BE1012858A3 - Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan. - Google Patents

Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan. Download PDF

Info

Publication number
BE1012858A3
BE1012858A3 BE9900584A BE9900584A BE1012858A3 BE 1012858 A3 BE1012858 A3 BE 1012858A3 BE 9900584 A BE9900584 A BE 9900584A BE 9900584 A BE9900584 A BE 9900584A BE 1012858 A3 BE1012858 A3 BE 1012858A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
fabric
weft
warp threads
rib
threads
Prior art date
Application number
BE9900584A
Other languages
English (en)
Inventor
Stefaan Demey
Original Assignee
Wiele Michel Van De Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Wiele Michel Van De Nv filed Critical Wiele Michel Van De Nv
Priority to BE9900584A priority Critical patent/BE1012858A3/nl
Priority to EP00202374A priority patent/EP1081260A1/en
Priority to US09/625,308 priority patent/US6367514B1/en
Priority to TR2000/02476A priority patent/TR200002476A3/tr
Application granted granted Critical
Publication of BE1012858A3 publication Critical patent/BE1012858A3/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D27/00Woven pile fabrics
    • D03D27/02Woven pile fabrics wherein the pile is formed by warp or weft
    • D03D27/06Warp pile fabrics

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Woven Fabrics (AREA)

Abstract

Een werkwijze voor het weven van een weefsel met een ribstructuur, in het bijzonder van een onecht bouclétapijt, waarbij op een weefmachine, bv. een roedenweefmachine, een grondweefsel (1-4, 9) geweven wordt, terwijl kettingdraden (7) , (8) afwisselend in het grondweefsel ingeboden worden en ribvormend over minstens een ribininslagdraad (3) omgebogen worden, en waarbij een lusvormingselement (10) , b.v. een trekroede of een snijroede, boven het grondweefsel wordt voorzien en minstens één poolkettingdraad (7) , (8) lusvormend over dit lusvormingselement omgebogen wordt. Een volgens deze werkwijze geweven weefsel met een ribstructuur, met gesneden pool (13) en/of poollussen (12). Deze werkwijze laat toe een weefsel te weven met een zeer gevarieerd uitzicht.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Onechte bouclé-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan. 



  Deze uitvinding heeft betrekking tot een werkwijze voor het weven van weefsels met een ribstructuur, waarbij op een weefmachine een grondweefsel geweven wordt door inslagdraden in opeenvolgende inslaginbrengcycli tussen kettingdraden te brengen, en waarbij kettingdraden afwisselend in het grondweefsel ingebonden worden en rib- vormend omgebogen worden over minstens één inslagdraad. 



  Deze uitvinding heeft tevens betrekking tot weefsels met een ribstructuur, en meer bepaald tot weefsels die het uitzicht van een lussenpoolweefsel of bouclé-weefsel benaderen, en over het algemeen aangeduid worden met de benaming "onechte bouclé-weefsels", waarin kettingdraden afwisselend in het weefsel ingebonden zijn en ribvormend om minstens één inslagdraad omgebogen zijn. 



  Deze uitvinding betreft in het bijzonder een zogenaamd onecht bouclé-tapijt en een weefprocédé voor het vervaardigen van een dergelijk tapijt. 



  Volgens een gekende werkwijze voor het vervaardigen van dit soort tapijten wordt op een weefmachine een reeks kettingdraadstelsels voorzien en worden in opeenvolgende inslaginbrengcycli telkens twee inslagdraden boven elkaar ingebracht in respectievelijke gapen tussen deze kettingdraden. Elk kettingdraadstelsel omvat twee figuurkettingdraden en een spankettingdraad.

   Deze kettingdraden worden bij elke inslaginbreng in zodanige 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 posities ten opzichte van de inslaginbrengniveaus gebracht dat de figuurkettingdraden de inslagdraden inbinden, zodat een weefsel gevormd wordt, waarin spankettingdraden ingebonden zijn, waarin de in opeenvolgende cycli ingebrachte paren inslagdraden afwisselend langs de bovenzijde en langs de rugzijde van het weefsel lopen, waarin per kettingdraadstelsel een eerste figuurkettingdraad afwisselend boven een paar langs de bovenzijde van het weefsel lopende inslagdraden en tussen de inslagdraden van een langs de rugzijde van het weefsel gelegen paar inslagdraden loopt, en een tweede figuurkettingdraad afwisselend tussen de inslag- draden van een paar langs de bovenzijde van het weefsel gelegen inslagdraden en onder een paar langs de onderzijde van het weefsel lopende inslagdraden loopt.

