BE1019393A5 - Werkwijze voor het vormen van imitatie takken. - Google Patents

Abstract

Deze uitvinding betreft werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) waarbij een polymeermassa onder druk wordt gesmolten tot een eerste mengsel, daarna door een extrusiekop (2) wordt gedreven en uit deze extrusiekop (2) wordt getrokken in de vorm van een langwerpige kunststofstreng (3), waarbij de werkwijze verder de volgende stappen omvat: - het mengen van minstens een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten, met minstens een hoeveelheid polymeer tot een tweede mengsel; - het coëxtruderen van het gevormde tweede mengsel met het eerste mengsel zodat het polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit; waardoor op basis van het gevormde tweede mengsel op de kunststofstreng (3) een eerste laag (4) wordt gevormd, die het buitenoppervlak van deze kunststofstreng (3) minstens gedeeltelijk zal bedekken.

Description

WERKWIJZE VOOR HET VORMEN VAN IMITATIE TAKKEN

Deze uitvinding betreft enerzijds een werkwijze voor het vormen van imitatie takken, waarbij een polymeermassa onder druk wordt gesmolten tot een eerste mengsel, daarna door een extrusiekop wordt gedreven en uit deze extrusiekop wordt getrokken in de vorm van een langwerpige kunststofstreng, en waarbij de werkwijze verder de volgende stappen omvat: het mengen van minstens een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten, met minstens een hoeveelheid polymeer tot een tweede mengsel; het coëxtruderen van het gevormde tweede mengsel met het eerste mengsel zodat het polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit; waardoor op basis van het gevormde tweede mengsel op de kunststofstreng een eerste laag wordt gevormd, die het buitenoppervlak van deze kunststofstreng minstens gedeeltelijk zal bedekken.

Anderzijds heeft deze uitvinding betrekking op een imitatie tak gevormd overeenkomstig deze werkwijze.

Deze uitvinding betreft in het bijzonder een werkwijze voor het vormen van imitatie takken, ook wel namaak takken genoemd, geschikt voor het vormen van afscheidingswanden, decoratiewanden, meubilair, decoratiemateriaal voor zowel binnen als buiten toepassingen, enz...

Het vormen van afscheidingswanden of andere uitvoeringsvormen door gebruik te maken van natuurtakken (bijv. hazelaar) of een ander natuurlijk materiaal is op zich gekend. Zo beschrijft de Nederlandse octrooipublicatie NL 1032935 een wandconstructie opgevuld met gehele kokosnootschillen of delen daarvan, waarbij deze worden opgeklemd en opgesloten tussen twee lagen gaas zodoende dat de kokosnootschillen hiertussen ingeklemd blijven.

Het gebruik van natuurlijke materialen, in het bijzonder natuurtakken, bij de vorming van afscheidingswanden, meubilair en/of decoratiemateriaal, heeft het nadeel dat deze na verloop van tijd (ongeveer 5 jaar) versterven, wat esthetisch niet mooi is en je bovendien doorheen het product gevormd uit de natuurtakken kunt kijken.

Deze uitvinding heeft tot doel een oplossing voor het bovengestelde probleem te verschaffen.

De Amerikaanse octrooipublicatie US 2006/0185233 beschrijft een werkwijze voor het vormen van structuren ter ondersteuning van planten en dergelijke, waarbij een stalen staaf m.b.v. een extrader voorzien wordt van een mengsel kunststof en houtvezels.

Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een werkwijze voor het vormen van imitatie takken, waarbij een polymeermassa onder druk wordt gesmolten gesmolten tot een eerste mengsel, daarna door een extrasiekop wordt gedreven en uit deze extrusiekop wordt getrokken in de vorm van een langwerpige kunststofstreng, waarbij de werkwijze verder de volgende stappen omvat: het mengen van minstens een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten, met minstens een hoeveelheid polymeer tot een tweede mengsel; het coëxtraderen van het gevormde tweede mengsel met het eerste mengsel zodat het polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit; waardoor op basis van het gevormde tweede mengsel op de kunststofstreng een eerste laag wordt gevormd, die het buitenoppervlak van deze kunststofstreng minstens gedeeltelijk zal bedekken, waarbij de polymeermassa een schuimbare kunststof omvat en dat de kunststofstreng voorzien van minstens de eerste laag, vervolgens gekoeld wordt en op de gewenste lengte wordt afgekort, waarbij gedurende de koeling, de kunststofstreng ondergedompeld wordt in een bewegend koelmedium zodat de kunststofstreng aan zijn buitenoppervlak minstens gedeeltelijk wordt voorzien van wijzigingen in de oppervlaktestructuur. Door gebruik te maken van een bewegend koelmedium wordt een onregelmatige afkoeling gecreëerd zodat een geheel (kunststofstreng + eerste laag) met een onregelmatig gevormd buitenoppervlak wordt bekomen.

