BE1012588A3 - Zelfregelend verluchtingsrooster. - Google Patents

Zelfregelend verluchtingsrooster. Download PDF

Info

Publication number
BE1012588A3
BE1012588A3 BE9900242A BE9900242A BE1012588A3 BE 1012588 A3 BE1012588 A3 BE 1012588A3 BE 9900242 A BE9900242 A BE 9900242A BE 9900242 A BE9900242 A BE 9900242A BE 1012588 A3 BE1012588 A3 BE 1012588A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
hinge part
valve
rib
flap
housing
Prior art date
Application number
BE9900242A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Parys Remi E Van
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Parys Remi E Van filed Critical Parys Remi E Van
Priority to BE9900242A priority Critical patent/BE1012588A3/nl
Priority to NL1014499A priority patent/NL1014499C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1012588A3 publication Critical patent/BE1012588A3/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B7/00Special arrangements or measures in connection with doors or windows
    • E06B7/02Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses
    • E06B7/04Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses with ventilation wings
    • E06B7/06Special arrangements or measures in connection with doors or windows for providing ventilation, e.g. through double windows; Arrangement of ventilation roses with ventilation wings with one ventilation wing only
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F11/00Control or safety arrangements
    • F24F11/70Control systems characterised by their outputs; Constructional details thereof
    • F24F11/72Control systems characterised by their outputs; Constructional details thereof for controlling the supply of treated air, e.g. its pressure
    • F24F11/74Control systems characterised by their outputs; Constructional details thereof for controlling the supply of treated air, e.g. its pressure for controlling air flow rate or air velocity
    • F24F11/745Control systems characterised by their outputs; Constructional details thereof for controlling the supply of treated air, e.g. its pressure for controlling air flow rate or air velocity the air flow rate increasing with an increase of air-current or wind pressure
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/08Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates
    • F24F13/10Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers
    • F24F13/14Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers built up of tilting members, e.g. louvre
    • F24F13/1486Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers built up of tilting members, e.g. louvre characterised by bearings, pivots or hinges
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/08Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates
    • F24F13/18Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates specially adapted for insertion in flat panels, e.g. in door or window-pane
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F7/00Ventilation
    • F24F2007/0025Ventilation using vent ports in a wall

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Air-Flow Control Members (AREA)

Abstract

Zelfregelend verluchtingsrooster dat in een opstaande wand aangebracht is en een behuizing (1) bevat waardoor zich een luchtkanaal (2) uitstrekt, en minstens een klep (3) die kantelbaar in dit luchtkanaal (2) opgesteld is, daardoor gekenmerkt dat het slechts één klep (3) bezit die in de behuizing (1) opgehangen is met een scharnieras die verschillende standen inneemt naargelang de stand van de klep (3), waarbij deze scharnieras op grotere afstand van de verticale door het zwaartepunt (20) komt te liggen naarmate de klep (3) het luchtkanaal (2) meer afsluit.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Zelfregelend verluchtingsrooster. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een zelfregelend verluchtingsrooster dat in een opstaande wand aangebracht is en een behuizing bevat waardoor zieh een luchtkanaal uitstrekt, en minstens een klep die kantelbaar in dit kanaal opgesteld is. 



  Gewone verluchtingsroosters laten meer of minder lucht door naargelang het drukverschil tussen buiten en binnen stijgt of daalt. Het debiet varieert logaritmisch met dit drukverschil zodat de debietschommelingen vrij groot kunnen zijn, hetgeen hinderlijk kan overkomen en bijvoorbeeld een tochtgevoel geven. 



  Zelfregelende verluchtingsroosters daarentegen proberen het debiet zo te regelen dat er een uniforme stroming van inkomende verse lucht is. 