   Zo wordt een weefsel bekomen waarvan zowel de bovenzijde als de rugzijde een ribstructuur vertonen. Gedurende de opeenvolgende inslaginbrengcycli wordt afwisselend langs de bovenzijde en langs de rugzijde van het weefsel een riblijn geproduceerd. Als de eerste en de tweede figuurkettingdraad een verschillende kleur hebben kan op de bovenzijde van het weefsel een tweekleurige tekening of patroon zichtbaar gemaakt worden. Op de rugzijde van het weefsel word dan een een soort negatief (met omgewisselde kleuren) bekomen van de tekening die op de bovenzijde van het weefsel zichtbaar is. 



  Een nadeel van deze weefmethode is dat de volgens deze methode geweven weefsels slechts een beperkte variatie vertonen. De weefsels hebben over hun ganse oppervlak 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 dezelfde ribstructuur en de erin geweven patronen of tekeningen hebben slechts twee verschillende kleuren. 



  Het doel van deze uitvinding is een werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur, waarmee meer variatie kan gebracht worden in het uitzicht van het weefsel. 



  Deze doelstelling wordt volgens deze uitvinding bereikt als, bij een werkwijze met de in de eerste paragraaf van deze beschrijving aangeduide kenmerken, in een aantal inslaginbrengcycli een lusvormingselement boven het grondweefsel voorzien wordt en minstens één poolketting- draad lusvormend over dit lusvormingselement omgebogen wordt. 



  Volgens deze werkwijze kunnen weefsels met een ribstructuur geweven worden, waarin zones met poollussen voorkomen. Een aantal van de over de lusvormings- elementen gevormde lussen kunnen doorgesneden worden zodat ook zones met gesneden pool kunnen bekomen worden in de weefsels. Deze zones met gesneden pool kunnen al dan niet gecombineerd worden met zones met poollussen. 



  Volgens deze werkwijze kan dus een weefsel geweven worden met aan de bovenzijde een combinatie van twee of drie verschillende structuren. 



  Deze structuurvariaties kunnen zo voorzien worden dat ze een bepaalde figuur, patroon of tekening vormen in het weefsel. Voorts kunnen in het weefsel ook kleurvariaties bekomen worden door gebruik van verschillend gekleurde 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 kettingdraden, waarbij kettingdraadstelsels met twee of meer verschillend gekleurde kettingdraden in het weefsel voorzien worden, waarbij men in elk kettingdraadstelsel achtereenvolgens verschillende kettingdraden laat lussen en/of ribben vormen, om in het weefsel een kleurvariatie te bekomen in overeenstemming met een te vormen tekening, figuur of patroon, en waarbij de kettingdraden waarmee op een bepaalde plaats in het weefsel geen lussen of ribben gevormd worden in het grondweefsel worden ingebonden. 



  Deze werkwijze laat dus toe om weefsels met een ribstructuur te vervaardigen met een veel gevarieerder uitzicht dan volgens de gekende weefprocédé's. 



  Volgens een voorkeurdragende werkwijze volgens deze uitvinding wordt van één of meerdere lusvormende poolkettingdraden het lusvormend gedeelte doorgesneden, zodat op het weefsel minstens één zone met gesneden pool wordt bekomen. 



  Deze kettingdraden worden bij voorkeur door middel van het lusvormingselement doorgesneden. Als op een roeden- weefmachine geweven wordt kunnen daarvoor snijroeden gebruikt worden. 



  Volgens een bijzonder voorkeurdragende werkwijze wordt op het weefsel met een ribstructuur ook minstens één zone met poollussen én minstens één zone met gesneden pool gevormd. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



  Het weefsel kan het best op een roedenweefmachine geweven worden, waarbij de genoemde lusvormingselementen trekroeden (voor het vormen van poollussen) of snijroeden (voor het vormen van gesneden pool) zijn. 



