BE1017676A3 - Verbeterd samengesteld profiel voor ramen, deuren of dergelijke. - Google Patents

Abstract

Verbeterd samgesteld profiel voor ramen, deuren of dergelijke, daardoor gekenmerkt dat een isolatieprofiel met een langse rand is verbonden met een metalen profiel door middel van een insteekkoppeling met een vrouwelijk koppeldeel en een mannelijk koppeldeel die bij de assemblage van het samagesteld profiel in elkaar worden geduwd en dat deze koppeldelen aan elkaar zijn vastgelijmd, daardoor gekenmerkt dat het mannelijk koppeldeel gevat zit in het vrouwelijk koppeldeel om te bekomen dat, bij de assemblage van het samengesteld profiel, de koppeldelen gedurende het uitharden van de lijm op hun plaats worden gehouden door rechtstreekse wrijving of klemming.

Description

Verbeterd samengesteld profiel voor ramen, deuren of dergelijke.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een verbeterd samengesteld profiel voor ramen, deuren of dergelijke.

Meer speciaal heeft de uitvinding betrekking op een profiel van.het type dat is samengesteld uit minstens twee profielen uit metaal, respectievelijk een binnenprofiel en een buitenprofiel, die met elkaar verbonden zijn door één of meer isolatieprofielen.

Men kent reeds zulke samengestelde profielen waarbij de isolatieprofielen langs hun langse randen zijn voorzien van een zwaluwstaartvormige profilering waarmee de isolatieprofielen tijdens de assemblage van de samengestelde profielen worden bevestigd in een groef gevormd door twee ribben die, gezien in dwarsdoorsnede, naar hun vrije uiteinden schuin naar elkaar toelopen.

De isolatieprofielen worden daarbij met hun geprofileerde randen in axiale richting in de groeven van de metalen profielen geschoven, waarna, voor de inklemming van deze randen in de groeven, één of beide ribben verder naar elkaar toe worden omgeplooid door plastische vervorming.

Een nadeel van deze bekende techniek is dat, om deze plastische vervorming te realiseren, grote zijdelingse krachten nodig zijn, waardoor de metalen profielen op zich op andere plaatsen zouden kunnen vervormen en daardoor op deze plaatsen extra verstevigingen nodig zijn, waardoor de ontwerpvrijheid beperkt wordt.

Een bijkomend nadeel is dat de om te plooien ribben zijdelings bereikbaar moeten zijn voor het gereedschap dat gebruikt wordt om een zijdelingse druk op de ribben uit te oefenen om de ribben om te plooien. Ook hierdoor wordt de ontwerpvrijheid met betrekking tot de vormgeving van de profielen beperkt.

Men kent ook reeds assemblagetechnieken waarbij de metalen profielen en de isolatieprofielen door lijmen met elkaar worden verbonden waarbij het noodzakelijk is middelen te voorzien die de onderdelen tijdens het uitharden van de lijm op hun plaats houden.

Zulke middelen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit mallen of dergelijke die de metalen profielen en isolatieprofielen tijdelijk tijdens de uithardingsfase ten opzichte van elkaar op hun plaats houden.

Andere gekende technieken om de metalen en isolatieprofielen tijdens het uitharden van de lijm op hun plaats te houden zijn er bijvoorbeeld op gericht deze profielen te voorzien van een kliksysteem die na het in elkaar klikken worden vastgelijmd of worden vastgezet met behulp van een intermediair opvulmiddel of van een intermediaire veerkrachtige clips.

Een nadeel van dit type van samengestelde profielen is dat ze relatief ingewikkeld van vorm zijn waardoor de productiekosten van de samenstellende delen hoog kunnen oplopen en dat, bij het in elkaar klikken, ongewenste beschadigingen en/of vervormingen kunnen optreden.De huidige uitvinding heeft tot doel aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.

