BE1021161B1 - Remmechanisme voor een landbouwbalenpers - Google Patents

Remmechanisme voor een landbouwbalenpers Download PDF

Info

Publication number
BE1021161B1
BE1021161B1 BE2013/0547A BE201300547A BE1021161B1 BE 1021161 B1 BE1021161 B1 BE 1021161B1 BE 2013/0547 A BE2013/0547 A BE 2013/0547A BE 201300547 A BE201300547 A BE 201300547A BE 1021161 B1 BE1021161 B1 BE 1021161B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
master cylinder
lever
cylinder
brake
agricultural baler
Prior art date
Application number
BE2013/0547A
Other languages
English (en)
Inventor
Xavier G.J.M Bonte
Original Assignee
Cnh Industrial Belgium Nv
Cnh Belgium N.V.
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cnh Industrial Belgium Nv, Cnh Belgium N.V. filed Critical Cnh Industrial Belgium Nv
Priority to BE2013/0547A priority Critical patent/BE1021161B1/nl
Priority to PCT/EP2014/066598 priority patent/WO2015024761A1/en
Priority to US14/912,000 priority patent/US9480204B2/en
Priority to EP14748174.1A priority patent/EP3035788B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1021161B1 publication Critical patent/BE1021161B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/08Details
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/08Details
    • A01F15/0841Drives for balers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F15/00Baling presses for straw, hay or the like
    • A01F15/04Plunger presses
    • A01F15/042Plungers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F21/00Devices for protecting human beings for threshing machines or baling presses
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60TVEHICLE BRAKE CONTROL SYSTEMS OR PARTS THEREOF; BRAKE CONTROL SYSTEMS OR PARTS THEREOF, IN GENERAL; ARRANGEMENT OF BRAKING ELEMENTS ON VEHICLES IN GENERAL; PORTABLE DEVICES FOR PREVENTING UNWANTED MOVEMENT OF VEHICLES; VEHICLE MODIFICATIONS TO FACILITATE COOLING OF BRAKES
    • B60T11/00Transmitting braking action from initiating means to ultimate brake actuator without power assistance or drive or where such assistance or drive is irrelevant
    • B60T11/10Transmitting braking action from initiating means to ultimate brake actuator without power assistance or drive or where such assistance or drive is irrelevant transmitting by fluid means, e.g. hydraulic
    • B60T11/16Master control, e.g. master cylinders
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60TVEHICLE BRAKE CONTROL SYSTEMS OR PARTS THEREOF; BRAKE CONTROL SYSTEMS OR PARTS THEREOF, IN GENERAL; ARRANGEMENT OF BRAKING ELEMENTS ON VEHICLES IN GENERAL; PORTABLE DEVICES FOR PREVENTING UNWANTED MOVEMENT OF VEHICLES; VEHICLE MODIFICATIONS TO FACILITATE COOLING OF BRAKES
    • B60T11/00Transmitting braking action from initiating means to ultimate brake actuator without power assistance or drive or where such assistance or drive is irrelevant
    • B60T11/10Transmitting braking action from initiating means to ultimate brake actuator without power assistance or drive or where such assistance or drive is irrelevant transmitting by fluid means, e.g. hydraulic
    • B60T11/16Master control, e.g. master cylinders
    • B60T11/18Connection thereof to initiating means
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60TVEHICLE BRAKE CONTROL SYSTEMS OR PARTS THEREOF; BRAKE CONTROL SYSTEMS OR PARTS THEREOF, IN GENERAL; ARRANGEMENT OF BRAKING ELEMENTS ON VEHICLES IN GENERAL; PORTABLE DEVICES FOR PREVENTING UNWANTED MOVEMENT OF VEHICLES; VEHICLE MODIFICATIONS TO FACILITATE COOLING OF BRAKES
    • B60T7/00Brake-action initiating means
    • B60T7/02Brake-action initiating means for personal initiation
    • B60T7/08Brake-action initiating means for personal initiation hand actuated
    • B60T7/10Disposition of hand control
    • B60T7/102Disposition of hand control by means of a tilting lever
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D65/00Parts or details
    • F16D65/02Braking members; Mounting thereof
    • F16D65/12Discs; Drums for disc brakes
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D65/00Parts or details
    • F16D65/14Actuating mechanisms for brakes; Means for initiating operation at a predetermined position
    • F16D65/28Actuating mechanisms for brakes; Means for initiating operation at a predetermined position arranged apart from the brake
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D2121/00Type of actuator operation force
    • F16D2121/02Fluid pressure
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D2121/00Type of actuator operation force
    • F16D2121/14Mechanical
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16DCOUPLINGS FOR TRANSMITTING ROTATION; CLUTCHES; BRAKES
    • F16D2125/00Components of actuators
    • F16D2125/18Mechanical mechanisms
    • F16D2125/58Mechanical mechanisms transmitting linear movement
    • F16D2125/64Levers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Braking Arrangements (AREA)

Abstract

Landbouwbalenpers 1 bevattende een balenkamer en een plunjer, waarbij de plunjer verbonden is met een plunjeraandrijfmechanisme dat voorzien is om de plunjer heen en weer te bewegen in de balenkamer, waarbij de balenpers verder een hydraulisch remmechanisme bevat met een mastercilinder 14, een remcilinder 16 en een hefboom 11, waarbij de hefboom voorzien is om de mastercilinder 14 te bedienen, welke mastercilinder 14 vloeistofverbonden is met de remcilinder 16 die geplaatst is om te werken op het plunjeraandrijfmechanisme, waarbij het hydraulisch remmechanisme verder een veer 13 bevat die geplaatst is tussen de hefboom 11 en de mastercilinder 14.