  De werkwijze volgens deze uitvinding levert een weefsel van goede kwaliteit op als bijvoorbeeld in opeenvolgende reeksen van drie inslaginbrengcycli telkens in de eerste cyclus een eerste grondinslagdraad, in de tweede cyclus een tweede grondinslagdraad, en in de derde cyclus een ribinslagdraad wordt ingebracht tussen bindkettingdraden en poolkettingdraden, zodat de genoemde grondinslagdraden en de bindkettingdraden een grondweefsel vormen, de genoemde ribinslagdraden boven dit grondweefsel lopen, en de poolkettingdraden afwisselend onder een grondinslag- draad in het grondweefsel afgebonden worden en ribvormend over een ribinslagdraad omgebogen worden. 



  Daarbij kan men bijvoorbeeld telkens in de derde cyclus een lusvormingselement boven het grondweefsel en de ribinslagdraad voorzien, en kunnen in het weefsel lussen gevormd worden door één of meerdere poolkettingdraden afwisselend onder een grondinslagdraad in het grondweefsel af te binden en lusvormend over een lusvormingselement om te buigen. 



  De lusvormende en de ribvormende poolkettingdraden worden bij een zeer voorkeurdragende weefmethode volgens deze uitvinding telkens in het grondweefsel afgebonden onder de eerste grondinslagdraad en lopen boven de tweede grondinslagdraad. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 



  Om hogere ribben en dus een meer uitgesproken ribeffect te bekomen wordt voor de ribinslagdraden een dikker inslaggaren gebruikt dan voor de grondinslagdraden. 



  In deze werkwijze worden bij voorkeur ook spankettingdraden in het grondweefsel voorzien. 



  Ook poolkettingdraden of delen van poolkettingdraden die geen lussen of ribben vormen kunnen in het grondweefsel ingebonden worden. 



  Het grondweefsel wordt uit grondinslagdraden en bindkettingdraden gevormd, zodat zowel boven als onder de spankettingdraden en/of de in het grondweefsel ingebonden poolkettingdraden een laag grondinslagdraden voorzien is. 



  Een ander aspect van deze uitvinding is een volgens de werkwijze van deze uitvinding vervaardigd weefsel met een ribstructuur, zoals omschreven in de tweede paragraaf van deze beschrijving, hetwelk ook minstens één zone met poollussen en/of minstens één zone met gesneden pool omvat. 



  Het weefsel volgens deze uitvinding wordt bij voorkeur vervaardigd volgens de werkwijze volgens deze uitvinding en is in zijn meest voorkeurdragende vorm een zogenaamd onecht bouclé-tapijt met gesneden pool en/of met poollussen. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 



  In hetgeen volgt wordt een mogelijke werkwijze volgens deze uitvinding in detail beschreven. De bedoeling van deze beschrijving is enkel om de genoemde kenmerken van de werkwijze en van de volgens deze werkwijze vervaardigde weefsels verder te verduidelijken, en om verdere eigenschappen en bijzonderheden ervan aan te duiden, en kan dus in geen geval aanzien worden als een beperking van de in de conclusies van deze octrooiaanvraag opgeëiste bescherming voor deze uitvinding. 



  In deze beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde figuren, waarvan   #   figuur 1 een schematische dwarsdoornede volgens de kettingrichting is van een gedeelte van een onecht bouclé-tapijt, gedurende het weven ervan op een roedenweefmachine volgens een werkwijze volgens deze uitvinding ;   #   Figuur 2 een een schematische dwarsdoornede volgens de kettingrichting is van een gedeelte van een onecht bouclé-tapijt met zones met gesneden pool. 



  Volgens een voorkeurdragend weefprocédé (zie figuur 1) volgens deze uitvinding wordt gebruik gemaakt van een gekende roedenweefmachine met snijroeden (10) en met een inslaginbrengmechanisme dat een enkelvoudige grijperinrichting omvat die stuurbaar is om in elke 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 werkingscyclus één respectievelijke inslagdraad (1), (2), (3) door een gaap tussen kettingdraden (4-9) te brengen. 



  Op deze weefmachine wordt een reeks kettingdraadstelsels voorzien, die elk twee bindkettingdraden (4), (5), een spankettingdraad (6), en drie poolkettingdraden (7), (8),(9) omvatten. Op de weefmachine is er per rietopening een dergelijk stelsel kettingdraden voorzien. 