Hiertoe betreft de uitvinding een samengesteld profiel van het voornoemde type, waarbij minstens één isolatieprofiel met minstens één langse rand is verbonden met een betreffend metalen profiel door middel van een insteekkoppeling met een vrouwelijk koppeldeel en een mannelijk koppeldeel die met elkaar kunnen samenwerken door bij de assemblage beide delen in elkaar te duwen in een richting dwars op de lengterichting van het isolatieprofiel en dat deze koppeldelen aan elkaar zijn vastgelijmd, waarbij het mannelijk koppeldeel is voorzien van rechte wanden waarmee het mannelijk koppeldeel gevat zit in het vrouwelijk koppeldeel om te bekomen dat, bij de assemblage van het samengesteld profiel, de te lijmen koppeldelen gedurende het uitharden van de lijm ten opzichte van elkaar op hun plaats worden gehouden door rechtstreekse wrijving ter plaatse van de voornoemde wanden.

Een voordeel is dat bij de assemblage van het samengesteld profiel geen bewerkingen nodig zijn voor het plastisch vervormen van de metalen profielen zodat, bij het ontwerp, ook geen rekening gehouden moet worden met plaatselijke versterkingen ter voorkoming van ongewenste plaatselijke vervormingen ten gevolge van de toegepaste assemblage-techniek.

Een ander voordeel is dat geen ruimte vrijgehouden moet worden voor de manipulatie van een assemblagegereedschap voor het vervormen van de metalen profielen, zodat ook hierdoor meer vrijheid wordt gegeven aan de ontwerper van de profielen.

Nog een voordeel is dat de assemblage en de desbetreffende onderdelen eenvoudiger en dus goedkoper worden.

Nog een voordeel van het onderling vasthouden van de metalen profielen en isolatieprofielen door rechtstreekse wrijving of klemming is dat geen mallen, kliksystemen of dergelijke nodig zijn voor het realiseren vanmiddelen die toelaten om bij de assemblage van het samengesteld profiel de betreffende te verbinden koppeldelen na het inlijmen in de betreffende groef op hun plaats te houden gedurende het uitharden van de lijm.

Nog een voordeel tijdens de assemblage is dat eventuele assemblage- en tolerantiefouten gemakkelijk onmiddellijk gecorrigeerd kunnen worden, aangezien de onderscheiden onderdelen slechts door wrijving ten opzichte van elkaar worden vastgehouden en bijgevolg deze onderdelen tijdens het uitharden van de lijm nog ten opzichte van elkaar verschoven kunnen worden wat bij de bekende inrichtingen niet mogelijk is, waarbij de onderdelen in elkaar worden vastgeklikt.

Bij voorkeur is de vorm van de koppeldelen zodanig dat het mannelijk koppeldeel gemakkelijk in het vrouwelijk koppeldeel geleid kan worden.

Bij voorkeur kunnen middelen worden voorzien voor het centreren van de mannelijke koppeldelen in de vrouwelijke koppeldelen.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een verbeterd samengesteld profiel volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch in vooraanzicht een raam weergeeft waarin samengestelde profielen volgens de uitvinding zijn toegepast; figuur 2 op grotere schaal een doorsnede weergeeft van een profiel van het raam van figuur 1, meer speciaal volgens lijn II-II in figuur 1; figuur 3 op nog grotere schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 2 door F3 wordt aangeduid; figuur 4 het gedeelte van het profiel van figuur 3 weergeeft tijdens de assemblage van het profiel; figuur 5 tot 9 varianten weergeven van figuur 3.

In figuur 1 is schematisch een raam 1 weergegeven dat is opgebouwd uit een vast kader 2 en een verdraaibare vleugel 3 die beide zijn opgebouwd uit samengestelde profielen, waarvan in figuur 2, bij wijze van voorbeeld, enkel een doorsnede is weergegeven van een samengesteld profiel 4 van het vast kader 2.