Description

Remmechanisme voor een landbouwbalenpers
De huidige uitvinding heeft betrekking op een landbouwbalenpers bevattende een balenkamer en een plunjer, waarbij de plunjer verbonden is met een plunjeraandrijfmechanisme dat voorzien is om de plunjer heen en weer te bewegen in de balenkamer, waarbij de balenpers verder opnamemiddelen bevat voor het opnemen van gewasmateriaal van een veld en voor het transfereren van het gewasmateriaal naar de balenkamer zodat het kropmateriaal samengedrukt kan worden in de balenkamer door de heen en weer bewegende plunjer. In het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een landbouwbalenpers waarin een remmechanisme op het plunjeraandrijfmechanisme aangrijpt, welk remmechanisme ten minste voorzien is om als parkeerrem te werken. Daarbij is werken als een parkeerrem gedefinieerd als een rem die aangepast is om een remkracht gedurende een langere tijdsperiode vast te houden op een element dat stilstaat. Zulke parkeerrem is meest bekend om op de wielen van een voertuig aan te grijpen, echter de uitvinding heeft betrekking op een parkeerrem die aangrijpt op het plunjeraandrijfmechanisme van de balenpers zodat de stilstaande positie van de plunjer gegarandeerd kan worden t i j dens onde rhoud.
Plunjeraandrijfmechanismen voor landbouwbalenpersen hebben typisch een vliegwiel. Afhankelijk van het type balenpers, kan de vliegwiel verschillende afmetingen hebben. Bij voorkeur zal een grote landbouwbalenpers een noemenswaardig zwaar vliegwiel hebben terwijl een kleine balenpers voorzien kan worden van een kleiner vliegwiel. Bestaande vliegwielparkeerremmechanismen voor landbouwbalenpersen bevatten een riem die geleid is over het vliegwiel, welke riem verbonden is met het frame van de ‘ balenpers op een vaste positie, en bevat aantrekmiddelen die voorzien zijn om de riem aan te trekken, of te lossen rond het vliegwiel. Daarmee, door het aantrekken van de riem (met de vaste positie) rond het vliegwiel, verhoogt de wrijving tussen het vliegwiel (dat roteert) en de riem (die een vaste positie heeft), waardoor rotatie van het vliegwiel gestopt wordt. Door het lossen van de riem, daalt de wrijving tussen het vliegwiel en de riem zodat het vliegwiel kan roteren.
Een voordeel van de bestaande parkeerremmechanismen is dat de remkracht exact ingesteld kan worden op een optimale voorafbepaalde remkracht. Verder kan deze voorafbepaalde remkracht aangehouden worden over een lange tijdsperiode (verschillende dagen of verschillende weken). Daarmee bewijst het remmechanisme betrouwbaar te zijn als parkeerrem, waar een remkracht aangehouden moet worden over een langere tijdsperiode zonder teveel remkracht te verliezen. Een verder voordeel van dit remmechanisme is dat het ook gebruikt kan worden om een roterend plunjeraandrijfmechanisme af te remmen.
Een nadeel van de bekende remmechanismen is dat het weinig weerstand heeft tegen slijtage, en dat frequente onderhoudsinterventies nodig zijn om het remmechanisme betrouwbaar te houden. Een verder nadeel is dat het remmechanisme niet van op afstand kan bediend worden.
Het is een doel van de uitvinding om een betrouwbaar remmechanisme te voorzien voor een landbouwbalenpers dat slijtvast is en dat gemakkelijk is om te gebruiken.
Hiertoe bevat de landbouwbalenpers van de uitvinding verder een hydraulisch remmechanisme bevattende een raastercilinder, een remcilinder en een hefboom, waarbij de hefboom voorzien is om de mastercilinder te bedienen, welke mastercilinder vloeistof verbonden is met de remcilinder die geplaatst is om aan te grijpen op het plunjer-aandrijfmechanisme voor het afremmen van laatstgenoemde, waarbij het hydraulische remmechanisme verder een accumulator bevat die operationeel geïntegreerd is in het hydraulische remmechanisme voor het accumuleren en opslaan van mechanische energie in het hydraulische remmechanisme, waarbij de accumulator bij voorkeur een veer is die geplaatst is tussen de hefboom en de mastercilinder om een compressie van de hefboom naar de mastercilinder door te geven.
Hydraulische remmechanismen zijn algemeen gebruikt, in het bijzonder als voetrem in commerciële voertuigen. Daarbij is de mastercilinder bediend door een rempedaal, terwijl de remcilinder geplaatst is om aan te grijpen op een schijf die gemonteerd is op de assen van de wielen. Door het indrukken van het rempedaal, wordt de mastercilinder samengedrukt, en wordt vloeistof gedrukt van de mastercilinder naar de remcilinder. Op deze manier wordt een beweging en een kracht overgedragen van de mastercilinder naar de remcilinder. Daarbij kan de overgedragen kracht vergroot worden door het groter dimensioneren van de remcilinderdiameter ten opzichte van de mastercilinderdiameter. Door de hydraulische verbinding, kan een afstand tussen de mastercilinder en de remcilinder bestaan, welke afstand dan overbrugd wordt door de vloeistofverbinding. Dit laat toe de remcilinder van op afstand te bedienen. Echter, het direct toepassen van zulk hydraulisch remmechanisme op een landbouwbalenpers om als parkeerrem te dienen zou niet voldoende zijn om de doelstellingen van de uitvinding te halen. Namelijk, zulk een landbouwbalenpers met hydraulisch systeem zou niet in staat zijn om zijn remkracht te behouden over een tijdsperiode (over een dag, over een week, of over meerdere weken). Dit is het resultaat van de neiging van een hydraulisch systeem om vloeistof te lekken (ondanks dat deze lek minimaal is, zal zelfs een minimaal lek een noemenswaardig effect hebben over een tijdsperiode). Dergelijke lekkage van vloeistof is volgens de uitvinding opgevangen door een veer die geplaatst is tussen de hefboom en de mastercilinder. Omdat de veer geplaatst is tussen de hefboom en de mastercilinder, wanneer de hefboom bediend wordt om op de mastercilinder in te werken, wordt de veer gevangen tussen de hefboom en de mastercilinder. Op deze manier zal de hefboom zijn kracht doorgeven aan de mastercilinder via de veer. Omdat een veer de capaciteit heeft om mechanische energie op te slaan (de veer zal een kracht genereren zelfs wanneer ze wat ontspant door een beweging van de mastercilinder weg van de hefboom), zal lekkage van vloeistof niet resulteren in een noemenswaardig verlies van remkracht. Het resultaat van lekkage van vloeistof is dat de mastercilinder de neiging heeft om weg te bewegen van de hefboom die daarop werkt. Deze beweging van de mastercilinder weg van de hefboom, is tegengewerkt door de veer omdat de hefboom een kracht blijft uitoefenen op de mastercilinder via de veer. Daardoor kan de remkracht van het remmechanisme in de landbouwbalenpers vastgehouden worden over een lange tijdsperiode, welke toelaat om het remmechanisme te gebruiken als parkeerrem.