Door imitatie takken volgens dergelijke werkwijze te gaan vervaardigen wordt een tak bekomen die een nagenoeg perfect natuurlijk uitzicht heeft en zelfs een natuurlijke geur heeft. De geur zal bepaald worden door de gekozen vegetale vezels. In een voorkeurdragende werkwijze zijn de gebruikte vegetale vezels, houtvezels (eventueel vermengd met een bindmiddel). Andere mogelijke vegetale vezels die gebruikt kunnen worden in de werkwijze overeenkomstig de uitvinding zijn vezels op basis van: hennep, bamboe, stro, sisal, kokos, enz...

Imitatie takken gevormd uit kunststof hebben t.a.v. natuurtakken het voordeel dat ze een veel langere levensduur hebben (minstens 15 jaar), ze perfect recycleerbaar zijn en ze niet versterven. Ze kunnen bovendien UV - bestendig gemaakt worden. Bijkomend zal de gevormde imitatie tak ten gevolge van de hierboven beschreven eerste laag een natuurlijke verkleuring hebben onder invloed van de weersomstandigheden, zo zal bijvoorbeeld de imitatie tak bij neerslag donkerder kleuren.

Met de werkwijze overeenkomstig de uitvinding is het perfect mogelijk een imitatie tak te vervaardigen die nauwelijks onderscheidbaar is van een natuurtak.

In een voorkeurswerkwijze volgens deze uitvinding is het koelmedium water en worden er gedurende de koeling, lucht - en/of stikstof bellen op minstens een deel van het buitenoppervlak van de kunststofstreng voorzien. De aanwezigheid van dergelijke bellen zorgt ervoor dat het oppervlak van de kunststofstreng op onregelmatige plaatsen geïsoleerd wordt van het koelmedium, waardoor het koelproces op die plaatsen volledig anders is dan de plaatsen waar er geen lucht en/of stikstofbelletjes aanwezig zijn. Ter hoogte van de plaatsen waar er tijdens het koelproces lucht en/of stikstofbelletjes aanwezig waren worden er cirkelvormige en/of ovaalvormige indrukkingen, ook wel noten genoemd, gevormd in het oppervlak van de kunststofstreng. Dergelijke indrukkingen versterken het natuurlijk uitzicht.

Volgens een meer voorkeurdragende werkwijze overeenkomstig de uitvinding omvat de polymeermassa (op basis waarvan de kunststofstreng gevormd wordt) en het polymeer van het tweede mengsel een thermoplastisch materiaal. In het bijzonder omvat de polymeermassa een schuimbare kunststof. Bij voorkeur is de genoemde polymeermassa en het polymeer van het tweede mengsel volgens deze uitvinding een polymeer bestaande uit polypropyleen, lage densiteit polyethyleen, hoge densiteit polyethyleen, Polyvinylchloride (PVC), polystyreen, ethyl vinylacetaat, acrylonitrile butadieen styreen (ABS) en/of polyolefine.

Volgens een eerste voorkeurdragende werkwijze overeenkomstig de uitvinding wordt de gevormde kunststofstreng buisvormig (hol) uitgevoerd. Bij een tweede voorkeurdragende werkwijze wordt de gevormde kunststofstreng massief uitgevoerd.

Overeenkomstig een bijzondere werkwijze volgens de uitvinding omvat de werkwijze verder de volgende stappen: het mengen van minstens een hoeveelheid polymeer met minstens een hoeveelheid additief tot een derde mengsel; het coëxtruderen van het gevormde derde mengsel met het tweede mengsel; waardoor op basis van het gevormde derde mengsel op minstens een deel van de eerste laag, een tweede laag wordt voorzien.

