BE1019505A5 - Inbraakwerend ventilatierooster. - Google Patents

Abstract

Deze uitvinding betreft een inbraakwerend ventilatierooster (1) dat in of op muuropeningen van bestaande gebouwen kan aangebracht worden, zonder ingrijpende verbouwingen. Hiertoe omvat dit ventilatierooster (1) een roosterkader (2), twee of meerdere lamellen (3), die in een vaste positie en nagenoeg evenwijdig aan elkaar in het roosterkader (2) zijn opgesteld en minstens één inbraakwerende staaf (4), die over de lengte van één van de genoemde twee of meerdere lamellen (3) is aangebracht, zich aan weerszijden van deze lamel (3) verder dan de lamel (3) uitstrekt, en roteerbaar ten opzichte van het roosterkader (2) is opgesteld.

Description

INBRAAKWEREND VENTILATIEROOSTER

Deze uitvinding betreft een inbraakwerend ventilatierooster, omvattende een roosterkader dat een luchtdoorstroomopening afbakent, omvattende twee of meerdere lamellen, die in gemonteerde toestand van het ventilatierooster in een rotatievaste positie ten opzichte van het roosterkader en nagenoeg evenwijdig aan elkaar in de luchtdoorstroomopening in het roosterkader zijn opgesteld en omvattende minstens één inbraakwerende staaf, die in gemonteerde toestand van het ventilatierooster over de lengte van één van de genoemde twee of meerdere lamellen is aangebracht en zich aan weerszijden van deze lamel verder dan de lamel uitstrekt.

Er bestaan verschillende soorten ventilatieroosters, waarbij de lamellen roterend tussen een gesloten en een open positie in het roosterkader zijn opgesteld, waarbij deze lamellen in hun gesloten positie gebracht dienen te worden om het rooster inbraakwerend te maken. Deze uitvinding heeft echter betrekking op ventilatieroosters met rotatievaste lamellen en wenst te voorzien in een dergelijk ventilatierooster dat inbraakwerend is bij een rotatievaste open stand van lamellen.

In bestaande ventilatieroosters met rotatievast opgestelde lamellen, is aan elke tweede lamel een inbraakwerende staaf aangebracht, die zich aan weerszijden van de lamel verder dan de lamel uitstrekt. Dergelijke ventilatieroosters dienen echter in een muuropening opgenomen te worden, waarbij de uiteinden van deze inbraakwerende staven verankerd worden in de muur die de muuropening omringt. Hiertoe kunnen deze staven bijvoorbeeld in deze muur worden ingemetseld of gebetonneerd.

Dergelijke ventilatieroosters kunnen dus enkel ingebouwd worden in muuropeningen, wanneer de muur, die de muuropening omringt, opgetrokken wordt, zodat de inbraakwerende staven in deze muur verankerd kunnen worden. Het is -zonder ingrijpende verbouwingen - niet mogelijk om een dergelijk inbraakwerend ventilatierooster in bestaande gebouwen, die nog niet werden voorzien van dergelijke inbraakwerende roosters, op te nemen.

In het Chinese gebruiksmodel CN 2898251 Y is een ventilatierooster beschreven, waarbij men ook in een open stand van roteerbaar opgestelde lamellen inbraakwerendheid probeert te verzekeren, zonder dat de inbraakwerende staven in de muur verankerd dienen te worden. In de lamellen zijn hiertoe inbraakwerende staven aangebracht, die met behulp van moeren rotatievast in het roosterkader zijn aangebracht. Met een dergelijk inbraakwerend ventilatierooster is het in de praktijk echter - ook wanneer de lamellen rotatievast opgesteld zouden zijn - enkel mogelijk om aan strenge normen voor inbraakwerendheid te voldoen indien de inbraakwerende staven zeer zwaar worden gedimensioneerd of in staal worden uitgevoerd om te kunnen weerstaan aan de grote wringbelastingen.

Het doel van deze uitvinding is dan ook te voorzien in een licht inbraakwerend ventilatierooster met rotatievast opgestelde lamellen, die in of op muuropeningen van bestaande gebouwen kan aangebracht worden, zonder ingrijpende verbouwingen en waarmee aan strenge normen voor inbraakwerendheid kan voldaan worden.

Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een inbraakwerend ventilatierooster, omvattende een roosterkader dat een luchtdoorstroomopening afbakent, omvattende twee of meerdere lamellen, die in gemonteerde toestand van het ventilatierooster in een rotatievaste positie ten opzichte van het roosterkader en nagenoeg evenwijdig aan elkaar in de luchtdoorstroomopening in het roosterkader zijn opgesteld en omvattende minstens één inbraakwerende staaf, die in gemonteerde toestand van het ventilatierooster over de lengte van één van de genoemde twee of meerdere lamellen is aangebracht en zich aan weerszijden van deze lamel verder dan de lamel uitstrekt, waarbij de inbraakwerende staaf in gemonteerde toestand van het ventilatierooster roteerbaar ten opzichte van het roosterkader is opgesteld.

De lamel kan dan ofwel vast aan deze inbraakwerende staaf bevestigd worden, ofwel roterend ten opzichte van deze inbraakwerende staaf.

Bij inbraak kunnen inbrekers meestal de houders waarop de lamellen in het ventilatierooster zijn aangebracht of de lamellen van een dergelijk ventilatierooster zelf stuk wringen. De inbraakwerende staven zorgen dan voor een bijkomende hindernis om inbraak te beletten. Waar deze inbraakwerende staven rotatievast ten opzichte van het roosterkader zijn aangebracht, maar niet in de muur omheen de muuropening zijn verankerd, heeft een inbreker voldoende grip om deze staven of de bevestigingspunten van deze staven kapot te wringen. Om te verhinderen dat dit kon gebeuren werden dergelijke staven daarom bij de stand van de techniek uitgevoerd in staal en/of relatief zwaar gedimensioneerd. Wanneer echter volgens deze uitvinding de inbraakwerende staven roteerbaar ten opzichte van het roosterkader zijn opgesteld, dan krijgt men, bij een poging om deze staven of de bevestigingspunten van deze staven kapot te wringen, dankzij de rotatie van de staven ten opzichte van het roosterkader, geen grip op de staven en mislukt deze poging. Daardoor kunnen de staven veel lichter worden gedimensioneerd of uitgevoerd worden in een minder stijf materiaal zoals bij voorbeeld aluminium in plaats van staal.

Bij een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een ventilatierooster volgens deze uitvinding is het roosterkader aan weerszijden van de lamel waaraan de inbraakwerende staaf is aangebracht, voorzien van een opening, waardoorheen de inbraakwerende staaf zich in gemonteerde toestand van het ventilatierooster uitstrekt en waarbij aan elk uiteinde van de inbraakwerende staaf een blokkeerelement is voorzien dat verhindert om dit uiteinde voorbij de opening te brengen.

Het genoemde blokkeerelement is bij een bijzonder eenvoudige uitvoeringsvorm een splitpen, die doorheen een opening in het uiteinde van de inbraakwerende staaf is aangebracht.

Voorkeurdragend is dan dat tussen de splitpen en het roosterkader een ringvormig plaatje omheen de inbraakwerende staaf is aangebracht, dat verhindert dat de splitpen doorheen het roosterkader kan worden getrokken.

Het ventilatierooster is verder bij voorkeur voorzien van een randprofiel aan de randen van het roosterkader, waarmee de uiteinden van de inbraakwerende staaf afgeschermd worden, zodat een inbreker deze niet eenvoudig kan bereiken. Dit randprofiel kan, waar een ventilatierooster voorzien is voor inbouw in een muuropening, zo uitgevoerd zijn, dat dit profiel eveneens dienst kan doen als aanslag.

Bij een eerste specifieke uitvoeringsvorm van een ventilatierooster volgens deze uitvinding is de lamel, waaraan de inbraakwerende staaf is aangebracht, hol uitgevoerd en is de inbraakwerende staaf in de holte van deze lamel aangebracht.

Bij een tweede specifieke uitvoeringsvorm is de inbraakwerende staaf aan een oppervlak van de lamel bevestigd.

Nog meer specifiek is in gemonteerde toestand van het ventilatierooster aan elke tweede lamel een inbraakwerende staaf aangebracht, die vast met deze lamel is verbonden en roteerbaar ten opzichte van het roosterkader is opgesteld.

Bij een verdere voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een ventilatierooster volgens deze uitvinding zijn de lamellen losmaakbaar aan het roosterkader bevestigbaar.

Bij voorkeur zijn de lamellen dan losmaakbaar aan het roosterkader bevestigbaar met behulp van een klikverbinding.