  Gedurende de opeenvolgende werkingscycli van de weef- machine wordt elke kettingdraad (4-9), door gaapvormingsmiddelen, op de juiste hoogtes geplaatst ten opzichte van het inbrengniveau van de grijper-inrichting, zodat deze kettingdraden (4-9) samen met de inslagdraden (1-3) een weefsel vormen, waarin de kettingdraden (4-9) van elk kettingdraadstelsel ten opzichte van de opeenvolgende inslagdraden (1-3) het op figuur 1 schematisch voorgestelde verloop hebben. 



  De inslagdraden (1-3) worden in opeenvolgende reeksen van drie opeenvolgende inslaginbrengcycli ingebracht, (op de figuren zijn de inslagdraden (1-3) voorgesteld die gedurende 7 opeenvolgende reeksen inslaginbrengcycli ingebracht zijn), waarbij telkens in de eerste cyclus een eerste grondinslagdraad (1) ingebracht wordt die voor het vormen van een grondweefsel onder de spankettingdraden (6) lopend wordt ingebonden door de bindkettingdraden (4),(5), 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 in de tweede cyclus een tweede grondinslagdraad (2) ingebracht wordt die voor het vormen van het grondweefsel boven de spankettingdraden (6) lopend ingebonden wordt door de bindkettingdraden   (4),(5),   en in de derde cyclus een ribinslagdraad (3) ingebracht wordt die zich boven het grondweefsel uitstrekkend niet in het grondweefsel wordt ingebonden.

   De ribinslagdraden (3) zijn dikker dan de grondinslagdraden (1), (2). 



  Om de ribstructuur te bekomen wordt in elk kettingdraadstelsel, in elke reeks inslag-inbrengcycli, een poolkettingdraad (7),(8) onder de eerste grondinslagdraad (1) boven de tweede grondinslag-draad (2) en boven de ribinslagdraad (3) gebracht. In het op de figuren voorgestelde stelsel worden gedurende de eerste en de tweede reeks van drie inslaginbrengcycli ribben (11) gevormd door een eerste poolkettingdraad (7), is het gedurende de derde, vierde en vijfde reeks een tweede poolkettingdraad (8) die de ribben (11) vormt, wordt gedurende de zesde reeks opnieuw door de genoemde eerste poolkettingdraad (7) een rib (11) gevormd, en is het gedurende de zevende reeks terug de tweede poolkettingdraad (8) die een rib (11) vormt. 



  Gedurende elke derde cyclus worden de snijroeden (10) van de roedenweefmachine boven het inslaginbrengniveau voorzien. Om zones met lussen (12) te vormen wordt in een aantal kettingdraadstelsels, en in een aantal reeksen 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 inslaginbrengcycli, een poolkettingdraad (7), (8) onder de eerste grondinslagdraad (1), boven de tweede grondinslagdraad (2) en boven de trekroede (10) gebracht. 



  In het op de figuren voorgestelde stelsel worden gedurende de eerste en de tweede reeks van drie inslaginbrengcycli lussen (12) gevormd door de genoemde tweede poolkettingdraad (8), terwijl gedurende de vijfde en de zevende reeks door de genoemde eerste poolkettingdraad (7) lussen (12) worden gevormd. 



  De lussen (12) worden doorgesneden door middel van de snijroeden (10) van de weefmachine. 



  Op die manier worden in het weefsel zones bekomen met gesneden pool, zodat naast het bouclé-effect (de ribstructuur) ook nog een zogenaamd velours-effect (gesneden pool) zichtbaar wordt langs de bovenzijde van het weefsel. 



  Deze effecten worden gemaakt volgens een vooraf bepaald patroon. De poolkettingdraden (9) die niet voor het maken van deze effecten gebruikt worden, worden in het grondweefsel ingebonden, samenlopend met de spanketting- draden (6). 



  De grondinslagdraden (1), (2) worden door de bindketting- draden (4), (5) ingebonden aan weerszijden van de spankettingdraden (6) en de ermee samenlopende poolkettingdraden (9). 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 



  De dikkere ribinslagdraden (3) worden boven de spankettingdraden (6) en boven de bindkettingdraden   (4),   (5) afgebonden door de poolkettingdraden (7), (8) die op die plaats in het weefsel, volgens het vooraf bepaald patroon, ribben (11) vormen. 



  Het verloop van een poolkettingdraad (7), (8) die onechte bouclé (ribben) moet vormen is ten opzichte van de in een reeks inslaginbrengcycli ingebrachte inslagdraden (1), (2), (3) als volgt : onder de eerste grondinslagdraad (1), boven de tweede grondinslagdraad (2) en boven de dikkere ribinslagdraad (3). 