  Ideaal zou zijn wanneer het debiet bij om het even welke druk constant zou blijven of slechts in beperkte mate verandert ten opzichte van het nominale debiet bij 2 Pa. Vooral bij lage drukverschillen tot 25 Pa zou het debiet niet mogen varieren ten opzichte van het nominale debiet. Bij hogere drukverschillen mag het debiet verkleinen of zelfs in een bepaalde mate stijgen. 



  Om dit na te streven, bevatten de bekende zelfregelende verluchtingsroosters twee kleppen, namelijk   één   afsluitklep en   één   regelklep. 



  Hierdoor zijn deze verluchtingsroosters relatief ingewikkeld van constructie en relatief duur. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 De uitvinding heeft een zelfregelend verluchtingsrooster als doel die voornoemde nadelen niet vertoont en relatief eenvoudig van constructie is. 



  Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat het verluchtingsrooster slechts   één   klep bezit die in de behuizing opgehangen is met een scharnieras die verschillende standen inneemt naargelang de stand van de klep, waarbij deze scharnieras op grotere afstand van de verticale door het zwaartepunt komt te liggen naarmate de klep het luchtkanaal meer afsluit. 



  Deze ophanging van de klep kan zo zijn dat vanuit maximaal open stand de gevoeligheid van de klep aan het drukverschil tussen beide uiteinden van het verluchtingskanaal groot is maar vanaf een bepaalde wenteling deze gevoeligheid vermindert. 



  Bij voorkeur bevat de klep aan de zijde van de inlaat van het verluchtingskanaal een uitstekende rand die een scharnierdeel vormt waarmee ze opgehangen is aan een scharnierdeel dat binnenin de behuizing gelegen is. 



  Het scharnierdeel van de klep kan aan de onderzijde minstens   één   ribbe bevatten, terwijl ook het scharnierdeel op de bovenzijde van het gedeelte waarop het scharnierdeel van de behuizing hangt minstens   één   ribbe bevat die naast voornoemde gelegen is, waarbij naargelang haar stand de klep met haar scharnierdeel op de ribbe van het andere scharnierdeel hangt, respectievelijk met haar ribbe op het scharnierdeel van de behuizing rust, zodat de scharnieras op de top van de ene ribbe of op de top van de andere ribbe kan gelegen zijn. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een zelfregelend verluchtingsrooster volgens de uitvinding beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur   l   een verticale doorsnede weergeeft van een zelfregelend verluchtingsrooster volgens de uitvinding ; figuur 2 op grotere schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 1 met F2 is aangeduid ; figuren 3 tot 5 het gedeelte van figuur 2 weergeven maar voor verschillende standen van de klep van het verluchtingsrooster ; figuur 6 een zicht weergeeft analoog aan dit van figuur 1, maar met de manuele bediening van de klep. 



  Het zelfregelende verluchtingsrooster weergegeven in figuur 1 bestaat uit een zich in hoofdzaak horizontaal uitstrekkende behuizing 1 waardoorheen zich een luchtkanaal 2 uitstrekt en waarin een klep 3 rond een horizontale as wentelbaar opgesteld is om dit luchtkanaal 2 geheel of gedeeltelijk af te sluiten. 



  De behuizing 1 is in hoofdzaak gevormd uit een onderste samengesteld profiel 4 met thermische onderbreking 5 dat een naar onder gerichte goot 6 vormt voor een glaspaneel 7, een bovenste samengesteld profiel 8 met thermische onderbreking 9, een wand 10 die aan de zijde van de te verluchten ruimte 11 de twee profielen 4 en 8 met elkaar verbindt en van verticale gleuven 12 is voorzien, en een kap 13 die bovenaan en aan de buitenzijde op het bovenste profiel 8 aansluit en onderaan tegenover het onderste 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 profiel 4 eindigt zodat tussen dit profiel 4 en de onderste rand van de kap 13 een luchtinlaatopening 14 open blijft. 



  Het glaspaneel 7 maakt deel uit van de opstaande wand waarin het verluchtingsrooster is aangebracht. 