Het profiel 4 is in dit geval samengesteld uit twee evenwijdige profielen uit aluminium of een ander metaal, respectievelijk een binnenprofiel 5 en een buitenprofiel 6, die met elkaar verbonden zijn door twee thermisch isolerende isolatieprofielen 7 uit een warmte-isolerend materiaal bijvoorbeeld uit kunststof of uit een composietmateriaal.

Op de naar elkaar gerichte wanden 8 en 9 van de metalen profielen 5 en 6 zijn voor elk isolatieprofiel 7groeven 10 voorzien die in dit geval maar niet noodzakelijk tegenover elkaar zijn gelegen en in dit geval ieder worden afgebakend door twee evenwijdige ribben 11 die dwars op de voornoemde wanden 8 en 9 zijn aangebracht op een afstand van elkaar, één en ander zodat de naar elkaar gerichte zijwanden 12 van de groeven 10 in dwarsdoorsnede gezien, evenwijdig zijn aan elkaar.

Op hun vrije uiteinden zijn deze ribben voorzien van een verdikking 13, die gericht is naar de binnenzijde van de groef 10.

De uiterste langse randen 14 van de isolatieprofielen 7 zijn in het voorbeeld recht afgewerkt met zijwanden 15 die in dwarsdoorsnede gezien evenwijdig zijn aan elkaar.

De assemblage van een dergelijk samengesteld profiel 1 is eenvoudig en wordt geïllustreerd aan de hand van figuur 4.

Een binnenprofiel 5 en buitenprofiel 6 worden tegenover elkaar samengebracht.

In de groeven 10 wordt een lijmlaag 16 aangebracht, bijvoorbeeld op de bodem 17 van de groef 10, waarna de isolatieprofielen 7 met hun langse randen 14 in de groeven 10 worden geduwd in een richting aangeduid met pijl P, dwars op de lengterichting van het isolatieprofiel 7.

Hierbij zal de lijm 16 door het induwen van de isolatieprofielen 7 zich verspreiden over de bodem 17 en de zijwanden 12 van de ribben 11.

De dimensies van de uiteinden van het isolatieprofiel 7 en van de ingang van de groef tussen de voornoemde verdikkingen 13 zijn zodanig op elkaar afgestemd dat, wanneer deze isolatieprofielen 7 met hun langse randen 14 in de groeven worden geduwd, deze isolatieprofielen 7 zich door rechtstreekse wrijving en/of door een lichte klemming ter hoogte van de verdikking 13 vastzetten in de groeven 10.

Hierbij doen de groeven 10 dienst als vrouwelijk koppeldeel 18 van een insteekkoppeling, terwijl de randen 14 de functie vervullen van een mannelijk koppeldeel 19 waarmee het isolatieprofiel 7 met een metalen profiel 5-6 kan worden verbonden.

Bij de assemblage van het samengesteld profiel 4 worden de betreffende in te lijmen langse randen 14 van het isolatieprofiel 7 in de betreffende groef 10 op hun plaats gehouden gedurende het uitharden van de lijmlaag 16.

Het is duidelijk dat door deze techniek van assembleren van het samengesteld profiel 1 de voornoemde ribben 11, na het inbrengen van de rand 14 tussen de ribben 11, niet noodzakelijk mechanisch vervormd moeten worden voor het inklemmen van de rand 14 tussen de ribben 11.

Door deze assemblagetechniek is het zelfs niet nodig dat de groeven 10 gerealiseerd worden door middel van ribben 11, maar dat de groeven 10 ook uitgevoerd kunnen zijn als een verdiepte uitsparing 20 in een wand 12 van een betreffend metalen profiel 5-6 of dergelijke.

In figuur 5 is een variant weergegeven van een samengesteld profiel 4, waarbij de bodem 17 van een verdiepte uitsparing 20 werd voorzien en de lijmlaag 16 werd toegepast in deze uitsparing 20 van de bodem 17 teneinde een voldoende hoeveelheid lijm 16 te kunnen bevatten.

