BE1016157A3 - Werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een kunststofplaat. - Google Patents

Abstract

Werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een zogenaamde stegplaat (1) die bestaat uit minstens twee evenwijdige bladen (2-3) die op een onderling bladen (2-3) die op een nonderlinge afstand aan elkaar verbonden zijn door ribben (4), daardoor gekenmerkt dat ze bestaat in het verwijderen van een strook (7) uit één van de bladen (2 en 3) van de stegplaat (1), ter vorming van een inkeping (5) in de stegplaat (1).

Description

  Werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een kunststofplaat.

  
De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een kunststofplaat, meer bepaald in een kunststofplaat bestaande uit twee evenwijdige bladen die op een onderlinge afstand worden verbonden door een aantal evenwijdige ribben.

  
Het is bekend dat zulke kunststofplaten of zogenaamde stegplaten niet makkelijk kunnen worden gevouwen en zeker niet langs een gewenste vouwzone, zonder daartoe bijkomende voorzieningen te treffen.

  
Er bestaat reeds een werkwijze voor het vereenvoudigen van het vouwen van een stegplaat, die erin bestaat de bladen van deze stegplaat over de volledige vouwzone naar elkaar toe te persen, waardoor de stegplaat ter plaatse van deze vouwzone zijn weerstand gedeeltelijk verliest en relatief makkelijk kan worden gevouwen.

  
Een nadeel van deze bekende werkwijze is dat de stegplaat na het vouwen steevast terug ontvouwt wanneer er geen kracht meer wordt uitgeoefend op deze stegplaat, waardoor, voor het vormen van bijvoorbeeld een doos of een verloren bekisting uit zulke stegplaten, steeds relatief veel tape of andere hulpmiddelen moeten worden toegepast, hetgeen vooral tijdrovend is. 

  
Een ander nadeel is dat het samendrukken van een stegplaat over een fractie van zijn lengte of breedte praktisch moeilijk te realiseren is, waardoor het vormen van ingewikkeldere vouwpatronen, bijvoorbeeld voor het vormen van een doos uit één enkele stegplaat, relatief moeilijk is.

  
Nog een nadeel is dat, voor het samenpersen van een stegplaat langs een vouwzone, een relatief zware inrichting nodig is.

  
Het doel van de huidige uitvinding is aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.

  
Hiertoe betreft de uitvinding een werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een zogenaamde stegplaat die bestaat uit minstens twee evenwijdige bladen die op een onderlinge afstand aan elkaar verbonden zijn door dwarse ribben, welke werkwijze bestaat in het verwijderen van een strook uit één van de bladen van de stegplaat, ter vorming van een inkeping in de stegplaat.

  
Een voordeel van deze werkwijze volgens de uitvinding is dat zulke inkeping zeer eenvoudig te realiseren is en dat een stegplaat zich langs zulke inkeping zeer eenvoudig laat vouwen.

  
Een ander voordeel is dat voor het realiseren van zulke inkeping een eenvoudig breekmes kan volstaan, waardoor deze werkwijze vooral op werven en dergelijke steeds kan worden toegepast bij het vervaardigen van bijvoorbeeld een verloren bekisting.

  
Met het inzicht de kenmerken van de huidige uitvinding aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele uitvoeringsvormen beschreven van een stegplaat met vouwzone, evenals enkele werkwijzen volgens de uitvinding voor het aanbrengen van een dergelijke vouwzone in een stegplaat, met verwijzing naar de bijgaande figuren, waarin:
figuur 1 in perspectief een stegplaat volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn II-II in figuur 1; figuur 3 een doorsnede weergeeft gelijkaardig aan de doorsnede in figuur 2, doch- in een gevouwen stand van de stegplaat; figuur 4 schematisch een werkwijze volgens de uitvinding weergeeft; figuur 5 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn V-V in figuur 4; figuren 6 tot 8 en 9 tot 11 telkens een variante weergeven van de figuren 1, 2 en 3. '

  
In figuur 1 is een kunststofplaat of zogenaamde stegplaat 1 weergegeven die, zoals bekend, bestaat uit twee evenwijdige bladen 2 en 3 die zich op een onderlinge afstand van elkaar uitstrekken en die op regelmatige tussenafstanden worden verbonden door ribben 4. 

  
Zoals is weergegeven in figuur 2 en 3, is in de stegplaat 1 volgens de uitvinding een inkeping 5 voorzien ter vorming van een vouwzone 6 die zich over de lengte van de inkeping 5 uitstrekt, welke inkeping 5 in dit geval, maar niet noodzakelijk, evenwijdig is aan de lengterichting van de voornoemde ribben 4.

  
Een werkwijze volgens de uitvinding voor het aanbrengen van de voornoemde vouwzone 6 in een stegplaat 1 is eenvoudig en als volgt.

  
Zoals is weergegeven in figuur 4, bestaat deze werkwijze erin ter plaatse van een te vormen vouwzone 6 een strook 7 uit één van de bladen 2 of 3 van de stegplaat 1 te verwijderen, ter vorming van een inkeping 5.