  Op beide uiteinden bezit de behuizing 1 eindwanden 15 die het luchtkanaal 2 op deze uiteinden afsluit en die aan de profielen 4 en 8, de wand 10 en de kap 13 vastgemaakt zijn. 



  Op de aansluiting van de kap 13 op het profiel 8 sluit ook een naar onder gerichte wand 16 aan die eindigt op een tegenover de bovenkant van de gleuven 12 gootvormig scharnierdeel 17 die met haar opening naar de wand 10 gericht is. 



  Op de thermische onderbrekingen 5 en 9 na is de behuizing 1 uit aluminium vervaardigd. 



  De klep 3 is zeer licht uitgevoerd uit aluminium en heeft de vorm van een gebogen plaat die met de holle zijde naar de wand 10 is gericht en die op haar bolle rugzijde een in voornoemd scharnierdeel 17 gelegen scharnierdeel 18 bezit in de vorm van een haakrand, en daaronder een ribbe 19 die een aanslag vormt die met het scharnierdeel 17 kan samenwerken. 



  De dikte van de klep 3 boven het scharnierdeel 18 is groter dan eronder zodanig dat het zwaartepunt 20, ter hoogte van de aansluiting van de ribbe 19 en dus dicht bij het scharnierdeel 18 is gelegen. 



  Doordat de doorsnede van de klep 3 constant is in haar lengterichting is dit zwaartepunt 20 in halverwege de 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 lengte van de klep 3 gericht. De doorsnede weergegeven in figuur 1 is door dit zwaartepunt 20 genomen. 



  De klep 3 haakt met haar scharnierdeel 18 over het onderste been van het scharnierdeel 17. De scharnierdelen 17 en 18 vormen aldus samen een scharnierende ophanging van de klep 3 die niet enkel weinig wrijving bij het kantelen teweeg brengt maar daarenboven een verplaatsing toelaat van de meetkundige scharnieras ten opzichte van het zwaartepunt 20. 



  Hiertoe is het onderste been van het gootvormige scharnierdeel 17 aan de bovenzijde van twee ribben 21 en 22 voorzien, waarvan de ribbe 21 op de uiterste rand van voornoemd been is gelegen, terwijl het scharnierdeel 18, dat aan de bovenzijde afgerond is, aan de onderzijde eveneens twee ribben 23 en 24 vertoont waarvan de ene ribbe 23 op de rand van dit scharnierdeel 18 is gelegen en de andere ribbe 24 tegenover de holte tussen de twee ribben 21 en 22 van het scharnierdeel 17. 



  De onderste rand van de klep 3 sluit in sluitstand aan tegen een elastisch bekledingselement 25 dat op de binnenzijde van het onderste profiel 4 en de onderkant van de wand 10 vastgemaakt is en tot juist voor de onderkant van de gleuven 12 reikt. 



  Om deze klep 3 in deze sluitstand te brengen, bezit het verluchtingsrooster een bedieningsknop 26 die in een van de eindwanden 15 draaibaar rond een horizontale as 27 aangebracht is en, zoals weergegeven in figuur 6 enerzijds, een uitsteeksel 28 bezit dat doorheen een spleet in de wand 10 naar buiten steekt en, anderzijds, excentrisch een zijwaarts gerichte pen 29 draagt die door een gleuf in de 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 binnenzijde van de eindwand 15 tot aan de achterzijde van de klep 3 reikt. 



  De werking van het hiervoor beschreven verluchtingsrooster is als volgt. 



  Wanneer de ruimte 11 moet verlucht worden, bevindt de bedieningsknop 26 zieh in de stand waarbij het uitsteeksel 28 naar omlaag gericht is en dus de pen 29 zieh bovenaan achter de klep 3 bevindt zonder de beweging van deze laatste te hinderen. 