Bovendien kan, tijdens de assemblage, de lijmlaag 16 ook worden aangebracht op de koppen 21van de isolatieprofielen 7 in plaats van in de groeven 10.

De uitvoeringsvorm van figuur 5 verschilt verder van deze van de vorige figuren door het feit dat de uiteinden van de ribben 22 een naar buiten omgeplooid gedeelte 23 vertonen ter vorming van een conisch toelopende ingang 24 tot de groef 10.

Deze conische ingang 24 vergemakkelijkt het inbrengen van de uiteinden van de isolatieprofielen 7.

In figuur 6 is een andere variante weergegeven waarbij in plaats van meerdere isolatieprofielen 7 één enkel hol, kokervormig of een U-vormigisolatieprofiel 7 werd toegepast, maar waarbij het niet uitgesloten is ook andere vormen van profielen toe te passen zoals bijvoorbeeld een I-vormig isolatieprofiel.

In figuur 7 is nog een andere variante weergegeven van een samengesteld profiel 4 volgens de uitvinding waarbij in dit geval de naar elkaar gerichte zijwanden 12 van de groef 10 in dwarsdoorsnede gezien niet evenwijdig zijn aan elkaar zoals in de vorige uitvoeringsvormen, maar taps naar de bodem 19 van de groef 10 naar elkaar toelopen, waardoor ook in dit geval een betere geleiding bekomen wordt van het isolatieprofiel 7 in de groef 10.

Op dezelfde manier zijn in deze laatste uitvoeringsvorm de zijwanden 15 van een betreffende voornoemde langse rand 14, die het mannelijk koppeldeel 19 vormt in dwarsdoorsnede gezien taps naar de tip van het mannelijk koppeldeel 19, naar elkaar toelopend in plaats van evenwijdig aan elkaar.

Hierdoor wordt het gemakkelijker om bij de assemblage van het samengesteld profiel 1 de randen 14 van de isolatieprofielen 7 in de groeven 10 te leiden.

Het is duidelijk dat ook enkel de groef 10 of de rand 14 taps kunnen zijn uitgevoerd in plaats van beide, zolang men er maar voor zorgt dat er voldoende wrijving is tussen de verdikking 13 op de ribben 11 van de groeven 10 en de wanden van het mannelijk koppeldeel 19.

De isolatieprofielen moeten in dit geval niet noodzakelijk hol uitgevoerd zijn.

In figuur 8 is nog een variante weergegeven waarbij in dit geval het mannelijk deel 18 wordt gevormd door een ribbe 25 van het metalen profiel 5-6, terwijl het vrouwelijk koppeldeel 18 wordt gevormd doordat de rand 14 van het isolatieprofiel is uitgevoerd als een U-vormig geprofileerd gedeelte 26 dat een groef 27 definieert waarin de ribbe 24 gevat en vastgelijmd kan worden.

In figuur 9 is nog een andere variante weergegeven waarbij in dit geval het samengesteld profiel is voorzien van middelen voor het centreren van de mannelijke koppeldelen 19 in de vrouwelijke koppeldelen 18.

In het weergegeven voorbeeld van figuur 9 zijn deze middelen uitgevoerd in de vorm van een V-vormig uitsteeksel 28 op de bodem 17 van de groef 10 van het vrouwelijk koppeldeel 18 en een overeenstemmende V-vormige uitsparing 29 op de kop 21 van het mannelijk koppeldeel 19.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een verbeterd samengesteld profiel volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (12)