Om insecten te weren en de inbraakwerendheid van het rooster nog verder te verhogen omvat een ventilatierooster volgens deze uitvinding verder bij voorkeur een muggengaas dat in de luchtdoorstroomopening is opgesteld. Een dergelijk muggengaas heeft bij voorkeur een maaswijdte kleiner dan 25 mm.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van enkele voorkeurdragende inbraakwerende ventilatieroosters volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze ventilatieroosters aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - figuur 1 een eerste uitvoeringsvorm van een inbraakwerend ventilatierooster volgens deze uitvinding in doorsnede is weergegeven, doorgesneden dwars op de lamellen en de inbraakwerende staven; - figuur 2 een lamel en een hieraan bevestigde inbraakwerende staaf van de eerste uitvoeringsvorm uit figuur 1 afzonderlijk in doorsnede zijn weergegeven; - figuur 3 de eerste uitvoeringsvorm van een inbraakwerend ventilatierooster uit figuur 1 in vooraanzicht is weergegeven; - figuur 4 de eerste uitvoeringsvorm van een inbraakwerend ventilatierooster uit figuur 1 in doorsnede is weegegeven, doorgesneden tussen twee lamellen; - figuur 5 een uiteinde van het ventilatierooster zoals afgebeeld in figuur 4, in meer detail is weergegeven; - figuur 6 een uiteinde van een inbraakwerende staaf van een ventilatierooster volgens deze uitvinding is weergegeven, waarbij een splitpen doorheen een opening in deze staaf is aangebracht, voordat de benen van de splitpen werden omgeplooid; - figuur 7 het uiteinde van een inbraakwerende staaf uit figuur 6 is weergegeven, waarbij de benen van de splitpen werden omgeplooid; - figuur 8 een tweede uitvoeringsvorm van een inbraakwerend ventilatierooster volgens deze uitvinding in doorsnede is weergegeven, doorgesneden dwars op de lamellen en de inbraakwerende staven.

Een inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens de uitvinding zoals afgebeeld in de figuren 1, 3, 4 en 8 omvat een roosterkader (2) dat een luchtdoorstroomopening afbakent. Via deze luchtdoorstroomopening kan lucht van een buitenruimte naar een binnenruimte toegevoerd worden of lucht van een binnenruimte naar een buitenruimte afgevoerd worden, enz.

Het roosterkader (2) is opgebouwd uit aluminium profielen en is hoofdzakelijk rechthoekig van vorm. Even goed kunnen echter bijvoorbeeld ronde ventilatieroosters volgens hetzelfde principe opgebouwd worden.

Op gelijke tussenafstanden is dit roosterkader (2) voorzien van ondersteuningselementen (8) waarop lamellen (3) van het ventilatierooster (1) vastklikbaar zijn. Deze lamellen (3) zijn eveneens vervaardigd als aluminium profielen. Na vastklikken van de lamellen (3) op de ondersteuningselementen (8), delen deze lamellen (3) de luchtdoorstroomopening van het ventilatierooster (1) op in deelluchtdoorstroomopeningen.

Aan elke tweede lamel (3) die in het ventilatierooster (1) is opgenomen, is een inbraakwerende staaf (4) aangebracht over de lengte van deze lamel (3), waarbij deze inbraakwerende staaf (4) zich aan weerszijden van deze lamel (3) uitstrekt. Deze inbraakwerende staven (4) zijn aluminium staven. Alternatief zouden deze staven (4) bijvoorbeeld uit staal vervaardigd kunnen worden.

In de afgebeelde uitvoeringsvormen van een ventilatierooster (1) zijn de lamellen (3) waaraan een inbraakwerende staaf (4) is bevestigd, hol uitgevoerd, waarbij de inbraakwerende staven (4) telkens in de holte van de corresponderende lamel (3) zijn aangebracht. De staven (4) kunnen hierbij vast aan de lamellen (3) bevestigd worden, of kunnen roterend in de holte van de corresponderende lamel (3) voorzien zijn.

In het roosterkader (2) zijn telkens aan weerszijden van de lamellen (3) waaraan een inbraakwerende staaf (4) is aangebracht, openingen voorzien, waardoorheen deze inbraakwerende staven (4) aangebracht zijn, zoals te zien is in figuur 4 en 5. De inbraakwerende staven (4) zijn los doorheen deze openingen aangebracht, zodat ze roteerbaar ten opzichte van het roosterkader (2) zijn voorzien. Om te verhinderen dat deze na monteren van het ventilatierooster (1) door een inbreker uit het roosterkader (2) kunnen worden gehaald, is in elk uiteinde van elke inbraakwerende staaf (4) op een gekende manier een splitpen (6) doorheen een opening (5) in dit uiteinde aangebracht, zoals te zien is in figuur 6, waarbij de benen van deze splitpen (6) zijn omgeplooid, zoals te zien is in figuur 7. Tussen de splitpen (6) en het roosterkader (2) is een ringvormig plaatje (9) aangebracht, dat verhindert dat de splitpen (6) doorheen de opening in het roosterkader (2) kan worden getrokken. Dit ringvormige plaatje (9) kan bijvoorbeeld uit inox vervaardigd zijn.