Bij voorkeur is de veer verbonden met de hefboom. Het verbinden van de veer met de hefboom laat toe om de veer correct te positioneren ten opzichte van de hefboom, en zal daardoor ook correct gepositioneerd zijn ten opzichte van de mastercilinder.
Bij voorkeur bevat de hefboom een compressiepin via welke de hefboom voorzien is om te werken op de mastercilinder, waarbij de compressiepin voorgespannen is via de veer richting de mastercilinder. Daarbij, een pin is voorzien als deel van de hefboom, welke pin kan glijden langs zijn longitudinale as ten opzichte van de hefboom. De pin is voorgespannen richting de mastercilinder via de veer. Wanneer de hefboom bewogen wordt richting de mastercilinder, zal de compressiepin werken op de mastercilinder, en de compressiepin glijdt daardoor tegen de veerkracht in (waardoor mechanische energie opgeslagen wordt). Als resultaat, wanneer na een tijd de mastercilinder de neiging heeft om weg te bewegen van de hefboom, volgt de compressiepin de beweging van de mastercilinder door de veerkracht (waardoor de opgeslagen mechanische energie afgeleverd wordt). Op deze manier, wordt een druk behouden op de mastercilinder over een tijdsperiode.
Bij voorkeur is de pin beweegbaar tussen een voorwaartse positie en een achterwaartse positie, waarbij de veer geplaatst is om de pin in de voorwaartse positie te duwen. Door het plaatsen van de veer om de pin in de voorwaartse positie te duwen, is de pin voorgespannnen richting deze voorwaartse positie. Het plaatsen van een veer om een pin in een voorafbepaalde richting te duwen is technisch gemakkelijk om te verwezenlijken en is betrouwbaar.
Bij voorkeur bevat de hefboom een handvat en is bedienbaar tussen een teruggetrokken en een vooruitgestrekte positie. Via het handvat kan het hydraulische remmechanisme manueel bediend worden, en kan het gemakkelijk gebruikt worden als parkeerrem. Daarbij kan het handvat geplaatst worden op hoofdzakelijk elke plaats in de balenpers, omdat de mastercilinder vloeistofgebonden is met de remcilinder. Als resultaat moet de hefboom niet noodzakelijk geplaatst worden nabij de remlocatie.
Bij voorkeur is de compressiepin tegen een mastercilinder gedrukt, waardoor deze werkt op laatstgenoemde, wanneer de hefboom in de vooruitgestrekte positie staat. Daarbij werkt de compressiepin, die voorgespannen is richting de voorwaartse positie, op de mastercilinder wanneer het de hefboom in zijn vooruitgestrekte positie gebracht wordt. Dit laat toe om de transmissie van krachten tussen de hefboom en de mastercilinder te bufferen door de compressiepin. Het laat verder toe om energie die mechanisch opgeslagen is in de veer af te geven door de compressiepin, wanneer de mastercilinder weg van de hefboom beweegt door lekkage van vloeistof.
Bij voorkeur is de veer voorzien om ten minste gedeeltelijk geladen te worden door het bewegen van de hefboom van de teruggetrokken naar de voorwaartse positie, waardoor de pin tegen de veerspanning in gedrukt wordt, zodanig dat de pin voorgespannen wordt om tegen de mastercilinder te drukken in de voorwaartse positie. Door het bewegen van de hefboom van een eerste, teruggetrokken naar een tweede voorwaartse positie, zal de compressiepin geplaatst zijn om de mastercilinder ergens in een 2 tussenliggende positie van de hefboom te contacteren.
Wanneer de hefboom verder bewogen wordt vanaf de intermediaire naar de voorwaartse positie, duwt de compressiepin tegen de mastercilinder, waardoor twee bewegingen geïnduceerd worden. Een eerste beweging is de beweging van de mastercilinder die de vloeistof samendrukt en daarmee de remoperatie uitvoert, en een tweede beweging is een beweging van de compressiepin tegen de veerkracht. Door de tweede beweging, wordt de veer ten minste gedeeltelijk geladen. De veer kan reeds voorgeladen zijn, echter verder beweging van de compressiepin tegen de veerkracht zal de veer verder laden. Op deze manier vormt de veerkracht een mechanische buffer voor het bufferen van energie die aangebracht wordt op de mastercilinder. In het bijzonder wanneer de mastercilinder wat weg beweegt van de hefboom door lekkage van vloeistof over tijd, volgt de compressiepin deze beweging en blijft drukken tegen de mastercilinder. Op deze manier kan een remkracht gegarandeerd worden over tijd, zelfs in het geval van minimale vloeistoflekkage.
Bij voorkeur is de compressiepin los van de mastercilinder wanneer de hefboom in de teruggetrokken positie is. Door het losmaken van de compressiepin van de mastercilinder zijn alle externe krachten op de mastercilinder verwijderd, en daarom is er geen remkracht meer aangebracht.
Bij voorkeur bevat het plunjeraandrijfmechanisme een schijf, en is de remcilinder geplaatst in een samenwerkende relatie met de schijf, zodanig dat het werken van de remcilinder de wrijving tussen de remcilinder en de schijf verhoogt. Schijfremsystemen zijn algemeen gebruikt en bekend om hun betrouwbare en efficiënte werking. Een voordeel van schijfremsystemen is dat warmte die gegenereerd wordt door de remactie gemakkelijk afgevoerd kan worden naar de omgeving.