  Het verloop van een poolkettingdraad (7), (8) die moet lussen (12) vormen verschilt daarvan enkel doordat de poolkettingdraad (7), (8) in elke derde cyclus boven de snijroede (10) gebracht wordt. 



  Het verloop van een poolkettingdraad (7), (8) die geen lussen (12) of ribben (11) moet vormen is ten opzichte van de inslagdraden (1), (2), (3) van een reeks inbrengcycli als volgt : boven de eerste grondinslagdraad (1), onder de tweede grondsinslagdraad (2) en onder de dikkere ribinslagdraad (3). Van dit gewoon inbindpatroon voor de dode poolkettingdraden (7-9) kan afgeweken worden : nl. wanneer een poolkettingdraad (7), (8) moet ophouden met het vormen van ribben (11). Dan kunnen de posities van de poolkettingdraad (7), (8) ten opzichte van de inslagdraden (1), (2), (3) van de eerstvolgende reeks inbrengcycli als volgt zijn : onder de eerste 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 grondinslagdraad (1), onder de tweede grondinslagdraad (2) en onder de ribinslagdraad (3). 



  Als in plaats van snijroeden (10) trekroeden voorzien worden zullen hoge poollussen (12) gevormd worden in het weefsel. In dat geval wordt een weefsel bekomen met een combinatie van het bouclé-effect en het effect van hoge poollussen. Er kan op de weefmachine een combinatie van trekroeden en snijroeden (10) voorzien worden, waardoor men weefsels met drie verschillende effecten kan weven : bouclé-effect, velours-effect, en het effect van hoge lussen. 



  Door afwisseling van deze effecten kunnen tekeningen gevormd worden of kan een welbepaald patroon zichtbaar gemaakt worden in het weefsel. In elk van de effecten zijn bovendien ook kleurvariaties mogelijk door verschillend gekleurde poolkettingdraden (7-9) te laten ribben en/of lussen vormen. 



  In figuur 2 wordt een schematische voorstelling getoond van een dwarsdoorsnede volgens de kettingrichting van een volgens de hierboven omschreven werkwijze vervaardigd weefsel met een combinatie van bouclé-effect(ribben (11)) en velours-effect (gesneden pool (13)). Elke doorgesneden lus (12) vormt nu twee opstaande poolbeentjes. In het grondweefsel komt de dikkere ribinslagdraad (3) boven de dunnere tweede grondinslagdraad (2) te liggen, zodat de ribben nog duidelijker zichtbaar worden.

Claims (14)