  
Bij voorkeur wordt hierbij ook minstens een gedeelte van de eventuele ribben 4 die in de te vormen vouwzone 6 zijn gelegen, verwijderd.

  
Opgemerkt wordt dat dit verwijderen van een strook 7 onmiddellijk na het spuitgieten van de stegplaat 1 kan plaatsvinden, wanneer deze stegplaat 1 nog relatief warm is en de kunststof waaruit deze stegplaat 1 is vervaardigd nog eenvoudig kan worden gesneden.

  
In dat geval wordt op een bepaalde afstand van de uitgang van een inrichting 8 voor het spuitgieten van stegplaten 1 een, bij voorkeur, U-vormig mes 9 voorzien dat in meer detail is weergegeven in figuur 5. 

  
De voornoemde afstand is hierbij, bij voorkeur van die aard dat de kunststof, waaruit de stegplaat 1 is vervaardigd, op die afstand nog warm is.

  
Wanneer de stegplaat 1, bijvoorbeeld uit polipropyleen is vervaardigd, wordt het voornoemde mes 9 bij voorkeur op een afstand van de uitgang van de voornoemde inrichting 8 gepositioneerd, waar het polipropyleen van de stegplaat 1 nog een temperatuur van de orde van grootte van 140[deg.]C bedraagt.

  
Uiteraard kan de voornoemde inkeping 5 ook worden aangebracht nadat de stegplaat 1 is afgekoeld, bijvoorbeeld met behulp van een frees, een eenvoudig breekmes of enig ander snijdend voorwerp.

  
In de figuren 6 tot 8 is een variante weergegeven van een stegplaat 1 met een vouwzone 6 die wordt gevormd door een inkeping 5 die zich in dit geval uitstrekt in een richting dwars op de lengterichting van de voornoemde ribben 4.

  
Hierbij wordt opgemerkt dat het combineren van vouwzones 6 in verschillende richtingen toelaat om, bijvoorbeeld, een doos te vervaardigen uit één enkele stegplaat 1.

  
In de figuren 9 tot 11 tenslotte is een andere variant weergegeven van een stegplaat 1 volgens de uitvinding, waarbij de voornoemde inkeping 5 V-vormig is uitgevoerd. 

  
Zulke inkeping 5 biedt het voordeel dat ze op een eenvoudige wijze kan worden aangebracht wanneer de stegplaat 1 is afgekoeld, vermits, voor het vervaardigen van zulk een inkeping 5, twee sneden volstaan, daar waar bij het aanbrengen van een Uvormige inkeping 5 drie verschillende sneden moeten worden aangebracht in de stegplaat 1.

  
Bovendien kan bij het aanbrengen van een V-vormige inkeping 5 onder een bepaalde hoek en loodrecht op de lengterichting van de ribben 4, worden bekomen dat bij het vouwen van de stegplaat 1 de ribben 4 aan weerszijden van de inkeping 5 met hun uiteinden 10 tegen elkaar komen te liggen, waardoor de stegplaat 1 in gevouwen toestand steviger kan zijn dan wanneer deze uiteinden 10 elkaar niet raken.

  
Het is duidelijk dat ook inkepingen 5 met een dwarse doorsnede verschillend van een U-vorm of een V-vorm kunnen worden toegepast.

  
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijke werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een stegplaat en de betreffende stegplaat zelf op verschillende manieren en volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (8)

Conclusies

1.- Werkwijze voor het aanbrengen van een vouwzone in een zogenaamde stegplaat (1) die bestaat uit minstens twee evenwijdige bladen (2-3) die op een onderlinge afstand aan elkaar verbonden zijn door ribben (4), daardoor gekenmerkt dat ze bestaat in het verwijderen van een strook (7) uit één van de bladen (2 of 3) van de stegplaat (1), ter vorming van een inkeping (5) in de stegplaat (1).

2.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat, bij het aanbrengen van de voornoemde inkeping (5), eveneens minstens een deel van de ribben (4) die zich in de te vormen vouwzone (6) bevinden, wordt verwijderd.

3.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde inkeping (5) evenwijdig met de lengterichting van de voornoemde ribben (4) wordt aangebracht.

4.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde inkeping (5) dwars op de lengterichting van de voornoemde ribben (4) wordt aangebracht.

5.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het verwijderen van de voornoemde strook (7) gebeurt onder invloed van warmte.

6.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde inkeping (5) wordt gevormd door een mes (9) of dergelijke te voorzien aan de uitgang van een inrichting (8) voor het spuitgieten van de stegplaat (1).

7.- Werkwijze volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat het mes (9) op een afstand van de uitgang van de voornoemde inrichting (8) is gepositioneerd, waar de kunststof, waaruit de voornoemde stegplaat (1) is vervaardigd, nog warm is.

8.- Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde inkeping (5) V-vormig is.