Bij voorkeur bevat het plunjeraandrijfmechanisme een vliegwiel. Een vliegwiel is gebruikt in landbouwbalenpersen om het continue rotationele vermogen dat aangeleverd wordt door de tractor te accumuleren en te transfereren naar een pulsgewijs samendruksysteem van de balenpers.
Bij voorkeur bevat het remmechanisme verder een leiding die zich uitstrekt tussen de mastercilinder en de remcilinder voor het vloeistof verbinden van de laatstgenoemde. Meer bij voorkeur wordt een drukvat verbonden met de mastercilinder voor het voorkomen dat lucht in het hydraulische systeem terechtkomt. Een leiding blijkt een efficiënte manier voor het vloeistofverbinden van de mastercilinder en de remcilinder, en voor het overbruggen van de afstand tussen de master- en de remcilinder.
Bij voorkeur heeft de remcilinder een diameter die N keer groter is dan een mastercilinderdiameter, waarbij N groter is dan 2. Door het voorzien van de remcilinder van een grotere diameter dan de mastercilinder, zal een kracht die aangebracht wordt op de mastercilinder bij de remcilinder gevoeld worden als een kracht die N keer groter is. Dit werkingsprincipe is bekend voor de vakman, en kan gebruikt worden om een hydraulisch remmechanisme met voorafbepaalde eigenschappen te ontwerpen.
De uitvinding heeft verder betrekking op een hydraulisch remmechanisme voor een landbouwbalenpers, waarbij het remmechanisme een mastercilinder, een remcilinder en een hefboom bevat, waarbij de hefboom voorzien is om te werken op de mastercilinder, welke mastercilinder vloeistof verbonden is met de remcilinder die geplaatst is om op het plunjeraandrijfmechanisme te werken voor het remmen van het laatstgenoemde, waarbij het hydraulisch remmechanisme verder een veer bevat die geplaatst is tussen de hefboom en de mastercilinder om een compressie van de hefboom naar de mastercilinder door te geven. Het effect en de voordelen die hierboven beschreven zijn in relatie met de landbouwbalenpers met het hydraulisch remmechanisme, zijn ook van toepassing op het hydraulisch remmechanisme voor een landbouwbalenpers. Daarom wordt verwezen naar de voordelen en effecten die hierboven beschreven zijn.
De uitvinding heeft verder betrekking op een hefboom voor het bedienen van een mastercilinder in een hydraulisch remmechanisme voor een landbouwbalenpers, waarbij de hefboom een compressiepin bevat via welke de hefboom voorzien is om te werken op de mastercilinder, waarbij de compressiepin voorgespannen is richting de mastercilinder. Door het monteren van zulk een hefboom in een bestaand hydraulisch remmechanisme, kunnen de hierboven beschreven voordelen en effecten verkregen worden.
De uitvinding zal nu beschreven worden meer in detail met verwijzing naar figuren die enkele voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding weergeven. In de figuren toont:
Fig. 1 schematisch een landbouwbalenpers met een plunj eraandrij fmechanisme;
Fig. 2 een schematisch overzicht van een remmechanisme volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding; en
Fig. 3 een voorbeeld van een hefboom volgens de uitvinding.
In de figuren wordt eenzelfde referentiecijfer gebruikt voor eenzelfde of analoog element.
Figuur 1 toont een landbouwbalenpers in een schematische weergave en toont de elementen van de landbouwbalenpers die belangrijk zijn voor de uitvinding. Landbouwbalenpersen hebben typisch een balenkamer die gedefinieerd is door vier balenkamerwanden. Een plunjer is voorzien om heen en weer te bewegen tussen de vier balenkamerwanden. De landbouwbalenpers bevat verder opnamemiddelen voor het opnemen van gewasmateriaal van een veld, en voor het overbrengen van het opgenomen gewasmateriaal naar de balenkamer. De heen en weer gaande beweging van de plunjer zal het gewasmateriaal dat ingebracht is in de balenkamer in een baal samendrukken. Daarbij is de densiteit van de baal afhankelijk van de krachten die uitgeoefend worden door de plunjer om het gewasmateriaal samen te drukken.
De plunjer wordt aangedreven door een plunjer-aandrijfmechanisme welke getoond is in figuur 1 in volledige lijnen (waarbij de landbouwbalenpers in gestippelde lijnen getoond is). Zulk een aandrijfmechanisme voor een plunjer is typisch voorzien om aangedreven te worden door een PTO 3 van een trekkende tractor. De rotatiebeweging van de PTO 3 wordt getransfereerd naar een PTO koppelelement 4, doorheen een samenstel van assen 5,6 naar een vliegwiel 2. Aan de andere zijde van het vliegwiel is een tandwielkast voorzien om het vliegwiel met de plunjer te verbinden. Deze tandwielkast (niet weergegeven) converteert de rotatiebeweging van het vliegwiel in een heen en weer gaande beweging van de plunjer.
Het vliegwiel 2 is bedoeld om een hoge inertie te hebben, voor het transfereren van het continue rotatievermogen afgeleverd door de PTO naar een pulserend vermogengebruik van de plunjer. Hiertoe is het vliegwiel ontworpen om groot te zijn, en met een hoog gewicht. In een situatie waar de landbouwbalenpers gestopt wordt, heeft het vliegwiel de neiging om verder te roteren voor een noemenswaardig lange tijd, door zijn hoge gewicht en inertie. Dit kan leiden tot gevaarlijke situaties, bijvoorbeeld wanneer een operator de landbouwbalenpers stopt om onderhoud te doen. Daarom is een remmechanisme 8 geplaatst om op een element 7 uit het plunjeraandrijf-mechanisme aan te grijpen, zodanig dat de rotatie van het plunjeraandrijfmechanisme gestopt kan worden via het remmechanisme 8. Terwijl figuur 1 toont hoe het remmechanisme 8 aangrijpt op een element 7 dat speciaal bedoeld is voor deze reden (een remschijf), zal het duidelijk zijn dat het remmechanisme als alternatief geplaatst kan worden om aan te grijpen op een bestaand element van het plunjeraandrijfmechanisme, bijvoorbeeld op het vliegwiel. Het remmechanisme 8 is niet gelimiteerd tot een schijfremsysteem, en kan gevormd worden als een ander systeem waar een remelement en een element uit het plunjeraandri j fmechanisme in een wrijvingsrelatie kunnen gezet worden.