  1. CONCLUSIES 1. Werkwijze voor het weven van een weefsel met een ribstructuur, waarbij op een weefmachine een grondweefsel geweven wordt door inslagdraden (1), (2), (3) in opeenvolgende inslaginbrengcycli tussen kettingdraden te brengen, en waarbij kettingdraden (7), (8) afwisselend in het grondweefsel ingebonden worden en ribvormend omgebogen worden over minstens één ribinslagdraad (3), met het kenmerk dat in een aantal inslaginbrengcycli een lusvormingselement (10) boven het grondweefsel wordt voorzien en minstens één poolkettingdraad (7), (8) lusvormend over dit lusvormingselement (10) omgebogen wordt.
  2. 2. Werkwijze voor het weven van een weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 1 met het kenmerk dat van één of meerdere lusvormende poolkettingdraden (7), (8) het lusvormend gedeelte (12) doorgesneden wordt zodat op het weefsel minstens één zone met gesneden pool (13) wordt bekomen.
  3. 3. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 2 met het kenmerk dat de poolkettingdraden (7), (8) door middel van het lusvormingselement (10) worden doorgesneden.
  4. 4. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 2 of 3 met het kenmerk dat op het weefsel met een ribstructuur ook <Desc/Clms Page number 14> minstens één zone met poollussen (12) en minstens één zone met gesneden pool (13) gevormd wordt.
  5. 5. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat het weefsel geweven wordt op een roedenweefmachine, waarbij de genoemde lusvormingselementen trekroeden of snijroeden (10) zijn.
  6. 6. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat in opeenvolgende reeksen van drie inslaginbrengcycli telkens in de eerste cyclus een eerste grondinslagdraad (1), in de tweede cyclus een tweede grondinslagdraad (2), en in de derde cyclus een ribinslagdraad (3) wordt ingebracht tussen bindkettingdraden (4), (5) en poolkettingdraden (7), (8), (9), zodat de genoemde grondinslagdraden (1), (2) en de bindkettingdraden (4), (5) een grondweefsel vormen, de genoemde ribinslagdraden (3) boven dit grondweefsel lopen, en minstens één poolkettingdraad (7),(8)afwisselend onder een grondinslagdraad (1) in het grondweefsel afgebonden worden en ribvormend over een ribinslagdraad (3) omgebogen worden.
  7. 7. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 6 met het kenmerk dat telkens in de derde cyclus een lusvormings- element (10) boven het grondweefsel en de ribinslag- <Desc/Clms Page number 15> draad (3) voorzien wordt, en dat in het weefsel lussen (12) gevormd worden door één of meerdere poolkettingdraden (7), (8) afwisselend onder een grondinslagdraad (1) in het grondweefsel af te binden en lusvormend over een lusvormingselement (10) om te buigen.
  8. 8. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 6 of 7 met het kenmerk dat de lusvormende en de ribvormende poolkettingdraden (7), (8) telkens in het grond- weefsel afgebonden worden onder de eerste grondinslagdraad (1) en boven de tweede grondinslagdraad (2) lopen.
  9. 9. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat voor de ribinslag- draden (3) een dikker inslaggaren gebruikt wordt dan voor de grondinslagdraden (1), (2).
  10. 10. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat spankettingdraden (6) in het grondweefsel voorzien worden.
  11. 11. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat poolkettingdraden (9) of delen van poolkettingdraden die geen lussen (12) <Desc/Clms Page number 16> of ribben (11) vormen in het grondweefsel ingebonden worden.
  12. 12. Werkwijze voor het vervaardigen van een weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 10 of 11 met het kenmerk dat het grondweefsel gevormd wordt uit grondinslagdraden (1), (2) en bindkettingdraden (4), (5), zodat zowel boven als onder de spanketting- draden (6) en/of de in het grondweefsel ingebonden poolkettingdraden (9) een laag grondinslagdraden (1), (2) voorzien is.
  13. 13. Weefsel met een ribstructuur waarin kettingdraden (7), (8) afwisselend in het weefsel ingebonden zijn en ribvormend om minstens één inslagdraad (3) omgebogen zijn, met het kenmerk dat het weefsel ook minstens één zone met gesneden pool (13) en/of minstens één zone met poollussen (12) omvat.
  14. 14. Weefsel met een ribstructuur volgens conclusie 13 met het kenmerk dat het een onecht bouclé-tapijt is.
BE9900584A 1999-08-31 1999-08-31 Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan. BE1012858A3 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9900584A BE1012858A3 (nl) 1999-08-31 1999-08-31 Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan.
EP00202374A EP1081260A1 (en) 1999-08-31 2000-07-05 False boucle fabrics with cut pile and/or pile loops, and method for the weaving thereof
US09/625,308 US6367514B1 (en) 1999-08-31 2000-07-25 False bouclé fabrics with cut pile and/or pile loops, and method for the weaving thereof
TR2000/02476A TR200002476A3 (tr) 1999-08-31 2000-08-24 Kesik hav ve/veya hav ilmekli ters bukle kumaslar ve bunlarin dokunma yöntemi''

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9900584A BE1012858A3 (nl) 1999-08-31 1999-08-31 Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1012858A3 true BE1012858A3 (nl) 2001-04-03

Family

ID=3892068

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9900584A BE1012858A3 (nl) 1999-08-31 1999-08-31 Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US6367514B1 (nl)
EP (1) EP1081260A1 (nl)
BE (1) BE1012858A3 (nl)
TR (1) TR200002476A3 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE60015026T3 (de) * 1999-07-19 2010-09-30 Naamloze Vennootschap Michel Van De Wiele, Kortrijk Verfahren zum Weben von Doppelstück-falsche Plüschgewebe mit geschnittener Flor und nach diesem Verfahren hergestelltes Gewebe
EP1375714B1 (de) * 2002-06-24 2009-08-12 SCHÖNHERR Textilmaschinenbau GmbH Verfahren zur Herstellung eines Polgewebes
US20040253408A1 (en) * 2003-06-12 2004-12-16 Burlington Industries, Inc. Variable optical effect textile
BE1016849A3 (nl) * 2005-11-10 2007-08-07 Wiele Michel Van De Nv Werkwijze voor het weven van weefsels met zones met een ribstructuur met een grote variatie in kleureffecten.
BE1021026B1 (nl) * 2013-01-09 2015-01-27 Nv Michel Van De Wiele Tapijt met een schaduweffect en werkwijze voor het weven van een tapijtweefsel met een schaduweffect.
CN108660587B (zh) * 2018-05-11 2020-11-03 滨州亚光家纺有限公司 一种嵌入式纬浮线持久蓬松柔软毛圈织物的生产方法

