BE1019778A5 - Bediening. - Google Patents

Description

BEDIENING

De onderhavige uitvinding betreft een bediening, omvattende: een basis; ten minste één schakelaar op de basis; een op of over de basis plaatsbaar frame; en ten minste één, met de schakelaar samenhangende en ten opzichte van het frame beweegbare toets.

Dergelijke bedieningen zijn algemeen bekend, kunnen de functie vervullen van een dimmer of een schakelpunt voor het dimmen en/of in- of uitschakelen van licht of het bedienen van een rolluik of van een garagedeur, et cetera.

De bekende bedieningen vertonen vele nadelen. Zo is uit EP-1811623 of uit EP-1385188 een bediening bekend met twee of meer (en in enkele gevallen zelfs vier) schakelaars of contactelementen per toets, om met enige zekerheid te kunnen waarborgen dat een gewenste actie resulteert als een gebruiker die toets indrukt, ongeacht waar over het oppervlak van die toets die gebruiker de toets bedient. Dit heeft als nadeel dat deze bekende configuratie veel componenten vergt, waardoor de kostprijs hoog wordt.

Hoewel de werking dan bij het schakelen wellicht met enige zekerheid is gewaarborgd, ervaren gebruikers deze bekende configuratie toch als verwarrend en voelen zich ongemakkelijk bij een dergelijke bekende bediening, als men twee of zelfs meer klikken van de verscheidene, bij een betreffende toets behorende schakelaars hoort en/of voelt bij het indrukken van de toets. Dit meervoudige auditieve en/of tactiele effect wordt door gebruikers als zodanig storend ervaren, dat een andere oplossing nodig is.

Naast kosten en gebruik speelt nog een andere overweging een rol, te weten de totale hoogte van de bediening. Veelal zijn inbouwpotten, welke bijvoorbeeld in een muur zijn geslepen, voorhanden om een deel van de hoogte van een bediening in te verwerken, maar dat is niet altijd het geval. Bijvoorbeeld kan een bediening direct op een muur worden aangebracht zonder inbouwpot daarachter. Ook in het geval dat een inbouwpot van afdoende diepte beschikbaar is, is het nog altijd vanuit een praktisch standpunt wenselijk, dat een bediening weinig uitsteekt ten opzichte van een wand of muur, waarop deze kan zijn aangebracht. Aldus is een geringe hoogte van de bediening een gewenst aspect, samen met zeker en betrouwbaar schakelgedrag en een daarmee thans strijdig lijkende minimalisatie van de het aantal componenten.

EP 1 538 646 toont in figuur 1 een drager 1 die voorzien is van een aantal veerkrachtige armen 3 en van lichtkanaien 2. Op de veerkrachtige armen 3 zijn drukknoppen 4 bevestigbaar. Daartoe zijn de drukknoppen 4 voorzien van verankeringselementen 6 die samenwerken met openingen 5 in de armen 3, zie figuur 3. Verder zijn de drukknoppen 4 voorzien van een centraal duwmiddel 7 dat bedoeld is om samen te werken met een schakelaar op een elektronisch bord.

JP 2000 149701 toont in figuur 2 een bediening met drie drukknoppen 15, 16 en 17. De bediening omvat een element 25 dat lijkt op een achterplaat waarboven de toetsen 15, 16 en 17 verend gemonteerd zijn door middel van armen 32 die verbonden zijn met een behuizing 12. De verbinding van de arm 32 met de behuizing 12 is een lasverbinding. Element 23 lijkt een rubberelement te zijn en element 26 een metaalkap.

Deze worden ingedrukt door de toets wanneer een gebruiker de toets indrukt.

US 2007/289857 openbaart in figuren 1 en 2 een bediening met drukknoppen 10, 10'. De drukknoppen 10 zijn met elkaar verbonden via een verbindingsdeel 15. Dit verbindingsdeel 15 is een elastische brug. Verder is een bevestigingsframe 17 voorzien voor het bevestigen van de drager 20 met de behuizing 1.

Met de onderhavige uitvinding is beoogd de voornoemde doelen te bereiken en nadelen van de bekende techniek te verhelpen of althans te verminderen, waartoe een bediening volgens de uitvinding zich onderscheidt van bekende configuraties, doordat de toets vast aan het frame is bevestigd via ten minste één veerkrachtige kantelarm. Het getuigt op verrassende wijze van een hoge mate van inventiviteit, nu met zo een eenvoudige maatregel zoveel doelstelling kunnen worden verwezenlijkt en zo veel nadelen van de bekende technieken kunnen worden verholpen of althans aanzienlijk worden verminderd.