  Wanneer er geen drukverschil is tussen binnen, dit is de ruimte 11, en buiten, zal onder invloed van de zwaartekracht de klep 3 de stand innemen waarin ze in figuur 2 en in punt-streeplijn in figuur 1 is weergegeven. 



  In deze stand hangt de klep 3 met haar scharnierdeel 18 op de top van de ribbe 21 van het scharnierdeel 17, zodat deze top de scharnieras vormt. De ribbe 21 is in de holte gelegen tussen de ribbe 24 en het hoofdgedeelte van de klep 3. 



  In deze stand is de ribbe 19 tegen of nagenoeg tegen de onderzijde van het gootvormige scharnierdeel 17 gelegen. 



  De klep 3 bevindt zieh dan in volledig open stand en het luchtkanaal 2 is maximaal open. 



  In voornoemde stand is het zwaartepunt 20 verticaal onder de door de top van de ribbe 21 gevormde scharnieras gelegen. Hierdoor is de klep 3 uiterst gemakkelijk te wentelen en is ze dus zeer gevoelig voor het minste drukverschil. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 



  Als er een drukverschil is tussen buiten en binnen, dit is in de ruimte 11, ontstaat er een luchtstroom van buiten naar binnen. 



  Een deel van de luchtstroom gaat bij open klep 3 rechtstreeks door de gleuven 12 naar binnen, zoals weergegeven in figuur 1 door de pijl   Pl,   en een deel zorgt voor een druk op de achterkant van de klep 3, zoals weergegeven in figuur 1 door de pijl P2. 



  De grootte van het eerste deel hangt af van de stand van de klep 3 die op haar beurt afhangt van voornoemd drukverschil. Door de druk op de klep 3 zal deze immers gaan wentelen zodat de doorgang tussen de onderste rand van deze klep 3 en het onderste profiel 4 kleiner wordt en dus het debiet vermindert. 



  Zodra er een kleine windkracht is en dus een klein drukverschil aanwezig is, zal de klep 3 naar de sluitstand toe kantelen, waardoor de afstand tussen de scharnieras en de verticale doorheen het zwaartepunt 20 toeneemt, bijvoorbeeld tot de waarde Dl zoals in figuur 3 is weergegeven. 



  Hoe groter deze afstand, hoe groter het moment wordt en dus hoe meer de kracht stijgt die nodig is om de klep 3 verder te verdraaien. 



  Bij toename van deze afstand zal zeer vlug de kracht van de winddruk de gevoeligheid van de klep 3 overtreffen, zodat met een vaste scharnieras op de top van de ribbe 21 de klep 3 zeer vlug de sluitstand zou bereiken en het luchtkanaal 2 zou afslaan. 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 



  De vorm en de grootte van de ribbe 24 van het scharnierdeel 18 is evenwel zodanig dat, wanneer voornoemde afstand gestegen is tot de waarde D2 zoals aangegeven in figuur 4, deze ribbe 24 met haar top tegen de bodem komt van de holte tussen de ribben 21 en 22 van het scharnierdeel 17. 



  Op dat ogenblik wordt de top van de ribbe 24 de scharnieras die nu dus op enkele millimeter afstand gelegen is van de oorspronkelijke scharnieras. 



  De klep 3 is in figuur 4 in dezelfde stand als in volle lijn in figuur 1 weergegeven, en de maximale opening tussen de rand van de klep 3 in voornoemde open stand en het elastische bekledingselement 25 is gehalveerd, of met andere woorden het luchtkanaal 2 is gedeeltelijk gesloten. 



  Bij nog grotere drukverschillen zal de klep 3 nog meer dichtgewenteld worden. Hierbij zal vanaf een bepaalde wenteling het scharnierdeel 18 niet meer met zijn ribbe 24 in de holte tussen de ribben 21 en 22 van het scharnierdeel 17 steunen maar enkel nog op de top van de ribbe 22 hangen, welke ribbe 22 in de holte tussen de ribben 23 en 24 van het scharnierdeel 18 gelegen is. De scharnieras komt dus nog verder van het zwaartepunt te liggen en voornoemde afstand is dus nog groter, waardoor de kracht nodig om de klep 3 te wentelen nog groter is. 