Door het aanbrengen van een tweede laag kunnen bijkomende eigenschappen, effecten gegenereerd worden.

Zowel het eerste, tweede als derde mengsels kunnen voorzien worden van additieven om op die manier de gevormde imitatie tak welbepaalde eigenschappen te bezorgen. Mogelijke additieven zijn: stabilisatoren, vlamvertragende additieven, kleurpigmenten, enz...

Het eerste, tweede als derde mengsel kunnen verder gemengd worden met goedkoper of gerecycleerd materiaal, om op die manier een goedkoper eindproduct te bekomen.

Zowel het tweede als derde (en eventueel een vierde) mengsel worden gecoëxtrudeerd om een imitatie tak volgens deze uitvinding te vormen. Het mengen kan voor en/of nog tijdens het coëxtruderen plaatsvinden. Tijdens dit extrusieproces worden de respectievelijke mengsels samengeperst en vervolgens bijvoorbeeld doorheen een mondstuk geleid.

Onder wijzigingen in de oppervlaktestructuur dient binnen het kader van deze uitvinding worden begrepen: oneffenheden, indrukkingen, plaatselijke verdikkingen, wervelingen, lijnenpatroon, enz...

Volgens een meer voorkeurdragende werkwijze overeenkomstig deze uitvinding wordt de kunststofstreng samen met de eerste laag over minstens een deel van zijn traject door het koelmedium, volledig ondergedompeld in dit koelmedium. Dit heeft het voordeel dat de gevormde imitatie tak over zijn volledige omtrek wordt voorzien van de indrukkingen. Bij voorkeur wordt de kunststofstreng ondergedompeld kort nadat hij de extrusiekop heeft verlaten.

Bij een bijzondere werkwijze volgens deze uitvinding verschillen ter hoogte van de extrusiekopuitgang, de snelheid waarmee de polymeermassa door de extrusiekop wordt gedreven aan de verschillende zijden onderling van de extrusiekopuitgang. Ten gevolge van de lagere stroomsnelheid van de polymeermassa zal de kunststofstreng op die plaats een geribbeld oppervlak vertonen.

Bij een meer bijzondere werkwijze volgens deze uitvinding wordt de gevormde imitatie tak onderworpen aan een nabehandeling. Bij voorkeur wordt uit één of meerdere van volgende nabehandelingen gekozen: schuren, borstelen, zandstralen, trekken door een getefloniseerde opwarmbare matrijs en/of warmeluchtblazen.

Een ander onderwerp van deze octrooiaanvraag betreft een imitatie tak, omvattende een kunststofstreng, waarbij de genoemde kunststofstreng over minstens een deel van zijn buitenoppervlak voorzien is van een eerste laag die door middel van coëxtrusie verbonden is met de kunststofstreng, waarbij deze eerste laag vervaardigd is uit een composiet materiaal, bestaande uit: een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten; een hoeveelheid polymeer, waarbij dit polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit.

In een voorkeursuitvoering van de imitatie tak overeenkomstig de uitvinding, wordt deze vervaardigd volgens de werkwijze zoals hierboven omschreven.

Deze uitvinding heeft verder betrekking op een wandpaneel omvattende een aantal imitatie takken overeenkomstig deze uitvinding, het gebruik van dergelijke imitatie takken bij de vervaardiging van wandpanelen, bloembakken, meubilair of gelijkaardige uitvoeringsvormen en op een wandconstructie, omvattende een dergelijk wandpaneel, waarbij deze wandconstructie een metalen of houten kader omvat, waartussen of waartegen het wandpaneel gemonteerd zit.

Om de eigenschappen van deze uitvinding verder te verduidelijken en om bijkomende voordelen en bijzonderheden ervan aan te duiden, volgt nu een meer gedetailleerde beschrijving van de werkwijze volgens de uitvinding. Het weze duidelijk dat niets in de hierna volgende beschrijving kan geïnterpreteerd worden als een beperking van de in de conclusies opgeëiste bescherming.