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE494935A (nl) *
US1932981A (en) * 1931-10-13 1933-10-31 Nat Tapestry Company Tapestry fabric
US3004564A (en) * 1960-06-02 1961-10-17 Lees & Sons Co James Pile fabric and method
US3060974A (en) * 1960-10-18 1962-10-30 Masland C H & Sons Method of weaving and loom

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE494935A (nl) *
US1932981A (en) * 1931-10-13 1933-10-31 Nat Tapestry Company Tapestry fabric
US3004564A (en) * 1960-06-02 1961-10-17 Lees & Sons Co James Pile fabric and method
US3060974A (en) * 1960-10-18 1962-10-30 Masland C H & Sons Method of weaving and loom

Also Published As

Publication number Publication date
TR200002476A2 (tr) 2001-05-21
TR200002476A3 (tr) 2001-05-21
EP1081260A1 (en) 2001-03-07
US6367514B1 (en) 2002-04-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1014721A5 (nl) Werkwijze en weefmachine voor het weven van weefsels met poollussen.
BE1016008A4 (nl) Werkwijze en inrichting voor het weven van dubbelzijdig bruikbare weefsels.
BE1013266A3 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een hoogkorig poolweefsel.
EP1785514B1 (en) Method and weaving machine for weaving fabrics with areas having a corded structure with a large variety of colour effects and fabric obtained with said method
BE1020430A3 (nl) Werkwijze voor het weven van een poolweefsel met poolvrije zones.
EP2943603B1 (en) Carpet having a shadow effect and method for weaving a carpet fabric having a shadow effect
BE1012077A3 (nl) Onechte en echte boucle-weefsels, en een werkwijze voor de productie van dergelijke weefsels.
BE1012858A3 (nl) Onechte boucle-weefsels met gesneden pool en/of poollussen, en werkwijze voor het weven ervan.
CN108842280B (zh) 一种孔洞互连双层经编织物的织造方法
BE1015103A3 (nl) Werkwijze voor het weven van een poolweefsel.
BE1012357A3 (nl) Werkwijze voor het dubbelstukweven van poolweefsels.
BE1012366A3 (nl) Werkwijze voor het weven van een onecht boucle-weefsel.
BE1011362A3 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van weefsels met aan beide zijden een ribstructuur, en volgens deze werkwijze vervaardigde weefsels.
BE1012005A3 (nl) Werkwijze voor het weven van een poolweefsel met hoge pooldichtheid.
US20010017168A1 (en) Loop pile fabric and method for weaving it
BE1012269A3 (nl) Werkwijze voor de vervaardiging van een weefsel met ribstructuur, en volgens deze werkwijze vervaardigde weefsels.
BE1012590A5 (nl) Werkwijze voor het dubbelstuk-weven van onechte boucle-weefseles met gesneden pool, en volgens deze werkwijze geweven weefsels.
NL8004412A (nl) Velourweefsel en werkwijze en weefgetouw voor de vervaardiging daarvan.
JP2557309B2 (ja) 長短パイルで織成したドビー及びジャカード紋タオル織物
BE1010423A3 (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een lussenpoolweefsel.
US4548850A (en) Pile fabric with pile-free positions
BE1015032A6 (nl) Badstofweefsel en werkwijze voor de vervaardiging ervan.
NL1021569C2 (nl) Schaduwfluweelweefsel en werkwijze voor het weven ervan.
BE1007294A3 (nl) Dubbele tweeschotbinding voor de vervaardiging van een dubbelstuk-poolweefsel, en volgens een dergelijke binding vervaardigde weefsels.
BE1012497A5 (nl) Werkwijze voor het weven van een poolweefsel op een grijper-axminster-weefmachine, en een volgens deze werkwijze geweven weefsel.

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Effective date: 20030831