  Vanaf een drukverschil van 50 Pa mag de klep 3 zelf volledig dichtslaan of praktisch volledig dichtgaan met nog een klein debiet dat mogelijk is. 



  In figuur 5, en in streeplijn in figuur   1,   is de klep 3 in deze gesloten stand weergegeven, waarbij de ribbe 23 of het uiteinde van het scharnierdeel 18 tegen het onderste been 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 van het scharnierdeel 17 aansluit en de scharnieras dus op deze ribbe 23 gelegen is. 



  De afstand tussen deze scharnieras en de verticale door het zwaartepunt 20, die in figuur 5 door D3 is weergegeven, is maximaal. 



  Het boven het scharnierdeel 18 gelegen gedeelte van de klep 3 is in deze stand ook tegen het bovenste been van het gootvormige scharnierdeel 17 gelegen. De onderste rand van de klep 3 duwt tegen het elastisch bekledingselement 25. 



  Normaal zal ook bij zeer grote winddruk de klep 3 niet tot in deze volledig gesloten stand wentelen. De klep 3 kan wel in deze sluitstand gebracht worden door middel van de pen 29 door het uitsteeksel 28 in de ruimte 11 manueel naar boven te duwen. 



  Door het uitsteeksel 28 terug naar onder te brengen, zal de pen 29 de klep 3 loslaten en zal deze klep 3 haar evenwichtspositie zoeken die afhankelijk is van de winddruk. 



  Het hiervoor beschreven verluchtingsrooster is zelfregelend maar met slechts   een   klep en is dus eenvoudig van constructie. 



  De schommelingen in het debiet tijdens de zelfregelende werking zijn beperkt aangezien vanaf een bepaald drukverschil tussen binnen en buiten de gevoeligheid van de klep 3 drastisch wordt verminderd naarmate dit drukverschil verder stijgt. 



  De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 doch dergelijk zelfregelend verluchtingsrooster kan in verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (1)