In deze beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij: figuren 1 t/m 3: een voorstelling is van een aantal mogelijke extrader (+ coextruder) en matrijs configuraties voor de vorming van de imitatie takken overeenkomstig de werkwijze; figuur 4: een dwarsdoorsnede voorstelt van een aantal gevormde imitatie takken waarvan de kunststofstreng massief is uitgevoerd; figuur 5: een dwarsdoorsnede voorstelt van een aantal gevormde imitatie takken waarvan de kunststofstreng hol is uitgevoerd

Deze uitvinding betreft in hoofdzaak een werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) uit een geschuimd thermoplastisch kunststofmateriaal gecombineerd en/of gemengd met vegetale vezels. Degelijk gevormde imitatie takken (1) zijn perfect geschikt voor het vormen afscheidingswanden, decoratiewanden, meubilair, decoratiemateriaal, bloempotten, e.d. De gevormde takken (1) zijn zeer buigzaam en kunnen bijgevolg eveneens gevlochten worden.

Imitatie takken (1) hebben t.a.v. natuurtakken het grote voordeel dat ze een veel langere levensduur hebben. Bovendien zijn ze recycleerbaar en nemen ze nagenoeg niet af in kwaliteit. Standaard hebben de imitatie takken (1) een diameter gelegen tussen 10 en 26 mm., bij voorkeur tussen 12 en 24 mm. Figuren 4 en 5 tonen een aantal mogelijke uitvoeringsvormen van imitatie takken (1) overeenkomstig de uitvinding, waarbij Fig. 4 de dwarsdoorsnede voorstelt van een aantal imitatie takken (1) overeenkomstig deze uitvinding die massief zijn uitgevoerd, terwijl Fig. 5 de dwarsdoorsnede voorstelt van een aantal imitatie takken (1) overeenkomstig deze uitvinding die hol zijn uitgevoerd.

Bij imitatie takken (1) uit kunststof is het van belang dat ze uiterlijk nagenoeg niet verschillen met takken uit een natuurlijk materiaal. Dit effect wordt bekomen door de takken (1) te gaan vervaardigen met de werkwijze volgens de uitvinding. Overeenkomstig deze uitvinding wordt een polymeermassa onder druk gesmolten in een extrusie inrichting (5) tot een eerste mengsel, daarna door een extrusiekop (2) gedreven en uit deze extrusiekop (2) getrokken m.b.v. een trekinrichting in de vorm van een langwerpige kunststofstreng (3), die vervolgens wordt gekoeld en op de gewenste lengte wordt afgekort. Het specifieke uiterlijk die nagenoeg perfect een natuurtak imiteert wordt bekomen door: het mengen van minstens een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten, met minstens een hoeveelheid polymeer tot een tweede mengsel; het coëxtruderen van het gevormde tweede mengsel met het eerste mengsel zodat het polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit; waardoor op basis van het gevormde tweede mengsel op de kunststofstreng een eerste laag wordt gevormd, die het buitenoppervlak van deze kunststofstreng minstens gedeeltelijk zal bedekken.

De gebruikte polymeren voor enerzijds het eerste mengsel, op basis waarvan de kunststofstreng (3) gevormd wordt en anderzijds het tweede mengsel, op basis waarvan de eerste laag gevormd wordt, omvatten hoofdzakelijk een thermoplastisch materiaal zoals bijv. PE of HDPE. Andere gekende kunststoffen vallen echter eveneens binnen de beschermingsomvang van deze uitvinding. Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van een schuimbaar kunststofmateriaal voor de vorming van de kunststofstreng (3).

De eerste laag zal ervoor zorgen dat een tak wordt bekomen die een nagenoeg perfect natuurlijk uitzicht heeft en zelfs een natuurlijke geur heeft. De geur en het uitzicht zal bepaald worden door de gekozen vegetale vezels. Volgende vegetale vezels kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden: houtvezels, vezels op basis van: hennep, bamboe, stro, sisal, kokos, enz... . Voomoemde vezels kunnen eventueel nog vermengd worden met een geschikt bindmiddel. De gevormde imitatie takken hebben het bijkomend voordeel dat er een natuurlijke verkleuring zal optreden naargelang het weer: donkerder uiterlijk bij vochtig weer en lichter uiterlijk bij droog (zonnig weer).