Figuur 2 toont een schematische weergave van een remsysteem dat geplaatst is om op element 7 van het plunjeraandri jfmechanisme te werken. De belangrijke componenten van het remmechanisme zullen hieronder meer in detail beschreven worden en bevatten een hefboom 9, een mastercilinder 14 en een remcilinder 16. Daarbij is de hefboom 9 voorzien om te werken op de mastercilinder 14 via een veer 13. De mastercilinder 14 is vloeistof verbonden 15 met remcilinder 16, om een kracht door te geven van de mastercilinder 14 naar de remcilinder 16. De remcilinder 16 is geplaatst in een samenwerkende relatie met element 7 van het plunjeraandrijf-mechanisme, zodanig dat de remcilinder 16 door wrijving kan aangrijpen op element 7 om zo een remkracht op het plunjeraandrij fmechanisme uit te oefenen.
De hefboom 9 kan op een conventionele manier gevormd worden. In het voorbeeld van figuur 2 bevat de hefboom een staaf 11 die roteerbaar verbonden is ten opzichte van een rotatiepunt 10 en een eind van de staaf 11, en bevat een handvat 12 aan het andere eind van de staaf. Via het handvat 12 kan de hefboom bediend worden door een operator. De staaf 11 werkt bij voorkeur samen met een palmechanisme dat toelaat om de hefboom te roteren in slechts één richting, door het verhinderen van rotatie van de hefboom in de tegengestelde richting. In figuur 2, is het palmechanisme schematisch weergegeven door element 28. De hefboom 9 bevat verder een veer 13 die verbonden is met de staaf 11 op een positie zodanig dat wanneer een kracht aangebracht wordt door de hefboom op de mastercilinder 14, is deze kracht doorgegeven via de veer van de hefboom naar de mastercilinder. De veer 13 creëert een buffer, zoals verder in detail beschreven zal worden hieronder, in het doorgeven van de kracht van de hefboom 9 naar de mastercilinder 14.
De mastercilinder 14 is vloeistof verbonden 15 met remcilinder 16. De master- en remcilinder bevatten elk een cilinderhuis en een piston die voorzien is om te glijden in het cilinderhuis. De cilinderhuizen van rem en master-cilinder bevatten bij voorkeur een leiding 15 daartussen, die het mastercilinderhuis vloeistof verbindt met het rem-cilinderhuis. De diameters van de mastercilinder 14 en de remcilinder 16 kunnen identiek zijn, of kunnen verschillend zijn om een krachtenverhouding tussen de mastercilinder 14 en de remcilinder 16 aan te passen. Bijvoorbeeld, wanneer de mastercilinderdiameter 14 kleiner is dan de remcilinder-diameter 16, zal een eerste kracht aangebracht op de mastercilinder 14 resulteren in een tweede kracht bij de remcilinder 16, waarbij de tweede kracht hoger is dan de eerste kracht. Dit principe is bekend voor de vakman en kan gebruikt worden om een geschikt remmechanisme te ontwerpen. Bij voorkeur wordt een vloeistofvat 18 verder verbonden met de fysiek hoogste van de mastercilinder 14 en remcilinder 16 zodanig dat verhinderd kan worden dat lucht de leiding 15, de mastercilinder 14 en de remcilinder 16 binnenkomt. Omdat de remcilinder 16 verbonden is met de mastercilinder 14 via een leiding 15, kan een afstand overbrugd worden tussen de remlocatie (bij de remcilinder) en de bedieningslocatie (bij de mastercilinder 14). Dit laat toe dat het hydraulische remsysteem bediend wordt van elke gewenste plaats in de landbouwbalenpers. In het bijzonder heeft een designer'de vrijheid om de hefboom 9 en de mastercilinder 14 te plaatsen waar dat comfortabel is voor de bediener van de landbouwbalenpers.
De remcilinder 16 is geplaatst in een samenwerkende relatie met element 7 van het plunjeraandrijfmechanisme. Dit element 7 kan een schijf zijn die speciaal hiertoe verbonden is met het plunjeraandrijfmechanisme voor het remmen van laatstgenoemde. Alternatief kan dit element een element zijn uit het plunjeraandrijfmechanisme zoals het vliegwiel 2. Figuur 2 toont een voorbeeld waarbij de remcilinder 16 werkt op een schijf 7 aan één zijde van de schijf 7. Aan de andere zijde van de schijf 7 is een compensatieblok 17 voorzien zodanig dat wanneer de remcilinder 16 op de schijf 7 werkt, de schijf 7 gevangen is tussen het compensatieblok 17 en de piston van de remcilinder 16. Alternatief, kan de remcilinder 16 gevormd worden met een dubbele remcilinder-structuur, waarbij twee cilinders geplaatst zijn aan overstaande zijden van de schijf 7, om de schijf tussen de twee cilinders van de remcilinder 16 met dubbele structuur te klemmen. Zulk een remcilinder met dubbele structuur is geïllustreerd in figuur 1 met referentienummer 8. Het zal duidelijk zijn dat, terwijl de schijf 7 kan roteren samen met het plunjeraandrijfmechanisme, de remcilinder 16 op een voorafbepaalde positie op het frame van de balenpers gemonteerd is of om de behuizing van de hoofdaandrijf-tandwielkast zodanig dat het weerstandsaangrijpen van de remcilinder (voorafbepaalde positie) met het schijfelement 7 (roteerbaar gemonteerd) de neiging heeft om de rotatiebeweging van het schij felement 7 te vertragen waardoor het plunjeraandrijfmechanisme vertraagt en uiteindelijk gestopt wordt.
Figuur 3 toont een specifiek voorbeeld van een hefboom 9. In het voorbeeld van figuur 3, is de hefboom 9 verbonden met de mastercilinder 14. Hiertoe bevat de mastercilinder 14 behuizing en extensie 21 waarop de hefboom 9 rotationeel verbonden is via een scharnier 10. Het verbinden van de hefboom 9 direct op de mastercilinder garandeert een correcte positionering van de hefboom ten opzichte van de mastercilinder. De mastercilinder 14 toont verder een staaf 20 die verbonden is met de plunjer van de mastercilinder in het mastercilinderhuis, welke staaf gepositioneerd is om gemakkelijk bedienen van de mastercilinder 14 via de hefboom 9 mogelijk te maken. De mastercilinder bevat verder een eerste verbindingspunt 19 voor het verbinden van de leiding naar het mastercilinderhuis en een tweede verbindingspunt voor het drukvat 18.