Het roosterkader (2) is verder voorzien van een randprofiel (7), zodat de uiteinden van de inbraakwerende staven (4) na inbouw van het ventilatierooster (1) in een muuropening afgeschermd zijn en niet langer bereikbaar zijn voor een inbreker. In de eerste uitvoeringsvorm van een ventilatierooster (1), zoals afgebeeld in de figuren 1, 3 en 4, is dit randprofiel (7) zo uitgevoerd, dat dit eveneens dienst kan doen als aanslag bij inbouw van het ventilatierooster (1) in een muuropening.

Om het ventilatierooster (1) esthetisch af te werken, kunnen de verschillende profielen uit een zelfde materiaal vervaardigd worden, en hierbij voorzien worden van een aangepast uiterlijk, enz.

Om insecten te weren en de inbraakwerendheid van het rooster nog verder te verhogen, kan in de luchtdoorstroomopening bijvoorbeeld een muggengaas voorzien worden. Een dergelijk muggengaas heeft bij voorkeur een maaswijdte kleiner dan 25 mm zodat een kaliber met diameter van 25 mm niet doorheen de mazen van dit muggengaas kan gebracht worden.

Claims (11)

1. Inbraakwerend ventilatierooster (1), omvattende een roosterkader (2) dat een luchtdoorstroomopening afbakent, omvattende twee of meerdere lamellen (3), die in gemonteerde toestand van het ventilatierooster (1) in een rotatievaste positie ten opzichte van het roosterkader (2) en nagenoeg evenwijdig aan elkaar in de luchtdoorstroomopening in het roosterkader (2) zijn opgesteld en omvattende minstens één inbraakwerende staaf (4), die in gemonteerde toestand van het ventilatierooster (1) over de lengte van één van de genoemde twee of meerdere lamellen (3) is aangebracht en zich aan weerszijden van deze lamel (3) verder dan de lamel (3) uitstrekt, met het kenmerk dat de inbraakwerende staaf (4) in gemonteerde toestand van het ventilatierooster (1) roteerbaar ten opzichte van het roosterkader (2) is opgesteld.

2. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het roosterkader (2) aan weerszijden van de lamel (3) waaraan de inbraakwerende staaf (4) is aangebracht, is voorzien van een opening, waardoorheen de inbraakwerende staaf (4) zich in gemonteerde toestand van het ventilatierooster (1) uitstrekt en waarbij aan elk uiteinde van de inbraakwerende staaf (4) een blokkeerelement (6) is voorzien dat verhindert om dit uiteinde voorbij de opening te brengen.

3. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het genoemde blokkeerelement (6) een splitpen is, die doorheen een opening (5) in het uiteinde van de inbraakwerende staaf (4) is aangebracht.

4. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens conclusie 3, met het kenmerk dat tussen de splitpen (6) en het roosterkader (2) een ringvormig plaatje (9) omheen de inbraakwerende staaf (4) is aangebracht.

5. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens één van de conclusies 2 tot en met 4, met het kenmerk dat het ventilatierooster (1) voorzien is van een randprofiel (7) aan de randen van het roosterkader (2), waarmee de uiteinden van de inbraakwerende staaf (4) afgeschermd worden.

6. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de lamel (3) waaraan de inbraakwerende staaf (4) is aangebracht hol is uitgevoerd en de inbraakwerende staaf (4) in de holte van deze lamel (3) is aangebracht.

7. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 5, met het kenmerk dat de inbraakwerende staaf (4) aan een oppervlak van de lamel (3) is bevestigd.

8. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat in gemonteerde toestand van het ventilatierooster (1) aan elke tweede lamel (3) een inbraakwerende staaf (4) is aangebracht, die vast met deze lamel (3) is verbonden en roteerbaar ten opzichte van het roosterkader (2) is opgesteld.

9. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de lamellen (3) losmaakbaar aan het roosterkader (2) bevestigbaar zijn.

10. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens conclusie 9, met het kenmerk dat de lamellen (3) losmaakbaar aan het roosterkader (2) bevestigbaar zijn met behulp van een klikverbinding.

11. Inbraakwerend ventilatierooster (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat dit ventilatierooster een muggengaas omvat dat in de luchtdoorstroomopening is opgesteld.