Tijdens het extruderen worden de genoemde mengsels door een extrusieschroef gesmolten en vervolgens onder druk door een extrusiekop (2) (matrijs) gestuwd. Figuren 1 t/m 3 tonen enkele mogelijke opstellingen waarmee de werkwijze overeenkomstig de uitvinding kan uitgevoerd worden. Zoals eerder aangegeven wordt de eerste laag via co-extrusie aangebracht. Co-extrusie is het simultaan extruderen of het gelijktijdig uitvoeren van meerdere extrusies. Hierbij wordt zoals blijkt uit de figuren 1 t/m 3 met meerdere extruders (5) en een matrijs (2) gewerkt. De matrijs (2) (extrusiekop) kan zoals blijkt uit de detail voorstelling van figuren 1 t/m3 bestaan uit verschillende schijven voorzien van een centrale opening voor het extruderen van een bepaalde polymeermassa en één of meerdere co-openingen waarbij op hetzelfde extrusiemoment een volledig of gedeeltelijk omsluitende laag rond de kern (3) wordt geëxtrudeerd en versmolten. Er zijn verschillende vormen van co-extrusie gekend, zo kunnen de smeltstromen van de vloeibare mengsels meteen samen komen en samen door de matrijs geperst worden. Echter, voor sommige materialen met verschillende verwerkingseigenschappen is dit onmogelijk. In dat geval kunnen de materiaalstromen ook nog na een individuele extrusie samengebracht worden.

Al naargelang de gewenste eigenschappen van de imitatie-tak die men wenst te bekomen kan naast een eerste laag, de kunststofstreng bijkomend worden voorzien van een tweede, derde en eventueel een vierde laag. Aan de bovengenoemde mengsels kunnen tevens nog verschillende additieven worden toegevoegd, zoals bijv. UV - stabilisatoren, brandvertragers, pigmenten, enz... . In onderstaande worden een aantal voorbeelden gegeven van mogelijke samenstellingen.

Voorbeeld 1 kunststofstreng = polymeer (bijv. PE) + foammiddel + kleurmiddel eerste laag = polymeer + houtvezel + foammiddel + antioxidanten tweede laag = polymeer + kleurmiddel + antioxidanten

Voorbeeld 2 kunststofstreng = polymeer + foammiddel eerste laag = polymeer + houtvezel + kleurmiddel + antioxidanten Voorbeeld 3 kunststofstreng = polymeer + kleurmiddel + antioxidanten eerste laag = polymeer + houtvezel + foammiddel + kleurmiddel

Voorbeeld 4 kunststofstreng = polymeer + recyclaat + antioxidanten eerste laag = recyclaat + houtvezel

Voorbeeld 5 kunststofstreng = polymeer eerste laag = polymeer + houtvezel + antioxidanten tweede laag = recyclaat + houtvezel + antioxidanten

Aangezien een tak wordt geïmiteerd is de uitgang van de extrusiekop (2) cirkelvormig of ovaalvormig uitgevoerd. Door de inwendige vorm van de matrijs aan te passen kunnen eventueel bijkomende oppervlakte effecten gegenereerd worden op de kunststofstreng (3).

Nadat de langwerpige kunststofstreng (3) voorzien van de minstens één laag die ervoor zorgt dat een natuurlijk uiterlijk bekomen wordt doorheen de extrusiekop (2) is gedreven en uit deze extrusiekop (2) getrokken m.b.v. een trekimichting (8), wordt deze afgekoeld. Om bijkomende effecten te genereren kan het geheel kunststofstreng / eerste laag + (eventueel bijkomende lagen), gedurende het afkoelproces minstens gedeeltelijk door een bewegend koelmedium getrokken worden. Door de ‘woelige’ afkoeling wordt het geheel aan zijn buitenoppervlak minstens gedeeltelijk voorzien van wijzigingen in de oppervlaktestructuur. Eens de wijzigingen in de oppervlaktestructuur zijn aangebracht kan het geheel nog worden gedroogd door bijvoorbeeld langs een drooginrichting te passeren.