Hefboom 9 omvat een compressiepin 23 die glijdbaar gemonteerd is ten opzichte van de hefboombehuizing 22. De compressiepin 23 kan glijdend tussen een voorwaartse positie (in figuur 3, deze pin in de voorwaartse positie wanneer de compressiepin naar de rechterkant geschoven wordt) en een achterwaartse positie (in figuur 3 is dat de positie die verkregen is wanneer de compressiepin naar de linkerkant geschoven wordt). De compressiepin 23 is voorgespannen richting de voorwaartse positie via veermiddelen 13. Terwijl figuur 2 de veermiddelen als een spiraalveer tonen, toont figuur 3 de veermiddelen gevormd uit een combinatie van conische diskveren, ook bekend als conische veerwashers. De compressiepin 23 bevat een kop 24 die voorzien is om te werken op de mastercilinder 14 door het duwen tegen de staaf 20.
In werking, kan de hefboom 9 bewogen worden in de rempositie, zo'n beweging is in de figuur geïllustreerd met pijl 25 (beweging van het intermediaire element 22). Ergens in een intermediaire positie van de hefboom, zal de hefboom de mastercilinder 14 contacteren via de veer 13 (of in het voorbeeld van figuur 3 via de compressiepin 23). Vanaf deze intermediaire positie, zal verder bewegen van de hefboom 9 resulteren in enerzijds een uitoefening van een kracht (en beweging) op de mastercilinder 14, en anderzijds in een compressie van de veermiddelen 13, zodanig dat wanneer de hefboom zijn finale positie bereikt, zowel de mastercilinder 14 bediend is en de veer 13 ten minste gedeeltelijke opgespannen is. Op deze manier zal het bedienen van de hefboom 9 ten minste gedeeltelijk de veren 13 laden. Het resultaat van het bedienen van de mastercilinder is dat de remcilinder dan werkt op het plunjeraandrijfmechanisme (door de vloeistofverbinding). Wanneer het remmechanisme gebruikt wordt als parkeerrem, moet de remkracht die aangebracht is door hefboom 9 via de veer 13 naar de mastercilinder 14 vastgehouden worden over een langere tijdsperiode (verschillende dagen, bij voorkeur verschillende weken). Echter, hydraulische systemen zoals het hydraulische systeem dat de mastercilinder 14, de leiding 15 en de remcilinder 16 vormt hebben de neiging om vloeistof te lekken over een tijdsperiode. Zulke lekkage is minimaal en verwaarloosbaar voor korte termijn remoperaties (bijvoorbeeld de operatie van het stoppen van het roteren van een plunjeraandrijf-mechanisme). Echter, beschouwd over een langere tijdsperiode, kan deze lek niet verwaarloosd worden, en wordt de remkracht beïnvloed. In het bijzonder, zal een mastercilinder door lekkage van vloeistof de neiging hebben om richting de remcilinder te bewegen. Een conventionele hefboom (zonder veren) kan deze beweging van de master-cilinderplunjer richting de remcilinderplunjer niet volgen, en daarom daalt de druk die uitgeoefend wordt op de mastercilinder over de tijdsperiode. Op deze manier zal lekkage resulteren in een daling van de remkracht over een tijdsperiode in een remmechanisme met een conventionele hefboom.
De hefboom 9 met veermiddelen 13 volgens de uitvinding, waarbij de hefboom werkt op de mastercilinder via veer 13, werkt dit effect tegen. Namelijk wanneer de mastercilinder beweegt richting de remcilinder door lekkage over een tijdsperiode, zal de veer de neiging hebben om deze beweging te volgen (omdat de energie mechanisch opgeslagen is in de veer), waardoor de kracht die uitgeoefend wordt op de mastercilinder hoofdzakelijk aangehouden kan worden. Op deze manier, kan de remkracht hoog gehouden worden over een langere tijdsperiode. De remkracht mag dan (theoretisch) dalen door eigenschappen van de veer, echter deze daling is noemenswaardig kleiner dan in het geval dat geen veer voorzien is. Daarmee creëren de veermiddelen 13 een mechanische buffer voor het bufferen van de beweging van de mastercilinderplunjer richting de remcilinderplunjer over een tijdsperiode. Daarom kan volgens de uitvinding een hydraulisch remmechanisme gebruikt worden als parkeerrem voor de landbouwbalenpers, omdat de remkracht aangehouden kan worden over een langere tijdsperiode.
Ondanks dat de veer tussen de hefboom en mastercilinder zoals hierboven beschreven een voorkeursuitvoering van de uitvinding is, kunnen andere uitvoeringsvormen hetzelfde effect bekomen. In een andere uitvoeringsvorm, is de compressiepin 23 weggelaten, en is een veerkrachtig element geïntegreerd in de staaf 11 (welke in het voorbeeld van figuur 3 zich uitstrekt tussen het element 22 en een handvat om de rotatie van het handvat naar het element 22 over te brengen), bijvoorbeeld op locatie 26. Zulk veerkrachtig element kan opgeladen worden door een trekkracht die uitgeoefend wordt om de staaf via het handvat, zodanig dat energie opgeslagen wordt in het veerkrachtig element in de staaf. Deze energie is doorgegeven aan het intermediaire element 22 en daardoor aan de mastercilinder 14. Op deze manier wordt energie ook mechanisch geaccumuleerd.
Een verder voorbeeld voor het accumuleren van energie is door het vormen van element 12 als een bladveer tussen het scharnierpunt 10 en scharnierpunt 27. Zulk een bladveer kan energie accumuleren en doorgeven aan de mastercilinder 14. Alternatief, kan een hydraulische accumulator geïntegreerd worden in het hydraulische systeem zodanig dat energie geaccumuleerd kan worden door de hydraulische accumulator.
De hierboven beschreven uitvoeringsvormen en de getoonde figuren zijn illustratief en dienen enkel voor een beter begrip van de uitvinding. De uitvinding is niet beperkt tot de beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Verschillende alternatieven, en voorkeurskenmerken die beschreven zijn in de tekst kunnen vrij gecombineerd worden door de vakman en meer in detail ontwikkeld worden om een operationeel geheel te vormen, zonder af te wijken van de essentie van de uitvinding. De beschermingsomvang van de uitvinding zal daarvoor enkel en alleen in de conclusies gedefinieerd worden.