In een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat de kantelarm een integrale component is van het frame. Daarmee is het aantal bewerkingen te minimaliseren, dat voor assemblage nodig is.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat de bediening ten minste een tweede toets en bijbehorende tweede schakelaar omvat en de kantelarm een verbinding tussen de toetsen is. Aldus is voor-assemblage mogelijk van de middels de verbinding vast aan elkaar te bevestigen toetsen. Derhalve kan een dusdanig samenstel van de toetsen en de verbinding daartussen ook in een enkele bewerking worden aangebracht aan het frame.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat de toets door middel van een las vast aan het frame is bevestigd. Dit is in het bijzonder, in het geval van kunststof of metaal, een bruikbare techniek om een goed betrouwbare vaste bevestiging tot stand te brengen.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat ten minste het frame en de toets kunststof omvatten.

In een uitvoeringsvorm met een las, waarbij het frame en de toets van kunststof zijn, vertoont een mogelijke uitvoeringsvorm verder de eigenschap dat de las een ultrasoon las is. Deze techniek is uitermate bruikbaar voor kunststof, en staat uitermate nauwkeurige bevestigingen toe, ook op plaatsen die zeer moeilijk te bereiken zijn met andere conventionele bevestigingstechnieken. Het kan dan gunstig zijn smeltmateriaal voor zo'n ultrasone las beschikbaar te stellen, bijvoorbeeld in de vorm van een richel of rand op of aan een andere component of element.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap van drie toetsen en bijbehorende schakelaars, waarbij buitenste toetsen zijn verbonden door middel van een verbinding tussen de toetsen vormende kantelarm en de middelste toets vast is bevestigd aan een kantelarm, welke een integrale component van het frame vormt. Aldus kunnen ook gemakkelijk combinaties van meer dan drie toetsen worden verwezenlijk.

In een uitvoeringsvorm met een kantelarm als integrale component van het frame kan een bediening volgens de uitvinding de eigenschap vertonen dat de kantelarm, welke een integrale component van het frame vormt, en voor de middelste toets is bedoeld, een buiging omvat, welke buiging een kantellijn definieert. Daarbij kan het gunstig zijn als de integrale component van het frame vormende kantelarm en de middelste toets vast aan elkaar zijn bevestigd op een ander niveau dan waar de verbinding vormende kantelarm tussen de buitenste toetsen is bevestigd aan het frame.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap van uitlijnelementen tussen de kantelarm en het frame of tussen de toets en de kantelarm. Daarbij kan het gunstig zijn als de uitlijnelementen een pen-gat verbinding omvatten.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat het frame lasnaadconstructies omvat, althans in de nabijheid van een bevestiging of las. Onder een lasnaadconstructie verstaat men een versmalling van het oppervlak voor de energiestroom, dat een weerstand genereert voor de energiestroom waardoor vervolgens een warmteontwikkeling ontstaat. Wanneer deze weerstand groot genoeg is, zal de warmteontwikkeling voldoende hoog zijn om het smeltpunt van de kunststof te bereiken. Op die manier ontstaat er een smelt of een smeltbad op het punt van de lasnaadconstructie. Zodra er een smelt ontstaat, neemt de oppervlakte en de absorptie van de energie toe en zal de weerstand voor de energiestroom verminderen, waarop het smeltproces zal stoppen.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat de toets vast aan het frame is bevestigd via ten minste twee veerkrachtige kantelarmen.

In een aanvullende of alternatieve mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding vertoont de bediening de eigenschap dat op of aan ten minste één van de kantelarm en het frame smeltmateriaal is aangebracht.

De onderhavige uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van een beschrijving van een uitvoeringsvoorbeeld daarvan, dat is getoond in de bij gevoegde tekening, waarin voor dezelfde en/of gelijksoortige elementen, componenten en aspecten dezelfde referentienummers kunnen zijn gebruikt, en welke geenszins is bedoeld om te worden aangegrepen als limitatie van de beschermingsomvang voor de onderhavige uitvinding tot specifieke daarin getoonde of hieronder beschreven eigenschappen, maar slechts tot de beschermingsomvang, zoals die is gedefinieerd in de eveneens bijgevoegde conclusies.