  1. Conclusies. l.-Zelfregelend verluchtingsrooster dat in een opstaande wand aangebracht is en een behuizing (1) bevat waardoor zieh een luchtkanaal (2) uitstrekt, en minstens een klep (3) die kantelbaar in dit luchtkanaal (2) opgesteld is, daardoor gekenmerkt dat het slechts een klep (3) bezit die in de behuizing (1) opgehangen is met een scharnieras die verschillende standen inneemt naargelang de stand van de klep (3), waarbij deze scharnieras op grotere afstand van de verticale door het zwaartepunt (20) komt te liggen naarmate de klep (3) het luchtkanaal (2) meer afsluit.
    2.-Verluchtingsrooster volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de ophanging van de klep (3) zo is dat vanuit maximaal open stand de gevoeligheid van de klep (3) aan het drukverschil tussen beide uiteinden van het luchtkanaal (2) groot is maar vanaf een bepaalde wenteling van de klep (3) deze gevoeligheid vermindert.
    3.-Verluchtingsrooster volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de klep (3) aan de zijde van de inlaat van het luchtkanaal (2) een uitstekende rand bezit die een scharnierdeel (18) vormt waarmee ze opgehangen is aan een scharnierdeel (17) dat binnenin de behuizing (1) gelegen is.
    4.-Verluchtingsrooster volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat het scharnierdeel (18) van de klep (3) aan de onderzijde minstens één ribbe (24) bevat, terwijl ook het scharnierdeel (17) op de bovenzijde van het gedeelte waarop het scharnierdeel (18) van de behuizing (1) hangt minstens een ribbe (21) bevat die naast voornoemde gelegen is, waarbij naargelang haar stand de klep (3) met haar <Desc/Clms Page number 12> scharnierdeel (18) op de ribbe (21) van het andere scharnierdeel (17) hangt, respectievelijk met haar ribbe (24) op het scharnierdeel (17) van de behuizing (l) rust, zodat de scharnieras op de top van de ene ribbe (21) of op de top van de andere ribbe (24) kan gelegen zijn.
    5.-Verluchtingsrooster volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het scharnierdeel (17) van de behuizing (1) twee ribben (21, 22) bevat waarvan er één op zijn uiterste rand gelegen is, terwijl ook het andere scharnierdeel (18) twee ribben (23, 24) bezit waarvan er een op zijn uiterste rand gelegen is, en het scharnierdeel (18) van de klep (3) zowel met elk van zijn twee ribben (23, 24) op het andere scharnierdeel (17) kan rusten als met een naast een ribbe (23, 24) gelegen gedeelte kan rusten op een van de ribben (21 en 22) van dit laatste scharnierdeel (17) met dus naargelang de ribbe een andere scharnieras.
    6. - Verluchtingsrooster volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt het scharnierdeel (17) van de behuizing (1) een gootvormig gedeelte is dat met zijn opening naar de klep (3) gericht is, waarvan het scharnierdeel (18) van de klep (3) op het onderste been van dit gedeelte opgehangen is.
    7. - Verluchtingsrooster volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat het bovenste been van het gootvormige gedeelte een aanslag vormt voor de klep (3) in gesloten toestand.
    8.-Verluchtingsrooster volgens conclusie 5 of 6, daardoor gekenmerkt dat het gootvormige scharnierdeel (17) opgehangen is aan een neerwaarts gerichte wand (16) die aan de bovenkant van de behuizing (1) vastgemaakt is. <Desc/Clms Page number 13> 9.-Verluchtingsrooster volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de klep (3) onder haar scharnierdeel (18) een ribbe (19) bezit die samen kan werken met het andere scharnierdeel (17) om de openwenteling van de klep (3) te begrenzen.
    10.-Verluchtingsrooster volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de klep (3) zo geconstrueerd is dat het zwaartepunt (20) in de onmiddellijke nabijheid van het scharnierdeel (18) van de klep (3) en dus van de scharnieras gelegen is.
    11.-Verluchtingsrooster volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat het een manuele bediening bevat die een wentelbaar element bevat dat voorzien is van een pen (29) die tot aan de achterzijde van de klep (3) reikt en waarmee de klep (3) in gesloten stand kan worden geduwd.
    12.-Verluchtingsrooster volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de behuizing (1) aan de buitenzijde een kap (13) bevat en het begin van het luchtkanaal (2) gevormd is door de luchtinlaatopening (14) die open blijft tussen de onderste rand van de kap (13) en een aan de zijde van de te verluchten ruimte (11) gelegen gedeelte van de behuizing (1).
BE9900242A 1999-04-08 1999-04-08 Zelfregelend verluchtingsrooster. BE1012588A3 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9900242A BE1012588A3 (nl) 1999-04-08 1999-04-08 Zelfregelend verluchtingsrooster.
NL1014499A NL1014499C2 (nl) 1999-04-08 2000-02-25 Zelfregelend verluchtingsrooster.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9900242A BE1012588A3 (nl) 1999-04-08 1999-04-08 Zelfregelend verluchtingsrooster.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1012588A3 true BE1012588A3 (nl) 2000-12-05

Family

ID=3891856

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9900242A BE1012588A3 (nl) 1999-04-08 1999-04-08 Zelfregelend verluchtingsrooster.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1012588A3 (nl)
NL (1) NL1014499C2 (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2006074839A1 (de) * 2005-01-13 2006-07-20 Siegenia-Aubi Kg Lüftungsvorrichtung
CN108592198A (zh) * 2018-05-09 2018-09-28 青岛海尔空调器有限总公司 导风构件及具有该导风构件的柜式空调室内机
EP4286642A1 (en) * 2022-05-31 2023-12-06 Renson Ventilation NV Ventilation grille

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2002360C2 (nl) * 2008-12-22 2010-06-23 Alusta Natuurlijke Ventilatietechniek B V Zelfregelend ventilatierooster.
FI8951U1 (fi) * 2010-06-04 2010-11-12 Dir Air Oy Säädettävä ilmanohjain, korvausilmaventtiili ja ikkuna
BE1019893A3 (nl) 2011-03-29 2013-02-05 Renson Ventilation Nv Ventilatie-inrichting.