Veelal wordt gebruik gemaakt van water als koelmedium. Gedurende het koelproces kunnen lucht - en/of stikstof bellen op minstens een deel van het geheel worden voorzien. De aanwezigheid van dergelijke bellen zorgt ervoor dat het buitenoppervlak van het geheel op onregelmatige plaatsen geïsoleerd wordt van het koelmedium, waardoor het koelproces op die specifieke plaatsen volledig anders is dan de plaatsen waar er geen lucht en/of stikstofbelletjes aanwezig zijn. Ter hoogte van de plaatsen waar er tijdens het koelproces lucht en/of stikstofbelletjes aanwezig waren worden er cirkelvormige, ovaalvormige indrukkingen, indrukkingen, indrukkingen met geblazen center en/of blazen gevormd in het oppervlak van het geheel. Dergelijke indrukkingen versterken het natuurlijk uitzicht en kunnen vergeleken worden met de zogenaamde noten of scheuten aanwezig in natuurtakken.

Proefondervindelijk werd vastgesteld dat de diepte van de indrukking, indrukking met geblazen center, blaas afhankelijk is van de grootte van de luchtbel, grote luchtbellen geven diepere indrukken dan kleinere.

De lucht - en /of stikstofbelletjes kunnen op verschillende manieren in het koelmedium gebracht worden. Zo ontstaan er reeds luchtbellen door continu stromend water te laten lopen in het koelbad. Een andere manier bestaat erin het koelbad continue te gaan beluchten m.b.v. een beluchtingsysteem. Luchtbellen kunnen eveneens gevormd worden door vloeistof(water) druppels te gaan projecteren op het oppervlak van het koelmedium d.m.v. één of meerdere vloeistofprojectie inrichting(en).

Aangezien het geheel een soortelijk gewicht heeft dat kleiner is dan 1, en dus blijft drijven op het wateroppervlak, omvat de inrichting voor het vormen van imitatie takken (1) middelen die het geheel over minstens een deel van zijn traject ondergedompeld houden.

Het is tevens mogelijk, het geheel niet onder te dompelen en ze te laten drijven op het vloeistofoppervlak van het koelmedium. In dit geval zal het gedeelte van het geheel die in contact komt met het koelmedium, bijv. water, een lijnenpatroon / structuur vertonen.

De wijzigingen in de oppervlakte structuur kunnen echter nog via andere manieren aangebracht worden. Zo kan men de gevormde imitatie tak nadat hij de extrusiekop (2) heeft verlaten, geleiden over een transportband, in dit geval wordt deze gekoeld aan de lucht (koelmedium). De oppervlakte structuur wordt gewijzigd door op het geheel, via een vloeistofprojectie inrichting een vloeistof, bij voorkeur waterdruppels, te projecteren. De waterdruppels zullen oneffenheden op het buitenoppervlak genereren.

Om bijkomende wijzigingen aan te brengen aan de oppervlaktestructuur van de gevormde imitatie tak kan bijvoorbeeld ook nog de doorstroomsnelheid van de polymeermassa gevarieerd worden, ook kan er geëxtrudeerd worden op temperaturen die lager liggen dan deze waarop normaal gewerkt wordt.

Eens het geheel is afgekoeld, verlaat het de inrichting via een trekinrichting en worden ze op de gewenste maat afgesneden en verpakt. De afgesneden lengte hangt af van het soort verpakking: wanneer men op rol verpakt worden imitatie takken op lengtes van 100 à 150 meter afgesneden, en indien afzonderlijk verpakt op lengtes van 1 à 5 meter.

Vooraleer of nadat (voor eventuele vlechting of montage) de gevormde imitatie tak (1) verpakt wordt kan hij nog worden onderworpen aan een nabehandeling (niet voorgesteld op de bijgevoegde figuren). Bij voorkeur wordt uit één of meerdere van volgende nabehandelingen gekozen: schuren, borstelen, zandstralen, trekken door een opwarmbare matrijs en/of warmeluchtblazen. Bij de nabehandeling kan men verschillende types van middelen gebruiken zoals bijvoorbeeld: schuurpapier met verschillende korrelgrootte, staalborstels, koperborstels, alsook zandstralen met diverse korrels zoals: metaalkorrels, glaskorrels en diverse zandkorrels (grof, groot, enz...).