In de tekening toont:

Fig. 1 een uitvoeringsvoorbeeld in perspectivisch aanzicht van een bediening volgens de onderhavige uitvinding;

Fig. 2 deel van de bediening uit Fig. 1;

Fig. 3 een zij-aanzicht langs pijl III in Fig. 1;

Fig. 4 een zij-aanzicht langs pijl IV in Fig. l;

Fig. 5 een perspectivisch aanzicht van de bediening van Fig. 1 ;

Fig. 6 een perspectivisch aanzicht van de bediening na een initiële montagestap;

Fig. 7 een perspectivisch aanzicht van een detail van de bediening langs pijl VII in Fig. 5;

Fig. 8 een perspectivisch aanzicht van een detail van de bediening langs pijl VIII in Fig. 6; en

Fig. 9 een perspectivisch aanzicht van een detail van assemblage van de bediening volgens de onderhavige uitvinding.

In Fig. 1 is een deel van een bediening 1 volgens de onderhavige uitvinding getoond. Figuur 2 toont een als achterplaat 2 vormgegeven basis. De achterplaat 2 kan een printplaat zijn. Op de voorkant van de achterplaat 2 zijn schakelaars of tactile switches 3 en LED's 4 aangebracht, hetgeen direct ook duidelijk maakt, dat het nodig kan zijn dat de achterplaat 2 een printplaat is. Het in figuur 1 getoonde deel van de bediening is een opbouw, welke op of tegen de achterplaat 2 dient te worden aangebracht om op willekeurige wijze te worden verbonden en samen met de achterplaat 2 aldus de bediening 1 te vormen.

De opbouw 5 omvat een frame 6 en een drietal toetsen 7, 8 en 9, en wordt voor assemblage met het frame 6 op of tegen de achterplaat 2 aangebracht. De toetsen 7, 8 en 9 werken elk samen met één van de drie schakelaars 3 op of aan de achterplaat 2 in Fig. 2. Volgens een andere, niet geïllustreerde uitvoering zou men capacitieve zones kunnen voorzien onder de toetsen in plaats van te werken met schakelaars waarop de toetsen dienen in te grijpen.

De buitenste toetsen 7, 9 hebben doorgangen om licht van de LED's 4 door te laten. Het verschaffen van doorgangen is vanzelfsprekend een optie; er zijn uitvoeringsvormen mogelijk zonder de LED's 4 en de doorgangen in de toetsen 7, 9, of juist met plaatjes van doorschijnend en wellicht zelfs gekleurd materiaal in de plaats van doorgangen. Daarentegen kan de middelste toets 8 eveneens een dergelijke doorgang hebben (niet in de hier getoonde en beschreven uitvoeringsvorm); door de positionering van de kantelarmen kan de schakelaar 3 voor de middelste toets 8 enigszins uit het midden worden geplaatst, waarbij een correcte bediening van de schakelaar 3 niet in het gedrang komt.

Het frame 6 positioneert de toetsen 7, 8 en 9, zoals ook uit figuren 3 en 4 blijkt. Meer in het bijzonder zijn de toetsen 7, 8 en 9 vast bevestigd aan het frame 6, hetgeen hieronder nader is beschreven. Door de wijze van vast bevestigen, kantelen de toetsen 7, 8 en 9 onder een drukkracht F in de richting van pijlen A en B in respectievelijk Fig. 3 en Fig. 4. Daarmee is verzekerd, dat wanneer een van de toetsen 7, 8 en 9 wordt ingedrukt, ongeacht de exacte plaats over het voorwaarts georiënteerde oppervlak daarvan waar de toets wordt ingedrukt, deze indrukking aan de betreffende schakelaar 3 wordt overgebracht.

De buitenste toetsen 7 en 9 zijn open in de richting naar het frame 6, dat op zijn beurt op- of buitenwaarts georiënteerde uitstulpingen 10 omvat. De buitenste toetsen 7, 9 passen over de uitstulpingen 10.

Zoals in Fig. 5 is getoond, zijn de buitenste toetsen 7, 9 onderling verbonden door middel van een tweetal verbindingen 11 en zijn daar elk vast aan bevestigt of het samenstel van de buitenste toetsen 7, 9 en de verbindingen 11 vormt één geheel. Ten minste de verbindingen 11 zijn van een veerkrachtig buigzaam materiaal, in het bijzonder een kunststof. Het is echter evenzeer mogelijk, dat het materiaal van de verbindingen 11 buigzaam maar niet veerkrachtig is, waarbij een (hier niet getoond) veerelement kan worden toegevoegd.