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2310147A1 (de) * 1972-03-08 1973-09-13 Danfoss As Lufteinblasmundstueck fuer klimaanlagen
DE2462070A1 (de) * 1973-04-02 1976-02-12 Inst Pentru Creatie Stintific Verschlussklappe fuer einen luftkanal
FR2342446A1 (fr) * 1976-02-25 1977-09-23 Neu Ets Registre normalement ferme ne s'ouvrant que sous une pression ou depression minimum
FR2654198A1 (fr) * 1989-11-06 1991-05-10 Alu Trade Sarl Aerateur auto-reglable.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2310147A1 (de) * 1972-03-08 1973-09-13 Danfoss As Lufteinblasmundstueck fuer klimaanlagen
DE2462070A1 (de) * 1973-04-02 1976-02-12 Inst Pentru Creatie Stintific Verschlussklappe fuer einen luftkanal
FR2342446A1 (fr) * 1976-02-25 1977-09-23 Neu Ets Registre normalement ferme ne s'ouvrant que sous une pression ou depression minimum
FR2654198A1 (fr) * 1989-11-06 1991-05-10 Alu Trade Sarl Aerateur auto-reglable.

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2006074839A1 (de) * 2005-01-13 2006-07-20 Siegenia-Aubi Kg Lüftungsvorrichtung
CN108592198A (zh) * 2018-05-09 2018-09-28 青岛海尔空调器有限总公司 导风构件及具有该导风构件的柜式空调室内机
CN108592198B (zh) * 2018-05-09 2021-07-23 重庆海尔空调器有限公司 导风构件及具有该导风构件的柜式空调室内机
EP4286642A1 (en) * 2022-05-31 2023-12-06 Renson Ventilation NV Ventilation grille
BE1030577B1 (nl) * 2022-05-31 2024-01-08 Renson Ventilation Nv Ventilatierooster

Also Published As

Publication number Publication date
NL1014499C2 (nl) 2000-10-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1012588A3 (nl) Zelfregelend verluchtingsrooster.
US6564792B2 (en) Device for de-humidifying a cooking chamber in an apparatus for food cooking
EP0458725A1 (en) Window with mechanical ventilation
EP3436750B1 (en) Variable air flow valve
GB2062842A (en) Ventilation flap
US4048979A (en) Fuel-saving fireplace screen unit
US5692955A (en) Forced air vent for a roof eave
GB2063460A (en) Window-mounted Ventilators
US2633071A (en) Lock for ventilator dampers
US4017026A (en) Automatic damper
US3057288A (en) Shutter assembly for exhaust duct wall cap
US4557183A (en) Incrementally adjustable vent
NL8802196A (nl) Zelfregelend ventilatierooster.
US5957373A (en) Automatic ventilator with manual override
US2074024A (en) Circulating vent control
US2771020A (en) Ventilator
US1792585A (en) Ventilator
EP0658646A1 (fr) Sèche linge élèctrique pliable
BE1013094A3 (nl) Verbeterd ventilatierooster.
EP1026453B1 (en) Ventilating device with a slotted duct closable by a pivotable valve element
US4591092A (en) Energy saver damper assembly
US909601A (en) Ventilator.
US2771835A (en) Ventilating device, including ventilating louvers
GB2029566A (en) Ventilating valve
JPS6212184Y2 (nl)