Claims (15)

  1. Conclusies
    1. Landbouwbalenpers (1) bevattende een balenkamer en een plunjer, waarbij de plunjer verbonden is met een plunjeraandrijfmechanisme dat voorzien is om de plunjer heen en weer te bewegen in de balenkamer, waarbij de balenpers verder opnamemiddelen bevat voor het opnemen van gewasmateriaal van een veld en voor het transfereren van het gewasmateriaal naar de balenkamer zodanig dat het gewasmateriaal samengedrukt kan worden tot een baal in de balenkamer door de heen en weer bewegende plunjer, waarbij de balenpers verder een hydraulisch remmechanisme bevat dat een mastercilinder (14), en remcilinder (16) en een hefboom (11) bevat, waarbij de hefboom voorzien is om de mastercilinder (14) te bedienen, welke mastercilinder (14) vloeistofverbonden is met de remcilinder (16) die geplaatst is om te werken op het plunjeraandrijfmechanisme voor het remmen van laatstgenoemde, waarbij het hydraulisch remmechanisme verder een accumulator (13) bevat die operationeel geïntegreerd is in het hydraulisch remmechanisme voor het accumuleren en opslaan van mechanische energie in het hydraulisch remmechanisme.
  2. 2. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 1, waarbij de accumulator (13) gevormd is als een veer die geplaatst is tussen de hefboom (11) en de mastercilinder (14) om een compressie van de hefboom naar de mastercilinder door te geven.
  3. 3. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 2, waarin de veer (13) verbonden is met de hefboom (11).
  4. 4. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 3, waarbij de hefboom een compressiepin (23) bevat via welke de hefboom (11) voorzien is om te werken op de mastercilinder (14), waarbij de compressiepin (11) voorgespannen is via de veer (13) richting de mastercilinder.
  5. 5. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 4, waarbij de pin (23) glijdbaar is tussen een voorwaartse en een achterwaartse positie, waarbij de veer (13) geplaatst is om de pin in de voorwaartse positie te drukken.
  6. 6. Landbouwbalenpers (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de hefboom (11) een handvat (12) bevat, en bedienbaar is tussen het teruggetrokken en een voorwaartse positie.
  7. 7. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 4 of 5, en volgens conclusie 6, waarbij de compressiepin (23) tegen de mastercilinder (14) gedrukt is, waardoor deze op laatstgenoemde werkt, wanneer de hefboom in de voorwaartse positie is.
  8. 8. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 7, waarbij de veer (13) voorzien is om ten minste gedeeltelijk geladen te worden door het bewegen van de hefboom (11) van de teruggetrokken naar de voorwaartse positie, waardoor de pin tegen de veerkracht in gedrukt wordt, zodanig dat de pin opgespannen wordt om tegen de mastercilinder (14) te drukken in de voorwaartse positie.
  9. 9. Landbouwbalenpers (1) volgens conclusie 6,7 of 8, waarbij de compressiepin (23) losstaat van de mastercilinder (14) wanneer de hefboom (11) in de teruggetrokken positie is.
  10. 10. Landbouwbalenpers (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het plunjeraandrijfmechanisme een schijf (7) bevat, en waarbij de remcilinder (16) geplaatst is in een samenwerkende relatie met de schijf (7) zodanig dat werken van de remcilinder de wrijving verhoogt tussen de remcilinder en de schijf.
  11. 11. Landbouwbalenpers (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het plunjeraandrijfmechanisme een vliegwiel (2) omvat.
  12. 12. Landbouwbalenpers (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het remmechanisme verder een leiding (15) bevat die zich uitstrekt tussen de mastercilinder (14) en de remcilinder (16) voor het vloeistof verbinden van laatstgenoemde.
  13. 13. Landbouwbalenpers (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de remcilinder (16) een diameter heeft die N keer groter is dan een mastercilinder (14) diameter, waarbij N groter is dan 2.
  14. 14. Hydraulisch remmechanisme voor een landbouwbalenpers (1), het remmechanisme bevattende een mastercilinder (14), een remcilinder (16) en een hefboom (11), waarbij de hefboom voorzien is om de mastercilinder (14) te bedienen, welke mastercilinder (14) vloeistofverbonden is met de remcilinder (16) die geplaatst is om aan te grijpen op het plunjeraandrijfmechanisme voor het remmen van laatstgenoemde, waarbij het hydraulische remmechanisme verder een accumulator (13) bevat die operationeel geïntegreerd is in het hydraulische remmechanisme voor het accumuleren en opslaan van mechanische energie in het hydraulische remmechanisme.
  15. 15. Hefboom (11) voor het bedienen van een mastercilinder (14) in een hydraulisch remmechanisme voor een landbouwbalenpers (1), waarbij de hefboom een compressiepin (23) bevat via welke de hefboom voorzien is om te werken op de mastercilinder (14) waarbij de compressiepin (23) voorgespannen is via de veer (13) richting de mastercilinder (14).
BE2013/0547A 2013-08-20 2013-08-20 Remmechanisme voor een landbouwbalenpers BE1021161B1 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2013/0547A BE1021161B1 (nl) 2013-08-20 2013-08-20 Remmechanisme voor een landbouwbalenpers
PCT/EP2014/066598 WO2015024761A1 (en) 2013-08-20 2014-08-01 Brake mechanism for agricultural baler
US14/912,000 US9480204B2 (en) 2013-08-20 2014-08-01 Brake mechanism for agricultural baler
EP14748174.1A EP3035788B1 (en) 2013-08-20 2014-08-01 Brake mechanism for agricultural baler