De verbindingen kunnen eveneens scharnieren omvatten, in welk geval ook een veerelement kan worden toegevoegd om de hieronder nader te beschrijven functionaliteit te verwezenlijken. Eveneens kunnen (al dan niet buigzame) metalen of legeringen als materiaal gekozen worden. Soortgelijke overwegingen gelden tevens voor de hieronder nader te beschrijven lippen 12. Lippen 12 en de verbindingen 11 vormen elk een veerkrachtige kantelarm in de zin van de onderhavige uitvinding voor respectievelijk de middelste toets 8 en de buitenste toetsen 1,9.

De lippen 12 vormen elk een integrale component van het frame 6. Daarentegen vormen de verbindingen een geheel met de buitenste toetsen 7, 9 of zijn daar althans vast aan bevestigd.

De middelste toets 8 is vast bevestigd aan de lippen 12 door middel van een las. De buitenste toetsen 7, 9 zijn via de verbindingen 11 vast bevestigd aan het frame 6, doordat de verbindingen 11 vast zijn gelast aan montagevlakken 13.

De lippen 12 zijn eveneens voorzien van dergelijke montagevlakken 14, zoals in Fig. 7 is getoond, waarbij de montagevlakken 13, 14 in het bijzonder voor ultrasoon lassen nuttig zijn, en daartoe lasnaadconstructies 15, 16 omvatten.

In het geval van kunststof elementen en componenten kan ultrasoon lassen zeer gunstig zijn.

De- vakman zal begrijpen dat het tevens mogelijk is om een andere verbindingstechniek te gebruiken zoals lijmen, laserlassen, vibratielassen, spiegellassen, het voorzien van een snapverbinding, het voorzien van een schroefverbinding, enz. Merk op dat het tevens mogelijk is om een combinatie van deze technieken te gebruiken.

Bij assemblage wordt eerst het samenstel (of geheel) van de buitenste toetsen 7, 9 via de verbindingen 11 tegen het frame 6 gebracht en vast gelast op de montagevlakken 13, die zich, zoals in Fig. 5 is getoond, op een verhoging of plateau bevinden ten opzichte van daaromheen gelegen delen van het frame 6. Aldus kunnen de verbindingen 11 de beoogde kantelfunctie van de buitenste toetsen 7, 9 vervullen, zoals die in Fig. 3 is weergegeven. Fig. 6 toont de toestand gedurende assemblage, zoals die wordt bereikt wanneer het samenstel (of geheel) van de buitenste toetsen 7, 9 en de verbindingen 11 vast aan het frame is aangebracht.

De lippen 12 vertonen een buiging of kromming, waarmee een aslijn voor een kantelbeweging van de lippen is gedefinieerd, zoals ook in Fig. 8 te zien is. In de toestand, nadat het samenstel (of geheel) van de buitenste toetsen 7, 9 aan het frame 6 is aangebracht, welke in Fig. 6 en in meer detail in Fig. 8 is getoond, zijn de lippen 12 nog toegankelijk om daarop (of aan) de middelste toets 8 aan te kunnen brengen. Ook dit gebeurd met ultrasoon lassen. De lippen zijn zodanig gebogen of gekromd, dat deze de middelste toets 8 dragen in de in Fig. 4 weergegeven beweging, als die middelste toets 8 wordt ingedrukt. De lippen 12 vormen een integrale component van het frame 6, in de zin dat de lippen 12 met en aan het frame 6 zijn geproduceerd.

Zoals ook duidelijk is getoond in Fig. 7 liggen de door de lippen 12 gedefinieerde montagevlakken 14 hoger dan de montagevlakken 13 voor bevestiging van de verbindingen 11 die zich tussen de buitenste toetsen 7, 9 uitstrekken.

