Het handvat 12 is daarbij bij voorkeur geplaatst binnen handbereik van een gebruiker die op het kussen ligt. Hierdoor kan het handvat 12 gebruikt worden voor het verwijderen van het kussen wanneer de gebruiker op het kussen ligt. Ook kan het handvat 12 gebruikt worden voor het transporteren van het kussen, bijvoorbeeld voor of na gebruik. Wanneer een handvat aan weerszijden van het kussen 1 voorzien is, kan verder een riem voorzien worden die reikt van het ene handvat tot het andere handvat zodanig dat de benen extra tegen het kussen gedrukt kunnen worden. Kinderen die lijden aan een spastische paralyse kunnen op geholpen worden met dit kussen wanneer de verzorger de benen kan tegenhouden (door de riem) zodat ze niet op de borstkas vallen wanneer ze op het kussen liggen (de foetushouding). Dit is tevens van toepassing voor mensen met verlammingsverschijnselen aan de benen.

De hoek tussen het opwaartse vlak en het bovenvlak 7 van het tweede segment 4 van het kussen 1 is bij voorkeur, ten minste ter plaatse van de knieholtes van de gebruiker (wanneer de gebruiker op het kussen ligt) niet scherp gevormd, maar afgerond gevormd. Deze hoek tussen bovenvlak en opwaarts vlak is 90 graden. Ter plaatse van de knieholtes van de gebruiker, is deze hoek bij voorkeur afgerond met een radius van minimum 1 cm, bij voorkeur minimum 3 cm, meer bij voorkeur minimum 5 cm. Deze radius is gebruikt om de natuurlijke ronding van de oksel van de knie of knieholte te vrijwaren. Door het afronden van de hoek ter plaatse van de knieholtes, wordt ruimte gecreëerd voor spieren en/of pezen die zich bevinden ter plaatse van de knieholte bij gebogen knie. Hierdoor worden onaangename drukpunten aan de knieholte vermeden wanneer de gebruiker op het kussen ligt. Als verder gevolg zal de gebruiker op een comfortabele manier een hoek van 90 graden kunnen vormen tussen bovenbenen en onderbenen. De afrondingen zijn bij voorkeur gevormd ter plaatse van de gootvormige uitsparingen, waarbij de gootvormige uitsparingen via de afrondingsradius overgaan in het opwaartse vlak.

Figuur 2 toont een bovenaanzicht en een overstemmend zijaanzicht van een kussen 1 volgens de uitvinding. De figuur toont het eerste segment 3 en het tweede segment 4, waarbij het eerste segment 3 een deukvormige uitsparing heeft. Daarbij is de deukvormige uitsparing gepositioneerd ter plaatse van de onderrug van de gebruiker wanneer de gebruikers op het kussen ligt. Deze deukvormige uitsparingen is bij voorkeur centraal geplaatst in de dwarsrichting van het kussen 1. Daarmee is de deukvormige uitsparing 11 symmetrisch in de dwarsrichting van het kussen 1. Figuur 2 toont verder het tweede segment 4 van het kussen 1, dat een bovenvlak 7 heeft met twee gootvormige uitsparingen 8, 9. De gootvormige uitsparingen 8, 9 zijn geplaatst op een afstand 10 van elkaar. De gootvormige uitsparingen 8, 9 strekken zich uit in een lengterichting van het kussen 1. Bij voorkeur zijn de gootvormige uitsparingen 8, 9 symmetrisch geplaatst ten opzichte van de dwarsrichting van het kussen 1. Figuur 2 toont verder hoe de gootvormige uitsparingen via een afgeronde hoek 6 verbonden zijn met het opwaartse vlak. Daarbij is in de uitvoeringsvorm zoals weergegeven in figuur 2 de rest van het bovenvlak 7 via een scherpe hoek (zonder noemenswaardige afronding) verbonden met het opwaartse vlak. Het opwaartse vlak is verder via een scherpe hoek 5 verbonden met het bovenvlak van het eerste segment 3. Figuur 2 toont verder een handvat 12 ter plaatse van een zijkant van het kussen 1.

Het kussen volgens de uitvinding kan verder gebruikt worden om gehandicapten de mogelijkheid te geven een andere houding aan te nemen dan hun gewone dagelijkse houding. Samengevat kan het kussen gebruikt worden voor het verzachten van rugpijn met ondersteuning van de onderrug en het bekken door middel van de psoashouding.

Op basis van bovenstaande beschrijving zal een vakman begrijpen hoe een kussen volgens de uitvinding gevormd kan worden in de verschillende uitvoeringsvormen. Daarbij zal duidelijk zijn dat de voorbeelden die gegeven zijn niet beperkend zijn voor de uitvinding, en dat meerdere alternatieven mogelijk zijn voor het bereiken van de effecten van de uitvinding. De uitvinding zal daarom enkel gedefinieerd worden in de hierna volgende conclusies.

Claims (14)

1. Conclusies

   1. Kussen voor het verzachten van pijn in een onderrug en een bekken van een gebruiker, waarbij het kussen een eerste segment en een tweede segment bevat die met elkaar verbonden zijn en die zodanig gevormd zijn dat, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, het eerste segment ten minste de onderrug van de gebruiker ondersteunt, en het tweede segment benen van de gebruiker ondersteunt zodanig dat bovenbenen zich opwaarts en de onderbenen zich liggend uitstrekken, waarbij het tweede segment een bovenvlak heeft met gootvormige uitsparingen die zich, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, ter plaatse van de onderbenen uitstrekken om de onderbenen op een vooraf bepaalde afstand van elkaar vast te houden.
2. 2. Kussen volgens conclusie 1, waarbij het eerste segment in een langsrichting en in een dwarsrichting een voorgevormde deuk vertoont zodanig dat de onderrug in de deuk vastgehouden is wanneer de gebruiker op het kussen ligt.
3. 3. Kussen volgens conclusie 2, waarbij de deuk zodanig gevormd is dat een onderste lumbale deel van de rug ergonomisch ondersteund is.
4. 4. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het tweede segment een opwaarts vlak heeft voor het ondersteunen van de bovenbenen, welk opwaarts vlak zich tussen het eerste segment en het bovenvlak van het tweede segment uitstrekt.
5. 5. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het opwaarts vlak een hoek vertoont met een grondvlak van ongeveer 90 graden.
6. 6. Kussen volgens conclusie 5, waarbij het opwaarts vlak een hoek vertoont met het liggend vlak van ongeveer 90 graden.
7. 7. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het eerste segment en het tweede segment uit één stuk vervaardigd zijn.
8. 8. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het kussen vervaardigd is uit een schuim materiaal.
9. 9. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het kussen een hoes heeft dat het eerste en het tweede segment omsluit.
10. 10. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het kussen ten minste één handvat heeft ter plaatse van een zijkant van het kussen.
11. 11. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het tweede segment verder verstevigingselementen bevat voor het ondersteunen van de benen.
12. 12. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij een warmte-element is voorzien in het eerste segment voor het warmen van de onderrug.
13. 13. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het tweede segment een uitsparing vertoont, wanneer de gebruiker op het kussen ligt, ter plaatse van de knieholte.
14. 14. Kussen volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de gootvormige uitsparingen evenwijdig gepositioneerd zijn en een centrum-tot-centrum tussenafstand vertonen van minstens 10 centimeter, bij voorkeur minstens 20 centimeter, meer bij voorkeur minstens 30 centimeter.