De gevormde imitatie takken (1) zijn ideaal geschikt om gebruik te worden bij de vervaardiging van verschillende uitvoeringsvormen, zoals bijvoorbeeld: afscheidingswanden, geluidschermen, decoratiewanden, meubilair, decoratiemateriaal, e.d. Zo zullen bij de vorming van bijvoorbeeld afscheidingswanden (wandconstructie), een aantal van dergelijke imitatie takken gemonteerd (eventueel gevlochten) worden tussen of tegen een houten of metalen kaderconstructie.

Het is evident dat de bovenbeschreven werkwijze eveneens kan toegepast worden voor het vervaardigen van andere vormlichamen, zoals bijv. profielen, plaatvormige elementen of eender welk ander vormlichaam uit kunststof die een natuurlijk effect moet genereren.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1), waarbij een polymeermassa onder druk wordt gesmolten tot een eerste mengsel, daarna door een extrusiekop (2) wordt gedreven en uit deze extrusiekop (2) wordt getrokken in de vorm van een langwerpige kunststofstreng (3), en waarbij de werkwijze verder de volgende stappen omvat: - het mengen van minstens een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten, met minstens een hoeveelheid polymeer tot een tweede mengsel; - het coëxtruderen van het gevormde tweede mengsel met het eerste mengsel zodat het polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit; waardoor op basis van het gevormde tweede mengsel op de kunststofstreng (3) een eerste laag (4) wordt gevormd, die het buitenoppervlak van deze kunststofstreng (3) minstens gedeeltelijk zal bedekken, met het kenmerk dat de polymeermassa een schuimbare kunststof omvat en dat de kunststofstreng (3) voorzien van minstens de eerste laag (4), vervolgens gekoeld wordt en op de gewenste lengte wordt afgekort, waarbij gedurende de koeling, de kunststofstreng (3) ondergedompeld wordt in een bewegend koelmedium zodat de kunststofstreng (3) aan zijn buitenoppervlak minstens gedeeltelijk wordt voorzien van wijzigingen in de oppervlaktestructuur.

2. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het koelmedium water is en dat gedurende de koeling, lucht -en/of stikstof bellen op minstens een deel van het buitenoppervlak van de kunststofstreng (3) voorzien worden.

3. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de genoemde vegetale vezels, houtvezels zijn.

4. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de polymeermassa en het polymeer van het tweede mengsel een thermoplastisch materiaal omvat.

5. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de gevormde kunststofstreng (3) buisvormig is uitgevoerd.

6. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de werkwijze verder de volgende stappen omvat: - het mengen van minstens een hoeveelheid polymeer met minstens een hoeveelheid additief tot een derde mengsel; - het coëxtruderen van het gevormde derde mengsel met het tweede mengsel; waardoor op basis van het gevormde derde mengsel op minstens een deel van de eerste laag (4), een tweede laag wordt voorzien.

7. Werkwijze voor het vormen van imitatie takken (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat ter hoogte van de extrusiekopuitgang, de snelheid waarmee de polymeermassa door de extrusiekop (2) wordt gedreven, aan de verschillende zijden van de extrusiekopuitgang onderling verschillen.

8. Imitatie tak (1), omvattende een kunststofstreng (3), met het kenmerk dat de genoemde kunststofstreng (3) over minstens een deel van zijn buitenoppervlak voorzien is van een eerste laag (4) die door middel van coëxtrusie verbonden is met de kunststofstreng (3), waarbij deze eerste laag vervaardigd is uit een composiet materiaal, bestaande uit: - een hoeveelheid partikels die vegetale vezels omvatten; - een hoeveelheid polymeer, waarbij dit polymeer de genoemde partikels minstens gedeeltelijk omsluit.

9. Imitatie tak (1) volgens conclusie 8, met het kenmerk dat deze vervaardigd wordt volgens een werkwijze beschreven in één van de conclusies 1 t/m 7.

10. Wandpaneel, omvattende een aantal imitatietaken (1) volgens conclusie 8 of 9.

11. Wandconstructie, omvattende een wandpaneel volgens conclusie 10, waarbij de genoemde wandconstructie een metalen of houten kader omvat, waartussen of waartegen het wandpaneel gemonteerd zit.