Voor een juiste uitlijning tijdens de assemblage omvatten de montagevlakken gaten 17, waarin pennen 18 te steken zijn, zoals in Fig. 9 is getoond. Deze pen-gat verbindingen dienen aldus voor de uitlijning, omdat er telkens ten minste twee pen-gat verbindingen tot stand worden gebracht om het samenstel (of geheel) van de buitenste toetsen 7, 9 en de verbindingen aan het frame 6 te bevestigen, of om de middelste toets 8 aan de lippen 12 van het frame aan te brengen. Als vervolgens, wanneer de pen-gat verbindingen tot stand zijn gebracht en de gewenste uitlijning is bereikt, het ultrasoon lassen wordt uitgevoerd, smelten de lasnaadconstructies 15, 16 om de in Fig. 9 getoonde vaste bevestiging van de verbinding 11 aan het frame 6 tot stand te brengen. De lasnaadconstructies 15, 16 omvatten aldus smeltmateriaal. De middelste toets 8 wordt op soortgelijke, zo niet identieke wijze aan het tweetal lippen 12 van het frame 6 aangebracht.

In een alternatieve uitvoeringsvorm kan, in een bediening met twee toetsen, elke toets worden gedragen op een wijze als de hiervoor beschreven middelste toets 8, of op de met betrekking van de buitenste toetsen 7, 9 beschreven en getoonde wijze. In een uitvoeringsvorm met een enkele toets kan ook de kantelarm zich uitstrekken tot buiten de omtrek van die enkele toets, zoals in verband met de buitenste toetsen is getoond en beschreven, of kan de kantelarm helemaal binnen deze omtrek beperkt blijven, zoals in het geval van de middelste toets is getoond en beschreven. Voor een uitvoeringsvorm met vier of meer toetsen kunnen ook allerhande combinaties worden geïmplementeerd. De kantelarm is in diverse getoonde en beschreven uitvoeringsvormen zodanig georiënteerd, dat toetsen zijdelings ten opzichte van een lengterichting daarvan kantelen. Door de kantelarm in willekeurig welke uitvoeringsvorm te draaien over +/- 90 graden, kan een bediening worden verschaft met een indrukgedrag van de toetsen, dat voor gebruikers meer als conventioneel over zal komen, en dus wellicht gemakkelijker door gebruikers geaccepteerd zal worden, hoewel hiermee in de functionaliteit geen wezenlijke aanpassing is ingevoerd.

Claims (13)

1. Een bediening, omvattende: - een basis; - ten minste één schakelaar op de basis; - een op of over de basis plaatsbaar frame; en - ten minste één, met de schakelaar samenhangende en ten opzichte van het frame beweegbare toets, waarbij de toets vast aan het frame is bevestigd via ten minste één veerkrachtige kantelarm; waarbij de bediening drie toetsen en bijbehorende schakelaars omvat, met het kenmerk, dat buitenste toetsen zijn verbonden door middel van een een verbinding tussen de toetsen vormende kantelarm, en de middelste toets vast is bevestigd aan een een integrale component van het frame vormende kantelarm.

2. De bediening volgens conclusie 1, waarbij de kantelarm een integrale component is van het frame.

3. De bediening volgens conclusie 1 of 2, waarbij de bediening ten minste een tweede toets en bijbehorende tweede schakelaar omvat en de kantelarm een verbinding tussen de toetsen is.

4. De bediening volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de toets middels een las vast aan het frame is bevestigd.

5. De bediening volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste het frame en de toets kunststof omvatten.

6. De bediening volgens conclusies 4 en 5, waarbij de las een ultrasoon las is.

7. De bediening volgens conclusie 1, waarbij de integrale component van het frame vormende kantelarm voor de middelste toets een kantellijn definiërende buiging omvat.

8. De bediening volgens conclusies 1 en 7, waarbij de integrale component van het frame vormende kantelarm en de middelste toets vast aan elkaar zijn bevestigd op een ander niveau dan waar de verbinding vormende kantelarm tussen de buitenste toetsen is bevestigd aan het frame.

9. De bediening volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, verder omvattende uitlijnelementen tussen de kantelarm en het frame of tussen de toets en de kantelarm.

10. De bediening volgens conclusie 9, waarbij de uitlijnelementen een pen-gat verbinding omvatten.

11. De bediening volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij het frame lasnaadconstructies omvat, althans in de nabijheid van een bevestiging of las.

12. De bediening volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij de toets vast aan het frame is bevestigd via ten minste twee veerkrachtige kantelarmen.

13. De bediening volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, waarbij op of aan ten minste één van de kantelarm en het frame smeltmateriaal is aangebracht.