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2013/0547A BE1021161B1 (nl) 2013-08-20 2013-08-20 Remmechanisme voor een landbouwbalenpers

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1021161B1 true BE1021161B1 (nl) 2016-01-12

Family

ID=49253049

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2013/0547A BE1021161B1 (nl) 2013-08-20 2013-08-20 Remmechanisme voor een landbouwbalenpers

Country Status (4)

Country Link
US (1) US9480204B2 (nl)
EP (1) EP3035788B1 (nl)
BE (1) BE1021161B1 (nl)
WO (1) WO2015024761A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US10356983B2 (en) * 2014-04-18 2019-07-23 Cnh Industrial America Llc Indexing net wrap system
BE1026130B1 (nl) * 2018-03-23 2019-10-21 Cnh Industrial Belgium Nv Landbouwbalenpers en werkwijze voor het beschermen van zulke balenpers tegen schade door overbelasting
EP3646712B1 (en) * 2018-11-02 2024-01-10 CNH Industrial Belgium NV Improvements in or relating to agricultural baling machines

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3006207A (en) * 1957-08-02 1961-10-31 Case Co J I Baler drive mechanism
GB1373824A (en) * 1970-10-19 1974-11-13 Mengele & Soehne Masch Karl Agricultural tractor
US20030069102A1 (en) * 2001-09-14 2003-04-10 Karl Coenen Drive assembly for locking one or several operating units of an agricultural implement or of a self-propelled implement
US20030106754A1 (en) * 1999-03-02 2003-06-12 Hayes Brake, Llc Brake system having boosted hydraulic accumulator
US20110174171A1 (en) * 2009-08-03 2011-07-21 Jean Viaud Round Baler
US20120204742A1 (en) * 2009-08-12 2012-08-16 Sandor Van Vooren Agricultural Vehicle with an Access Panel Latch

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3334577A (en) * 1965-03-26 1967-08-08 Int Harvester Co Plunger safety stop for balers
US3866721A (en) 1973-01-15 1975-02-18 William L Pringle & Associated Disc brake parking feature
US3889468A (en) * 1974-03-04 1975-06-17 Gen Motors Corp Power booster and master cylinder assembly
DE19534438C1 (de) 1995-09-16 1996-09-19 Daimler Benz Ag Einrichtung zum automatischen Spielausgleich bei seilzugbetätigten Feststellbremsen von insbesondere Kraftfahrzeugen
US5806937A (en) * 1996-05-28 1998-09-15 Trailer Component Innovations, Llc. Trailer braking system
FR2772706B1 (fr) * 1997-12-22 2000-02-11 Bosch Syst Freinage Maitre-cylindre pour installation de freinage electro-hydraulique de vehicule automobile
FR2860850B1 (fr) 2003-10-08 2007-03-02 Bosch Gmbh Robert Dispositif de feinage de vehicule automobile comportant des moyens elastiques de stockage d'energie de serrage

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3006207A (en) * 1957-08-02 1961-10-31 Case Co J I Baler drive mechanism
GB1373824A (en) * 1970-10-19 1974-11-13 Mengele & Soehne Masch Karl Agricultural tractor
US20030106754A1 (en) * 1999-03-02 2003-06-12 Hayes Brake, Llc Brake system having boosted hydraulic accumulator
US20030069102A1 (en) * 2001-09-14 2003-04-10 Karl Coenen Drive assembly for locking one or several operating units of an agricultural implement or of a self-propelled implement
US20110174171A1 (en) * 2009-08-03 2011-07-21 Jean Viaud Round Baler
US20120204742A1 (en) * 2009-08-12 2012-08-16 Sandor Van Vooren Agricultural Vehicle with an Access Panel Latch

Also Published As

Publication number Publication date
US20160192593A1 (en) 2016-07-07
EP3035788A1 (en) 2016-06-29
EP3035788B1 (en) 2018-05-09
US9480204B2 (en) 2016-11-01
WO2015024761A1 (en) 2015-02-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1021161B1 (nl) Remmechanisme voor een landbouwbalenpers
US20140231189A1 (en) Electric caliper brake
US9522684B2 (en) Caliper brake device for railway vehicle
US9283971B2 (en) Integrated bogie brake and slack adjuster for the use with said integrated bogie brake
GB1181920A (en) Self-Adjusting Clutch Release Mechanism
US2354268A (en) Hitch
US4957193A (en) Actuating cylinder having mechanical advantage
JPH081229B2 (ja) ブレーキリギング作動装置
US10225991B2 (en) Needle gripper for an agricultural baler
EP2022688A3 (de) Zusatzbremssystem und Lösevorrichtung für Zusatzbremssysteme zur Betätigung der Bremsen auflaufgebremster Anhängerfahrzeuge
EP2958422B1 (en) Agricultural baler with improved flywheel brake
GB1229546A (nl)
CN107743556B (zh) 用于商用车的盘式制动器
GB951393A (en) Trailer brake actuator
US11679747B2 (en) Hydraulic system, vehicle and composite vehicle
GB1280731A (en) Disc brake
RU2550411C2 (ru) Опорный цилиндр для самоусиливающегося гидравлического тормоза
GB880834A (en) Improvements relating to railway vehicle braking systems
GB800832A (en) Disc brake
JPS59183124A (ja) ドラムブレ−キのシユ−ギヤツプ自動調整装置
SU943046A1 (ru) Привод гидравлических тормозов тракторного прицепа
US4271934A (en) Brake
JPS6325381Y2 (nl)
US1710352A (en) Hydraulic-brake construction
DK1159179T3 (da) Knast- eller kamskiveaktiveret hydraulisk bremsesystem

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190831