1. Verbeterd samengesteld profiel voor ramen, deuren of dergelijke, dat is samengesteld uit minstens twee profielen uit metaal, respectievelijk een binnenprofiel (5) en een buitenprofiel (6), die met elkaar verbonden zijn door één of meer isolatieprofielen (7), daardoor gekenmerkt dat minstens één isolatieprofiel (7) met minstens één langse rand (14) is verbonden met een betreffend metalen profiel (5-6) door middel van een insteekkoppeling met een vrouwelijk koppeldeel (17) en een mannelijk koppeldeel (19) die met elkaar kunnen samenwerken door bij de assemblage van het samengesteld profiel (4) beide delen (17-18) in elkaar te duwen in een richting (P) dwars op de lengterichting van het isolatieprofiel (7) en dat deze koppeldelen (18-19) aan elkaar zijn vastgelijmd, daardoor gekenmerkt dat het mannelijk koppeldeel (19) is voorzien van rechte wanden (15) waarmee het mannelijk koppeldeel (19) gevat zit in het vrouwelijk koppeldeel (18) om te bekomen dat, bij de assemblage van het samengesteld profiel, de te lijmen koppeldelen (18-19) gedurende het uitharden van de lijm (16) ten opzichte van elkaar op hun plaats worden gehouden door rechtstreekse wrijving of klemming ter plaatse van de voornoemde wanden.

2. Verbeterd profiel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het vrouwelijk koppeldeel (18) wordt gevormd door een groef (10-27) die voorzien is in het betreffend metalen profiel (5-6) of in een voornoemde langse rand (14) van het isolatieprofiel (7), terwijl het mannelijk koppeldeel (19) wordt gevormd door een ribbe (25) van het metalen profiel of door de langse rand (14) van het isolatieprofiel (7).

3. Verbeterd profiel volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de naar elkaar gerichte zijwanden (12) van het vrouwelijk koppeldeel (18) in dwarsdoorsnede gezien evenwijdig zijn aan elkaar of taps naar de bodem (17) van het vrouwelijk koppeldeel (18) naar elkaar toelopen.

4. Verbeterd profiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het mannelijk koppeldeel (19) voorzien is van een taps uiteinde (22) ter verbeterde geleiding in de groeven (10).

5. Verbeterd profiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat minstens de voornoemde langse rand (14) van het isolatieprof iel (7) is vervaardigd uit een kunststof of uit een composietmateriaal.

6. Verbeterd profiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat bij het assembleren van de metalen profielen (5-6) en de isolatieprofielen (7) lijm (16) wordt aangebracht op de kop (21) van het mannelijk koppeldeel (19) of op de bodem (17) van het vrouwelijk koppeldeel (18).

7. Verbeterd profiel volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat bij het assembleren een hoeveelheid lijm 16 wordt gebruikt die ervoor zorgt dat bij het assembleren de lijm (16) zich verspreidt over de bodem (17) en/of de zijwanden van de groef (10) en rond de kop (21) van het mannelijk koppeldeel (19).

8. Verbeterd profiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het isolatieprofiel (7) een kokervormig, een U-vormig of een I-vormig profiel is.

9. Verbeterd profiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het vrouwelijk koppeldeel (18) wordt gevormd door een groef (10) die wordt af gebakend door twee ribben (11) die op één van de naar elkaar gerichte delen van de metalen profielen (5-6) zijn aangebracht.

10. Verbeterd profiel volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat bij het assembleren van het samengesteld profiel (1) de voornoemde ribben (11), na het inbrengen van het mannelijk koppeldeel (19) in de groef (10) afgebakend door de ribben (11), niet mechanisch worden vervormd voor het inklemmen van het mannelijk koppeldeel (19) tussen de ribben (11).

11. Verbeterd profiel volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat er middelen zijn voorzien voor het centreren van de mannelijke koppeldelen (19) in de vrouwelijke koppeldelen (18).

12. Verbeterd profiel volgens conclusie 11, daardoor ( gekenmerkt dat de middelen voor het centreren van de koppeldelen (18-19) uitgevoerd zijn in de vorm van een ν'-vormig uitsteeksel (28) op de bodem van de groef van het vrouwelijk koppeldeel (18) en een overeenstemmende V-vormige uitsparing (29) op de kop (21) van het mannelijk koppeldeel (19) .